Ook de politiek bemoeit zich regelmatig met de bioscoop. In 1948 gaat de gemeente de vermakelijkheidsbelasting verdubbelen en dat levert zowaar een politieke rel op. Het loopt zelfs zo hoog op dat Harrie in 1949 gedurende tien maanden de tent sluit.
WIELERBAAN ‘VITESSE’ (en nog wat meer over de Rooi Lem!)
In 1990 gaat de knip op de deur, met de steeds zwaardere eisen is het geen haalbare kaart meer. Zo hier en daar zal in Valkenswaard nog best een herinnering aan de bioscoop bewaard zijn gebleven. Na de sluiting besluit de familie Lemmens namelijk om de stoelen uit de bioscoop voor vijf gulden te koop aan te bieden en daar maakt de bevolking met plezier gebruik van.
Auteur:
Joop van Appeldorn
Uitgave van:
Heemkundekring Weerderheem
Respectievelijk in 1951 en 1961 vieren Harrie en Mina hun gouden en diamanten huwelijksfeest en heel Valkenswaard loopt uit om deel te nemen aan de feestelijkheden. Ook op dit terrein is het een bijzonder paar, want wie haalt in hemelsnaam een diamanten bruiloft!
24
Heemkun d ekring Weerd erh eem
Juni 2010
Geloof het of niet, maar Valkenswaard had ooit een heuse wielerbaan. Sterker nog, er waren er zelfs twee als we de verhalen allemaal mogen geloven. En denk niet dat de gemeente daarvoor gezorgd had. Neen, het was gewoon heel simpel particulier initiatief. Gewoon een slimme zakenman die met het aanleggen van die fietsbaan de omzet van zijn fietsenhandel met sprongen zag stijgen. Het was ook niet zo maar de eerste de beste. We praten hier namelijk over Harrie Lemmens, oftewel over de ‘Rooi Lem’ die op meerdere fronten actief was en steeds weer liet zien dat hij een reuze goed gevoel had voor het doen van zaken. Hoe en wat zal hierna nog duidelijk blijken.
Steeds weer opnieuw blijkt dat het gebouw niet aan alle minimale vereisten voldoet en dus moet er weer het nodige gebeuren. Bij een van de vele aanpassingen pakken ze ook maar het ‘aangezicht’ aan en tevens wijzigt de naam in ‘Palace’.
Op dit deel van de plattegrond van Valkenswaard uit 1931 zien we, achter de laatste huizen van de Leenderweg, zowel een ronde wielerbaan als een ellipsvormige en voor het overige was het daar in die tijd nog een grote open vlakte. Toontje Vereijken woonde in die tijd daar aan de Leenderweg en kan zich nog vaag iets van die wielerbaan herinneren.
Duidelijk is dat ook mevrouw Lemmens een rol van betekenis speelt in het zakelijk leven van Harrie Lemmens. Zo is zij na afloop van iedere voorstelling actief bij het vaststellen van de omzet van die avond. Mevrouw Lemmens telt dan de pecunia en dus maakt zij dagelijks de balans op. In 1945 neemt zoon Jo Lemmens, samen met schoonzoon Nes Staals, de exploitatie van de bioscoop over. Harrie blijft echter op de achtergrond actief en kijkt, over de schouder van zijn kinderen, mee naar de resultaten.
Heemkun d ekring Weerd erh eem
Heemkun d ekring Weerd erh eem
Plattegrond 1931
2
23
Er is een Bioscoopwet waarin is bepaald dat iedere gemeente over een bioscoopcommissie zou moeten beschikken. Deze commissie zou iedere te vertonen film moeten beoordelen op de vraag of de film niet in strijd is met de openbare orde en de goede zeden. Valkenswaard is voor zo’n commissie te klein en zoekt wat dit betreft samenwerking met Eindhoven. Zo’n commissie bestaat door de bank genomen uit twee groepen, de ‘strengere’ en de ‘ruimere’ en dat heeft dan weer alles te maken met onder andere de kerkelijke moraal. Harrie Lemmens werkt op z’n eigen manier. Hij werkt niet met zogenaamde ‘verhuurkantoren’, dat zou te hoge kosten met zich meebrengen. Hij krijgt iedere week wat films toegezonden en daar moet hij het mee doen. Hij gaat dan uit van het advies zoals dat aan de film is ‘geplakt’. Om een idee te krijgen van de films die Harrie in die tijd draait volgt hierna een opsomming van de films uit de week van 19 december 1928: * * * * *
Het gouden moederhart, 18 jaar; Zeemansvuisten, 18 jaar; Adam en Eva, 18 jaar; Wie kaatst, voor alle leeftijden; Vlekkenwater, 14 jaar.
In het onlangs verschenen jubileumboek van de Valk spreekt hij over het spelen in de ‘Sahara’, zoals hij de grote open ruimte naast het Valkterrein noemt. Hij herinnert zich ook nog iets van een ‘stadion’, een soort middenterrein waar de kleine kinderen zich naar hartenlust konden uitleven. Die plek was ook ideaal om te voetballen, door de omhoog lopende wanden ging de bal nooit ver uit de buurt. Ooggetuigen vinden valt niet mee. Toch hebben we enkele voormalige wielrenners opgezocht om te proberen nog iets uit hun herinneringen te peuren. Zo hebben we gesproken met Frans van Sambeek, een ruime tachtiger die jarenlang een vermaard wielrenner was evenals met Gerrit Cleven. Beiden waren al lang voor de Tweede Wereldoorlog actief met alles wat met fietsen had te maken. Ook met Siem van de Burg, die inmiddels al 91 jaren op deze aardkloot vertoeft, hebben we gesproken. Ook hij was in zijn jonge jaren een verwoed pedaleur en vervulde daarna nog allerlei functies in de wielerwereld. Siem kan zich nog herinneren dat er een ronde zandbaan was en een ellipsvormige baan van beton. Hij heeft er zelf nooit gefietst want toen hij zo midden jaren dertig zich op het fietsen stortte, was de wielerbaan van de ‘Rooi Lem’ al min of meer vergane glorie.
Als je dit lijstje nu de revue laat passeren lijkt het eigenlijk best interessant om die film over Adam en Eva nog eens te zien! Wat zou daar voor spannends in zitten om te rechtvaardigen dat alleen lieden van boven de 18 jaar de film mogen zien! Een ander steeds weer terugkerend probleem is de staat van inrichting van het gebouw.
Ook Frans van Sambeek en Gerrit Cleven hebben nooit op die baan van de Rooie Lem gefietst. Hun kennis van die baan reikt niet verder dan de overlevering, van verhalen uit hun jeugd en van een vage herinnering dat daar achter de Leenderweg iets van een wielerbaan moet hebben gelegen.
Heemkun d ekring Weerd erh eem
Heemkun d ekring Weerd erh eem
22
3
In dit verhaal spelen twee families, of zo u wilt, twee personen een belangrijke rol. Het zijn Harrie Lemmens en Fried Dubach, ze hebben allebei alles met fietsen te maken en dus ook met wielrennen. De een uitsluitend zakelijk, de ander zowel zakelijk als sportief. We moeten, om nader kennis te maken met al dat moois, wel even terug naar het begin van de vorige eeuw, om precies te zijn naar het jaar 1911. De Meijerijsche Courant is in die tijd nog heel karig met haar berichtgeving als het om Valkenswaardse aangelegenheden gaat en we moeten echt speuren om het nieuws te ontdekken. In de krant van zaterdag 29 juli 1911 lezen we:
“Valkenswaard. Op 15 augustus a.s. zal op de pas voltooide renbaan van den heer Lemmens alhier een wedstrijd worden gegeven waarvoor een groot getal prachtige prijzen worden uitgeloofd. Heeren wielrijders zullen zeker gaarne een kansje wagen.” Zeer waarschijnlijk is de baan al langer in gebruik, maar is omstreeks die tijd de baan pas officieel als zodanig binnen het wereldje bekend. In datzelfde jaar zien we op zondag 22 oktober weer nieuwe activiteiten op de baan.
4
Heemkun d ekring Weerd erh eem
De bioscoop krijgt de min of meer logische naam ”Cileva”, oftewel Cinema Lemmens Valkenswaard. Het blijkt al heel snel toch niet zo’n geweldig goede keuze te zijn, de bioscoop ligt ‘in de middle of nowhere’ en dus blijven de bezoekers uit. Niet getreurd, Harrie gaat niet lang bij de pakken neerzitten en een jaar later bouwt hij een nieuwe bioscoop aan het begin van de Leenderweg net over het spoor. Harrie pakt het dan direct goed aan, de nieuwe bioscoop krijgt zowaar een lengte van 32 meter en een breedte van 9 meter en krijgt de fraaie naam: “Luxor Theater”. Valkenswaard heeft dus een heuse bioscoop, maar het succes blijft lange tijd uit. Het blijkt een moeizaam proces om de zaak lucratief te exploiteren. Tot 1938 blijft het tobben en zijn de inkomsten maar magertjes. Dan begint het te lopen en ook tijdens de oorlog is er sprake van een groeiende belangstelling. Een bijkomend en steeds weer terugkerend probleem is de filmkeuring! Heemkun d ekring Weerd erh eem
21
Direct na de eerste wereldoorlog ziet Harrie in dat de wielerbaan nou niet bepaald een vet belegde boterham oplevert en hij gaat zich op weer een heel andere bron van inkomen storten, namelijk op de exploitatie van een bioscoop! Je moet er maar op komen! Hij bouwt helemaal achter aan de Leenderweg een heuse bioscoop. Het is op hetzelfde perceel als waar zijn wielerbaan ligt.
Er staat dan zelfs een serie voor dames op het programma en dat is toch wel heel bijzonder in die tijd. Dames op een fiets waarbij hun rokken alle kanten op wapperen is dan ‘not done’, zeker in de ogen van mijnheer pastoor. Van die races heb ik geen plaatje kunnen bemachtigen. Helaas, alleen al vanwege de dan gebruikte kleding zou dat al hoogst interessant kunnen zijn!
Harrie vraagt netjes een bouwvergunning aan en hij kan vanaf 4 juni 1919 aan de slag. Het wordt een fors gebouw. Maar liefst 27 meter lang, 8 meter breed en ruim 5 meter hoog. Probleempje is dat er daar achter aan die Leenderweg geen elektriciteit voorhanden is.
Geen probleem, met een benzinemotor van 15 PK weet Harrie voldoende elektra op te wekken om zijn films te kunnen draaien.
Er was in die tijd overigens wel meer dat van mijnheer pastoor niet mocht. In het boek ´Jan Liéiéiég vertelt´, waar Harrie Lemmens ook aan het woord komt, lezen we: “Er mocht niets van de geestelijkheid, nog niet eens fietsen onder het lof. Veldwachter Rijkers kwam stiekem kijken hoe of het er op mijn fietsbaan aan toe ging.”
Heemkun d ekring Weerd erh eem
Heemkun d ekring Weerd erh eem
Bouwvergunning 1919
20
5
Op de hiervoor geplaatste foto staat Harrie rechts nog net op het randje van de foto. Voor de deur zien we zijn schoonmoeder, Gertruda van Lieshout-van Gerven trots achter de kinderwagen staan waar zoon Jack Lemmens in vertoeft. Daarnaast zien we Harrie’s wederhelft, oftewel Wilhelmina Lemmens-van Lieshout. Deze foto moet zo om en nabij 1904 zijn getrokken. Dat maken we op uit het feit dat de jonge Jack in 1902 is geboren en op de foto net in staat is zijn kleine bolletje richting fotograaf op te richten. Helemaal fraai is het voertuig links op de foto, op dat ding zou ik vandaag de dag nog met heel veel plezier door Valkenswaard willen tuffen! Hiervoor is zijn naam al gevallen, namelijk die van Harrie Lemmens, oftewel van de ‘Rooi Lem’. Zowel deze Harrie als ook de hierna nog in beeld komende Fried Dubach is al eerder bij ons in beeld geweest, namelijk bij het kwartierstatenboek zoals dat in 1990 door onze heemkundekring is uitgebracht. Met veel genoegen heb ik dus zo hier en daar uit die verhalen geput. Harrie is, zoals zoveel inwoners van Valkenswaard, eind 19e eeuw werkzaam als sigarenmaker. Hij woont samen met vrouw en gezin en zijn schoonouders aan de Leenderweg op nr. 59 in dat typische pandje dat er vandaag de dag nog steeds staat. Ooit was daar de viswinkel van Nellie van Gerwen gevestigd. Het pandje heeft inmiddels wel wat te lijden gehad, onder andere door een brandje en het staat momenteel leeg. Het zou me niets verwonderen als het op een gegeven moment tegen de vlakte gaat, wij zijn namelijk in Valkenswaard nou eenmaal niet zuinig op onze historie. Hendricus Andreas (Harrie) Lemmens is in 1881 in Veldhoven geboren en trouwt op 2 september 1901 met Wilhelmina Catharina van Lieshout, geboren in 1883. 6
Heemkun d ekring Weerd erh eem
Dit boekje heeft waarschijnlijk alleen betrekking op zijn rijwielhandel en zoals gebruikelijk in die tijd levert ook hij ‘op krediet’ en dient het boekje om zicht te houden op het betalingspatroon van zijn klanten. De inhoud van het fraaie boekje houden we geheim, ‘krediet’ is iets dat niet op straat hoort te liggen en dat geldt ook voor de handel en wandel van de ‘Rooi Lem’. Harrie heeft rond 1940 nog steeds twee adressen. Zijn ‘fabriek en werkplaats’ zijn dan nog achteraan op de Leenderweg gevestigd op de nummers 133135, terwijl hij ‘kantoor’ houdt op het adres Leenderweg nr. 11. Dit blijkt uit de catalogus van ‘blik, koper en alle voorkomende metalen’ die hij in die tijd in gebruik heeft. Heemkun d ekring Weerd erh eem
19
Op deze foto zien we Godefridus Dubach voor zijn winkel aan de Leenderweg met een tweetal coureurs, Schijvens en Deroo, die zich op de rollerbank voorbereiden op het Valkenswaards Kampioenschap van 1931. Rechts op het plaatje zien we de handbediende petroleumpomp zoals die in die tijd in gebruik was. Terug naar Harrie Lemmens. De fietsbaan levert uiteindelijk, los van de reclame voor zijn fietsenhandel, niet zo verschrikkelijk veel op. Zijn handel in allerlei andere zaken is veel lucratiever en hij houdt daar keurig ‘boek’ van. Hij gebruikt daarvoor een fraai gestileerd ‘AfrekeningsBoekje’ en de buitenkant wil ik u niet onthouden. 18
In de stalen balk boven de beide etalages staat de tekst: “DE ROODE VALK” en dat is het merk waaronder Harrie zijn fietsen verhandelt. Bij een van zijn nabestaanden hebben we nog zo’n mooi oud fietsplaatje aangetroffen van de gelijke soort zoals die vandaag de dag ook nog steeds op de voorvork van iedere fiets zit. Karel Dollekens, indertijd de conciërge van huishoudschool St. Bernadette, was in de verre omtrek ‘wereldberoemd’ vanwege zijn ongelofelijk grote verzameling van dit soort fietsplaatjes. Harrie doet niet alleen in fietsen, hij maakt ook allerlei producten van blik, onder andere voor de sigarenindustrie. Hij gaat zelfs zo ver dat hij in 1912 een bouwvergunning aanvraagt om een heuse smederij te starten. Harrie begint daar de eerste Valkenswaardse Metaalwarenfabriek met ook weer diezelfde naam ‘DE ROODE VALK’. Zijn handel is zeer divers, onder andere maakt en verkoopt hij luxe koperwerk, kannen en ook potten.
Heemkun d ekring Weerd erh eem
Heemkun d ekring Weerd erh eem
7
Dat incident prikkelde Harrie Lemmens en hij bood de jonge Dubach een baantje in zijn werkplaats aan en daarnaast nog een heuse racefiets om zich verder te bekwamen in de fietssport. Fried was een natuurtalent, maar hij kreeg het bepaald niet voor niets. Hij kon dan wel lekker fietsen, de kost verdienen met dat racen was er in die tijd niet bij. Dat betekende dus overdag gewoon werken en ´s avonds en zelfs ´s nachts bij volle maan op de wielerbaan van de Rooi Lem trainen om op zondag weer ergens een race te rijden. Hoe dan ook, Harrie Lemmens werd er niet slechter van. Fried zorgde voor de naamsbekendheid en dat leverde Harrie weer de nodige klanten op.
Bouwvergunning 1912
Fried start begin jaren twintig zelf een fietsenwinkel en wel schuin tegenover zijn oude baas Harrie Lemmens. Later heeft zijn zoon Jan die fietsenwinkel nog heel lang voortgezet.
De smederij zien we hiervoor op het plaatje achter de winkel en het magazijn. We zien zowaar ook de vuurhaard al op de vergunning ingetekend. Voor onze wielerbaan moeten we echter naar het eind van de Leenderweg. Achter de laatste woningen heeft Harrie Lemmens een flink stuk grond en daar gaat hij aan de slag. De uiteindelijke baan krijgt een betonvloer en helt schuin omhoog. Die helling zit er in om goed snelheid te kunnen maken en toch niet uit de baan te vliegen. Toch gaat het wel eens mis, maar dat heeft dan ongetwijfeld te maken met de ongeoefendheid van de coureur. Ook daarover lezen we een fraaie anekdote in het boek van ‘Jan Liéiéiég vertelt’. Jan van Gerven vertelt over zijn ervaringen!
8
Heemkun d ekring Weerd erh eem
Heemkun d ekring Weerd erh eem
17
Het plaatje hiervoor is afkomstig uit zijn ‘kasboek’ en laat overduidelijk zien dat het rendement van de baan nou niet bepaald florissant was, anderzijds zou je hieruit ook weer kunnen concluderen dat er in ieder geval geen geld bij hoefde! Even een zijsprongetje! Als we het hebben over de wielerbaan kunnen we niet om Fried Dubach heen. Net zoals Harrie Lemmens was ook Fried Dubach in eerste instantie werkzaam op de sigarenfabriek. Maar wie was dat niet in Valkenswaard zo rond 1900? Friedje leende op een zekere dag een van de eerste fietsen die in Valkenswaard rondreden en deed verwoede pogingen om alles recht te houden. Sjengske Cornelissen, inmiddels een ervaren pedaleur, kwam met zijn fiets voorbij en Fried vond het maar niets dat hij Sjegnske niet kon bijhouden. Hij ging fors op de pedalen met gevolg dat Fried zijne velo niet in bedwang kon houden en met fiets en al door de voorruit van zijn ouderlijk huis vloog.
16
Heemkun d ekring Weerd erh eem
“Op de fietsbaan van de Rooi Lem stond een spiksplinternieuwe koersfiets. Hij was van Fried Dubach, maar ik sprong er op, ik wou een rondje rijden. Niemand had me in de gaten, ik was pas een jaar of vijftien. Ik fietste al gauw keihard op de cementen baan; het ging zo lekker dat ik er elke ronde een schep bovenop deed, maar zonder erg kwam ik elke keer hoger in de bocht. Ik vloog over de baan. Toen ik weer de bocht opreed, zat ik een paar centimeter van de rand, maar laat me nu boven van het beton afvliegen. Ik viel met een smak in het zand, zo erg dat ik mijn ogen haast niet open kon krijgen en toen ik ze open had, durfde ik haast niet te kijken. Hoe was de fiets er af gekomen? Hij lag niet boven in de bocht bij mij; met schrik luisterde ik of ik hem nog over de baan hoorde kletteren, maar het was stil.” Jan van Gerven komt met de schrik vrij, de fiets is wel enigszins gehavend, maar niemand weet hem te betrappen. Hij smeert hem en het was tevens zijn laatste kunstje op de fietsbaan. Een paar keer per jaar komen we in de Meijerijsche Courant de aankondigingen van de wedstrijden tegen, maar ook zien we regelmatig de uitslagen in de krant. Daaruit blijkt bijvoorbeeld dat er op zondag 25 mei 1913 op de baan van de Rooi Lem gekoerst is met gangmakers en de uitslagen luiden als volgt: “Uitslagen wielerwedstrijd op de baan Vitesse. Voor ’t eerst werd Zondag op de onlangs aangelegde baan, eigenaar de heer Lemmens, gereden met gangmaking. De uitslag was als volgt: 1e prijs 150 gld, de heer Duden uit Keulen met gangmaker J. Ruigt. 2e prijs 100 gld, de heer Seton uit den Haag met gangmaker de heer Seton.
Heemkun d ekring Weerd erh eem
9
Met de motoren van gangmaking ging ’t lang niet opperbest. Gelukkig stond dhr. V.d. Horst uit Strijp zijne ‘Simplex’ af en toen ging het van een leien dakje. Voorts werden de 1e, 2e en 3e prijs voor nieuwelingen behaald door de heeren Damen Strijp, J. Koot uit Oirschot en H. van den Berghe uit Valkenswaard. Een groote menschenmassa woonde deze niet erg spannenden wedstrijd bij. Op de baan waren de noodige verversingen voorhanden om dorstigen en snoeplustigen te verkwikken en te laven. De harmonie uit Budel luisterde door mooie stukken dezen wedstrijd op.”
Natuurlijk gaat de opening van een dergelijk gebouw met de nodige toeters en bellen en alle hoogwaardigheidsbekleders gaan op de kiek. De persoon in het midden achter de tafel is burgemeester E. Kuijper. Ook de rest zit keurig in het pak en het lijkt dan ook voor de hand te liggen dat alle notabelen voor dit feestje zijn uitgenodigd. Dit is de enige actiefoto die we van de wielerbaan hebben kunnen bemachtigen. Op de achterkant van deze foto staat vermeld: “De oudste Nederlandse gangmaker M.P. Nigten uit Rijswijck (ZH).” De wielerbaan sterft een stille dood, althans daar lijkt het op als we er van uit mogen gaan dat met het verdwijnen van de berichtgeving in de krant, de activiteiten op de baan ook ophouden te bestaan. 10
Heemkun d ekring Weerd erh eem
De vraag dient zich vervolgens natuurlijk aan of die fietsbaan ook echt rendabel is geweest. Als we zo’n beetje naar de levenswandel van de ‘Rooi Lem’ kijken zou je eigenlijk mogen verwachten dat al dat gefiets hem geen windeieren heeft gelegd anders zou hij er niet aan begonnen zijn. Ik denk echter dat al dat gefiets op die baan nou niet bepaald lucratief was, maar dat zijn baan feitelijk alleen bedoeld was om zijn omzet in fietsen te stimuleren.
Heemkun d ekring Weerd erh eem
15
Zo’n plaatje kan niet anders dan leiden tot nader onderzoek en we constateren dat in die tijd het slachten van vee regelmatig op een min of meer ‘illegale’ wijze plaats vindt. Er is feitelijk niets geregeld en iedereen doet zoals het hem of haar het beste uitkomt. Bekend is dat binnen de familie Lemmens in die tijd meerdere slagers actief zijn en dus ligt de combinatie enigszins voor de hand. Jarenlang duurt het gekissebis over hoe en waar zo’n slacht zou moeten plaats vinden, maar in 1919 wordt een begin gemaakt met de wet ‘houdende bepalingen tot wering van vleesch en vleeschwaren die voor de volksgezondheid schadelijk zijn’. In dat jaar wordt die wet in het parlement formeel afgetimmerd. Vervolgens ontstaat een jarenlange strijd hoe Valkenswaard de zaken gaat aanpakken. In 1926 komt er uiteindelijk duidelijkheid. De slagers willen eigenlijk de zaakjes houden zoals ze zijn maar er komt dan een Koninklijk Besluit waarbij uitgebreid is geregeld waaraan “slachterijen, vleeschwinkels, bewaarplaatsen van vleesch, vleeswarenfabrieken, vilderijen, penserijen, drogerijen, rookerijen, zouterijen van dierlijke stoffen, vetsmelterijen en inrichtingen, bestemd tot bewaring of verwerking van bloed of dierlijken afval, moeten voldoen.” In datzelfde jaar zien we achter aan de Leenderweg dan ook een openbaar slachthuis verschijnen en dat is vanaf dat moment dan ook de enige plek waar nog geslacht mag worden.
14
Heemkun d ekring Weerd erh eem
De twee laatste berichten in de Meierijsche Courant willen we u niet onthouden. “Donderdag 13 juni 1918: Valkenswaard. Dinsdag stond de noodwoning van den heer Lemmens, aan de rijwielbaan, bewoond door een Belgische geïnterneerde soldaat, in lichte laaie. De huisraad was gedeeltelijk gered, terwijl een partij droge musterd een prooi der vlammen werd.” Hieruit mogen we concluderen, althans als we de courant mogen geloven, dat er bij de wielerbaan een soort van huisje heeft gestaan! Tot slot het allerlaatste krantenbericht over ‘Vitesse’. “Donderdag 20 juni 1918. Valkenswaard. Tot aller genoegen wordt op zondag 23 juni a.s. om half drie wederom de Wielerbaan geopend. Het programma bestaat uit achtervolgingsen 50 kilometerwedstrijden, waaraan acht der beste onafhankelijke renners deelnemen. De moeite welke het nieuwe bestuur der wielerbaan zich geeft, doet voorzien, dat het sportminnend publiek dit zomerseizoen nog aangename dagen te wachten staat.” Als je dit bericht leest, zou je eigenlijk mogen verwachten dat de ‘schwung’ er weer helemaal in zit en dat we nog vele activiteiten op de baan mogen verwachten. Onze enige informatiebron in deze is echter deze courant en als daar de berichtgeving stopt, kunnen we niet anders concluderen dan dat het einde verhaal is met de wielerbaan. Toch weet nog menigeen zich de ‘zandbak’ achter de Leenderweg te herinneren. Het is nog jarenlang een ideale speelplek voor de jeugd uit de directe omgeving. Heemkun d ekring Weerd erh eem
11
Toch hebben we bij een van de nazaten in het persoonlijk archief nog een heel bijzonder plaatje opgeduikeld. De wielerbaan heeft kennelijk in het grijze verleden nog andere functies gehad. Bijzonder in dit verband is het gebruik als slachtplaats! Bijgaande foto is zeer waarschijnlijk rond 1918 gemaakt en laat een grote groep mensen zien die zich op een heel andere manier ‘vermaken’ op de fietsbaan.
Op deze luchtfoto uit 1955 kunnen we toch nog iets van de restanten van die ‘zandbak’ terug vinden. Het toont het laatste stukje van de Leenderweg met onder op het midden van de foto de school voor het ‘Bijzonder Lager Onderwijs’ van meester Crijns die in de avonduren ook nog fungeert als schoolleider van de Levensschool. In het midden boven in de foto zien we het ‘stadion’ van de Valk met al een heuse tribune. Duidelijk is op het plaatje te zien dat zowel aan de linker- als aan de rechterzijde van de Leenderweg de bebouwing daar ophoudt. Achter de laatste woningen links van de weg zien we de restanten van de wielerbaan, inderdaad niet veel meer dan een verlaten zandbak!
Volgens aantekening op de achterzijde van de foto is de wielerbaan op dat moment in gebruik als ‘slachtplaats ten behoeve van de randgemeenten’. Harrie Lemmens is in ieder geval zelf getuige van de slachtpartij, hij staat tweede van rechts achter de man (de slachter) met het witte jasje.
Heemkun d ekring Weerd erh eem
Heemkun d ekring Weerd erh eem
12
13