Werken met hoogwerker en vorkheftruck. Maandthema maart 2014

Werken met hoogwerker en vorkheftruck Maandthema maart 2014

Werken met hoogwerker en vorkheftruck is een risicotaak  Doordat je anderen in gevaar kan brengen is deze taak een veiligheidsfunctie en zijn een medische keuring en opleiding noodzakelijk  Jaarlijkse medische keuring  Opleiding = 1 dag opleiding op maat bestaande uit theorie en praktijk  Door een erkend opleidingscentrum.

2

Wat zijn risicotaken? Werken met…       

Vorkheftruck Hoogwerker (knik, schaar, telescoop, op wagen) Verreiker Rolbrug Kraan (op wagen, torenkraan) Werken op hoogte (masten en pylonen) Graaf- en grondverzetmachines. Alleen uit te voeren door bevoegd personeel (= opgeleide werknemers)!

3

Waarop letten bij gebruik van vorkheftruck en hoogwerker?  Verifieer of je opleidingscertificaat in orde is  Geldigheidsduur is 5 jaar

 Is je jaarlijkse medische keuring in orde ?  Ben je in het bezit van een geldig keuringsattest van de hoogwerker of vorkheftruck?  Controleer steeds de goede staat en correcte werking vóór je de vorkheftruck of hoogwerker gebruikt.

4

Keuringen  Zowel een vorkheftruck als een hoogwerker moeten gekeurd worden door een erkend organisme  Hoogwerker: trimestrieel  Vorkheftruck: jaarlijks Indien gebruikt als hijswerktuig geldt een trimestriële keuring

Afgekeurd Met opmerking

5

= verboden verder te gebruiken

Aandachtspunt: keuring met opmerking  Een keuring met opmerking wordt aangeduid met een oranje bindstrip naast de keuringsstrip  Het toestel mag nog gebruikt worden maar de opmerking(en) moeten zo snel mogelijk in orde gebracht worden  Doe zo snel mogelijk het nodige om het toestel volledig in orde te hebben.

6

Aandachtspunten bij gebruik van een vorkheftruck  Zorg dat de vorken van de vorkheftruck zich tijdens het rijden zeker niet op enkelhoogte bevinden  Draag steeds de veiligheidsgordel in open cabine  Een vorkheftruck mag niet als hijsmiddel gebruikt worden, behalve als hij daarvoor gekeurd is door een erkend keuringsorganisme  Vervoer van personen op een heftruck is strikt verboden  Zowel achteraan (enkel zitje voor de chauffeur) als vooraan (geen kooi op vorken).

7

Aandachtspunten bij werken op hoogte en gebruik van een hoogwerker  Bij werken op hoogte moet steeds voorrang gegeven worden aan het gebruik van een hoogwerker of schaarlift!  PBM’s verplicht te dragen in een hoogwerker:  Veiligheidshelm  Veiligheidsharnas  Leeflijn/stopchute (verankerd in kooi)

 Elke hoogwerker moet beschikken over:  Gebruikshandleiding  Goedkeuringskenmerk  Keuringsdocument  Zorg dat alle documenten binnen handbereik zijn in de cabine.

8

Verboden met een hoogwerker  Een hoogwerker mag niet gebruikt worden als hijswerktuig  Toegelaten: te behandelen materiaal binnen de max. belasting van de kooi

 Verlaat de kooi van de hoogwerker niet wanneer je in de hoogte werkt  Indien je uitzonderlijk toch de kooi in de hoogte moet verlaten dient er een extra TRA (taakrisicoanalyse) opgemaakt te worden

 Bij windkracht boven 6 beaufort mag er niet gewerkt worden met een hoogwerker.

9

Veiligheidsgedrag en communicatie van bedieners en werknemers in de buurt van een hoogwerker  Bedieners van hoogwerkers zorgen ervoor dat:  De nodige maatregelen genomen zijn (LMRA) vóór aanvang van de werken  Dat werknemers die in de buurt van de hoogwerker werken verwittigd zijn en eventueel op afstand blijven  Dat, als werknemers in de buurt van de hoogwerker onveilig gedrag vertonen, ze hen hierover aanspreken.

10

Veiligheidsgedrag en communicatie van bedieners en werknemers in de buurt van een hoogwerker  Werknemers die in de buurt van de hoogwerker werken:  Dragen steeds een veiligheidshelm  Begeven zich nooit onder de last  Communiceren eveneens met de bedieners bij onveilige toestanden.

11

Opslag van gasflessen Maandthema milieu

Milieu: opslag van gasflessen  Bij opslag van chemische producten vormen gasflessen een specifieke groep met extra te nemen voorzorgsmaatregelen  Ongeacht de inhoud van de gasfles, is het steeds belangrijk om rekening houden met de gasfles zelf  Op die manier voorkomt men lekken en explosies en zijn zowel mens als milieu beter beschermd.

13

Milieu: opslag van gasflessen  Zorg voor voldoende ventilatie  Plaats gasflessen in een koele omgeving, zeker niet in direct zonlicht  Rook niet in de buurt van gasflessen  Gebruik geen ontstekingsmechanismen  Geen blootstelling aan hoge temperaturen of vuur  Plaats de houder steeds verticaal, beschermd tegen omvallen  Controleer steeds of de gasfles gesloten is  Hou rekening met de opslag- en afstandsregels  Als je een gasreuk opmerkt, controleer dan de fles en evalueer de situatie!

14