Deel 2
Wereldburgerschap in je vak of project 1 WAT WIL IK MET MIJN LEERLINGEN BEREIKEN? ................................................................................................................................... 48 2 HOE PAK IK HET BINNEN MIJN VAK AAN? ............................................................................................................................................ 54 3 HOE PAK IK HET VAK- EN KLASOVERSCHRIJDEND AAN? ..................................................................................................................... 62 4 BESCHIK IK OVER DE NODIGE KENNIS EN VAARDIGHEDEN? .............................................................................................................. 70 5 BESCHIK IK OVER HET NODIGE MATERIAAL EN GELD? ........................................................................................................................ 74 6 MET WIE KAN IK SAMENWERKEN? ........................................................................................................................................................ 80
Wereldburgerschap in je vak of project
1 WAAR WIL IK IN MIJN KLAS WERK VAN MAKEN? Op school is het onmogelijk om binnen je vak op hetzelfde moment met duizend dingen tegelijk bezig te zijn. Dat hoeft ook niet. Kies beter een aspect en ga stap voor stap te werk. Maak je keuze uit onderstaande actiedomeinen. Kies een domein dat aansluit bij jouw concrete klassituatie en de nood die je ervaart.
“Als ik tijdens het schooljaar in mijn vak te veel blijf stilstaan bij mondiale thema’s, kan ik nooit alle leerstof afwerken.”
1. Wat wil ik met mijn leerlingen bereiken? ........................................................... 2. Hoe pak ik dit binnen mijn vak aan? .................................................................. 3. Welke acties kan ik vakoverschrijdend ondernemen? ...................................... 4. Beschik ik over de nodige kennis en vaardigheden? ........................................ 5. Heb ik het nodige materiaal en geld ter beschikking? . ..................................... 6. Met wie kan ik samenwerken? ............................................................................
p ag. 48 p ag. 54 p ag. 62 p ag. 70 p ag. 74 p ag. 80
2 AAN DE SLAG PER ACTIEDOMEIN
“Ik zou de wereld wel in mijn lessen willen binnenbrengen, maar ik weet er zelf te weinig over.”
Herken je deze uitspraken? Met dit boek helpen we je alvast een stap vooruit.
De actiedomeinen helpen je na te denken, maar geven je ook inspiratie om aan het werk te gaan. Daarom bestaat elk actiedomein uit twee delen. 1. NADENKEN met de DENKVRAGEN Met deze vragen kan je een beeld schetsen van de huidige situatie. Wat gebeurt er momenteel al rond wereldburgerschap op jouw school? Wat zou je in de toekomst nog kunnen doen? 2. DOEN met de DOETIPS In elk actiedomein vind je ook doetips: suggesties, ideeën en (school)voorbeelden. Met deze concrete inspiratie kan je binnen je school van start gaan en een antwoord zoeken op de denkvragen.
Heb je een actiedomein gekozen? Blader dan door naar dat actiedomein >>>>>>
deel ii
- wereldburgerschap in je vak of project |
47
DENKVRAGEN
Beantwoord eerst de denkvragen voor jezelf. Ga daarna aan de slag
1. Wat wil ik met mijn leerlingen bereiken? Met deze vragen kan je een beeld schetsen van de huidige situatie. Wat gebeurt er momenteel al rond wereldburgerschap op jouw school? Wat zou je in de toekomst nog kunnen doen?
met de vele doetips. Dat zijn mogelijke invullingen voor de bovenvermelde vragen.
(a) Wat betekent wereldburger zijn voor mij? . ..................................................................................................................... pagina 49 (b) Welke doelstellingen wil ik met mijn leerlingen bereiken als ik hen wil opvoeden tot wereldburgers? . .................... pagina 50
Tussen haakjes vind je de verwijzing naar de denkvraag waarop de doetip betrekking heeft.
48
|
deel ii
(c) Sluit mijn project aan bij de eindtermen en vakoverschrijdende eindtermen? ............................................................ pagina 51 (d) Wat leeft er bij de leerlingen? Wat willen zij? . ................................................................................................................ pagina 53
- wereldburgerschap in je vak of project
1. Wat wil ik met mijn leerlingen bereiken?
DOETIPS
✦ Wat betekent wereldburger zijn voor mij? (a) Zoals je in de inleiding kon lezen, denkt Kleur Bekennen dat een wereldburger zich op een heel bewuste manier beweegt doorheen de mondiale samenleving. Een wereldburger staat niet alleen stil bij gebeurtenissen in zijn eigen dagelijkse leven, maar ook bij zaken die zich verder van zijn bed afspelen. Iedereen geeft uiteraard zijn eigen invulling aan het begrip 23. Misschien betekent wereldburgerschap voor je collega contact houden met een Senegalese leerkracht die hij deze vakantie leerde kennen. Jij vindt dan weer dat je je steentje ook bijdraagt door je lunch vanaf dit schooljaar in een brooddoos mee te brengen in plaats van in aluminiumfolie. Voor een andere collega kan werken rond verdraagzaamheid in de klas een grote stap naar wereldburgerschap zijn. “Voor mij gaat wereldburgerschap nog verder dan de eindtermen, namelijk: hoe zit het in álle vakken? Maar het stopt ook niet bij het hoofdstuk vrede, mondialisering en globalisering. Je moet je de vraag stellen: “Hoe maak ik wereldburgerschap tot een realiteit in heel mijn leven en in het denken in Vlaanderen?” Je kan je enorm engageren voor de derde wereld in je school, maar je moet er ook over nadenken wat dat hier betekent. Sta stil bij je omgangsvormen met andere culturen en verbind de migratieproblematiek met de ongelijke verdeling van middelen in Noord en Zuid. Als je die link niet legt, is het enorm vrijblijvend.”
“De wereld wordt een dorp, de studenten komen via internet in contact met mensen over de hele planeet. We willen daarom ook stilstaan bij de positieve, maar ook bij de negatieve kanten van wereldburgerschap, en dit op zowel economisch, financieel als ethisch vlak. Het staat ook vermeld in de vakoverschrijdende eindtermen: behalve wiskunde zullen alle vakken deelnemen aan het project.” Wereldburgertraject: Opvoeden tot wereldburgerschap, globalisatie Stedelijke Humaniora, Dilsen-Stokkem.
Denk er goed over na wat jouw visie precies is, als individu en ook specifiek als leerkracht. Wellicht beland je automatisch bij de vraag: wat doe ik nu al? En wat zou ik nog willen doen? Daarover meer op pagina 55. “Onze school is een multiculturele school waar meer dan 200 leerlingen les volgen, afkomstig uit 24 verschillende landen. We willen onze leerlingen overtuigen van de gelijkwaardigheid van verschillende culturen. We willen dat onze leerlingen respectvol omgaan met de socioculturele diversiteit op school en in de maatschappij. Bij het werken rond millenniumdoelstellingen focussen we zowel op het mondiaal, school-, klas-, en het individuele niveau.” Wereldburgertraject: 2015! De millenniumdoelstellingen. Provinciale Middenschool, Gent.
“We stuurden een tweemaandelijkse nieuwsbrief met schoolnieuws naar alle ouders en stelden het project voor op de ouderraad.” Sint-Godelieve-Instituut ASO, Lennik
Mieke Vanhecke, Directeur-Generaal van het Vlaams Secretariaat van het Katholiek Onderwijs (VSKO) in een interview over de visietekst van Kleur Bekennen, juni 2007.
.............................................................................................................................................................................................. 23
Meer informatie over wereldburgerschap vind je in: BTC. Kleur Bekennen. 30 visies op wereldburgerschap. Wereldburgers bekennen kleur. Brussel, 2007.
...................................................................................................................................................................................................... deel ii
- wereldburgerschap in je vak of project |
49
✦ Opvoeden tot wereldburgers vertrekt vanuit verbondenheid (a) “We moeten leerkrachten uitdagen om verbondenheid te realiseren. De kern van elke opvoeding is dat mensen leren communiceren met elkaar en banden creëren met anderen: “Wat verbindt ons met anderen en de wereld rondom ons?”. Ludo Heylen, CEGO in een interview over de visietekst van Kleur Bekennen, juni 2007.
Wie zich een wereldburger voelt, voelt zich verbonden met de omgeving en zichzelf. Het is een ervaring van verwantschap met en een behoren tot iets: hieruit groeit een respectvolle houding. Vertrek hiervoor vanuit een concrete ervaring, vanuit de leefwereld van de jongere. Je kan deze banden of verbindingen voorstellen als een geheel van uitdijende cirkels 24. Jongeren die verbondenheid ervaren, putten hieruit groeikracht, zelfvertrouwen en levenszin(geving).
“In fase 1 van het traject creëerden we een positief en respectvol klimaat. In oktober vonden in alle klassen kringgesprekken plaats. Tijdens deze gesprekken maakten we klassikale afspraken. Tijdens de middagpauze werkten we samen aan de schoolkrant en schoolwebsite, met als resultaat een goede interactie tussen de leerlingen.” Wereldburgertraject: 2015! De millenniumdoelstellingen. Provinciale Middenschool, Gent.
✦ Werken aan een wereldburgerreflex (a) Opvoeden tot wereldburgerschap is geen extra activiteit. Het onderwerp zit in je lessen, je projecten, je klasklimaat en je gedrag. Dit vergt een continue alertheid, een open blik naar de leerlingen, hun ouders en de wereld. Je ethisch bewustzijn wordt aangesproken en het vraagt een continu engagement. Het is een reflex waarbij je als leerkracht - in alles wat je doet of organiseert - even stilstaat bij mogelijke mondiale linken of implicaties en vakoverschrijdende linken: een soort wereldburgerreflex dus.
“Wij hebben een halve dag rond mensenrechten gewerkt. De vakoverschrijdende eindterm burgerzin is ook weer gehaald. Opdracht volbracht???”
zichzelf
de ander(en)
voorwerpen, materialen
de groep, de samenleving, de cultu(u)r(en)
het levensgeheel, de natuur(lijke) kringloop
✦ Welke doelen wil ik behalen met betrekking tot opvoeden tot wereldburgers? (b) Je maakt natuurlijk ook een lesplan voor je les of project over een mondiaal thema. De tien streefdoelen die wij formuleerden kunnen richtingen aangeven voor een meer concrete invulling van je doelen.
.............................................................................................................................................................................................. 24
Meer informatie over verbondenheid kan je vinden op www.verbondenheid.be, de website van het Project Verbondenheid.
...................................................................................................................................................................................................... 50
|
deel ii
- wereldburgerschap in je vak of project
1. Wat wil ik met mijn leerlingen bereiken?
We zetten de leerdoelen voor de leerlingen nog eens op een rij: 1. De complexiteit van (de problemen in) de mondiale samenleving inzien en ermee omgaan. 2. Kritisch nadenken over de Noord-Zuidverhoudingen in de wereld en solidair zijn met de zwaksten, hier en veraf. 3. De mensenrechten kennen en er voor op komen. 4. Deelnemen aan het beleid op school en in de nabije omgeving. 5. Op een open manier communiceren, leren samenwerken en omgaan met een gedeelde verantwoordelijkheid. 6. Kritisch leren omgaan met informatie en kennis over de wereld en bereid zijn te streven naar een niet bevooroordeelde en niet discriminerende beeldvorming. 7. Verantwoordelijkheden opnemen in de eigen leefomgeving en in de maatschappij. 8. Omgaan met conflicten en geweldloze weerbaarheid 9. Respect hebben voor de diversiteit binnen de samenleving. 10. Bereid zijn om de eigen levensstijl en consumptiegewoonten aan te passen om het leefmilieu en de toekomstige generaties te beschermen. Deze doelen vind je bijna identiek terug in de vakoverschrijdende én de vakgerichte of leergebiedgerichte eindtermen. Je sluit door je keuze voor mondiale thema’s dus aan bij de verwachtingen van de inspectie. “De vakoverschrijdende eindtermen, maar ook de vakgerichte of leergebiedgerichte eindtermen bevatten zeer veel aanknopingspunten met wereldburgerschap. In de vakoverschrijdende eindtermen derde graad secundair onderwijs is er zelfs een volledig thema gewijd aan wereldburgerschap. Bovendien blijkt het dat er vrijwel bij alle eindtermen per niveau heel wat interessante formuleringen zijn, die rechtsreeks bruikbaar zijn voor vorming tot wereldburgerschap.”
Aanknopingspunten vind je ook in de leerplannen van de koepels. Kleur Bekennen stelt een aantal activiteiten per vak voor, parallel met de leerplannen. Een uitgebreide lijst per vak staat op op de website www.kleurbekennen.be onder Vakvoorbeelden. Onder punt f op pagina 58 lees je een paar smaakmakers.
✦ Mijn project en de (vakoverschrijdende) eindtermen (c) 1. VOETen: vakoverschrijdende eindtermen De vakoverschrijdende eindtermen zijn binnen een aantal thema’s geformuleerd. Voor de eerste graad zijn dat: • leren leren • sociale vaardigheden • opvoeden tot burgerzin • gezondheidseducatie • milieueducatie Nieuwe, bijkomende thema’s in de tweede en derde graad zijn • muzisch-creatieve vorming • technisch-technologische vorming (voor het algemeen secundair onderwijs) De thema’s zijn geen keurslijf dat een creatieve schoolwerking in de weg staat. 2. Wereldburgerschap, VOETen en eindtermen 25 Een project rond wereldburgerschap is de ideale manier om verschillende vakoverschrijdende eindtermen 26 te combineren. Want bij elk vakoverschrijdend thema zijn er eindtermen die je bereikt door projectmatig te werken rond wereldburgerschap.
Roger Standaert, directeur van Entiteit Curriculum in een interview over de visietekst van Kleur Bekennen, juni 2007. .............................................................................................................................................................................................. 25 26
Over de grenzen. Dienst voor Onderwijsontwikkeling, 2002, p. 83-86. Meer info over de eerste graad vind je in Doelen voor heel de school en over de tweede en derde graad in het boek Over de grenzen. Te downloaden op www.ond.vlaanderen.be.
...................................................................................................................................................................................................... deel ii
- wereldburgerschap in je vak of project |
51
• Liet je de leerlingen websites of krantenartikels doornemen? Of bekeken jullie samen het nieuws in het kader van een project rond media-educatie? Dat sluit perfect aan bij de VOET leren leren: de leerlingen kunnen diverse informatiebronnen en -kanalen kritisch kiezen en raadplegen met het oog op te bereiken doelen.
• Bezocht je met je klas een tentoonstelling over Afrikaanse kunst? Of analyseerden jullie muziekvormen uit andere culturen? De VOET muzisch-creatieve vorming sluit hierbij aan. De leerlingen ervaren dat muzisch-creatieve uitingen een mondiaal verschijnsel zijn en voorkomen op veel verschillende plaatsen, zoals musea, galerijen, publieke plaatsen (metro, stations ), openbare gebouwen, fabrieken, kantoren, religieuze plaatsen, private huizen en tuinen en parken.
• Richtten je leerlingen zelf een wereldwinkel op? Of gingen jullie in een kringgesprek dieper in op kleding vervaardigd in sweatshops? Dit is een voorbeeld van de VOET sociale vaardigheden. De leerlingen zijn bereid ethische normen te hanteren ten opzichte van scenario’s van bijvoorbeeld economische groei, welvaartsontwikkeling, demografische evolutie en biotechnologische ontwikkeling op mondiaal vlak.
• Misschien onderzochten je leerlingen de massaproductie van kledij in China? Of analyseerden jullie de ecologische voetafdruk van autogebruikers en vliegtuigvakanties? Denk dan aan wat er beschreven staat in de VOET technisch-technologische vorming. De leerlingen kunnen effecten van techniek op mens en samenleving illustreren en in historisch perspectief plaatsen (zoals comfort, design, milieu en consumentisme).
Enkele voorbeelden:
• Misschien werkte je een project uit rond mensenrechten? En stonden jullie stil bij de ongelijke verdeling van economische en politieke machten? Dan sluit je aan bij de VOET opvoeden tot burgerzin. De leerlingen kunnen met enkele voorbeelden aantonen dat de mondiale dimensie in onze samenleving steeds explicieter wordt op onder meer politiek, economisch en cultureel vlak en dat deze evolutie voordelen biedt maar ook problemen en conflicten oplevert. • Of werkt jullie school aan een beleid tegen racisme? Werken jullie daar ook een project rond uit? Dan kan je dat kaderen binnen de VOET gezondheidseducatie. De leerlingen tonen respect voor zichzelf en anderen zoals personen met andere geaardheid, uit andere etnische groepen, uit andere culturen en met andere denkwijzen en overtuigingen. • Hebben jullie een project opgezet rond duurzaam energieverbruik? Of zijn jullie bewuster bezig met afvalverwerking? Dan past dat binnen de VOET milieueducatie. De leerlingen beseffen dat mensen met andere historische, socio-economische of culturele achtergrond de natuur en een landschap anders kunnen ervaren.
52
|
deel ii
- wereldburgerschap in je vak of project
Wanneer je werkt aan wereldburgerschap, ben je natuurlijk in de eerste plaats bezig met de vakoverschrijdende eindterm opvoeden tot burgerzin. In de derde graad behandelt het subthema wereldburgerschap zelfs expliciet de mondiale dimensie. Maar ook in de andere graden zijn er heel wat aanknopingspunten. 3. Horizontale samenhang: klas- of vakoverschrijdend werken Een van de meerwaarden van vakoverschrijdende eindtermen is dat ze de samenhang binnen het curriculum kunnen bevorderen. De eindtermen van bijvoorbeeld burgerzin kan je niet exclusief in één vak behandelen. Er is een duidelijke band met andere vakken en thema’s waardoor zowel vakgebonden als vakoverschrijdende activiteiten mogelijk zijn.
1. Wat wil ik met mijn leerlingen bereiken?
Enkele voorbeelden: • Het universele karakter van de mensenrechten (burgerzin) kan je linken met de eindtermen geschiedenis. • Vooroordelen herkennen (burgerzin) kan je verbinden met bepaalde eindtermen geschiedenis en leren leren. • Een kritische belangstelling voor de behandeling van mensenrechten in de media kan aan bod komen in het vak wiskunde (kritisch staan tegenover gebruik van statistiek in de media).
✦ Samen met je leerlingen aan de slag (d) Opvoeden tot wereldburgers doe je niet boven de hoofden van je leerlingen: je doet het samen met hen. Sluit aan bij de leefwereld van je leerlingen. Zorg ervoor dat ze niet enkel deelnemen aan het gebeuren, maar dat ze ook kunnen meepraten, -denken, -beslissen en -uitvoeren. Je hoeft daarvoor niet meteen een leerlingenraad op te zetten. Naast formele, georganiseerde beslissingsprocessen, kan je vooral in dedagelijkse omgang heel wat doen. Een brainstorm met de klas bijvoorbeeld, of een groepje vrijwilligers die ‘s middags brieven schrijft voor Amnesty International. In het derde deel van dit boek op pagina 88 vind je tips en methodieken om samen met je leerlingen van start te gaan.
4. Verticale samenhang Je kan de eindtermen van de verschillende onderwijsniveaus als een leerlijn zien met een toenemende complexiteit van vaardigheden en contexten. Een voorbeeld: Het aspect rechten en plichten’(opvoeden tot burgerzin). In de eerste graad en het basisonderwijs bestaat hiertoe al een aanzet. In de tweede graad volgt hierop een specifieke uitwerking rond mensenrechten. Dit mondt uit in het thema: de rechten en plichten van een burger in de politieke besluitvorming van de samenleving, in de derde graad. Datzelfde geldt voor andere aspecten als: • persoonlijk engagement als leerling in een school en als burger in een samenleving; • respectvol omgaan met mensen, meningen en situaties; • belangen behartigen; • conflicten hanteren; • de rol van de media.
deel ii
- wereldburgerschap in je vak of project |
53
DENKVRAGEN
Beantwoord eerst de denkvragen voor jezelf. Ga daarna aan de slag
2. Hoe pak ik het binnen mijn vak aan? Met deze vragen kan je een beeld schetsen van de huidige situatie. Wat gebeurt er momenteel al rond wereldburgerschap op jouw school? Wat zou je in de toekomst nog kunnen doen?
met de vele doetips. Dat zijn mogelijke invullingen voor de
(a) Op welke manier krijgt opvoeden tot wereldburgers een plaats in onder andere mijn lessen, projecten en excursies? Wat wil ik in de toekomst doen? ............................................................................................................................................ pagina 55
bovenvermelde vragen. Tussen haakjes vind je de verwijzing naar de denkvraag waarop de doetip betrekking heeft.
(b) Welke mondiale verbanden kan ik leggen met mijn handboek? ................................................................................... pagina 55 (c) Hoe breng ik de (wereld)actualiteit aan bod in mijn lessen? .......................................................................................... pagina 55 (d) Hoe straal ik een houding van wereldburger uit naar mijn leerlingen? . ....................................................................... pagina 56 (e) Op welke manier laat ik mijn leerlingen samenwerken? . ............................................................................................... pagina 58 (f) Hoe kan ik binnen mijn vak mondiaal werken? ................................................................................................................ pagina 58
54
|
deel ii
- wereldburgerschap in je vak of project
2. Hoe pak ik het binnen mijn vak aan?
DOETIPS Markeer de hoofdstukken waarbij mondiale uitbreiding mogelijk is in je handboek, zodat het tijdens het schooljaar in het oog springt en je het niet vergeet. Gebruik hiervoor bijvoorbeeld een stempel of klevers.
✦ Breng in kaart hoe je nu al opvoedt tot wereldburgers in je lessen (a) In zowat alle vakken kan je rond mondiale thema’s werken. Misschien ben je al bezig met mondiale thema’s? Hou je eigen mondiale werking eens tegen het licht. Noteer in een raster wat je in de toekomst wil behouden, bijsturen, lossen en toevoegen. Het evaluatieraster is een eenvoudige, snelle en praktische manier om je gedachten te ordenen. Je vindt het evaluatieraster achteraan in dit boek bij de werkdocumenten op pagina 113.
✦ Op zoek naar mondiale linken in je handboek en leerplan (b) “Wij kiezen voor dit traject omdat het aansluit bij het leerplan van de tweede graad. We werken al rond landbouw en breiden dit mondiaal uit.” Wereldburgertraject: Landbouw in Zuid-Afrika. Vrij Landelijk Instituut, Oudenaarde.
Neem binnen je vakwerkgroep je handboeken en/of leerplannen door en bekijk bij welke thema’s of hoofdstukken je een mondiale link zou kunnen leggen. Ga ook na op welke manier je dat kan doen. Je kan de volgende vragen stellen: • • • • • •
Welke thema’s komen aan bod? Wat deed ik in het verleden in de lessen rond deze thema’s? Welke mondiale verbanden heb ik al gelegd? Waar zou ik in de toekomst extra mondiale linken kunnen leggen? Op welke manier? Hoe sluit dit aan bij wat collega’s (zouden kunnen) doen?
Laat af en toe je handboeken en leerplannen voor wat ze zijn om een zijsprong richting de wereld te maken. Je kan hiervoor leerrijk materiaal vinden in de documentatiecentra van Kleur Bekennen. Op www.kleurbekennen.be vind je onder Vakvoorbeelden tips om mondiale vorming te integreren in alle vakken. We hielden daarbij rekening met de vakspecifieke eindtermen en de leerplannen. Op pagina 58 vind je ook enkele voorbeelden.
✦ De actualiteit een plaats geven in je klas (c) “De leerlingen maken kennis met verschillende journalistieke media en het journalistieke werk. Vervolgens gaan de leerlingen in kleine groepjes op bezoek bij onder andere Bosnische, Servische, Kroatische, Sloveense en Kosovaarse vluchtelingen. De groepjes hanteren drie verschillende media om de verhalen te registreren: een filmdocumentaire, een fotoreportage en een radioverslag. De leerlingen werken zelf mee aan de montage van hun verzamelde beelden en teksten. Daarna stellen ze de projecten voor aan drie prominente mediafiguren: Kristien Bonneure (radioverslaggeving), Stefan Blommaert (VRT-oorlogsjournalist) en Lieve Blancquaert (fotografe).” Wereldburgertraject: Balkantraject. Koninklijk Atheneum, Kortrijk
Opvoeden tot wereldburgers betekent: leerlingen op een verantwoorde manier leren omgaan met de wereld die hen omringt. Uit onderzoek blijkt dat de beeldvorming over andere etnische groepen in de samenleving vanaf het vierde leerjaar vooral beïnvloed wordt door de informatie die de televisie geeft.
deel ii
- wereldburgerschap in je vak of project |
55
Mediaopvoeding is dus heel belangrijk. Breng daarom op regelmatige basis de actualiteit in de klas binnen via krantenartikels, tv-reportages en internet. Veel van dit materiaal sluit direct aan bij de leefwereld van de leerlingen, en vertrekkende van deze teksten kan je mondiale linken leggen. Ook de eindtermen en de diverse leerplannen leggen sterk de nadruk op het actualiseren van de thema’s. Durf met andere woorden los te komen van je handboek en ga samen met je leerlingen na hoe bijvoorbeeld de geschiedenis en de klassieke talen ook het leven van vandaag doordringen. Een aantal praktische tips:
56
• Leer je leerlingen om met een kritische blik naar mediabeelden te kijken. Dat kan bijvoorbeeld door jongeren de beeldkeuze van reportages in het journaal te laten doorzien. Het lespakket INgeBEELD³, dat de Canon Cultuurcel ontwikkelde, geeft ideeën en input. Meer info vind je op www.ingebeeld.be. • Werk met je klas op basis van de kranten van een week een weekjournaal uit waarbij de leerlingen zelf selecteren en motiveren welke nieuwsberichten en beelden van de voorbije week ze in hun journaal opnemen. Hiervoor kijken ze naar het journaal of selecteren ze items uit de krant (tip: gebruik de gratis Metrokrant). Vergelijk de berichtgevingen qua items en stijl. • Screen de media op artikels rond mondiale thema’s, bijvoorbeeld op bepaalde dagen: - 8 maart: vrouwendag - 22 maart: wereldwaterdag - laatste zaterdag van november: zonderaankoopdag - 10 december: Human Rights Day • Een uitgebreid overzicht van deze data vind je in de solidariteitsagenda’s van Oxfam (www.solidariteitsfonds.be) • Maak in je lessen gebruik van krantenartikels. Gebruik bijvoorbeeld in je taallessen eens een krantenartikel of maak in de wiskundeles gebruik van statistische gegevens die je in de krant vindt.
|
deel ii
- wereldburgerschap in je vak of project
• • • •
Je kan hiervoor volgende kranten gebruiken: - Kranten in de klas: www.krantenindeklas.be - Knack in de klas - Wablieft: www.wablieft.be Schrijf met je leerlingen een opiniebrief als antwoord op een artikel dat hen raakt. Maak een mediamuur of mediamap, waar je samen met je leerlingen nieuwsberichten verzamelt die hen interesseren. Gebruik beelden van het journaal om je lessen te stofferen. Volgende websites brengen mondiaal nieuws: - www.cmo.nl - www.site.kifkif.be - www.mo.be - www.indymedia.be
Meer tips vind je bij het thema media-educatie onder Vakvoorbeelden op onze website.
✦ Beeldvorming (d) Als leerkracht heb je een grote invloed op het beeld dat je leerlingen ontwikkelen over andere culturen. Jouw houding als leerkracht is dus van cruciaal belang. Een voorbeeld: jouw milieubewuste houding kan leerlingen ertoe aanzetten om ook bewuster om te springen met het milieu. Kijk zeker eens naar deze suggesties: 1. Neem de verscheidenheid in je klas of school en in de wereld als vertrekpunt. Ga bijvoorbeeld in op de verschillende levensbeschouwingen en religieuze gebruiken bij de leerlingen. Heb oog voor de gevoeligheden die hierover leven in de klas.
2. Hoe pak ik het binnen mijn vak aan?
2. Doorbreek het rollenpatroon. Wijs de leerlingen op eventuele stereotiepe opvattingen over seksegebonden beroepen. Illustreer dat meisjes op vele plaatsen niet dezelfde kansen krijgen als jongens. 3. Geef een genuanceerd en veelzijdig beeld van andere culturen en vermijd exotische beelden. 4. Vertel over de individuele situatie van jongeren uit een andere cultuur. Breng het gewone leven van jongeren in andere culturen in beeld. 5. Wees je ervan bewust dat je meestal praat vanuit een Westers perspectief. Probeer samen met je leerlingen de dingen ook eens vanuit een ander oogpunt te bekijken. Maak duidelijk aan de leerlingen dat technologie niet een exclusief Westers product is, maar dat het overal in de wereld is bedacht. Gebruik bijvoorbeeld verschillende soorten wereldkaarten, geef voorbeelden van grootmachten als China en Brazilië. 6. Leg verbanden tussen oorzaken, gevolgen en oplossingen van grote problemen. 7. Vermijd stereotypen en veralgemeningen, want al te vaak vormen deze een basis voor discriminatie. 8. Laat de leerlingen stilstaan bij hun eigen denkpatronen, gedrag en vooroordelen tegenover andere culturen. 9. Kies handboeken die een gevarieerd beeld geven van andere culturen. Informatie over beeldvorming in je handboeken vind je op pagina 36. Pas op voor de volgende valkuilen: 1. Gebruik geen woorden met een negatieve connotatie en vermijd verkleinwoorden om groepen aan te duiden. 2. Vermijd zwart-wit en wij-zij-tegenstellingen, maar probeer een gevoel van verbondenheid te creëren. 3. Benoem een land nooit als een continent, want dit doet afbreuk aan de diversiteit die binnen de verschillende landen aanwezig is. 4. Fantaseer niet verder op een reëel verhaal. Realiteit moet realiteit blijven.
✦ Verder gaan dan de meest zichtbare cultuuruitingen (d) De cultuur van een land of regio kan je vergelijken met een ui. Geen twee uien zijn identiek, maar alle uien lijken op elkaar. Je moet de verschillende lagen van de ui afpellen om tot de diepste kern te komen. 1. Alle culturen hebben een buitenkant, aspecten die tastbaar en zichtbaar zijn: kledij, voorwerpen, kunst en muziekinstrumenten. Het zijn de dingen die mensen kopen als ze in een land op vakantie zijn. 2. Pel je er een laagje af, dan bots je op de laag van taal en symbolen. Deze is minder tastbaar, maar toch nog vrij duidelijk waarneembaar. 3. Graven we nog wat dieper, dan komen we bij een nieuwe laag: die van de rituelen. Handelingen die vaak herhaald worden en die herkend en gedeeld worden door een groep van mensen. Een mooi voorbeeld zijn onze suikerbonen bij de geboorte. 4. Daarna maken we kennis met de laag waar de helden thuishoren. Helden zijn personages naar wie een groep mensen opkijkt of waarmee men zich identificeert. 5. De ui is nu bijna volledig gepeld. In de kern vinden we het meest onaantastbare: de culturele principes, waarden, normen, afspraken en regels die vaak onbewust binnen een groep mensen aanwezig zijn. Het is het meest verborgen deel en het moeilijkste om te ontdekken. Waarden en normen zijn heel bepalend. Je krijgt ze met de paplepel ingegoten. De uimetafoor maakt duidelijk hoe rijk een cultuur is. Het gaat veel verder dan exotische kledij of een gerecht klaarmaken. Kortom, een pleidooi om je bewust te zijn van de complexiteit en gelaagdheid van een cultuur en om dit ook aan je leerlingen over te brengen. Maar ook een pleidooi om niet al te zeer te focussen op de verschillen, want we moeten het toegeven: al bij al lijken alle uien best wel op elkaar. Als je in je lessen of school rond een bepaald land wil werken, denk dan vooraf na over de verschillende lagen in de cultuur. In welke laag van de ui situeer je bijvoorbeeld het eten met stokjes in China? Of het suikerfeest in de moslimcultuur? Welke lagen wil je met je leerlingen benadrukken? Enkel de buitenste laag? Of wil je ook wat dieper graven? deel ii
- wereldburgerschap in je vak of project |
57
✦ Groepswerk (e) “We willen op zoek naar de anderen in die grote wereld, vandaar PEER ZKT BANAAN. Als ondertitel ontlenen we een uitspraak aan een interview met Michael Franti: de wereld is een fruitsalade, geen compote. Hiermee pleiten we voor diversiteit en respect voor ieders eigenheid en cultuur, en niet voor eenheidsworst of assimilatie.” Wereldburgertraject: Peer zkt. Banaan. De wereld is een fruitsalade, geen compote. VTI, Oostende
Via groepswerk leren leerlingen omgaan met diversiteit 27. In je klas kan je best werken aan diversiteit en wereldburgerschap door dialoog en betekenisvol leren centraal te stellen via groepswerk. Een veelheid aan ervaringen, gezichtspunten, leerbronnen en leerstijlen in een groep leerlingen is dan geen rem maar een verrijking. • Laat de groepsverdeling niet steeds over aan de leerlingen. Zo voorkom je uitsluiting op basis van bijvoorbeeld populariteit, sportieve prestaties, huidskleur en geslacht. Deel groepen op diverse manieren in, zodat ze leren samenwerken met iedereen. Inspiratie vind je op: www.jeugdwerknet.be/spelen • Steunpunt Diversiteit en Leren 28 ontwikkelde de CLIM-methode: Coöperatief Leren in Multiculturele Groepen. Via een lespakket over gestructureerd groepswerk werk je aan interculturele vaardigheden in je klas. “Wij werken in de eerste drie jaren sterk rond CLIM-trajecten. Voor leerlingen uit het buitengewoon secundair onderwijs is het belangrijk contacten te leggen buiten de school, en zo hun integratiekansen in de maatschappij te vergroten. Wij willen de leerlingen van het eerste jaar laten kennismaken met verschillende vormen van diversiteit waarmee zij later geconfronteerd worden in de maatschappij.” Wereldburgertraject: CLIM: begrijp je mij? Week van de diversiteit. VIBO Sint Barbara, Beringen.
.............................................................................................................................................................................................. 27 28
Bezoek de website van Steunpunt Diversiteit www.steunpuntdiversiteitenleren.be. Voor inspiratie en uitleg over de CLIM-methode: www.sos.welzijn.net/wegwijzer/climmethodebijzonderheden052003.htm.
...................................................................................................................................................................................................... 58
|
deel ii
- wereldburgerschap in je vak of project
✦ Mondiale ideeën in jouw vak? (f) Ook Kleur Bekennen ging na op welke manier je binnen je lessen mondiale activiteiten kunt uitwerken die aansluiten bij leerplannen en de (vakoverschrijdende) eindtermen. Hier vind je al enkele handige voorbeelden, maar voor meer van dit kan je altijd terecht op www.kleurbekennen, onderdeel Vakvoorbeelden. Je vindt er bij elk vak uitgewerkte lesvoorbeelden en tips.
voorbeeld
Personenzorg: Diversiteit
Doelgroep: Lesuren: Activiteit:
vooral derde graad BSO en TSO 3 Allochtone ouderen in bejaardenzorg Organiseer een klasdiscussie rond allochtone bejaarden. Ga uit van de ervaringen en/of stereotypen die leven bij leerlingen. Wellicht blijven een paar vragen onbeantwoord. In een volgend lesuur kunnen de leerlingen zich groeperen en een vragenlijst opstellen. Deze kunnen ze voorleggen aan allochtone bejaarden tijdens hun praktijk. Na deze oefening kan je nog een gezamenlijk overlegmoment organiseren of een interviewbundel maken.
Bronnen:
• WAVE, waardering acceptatie van elkaar. Utrecht, FORUM, Instituut Voor Multiculturele Ontwikkeling, 2003. WAVE is een educatief bordspel over de multiculturele samenleving dat je kan spelen met ouderen van Belgische en allochtone afkomst.
2. Hoe pak ik het binnen mijn vak aan?
voorbeeld
Geschiedenis: Democratie
voorbeeld
Aardrijkskunde: Milieu en duurzame ontwikkeling
Doelgroep: Lesuren: Activiteit:
derde graad ASO, TSO of KSO 1 Grensgevallen, waar sta jij?
Doelgroep: Lesuren: Activiteit:
derde graad ASO 5 De voetafdruk van onze school.
De leerlingen bekijken de dvd uit het lespakket Grensgevallen. Twee grondrechten staan hier centraal: de vrijheid van meningsuiting en het recht op bescherming tegen discriminatie. In veel democratieën zijn dit fundamentele rechten, maar de vrijheid van meningsuiting komt regelmatig in botsing met het non-discriminatierecht. Daarna organiseer je een debat. Je deelt de klas in in pro- en contragroepjes. Ze krijgen een lesuur de tijd om op zoek te gaan naar argumenten. Je kan uitgaan van situaties die zich voordoen op de dvd of ingaan op concrete casussen. Dit voorbeeld kan je gebruiken in de lessen over mensenrechten, WOII, extreem-rechts, democratie en opvoeden tot burgerzin. Bronnen:
• Grensgevallen – Waar sta jij?. Amsterdam, Anne Frank stichting, 2002. Lespakket met dvd, handleiding, en kopieerbladen. De dvd bevat zeven voorbeelden van uitingen met discriminerend of racistisch karakter. De handleiding en werkbladen geven een richtlijn hoe het debat in de klas aan te pakken. • Docentenhandleiding bij de educatieve website Dutchkids. Rotterdam, 2007, ART 1. Deze website wil op een aantrekkelijke manier onderwerpen als discriminatie, cultuur en identiteit onder de aandacht brengen: www.dutchkids.nl. • Een grap gaat op reis en andere verhalen. Rotterdam, Landelijk Bureau ter Bestrijding van Rassendiscriminatie, 2005. De dvd is een hulpmiddel om vrijuit met elkaar over discriminatie, misverstanden en vooroordelen te praten en naar rechtvaardige oplossingen te zoeken. Educatieve informatie vind je op de website www.lbr.nl.
Laat de leerlingen individueel kennismaken met de website www.voetafdruk.be. Aan de hand van vragen meten ze de impact van hun levenswijze op het milieu. Vervolgens denken ze tijdens een kringgesprek na over acties die leerlingen en leerkrachten kunnen ondernemen om de ecologische voetafdruk van de school te verminderen. Je kan deze kringgesprekken in verschillende klassen voeren. Per klas wordt er een charter voor de school opgesteld. Uit al deze voorstellen kiest de leerlingenraad het beste en meest haalbare voorstel. Daarna maken de leerlingen een affiche met de inhoud van dit charter. Deze affiches hang je later op in de gangen van de school. De hele school probeert mee te werken om de doelstellingen van het charter te bereiken. Bronnen:
• www.voetafdruk.be • JUFFERMANS, (J). Nut en noodzaak van de mondiale voetafdruk. Rotterdam, Lemniscaat, 2006. Je kan het boek downloaden op: www.janjuffermans.nl/inhoud/inhoud.htm. • www.vakantievoetafdruk.nl: voor de meting van de duurzaamheid van vakanties, weekendjes en dagjes uit. • www.voedselvoetafdruk.nl: voor de meting van de voetafdruk die we nalaten met ons voedselpatroon. • www.milieuzorgopschool.be: leidraad bij het zoeken naar suggesties om je ecologische voetafdruk op school te verkleinen.
deel ii
- wereldburgerschap in je vak of project |
59
voorbeeld
Lichamelijke opvoeding: Wereldburger of hamburger?
voorbeeld
Duits: Totalitaire regimes
Doelgroep: Lesuren: Activiteit:
eerste, tweede en derde graad ASO, BSO of TSO 1 Wereldburger of hamburger?
Doelgroep: Lesuren: Activiteit:
derde graad ASO traject Big brother
Deel de klas op in twee groepen. Elke groep krijgt de opdracht om zo snel mogelijk een hamburgermaaltijd samen te stellen. De leerlingen kunnen de maaltijd samenstellen door al lopend ingrediënten te verzamelen. Elk groepje kan een ingrediënt verdienen door gezamenlijk een opdracht tot een goed einde te brengen. Als de opdracht volbracht is, ontvangt de groep een kartonnen kaartje met een tros tomaten, een krop sla, een broodje, ketchup, of een stuk vlees. Het groepje dat als eerste alle kaartjes verzamelt, is de winnaar. Je kan het spel realistischer maken. Laat de ene groep telkens net iets verder lopen om een kaartje te verdienen. Bijvoorbeeld: • Laat de ene groep een ronde rond de atletiekpiste lopen om tomaten te verzamelen, terwijl de andere groep anderhalve ronde moet lopen om het kaartje te krijgen. • Laat de ene groep hindernissen overbruggen, de andere groep niet. De leerlingen begrijpen deze onrechtvaardigheid wellicht niet. Op het eind van de les kan je iets meer vertellen over voedselkilometers (de afstand die voedsel aflegt alvorens het op ons bord belandt): de ene groep loopt voor een biologische hamburger die dichtbij wordt geproduceerd, de andere groep loopt voor een geglobaliseerde hamburger van een grote multinational.
De leerlingen bekijken de film Das Leben der Anderen. Deze film geeft een goed beeld van de Stasi en haar afluisterpraktijken in de voormalige DDR. De leerlingen bekijken de originele Duitstalige versie met Nederlandstalige ondertiteling. Daarna krijgen ze een deel van de film zonder ondertiteling te zien. Na de film vullen ze een vragenlijst in. Vervolgens analyseren ze een deel van het script en de moeilijke woorden die hierin voorkomen vertalen ze aan de hand van hun woordenboek. Je kan vakoverschrijdend werken en samenwerken met de leerkracht geschiedenis. Laat de leerlingen op een tijdslijn aanduiden in welke periode deze film zich afspeelt. Een les rond de DDR en het communisme kan hierop volgen. Ga met de leerlingen na of dergelijke afluisterpraktijken vandaag ook gebruikt worden (bijvoorbeeld tijdens oorlogen, bij FBI, bij gijzelingen, in banken, openbare plaatsen, in het kader van tv-programma’s). Organiseer een klassikale discussie waarin je de groep indeelt. De helft van de leerlingen is voorstander, de andere helft tegenstander. Welke argumenten halen ze aan? Met de leerkracht Engels kan je overleggen om aan het thema sociale controle te werken. De leerlingen kunnen in het kader hiervan het boek 1984 van George Orwell lezen. Bronnen:
Bronnen:
60
• www.vlaamsbrabant.be/objects/leven-en-wonen/milieu-en-natuur/ handleiding_deel2.pdf. Via deze link kan je het nodige cijfermateriaal vinden en enkele ideeën om ook te werken rond andere gerechten. • Tof van Commerce. Spelen met eerlijke handel. Leuven, Centrum Informatieve Spelen, 2005. Een aantal actieve ideeën om leerlingen te laten ervaren hoe oneerlijk het er in de wereld soms aan toe gaat.
|
deel ii
- wereldburgerschap in je vak of project
• Das Leben der Anderen. F. H. von Donnersmarck, 2006. Duitstalige film met Nederlandse ondertiteling. • Educatieve map bij de film: www.cinemien.nl/daslebenderanderen/educatiemap.pdf. • ORWELL (G). 1984. Engeland, Secker and Warburg, 1949. Waarschuwing tegen totalitaire regimes en controle zoals big brother is watching you.
2. Hoe pak ik het binnen mijn vak aan?
voorbeeld
Mode: Mensenrechten in de kledingindustrie
voorbeeld
Houtbewerking: Duurzame ontwikkeling
Doelgroep: Lesuren: Activiteit:
eerste, tweede en derde graad TSO traject Schone kleren
Doelgroep: Lesuren: Activiteit:
vooral derde graad TSO en BSO traject Duurzaam houtgebruik
Laat de leerlingen surfen op de website van de Schone klerencampagne www.schonekleren.be. Ze vinden er informatie over kleding en arbeidsomstandigheden, vrijhandelszones, globalisering en China. Daarna kan je op bezoek gaan bij Sjamma vzw. Deze organisatie geeft ook een informatieve workshop over eerlijke kleding in de klas. In een volgende fase kunnen leerlingen een kledinglijn ontwikkelen met eerlijke materialen of recyclagemateriaal. Deze producten kunnen ze tijdens een modeshow presenteren of in een klascatalogus opnemen. Je kan dit traject kaderen binnen een ecologisch of mondiaal traject met meerdere praktijkklassen samen. Bronnen:
• www.schonekleren.be • www.sjamma.be • MICHA (P.). China blue. IDFA / Cinema Delicatessen, 2005. Educatieve film over mensonterende werkomstandigheden in Chinese fabrieken.
WWF en Vibe werkten samen een handleiding voor duurzaam houtgebruik uit. Deze bestaat uit een technisch en pedagogisch deel. Het technisch deel handelt over FSC-gelabeld hout en milieuvriendelijke houtbescherming. Het pedagogisch deel verduidelijkt hoe men vakoverschrijdend kan werken rond het thema duurzaam houtgebruik. Zes modules bieden heel wat inspiratie en uitgewerkt lesmateriaal. De video Ja voor natuurvriendelijk hout en de vragenreeks kan je als opener gebruiken. Daarnaast vind je ook adressen van houtbedrijven die met FSC-gelabeld hout werken. Je kan hen contacteren voor een geleid bedrijfsbezoek. WWF kan ook een infosessie op school organiseren. Deze infosessies rond duurzaam hout voor BSO en TSO duren twee lesuren. De leerlingen kunnen daarna een opdracht uitvoeren om een stoel te maken met een beperkte, vooraf gegeven hoeveelheid hout. Verstandig omspringen met hout staat in deze opdracht centraal. Bronnen:
• Download de handleiding gratis op www.wwf.be/_media/HandleidingDuurzaamHoutgebruik.pdf • Verder kunnen je leerlingen ook op expeditie op de website van www.regenwoud.com/nl/matrix.htm. • Fair Timber is het Belgische aanspreekpunt voor hout met het FSC-label. Je vindt er uitgebreide informatie over FSC-hout. Kijk op: www.fair-timber.be. • In de folder www.fair-timber.be/UserFiles/FSCfolderNL07.pdf vind je beknopte en duidelijke informatie over hout met het FSC-label. • Het lespakket Houtbaar. Eco-logisch toch?! (10- 14 jaar) biedt informatie over de bewoners van het tropisch regenwoud en verantwoord geproduceerd hardhout. Elke les staat in het teken van een traject rond hout.
deel ii
- wereldburgerschap in je vak of project |
61
DENKVRAGEN
Beantwoord eerst de denkvragen voor jezelf. Ga daarna aan de slag
3. Hoe pak ik het vak- en klasoverschrijdend aan? Met deze vragen kan je een beeld schetsen van de huidige situatie. Wat gebeurt er momenteel al rond wereldburgerschap op jouw school? Wat zou je in de toekomst nog kunnen doen?
met de vele doetips. Dat zijn mogelijke invullingen voor de bovenvermelde vragen. Tussen haakjes vind je de verwijzing naar de denkvraag waarop de doetip betrekking heeft.
(a) Wat doe ik al rond ‘het opvoeden tot wereldburgers’? .................................................................................................... pagina 63 In onze schoolwerking? In onze vakwerkgroep? In schooltrajecten? In evenementen? (b) Hoe pak ik trajectwerk planmatig aan? ........................................................................................................................... pagina 63 (c) Evalueer ik ons traject? Hoe? . ............................................................................................................................................ pagina 63 (d) Betrek ik de leerlingen bij de verschillende fasen van het traject? . ............................................................................... pagina 63 (e) Hoe kan ik met mijn collega’s samenwerken aan een traject rond wereldburgerschap? . ............................................ pagina 64
62
|
deel ii
- wereldburgerschap in je vak of project
3. Hoe pak ik het vak- en klasoverschrijdend aan?
DOETIPS
✦ Breng in beeld wat je vak- of klasoverschrijdend doet (a) Neem de proef op de som en maak een inventaris van de vak- of klasoverschrijdende activiteiten waarin je nu al werkt aan opvoeden tot wereldburgers. Wellicht ontdek je dat je dit al doet zonder het zo te benoemen en te bundelen. Deze acties bieden aanknopingspunten om je werking nog uit te breiden. 1. In de vakken of vakwerkgroepen Soms organiseren collega’s al boeiende activiteiten in verband met wereldburgerschap, maar vaak ben je hiervan niet op de hoogte. Deze activiteiten kunnen je inspiratie bieden. Bekijk in de vakwerkgroep hoe je deze ideeën kan verzamelen. • Je kan tijdens elke vakwerkgroep even tijd maken om collega’s te laten vertellen over activiteiten die ze uitwerkten in verband met wereldburgerschap. De denkvragen op pagina 54 kunnen richtvragen zijn tijdens zo een overleg. • Met eenvoudige infofiches kan je voorbije activiteiten in beeld brengen. Verzamel daarna die fiches in een wereldmap of digitaal. Zo ontstaat er binnen je vakwerkgroep een soort gegevensbank waaruit iedere leerkracht ideeën kan opdoen. Bij de werkdocumenten achteraan in dit boek op pagina 111 vind je een voorbeeldfiche. Je kan natuurlijk ook de leerlingen inschakelen. Benoem per klas een of meerdere wereldburgers. Zij communiceren met de andere leerkrachten over de mondiale acties of thema’s die aan bod komen in jouw vak. Omgekeerd lichten ze jou ook in over initiatieven van andere vakleerkrachten. Je kan telkens wat spreektijd voorzien voor de wereldburger of een origineel communicatiekanaal bedenken, zoals een muurkrant of een onlineforum. Meer tips vind je in deel 3.
2. Tussen verschillende vakken en in projecten • Ga na welke projecten op school nu al een mondiale dimensie hebben. • Een informele babbel tussen collega’s kan natuurlijk ook verduidelijken dat jullie thema’s kunnen linken in een project. 3. Tijdens schoolevenementen Op school vinden jaarlijks evenementen plaats die eigenlijk al kaderen in opvoeden tot wereldburgerschap. Enkele voorbeelden: • dikketruiendag • dag van het water • campagnes van 11-11-11 of andere ngo’s • scholenloop • een mondiale dag • een sobere maaltijd • een schooluitstap naar een museum (bijvoorbeeld het Africamuseum) • zee- of stadsklassen • Europese uitwisselingen • schoolreizen • vredesweek • milieudagen Je zal zien: werken rond wereldburgerschap is niet zo nieuw als het op het eerste gezicht lijkt. Voor het maken van een actieplan (b) en het evalueren van je traject (c) verwijzen we naar pagina 24 en 25. Wellicht betrek je de leerlingen (d) bij het bedenken, uitvoeren en evalueren van je traject. In deel 3 zetten we daarover enkele ideeën op een rij.
deel ii
- wereldburgerschap in je vak of project |
63
✦ Stageplaatsen en duurzame ontwikkeling (e)
Deze en andere voorbeelden vind je verder uitgeschreven op ons ideeënforum. Surf naar www.kleurbekennen onder Vakvoorbeelden.
Stages kunnen een prima kans bieden om in contact te komen met sociale economie en met duurzaam ondernemen. Je kan hiertoe een aanzet geven door een lijst op te stellen met concrete mogelijkheid in de eigen regio van de leerlingen. • Op www.duurzaam-ondernemen.be vind je een lijst van ondernemingen die duurzaam werken. • Voor een overzicht van ondernemingen die sociaal verantwoord werken surf je best naar www.socialeeconomie.be. In een portfolio of stageverslag kan de leerling zijn observaties over zijn stageplaats neerschrijven op het vlak van duurzaamheid en mondiale betrokkenheid. Ook inleefstages of inleefdagen kunnen een aanzet zijn om ervaringen op te doen binnen lokale initiatieven die met duurzaamheid of sociale economie te maken hebben. Vaak is hun inzet voor deze initiatieven iets wat ze zich na hun schooltijd nog het langst zullen herinneren.
✦ Geïntegreerde proef met een mondiale tint (e) Met de geïntegreerde proef ontdekken leerlingen uit de derde graad TSO en BSO gedurende een heel schooljaar in een realistisch kader beroepsvaardigheden. Ook hier kan je een mondiaal aspect opnemen, bijvoorbeeld: • Bouw een passief huis: afdeling bouw, hout. • Maak een milieuvriendelijke motor: afdeling automechanica. • Organiseer een modeshow met alleen eerlijke en milieuvriendelijke kleding: afdeling mode en creatie. • Kook een multiculturele, evenwichtige maaltijd met eerlijke en bioproducten: afdeling hotel. 64
|
deel ii
- wereldburgerschap in je vak of project
✦ Minionderneming op school of een gezamenlijke verkoopsactie (e) “Onze leerlingen hebben eerst geleerd over water, onder andere ook over de waterproblematiek in het Zuiden. Toen ze hierover hoorden, wilden ze iets ondernemen en een waterproject steunen in het Zuiden. Daarom besloten ze sleutelhangers te verkopen in de vorm van een watertoren. Iedereen werkte samen. De leerlingen Economie en Handel maakten een prijsberekening. De leerlingen Werktuigmachines hebben zelf de sleutelhangers gemaakt. Tijdens de lessen Nederlands stelde iedereen een tekst op voor een flyer en een begeleidend briefje bij de sleutelhanger. De leerlingen Toegepaste Informatica hebben de lay-out van de flyer en het briefje gemaakt. De leerlingen Huishoudkunde verpakten de sleutelhanger en presenteerden hem in de school. Andere leerlingen verkochten de sleutelhanger op de markt en bij het gemeentebestuur. De opbrengst gaat naar een waterproject van de ngo Protos.” Wereldburgertraject: De Waterput. KA D’HEK(ASO, TSO, BSO), Landen
Leerlingen nemen verschillende taken en verantwoordelijkheden op, afhankelijk van hun studierichting en interesse. Ze kunnen de opbrengst van hun onderneming storten voor een goed doel. “Onze leerlingen waren in het begin van het traject eerder verlegen om in de wereldwinkel te staan. Maar naar het einde van het schooljaar vonden ze het al een eer om in het omgebouwde wereldwinkeltuinhuis op de speelplaats eerlijke producten te verkopen. Ze hadden hun zelfvertrouwen zodanig opgebouwd, dat ze zelfs de uitnodiging voor het bezoek aan de Freeze-tentoonstelling in de school omriepen op de speelplaats.” Onze-Lieve-Vrouw College, Zottegem
3. Hoe pak ik het vak- en klasoverschrijdend aan?
✦ excursie met een mondiale tint (e) “We wilden andere leerkrachten van andere vakken betrekken bij het traject en nodigden hen uit op een infoavond. Uiteindelijk bleef alles beperkt tot enkele gedeelde initiatieven. Zo maakten we een uitstap naar Breendonk met het vak geschiedenis of maakten we kunstwerken in de praktijkvakken van BSO. Maar de aandacht voor ons project groeit. Klasoverschrijdend werken ging makkelijker. Zo fungeerden een paar klassen als testgroeplezers van de eerste versies van de interviews van de projectgroep. Zij kregen enkele lessen rond de vluchtelingenproblematiek.” Wereldburgertraject: The Refugees. KA, Oudenaarde
Uitstappen zijn ideale gelegenheden om leerlingen in contact te brengen met mondiale thema’s. • Verruim de blikken van je leerlingen en bezoek eens een bedrijf uit de sociale economie, of een bedrijf dat zich duurzaam engageert. Meer informatie vind je op www.duurzaam-ondernemen.be of www.socialeeconomie.be. • Aansluitend op een traject over eerlijke handel kan je een wereldwinkel of Fair Trade organisatie bezoeken. • Bezoek een bioboerderij en ontdek er duurzame landbouw. • Of breng een bezoek aan de VRT om van de redactie te leren op welke manier het journaal tot stand komt. Dit kan perfect binnen een project rond media-educatie. • Bezoek Technopolis. De leerlingen gaan op zoek naar inspiratie voor het ideale milieuvriendelijke huis. • Op de site www.passiefhuisplatform.be kan je een afspraak vastleggen voor het bezoeken van een passiefhuis. • Je kan ook een geleid bezoek brengen aan een afvalsorteercentrum in je buurt. • Of maak een uitstap in een multiculturele wijk voor je diversiteitsproject. Leerlingen bezoeken plaatselijke winkeliers, zaken, buurthuizen, kerken of moskeeën.
Hieronder vind je een (beperkt) overzicht van organisaties die zo’n uitstap begeleiden. Voor rondleidingen in Limburg: - Genk: www.genk.be - Beringen: www.beringen.be,
[email protected] - Houthalen-Helchteren: www.houthalen-helchteren.be - Heusden-Zolder: www.heusden-zolder.be - Maasmechelen: www.maasmechelen.be Voor rondleidingen in Antwerpen: - www.antwerpenaverechts.be Voor rondleidingen in Gent: - Democratie 2000: www.trefpuntvzw.be Voor rondleidingen in Brussel: - Brussel anders bekeken. Wijkzoektocht in samenwerking met School zonder Racisme: www.schoolzonderracisme.be - www.brukselbinnenstebuiten.be Op de website www.kleurbekennen.be vind je onder Begeleide activiteiten nog meer tips voor rondleidingen. “Het vijfde jaar TSO en KSO nam integraal deel aan een uitstap naar de Dodengang en de Ijzertoren. De leraar geschiedenis had het thema in alle vijfde jaren geïntroduceerd en vertelde honderduit tijdens de uitstap. De leerlingen waren achteraf zeer enthousiast. Een leerling verwoordde het zo: “Toen de uitstap werd aangekondigd, dacht ik: hoe kan een school een bezoek aan een bastion van Vlaams nationalisme nu rechtvaardigen? Maar nu ik hier geweest ben, besef ik pas goed waarvoor dit monument eigenlijk staat en hoe indringend het de gevolgen van verregaande onverdraagzaamheid in beeld brengt”. Wereldburgertraject: Verdraagzaamheid. Ensorinstituut, Oostende
deel ii
- wereldburgerschap in je vak of project |
65
We sluiten dit rijtje af met een voorbeeld van een traject om vakoverschrijdend te werken rond milieu, in de vakken aardrijkskunde en biologie in de derde graad ASO. “Maak een excursie met de leerlingen. Ze bestuderen een agrarisch landschap dat gedomineerd wordt door monocultuur. Vervolgens bekijken ze een meer natuurlijk landschap, waar je hagen en bomenrijen kan zien. De leerlingen beschrijven de positieve en negatieve aspecten van beide landschappen en hebben daarbij oog voor zowel ecologische, socio-economische als esthetische aspecten. Ze brengen hun bevindingen in verband met bijvoorbeeld de bepalingen die beschreven zijn in het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen 29.”
✦ Vakoverschrijdend traject rond eerlijke handel (e) Een voorbeeld is het JIEHA!-project 30: Jong Initiatief voor Ethische Handel. De Vlaamse Jonge Ondernemingen begeleiden dit traject in samenwerking met de Fair Trade Organisatie. JIEHA! biedt een korte ondernemingservaring, van 10 tot 18 weken aan leerlingen uit het vierde en vijfde jaar secundair onderwijs. Ze starten een leeronderneming op en verkopen fair tradeproducten binnen de school. Met dit project kan een klas uit een economische richting of TSO-handel vakoverschrijdend te werken. Dit jaar worden we een Fair Trade-school. Daarom wilden we de leerlingen nog extra motiveren en vormen. Vorig jaar namen de studenten economie van de tweede graad deel aan het JIEHA!-project, over ethisch ondernemen. Hier wordt in de lessen vaak rond gewerkt. Wereldburgertraject: duurzaamheid. Virga Jessecollege, Hasselt
Zij stellen een businessplan op, verdelen de taken van het marktonderzoek, verzorgen de promotie en verkopen de producten. De aangepaste handleiding voor leerkracht en leerling met tientallen opdrachten - helpt hen dit leerproces op te starten en in goede banen te leiden. Meer informatie op www.vlajo.org. Extra informatie over het opstarten van een wereldwinkel op school vind je ook op pagina 27.
✦ internationaal traject (e) Het internationale traject MDG’15 van Studio Globo is een vakoverschrijdend traject voor de derde graad. Als je als school deelneemt aan de aangeboden activiteiten, kan je een bijdrage leveren aan de realisatie van de millenniumdoelstellingen (MDG’s). MDG’15 brengt je school in contact met scholen in Tsjechië, Polen, Frankrijk, het Verenigd Koninkrijk, India en Senegal. Dit gebeurt via: • een internationale scholenwedstrijd; • een inleefreis voor leerkrachten naar Senegal; • een jongerenkamp naar Tsjechië; • een interactieve website. “Vanuit verschillende vakken werkten we - op vrijwillige basis - lessen uit over de millenniumdoelstellingen (MDG’s) voor de leerlingen uit het vijfde jaar ASO-TSO-BSO. De meeste leerkrachten gaven gedurende de projectweek lessen rond de verschillende MDG’s. Waar het echt niet in de leerstof paste, werden de lessen vroeger of later gegeven. De leerkrachten godsdienst gaven in de vastenperiode de algemene informatie over het project en de millenniumdoelstellingen. Verder hebben we ook een kerngroep rond mondiale vorming op school: MEGA MONDI. In de projectweek hebben ze in de inkomhal een tentoonstelling over de millenniumdoelen opgebouwd. Heel erg leuk!” Wereldburgertraject: MDG’15. Sint-Martinusscholen Herk-de-Stad
.............................................................................................................................................................................................. 29 30
Over de grenzen, vakoverschrijdende eindtermen in de tweede en derde graad van het secundair onderwijs. DVO, 2002. Meer informatie vind je op www.voka.be/talent/aanbod/Pages/aanbodJieha!.aspx.
...................................................................................................................................................................................................... 66
|
deel ii
- wereldburgerschap in je vak of project
3. Hoe pak ik het vak- en klasoverschrijdend aan?
Maak gebruik van het lessenpakket rond de MDG’s of een begeleide workshop rond de millenniumdoelen voor armoedebestrijding. Meer info op www.studioglobo.be of www.mdg15.net.
✦ Museumbezoek? Waarom niet mondiaal? (e) Een museumbezoek past in een vakoverschrijdend traject, bijvoorbeeld in de vakken aardrijkskunde, geschiedenis en Nederlands in de tweede graad van het ASO. Laat de leerlingen zelf op zoek gaan naar een museum via internet, bijvoorbeeld: • Koninklijk Museum voor Kunst en Geschiedenis: www.kmkg-mrah.be • Koninklijk Museum voor Midden-Afrika: www.africamuseum.be De leerlingen zoeken op de website van het museum naar informatie die beantwoordt aan hun opdrachten. Ze bepalen zelf welk werelddeel of land ze willen onderzoeken. Stel groepen samen naargelang hun keuze. Elke groep ontwerpt zijn onderzoeksdomein: • Wat willen we weten? • Hoe gaan we te werk? • Wat doen we ter plaatse? • Hoe verwerken we de informatie? • Hoe stellen we ons voor? • Wie doet wat in de groep?
✦ Vier schoolvoorbeelden (e) eerlijke handel en de millenniumdoelstellingen: wat doen wij eraan ?
Via dit project realiseerden we alle doelstellingen over de problematiek van ontwikkelingslanden en eerlijke handel vanuit de leerplannen én de VOETen. Bovendien leren de leerlingen overleggen, samenwerken en verantwoordelijkheid opnemen. Ze leren ook hoe ze in hun eigen leven eerlijke handel kunnen invoeren. Dit traject kadert binnen de GOK-werking op school. Eerst maakten we alle leerlingen van de tweede en derde graad economie warm voor het traject door workshops van C.I.S. en Studio Globo. De voorbereiding, nabespreking en evaluatie gebeurden per klas in de les volgend op de workshop. De rest van het schooljaar bespraken we de onderwerpen die aan bod kwamen in het leerplan economie. In de nabespreking introduceerden we het wereldcafé. In dit eerlijke handel café komen we per maand één keer samen om te spreken over eerlijke handel, de millenniumdoelstellingen en campagnes van ngo’s. We bekeken ook hoe we hieraan konden werken in ons eigen leven en onze school. We hebben daarna een brainstormsessie gepland voor de leerlingen. We werkten samen een actieplan en taakverdeling uit. In een volgende sessie bekeken we een educatieve video rond een project van een ngo. We werkten ook mee aan projecten als “De tijd loopt” en “Ik ben verkocht”. Wereldburgertraject: Eerlijke handel en de millenniumdoelstellingen: wat doen wij eraan?
Op www.kleurbekennen.be beschreven we per vak enkele activiteiten om te werken rond mondiale thema’s. De thema’s duurzame ontwikkeling, milieu, mensenrechten, media-educatie en water keren vaak terug. Dit biedt kansen om samen met andere vakleerkrachten een traject op te zetten.
Wereldburgertraject: Eerlijke handel en de millenniumdoelstellingen: wat doen wij eraan? Koninklijk Atheneum, Sint-Jans-Molenbeek
deel ii
- wereldburgerschap in je vak of project |
67
dag van de diversiteit
De projectdag bestaat uit drie luiken: vrij podium, multicultureel en “net dat tikkeltje anders”. Elk luik heeft een bepaalde bedoeling. Vrij podium is er om de eigen leerlingen de kans te geven hun talent aan de medeleerlingen te laten zien. Leerlingen mogen dus uitpakken met hun eigen kwaliteiten. Dit luik bestaat alleen omdat de leerlingen er zelf hun schouders onder zetten. Ze konden zich kandidaat stellen en oefenen op geregelde basis, onder begeleiding van een leerkracht. In het luik “multicultureel” presenteren de leerlingen een tiental landen. Doel is om de anderen kennis te laten maken met gewoontes en tradities van een bepaald land. Er wordt een quizbundel opgesteld. Bij elk land dat ze bezoeken, moeten ook enkele vragen worden beantwoord. “Multicultureel” wordt ook uitgewerkt door leerlingen of door een hele klas onder leiding van een leerkracht. De klas werkt de PowerPoint-presentatie van een land uit en zoekt zelf materiaal om het lokaal van hun land in te richten. Het luik “net dat tikkeltje anders” bestaat uit workshops of sessies die leerlingen kunnen volgen. We willen hen de kans geven om iets te doen, in contact te komen met personen die ervaringen hebben die niet zo voor de hand liggen. Tijdens de middagpauze kunnen de leerlingen enkele multiculturele gerechten proeven. In de maand voor de dag van de diversiteit kunnen de klassen deelnemen aan enkele spelen rond diversiteit. Dit luik wordt uitsluitend door de leerkrachten zelf georganiseerd.
Diversiteit, wereldburgerschap, globalisering, duurzaamheid, klimaatsverandering: ook onze jongeren komen er mee in contact. Ze worden zelf dagelijks geconfronteerd met kansarmoede, uitsluiting, problemen op de arbeidsmarkt, uitbuiting, racisme, illegaliteit en uitwijzing. Daarom lijken voor hen mondiale problemen niet relevant en ver van hun bed. Wij willen hen aantonen dat er een causaal verband is tussen de problemen hier (die hen persoonlijk aanbelangen) en ginder ver weg. Globalisering, duurzame ontwikkeling en multiculturaliteit zijn wereldomvattend. We streven naar een procesmatige aanpak en (h)erkenning van de problematiek zodat de jongeren er zich bewust van worden en hun gedrag aanpassen. Omdat de meeste van onze jongeren van niet-Belgische origine zijn, blijft een van onze belangrijkste doelstellingen het werken rond en aanvaarden van diversiteit en multiculturaliteit. We willen natuurlijk ook dezelfde doelstellingen bereiken bij het begeleidingsteam. Doorheen het schooljaar behandelen we in de lessen Algemene Vorming en Praktijk thema’s en activiteiten die nauw aansluiten bij ons project.
Achteraf evalueert de organiserende leerkrachtengroep het hele concept bij leerlingen en collega’s.
Enkele voorbeelden van activiteiten en projecten: • We hielden een projectweek rond energie en duurzame ontwikkeling met het spel “Palanka“ van Protos vzw. • We woonden de voorstelling “Mag het iets meer zijn?” van De Vieze Gasten bij. • De leerlingen namen deel aan lesactiviteiten rond de ecologische voetafdruk. • Binnen het thema voedsel en voedselzekerheid bereidden leerlingen uit de keukenafdelingen regelmatig eerlijke, biologische maaltijden. • Binnen het thema arbeid werkten we in de les rond “recht op werk” en “eerlijk loon”. • We organiseerden een trajectweek “Diversiteit” met lessen rond “anders zijn” en vooroordelen. • De leerlingen maakten een interculturele uitstap naar Beringen. • Er was ook een kennismaking met jongerencultuur in Gent, begeleid door LADDA. • We volgden een begeleide methodiek “Think different” van het Integratiecentrum Leuven.
Dag van de diversiteit. Vrij Technisch Instituut, Hasselt
Wereldburgertraject: Wereldburger en diversiteit. Centrum Deeltijds Onderwijs CEDO, Gent
Alle betrokken leerkrachten vergaderen regelmatig om de dag te coördineren en de praktische kant te organiseren. Leerkrachten die samenwerken met leerlingen vergaderen ook op regelmatige tijdstippen.
68
wereldburger en diversiteit
|
deel ii
- wereldburgerschap in je vak of project
3. Hoe pak ik het vak- en klasoverschrijdend aan?
een boodschap van verdraagzaamheid binnen en buiten de schoolmuren
Een jaar lang vormde het diversiteitsspel de rode draad om dit thema onder de aandacht te brengen. BuSO Dominiek Savio koos de vlinder, het teken van de verdraagzaamheid, als symbool voor hun traject. De leerlingen knutselden allerhande cadeautjes in de vorm van een vlinder. Leerlingen vervulden op verschillende tijdstippen opdrachten in verband met het jaarthema. Zo stelde de werkgroep diversiteit een lijst samen met grotere en kleinere uitdagingen voor leerkrachten, leerlingen, opvoeders en therapeuten. Ze nodigden iedereen uit om deze opdrachten te vervullen tijdens de lessen, maar ook tijdens de speeltijd of binnen de leefgroep. Dit zijn een paar voorbeelden van dergelijke opdrachten: • Sleep een dag lang 3 liter water met je mee. • Zoek een buitenlandse sport en daag een andere klas uit om mee te spelen. • Interview een vluchteling. • Geef mensen een compliment en zeg waarom. • Overtuig de kok van de school om minstens één maal per jaar bijvoorbeeld een Afrikaans of Aziatisch gerecht klaar te maken • Zoek gelijkenissen tussen de verschillende godsdiensten op school en maak een minitentoonstelling. • Zoek alle medaillewinnaars op van de laatste Paralympics die uit Instituut Dominiek Savio komen en contacteer één persoon voor een interview. De leerlingen gaven een vlinder mee aan de bezoekers die een positief engagement aangingen en de boodschap van verdraagzaamheid uitdroegen buiten de schoolmuren. Op een kaart duidden ze aan waar al de vlinders heen fladderden. Bij elke goed afgewerkte opdracht vervolledigden de leerlingen ook een deel van een schilderij. Tegen het eind van het schooljaar werkten ze een groot kunstwerk af. Gedurende het schooljaar namen 163 leerlingen deel aan dit wereldburgertraject met tal van activiteiten. De leerlingen kregen de kans om zelf opdrachten en ideeën aan te brengen bij de werkgroep diversiteit. Ze kozen zelf de initiatieven waaraan ze wilden deelnemen. De buurt van de school werd sterk betrokken gedurende het hele traject. Dominiek Savio hing 150 aluminium vlinders op in de school, in de buurt en bij verschillende instellingen. Wereldburgertraject: Diversiteit. BuSo Dominiek Savio Instituut, Gits.
deel ii
- wereldburgerschap in je vak of project |
69
DENKVRAGEN
Beantwoord eerst de denkvragen voor jezelf. Ga daarna aan de slag
4. Beschik ik over de nodige kennis en vaardigheden? Met deze vragen kan je een beeld schetsen van de huidige situatie. Wat gebeurt er momenteel al rond wereldburgerschap op jouw school? Wat zou je in de toekomst nog kunnen doen?
met de vele doetips. Dat zijn mogelijke invullingen voor de bovenvermelde vragen.
(a) Ben ik zelf een wereldburger? In welke zin? ..................................................................................................................... pagina 71 (b) Is er op school een werkgroep die het opvoeden tot wereldburgers op school organiseert? . ..................................... pagina 71
Tussen haakjes vind je de verwijzing naar de denkvraag waarop de doetip betrekking heeft.
(c) Schakel ik een externe specialist in bij mijn mondiale activiteit, bijvoorbeeld een ngo-medewerker? ...................... pagina 71 (d) Volg ik nascholing om mijn leerlingen te kunnen opvoeden tot wereldburgers? Welke nascholing? . ....................... pagina 71 (e) Hoe verdiep ik me in mijn vrije tijd in mondiale thema’s? . .............................................................................................. pagina 71
70
|
deel ii
- wereldburgerschap in je vak of project
4. Beschik ik over de nodige kennis en vaardigheden?
DOETIPS ✦ Bijscholing of coaching over het Zuiden (c, d)
✦ De leerkracht als voorbeeld (a) Wat is wereldburgerschap voor jou? Hierover vind je achtergrondinformatie op pagina 49. Wereldburgerschap straal je uit, elke dag weer. Vaardigheden als empathie en een gelijke behandeling van leerlingen met een andere afkomst, met andere talenten of een andere religie zijn onmisbaar. Schep dus ruimte om leerlingen in contact te brengen met diversiteit. Ver hoef je het daarom niet te zoeken: vertrek gewoon vanuit je leerlingen. Ga in op conflicten, daag “Een mondiale dag organiseren hen uit om een oplossing te zoeken en haal over gelijke kansen is een ding, vooroordelen uit de taboesfeer. Misschien je leerlingen dagelijks laten kom je zo voor hete vuren te staan, maar op voelen dat je hen als individu die manier pak je wereldburgerschap aan waardeert, is iets anders.” bij de wortel: de dagelijkse omgang tussen leerlingen.
✦ De mondiale werkgroep: je steun en toeverlaat?(b)
“Een gezamenlijke aanpak is altijd beter dan een individuele preek. Maar je moet ergens beginnen...”
Laat je inspireren door de kennis en ervaring die de mondiale werkgroep op school al verzameld heeft. Of engageer je om deel uit te maken van zo’n mondiaal draagvlak. Tips en tricks staan op pagina 39.
Vele educatieve organisaties en ngo’s bieden studiedagen aan: inspiratie voor je vakwerkgroep of het leerkrachtenteam. De organisaties werken rond mondiale thema’s en de lesgevers van deze vormingen verwijzen vaak naar de eindtermen en ontwikkelingsdoelen die bij het thema van de vormingsactiviteit aansluiten. Ook Kleur Bekennen biedt jaarlijks nascholing aan over mondiale thema’s. Op www.kleurbekennen.be vind je een overzicht van dergelijke bijscholingen. Je kan ook beroep doen op een externe organisatie om je leerkrachtenteam of vakwerkgroep te coachen. Een coaching is een mix van achtergrondinfo, vorming, kennismaking met goede lesmaterialen en werkmethoden en suggesties over activiteiten. De organisatie werkt - samen met je team - een planning uit en evalueert op regelmatige tijdstippen. Ze reiken je werkmethodes aan zodat je achteraf zelfstandig aan het werk kan. Uiteraard heb je hierin als team voldoende ruimte voor eigen inbreng. Een overzicht van coachende organisaties vind je op de website van Kleur Bekennen.
✦ Hoe verdiep ik me verder in de wereld? (e) 1. Mondiale films Jaarlijkse filmfestivals geven de mondiale film vaak een hoofdrol. Een paar tips: • Het Afrika Filmfestival in Leuven: www.afrikafilmfestival.be • Open Doek in Turnhout: www.opendoek.be • Cinema Novo in Brugge: www.cinemanovo.be • Filmforum in Limburg www.limburg.be/ontwikkelingssamenwerking Of ontleen een mondiale film bij: • Bevrijdingsfilms (www.bevrijdingsfilms.be) • Jekino (www.jekino.be). Je vindt interessante filmtips in de magazines: • Cinemagie • Leven met beelden deel ii
- wereldburgerschap in je vak of project |
71
2. Tentoonstellingen
4. Inleefreizen naar het Zuiden
Diverse musea, ngo’s en overheidsinstellingen organiseren tentoonstellingen rond een mondiaal thema: • Het Koninklijk Museum voor Midden-Afrika in Tervuren: www.africamuseum.be • Het Paleis voor Schone Kunsten in Brussel: www.bozar.be • Het Koninklijk Museum voor Kunst en Geschiedenis in Brussel: www.kmkg-mrah.be • Het Tropenmuseum in Amsterdam: www.tropenmuseum.nl • Het Etnografisch Museum in Antwerpen: museum.antwerpen.be/etnografisch_museum/ • Het Wereldmuseum in Rotterdam: www.wereldmuseum.nl • www.dgos.be • www.11.be
Inleefreizen zijn een ideale manier om mensen uit het Zuiden te ontmoeten. Je bent er niet als toerist, maar maakt even deel uit van het gewone familieleven, je maakt kennis met de arbeidsomstandigheden, je brengt een bezoek aan organisaties die zich inzetten voor maatschappelijke verandering. Op www.millenniumreiziger.be vind je een overzicht van kwalitatieve inleefreizen van ngo’s en organisaties. We noemen er slechts een paar: • www.broederlijkdelen.be • www.herender.be • www.wereldsolidariteit.be • www.vredeseilanden.be • www.volens.be • www.11.be • www.viavzw.be • www.jint.be • www.kriskras.be • www.bevrijdewereld.be • www.mdg15.net • www.oww.be
3. Mondiale lectuur • Lectuur over opvoeden tot wereldburgers: - Opvoeden tot wereldburger 31, Deel 2 Handboek met boeiende en praktische activiteiten voor de leerkracht van het secundair onderwijs. - 30 visies op wereldburgerschap. Wereldburgers bekennen kleur. 30 interviews geven je meer informatie over wereldburgerschap. • Achtergrondinformatie uit het Zuiden: Via www.11.be vind je achtergrondinfo bij Noord-Zuid-thema’s. De landenreeks van 11.11.11. geeft telkens beknopte en overzichtelijke informatie per land. • Romans uit het Zuiden: De uitgeverij van 11.11.11. geeft boeiende werken uit.
.............................................................................................................................................................................................. 31
FOUNTAIN (S.). Opvoeden tot wereldburger 1. Handboek voor de leerkracht van het basisonderwijs. Amsterdam, Bakermat, 1996.
...................................................................................................................................................................................................... 72
|
deel ii
- wereldburgerschap in je vak of project
5. Vrijwilligerswerk in je omgeving Als vrijwilliger in een Noord-Zuid-organisatie maak je kennis met Zuid-projecten en krijg je info over mondiale thema’s. Je kan je bij verschillende ngo’s als vrijwilliger aansluiten. Denk maar aan 11.11.11., Broederlijk Delen, Vredeseilanden, Amnesty International, Oxfam-Wereldwinkels en Unicef. Ook organisaties die duurzame ontwikkeling nastreven, kaderen in de idee van wereldburgerschap en wereldwijde betrokkenheid: WWF, Greenpeace en Green zijn maar een paar voorbeelden.
4. Beschik ik over de nodige kennis en vaardigheden?
6. Vrijwilligerswerk in allochtonenwerkingen in je omgeving Nuttige adressen kan je vinden op www.vmc.be (Vlaams Minderhedencentrum), onder de rubriek Links. “Als centrum deeltijds onderwijs zijn wij steeds op zoek naar werkvormen en aangepaste thema’s om onze jongeren te blijven motiveren en hen iets bij te brengen. Onze school werkt samen met een partnerschool in Marokko. Zes jongeren maken in april de reis van hun leven: ze gaan voor onze partnerschool een tuin aanleggen.” Wereldburgertraject: Duurzame ontwikkeling met een vleugje zelfrespect. KA II, Sint-Amandsberg
7. Uitwisseling met mensen, scholen of projecten in het Zuiden Contacten met mensen, scholen of projecten in het Zuiden zijn bijzonder leerrijk. Daarom ontwikkelden we het infoboekje Expeditie Exchange, boordevol informatie over hoe je een uitwisseling met het Zuiden kan opzetten. Je kan het boekje gratis downloaden op www.kleurbekennen.be. Meer informatie vind je ook in deel 1, op pagina 26. “Na een jaar voorbereiding realiseerden de jongens van het Githo hun technische projecten in twee Filippijnse dorpen. In het ene dorp vervaardigden ze een kachel waarop kokosnoten kunnen verwerkt worden. In het andere dorp maakten ze een waterrad om de kracht van de rivier als energiebron te gebruiken. De meisjes van het St.-Calasanz Instituut richtten zich tijdens de reis vooral op educatie en de jeugdbeweging. In de plaatselijke lagere scholen gingen ze aan het werk met de kinderen”. Wereldburgertraject: Uitwisselingsproject tussen twee middelbare scholen en POMCAT in de Filippijnen. Gemeente Nijlen
deel ii
- wereldburgerschap in je vak of project |
73
DENKVRAGEN
Beantwoord eerst de denkvragen voor jezelf. Ga daarna aan de slag
5. beschik ik over het nodige materiaal en geld? Met deze vragen kan je een beeld schetsen van de huidige situatie. Wat gebeurt er momenteel al rond wereldburgerschap op jouw school? Wat zou je in de toekomst nog kunnen doen?
met de vele doetips. Dat zijn mogelijke invullingen voor de bovenvermelde vragen. Tussen haakjes vind je de verwijzing naar de denkvraag waarop de doetip betrekking heeft.
(a) Welk educatief materiaal gebruik ik om aan wereldburgerschap te werken? ............................................................ pagina 75 handboeken lespakketten informatieve spelen tijdschriften dvd’s internet (zie ook vraag f) werkwinkels (b) Komt opvoeden tot wereldburgers aan bod in de handboeken die ik gebruik voor mijn vak? Regelmatig? Op welke manier? ............................................................................................................................................. pagina 75 (c) Hoe visualiseer ik opvoeden tot wereldburgers in de klas? Hoe zou het anders of beter kunnen? ............................. pagina 76 (d) Gebruik ik mondiale literatuur? Uit welke landen? (vooral voor de vakleerkracht talen) . ........................................... p agina 76 (e) Beschik ik als leerkracht over een budget waarmee ik educatief materiaal kan voorzien om aan wereldburgerschap te werken? . ................................................................................................................................ p agina 76 (f) Ken en gebruik ik een: . ....................................................................................................................................................... p agina 76 webquest eigen website blog virtuele uitwisseling virtuele inleefreis educatieve themasite onlinegame educatieve site met methodes onlinestatistiek
74
|
deel ii
- wereldburgerschap in je vak of project
5. beschik ik over het nodige materiaal en geld?
DOETIPS
✦ Gratis lesmateriaal ontlenen (a) Een schat aan educatief materiaal In de documentatiecentra van Kleur Bekennen vind je onder andere lesmaterialen, educatieve spelen, foto’s, video’s en dvd’s en tentoonstellingspakketten: actueel materiaal, klaar om in je lessen te gebruiken en gratis te ontlenen. Bovendien werden al deze materialen op hun kwaliteit gescreend. Ook als je op zoek bent naar informatieve werken vind je hier een uitgebreide collectie. Wist je dat je van thuis uit ook kan snuisteren in ons documentatiecentrum? Surf naar www.kleurbekennen.be, ga naar Zoek in ons aanbod en daarna naar Educatief materiaal uit de documentatiecentra. Geef het thema of de doelgroep van je interesse in en je krijgt een overzicht van het gevraagde materiaal. Een overzicht van de thema’s in ons aanbod • duurzame ontwikkeling • ontwikkelingssamenwerking • diversiteit • mensenrechten / kinderrechten • vredeseducatie (vb. pesten en sociale vaardigheden) • cultuur / religie • handel / economie (vb. (kans)armoede in België en Europa) • globalisering • burgerschap • media / beeldvorming • migratie / vluchtelingen • kinderen / jongeren • gender • gezondheid • arbeid
Documentatiecentrum in elke provincie In elke Vlaamse provincie en in Brussel is er een documentatiecentrum. De adressen vind je achteraan in dit boek. De medewerkers geven je advies en helpen je om het geschikte lesmateriaal te vinden.
✦ Een mondiale werkwinkel in de klas (a) Veel educatieve organisaties en ngo’s voorzien werkwinkels rond mondiale thema’s. Op www.kleurbekennen.be vind je een overzicht onder Zoek in ons aanbod. Klik op Begeleide activiteiten. Deze werkwinkels kunnen terugbetaald worden als je ze kadert binnen een wereldburgertraject.
✦ Het Zuiden als criterium bij de aankoop van ✦ handboeken (b) Neem aandacht voor de wereld als een van de criteria bij de aankoop van je handboeken. Want in sommige handboeken komt de huidige wereldcontext nauwelijks aan bod. Of men brengt het Zuiden heel eenzijdig in beeld en legt de focus op problemen en onderontwikkeling. Enkele voorbeelden die je waarschijnlijk wel herkent, vind je op pagina 36. Voor meer tips over beeldvorming: download de folder over beeldvorming op www.kleurbekennen.be. Ga naar Zoek in ons aanbod, Educatief materiaal, Beeldvorming secundair onderwijs. Handige beoordelingsfiches vind je ook in ‘Kwaliteitsindicatoren mondiale vorming.’32 En op de website van Parel vind je de Parel Wijzer: een onlinechecklist met kwaliteitsindicatoren: www.parel.nl.
.............................................................................................................................................................................................. 32
Kwaliteitsindicatoren mondiale vorming. VLOR, 2002, www.vlor.be/bestanden/documenten/ficheMondVorm.pdf.
...................................................................................................................................................................................................... deel ii
- wereldburgerschap in je vak of project |
75
✦ De wereld zichtbaar in de klas (c) Visualiseer het belang dat je aan wereldburgerschap hecht. Hieronder drie korte creatieve suggesties, maar jij en de leerlingen vinden er vast nog veel meer. • Koop met de school de 11-11-11-kalender: de thema’s en landen veranderen maandelijks. Je kan hierop inspelen in je lessen, bijvoorbeeld voor de vakken aardrijkskunde, geschiedenis en godsdienst. • Maak een muurkrant waar de leerlingen wekelijks een werelditem op prikken dat hen geraakt heeft. • Hang foto’s of tekeningen op uit de school waarmee jouw school eventueel een uitwisseling opgestart heeft. Beperk je niet tot de klas. Ook de schoolgangen, speelplaats en eetzaal kan je een mondiale kleur geven. Tips vind je op pagina 27. “In de eerste en tweede graad komen aspecten van duurzame ontwikkeling eveneens aan bod, maar in meer beperkte mate. Via affiches en randactiviteiten willen we echter ook deze leerlingen meer in contact brengen met de Millenniumdoelstellingen.” Wereldburgertraject: De tijd loopt... Millenniumdoelstellingen in de kijker. Sint-Godelieve-Instituut, Lennik
✦ Mondiale taaltips (d) Als taalleerkracht kan je uiteraard gebruik maken van wereldliteratuur in de taal die je onderwijst. Breek uit de Europese cocon. Engels is de officiële taal in 75 landen en Frans spreekt men in de vijf continenten. • Op de website: www.onlinenewspapers.com vind je krantenartikels uit de hele wereld. • Via de link www.ethnologue.com vind je de verspreiding van talen over de wereld.
76
|
deel ii
- wereldburgerschap in je vak of project
Een paar voorbeelden van mondiale activiteiten: • Bekijk tv-fragmenten van anderstalige zenders. • Laat de leerlingen een citytrip uitschrijven, rekening houdend met de culturele eigenheid van het te bezoeken land. • Plan een klassikaal debat over een actueel thema, bijvoorbeeld China en de mensenrechten. • Laat leerlingen non-verbale communicatie analyseren. De tv-reeks The human animal van Desmond Morris biedt aanknopingspunten.
✦ Wie zal dat betalen? (e) Op pagina 37 in deel 1 van dit boek vind je een overzicht van de subsidiekanalen waar je als school beroep op kan doen.
✦ E-tips: als je door het wereldwijde bos de virtuele bomen niet meer ziet (f) Via de blog van Kleur Bekennen (kleurbekennen.wordpress.com) vind je suggesties rond e-learning voor wereldburgers, met een overzicht van: • educatieve websites • games • webquests • blogs • schoolvoorbeelden
5. beschik ik over het nodige materiaal en geld?
Klinkt dit alles je wat Chinees in de oren? Naast tips lees je hier ook een woordje uitleg. “Leerlingen onderzochten de missing link tussen onze lokale voedselgewoonten en het leven van mensen elders, aan de hand van een rollenspel. Ze gebruikten ook de website Sojaconnectie.” Wereldburgertraject: Duurzaam, amai mijn voeten. Instituut Sint-Vincentius a Paulo
1. Laat je leerlingen een webquest maken Webquests of webkwesties zijn onderzoeksgerichte opdrachten. Ze verplichten leerlingen om de verworven informatie om te zetten in een product. Dit product kan een oplossing voor een probleem zijn, maar ook een hypothese, een ontwerp voor een poster, een maquette of videofilmpje. Webquests hebben altijd een vaste structuur en kunnen variëren van kort (één tot drie lesuren) tot langer (gespreid over één tot vier weken). Een webquest is een aantrekkelijke vorm van integratie van informatie- en communicatietechnologie, zelfstandig werken en internet. Je kan er onder andere volgende activiteiten in verwerken: • een onderwerp analyseren en zich eigen maken; • opgedane kennis toepassen door iets te vervaardigen waar anderen op kunnen reageren; • op een uitdagende manier gebruik maken van internetbronnen.
· voorbeeld · www.webquestalgore.nl In de Webquest Al Gore moeten leerlingen hun eigen klimaatfilmpje maken.
2. Maak zelf een webquest Begin je er liever zelf aan? Laat je dan inspireren door allerlei hulpmiddelen die je van het internet haalt. Je kan bijvoorbeeld een variant maken op een al bestaande webquest of een werkwijze kopiëren naar een eigen onderwerp.
· voorbeeld · webquest.kennisnet.nl/ontwerpidee Je vindt er ook de webquest maker, een webtool waarmee iedereen een eigen (gratis) webquest kan maken: webquest.kennisnet.nl/webquest_maker. Of surf naar www.webquestie.nl 3. Bouw samen met de leerlingen een website Hierdoor combineer je de technische kant van ICT aan het verwerken van informatie en het leren communiceren.
· voorbeeld · www.thinkquest.nl ThinkQuest is een wedstrijd voor leerlingen die hun eigen educatieve website of educatieve game willen maken. Leerlingen bepalen gezamenlijk het mondiale thema en bouwen samen de website. 4. Laat je leerlingen een blog bijhouden Een blog is een persoonlijke of gemeenschappelijke internetruimte voor individuen, scholen of groepen met een gemeenschappelijk onderwerp. Via een krant, dagboek of internetruimte beschrijft de blogger activiteiten en de vooruitgang in een traject. Wat vind je er zoal terug? • ideeën • nieuws • links naar beeld en video, andere contactpersonen en websites • muziek • foto’s
deel ii
- wereldburgerschap in je vak of project |
77
Een blog is een handig hulpmiddel voor projectwerk: • heel eenvoudig op te starten; • goede manier om projectwerk te laten zien; • informatiekanaal voor leerkrachten, leerlingen, ouders en geïnteresseerden om onderdelen op internet te zetten; • communicatiekanaal waar iedereen commentaar kan posten.
7. Maak gebruik van educatieve themasites Educatieve themasites geven informatie over een onderwerp of thema. • Je vindt er vaak illustraties: filmfragmenten, geluidsfragmenten of foto’s. • De leerlingen passen hun kennis toe in werkbladen met vragen en opdrachten. • Ze testen hun kennis aan de hand van bijvoorbeeld een onlinetoets over het geleerde. Deze toets kan een quiz of een spel zijn.
· voorbeeld · www.tergavers.blogspot.com
· voorbeeld · www.moobx.net
De Harelbeekse school Ter Gavers hield een weblog bij van haar uitwisseling met een school in het Argentijnse La Plata.
Tijdens Moob-x ontdekken leerlingen de duistere kantjes van hun gsm. Aan de hand van een herkenbaar thema, worden jongeren bewust gemaakt van hun consumptiegedrag en van begrippen als duurzame ontwikkeling, duurzame consumptie en de ecologische voetafdruk.
5. Werk aan een virtuele uitwisseling
· voorbeeld · www.etwinning.net E-twinning zet schoolpartnerschappen op in Europa. De scholen krijgen onder meer een TwinSpace: een virtuele werkruimte die alleen beschikbaar is voor de partners in het project. 6. Maak een virtuele inleefreis Virtuele inleefreizen zijn een virtuele variant van de inleefateliers. Je mist weliswaar het tastbare van het inleefatelier, maar in ruil krijg je meer visuele mogelijkheden. Je kan ook meer interactie inbouwen. Een reisdagboek vormt vaak de rode draad waaraan de informatie gekoppeld wordt.
· voorbeeld · www.broederlijkdelen.be De website van Broederlijk Delen biedt drie virtuele inleefreizen, met een handleiding voor de leerkracht.
Beschik je niet altijd over de mogelijkheid om internet te gebruiken? Heel wat educatief materiaal vind je ook op cd-roms. Informeer bij de medewerkers van Kleur Bekennen of bij de educatief verantwoordelijke van een ngo. 8. Neem onlinegames ernstig De informatie uit educatieve websites kan je ook in een aantrekkelijke spelvorm gieten: onlinegames. Als je die onlinegames combineert met een maatschappelijk engagement, spreken we over serious games. Vaak vind je er informatie in de vorm van webfacts. Handig zijn de infopagina’s voor leerkrachten.
· voorbeeld · www.playagainstallodds.com Via Play against all odds laat de VN-Vluchtelingenorganisatie ervaren hoe het leven van een vluchteling eruit kan zien. 9. Geef je lessen een virtuele dimensie Je kan een thema geanimeerd introduceren aan de hand van een kort filmpje.
78
|
deel ii
- wereldburgerschap in je vak of project
5. beschik ik over het nodige materiaal en geld?
· voorbeeld · www.millenniumdoelen.nl/page.php?page=3
· voorbeeld · www.milieuzorgopschool.be
Een filmpje per millenniumdoel van telkens net geen twee minuten.
Tips om je ecologische voetafdruk op school te verkleinen.
Statistieken krijgen een extra dimensie als je ze in real time ziet veranderen.
· voorbeeld · www.canoncultuurcel.be
· voorbeeld · www.worldometers.info/nl en www.stopthehunger.com
Tips, links en ondersteuning bij het uitwerken van trajecten rond cultuureducatie.
· voorbeeld · www.spelinfo.be Wil je gezondheidseducatie een internationale dimensie geven? Laat de leerlingen hun eigen levensverwachting bepalen en vergelijken met die in andere landen.
· voorbeeld · www.kansopgezondheid.nl/calculator/calculator.html 10. Inspireer je lessen op educatieve websites boordevol methodieken We geven je hier alvast een voorproefje. Uiteraard vind je nog veel meer links bij de voorbeelden op www.kleurbekennen.be onder Vakvoorbeelden.
Informatie over verschillende simulatiespelen en speelse gespreksmethodieken. 11. Mailen met de wereld Leerlingen kunnen ook via mail in contact komen met het Zuiden. Misschien communiceren ze met de school waarmee jullie verbroederd zijn? Of schrijven ze mails om acties in het Zuiden te steunen? Hun bijdrage van enkele minuten tijd maakt soms het verschil.
· voorbeeld · www.leermiddelenplein.nl Een leermiddelendatabase voor basis-, secundair en beroepsonderwijs.
· voorbeeld · www.cmo.nl Ideeën en lessen om te werken rond de millenniumdoelen.
· voorbeeld · www.vormen.org Methodieken, links en achtergrondinfo over mensenrechteneducatie.
deel ii
- wereldburgerschap in je vak of project |
79
DENKVRAGEN
Beantwoord eerst de denkvragen voor jezelf. Ga daarna aan de slag
6. Met wie kan ik samenwerken? Met deze vragen kan je een beeld schetsen van de huidige situatie. Wat gebeurt er momenteel al rond wereldburgerschap op jouw school? Wat zou je in de toekomst nog kunnen doen?
met de vele doetips. Dat zijn mogelijke invullingen voor de bovenvermelde vragen.
(a) Op welke manier betrek ik mijn leerlingen bij het opvoeden tot wereldburgers in de klas? ....................................... pagina 81 (b) Op welke manier steunen de directie en het schoolbestuur me? . .................................................................................. pagina 81
Tussen haakjes vind je de verwijzing naar de denkvraag waarop de doetip betrekking heeft.
(c) Wisselen we op school informatie uit tussen leerkrachten over opvoeden tot wereldburgers? Op welke manier? . ... pagina 81 (d) Hoe betrek ik de ouders bij mijn mondiale activiteiten? ............................................................................................... pagina 81 (e) Doe ik beroep op externe specialisten om mij te helpen bij het opvoeden tot wereldburgers (bijvoorbeeld ngo’s)? pagina 81 (f) Met welke personen, organisaties of instanties in de buurt van de school werk ik samen in het kader van wereldburgerschap? . ....................................................................................................................................................... pagina 82 (g) Heb ik contacten met het Zuiden? . ................................................................................................................................... pagina 82
80
|
deel ii
- wereldburgerschap in je vak of project
6. Met wie kan ik samenwerken?
DOETIPS ✦ Inspraak en participatie van de ouders (d)
✦ Samenwerken met je leerlingen (a) Voor informatie en suggesties over leerlingenparticipatie verwijzen we naar deel 3, pagina 88.
Een bron van kennis, ervaring en inspiratie zijn natuurlijk ook de ouders van je leerlingen. Daarover meer op pagina 42. “We werkten samen met Broederlijk Delen voor een campagne rond Haïti. Samen zetten we een heel wereldburgertraject op poten.” Wereldburgertraject: Haïti heeft ook talent. Sint-Guido-Instituut, Anderlecht
✦ Uitwisselen binnen het schoolteam (b,c) • Bestaat er een mondiale werkgroep op school? Van deze collega’s kan je handige tips en een duwtje in de rug krijgen bij het uitdenken van je activiteit. Hoe zo een mondiale werkgroep functioneert beschreven we op pagina 39. • Maak tijdens het overleg van je vakwerkgroep ook tijd om te praten over opvoeden tot wereldburgers. Je kan elkaar inspireren. • Spreek ook zeker over je mondiale aanpak met collega’s. Dat kan bij een informele babbel tijdens de koffiepauze. • Diversiteit is een gegeven in een schoolteam. Wie heeft ervaring met het Zuiden? Wie heeft er familieleden of buren uit een andere cultuur? Aanknopingspunten genoeg om er samen werk van te maken, samen met administratief en technisch personeel. • En de directeur? Overtuigende tips vind je op pagina 40. “Het was interessant om te horen dat iedereen wel iemand van een andere cultuur kent. We hebben dus een groot netwerk opgebouwd waar we in de toekomst op kunnen terugvallen.” Wereldburgertraject: Op een dag kom je elkaar tegen. SBSO Zonnebos, ’s-Gravewezel
✦ Begeleiding en advies van externen (e) Educatieve organisaties en ngo’s bieden je naast advies ook vormingen, werkwinkels en educatieve materialen aan. Met de financiële mogelijkheden die je kan lezen op pagina 37, mag geld geen barrière zijn. Een handige tip: zet gemaakte afspraken op papier. “Donderdag 13.00 uur. Het vierde en dus laatste bezoek van C.I.S. staat op het programma, spannend! Vandaag spelen we “De wereld aan tafel” en trekken we de laatste conclusies uit het spelproject over de Millenniumdoelstellingen. In het traject startten we zeer algemeen met “De Wereld op stoelen” op het niveau sensibiliseren, om dan via “Honger op het spel”, het “Wereldhandelsspel” en “De Wereld aan tafel” te komen tot meer gerichte informatie over de millenniumdoelstellingen. Ik merk meteen dat de leerlingen de spelkriebel nu echt wel te pakken hebben. De voorbije weken heb ik hen zien groeien van individuen naar teamspelers, van beginners naar spelfanaten en van jongeren met weinig voeling met de Noord-Zuid-problematiek tot bollebozen met een missie. Echt fijn om te zien. Dit spelproject heeft zijn meerwaarde zeker bewezen. Op naar het volgende!” Wereldburgertraject: Millenniumtraject C.I.S. IVV Sint-Vincentius, Gent
deel ii
- wereldburgerschap in je vak of project |
81
“Sommige afspraken liepen fout omdat verschillende contactpersonen afspraken maakten. Daarom ontwierpen wij zelf een infofiche met de contactgegevens van de school en de organisatie. Een tip: vergeet zeker niet de datum, het aantal leerlingen, de contactpersoon, doel, duur en locatie van de workshop en facturatiegegevens te vermelden.” Sint-Godelieve-Instituut ASO, Lennik
✦ De buurt doet mee (f) In deel 1 op pagina 42 vind je oefeningen om samenwerkingsmogelijkheden met de buurt uit te denken. Zo maak je werk van een brede school. 1. De buurt in kaart Breng samen met je leerlingen in kaart: • waar ze hun vrije tijd doorbrengen; • welke buitenschoolse activiteiten ze hebben; • waar ze een studentenjob doen. Beeld deze contacten uit op een grote kaart van de gemeente of provincie en maak er gebruik van bij de uitwerking van mondiale activiteiten. 2. Buurtschatten Buurtschatten zijn talenten of interesses van mensen in de omgeving van je school. Ze bieden kansen om samenwerkingsverbanden aan te gaan. Samenlevingsopbouw Antwerpen-Noord ontwikkelde een invulformulier rond buurtschatten voor ouders. Leerlingen kunnen het ook in de buurt van hun school uitdelen. Je vindt het buurtschattenformulier bij de werkdocumenten achteraan in dit boek op pagina 115. 3. Concrete voorbeelden van mogelijke partners in je buurt • Ga na welke linken de leerlingen in je klas of school hebben met het Zuiden. Hebben ze familie of vrienden uit het Zuiden? Of woonden ze daar zelf? 82
|
deel ii
- wereldburgerschap in je vak of project
• Ga met de leerlingen langs bij de wereldwinkel in de buurt. • Bracht je al een bezoek aan de gemeente? Zoek met je klas op wie er in de gemeente samenwerkt met het Zuiden: - schepen - consulent - ambtenaar - Gemeentelijke Raad voor Ontwikkelingssamenwerking - 11.11.11-comité Wie zijn al deze mensen? Wat doen ze? Trek met je leerlingen op onderzoek uit. Interview deze mensen en bundel alle initiatieven en instanties in een Zuidkrant die je met je leerlingen maakt. Misschien heeft je gemeente wel een stedenband met een stad uit het Zuiden? • Of werk samen met andere scholen, centra voor basiseducatie, zelforganisaties, sociale werkplaatsen of asielcentra. “In kleine groepjes interviewen leerlingen mensen zonder wettig verblijf, samen met de vzw Ele Ele en Intercultureel Netwerk Gent. We doen ook mee aan acties van Unie voor Mensen zonder Papieren, gingen op bezoek bij andersmondialisten op het Wereld Sociaal Forum en hielpen Unicef met een petitie tegen het opsluiten van kinderen in gesloten asielcentra. In samenwerking met Oudenaardse verenigingen en verschillende klassen die dankzij ons project ook over vluchtelingen leren en een project maken, organiseren we een Dag van de vluchteling.” Wereldburgertraject: The Refugees. KA, Oudenaarde
✦ Een uitwisseling met een klas of school in het Zuiden? (g) Op pagina 26 geven we meer uitleg over uitwisselingsprojecten. In Expeditie Exchange vind je handige tips.