Nr. 44
Afgiftekantoor: Brussel X – Amonis Magazine – Erkenningsnummer: P404054
M
A
G
A
Z
I
N
E
Werken in een vennootschap
Tweemaandelijks November - December 2013 www.amonis.be
Voorafbetalingen
Fiscaal voordelig uw pensioen verbeteren
Uw belasting betalen = fiscaal sparen
Successieplanning
Maatschappelijke uitdagingen
Laat uw vermogen niet verkruimelen
Dr. Jean Creplet: in naam van de farma
EDITO
© Jan Pollers
De vier pijlers in de juiste volgorde
De financiële en sociale zekerheid wordt vaak voorgesteld in vier pijlers. De eerste pijler omvat de basis sociale zekerheid, voorzien door de Staat, waartoe we moeten bijdragen en waarop we als burger erg weinig invloed kunnen uitoefenen. De drie volgende pijlers zijn daarentegen optioneel en werden opgezet om de eerste pijler aan te vullen. De drie facultatieve pijlers zijn aanvullend, de ene komt bovenop de andere. Doelstelling is om voldoende pensioenkapitaal bijeen te sparen voor een comfortabel pensioen. Daarom raden we aan het maximaal mogelijke te halen uit de instrumenten van de verschillende pijlers. Fiscaal gezien zijn ze echter niet gelijkwaardig. De tweede pijler – VAP en groepsverzekering – heeft het meest interessante fiscale stelsel. De gestorte bijdragen zijn aftrekbaar als sociale bijdragen en leveren de grootste fiscale besparing op. Daarna komen de producten van de derde pijler, die een fiscaal voordeel van 30% opleveren. De vierde pijler ten slotte omvat puur financiële beleggingsproducten binnen een niet-fiscaal kader. Daarom is het belangrijk om uw beschikbaar vermogen in de juiste volgorde te beleggen: eerst de stortingsmogelijkheden in de tweede pijler maximaal benutten, vervolgens overschakelen naar de derde pijler en ten slotte beleggen in de vierde pijler, nadat alle mogelijkheden om de fiscale factuur te verminderen zijn uitgeput.
Tom Mergaerts
Dr. Herwig Van Dijck
Chief Executive Officer
Voorzitter van de Raad van Bestuur
Korte berichten
Sommaire Inhoud
Wettelijke sociale zekerheid Overzicht van de bedragen in voege op 1 oktober 2013
4. IPT
Wettelijk rustpensioen in euro*, maandelijkse brutobedragen voor een volledige loopbaan van 45 jaar ••
Fiscaal voordelig uw pensioen verbeteren
min.
max.
Alleenstaande
1.060,94
1.222,86
Gezinshoofd
1.403,73
1.528,58
6. Fiscaliteit
Zelfstandige
Laat uw vermogen niet verkruimelen
Max. bedragen berekend op basis van een jaarlijks inkomen geplafonneerd op 54.398,06 euro
9. Fiscaliteit
Loontrekkende Alleenstaande
1.123,34
2.144,95
Gezinshoofd
1.403,73
2.681,19
Uw belasting betalen = fiscaal sparen
Max. bedragen berekend op basis van een jaarlijks inkomen geplafonneerd op 51.092,44 euro
10. Ontmoeting
*Bedragen geldig vanaf 01/07/2013
Ambtenaren - 3/4 van het gemiddelde loon van de laatste 10 jaren van de loopbaan - het laatste loon voor militairen Absoluut maximum: 75.406,20 75.406,20 euro bruto per jaar*.
Dr. Jean Creplet: in naam van de farma
*Bedragen geldig vanaf 01/01/2013
Wettelijk gewaarborgd inkomen in euro* 1ste maand
2de tot 12de maand
Vanaf het 2de jaar
1.061,06
1.123,46
1.403,74
1.403,74
861,38
963,30
Wetvoorstel nieuwe berekeningswijze van de sociale bijdragen vanaf januari 2015
Zelfstandige Alleenstaande Gezinshoofd
0
Samenwonende Loontrekkende Alleenstaande Gezinshoofd Samenwonende
1.881,88 100%
2.052,96
Zelfstandigen
2.224,04 1.368,64
Jaarlijks loonplafond waarmee rekening gehouden wordt voor loontrekkenden: 40.254,83 euro
© iStockphoto
*Bedragen geldig vanaf 01/09/2013
De wettelijke sociale bijdragen van zelfstandigen worden nu berekend op basis van het beroepsinkomen van 3 jaar geleden. Vanaf 2015 zullen de sociale bijdragen van het jaar J berekend worden op basis van de inkomsten van het jaar J. De inkomsten van J-3 vormen de berekeningsbasis voor de voorlopige bijdragen voor het jaar J. Deze worden geregulariseerd zodra de reële inkomsten bekend zijn. De zelfstandige zal ook een aanpassing van zijn voorlopige bijdragen kunnen vragen op basis van een schatting van zijn reële inkomsten. De bijdragen van onvolledige jaren worden berekend op de inkomsten van deze jaren zelf, niet meer op deze van het eerste volledige jaar van activiteit. ••
3.
Werken in een vennootschap
Fiscaal voordelig uw pensioen verbeteren Zorgverleners die hun beroepsactiviteit uitoefenen in het kader van een vennootschap kunnen hun aanvullend pensioen verbeteren dankzij de Individuele Pensioentoezegging (IPT).
E
en vennootschap oprichten om uw beroepsactiviteit uit te voeren is in meer dan één opzicht een gunstige oplossing. Een van de voordelen van dit organisatiemodel is de mogelijkheid uw vrij aanvullend pensioen te vervolledigen. Uw vennootschap kan namelijk een Individuele Pensioentoezegging afsluiten: met de gestorte premies wordt een kapitaal opgebouwd dat u ontvangt op pensioenleeftijd.
Aftrekpost voor de vennootschap Omdat uw vennootschap de verzekeringnemer is, moet zij ook de bijdragen betalen voor dit aanvullend pensioenplan. De gestorte premies
De balans van uw persoonlijke situatie Oefent u uw beroepsactiviteit uit in een vennootschap? Neem dan contact op met een Amonisadviseur op het nummer 0800/96.119 voor een evaluatie van uw persoonlijke situatie.
4.
M A G A Z I N E
worden belast met een heffing van 4,4%. De vennootschap kan de premies aftrekken van de belasting als beroepskosten. Er is maar één voorwaarde: de 80%-regel mag niet worden overschreden. Deze regel bepaalt dat er een bovengrens is voor de gestorte premies. Het totaal van de aanvullende pensioenen van de 2e pijler (VAPZ, IPT en groepsverzekering) plus uw wettelijk pensioen mag niet hoger zijn dan 80% van uw laatste jaarinkomen. Het deel van de premies dat deze drempel overschrijdt is niet aftrekbaar. Erger nog: het risico bestaat dat de controleur het beschouwt als een niet-opgegeven inkomen, en onderwerpt aan de speciale belasting van 309% op geheime commissielonen. Het is dus beter om voorzichtig te zijn, te meer nu DB2P is opgericht, de database van aanvullende pensioenen die een veel betere controle door de fiscus mogelijk maakt (zie ‘Aanvullend pensioen binnenkort geregistreerd’, op pagina 10 van Amonis Magazine nummer 39).
Laag belast op de vervaldatum Naast de fiscale aftrekbaarheid heeft de IPT nog een voordeel: het gespaarde kapitaal wordt gunstig behandeld op de vervaldatum. Om te beginnen wordt het gehele kapitaal (de som van de betaalde premies, plus het gegarandeerd rendement en
Komt er naast de 80%-regel ook nog een plafond? De regering Di Rupo heeft een tijdlang gesproken over de mogelijkheid om een plafond in te stellen voor de premies die aftrekbaar zijn in het kader van de pensioenen van de tweede pijler. Zoals we in ons voorgaande nummer al hebben aangekondigd, heeft de regering dit idee laten varen en besloten een aanvullende heffing in te voeren voor de hoogste bijdragen die door de vennootschap gestort worden. Deze heffing wordt in twee fasen ingevoerd: - Van 2012 tot 2015 is er een heffing van 1,5% op het deel van de jaarlijkse premies boven 31.212 euro (bedrag 2013) - Vanaf januari 2016 geldt de heffing van 1,5% voor het hele bedrag van de gestorte premies, zodra het plafond wordt overschreden. Hoe hoog het plafond zal zijn is momenteel nog niet bekend, maar het zou verband moeten houden met het hoogste pensioen in de overheidssector.
IPT
Na deze twee inhoudingen wordt alleen het gegarandeerde deel van het kapitaal, dat wil zeggen de gestorte premies en het gegarandeerde rendement van uw IPT, belast volgens een gunstig stelsel, dat afhankelijk is van de leeftijd waarop u uw kapitaal opvraagt: - 20% als u uw kapitaal opvraagt op 60 jaar, zonder uw wettelijke pensioen aan te vragen, 16,5% als u ook uw wettelijke pensioen aanvraagt - 18% als u uw kapitaal opvraagt op 61 jaar, zonder uw wettelijke pensioen aan te vragen, 16,5% als u ook uw wettelijke pensioen aanvraagt - 16,5% als u uw kapitaal opvraagt tussen 62 en 64 jaar, of u nu met pensioen gaat of niet - 16,5% als u uw kapitaal opvraagt vanaf 65 jaar en u niet bent blijven werken tot uw 65e
- 10% als u bent blijven werken tot u 65 werd. Dus hoe langer u wacht om met pensioen te gaan en uw IPT-kapitaal op te vragen, hoe minder het zal worden belast.
Uw ‘eigendom’ Een ander voordeel van de Individuele Pensioentoezegging is dat u wordt beschouwd als de begunstigde van het contract. Dat betekent concreet dat het gegarandeerd kapitaal en de winstdeelnames voor u zijn, wat er ook gebeurt. Als u bijvoorbeeld uw vennootschap overdraagt aan een collega op het moment dat u met pensioen gaat, verandert dat niets: u ontvangt in ieder geval het voorziene kapitaal. U kunt uw IPT ook gebruiken om een onroerend goed te kopen, te bouwen of te verbouwen: daarvoor hoeft u alleen een voorschot te vragen op uw contract. Er is maar één voorwaarde: het onroerend goed moet zich bevinden in de Europese Economische Ruimte.
Eerst VAPZ en daarna IPT De Individuele Pensioentoezegging is een interessante formule voor degenen die hun beroepsactiviteit uitoefenen in het kader van een vennootschap, maar vergeet niet dat het fiscale voordeel dat geldt voor de bijdragen die u stort in het kader van uw Vrij Aanvullend Pensioen voor Zelfstandigen groter is. De bijdragen voor uw VAPZ worden afgetrokken van de personenbelasting, die hoger is dan de vennootschapsbelasting. Dat levert dus een groter belastingvoordeel op. Anderzijds worden de bijdragen voor het VAPZ niet belast met de heffing van 4,4%. U kunt dus best eerst de maximale bijdrage voor uw VAPZ storten, en daarna uw pensioen aanvullen met een IPT. Houd u daarbij wel aan de 80%-regel. In het kader van uw VAPZ kunt u tot 3.472,05 euro aftrekken (bedrag voor 2013 voor een beroepsinkomen van ten minste 36.936,69 euro). Als u meer informatie wenst, neem dan zeker contact op met onze Amonisadviseurs (zie kader). ••
© Corbis
de winstdeelname) belast met een RIZIV-bijdrage van 3,55%, plus een solidariteitsheffing van 2% op de kapitalen die groter zijn dan 24.789,36 euro.
5.
Successieplanning
Laat uw vermogen niet verkruimelen U bent erin geslaagd om een mooi vermogen op te bouwen. Door op tijd aan successieplanning te doen, kan u een hoop onaangename verrassingen aan uw erfgenamen vermijden qua successierechten.
N
adenken over uw successieplanning, we geven het toe, het is niet de meest prettige bezigheid. Als u echter uw erfgenamen zoveel mogelijk wil laten profiteren van de vruchten van uw arbeid, is dat nochtans geen slecht idee. Zeker in de hoogste schijven zijn de tarieven voor successierechten niet van de poes. Wij klopten aan bij Dierickx Leys Effectenbank in Antwerpen om te bekijken hoe u dit best aanpakt.
Vakman Met successieplanning besparen uw erfgenamen niet alleen veel geld, het geeft ook de mogelijkheid om uw eigendommen te verdelen, precies zoals u het wenst. Dit gaat veel verder dan gewoon een testament opstellen. Het zijn hoogst gepersonaliseerde oplossingen waarbij soms juridische spitstechnologie komt kijken. Een fout in het minste detail kan hierbij verstrekkende financiële gevolgen hebben. Dit laat u dus best aan een vakman over.
6.
M A G A Z I N E
“Meer en meer cliënten willen aan successieplanning doen”, zegt Dominique De Schutter, juriste bij Dierickx Leys. “Wat het aantal schenkingen betreft, zowel notariële schenkingen als via een bankgift, is 2013 zelfs een topjaar. Mensen worden zich er beter bewust van, het begrip successieplanning komt meer in de media en ook de banken prijzen het aan. Ook het nakijken van huwelijkscontracten doen we almaar vaker. De cliënten willen graag weten hoe ze er voor staan en wat de consequenties zijn voor hun erfgenamen.”
Opgepast, hoge schijf Het woord ‘successieplanning’ klinkt een beetje alsof het alleen geschikt is voor zéér rijke mensen. Voor kleinere vermogens is het fiscale voordeel inderdaad niet zo geweldig groot, omdat de tarieven dan een pak billijker zijn dan voor grote vermogens. Maar zo gauw het patrimonium wat omvangrijker wordt, verandert dat echter snel. «De fiscus hanteert bij het bepalen van de successierechten verschillende tarieven, afhankelijk van de te erven som en de band tussen erfgenaam en erflater», legt De Schutter uit.
Tabel 1: Successierechten in rechte lijn
Ouders en kinderen, echtgenoten Vlaanderen € 0 – 50.000
3%
€ 50.000 – 250.000
9%
Boven € 250.000
27%
Brussel € 0 – 50.000
3%
€ 50.000 – 100.000
8%
€ 100.000 – 175.000
9%
€ 175.000 – 250.000
18%
€ 250.000 – 500.000
24%
Boven € 500.000
30%
- In rechte lijn: Hier zijn dus de tarieven in rechte lijn, dus tussen ouders en kinderen en echtgenoten (zie tabel 1). In Vlaanderen wordt ook nog een opsplitsing gemaakt tussen roerende en onroerende goederen, in Brussel niet. Op die manier kom je al een stuk sneller in een hogere schijf terecht. De tarieven worden in beide gewesten wel per erfgenaam toegepast. Overigens schaft Brussel vanaf 2014 de
Fiscaliteit
successierechten af op de gezinswoning voor de langstlevende partner. Zo wil de regio vermijden dat de partner die overblijft het huis moet verkopen om de successierechten te kunnen betalen. In Vlaanderen is dit al sinds 2007 afgeschaft. - Tussen broers en zussen: Tussen broers en zussen liggen de tarieven al een stuk hoger (zie tabel 2). Daar wordt ook die opsplitsing tussen roerend en onroerend goed niet meer gemaakt, maar wel nog de tarifering per erfgenaam. Brussel heeft ook nog aparte tarieven voor neven en nichten, ooms en tantes. Tabel 2: Successierechten tussen broers en zussen
proportioneel verdeeld over alle erfgenamen. Er is dan ook geen opsplitsing meer tussen onroerende en roerende goederen. Alles wordt samengeteld. Tabel 3: Successierechten zonder bloedverwantschap
Geen bloedverwantschap Vlaanderen € 0 – 75.000
45%
€ 75.000 – 125.000
55%
Boven de € 125.000
65%
Brussel
Broers en zussen
€ 0 – 50.000
40%
Vlaanderen
€ 50.000 – 75.000
55%
€ 75.000 – 175.000
65%
Boven € 175.000
80%
€ 0 – 75.000
30%
€ 75.000 – 125.000
55%
Boven € 125.000
65%
Brussel € 0 – 12.500
20%
€ 12.500 – 25.000
25%
€ 25.000 – 50.000
30%
€ 50.000 – 100.000
40%
€ 100.000 – 175.000
55%
€ 175.000 – 250.000
60%
Boven de € 250.000
65%
- Geen bloedverwantschap: Wanneer er helemaal geen bloedverwantschap is, stijgen de tarieven nog verder (zie tabel 3). In dit laatste geval wordt het tarief niet toegepast per erfdeel, maar wel op de som van alle erfdelen. De successierechten worden dan
“Je moet absoluut niet alles wegschenken, maar het is toch zeker interessant om zoveel mogelijk uit de categorieën van 27% of 24% en 30% weg te blijven», zegt Dominique De Schutter. «Vergelijk bijvoorbeeld deze tarieven met de schenkingsrechten. Die worden voor roerende goederen bepaald door een vlaktarief van 3% in rechte lijn en 7% in niet-rechte lijn en dat zowel in Brussel als Vlaanderen. Dat is al een flink verschil.”
Hoe schenken? Om bij leven een grote schenking te doen, bestaan er verschillende technieken, elk met hun voor- en nadelen. “De vier meest courante zijn de handgift, met of zonder geschrift, de bankgift en de notariële schenking”, zegt De Schutter. “Wie liever geen enkel spoor nalaat van een schenking, kiest best voor de handgift zonder geschrift, al wordt
vaak ook expliciet voor een schenking met geschrift gekozen, bijvoorbeeld om te vermijden dat later andere (gedupeerde) erfgenamen de gift zouden betwisten voor een rechtbank of om bepaalde clausules te kunnen verbinden aan de gift. Men kan zo ook een bewijs leveren van de inhoud en ook van de datum bij uitwisseling van aangetekende brieven. Dat laatste is vooral belangrijk voor de driejarenregel, dat wil zeggen dat als de schenker overlijdt binnen de drie jaar na de schenking, men in bepaalde gevallen toch nog de successierechten zal moeten betalen.” De twee andere veel voorkomende vormen van schenking zijn de bankgift en de notariële schenking. “De bankgift is een gewone girale overschrijving van gelden of effecten en wordt tegenwoordig vaak gebruikt als praktisch alternatief voor een handgift. Gedematerialiseerde effecten bijvoorbeeld kan je onmogelijk met een handgift schenken. Bij de opstelling van de bijhorende documenten moet je wel rekening houden met enkele technische vormvereisten.” De notariële schenking wordt dan weer vaak gebruikt om de driejarenregel te vermijden, want die is hier niet van tel. “Ook bij zeer complexe schenkingen van roerende goederen kan dit een goede vorm zijn”, zegt De Schutter. “Aandelen op naam of deelbewijzen van een BVBA kan men bijvoorbeeld alleen met een notariële akte schenken, onroerende goederen trouwens ook.”
Huwelijkscontract in orde? Niet alleen de grootte van het vermogen of je woonplaats kunnen een invloed hebben op de successierechten die je betaalt. Ook je familiale situatie bepaalt een en ander. “Het aantal kinderen, het feit of de erflater getrouwd is en ook onder welk huwelijksstelsel dat gebeurde, het heeft allemaal
7.
© Corbis
zijn invloed”, zegt De Schutter. “Het huwelijkscontract is dan vaak ook al een eerste stap in een successieplanning. Wie gehuwd is onder het gemeenschappelijk stelsel kan bijvoorbeeld geopteerd hebben voor het ‘verblijvingsbeding’. Dat wil zeggen dat het gemeenschappelijk vermogen integraal naar de langstlevende echtgenoot gaat. Dat geeft een mooie juridische zekerheid, maar het betekent wel dat je op de helft van de goederen fikse erfenisrechten zult moeten betalen.» Fiscaal gezien kan men dus beter kiezen voor andere clausule, legt De Schutter uit. «Het keuzebeding (al dan niet onder last) laat de overlevende echtgenoot de keuze de gemeenschappelijke goederen wel of niet of slechts gedeeltelijk te erven. Bij het stelsel met scheiding van goederen is een ‘alsofbeding’ of een schenking van de roerende goederen onder ‘conventionele terugkeer bij overlijden’ vaak nuttig. Zo vermijdt men torenhoge successierechten. Een schenking tussen echtgenoten is bovendien altijd herroepbaar.» •• Dit artikel kwam tot stand met de medewerking van Dierickx Leys. Haar specialisten staan u graag bij met raad over belastingen of vermogen.
8.
M A G A Z I N E
Onbedoeld benadeeld Door aan successieplanning te doen, kan je niet alleen veel geld uitsparen. Het geeft je ook de mogelijkheid om je vermogen zeer precies te verdelen. “Onze samenleving verandert bijzonder snel en de wetgever heeft niet altijd de tijd om adequaat in te spelen op nieuwe maatschappelijke normen”, zegt De Schutter. “Neem de nieuw samengestelde gezinnen met stiefkinderen. Ik kan me perfect voorstellen dat een erflater een deel van zijn vermogen wil overdragen aan zijn stiefkinderen waar hij jarenlang mee onder één dak heeft gewoond. Automatisch gebeurt dat echter niet, dat zal testamentair bepaald moeten worden. Stiefkinderen zouden ook onbedoeld benadeeld kunnen worden, bijvoorbeeld door een tweede huwelijk van hun moeder, waardoor na haar overlijden haar vermogen naar de nieuwe partner gaat.” Ook in andere kwesties kan een successieplanning soms een oplossing bieden. «Het gebeurt dat de relatie tussen de ouders en sommige van hun kinderen zo verzuurd is, dat zij bepaalde kinderen willen bevoordelen bij de erfenis. Dit zijn uiteraard zeer delicate situaties die met de nodige omzichtigheid moeten aangepakt worden en waarbij het vermijden van een escalatie de eerste bekommernis moet zijn.»
Fiscaliteit
Voorafbetalingen
Uw belasting betalen = fiscaal sparen De belastingadministratie nodigt zelfstandigen en vennootschappen uit om in de loop van het jaar een voorschot te betalen op hun belasting. Als aanmoediging hanteert de staat de wortel en de stok.
A
ls u wel eens een loonbriefje hebt gehad, weet u vast dat de werkgever elke maand een bedrijfsvoorheffing inhoudt op het loon, die hij aan de Staat betaalt. Ondernemingen en zelfstandigen moeten zelf het initiatief nemen om spontaan voorafbetalingen van belasting, afgekort VA, te doen.
vermeerdering te betalen. Een voorbeeld: als u geen voorafbetalingen hebt gedaan en u moet uiteindelijk 10.000 euro belasting betalen, moet u als zelfstandige 214,65 euro vermeerdering betalen (90% x 106% x 2,25% x 10.000 euro). Gelukkig kunt u met de VA deze vermeerdering compenseren, of uw fiscale factuur zelfs verlagen.
Hoe gaat dat ook weer?
Bonus voor uw VA
Het systeem van de VA is als volgt: aan het einde van elk kwartaal wordt de zelfstandige of vennootschap uitgenodigd om een voorschot te betalen op de belasting. Deze voorafbetaling moet grosso modo overeenkomen met een kwart van de belasting die zal moeten worden betaald op de belastbare beroepsinkomsten, die het volgende jaar worden opgegeven in de belastingaangifte.
Elke voorafbetaling geeft u recht op een bonus, die als volgt wordt berekend: - 3% van de eerste voorafbetaling - 2,5% van de tweede voorafbetaling - 2% van de derde voorafbetaling - 1,5% van de vierde voorafbetaling.
In ons voorbeeld: als u elk kwartaal 2.500 euro stort, krijgt u een totale bonus van 225 euro, die dus opweegt tegen de vermeerdering. Als u minder stort, loopt u het risico dat u deze vermeerdering niet compenseert.
Alles in april betalen? Als u spaargeld hebt, kan het interessant zijn om alles zo vroeg mogelijk in het jaar te storten. Door de grotere bonus kunt u heel wat belasting besparen. Als u bijvoorbeeld 100% stort in april, bij de eerste voorafbetaling, krijgt u een bonificatie van 300 euro. Uw fiscale factuur neemt dus met bijna 85 euro af! De banken hebben het goed begrepen: de meeste bieden u zeer interessante formules aan om uw VA te financieren. Maak er zeker gebruik van! ••
Niet of te weinig betaald = vermeerdering van belasting Om de belastingplichtigen aan te sporen om deze voorschotten te betalen heeft de belastingadministratie een systeem bedacht om de toegepaste belasting systematisch te verhogen. Het betreft een vermeerdering van 2,25% berekend op 106% van de te betalen belasting (103% voor vennootschappen). Zelfstandigen hoeven slechts 90% van deze
Starters: VA niet verplicht De starters die zich in 2011, 2012, of 2013 voor het eerst als zelfstandige in hoofdberoep hebben gevestigd, krijgen geen vermeerdering van belasting. Zij kunnen dus kiezen om geen voorafbetalingen te doen, of wel vooraf te betalen en te profiteren van de bonificatie.
9.
Maatschappelijke uitdagingen
In naam van de farma Dr. Jean Creplet is medisch directeur van pharma.be, de Belgische vereniging van innoverende farmaceutische ondernemingen. Een controversiële positie waarop zijn beroepservaring hem al jaren lijkt te hebben voorbereid. artikels over cardiologie, zijn specialisatie, heeft hij meer dan eens stukken geschreven waarin hij zijn ideeën over de maatschappelijke implicaties van de geneeskunde uiteenzet en verdedigt. “De financiering van de gezondheidszorg, de ethische kwesties die uit politieke keuzes voortvloeien (euthanasie, bijvoorbeeld), het taboe van het geld, de organisatie van de ziekenhuissector, de rol van de behandelende arts … Dat soort kwesties heeft me altijd geïnteresseerd.”
Machtsstrijd Al snel wordt de jonge dr. Creplet geconfronteerd met belangenconflicten en machtsstrijd! Als hij begin jaren 70 in de dienst cardiologie van het Bracopsziekenhuis werkt, moet hij de medische raad proberen te overhalen om een toestel voor echocardiografie aan te schaffen. “Tegenwoordig is het ondenkbaar om zonder echo’s te werken in de cardiologie, maar in die tijd heb ik echt strijd moeten leveren om de besluitvormers te
© Laetizia Bazzoni
J
ean Creplet is nooit bang geweest om van koers te veranderen. Op zijn twintigste, als hij al 3 jaar voor ingenieur studeert, krijgt hij belangstelling voor de geneeskunde. Geen probleem! Hij maakt wel af waar hij mee begonnen is, maar start tegelijk met de medische studie. Om de studie te financieren, werkt hij halftijds in een farmaceutische onderneming waar hij een wetenschappelijke analyse uitvoert van tijdschriften en brochures. Een detail? Dat is maar de vraag. Naast
Ontmoeting
overtuigen. Je komt heel menselijke emoties tegen in het ziekenhuis (rivaliteit, jaloezie, enz.) en iedere clan vecht voor zijn plaats. Wat geldt in het ziekenhuis, geldt net zozeer op de hoogste niveaus van verantwoordelijkheid. Alle actoren in de gezondheidzorg – artsen, apothekers, ziekenfondsen, RIZIV, ministerie, enz. – zijn onderworpen aan hiërarchieën en aan beperkingen. In het ideale geval zou iedereen in dit kleine wereldje samen moeten werken, maar helaas … Er is geen cultuur van samenwerking in de gezondheidszorg en de geneeskunde. Dat is betreurenswaardig, vooral omdat we in principe allemaal hetzelfde doel hebben: de patiënt de best mogelijke zorg bieden, tegen een redelijke prijs.”
De keerzijde van de spiegel Halverwege de jaren 90 krijgt dr. Creplet een zetel aangeboden in de TRFS (de Technische Raad van Farmaceutische Specialiteiten) van het RIZIV. Hij is wel nieuwsgierig naar deze commissies waar de belangrijkste uitdagingen voor de geneeskunde worden besproken en hij neemt het aanbod aan. “De debatten in de TRFS zijn fascinerend! Bijvoorbeeld, de terugbetaling komt neer op een financiële inspanning van de gemeenschap. Het is een belangrijke erkenning voor een geneesmiddel, want geneesmiddelen die niet worden terugbetaald, worden weinig voorgeschreven. De economische uitdagingen zijn dus groot en het is niet eenvoudig om besluiten te nemen, want het budget is beperkt.” In 2004 krijgt hij de positie van medisch directeur van pharma.be aangeboden. Het wordt zijn taak om de vereniging te vertegenwoordigen bij de CTG (Commissie Tegemoetkoming Geneesmiddelen) van het RIZIV en ook om de innovatie in de farmasector beter bekend te maken aan de buitenwereld. Hoewel hij de geneeskunde blijft uitoefenen, is niet iedereen ingenomen met zijn nieuwe verantwoordelijkheden.
C.V. express 1967: Burgerlijk ingenieur in de mijnbouw (UCL-ULB) 1972: Doctor in de geneeskunde (ULB) 1977: Cardioloog (ULB) 1985-1998: Diensthoofd geneeskunde Bracops-ziekenhuis 1999-2003: Diensthoofd cardiologie in het CHU Charleroi 2004-2012: Schrijft een rubriek in het Magazine des GLEMS (het magazine van de LOKs) Depuis 2004: Medisch directeur van pharma.be 2013: Verschijning van zijn laatste boek: ‘De derde revolutie in de geneeskunde‘
“Van de ene op de andere dag wilden sommige mensen me niet langer een hand geven! Alsof er twee partijen zijn: aan de ene kant de brave artsen en ziekenfondsen en aan de andere die schurken van de farmasector. Dat is belachelijk. A priori zijn alle groepen respectabel.”
Slecht afgeschilderd Het is een feit: de farmasector heeft geen goede pers. Omdat het over de gezondheid gaat, wordt een schandaal in verband met een geneesmiddel uitgebreid uitgesmeerd in de media. “Niemand kan ontkennen dat er soms laakbaar gedrag voorkomt in de farmasector, net als in andere sectoren. Moeten we de hele sector brandmerken omdat enkele individuen zich misdragen?” Toch heeft hij in het begin getwijfeld. De industrie die hij vertegenwoordigt, wordt soms zo fel aangevallen dat hij zich afvraagt of hij “niet voor schurken werkt”. Maar dan buigt hij zich over de geschiedenis van de innovatie in de farmasector, en zoekt in het verleden naar antwoorden op de vragen die hij zich stelt. “Er is tot nu toe één constante te bespeuren: het is de farmasector en geen andere die de verantwoordelijkheid heeft om een afgewerkt product in de handel te brengen en toegankelijk te
maken voor iedereen. Insuline, dat werd ontdekt aan de universiteit van Toronto, is in Canada op de markt gebracht door een spin-off, maar het zijn de farmaceutische bedrijven, zoals Eli Lilly in de Verenigde Staten, die het in de rest van de wereld hebben verspreid. Bayer heeft aspirine ontwikkeld, de eerste sulfamides, de eerste ontstekingsremmers, enz. Kortom, zonder de farmaceutische industrie geen vooruitgang bij ons streven om echt bevredigende oplossingen te bieden voor de behoeften van de patiënten.”
De toekomst van het systeem Als we hem vragen wat zijn mening is over de duurzaamheid van het gezondheidszorgstelsel, toont dr. Creplet zich optimistisch. “Volgens mij moeten we afstand doen van bepaalde onhoudbare ideeën, zoals het vermijden van evaluaties (van procedures en van dienstverleners), uit angst om op tenen te trappen. Ik heb echter vertrouwen in onze Belgische aard om compromissen te sluiten, in ons vermogen om een dialoog tot stand te brengen tussen de ‘tegenstanders in onze broedertwisten’, ondanks tegenstellingen en verschillende ideologieën. Onder de druk van de budgetten en de vergrijzing zullen we trouwens wel moeten. We moeten creativiteit aan de dag leggen ...” ••
11.
Pas afgestudeerd? Denk aan de sociale voordelen RIZIV Bespaar zonder een cent uit te geven
Iedereen die net is afgestudeerd heeft recht op de sociale voordelen RIZIV vanaf het jaar waarin hij zijn diploma behaalt. De enige voorwaarde is dat u moet toetreden tot de conventie.
© Corbis
Vergeet niet om uw sociale voordelen RIZIV aan te vragen
Meer weten? Contacteer onze raadgevers op 0800/96.119 voor persoonlijk advies. M A G A Z I N E