Orde van dienst zondag 18 oktober 2015 Oecumenische Avondmaalsviering in het kader van Wereldvoedseldag Voorgangers: ds. Dick Steenks en Marja van der Horst Organist: Sander Booij Mmv: de cantorij o.l.v. Tiny van Eeuwijk *** Binnenkomst ambtsdragers/voorgangers Stilte tot inkeer Orgelspel Welkom, stil gebed, drempelgebed door ouderling(e) van dienst - hierna de handdruk van de ouderling(e) aan de voorganger Aanvangslied
Lied 275 (couplet 1 cantorij, 2 allen 3 cantorij, 4 en 5 allen)
Cantorij
Allen Gij zijt niet ver van wie U aanbidden niet hoog en breed van ons vandaan. Gij zijt zo mens'lijk in ons midden dat Gij dit lied wel zult verstaan. Cantorij Gij zijt onzichtbaar voor onze ogen en niemand heeft U ooit gezien. Maar wij vermoeden en geloven dat Gij ons draagt, dat Gij ons dient. Allen Gij zijt in alles diep verscholen in al wat leeft en zich ontvouwt. Maar in de mensen wilt Gij wonen met hart en ziel aan ons getrouwd. Allen Heer onze Heer, hoe zijt Gij aanwezig waar ook ter wereld mensen zijn. Blijf zo genadig met ons bezig, tot wij in U volkomen zijn. Bemoediging en groet Inleiding op de dienst
Gebed om ontferming uitlopend op: Loflied
Lied 299-e (I = cantorij, II = allen)
Gebed bij de opening van het Woord Gesprek met de kinderen Kinderlied
Wij gaan voor even uit elkaar
Schriftlezing door lector
Genesis 2 : 4b t/m 15
Samenzang
Gezangen voor Liturgie 567-b
Zolang de mensen woorden spreken, zolang wij voor elkaar bestaan, zolang zult Gij ons niet ontbreken, wij danken U in Jezus' naam. Gij voedt de vogels in de bomen, Gij kleedt de bloemen op het veld, o Heer, Gij zijt mijn onderkomen en al mijn dagen zijn geteld. Gij zijt ons licht, ons eeuwig leven, Gij redt de wereld van de dood. Gij hebt uw Zoon aan ons gegeven, zijn lichaam is het levend brood. Daarom moet alles U aanbidden, uw liefde heeft het voortgebracht, Vader, Gijzelf zijt in ons midden, o Heer, wij zijn van uw geslacht. Korte Gedachte Samenzang
Gezangen voor liturgie 574 / Liedboek 978
Gij roept het jonge leven wakker, een tuin bloeit rond het open graf.
Er ruisen halmen op de akker waar zich het zaad verloren gaf. En vele korrels vormen saam een kostbaar brood in uwe naam. Gij hebt de bloemen op de velden met koninklijke pracht bekleed. De zorgeloze vogels melden dat Gij uw schepping niet vergeet. 't Is alles een gelijkenis van meer dan aards geheimenis. Laat dan mijn hart U toebehoren en laat mij door de wereld gaan met open ogen, open oren om al uw tekens te verstaan. Dan is het aardse leven goed, omdat de hemel mij begroet. Voorbeden en stil gebed met responsie lied 367-e:
Collecte Nodiging Tafelgebed- lied 403-c de voorzang (voorganger) wordt gezongen door de cantorijleden Tineke en Renz koor = cantorij gemeente = gemeente instellingswoorden worden gesproken door ds Steenks. Voorzangers:
Danken wij de goede God!
Cantorij:
Ja, wij willen voor Hem zingen: van alle dagen deze morgen, van heel de wereld deze plaats, van alle gaven brood en beker, van alle mensen jij naast mij.
Voorzangers:
God, die alles hebt geschapen, het geheim van het morgenlicht en de zon hoog aan de hemel, lucht voor vogels, vrije zielen, helder water voor de vissen – heel de aarde een mensentuin: Zelf gaf U ons stem en woorden om te zingen: ‘God is goed!’
Cantorij: Allen:
Voorzangers:
Zoals overal ter wereld, zoals overal de mensen met verbazing en ontzag zeggen wij hier: ‘Heilig, heilig, heilig is de Heer van allen, en gezegend Hij die komt.
Cantorij:
Heilig is de Heer van allen, en gezegend Hij die komt.’
Allen:
Van alle dagen deze morgen van heel de wereld deze plaats van alle gaven brood en beker van alle mensen jij naast mij.
Voorzangers:
Zo gezegend als die ene is er nooit in heel de wereld, is er nooit van alle dagen is er nooit een mens geweest, nooit een mens geweest als deze: Jezus, Christus, Hij, uw Zoon.
Cantorij:
Nooit een mens geweest als deze: Jezus, Christus, Hij, uw Zoon.
Allen:
Van alle dagen deze morgen van heel de wereld deze plaats van alle gaven brood en beker van alle mensen jij naast mij.
Cantorij:
Altijd wist Hij waar verdriet was, wie alleen was, kende Hij. Feesten heeft Hij opgevrolijkt, in zijn hand werd water wijn. Met twee vissen en vijf broden leerde Hij de mensen leven voor elkaar zo goed als God.
Allen:
Voorganger:
Zo heeft Hij de laatste avond dat Hij met hen samen was, zelf het brood voor hen gebroken en gezegd: ‘Dit is mijn lichaam. Neem het, eet en denk aan Mij.’ Vol met wijn schonk Hij de beker, loofde U en gaf hem rond. ‘Als je deze beker rondgeeft, deel je in mijn dood en leven, deel je in mijn nieuw verbond.’
Cantorij:
Als wij brood en wijn rondgeven,
Voorzangers:
Geest van God, help ons te leven door dit brood en deze wijn
Cantorij:
als die mens van alle mensen:
Allen:
Oecumenisch Onze Vader (gesproken) Onze Vader die in de hemel zijt, Uw naam worde geheiligd. Uw koninkrijk kome. Uw wil geschiede, op aarde zoals in de hemel. Geef ons heden ons dagelijks brood. En vergeef ons onze schulden zoals ook wij onze schuldenaars vergeven. En leid ons niet in verzoeking, maar verlos ons van de boze. Want van U is het koninkrijk en de kracht en de heerlijkheid in eeuwigheid. Amen. Vredegroet Voorganger:
Jezus heeft gezegd ‘mijn vrede geef ik jullie, mijn vrede laat ik jullie.’ Wensen wij elkaar de vrede toe. (Wij doen dit door degenen die naast ons zitten een hand te geven en te zeggen ‘Vrede van Christus voor u/jou’) Gemeenschap van brood en wijn
Lied
Gezangen voor Liturgie 457
Het brood van oorlog en vrede, dat dagelijks eendere brood, het vreemde brood van de liefde, het stenen brood van de dood. Het brood dat wij duur verdienen, ons lichaam, ons geld, ons goed, het brood van ons samen leven, die schamele overvloed. Een oogst uit kostbare gaarden, de wijn die het hart verblijdt, de vrucht van hemel en aarde, een voorsmaak van eeuwigheid. De wijn die de geest betekent van een nieuw mensenverbond, de beker die ons zegent de Naam van mond tot mond. Dat brood dat wij moeten eten om niet verloren te gaan. Wij delen het met elkander ons hele mensenbestaan. Gij deelt het met ons, zo deelt Gij U zelf aan ons uit voorgoed, een mens om nooit te vergeten, een God van vlees en bloed. Dankgebed
Slotlied
Lied 425
Wegzending en Zegen Allen zingen: Amen, amen, amen