WERKBOEK LOOPBAANORIENTATIE VMBO 4 TL WERKBOEK LOOPBAANORIËNTATIE VMBO 3 TL

WERKBOEK LOOPBAANORIENTATIE VMBO 4 TL 2015-2016

WERKBOEK LOOPBAANORIËNTATIE VMBO 3 TL 2015-2016


Inhoudsopgave

Belangrijke data LOB schooljaar 2015-2016 VMBO 3TL ....................................................... 2 Inleiding ................................................................................................................................. 3 Hoofdstuk 1 Competenties .................................................................................................... 5 1.1 Verschillende competentiegebieden ............................................................................ 5 1.2 Competenties bij beroepen ........................................................................................ 11 1.3 Wie ben ik en wat kan ik? ......................................................................................... 14 Hoofdstuk 2 Maatschappelijke stage ....................................................................................17 2.1 De opzet ................................................................................................................... 17 2.2 Voorafgaand aan je stage ......................................................................................... 19 2.3 Tijdens je stage ......................................................................................................... 19 2.4 Na je stage................................................................................................................ 20 Hoofdstuk 3 Beroepen ..........................................................................................................21 3.1 Favoriete beroepen ................................................................................................... 21 3.2 Opdracht ouders ........................................................................................................ 26 Bijlagen ................................................................................................................................28 1. Planning....................................................................................................................... 29 2. Stagecontract............................................................................................................... 33 Contract maatschappelijke stage 3 H/TL

2015-2016 .....................................................33

1


Belangrijke data LOB schooljaar 2015-2016 VMBO 3TL Ma. 13 of di. 14 jan:

Beroepenbeurs Spots on Jobs

Ma. 15 t/m vr. 19 feb:

Maatschappelijke Stage (MAS)

2


Inleiding Beste leerlingen van klas VMBO 3 TL,

Als alles goed loopt, dan ga je aan het einde van dit schooljaar over naar klas VMBO 4 TL en doe je eindexamen aan Hofstad Mavo. Vervolgens heb je dan een mooi diploma behaald! Natuurlijk moet je nog wel wat werk verrichten in deze twee laatste jaren: denk aan het overgangsrapport aan het einde van de derde klas dat moet voldoen aan de overgangsnormen, maar denk ook aan je Schoolexamens (S.E. 1 t/m S.E. 5) die je dit jaar moet gaan maken, waarvan je de cijfers uiteindelijk meeneemt naar het vierde leerjaar voor de vakken waarin je eindexamen doet.

Komende jaren zul je ook moeten gaan nadenken over een beroepskeuze en passende vervolgopleiding (MBO) die je kunt gaan volgen. Ook dat hoort bij je carrière hier op school en is een onderdeel van het vak Loopbaanoriëntatie. In leerjaar 4 krijg je dat vak 1 uur per week van ondergetekende en in leerjaar 3 zal je je voornamelijk bezighouden met jouw toekomstige loopbaanontwikkeling tijdens de mentorlessen aan de hand van opdrachten en je maatschappelijke stage. Verder zullen jullie een bezoek brengen aan Beroepenbeurs 'Spots on Jobs', een leuke manifestatie voor VMBO-leerlingen waar je kunt zien welke richtingen je allemaal op kunt met je VMBO-diploma en welke beroepen je later allemaal kunt gaan uitoefenen na het behalen van een Mbo-diploma. Je zult verbaasd zijn over de mogelijkheden die er allemaal zijn!

Eveneens zullen jullie komend schooljaar veel aan de slag gaan met de site www.bekijkjetoekomstnu.nl, een site waarop je ook veel informatie kunt vinden over diverse sectoren en beroepen en mogelijkheden binnen het Mbo. Omdat er veel informatie op je afkomt, wordt je keuze in stapjes voorbereid. Op die manier kan alle informatie eerst rustig overdacht worden.

3


Het advies voor dit schooljaar: werk serieus aan alle opdrachten! De opdrachten gaan niet alleen over het kiezen van een beroepskeuze, maar er wordt ook aandacht besteed aan je Maatschappelijke Stage (MAS), een verplichte stage van ca. 25 à 30 klokuren, bestemd voor elke VMBO-leerling.

Denk rustig en goed over alles na (je hoeft niet meteen nu al een bepaalde keuze voor een sector, beroep en/of je stage te maken), praat er thuis goed over met je ouders/verzorgers en heb het er eens over met een goede vriend(in), met je mentor en/of de LOBcoördinator/stagecoördinator mevrouw M. Bleeker.

Heel veel plezier bij het maken van alle opdrachten in dit opdrachtenboek en met het uitvoeren van je Maatschappelijke stage (MAS), heel veel sterkte met het maken van belangrijke keuzes (beroep en opleiding) voor je carrière na deze school en heel veel succes met je Schoolexamens komend schooljaar en in klas VMBO 4 TL!!

mevr. M. Bleeker, LOB- coördinator Hofstad Mavo [email protected] [email protected] Bereikbaar op school via: 070-3971541

4


Hoofdstuk 1 Competenties 1.1 Verschillende competentiegebieden In het onderwijs is het steeds vanzelfsprekender dat je ieder jaar meer kunt en weet. Je bent druk bezig met het leren van de vakken. Maar je ontwikkelt ook competenties. In het Mbo werken studenten competentiegericht en misschien ben jij op school ook al gewend aan het woord competentie (voorheen werden dit meestal vaardigheden genoemd). Samenwerken is een voorbeeld van een competentie waar je al veel mee te maken hebt gehad. Competenties zijn belangrijk voor je succes en voor je (latere) werksituatie. Breng de volgende competenties onder bij de drie competentiegebieden: groepswerk, omgaan met teksten, oplossing voor kinderen in nood bieden, gezond eten, seksuele voorlichting, geestelijke gezondheid, studievaardigheden, webquest, luisteren, samenvatten, rekening houden met anderen, informatie zoeken op internet, inzicht in jezelf, presentaties beoordelen, werkstukken maken. Persoonlijke competenties:

Sociale competenties:

5

Leer-(school-) competenties:


Verzin bij elk competentiegebied zelf nog een competentie. …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………

Bij welke vakken wordt er gewerkt aan deze competenties? Vul in. Competentie:

Vak:

Voorbeeld:

Persoonlijke competenties Sociale competenties Leer-(school-) competenties

Hieronder staat een aantal competenties die met school te maken hebben. Welke vind jij belangrijk en welke vind je onbelangrijk? 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.

Op tijd naar school gaan Taakverdeling maken Afspraken maken en nakomen Vragen stellen als je iets niet snapt Behulpzaam zijn bij schoolactiviteiten Om hulp vragen aan je ouders bij problemen Kunnen samenwerken Langere tijd met hetzelfde werk bezig zijn

6

belangrijk/onbelangrijk belangrijk/onbelangrijk belangrijk/onbelangrijk belangrijk/onbelangrijk belangrijk/onbelangrijk belangrijk/onbelangrijk belangrijk/onbelangrijk belangrijk/onbelangrijk


9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. 16. 17. 18. 19. 20. 21. 22. 23. 24.

Op tijd komen Een tijd doorgaan met iets wat minder leuk is Weten wat je wel kunt en (nog) niet Trots zijn op je eigen werk (resultaat) en dat laten merken In de gaten hebben hoe anderen zich voelen Luisteren Kritiek kunnen ontvangen Met geld om kunnen gaan Regelmatig schoonmaken van je eigen kamer Zelfstandig gebruik maken van openbaar vervoer Je werk vergelijken met dat van anderen Plannen Weten wat je wel en niet kunt zeggen tegen je docent Houden aan afspraken Op een leuke manier je weekend invullen Reageren op pesten door een grapje, negeren of zeggen wat je niet leuk vindt

belangrijk/onbelangrijk belangrijk/onbelangrijk belangrijk/onbelangrijk belangrijk/onbelangrijk belangrijk/onbelangrijk belangrijk/onbelangrijk belangrijk/onbelangrijk belangrijk/onbelangrijk belangrijk/onbelangrijk belangrijk/onbelangrijk belangrijk/onbelangrijk belangrijk/onbelangrijk belangrijk/onbelangrijk belangrijk/onbelangrijk belangrijk/onbelangrijk belangrijk/onbelangrijk

Kijk goed naar jezelf. Schrijf hieronder een aantal competenties op die je hebt en een aantal competenties die je nog niet hebt. Je mag de competenties uit de vorige opdracht noemen, je mag er ook zelf bedenken.

Competenties goed ontwikkeld:

Competenties (nog) niet ontwikkeld:

Ben je jezelf er goed bewust van welke competenties je goed ontwikkeld hebt en welke niet? Hoe komt dat en hoe weet je dat? …………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………

7


Weet jouw mentor aan welke competenties jij nog veel aandacht moet besteden? …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… Weten je ouders/verzorgers ook aan welke competenties jij nog veel aandacht moet besteden en welke competenties je (nog) niet goed ontwikkeld heb? …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… Opdracht (in tweetallen): zoek samen met een klasgenoot een drietal advertenties die aansluiten bij jouw voorlopige beroepskeuze en keuze voor een Mbo-vervolgopleiding. Bekijk de advertenties goed en omschrijf zo nauwkeurig mogelijk welke competenties er vereist zijn voor de functie/het beroep. Vul in:

Advertentie:

Beroep:

Competenties:

Voorbeeld

Glazenwasser

- vriendelijk - gemotiveerd - flexibel

1 2 3

8


Hoe denk je over jezelf op het gebied van onderstaande competenties? Beoordeel jezelf: 1- 2- 3- 4- 5 1

2

3

4

5

gesloten

open

ontspannen

gespannen

ouderwets

modern

emotioneel

gevoelloos

zelfverzekerd

angstig

hard

gevoelig

zakelijk

fantasierijk

afhankelijk

zelfstandig

openlijk

stiekem

serieus

vrolijk

verlegen

ondernemend

spontaan

bedachtzaam

jaloers

bewonderend

intelligent

dom

dromerig

realistisch

betrokken

op jezelf

tevreden

ontevreden

sportief

onsportief

individueel

team

9


Schrijf een kort verslag van hoe jij op dit moment over jezelf denkt: verwerk in je verslag de competenties die je op dit moment goed beheerst. Gebruik daarvoor bovenstaande kolom. Geef aan waarom je die competenties juist goed of minder goed beheerst. Waar moet je de komende tijd nog aan werken? …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………

10


1.2 Competenties bij beroepen

Geef bij elk van de onderstaande beroepen aan over welke competenties je moet beschikken om het beroep te kunnen uitoefenen. Vul in.

Beroep:

Competenties die nodig zijn voor het beroep:

Bedrijfsondernemer Verpleegkundige Leraar Vuilnisman Nieuwslezer Receptionist(e) Computerprogrammeur Journalist Vrachtwagenchauffeur Tandartsassistent Burgemeester Pianist Kippenfokker Kok

11


Rechter Beroepsvoetballer Militair Toneelspeler Caféhouder Bedrijfsleider supermarkt

Als je daadwerkelijk over de competenties beschikt om het beroep, na een aansluitende Mbo-opleiding (en soms nog Hbo-opleiding) gevolgd te hebben, uit te kunnen oefenen dan krijg je een bepaalde status in de maatschappij. Alle mensen verschillen van elkaar; niet alleen in uiterlijk of karakter, maar ze hebben ook niet allemaal dezelfde positie in de maatschappij. Mensen met ongeveer dezelfde positie behoren tot dezelfde sociale klasse. Uiteenlopende beroepen worden verschillend gewaardeerd; ze geven je een bepaalde status. Geef aan alle bovenstaande beroepen een bepaalde status. Zet een 1 bij het beroep met de hoogste status en zet een 10 voor het beroep dat je de minste status geeft.

Welke beroepen geef je de hoogste status en waarom? …………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………

Welke beroepen geef je de laagste status en waarom? …………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………

12


Geef aan welke competenties je goed moet beheersen om een beroep uit te kunnen oefenen waarbij je een hoge status in de maatschappij hebt. …………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………

Geef aan welke competenties je op zijn minst moet beheersen om een beroep uit te kunnen oefenen waarbij je een lage status in de maatschappij hebt. …………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………

Tot welke sociale klasse reken jij jezelf? Waarom? …………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………

Geef aan waarom de volgende ingrediënten een belangrijke rol kunnen spelen bij de status van een beroep. Vul in.

Ingrediënten:

Reden:

Opleiding Salaris Man/vrouw-beroep Arbeidsvoorwaarden Sociale herkomst Plaats

13


In veel landen, in ieder geval in Nederland, is het beroep de graadmeter voor het aanzien van iemand. Hoe hoger op de lijst, hoe meer status. Toch hangt je status niet alleen maar af van je beroep. Kruis de woorden aan die een rol spelen bij de status die jij hebt.

0 0 0 0 0 0 0 0 0

een huisdier hebben intelligentie eigen huis bezitten vrienden sociale vaardigheden humor merkkleding dragen betrouwbaarheid goed uiterlijk hebben

0 0 0 0 0 0 0 0 0

kleding geloof uitstraling hebben discipline haarkleur sportiviteit hobby’s uitgaan muziekinteresses

0 0 0 0 0 0 0 0 0

behulpzaamheid taalgebruik voor jezelf opkomen talent vervoersmiddel (scooter) eetgewoonten sterrenbeeld verslaving schooltas

1.3 Wie ben ik en wat kan ik? Opdracht (brainstormen): waar kan je allemaal goed in zijn? Over welke competenties (vaardigheden) beschik je op dit moment? (Bijvoorbeeld: goed in cijfers, netjes werken, vriendelijk, kan goed met mensen omgaan, nauwkeurig, etc) …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………...

Opdracht (brainstormen): welke beroepen vind jij op dit moment erg leuk en interessant? Naar wat voor soort werk gaat jouw voorkeur op dit moment uit? …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………

14


Opdracht (brainstormen): welke competenties heb je allemaal nodig voor de beroepen die jij leuk vindt? (Denk goed na over wat je allemaal moet kennen en kunnen om later een bepaald beroep uit te kunnen oefenen.) …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………

Opdracht (hele klas): Iedereen schrijft zijn naam op het papier dat je van je mentor krijgt. Vouw het briefje doormidden. Aan de linkerkant van het papier schrijf je op: "Mijn goede eigenschappen"’, aan de rechterkant schrijf je op: "Beroep dat bij mij past". Vervolgens geef je het papier aan je buurman/buurvrouw. Je krijgt nu dus van iedere leerling te horen wat zij jouw goede eigenschappen vinden en welk beroep bij je past. Misschien krijg je nu wel beroepen te horen waar je nog niet aan had gedacht. Iedereen schrijft dus wat op, maar de anderen mogen jouw antwoord niet zien! Dus je moet je papier zo dichtvouwen dat anderen het antwoord niet kunnen lezen! Het papier gaat naar de volgende leerling, die schrijf goede eigenschappen op en een beroep en vouwt vervolgens het papier zo dicht dat zijn/haar antwoorden niet gezien worden door de volgende leerlingen. Als iedereen in de klas iets op het papier heeft geschreven, komt het weer naar jou. Nu heb je dus van alle leerlingen in de klas jouw goede eigenschappen en beroepen ontvangen die misschien bij jou passen? Maak vervolgens de volgende opdrachten.

15


Kies 4 dingen uit waar je goed in bent en waar je jezelf kan herkennen. Schrijf er ook bij waarom deze eigenschappen goed bij je passen.

Eigenschappen:

Waarom deze goed bij mij passen:

Kies 4 beroepen uit die je leuk vindt en zet er ook bij waarom.

Beroepen:

Waarom ik dit beroep leuk vind:

Geef bij elk van de 4 beroepen aan over welke competenties je voor het beroep moet beschikken om het beroep uit te kunnen oefenen.

Beroepen:

Competenties die je moet beschikken:

16


Welke eigenschappen zijn voor jou onverwacht of had je nooit aan gedacht? Leg uit. 1. ………………………………………………………………………………………………. 2. ………………………………………………………………………………………………. 3. ………………………………………………………………………………………………. Wat zou voor jou op dit moment het ideale beroep zijn? Je mag het opschrijven of tekenen. Wat lijkt je zo leuk aan dit beroep? Wat moet je allemaal kennen en kunnen voor dit beroep? Over welke competenties moet je beschikken om het beroep uit te kunnen oefenen? Welke (MBO) opleiding moet je hiervoor volgen denk je? …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………...

Hoofdstuk 2 Maatschappelijke stage 2.1 De opzet Door middel van een maatschappelijke stage van 5 dagen van 15 t/m 19 februari, leren jullie dat het een echte uitdaging is om iets voor anderen te doen. Je maakt op een actieve manier kennis met allerlei aspecten van de samenleving en je komt in nieuwe situaties terecht waarbij je veel ervaring opdoet: je leert organiseren, nieuwe contacten leggen, samenwerken en initiatief nemen. Kortom, je leert van jezelf, je leert met elkaar en je leert in de maatschappij (in de wereld). Het is leuk om andere mensen of dieren te helpen, zeker als zij jouw hulp goed kunnen gebruiken. Je bent belangrijk, laten we elkaar helpen! Een belangrijk motto van de maatschappelijke stage is: "Samen leven kun je leren".

17


Waarom is deze stage zo belangrijk? 

Je komt op voor andere mensen/dieren die hulp nodig hebben.



Je leert samenwerken met anderen: samen plannen, samen gesprekken voeren, samen opdrachten uitvoeren, samen een verslag schrijven, enz.



Je leert op te komen voor jezelf: je leert je eigen mening te durven geven en je leert "NEE" te zeggen (of juist "JA"!!).



Je leert te werken in een bepaalde rol: iemand heeft een bepaald verwachtingspatroon van je, je leert verantwoordelijkheden nemen.



Je leert dat het leuk is om andere mensen/dieren te helpen: je hebt begrip voor ze en je moet doen wat je belooft.



Je leert organiseren: initiatieven nemen.



Je ervaart dat het een goed gevoel kan geven als je iets voor anderen in de maatschappij kan betekenen.

Bovendien kom je erachter of de werkzaamheden bij jou passen, wat je leuk vindt in je werk, of juist helemaal niet. Dat kan je helpen bij het maken van een goede beroepskeuze voor na het behalen van je VMBO diploma. Begeleiding tijdens je stageperiode De relatie tussen de school en de stagebegeleider op je stageadres is belangrijk voor een goed verloop van jouw stageperiode. Jouw mentor en je stagebegeleider van je stagebedrijf, begeleiden jouw stage. De mentor: - heeft contact met jou en je stagebegeleider van het bedrijf/de instelling. - neemt je stageverslag in ontvangst en beoordeelt deze. - bespreekt (stage)beoordelingen met jou.

18


Je stagebegeleider op het bedrijf/de instelling - is verantwoordelijk voor de begeleiding van jou binnen het bedrijf/de instelling. - neemt bij problemen contact op met de stagecoördinator, mevr. Bleeker. - geeft aan het einde van de stage een eindbeoordeling.

2.2 Voorafgaand aan je stage Voorafgaand aan de stage zal je een stageplek moeten vinden. Bij die stageplek moet iemand jou kunnen begeleiden in de week van 15 t/m 19 februari voor ongeveer 25 tot 30 uur. Zodra je een plek gevonden hebt, vul je samen met je stagebegeleider (van het bedrijf) je stageovereenkomst in (zie bijlage 2). Wanneer jouw stagecontract volledig en juist ingevuld is, met handtekening van jouw stagebegeleider, lever je deze in bij mevrouw Andeweg. De uiterste inleverdatum is 1 december 2015! In de laatste weken voorafgaand aan de stage, neem je samen met je mentor de stagegids door. Daarin staat alle belangrijke informatie die met de stage te maken heeft.

2.3 Tijdens je stage Tijdens je stageperiode kijk je mee met de dagelijkse activiteiten. Deze activiteiten heb je vastgelegd in je stagecontract. Bovendien werk je aan je stageverslag. Dit is de afsluitende opdracht van de stageperiode. In dit verslag verwerk je een aantal opdrachten. Bovendien voeg je een aantal belangrijk formulieren toe die ondertekend zijn door je stagebegeleider. Stap 1. Laat elke dag je aanwezigheidsformulier ondertekenen (bijlage 3). Stap 2. Na afloop laat je het beoordelingsformulier invullen en ondertekenen door je stagebegeleider (zie bijlage 4). LET op: zonder handtekening en beoordeling, is je stagebeoordeling ongeldig. Stap 3. Ter afsluiting van de stage vul je zelf het evaluatieformulier in (bijlage 5). Stap 4. Voeg alle ondertekende formulieren toe aan je stageverslag en print je hele stageverslag thuis uit.

19


Wat er precies terugkomt in dat verslag, lees je terug in je stagegids. Deze stagegids kun je digitaal terugvinden op de website van Hofstad Mavo en krijg je ook via magister (per email) toegestuurd.

2.4 Na je stage Het stageverslag lever je de eerste mentorles na je stage uitgeprint in bij je mentor (in de week van 29 februari t/m 4 maart). Jouw mentor zal je stageverslag beoordelen. Als afronding van jouw stage wordt daar nog een eindpresentatie aan gekoppeld in de vorm van een 'Elevator Pitch'. Dit is een korte presentatie van 60 seconden. Let op: dit vereist een zeer goede voorbereiding!

Presentatie Maatschappelijke Stage: -

Een afsluitende presentatie van je MAS die plaatsvindt tijdens het mentoruur.

-

Enthousiaste manier van je maatschappelijke stage presenteren.

-

Lichaamstaal / houding (praat met je lichaam, bijv. niet met handen in je zak).

-

Uitspraak (praat rustig, niet te snel en niet binnensmonds).

-

Duur: 60 seconden.

-

Kijk niet alleen op je blaadje of naar 1 persoon, maar kijk de hele groep aan.

20


Hoofdstuk 3 Beroepen 3.1 Favoriete beroepen Moet je nu al een beroep kiezen? Gelukkig nog niet definitief! Maar het is wel belangrijk op tijd jouw kansen te ontdekken. Noem 3 dingen die je heel graag doet in je vrije tijd. 1. 2. 3.

………………………………………………………………………………………. ………………………………………………………………………………………. ……………………………………………………………………………………….

Welke dingen kun je daarbij al heel goed? 1. 2. 3. 4.

……………………………………………………………………………………….. ……………………………………………………………………………………….. ……………………………………………………………………………………….. ………………………………………………………………………………………..

Maak deze zin af: Als ik van school kom, wil ik het liefst gaan werken als ………………………………… (beroep invullen)

Dit beroep (boven ingevuld) past bij mij omdat: 1. ………………………………………………………………………………………. 2. ………………………………………………………………………………………. 3. ………………………………………………………………………………………. Ga naar www.bekijkjetoekomstnu.nl. Je ziet 8 foto's. Klik op 'bekijk meer'. Klik op minimaal 5 foto's die je aanspreken (wanneer je op de foto's gaat staan, zie je wat er allemaal onder valt) en klik op "Ga verder".

21


Kies nu een aantal beroepen (minimaal 3) uit die jij interessant vindt, deze heb je nodig voor de volgende opdrachten.

Kies een beroep waar je meer over wilt weten. Als je klikt op een beroep zie je het beroepenfilmpje dat past bij jouw zoekactie. Bekijk er een aantal (of allemaal!) en kies je drie meest favoriete filmpjes uit. Zet het beroep dat je het meeste aanspreekt op nummer 1!

3 meest favoriete filmpjes/beroepen:

1. ………………………………………………………………………………………. 2. ………………………………………………………………………………………. 3. ……………………………………………………………………………………….

22


Beroep 1

1.

Naam van het beroep: …………………………………………………………………

2.

Wat me leuk lijkt aan dit beroep is: a) …………………………………………………………………………………………… b) …………………………………………………………………………………………… c) ……………………………………………………………………………………………

3.

Welke competenties ik nog moet leren om dit beroep te kunnen uitoefenen: a) ………………………………………………………………………………………….. b) …………………………………………………………………………………………… c) ……………………………………………………………………………………………

4.

Welke competenties ik al beheers voor het beroep: a) ………………………………………………………………………………………... b) ………………………………………………………………………………………… c) …………………………………………………………………………………………

5.

Kruis de woorden aan die volgens jou passen bij het beroep dat je hebt gekozen (meerdere antwoorden mogelijk): 0 0 0 0

6.

vet druk interessant vermoeiend

0 0 0 0

uitdagend zwaar gezellig stoer

0 0 0

moeilijk spannend cool

Scroll naar de onderkant van de pagina, totdat je het kopje "opleidingen" ziet staan en geef vervolgens antwoord op de volgende vragen: 1. Welke opleiding moet je volgen voor het beroep?…………………………………….. 2. Hoe lang duurt deze opleiding?………………………………………………................ 3. Welke leerweg moet je dan kiezen? ……………………………………………… 4. Op welke scholen kun je de opleiding volgen?………………………………………… 5. Welke vooropleiding heb je nodig? ................…………………………………...

23


Beroep 2

1.

Naam van het beroep: ………………………………………………………………………

2.


3.

Welke competenties ik nog moet leren om dit beroep te kunnen uitoefenen: a) …………………………………………………………………………………………… b) ……………………………………………………………………………………………. c) …………………………………………………………………………………………….

4.

Welke competenties ik al beheers voor het beroep: 0 …………………………………………………………………………………………… 1 …………………………………………………………………………………………… 2 ……………………………………………………………………………………………

5.

Kruis de woorden aan die volgens jou passen bij het beroep dat je hebt gekozen (meerdere antwoorden mogelijk): 0 vet 0 uitdagend 0 moeilijk

6.

0 druk

0

zwaar

0

spannend

0 interessant

0

gezellig

0

cool

0 vermoeiend

0

stoer

Scroll naar de onderkant van de pagina, totdat je het kopje "opleidingen" ziet staan en geef vervolgens antwoord op de volgende vragen: 1. Welke opleiding moet je volgen voor het beroep? ………………………………… 2. Hoe lang duurt deze opleiding?………………………………….............................. 3. Welke leerweg moet je dan kiezen?………………………………………………..... 4. Op welke scholen kun je de opleiding volgen? ………………………………….... 5. Welke vooropleiding heb je nodig?....………………………………………………...

24


Beroep 3

1.

Naam van het beroep: ………………………………………………………………………

2.


3.

Welke competenties ik nog moet leren om dit beroep uit te kunnen oefenen: a) …………………………………………………………………………………………… b) ……………………………………………………………………………………………. c) …………………………………………………………………………………………….

4.

Welke competenties ik al beheers voor het beroep: a) …………………………………………………………………………………………… b) …………………………………………………………………………………………… c) ……………………………………………………………………………………………

5.

Kruis de woorden aan die volgens jou passen bij het beroep dat je hebt gekozen (meerdere antwoorden mogelijk): 0 vet 0 uitdagend 0 moeilijk 0 druk 0 zwaar 0 spannend 0 interessant 0 gezellig 0 cool 0 vermoeiend 0 stoer

6.

Scroll naar de onderkant van de pagina, totdat je het kopje "opleidingen" ziet staan en geef vervolgens antwoord op de volgende vragen: 1. Welke opleiding moet je volgen voor het beroep? …………………………………... 2. Hoe lang duurt deze opleiding?...………………………………………………............. 3. Welke leerweg moet je dan kiezen? ……………………………………………….. 4. Op welke scholen kun je de opleiding volgen? ……………………………………… 5. Welke vooropleiding heb je nodig? ……………………………………..............

25


Vul tot slot onderstaand schema zo goed en volledig mogelijk in. Mijn leerweg is:

Makkelijke vakken zijn:

Ik wil later iets doen met:

TL

………………………………

……………………………….....

………………………………

………………………………

Mijn sector is:

Moeilijke vakken zijn:

Ik wil later absoluut niets met:

Techniek

………………………………

……………………………….....

Zorg en Welzijn

………………………………

………………………………

Economie

……………………………

………………………………

Waar haal ik informatie vandaan:

Leuke beroepen zijn:

Minder leuke beroepen zijn:

Ouders

………………………………

……………………………….....

LOB-coördinator

……………………………

…………………………………

www.bekijkjetoekomstnu.nl

……………………………

…………………………………

Spots on Jobs

……………………………

………………………………

Mbo-gids

………………………………

…………………………………

Folders en brochures

………………………………

………………………………

3.2 Opdracht ouders Opdracht (met je ouders): bespreek met je ouders onderstaande vragen en schrijf de antwoorden op in dit werkboek. Welk beroep ziet u uw kind later uitoefenen en kunt u dit ook toelichten? …………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………

26


…………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… Wanneer u samen met uw kind over zijn/haar beroepskeuze praat, waarover verschilt u met uw kind van mening en over welke punten bent u het samen eens? …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………

Waar is uw kind goed in? Denk aan vaardigheden, kennis, etc. (Dit hoeft niet altijd over school te gaan!) …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………

Waar is uw kind minder goed in? Denk aan vaardigheden, kennis, etc. (Dit hoeft niet altijd over school te gaan!) …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………

Welke vragen heeft u (nog) over de sectorkeuze van uw kind? …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………

27


Bijlagen

28


1. Planning Weeknr: Data:

Opdrachten les LOB/mentorles:

W 36

31-8 t/m 4-9

Uitleg stages en stageplek zoeken - door mentoren

W 37

7-9 t/m 11-9

W 38

14-9 t/m 19-9

W 39

21-9 t/m 25/9

1.1 maken tijdens de mentorles

W 40

28-9 t/m 2-10

1.2 maken tijdens de mentorles

W 41

5-10 t/m 9/10

1.3 uitvoeren tijdens de mentorles

W 42

12-10 t/m 16-10

W 43

19-10 t/m 23-10

W 44

26-10 t/m 30-10

W 45

2-11 t/m 6-11

W 46

9-11 t/m 13-11

W 47

16-11 t/m 20-11

W 48

23-11 t/m 27-11

W 49

30-11 t/m 4-12

W 50

7-12 t/m 11-12

W 51

14-12 t/m 18-12

W 52/53

21-12 t/m 1-1

Kerstvakantie

W1

4-1 t/m 8-1

Lesbrief voorbereiding spots on Job

W2

11-1 t/m 15-1

Spots on Job - 13 of 14 februari

Herfstvakantie

SE week 1

1 dec: uiterste inleverdatum stagecontract – bij mevr. Andeweg

29


W3

18-1 t/m 22-1

Lesbrief evaluatie Spots on Job

W4

25-1 t/m 29-1

W5

1-2 t/m 5-2

W6

8-2 t/m 12-2

Voorbereiding stage - doet mentor (hoofdstuk 2 doornemen)

W7

15-2 t/m 19-2

Stageweek

W8

22-2 t/m 26-2

Voorjaarsvakantie

W9

29-2 t/m 4-3

Inleveren stageverslag - bij mentor

W 10

7-3 t/m 11-3

SE week 2

W 11

14-3 t/m 18-3

Presentaties stage

W 12

21-3 t/m 25-3

Presentaties stage

W 13

28-3 t/m 1-4

Paasvakantie

W 14

4-4 t/m 8-4

W 15

11-4 t/m 15-4

W 16

18-4 t/m 22-4

W 17

25-4 t/m 29-4

W 18

2-5 t/m 6-5

W 19

9-5 t/m 13-5

W 20

16-5 t/m 20-5

3.1 - ipad les

W 21

23-5 t/m 27-5

3.2 - thuis maken, tijdens de les bespreken

W 22

30-5 t/m 3-6

Informeren beroepsoriënterende stage 4TL

W 23

6-6 t/m 10-6

(meivakantie)

30


W 24

13-6 t/m 17-6

W 25

20-6 t/m 24-6

W 26

27-6 t/m 1-7

W 27

4-7 t/m 8-7

W 28

9-7 t/m 21-8

SE week 3

Zomervakantie!

Let op! Dit is een voorlopige planning. Je mentor kan afwijken van deze planning. Maak hier duidelijke afspraken hierover.

31


32


2. Stagecontract Contract maatschappelijke stage 3 H/TL

2015-2016

Albardastraat 25 2555 XP Den Haag Tel: 070-3971541 [email protected] Contactpersoon: stagecoördinator mevrouw M. Bleeker Email: [email protected] Gegevens leerling:

Naam leerling:

....................................................................................................

Klas:

....................................................................................................

Adres:

....................................................................................................

Postcode/woonplaats:

....................................................................................................

Telefoonnummer:

....................................................................................................

E-mailadres:

....................................................................................................

Inleverdatum stagecontract

....................................................................................................

33


Gegevens stageadres:

Naam bedrijf/instelling: Adres: Postcode en woonplaats: Telefoonnummer: Emailadres:

................................................................................................ ................................................................................................ ................................................................................................ ................................................................................................ .................................................................................................

Gegevens stagebegeleider Naam stagebegeleider: Emailadres: Telefoonnummer:

................................................................................................. ................................................................................................. .................................................................................................

Stempel stageadres:

De stagebegeleider bij het bedrijf/de instelling en de leerling spreken het volgende af:

Artikel 1 De leerling zal met ingang van: .....................(datum ingang overeenkomst) voor bepaalde tijd vrijwilligersactiviteiten verrichten. De activiteiten zullen bestaan uit o.a. :

Artikel 2 De leerling verricht bovengenoemde activiteiten geheel vrijwillig en eenmalig gedurende de periode van: ………………………t/m…………………………. (stagedata noemen)

34


Totaal aantal stagedagen: 5 dagen - (25 a 30 studielasturen, inclusief voor- en nawerk)

Artikel 3 In geval van verhindering (bijv. ziekte) van de leerling zal hij/zij zijn stagebegeleider bij het bedrijf/ de instelling op de hoogte brengen, alsmede de stagecoördinator op school.

Artikel 4 De leerling bepaalt in overleg met de stagebegeleider van het bedrijf/de instelling de inhoud van de vrijwilligersactiviteiten en eventuele afspraken over het eindresultaat. De leerling wordt geïnformeerd over het algemeen beleid (conform statuten/huishoudelijk reglement van het bedrijf/de instelling). Binnen het vastgestelde beleid kan de leerling eigen initiatief ontplooien.

Artikel 5 De leerling neemt zijn/haar verantwoordelijkheid voor de taken die hij/zij op zich heeft genomen bij het bedrijf/ de instelling en zorgt ervoor dat de taken naar behoren worden uitgevoerd.

Artikel 6 In geval van geschillen tussen de leerling en de stagebegeleider bij het bedrijf/de instelling zullen betrokkenen in onderling overleg proberen de kwestie op te lossen. Leidt onderling overleg niet tot een bevredigende oplossing, dan wordt het geschil voorgelegd aan de stagecoördinator van Hofstad Mavo.

Artikel 7 De organisatie heeft een aansprakelijkheidsverzekering voor bedrijven afgesloten.

35


Voor de leerling is een ongevallenverzekering afgesloten.

Artikel 8 De leerling gaat akkoord met de plicht tot geheimhouding met betrekking tot privacygevoelige informatie die hem/haar ter ore komt tijdens het uitoefenen van het zijn/haar stage.

Namens het bedrijf/de instelling:

De leerling:

De stagecoördinator/Mentor:

(naam)

(naam)

(naam)

……………………………..

…………………………….

……………………………

Handtekening:

Handtekening:

Handtekening:

……………………………..

…………………………

..………………………….

Datum: ……………………..

36

WERKBOEK LOOPBAANORIENTATIE VMBO 4 TL WERKBOEK LOOPBAANORIËNTATIE VMBO 3 TL

Recommend Documents