Welkom op De Swaef Schoolgids 2015-2016 Graag wil ik de nieuwe schoolgids van een voorwoord voorzien. Dat is wel nodig ook, omdat de opzet ingrijpend gewijzigd is. Geleidelijk aan werd een klein en overzichtelijk informatieboekje tot een schoolgids van ongeveer 70 pagina’s. Dit betekende dat de schoolgids ook een forse kostenpost begon te worden. Wij willen graag zoveel mogelijk geld aan het onderwijs zelf besteden. Daarom komen we dit jaar voor het eerst met een digitale schoolgids. Ook in de nieuwe opzet wensen we u veel leesplezier. lees
Onderwijsaanbod
Lestijden
Wat maakt ons speciaal?
Pagina 1 van 45
verder
Onderwijsresultaten
Jaaragenda 28-10-2015 t/m 30-10-2015 Tentamens leerjaar 4 04-11-2015 Dankdag 09-11-2015 Van 2 naar 1 profiel MijnBeroep leerjaar 2 11-11-2015 Herkansing tentamens leerjaar 4 11-11-2015 LMR-vergadering 16-11-2015 Orientatiemiddag locatie Marnix 17-11-2015 Themadag Toerusting & Vorming leerjaar 3 18-11-2015 Rapportenvergaderingen (en leerwegdifferentiatie leerjaar 2), leerlingen vrij bekijk gehele agenda
Contact Waar vindt u locatie De Swaef? Locatie De Swaef is uitstekend bereikbaar met het openbaar vervoer. Het gebouw ligt op ongeveer vijf minuten loopafstand van het bus- en metrostation Zuidplein. Vanuit de richting Delft/ Den Haag kunnen met de trein reizende leerlingen op NS-station Rotterdam-Centraal overstappen op de metro richting Zuidplein. Vanuit de richting Zwijndrecht/Dordrecht kunnen de leerlingen op station Rotterdam-Lombardijen overstappen op verschillende bussen richting Zuidplein. SCHOOLADRES Carnissesingel 20 3084 NA Rotterdam-Carnisse telefoon (010) 480 14 22 POSTADRES Postbus 55094 3008 EB Rotterdam ONLINE WWW: www.beroepencollege.nl Pagina 2 van 45
E:
[email protected] Twitter: @Beroepencollege
Personeel De Swaef De contactgegevens van alle personeelsleden zijn voor het personeel beschikbaar op ons personeelsweb. Binnenkort komen deze gegevens ook beschikbaar voor ouders op het ouderweb en voor leerlingen op het leerlingweb. Voor bovenstaande websites is een wachtwoord noodzakelijk. Bent u uw wachtwoord vergeten? Klik hier om uw ingloggegevens opnieuw toegestuurd te krijgen.
Routebeschrijving Grotere kaart weergeven | Bekijk op Streetview
Wij maken u er op attent dat er een bussluis voor de school is, zodat u de Carnissesingel slechts van één kant kunt inrijden om de school te bereiken. Verder: vanaf de Oost-, Zuid- en Noordkant moet u om het busstation Zuidplein heenrijden (zie routebeschrijving).
Advies m.b.t. openbaar vervoer Reizen met openbaar vervoer: metro- en busstation is op 5 minuten loopafstand. U kunt eventueel 0900-9292 bellen voor informatie over vertrektijden/juiste buslijnen/aantal zones enz.
Met de auto Vanaf de Oost- en Zuidkant Vanaf Breda A16 over de Moerdijkbrug langs Dordrecht, Zwijndrecht en Hendrik-Ido-Ambacht. Direct na de afslag Hendrik-Ido-Ambacht Europoort/Ridderkerk aanhouden (rechts aanhouden, niet over de fly-over), langs Ridderkerk en Barendrecht. Afslag Zuidplein/Ahoy. Bij de eerste verkeerslichten op de Vaanweg rechtdoor. Bij de tweede verkeerslichten op de Vaanweg rechtdoor; op de linkerbaan (gaan) rijden. Bij de derde verkeerslichten naar links (Zuiderparkweg) en meteen rechts uitvoegen en rechts afslaan. Rechtdoor onder het Zuidplein door. Met de bocht mee naar links en dan eerste weg links langs het Sportfondsenbad Charlois. Net voor de stoplichten rechts de Carnissesingel op en meteen links het parkeerterrein op. Vanaf de Noordkant Vanaf de Van Brienenoordbrug (rechterbrugdeel nemen, borden Feijenoord volgen). Gelijk na de brug de afslag richting Feijenoord nemen. Zodra u op de borden de aanduiding Zuidplein ziet, deze richting volgen. Bij Zuidplein (einde Strevelsweg) links aanhouden, nadat u linksaf geslagen bent, bij het volgende verkeerslicht rechtdoor (links Ikazia); daarna bij verkeerslicht rechts aanhouden, de Zuiderparkweg op. Pagina 3 van 45
Na deze verkeerslichten meteen rechts uitvoegen en rechts afslaan. Rechtdoor onder het Zuidplein door. Met de bocht mee naar links en dan eerste weg links langs het Sportfondsenbad Charlois. Net voor de stoplichten rechts de Carnissesingel op en meteen links het parkeerterrein op. Vanaf de Westkant Maastunnel door, aan het eind rechter rijstrook aanhouden, dan komt u op de Pleinweg. Steeds rechtdoor en dan de laatste straat rechts voor de metrobaan nemen (secundaire weg rechts houdt daar definitief op). Dit is de Goereesestraat, daarna 1e straat links, 2e straat rechts (Gooilandsingel) langs het Sportfondsenbad Charlois. Net voor de stoplichten rechts de Carnissesingel op en meteen links het parkeerterrein op.
Schoolgids 2015-2016 Voorwoord Graag wil ik de nieuwe schoolgids van een voorwoord voorzien. Dat is wel nodig ook, omdat de opzet ingrijpend gewijzigd is. Geleidelijk aan werd een klein en overzichtelijk informatieboekje tot een schoolgids van ongeveer 70 pagina’s. Dit betekende dat de schoolgids ook een forse kostenpost begon te worden. Wij willen graag zoveel mogelijk geld aan het onderwijs zelf besteden. Daarom komen we dit jaar voor het eerst met een digitale schoolgids. Ook in de nieuwe opzet wensen we u veel leesplezier.
Kernpunten Ook dit jaar gaat het weer om een aantal kernpunten: het Woord van God, onze leerlingen en ons onderwijs. Wat is het docentschap een prachtig beroep om met drie zulke kernzaken bezig te zijn. Elke dag weer mogen onze docenten staan te midden van onze leerlingen met hun vak waar ze warm voor geworden zijn om met dat vuur iets moois bij onze leerlingen te ontsteken. Iedere keer weer gaat daarbij het Woord open opdat leerlingen stap voor stap worden ingewijd in wat de Heere van ze vraagt en wat de Heere ze wil geven. Dat alles vindt plaats in een omgeving waarbij docenten en leerlingen elkaar ontmoeten, veelal in het klaslokaal, soms in projecten en andere keren weer bij excursies. Vaak zijn dat groepsontmoetingen, maar ook de een-op-een-ontmoetingen zijn van belang. Het mentoraat speelt daarbij een belangrijke rol. Het is niet alleen een prachtig beroep, maar het is ook een zwaar beroep. Het gaat om het vormen van jonge mensen in een beslissende fase van hun leven. Het gaat om zielen voor de eeuwigheid. Die verantwoordelijkheid die de school samen met de ouders en de kerk heeft, is een last die drukt. Wat hebben we elkaar daarin nodig. Wat hebben we daarin vooral het gebed voor elkaar nodig, opdat de Heere Zelf mee optrekt. Omdat deze schoolgids is gedigitaliseerd, kunt u binnenkort via de zoekfunctie (bovenaan de pagina) snel en gemakkelijk lestijden, schoolregels of onze resultaten vinden. Rechts staat de jaaragenda met alle belangrijke data. Het downloaden van de actuele schoolgids in pdf-formaat kan via de downloadknop op de startpagina. Alle contactgegevens van de personeelsleden zijn via het personeels-, ouder- en leerlingweb eenvoudig op te zoeken. Graag spreek ik de wens uit dat deze nieuwe schoolgids nog beter onder ons allen zal functioneren dan de vorige. Wij zijn benieuwd naar uw reactie! Tips of opmerkingen zijn welkom op
[email protected]. Hartelijke groet, W. Büdgen Pagina 4 van 45
voorzitter van het College van Bestuur
Jaaragenda Periode 1 Periode 2 Periode 3 Periode 4 24-08-2015Jaaropening 25-08-2015Schoolfotograaf 25-08-2015 t/m 31-08-2015Introductieweek leerjaar 1 en 3 25-08-2015 t/m 28-08-2015Introductieweek leerjaar 2 25-08-2015Introductiedag leerjaar 4 26-08-2015Ouderavond Techniek leerjaar 3 31-08-2015Leerjaar 2 lesvrij 31-08-2015 t/m 11-09-2015Stage leerjaar 4 01-09-2015Leerjaar 1 lesvrij 01-09-2015 t/m 03-09-2015Engelandreis leerjaar 2 01-09-2015 t/m 03-09-2015Kampdagen Economie & Ondernemen leerjaar 3 01-09-2015 t/m 03-09-2015TeamTrainingTechniek leerjaar 3 02-09-2015 t/m 04-09-2015Kampdagen leerjaar 1 02-09-2015 t/m 04-09-2015Kampdagen Zorg & Welzijn leerjaar 3 04-09-2015Leerjaar 2 en leerjaar 3 E&O/Techniek lesvrij 10-09-201509.45-10.30 uur Spreekuur VanDijk.nl (schoolboeken) 15-09-2015LMR-vergadering 15-09-2015Kennismakingsavond ouders leerjaar 3 22-09-2015Kennismakingsmiddag en -avond ouders leerjaar 1 29-09-2015Contactavond ouders leerjaar 4 G-Plus 06-10-2015Voorlichtingsavond profielkeuze leerjaar 2 19-10-2015 t/m 23-10-2015Herfstvakantie 28-10-2015 t/m 30-10-2015Tentamens leerjaar 4 04-11-2015Dankdag
Missie Het Wartburg College is school in de 21e eeuw. Dat betekent dat we met de Bijbel en de belijdenisgeschriften als grondslag onderwijs verzorgen aan jongeren met het oog op participatie en distantie. Dat richt zich op verantwoord, betrokken en principieel burgerschap. De basis van deze missie ligt in de woorden die de Heere Jezus Christus zelf sprak in Markus 12 vers 30 en 31: “Gij zult de Heere, uw God, liefhebben uit geheel uw hart, en uit geheel uw ziel, en uit geheel uw verstand, en uit geheel uw kracht. Dit is het eerste gebod. En het tweede aan dit gelijk, is dit: Gij zult uw naaste liefhebben als uzelf. Er is geen ander gebod, groter dan deze.”
Pagina 5 van 45
Missie Het Wartburg College is school in de 21e eeuw. Dat betekent dat we met de Bijbel en de belijdenisgeschriften als grondslag onderwijs verzorgen aan jongeren met het oog op participatie en distantie. Dat richt zich op verantwoord, betrokken en principieel burgerschap. De basis van deze missie ligt in de woorden die de Heere Jezus Christus zelf sprak in Markus 12 vers 30 en 31: “Gij zult de Heere, uw God, liefhebben uit geheel uw hart, en uit geheel uw ziel, en uit geheel uw verstand, en uit geheel uw kracht. Dit is het eerste gebod. En het tweede aan dit gelijk, is dit: Gij zult uw naaste liefhebben als uzelf. Er is geen ander gebod, groter dan deze.”
Visie De verschillende begrippen uit de missie zijn bepalend voor de manier waarop wij school willen zijn. De belangrijkste noties uit onze visie zijn:
Een Bijbels perspectief De Bijbel is het Woord van God. Dit Woord is gezaghebbend voor alle levensterreinen. In ons onderwijs gaan we uit van de werkelijkheid dat we door te zondigen onze relatie met God hebben verbroken. Het gevolg hiervan is dat we onszelf met de schepping in het verderf hebben gestort. God zij dank houdt het daar niet op! Met de Dordtse Leerregels geloven en belijden we dat ‘ieder die in de gekruisigde Christus gelooft, niet zal verderven, maar het eeuwige leven zal hebben.’ Deze boodschap willen we overbrengen op onze leerlingen. Hierbij gaat het ten diepste niet om verstandelijke kennis, maar om het kennen van en de verborgen omgang met God. Ontmoeting en relatie staan hierbij centraal. De leraar geeft weer wat hij zelf heeft gehoord, gevoeld en gedacht en ondervonden bij de kennis die hij overdraagt. Deze kennis wordt in het perspectief geplaatst van de totale werkelijkheid van Gods schepping. Leerlingen worden ingewijd in het leven op een manier die aansluit bij hun leeftijd, bevattingsvermogen en emotionele ontwikkeling.
Burgerschap: participatie en distantie Christenen zijn burgers onderweg. Dit betekent dat we in zekere zin vreemdelingen zijn. We zijn hier niet thuis, maar verwachten ‘de stad die fundamenten heeft, welker Kunstenaar en Bouwmeester God is’ (Hebreeën 11 vers 10). Dat betekent niet dat we ons onttrekken aan de wereld en aan onze verantwoordelijkheden. Christenen maken keuzes. We zijn betrokken, oprecht en trouw aan de samenleving waarin wij onze plaats innemen.
Onderwijzen: doorgeven wat van waarde is In ons onderwijs willen we doorgeven wat van waarde is. God heeft de wereld geschapen. De werkelijkheid waarin wij leven heeft daarom in zichzelf waarde en betekenis, omdat ze deel uitmaakt van Gods schepping. We willen onze leerlingen hiervoor in het onderwijs eerbied en verwondering bijbrengen. Op basis van wat maatschappelijk noodzakelijk is (examenprogramma’s) en wat we vanuit onze traditie belangrijk vinden, maken we in ons onderwijs keuzes in welke kennis we overdragen en welke vaardigheden en competenties van belang zijn.
Inspirerende leraren Pagina 6 van 45
Leraren hebben een waardevolle taak. Deze taak bestaat in de eerste plaats, naast het overbrengen van kennis, vooral uit het raken van het hart van de leerlingen ‘opdat zij hun hoop op God zouden stellen’ (Psalm 78 vers 7). Dit vraagt van leraren vaardigheden, integriteit en identiteit. Daarin verschillen leraren van elkaar en dat mag ook. Leraren zijn mensen die kunnen verbinden tussen leerlingen en dat wat geleerd moet worden. Omdat een leraar veel van zichzelf laat zien, maakt hem dat aan de ene kant kwetsbaar, maar aan de andere kant ook overtuigend en een bron van inspiratie.
Unieke leerlingen Jongeren die onze school bezoeken, hebben elk hun eigen gaven en talenten. We verzorgen onderwijs dat aansluit bij hun leeftijd, mogelijkheden en toekomstperspectief. We werken bewust aan een veilig pedagogisch klimaat waarin leerlingen mogen leren met vallen en opstaan. We vragen van leerlingen discipline, zelfbeheersing en concentratie.
Identiteit Wat verwachten wij van onze leerlingen en hun ouders? In de aanmeldingsformulieren vragen wij de ouders niet alleen om de grondslag en de doelstelling van de school te ondertekenen, maar ook om in te stemmen met de identiteitsbrief van het College van Bestuur die ze bij het aanmeldingsformulier krijgen. De brief, waaruit hieronder geciteerd wordt, geeft aan wat wij van onze leerlingen en hun ouders verwachten met betrekking tot de identiteit. Wij verwachten van de ouders medewerking bij het handhaven van de in de brief genoemde afspraken, óók als hun persoonlijke opvattingen op bepaalde punten niet geheel overeenkomen met de regels van de school. Alleen zo kunnen wij vorm geven aan een leefgemeenschap waarin het aanvaarden van en het rekening houden met elkaar binnen de aangegeven normen nadrukkelijk hun plaats hebben.
Gezagsverhoudingen In toenemende mate dreigt in onze gezindte een levenshouding te groeien die de gezagsverhoudingen binnen onze school kan aantasten. Wanneer het over de reformatorische identiteit gaat, is een Bijbels zicht op de van God gegeven gezagsverhoudingen tussen ouders en kinderen, en tussen docenten en leerlingen dringend nodig. Wij zijn ons ervan bewust dat onze leerlingen in een ingrijpende ontwikkelingsfase van hun leven verkeren. Daarbij is begrip en soms een individuele benadering nodig en goed. Gaat het om de wederkerige verhouding ouderen en jongeren, dan willen we ons stellen onder Efeze 6: 1-4: “Gij kinderen, zijt uw ouderen gehoorzaam in de Heere; want dat is recht. Eert uw vader en uw moeder (hetwelk het eerste gebod is met een belofte), opdat het u welga, en dat gij lang leeft op de aarde. En gij vaders, verwekt uw kinderen niet tot toorn, maar voedt hen op in de lering en vermaning des Heeren.” Onze schoolleiding en onze docenten zien erop toe dat het gezag gehandhaafd blijft. Als College van Bestuur staan we daar volledig achter. Daarom verwachten wij van u om mét ons te staan voor het handhaven van orde, gezag en een Bijbels leefklimaat op school.
Levensstijl Wij merken op dat bij nogal wat leerlingen (en soms ook bij hun ouders) een mindere betrokkenheid is bij de Bijbelse boodschap en als gevolg daarvan bij het kerkelijke leven. Wij zien uiteraard aan wat voor ogen is. De Heere kent ons hart. Maar waar het bezoeken van de eredienst en de catechisatie minder wordt, is dat een reden tot zorg. Nadrukkelijk verwachten wij van onze gezinnen dat zij hierin trouw zijn. Zorgen zijn er ook over de toenemende invloed van de media in gezinnen. Als school hebben wij natuurlijk ook te maken met deze zaken. Een kritische Pagina 7 van 45
bejegening is op z’n plaats. In de schoolregels, uitgeschreven in onder andere het Leerlingenstatuut, wordt aandacht besteed aan een ander aspect van de levensstijl: de uiterlijke presentatie van onze jongens en meisjes. Ook bij de pagina afspraken gaan we daar nog op in.
Reformatorische identiteit: een gezamenlijke verantwoordelijkheid Het bovenstaande moet geen misverstanden oproepen: de reformatorische identiteit is niet uitsluitend een zaak van uiterlijkheden. De identiteit komt van binnenuit, vanuit het hart, vanuit het inhoudelijk Bijbels bezig zijn. Deze houding heeft zijn uitstraling naar buiten, naar levensstijl en gedrag. Daarom willen wij ook in alle vrijmoedigheid aandacht vragen voor de uiterlijke kenmerken die horen bij het leefklimaat van onze reformatorische school. Het is de hartelijke wens dat op onze school werkelijk iets zichtbaar wordt van een christelijke gemeenschap, waarin de Heere gevreesd wordt, waarin respect, integriteit en verantwoordelijkheidsgevoel ervaren worden, en waarin we geduld hebben met elkaars zwakheden. De Heere Jezus Zelf geeft hierin zulk indrukwekkend onderwijs: “Leert van Mij dat Ik zachtmoedig ben en nederig van hart.” Wij hopen en verwachten dat de ouders samen met het College van Bestuur, de schoolleiding, de docenten en de onderwijsondersteunende medewerkers waakzaam willen zijn, opdat we gezamenlijk met Gods hulp de wacht mogen houden bij het reformatorische karakter van onze school.
Wie kunnen zich aanmelden? Als we spreken over de identiteit van de school, dan spreken we ook over het aanmeldings- en toelatingsbeleid. Wij zijn er allereerst voor de kinderen die behoren tot de in de Raad van Toezicht vertegenwoordigde kerken. Dit is voor ons een principekwestie. Kinderen die deel uitmaken van een gezin dat behoort tot een gemeente van één van deze in de Raad van Toezicht vertegenwoordigde kerken worden in beginsel toegelaten tot het Wartburg College. Dit betekent helaas niet dat we alleen kinderen krijgen die van harte betrokken zijn op de Heilige Schrift en de gereformeerde belijdenis, of alleen te maken hebben met ouders met dezelfde betrokkenheid. Maar dit is nu juist de gezamenlijke verantwoordelijkheid van kerk en school. Waar de christelijke gemeente haar zorg over zulke gezinnen blijft uitstrekken op hoop van zegen, kunnen en mogen wij als school niet achterblijven. Een tweede belangrijk uitgangspunt bij het aanmeldings- en toelatingsbeleid is de continuïteitsgedachte. Komt een leerling uit het reformatorisch basisonderwijs of van een protestants-christelijke school met een reformatorische grondslag, dan laten wij die in principe toe. Dat gebeurt ook als het gezin niet behoort tot één van de in de Raad van Toezicht vertegenwoordigde kerken. Er vindt dan wel een identiteitsgesprek plaats. Tot slot geven wij beperkt ruimte aan kinderen van buiten de in de Raad van Toezicht vertegenwoordigde kerken die geen reformatorisch basisonderwijs hebben gevolgd. Het gaat vooral om kinderen uit de zogenoemde vrije groepen. Over toelating van deze kinderen beslist het College van Bestuur na een uitgebreid identiteitsgesprek. In het gesprek komen zaken aan de orde als het Schriftgezag, de zondagsheiliging, de motivatie van de schoolkeuze en de bereidheid tot het volgen en naleven van de schoolregels.
In het kort Bij de aanmelding en plaatsing van leerlingen zijn drie zaken van belang: Het advies van de basisschool, mede gebaseerd op de toetsresultaten. Een toelatingscommissie van het Pagina 8 van 45
Wartburg College weegt het advies van de basisschool en beslist over toelating van een leerling. De regioafspraken die gemaakt zijn tussen de locaties van het Wartburg College. Elke locatie bedient een bepaalde regio. Enkele uitzonderingen hierop vindt u bij speciale toelatingscriteria. Wilt u uw kind aanmelden bij een locatie buiten uw regio, dan dient een gemotiveerd verzoek te worden ingediend bij het College van Bestuur. Deze beslist uiteindelijk over de plaatsing. Het kerkgenootschap waartoe een kind behoort. Behoort u niet tot een van de binnen de Raad van Toezicht vertegenwoordigde kerken maar wilt u uw kind wel op onze school plaatsen? Dan wordt u uitgenodigd voor een identiteitsgesprek.
Zorgplicht en informatieplicht In het licht van Passend Onderwijs heeft de school de plicht om in overleg met ouders passende zorg (ondersteuning) te bieden met het oog op het behalen van een diploma en het welbevinden van de jongere. De wet duidt dit aan met de ‘zorgplicht’ van de school. Daarbij is bepaald dat de school binnen tien weken na aanmelding ouders moeten laten weten dat hun kind met een zorgvraag al dan niet geplaatst kan worden op één van de locaties van het Wartburg College. Wanneer de school de zorg- of ondersteuningsvraag onvoldoende kan beantwoorden, gaat ze samen met ouders op zoek naar een andere passende onderwijsplek. De school is voor het bepalen van de ondersteuningsbehoefte en de mogelijkheden die we daarvoor hebben, afhankelijk van de informatie die ouders daarover geven. Daarom is er voor ouders een informatieplicht en moet bij de aanmelding worden aangegeven of en in welke mate er sprake is van extra zorg of ondersteuning om het onderwijs goed te kunnen volgen. Op het aanmeldingsformulier is ruimte om – als daarvan sprake is – uitgebreid aan te geven welke belemmeringen het kind bij het leren ondervindt van een stoornis of van bepaald gedrag. Ook wordt dan al gevraagd naar beschikbare informatie in de vorm van een onderwijskundig rapport, een psychologisch rapport en/of een psychiatrisch rapport.
Praktijkonderwijs Voor het praktijkonderwijs gelden de regioafspraken van het Wartburg College niet. Kinderen komen voor dit type onderwijs in aanmerking als ze een (nauw omschreven) leerachterstand hebben, gecombineerd met een IQ-score tussen 55 en 80. Ook leerlingen van ZML-scholen die bij een herindicatie worden doorverwezen naar het voortgezet onderwijs kunnen worden geplaatst.
Pagina 9 van 45
Leerwegondersteunend onderwijs In aanmerking komen leerlingen die voldoen aan één van de volgende criteria: overstap vanuit een afgeronde groep 7 en tenminste 8 jaar basisonderwijs gevolgd; afkomstig uit groep 8 en een extra steuntje in de rug nodig; afkomstig uit het speciaal onderwijs (basis of voortgezet). Voor de twee bovenstaande vormen van onderwijs geldt een uitgebreider aanmeldingsprocedure. Vraag de directeur van de basisschool van uw kind of neem contact op met onze secretaris van de Commissie Leerlingen Zorg, de heer W. van der Heijden (010- 480 14 22 of
[email protected]).
Overige leerlingen met een ondersteuningsbehoefte Leerlingen met een beperking of onderwijsbelemmering kregen op basis van de regeling Leerlinggebonden Financiering een budget voor aanvullende ondersteuning (Rugzakje). De indicatieregeling is met de invoering van Passend Onderwijs afgeschaft. Het uitgangspunt van onze school rond zorg en ondersteuning blijft dat zoveel mogelijk het reguliere onderwijsprogramma gevolgd wordt. De school wil zich inzetten voor kinderen met een onderwijsbelemmering. Ouders kunnen contact opnemen met de locatie waar zij hun kind geplaatst willen hebben. De school beoordeelt eerst of aan de gebruikelijke toelatingscriteria is voldaan (identiteit en toelating tot een schoolsoort) en vervolgens of er voldoende deskundigheid en zorg in huis is voor een verantwoorde plaatsing. Zie verder onder het kopje ‘Zorgplicht en informatieplicht’. Voor leerlingen die gebaat zijn bij kleinschaligheid (maximaal elf leerlingen per groep) en overzichtelijkheid (vaste docenten, één werkruimte) is er een aparte voorziening (cluster 4). Voor de realisering van deze voorziening werkt de school samen met diverse gespecialiseerde instanties. Lees meer over cluster 4-onderwijs.
Overige vormen (zonder zorgplicht) waarvoor criteria gelden:
Pagina 10 van 45
Beroepencollege Ouders die van mening zijn dat hun kind een echte doener is en daarom graag meteen in de praktijk aan de slag wil, kunnen zich rechtstreeks melden bij het Beroepencollege De Swaef. Voor de toelating zijn geen nadere criteria gesteld. Ook voor de gemengde leerweg op het Beroepencollege De Swaef (G-PLUS) kunnen leerlingen uit het hele voedingsgebied rechtstreeks worden aangemeld. Voor deze leerweg gelden wel bepaalde criteria.
Tweetalig onderwijs (TTO) Leerlingen met een vwo-advies kunnen bij hun aanmelding aangeven dat zij in aanmerking willen komen voor plaatsing in een TTO-groep. TTO wordt alleen aangeboden op locatie Guido de Brès, de regioafspraken gelden daarom niet bij TTO. Een speciale toelatingscommissie beoordeelt de aanmeldingen. De criteria zijn: Citoscore van 546 of hoger; Positief advies vanuit de basisschool; Sterke motivatie van ouders en leerling.
Havo-4 en vwo Havo 4 Leerlingen die na het behalen van het vmbo-t diploma willen doorstromen naar havo-4, willen we een eerlijke en realistische kans geven. De leerling en de school zijn er niet mee gediend wanneer leerlingen voor het havo kiezen, omdat ze nog niet weten wat ze verder willen gaan doen. De stap naar het havo vraagt om voldoende niveau en om motivatie om via deze weg alsnog naar het HBO te gaan. Er wordt gekeken naar de behaalde resultaten waarbij het cijfer 6,8 of hoger gewenst is voor de vakken die de leerling ook binnen het havo wil gaan volgen. Aan het vmbodocententeam wordt gevraagd een advies te geven met het oog op de motivatie en inzet. De uiteindelijke beslissing over de plaatsing op het havo wordt genomen door een toelatingscommissie. Bekijk hier de uitgewerkte procedure voor de overgang van vmbo-t naar havo.
Toelating tot vwo vanuit havo-5 Een leerling met een havodiploma kan onder bepaalde voorwaarden toegelaten worden tot vwo-5 of vwo-6. Bekijk hier de voorwaarden.
Pagina 11 van 45
Aanmeldingsformulier Meestal verzorgt de basisschool in overleg met u de aanmelding van uw kind. Als dat niet zo is, kunt u een aanmeldingsformulier aanvragen bij de administratie van de locatie waar u uw kind graag geplaatst wil zien. Klik hier voor het adres van locatie De Swaef. De benodigde documenten voor aanmelding kunt u ook downloaden en opsturen naar de locatieadministratie. Aanmeldingsformulier incl. onderwijskundig rapport 2015/2016
Plaatsingswijzer De plaatsingswijzer van het Wartburg College maakt duidelijk welk onderwijstype past bij de leerling. Het is van belang om deze plaatsingswijzer te lezen voor u begint met het invullen van ons aanmeldingsformulier. Plaatsingswijzer Wartburg College 2015/2016
Bestuur en directie Het Wartburg College bestaat uit vier locaties, die gezamenlijk alle schoolsoorten in het voortgezet onderwijs aanbieden. De locaties zijn: • Guido de Brès in Rotterdam-IJsselmonde (circa 1.700 leerlingen) • Marnix in Dordrecht (circa 810 leerlingen) • Revius in Rotterdam-Prins Alexander (circa 890 leerlingen) • Beroepencollege De Swaef in Rotterdam-Zuid (circa 695 leerlingen)
College van Bestuur Het Wartburg College staat onder leiding van het College van Bestuur (CvB), bestaande uit twee leden: de heer W. Büdgen (voorzitter) en de heer G.J. Heijboer (lid). Het centrale stafbureau, gehuisvest in Barendrecht, werkt voor het hele Wartburg College. Klik hier voor contactgegevens. Het Managementteam wordt gevormd door de leden van het College van Bestuur, de directeuren van de vier locaties, de beleidsmedewerker onderwijs & algemene zaken en op afroep de afdelingsleiders. Klik hier voor het organogram.
Directie De dagelijkse leiding van de school is in handen van de locatiedirecteur: de heer ing. J.G. den Besten. Pagina 12 van 45
Hij wordt daarin bijgestaan door verschillende adjunct-directeuren: Vmbo 1 en 2: Vmbo 3 en 4 Economie en Zorg & Welzijn: Vmbo 3 en 4 Techniek:
C.J. Hoekman mw. M.C. Kraaijeveld-Buitendijk D.A. Visser
De
locatiedirecteur en de adjunct-directeuren zijn te bereiken via het centrale nummer: (010) 480 14 22.
Raad van Toezicht Het toezicht op de school wordt uitgeoefend door een Raad van Toezicht bestaande uit personen die lid zijn van de Christelijke Gereformeerde Kerken, de Gereformeerde Gemeenten, de Protestantse Kerk in Nederland (hervormde gemeenten die gebonden zijn aan het gereformeerde belijden), de Hersteld Hervormde Kerk, de Gereformeerde Gemeenten in Nederland of de Oud Gereformeerde Gemeenten (in Nederland). De school belijdt en aanvaardt Gods Woord als enige grondslag voor leer en leven. Ook worden de Drie Formulieren van Enigheid onderschreven als op de Schrift gegrond. De ongeveer 475 personeelsleden hebben verklaard in te stemmen met deze grondslag. Van de ouders van onze leerlingen verwachten wij hetzelfde. De samenstelling van de Raad van Toezicht is als volgt: prof. dr. F.A. van der Duijn Schouten (voorzitter) ds. L. Terlouw (vicevoorzitter) drs. C.H. van Breugel MCC drs. A.M. van der Bijl RA H.T. Groenendijk drs. A. Vat RA drs. P.J. Verheij RA ds. W. van Weelden mr. P.M.D. Weijers
Ridderkerk De Meern Werkendam Barendrecht Capelle aan den IJssel ’s-Gravendeel Alblasserdam Oud-Alblas Capelle aan den IJssel
Medezeggenschap In de medezeggenschapsraden worden de diverse belangen die in de school aanwezig zijn vertegenwoordigd. De raden spreken voor zowel ouders, leerlingen als personeel en geven uitvoering aan de Wet medezeggenschap scholen (WMS). Er is een centrale medezeggenschapsraad (CMR), waarin vertegenwoordigers zitten van de vier locatiemedezeggenschapsraden (LMR) en van de medezeggenschapsraad algemene dienst. De medezeggenschapsraden bestaan uit vertegenwoordigers van het personeel, de ouders en de leerlingen. De personeelsleden en ouders hebben alle bevoegdheden die leden van een medezeggenschapsraad hebben; leerlingen hebben alleen adviesrecht, geen instemmingsbevoegdheden.
CMR
Pagina 13 van 45
I. Kok, voorzitter telefoon (010) 481 71 07
[email protected] mw. L. van der Vlies-van der Mast vicevoorzitter/secretaris (Marnix) telefoon (078) 617 03 49
[email protected] mr. L.G.I. Barth (Revius) telefoon (0180) 68 18 33
[email protected] D.A.J. Hoogenboom (Marnix) telefoon (0184) 42 31 86
[email protected] J.G. Janssen (Guido de Brès) telefoon (010) 292 39 00 (school)
[email protected] J. Leendertse (De Swaef) telefoon (0186) 62 30 11
[email protected]
A.P. Uitbeijerse (De Swaef) telefoon (010) 441 26 88
[email protected] mw. M. van Vugt-de Zwaert (Guido de Brès) telefoon (180) 39 68 68
[email protected] A.J. Wattel (stafbureau) telefoon (0180) 72 66 75
[email protected] W. Weggeman (Revius) telefoon (0180) 55 48 26
[email protected] P. Wemmers (Marnix PrO) telefoon (0184) 42 01 77
[email protected] mw. H.A. Westmaas-Bogaard (Revius) telefoon (06) 41 50 31 78
[email protected]
Medezeggenschapsraad De Swaef De Swaef heeft, zoals alle locaties, een locatiemedezeggenschapsraad (LMR). De LMR bestaat uit vertegenwoordigers van ouders, personeel en leerlingen. Elke locatiemedezeggenschapsraad vaardigt één of meer vertegenwoordigers af naar de centrale medezeggenschapsraad (CMR).
LMR Namens de ouder(s)/verzorger(s): • De heer J. Leendertse, Goudswaard (afgevaardigde CMR),
[email protected], (0186) 62 30 11 • Vacature
Namens het personeel: • De heer P. van der Ende, Delft,
[email protected], (015) 215 85 02 • Mevrouw E. van der Tang, Gouda,
[email protected], (06) 43 29 66 03 • De heer A.P. Uitbeijerse, Capelle aan den IJssel (voorzitter, afgevaardigde CMR),
[email protected], (010) 441 26 88 • Mevrouw P.A. van Veluw-van der Tang, Dordrecht (secretaris),
[email protected], (078) 651 40 02
Namens de leerlingen: • Pieter Goudswaard, Ridderkerk,
[email protected] • Corine Notenboom, Capelle aan den IJssel,
[email protected]
Pagina 14 van 45
De LMR heeft bij veel onderwerpen die binnen de school spelen inspraak. Zo adviseert de LMR over de begroting, bij verbouwingen. De LMR moet instemming verlenen bij het vaststellen van het schoolplan, de schoolgids, lessentabellen en het formatieplan (de inzet van personeel). Elk jaar publiceert de LMR een jaarverslag. Daarin kunt u precies terugvinden welke onderwerpen de aandacht kregen van de LMR en welke besluiten genomen zijn. De LMR vergadert in de regel elke twee maanden. Vergaderdata, agenda, taken, bevoegdheden (per geleding) en andere activiteiten van de LMR zijn te vinden op de website van de LMR: www.lmrdeswaef.nl. Contactgegevens: Secretariaat LMR De Swaef Carnissesingel 20 3084 NA Rotterdam Telefoon (087) 784 90 26 Fax (087) 784 92 70 E-mail:
[email protected]
Ouderraad De mening van ouders over het onderwijs en de organisatie op het Beroepencollege vinden we belangrijk. Hiervoor is een ouderraad opgericht. De ouderraad komt 3 keer per jaar samen. Op de agenda staan onderwerpen zoals: wanneer moeten leerlingen kiezen voor een profiel, hoe presenteren we onze school aan ouders en bedrijven en wat kan de school verbeteren? Ouders kunnen onderwerpen inbrengen die zij belangrijk vinden. De ideeën van ouders/klankbordgroep worden als advies aan de locatiedirectie voorgelegd.
Leerlingenraad Diverse keren per jaar overlegt de locatiedirectie met de leerlingenraad. De leerlingenraad bestaat uit leerlingen van diverse leerjaren en uit verschillende teams. De onderwerpen die besproken worden, zijn afhankelijk van wat er op school speelt. De ideeën van de leerlingenraad worden meegenomen in de besluitvorming van de locatiedirectie en de medezeggenschap via de LMR.
Medezeggenschapsraad algemene diensten J. Stolk, voorzitter G.A. Bioch, secretaris N.M. Broer A.J. Wattel
Historie De ‘Wartburg’: een veilig oord voor toerusting De naam ‘Wartburg’ is ontleend aan de burcht ten zuidwesten van de Duitse plaats Eisenach. In 1521 vond de reformator Maarten Luther hier, geholpen door keurvorst Frederik de Wijze, een veilige schuilplaats, nadat hij in de rijksban was gedaan. Het verblijf op het kasteel was eenzaam en vol aanvechtingen en Luther wijdde zich hier aan studie en gebed. De Wartburg was voor hem een toerustingsoord waar hij enkele van zijn belangrijkste werken schreef, zoals een vertaling van het Nieuwe Testament. De naam van onze scholengemeenschap drukt verbondenheid uit met de Reformatie. De school biedt opgroeiende jongeren bescherming en veiligheid in een van God vervreemde samenleving. Tegelijkertijd wil ze vormen en toerusten, vanuit het Woord van God. Er zijn vier locaties, die sinds 1997 samen het Wartburg College vormen. Pagina 15 van 45
De Swaef Dichter, schrijver, vertaler én schoolmeester Johannes de Swaef (1594-1653) schreef De Geestelycke Queeckerije van de jonge planten des Heeren. Het calvinistisch-piëtistische geschrift is wel het eerste opvoedkundige handboek voor ouders genoemd. Gereformeerde ouders hebben, zo benadrukte De Swaef, bij de doop van hun kinderen beloofd hen godzalig op te voeden. Het De Swaef is in 1993 ontstaan uit een samengaan tussen de Ds. Balthasar Lydiusmavo en het Plancius College.
Wartburgbrede begeleiding Mentor en teamondersteuner of -coördinator Leerlingbegeleiding is een belangrijk onderdeel van ons onderwijsaanbod, dat continu onze aandacht heeft. De spil in de begeleiding is de mentor die elke klas jaarlijks krijgt toegewezen. Dit is een vakdocent die naast de gewone onderwijstaken speciale taken heeft voor zijn mentorklas. Hij is op de hoogte van de individuele omstandigheden van elke leerling, verzorgt de administratie van cijfers en rapporten, is het aanspreekpunt voor ouders en leerlingen over schoolresultaten en/of in geval van problemen, adviseert over te volgen leerwegen, is verantwoordelijk voor een goed verloop van de klassenavonden en stimuleert de groep om goed te presteren. Eén uur in de week is ingeruimd als ‘mentoruur’: leerlingbegeleiding in klassenverband. De teamondersteuner of –coördinator speelt een centrale rol in de afhandeling van allerlei leerlingenzaken als verlofaanvragen en absentenregistratie.
Docententeam en adjunct-directeur Om de informatievoorziening tussen de mentor en de andere docenten snel en makkelijk te laten verlopen, werkt het Wartburg College met docententeams. Deze teams zijn verantwoordelijk voor het onderwijs én voor de zorg die we leerlingen bieden. Ze bestaan uit ongeveer vijftien docenten. De adjunct-directeur geeft leiding aan een docententeam. Hij is verantwoordelijk voor het reilen en zeilen van een team.
Huiswerkbegeleiding Huiswerk maken hoort bij het voortgezet onderwijs, voor sommige leerlingen is het echter een moeizame bezigheid. Aan het begin van elk schooljaar worden de huiswerkregels in iedere klas besproken. Deze regels kunt u vinden op het ouderweb.
Steun- of bijlessen Op alle locaties bestaat voor een aantal vakken de mogelijkheid een extra lesuur te volgen. In deze wekelijkse steunles is een docent aanwezig die leerlingen met problemen bij zijn vak helpt. Inlichtingen hierover kunt u verkrijgen bij de mentor van uw kind.
Begeleiding bij het kiezen van een leerweg, profiel, studie of beroep Bij het kiezen van een sector en leerweg (bij Beroepencollege De Swaef in het eerste en bij de overige locaties in het Pagina 16 van 45
tweede leerjaar van het vmbo) en van een profiel (in het derde leerjaar van het havo en atheneum) werken mentor en vakdocenten samen om de leerling te helpen. Bij dit keuzeproces – én bij de keuze voor een vervolgopleiding of een beroep – is ook de schooldecaan nauw betrokken. De decaan verzorgt keuzebegeleidingslessen, organiseert voorlichtingsavonden, voert persoonlijke gesprekken met leerlingen en kan een school- of beroepskeuzetest afnemen.
Opvang nieuwe leerlingen Nieuwe brugklasleerlingen maken al in juni voorafgaand aan hun eerste schooljaar op het Wartburg College een middag kennis met hun klas en de mentor. Aan het begin van het nieuwe schooljaar wordt hen een introductieprogramma aangeboden.
Rouwverwerking Het Wartburg College biedt jongeren die te maken hebben gehad met rouw in het gezin, dit te delen met andere jongeren die iets soortgelijks hebben meegemaakt. Twee schoolmaatschappelijk werkers leiden de steungroep ‘gedeeld verdriet’. Er worden zes bijeenkomsten gehouden, verspreid over een periode van twee maanden. De jongeren mogen zich hier voor via de mentor opgeven.
SISA Wij zijn aangesloten bij SISA. SISA staat voor Stadsregionaal Instrument Sluitende Aanpak. Dit is een signaleringsinstrument voor hulpverleningsinstellingen en scholen die te maken hebben met complexe en intensieve zorgvragen van jongeren. Het signaleringsinstrument zorgt ervoor dat hulpverleningsinstellingen en scholen niet langs elkaar heen werken en er altijd een eindverantwoordelijke instelling is, die zorg draagt voor een effectief traject voor de betreffende jongeren. Ook het Wartburg College zal leerlingen die voldoen aan de criteria voor signalering aanmelden via SISA. Dit geldt voorlopig alleen voor de locaties in Rotterdam. Meer informatie kunt u vinden op www.sisa.rotterdam.nl.
Specifieke ondersteuning Zorgadviesteam (ZAT) Ouders kunnen bij de aanmelding al aangegeven hebben dat aanvullende ondersteuning nodig is. Het kan ook zijn dat ouders of verzorgers samen met de mentor tot de conclusie komen dat een leerling meer ondersteuning nodig heeft dan de docenten kunnen bieden. Het zorgadviesteam (ZAT) kan dan worden ingeschakeld. Dit gebeurt bijvoorbeeld bij leerlingen met ernstige leer- of gedragsproblemen, dyslexie, faalangst, een gebrek aan sociale vaardigheden of hoogbegaafdheid. Elke locatie beschikt over zo’n team, waarin onder andere een orthopedagoog en een schoolmaatschappelijk werker zitting hebben.
De school heeft in het specifieke zorgaanbod onder andere de volgende mogelijkheden: • SOVA-training (alleen brugklas) • Dyslexie, screening (brugklas) en begeleiding • Faalangstbegeleiding • Schoolmaatschappelijk werk • Orthopedagogische begeleiding Pagina 17 van 45
• Huiswerkbegeleiding (via adjunct-directeur) • Structuurbegeleiding
Reboundgroep Onze school heeft ook een reboundvoorziening. Deze groep valt onder verantwoordelijkheid van locatie Guido de Brès. De reboundgroep is gehuisvest in hetzelfde gebouw als de cluster 4-afdeling in Rotterdam-Zuid. De voorziening is bedoeld voor leerlingen die tijdelijk niet meer meekunnen in het reguliere onderwijsproces. De periode op de rebound is bedoeld om leerlingen een beter inzicht in zijn of haar eigen gedrag te geven, zodat het weer mogelijk wordt om het reguliere onderwijs te volgen. Als dit niet mogelijk blijkt, worden de leerlingen voorbereid op een andere vorm van onderwijs en/of hulpverlening. Een toelatingscommissie beslist in nauw overleg met de ouders en het zorgadviesteam van de locatie van herkomst over plaatsing in de reboundgroep.
Cluster 4 Klik hier voor informatie over cluster 4.
Schoolondersteuningsprofiel Elke school is (in het kader van Passend Onderwijs) verplicht haar ondersteuningsmogelijkheden te beschrijven in het Schoolondersteuningsprofiel (SOP). Dit profiel dat nogal technisch van aard is, is hier te downloaden. Het ondersteuningsprofiel van het Wartburg College heeft als uitgangspunt dat elke leerling die vanuit de identiteit past bij de school, een plaats krijgt binnen de school. Dat kan binnen het zogenaamde ‘basisarrangement’ dat geldt voor de locaties of via de aanvullende arrangementen zoals de reboundgroep en de cluster 4-groepen. Onder de aanvullende arrangementen vallen ook de leerlingen met gehoorstoornissen of visuele beperkingen. Voor hen wordt in overleg met Auris of Bartimeüs de ondersteuningsbehoefte bepaald. Voor leerlingen die aanvullende ondersteuning krijgen (boven het basisarrangement), wordt door de school in overleg met de ouders een ontwikkelperspectief opgesteld.
Vertrouwenspersonen Interne en externe vertrouwenspersonen Voor een zorgvuldige en deskundige behandeling van klachten is op het Wartburg College een aantal interne vertrouwenspersonen in functie. Per locatie betreft dit een man en een vrouw. Zij hebben met name een doorverwijzende rol naar de externe vertrouwenspersoon, de vertrouwenspersoon integriteit, de leidinggevende of de direct betrokkenen. De interne vertrouwenspersonen fungeren voor leerlingen in nood als sociaal vangnet.
De interne vertrouwenspersonen van de locaties zijn: • Guido de Brès: drs. J. Baars en mw. L.E.A.M. Verkade-Boerema • Marnix: J.C. Kraaijeveld en mw. L. van der Vlies-Van der Mast • Revius: mw. J.D. van Gelder en G.H.G. Wassink • Beroepencollege De Swaef: C.L. de Korte en vacature De externe vertrouwenspersoon is mw. E. Vromans. Zij is bereikbaar via het algemene nummer van de Arbo Unie: (0181) 24 48 00. Pagina 18 van 45
Klachtenprocedure Probeer uw persoonlijke zaken/uw klacht eerst onder vier ogen te bespreken met de betrokkene. In sommige situaties kan het verstandig zijn om een derde persoon in te schakelen, zoals een interne en/of externe vertrouwenspersoon. Als bemiddeling van een interne en/of externe vertrouwenspersoon niet helpt, kan een klacht worden ingediend bij een regionale kamer van de klachtencommissie voor het reformatorisch onderwijs. Er zijn vijf kamers, het Wartburg College is aangesloten bij de regionale kamer Barendrecht. Daarin hebben zitting: • A. Noordergraaf te Soesterberg • mevr. drs. H. Spaan-Nijland te Sliedrecht • mr. J.W. Weijers te Capelle a/d IJssel De ambtelijk secretaris voor de klachtenprocedure is mr. A. van der Veer, Diepenbrockstraat 2, 3247 EJ Dirksland, tel. (0187) 60 90 11. Het klachtenreglement is op te vragen bij mw. A. Ippel, secretariaat College van Bestuur, tel. (0180) 72 66 50.
Adres Onderwijsinspectie Het Wartburg College valt onder toezicht van de Rijksinspectie voor Voortgezet Onderwijs.
[email protected] www.onderwijsinspectie.nl Vragen over onderwijs: telefoon 1400 Meldpunt vertrouwensinspecteurs voor klachtmeldingen over seksuele intimidatie, seksueel misbruik, ernstig psychisch of fysiek geweld: telefoon (0900) 111 31 11 (lokaal tarief).
Alle typen onderwijs Het Wartburg College biedt alle schoolsoorten in het voortgezet onderwijs aan, verspreid over vier locaties. Uitgangspunt bij de verdeling van de onderwijstypen over de gebouwen is dat leerlingen zo lang mogelijk op de dichtstbijzijnde locatie onderwijs kunnen volgen: twee tot drie jaar na het verlaten van de basisschool. Daarom hebben de meeste locaties een brede onderbouw. Voor de overstap naar de bovenbouw moeten leerlingen soms van locatie wisselen. We zorgen ervoor dat de doorstroom van deze leerlingen optimaal verloopt. De brede scholengemeenschap biedt mogelijkheden om onderwijskundige ontwikkelingen gestalte te geven. Gezamenlijk werken de locaties aan een uitgekiend netwerk van leerwegen, zodat jongeren zo veel mogelijk onderwijs krijgen dat bij hen past.
De locaties zijn: Guido de Brès in Rotterdam-IJsselmonde Marnix in Dordrecht Revius in Rotterdam-Prins Alexander De Swaef in Rotterdam-Zuid (Beroepencollege) In onderstaand schema wordt zichtbaar welke onderwijstypen een bepaalde locatie biedt en wanneer de eventuele doorstroom naar een andere locatie plaatsvindt. Pagina 19 van 45
Passend onderwijs Met de invoering van Passend Onderwijs vervallen de clusteraanduidingen. Voorlopig houden wij het nog bij de aanduiding cluster 4, omdat er nog geen eenduidig begrip is om deze groep leerlingen aan te duiden. Kinderen die vanuit het basisonderwijs instromen, komen vanaf augustus 2014 bij ons binnen met een (grote) ondersteuningsvraag met het oog op het behalen van hun diploma. Ze worden dus niet meer aangemeld met een indicatie. In veel gevallen is wel een bepaalde diagnose gesteld. Het is de taak van onze school om – in overleg met de ouders – te bepalen welke ondersteuning geboden kan worden. Leerlingen met een ondersteuningsvraag op het gebied van gedrag of persoonlijkheid kunnen al vanaf klas 1 instromen in speciale groepen, die zijn opgezet om hen een passende onderwijsomgeving aan te bieden. De groepen zijn bedoeld voor jongeren, die niet in staat zijn om te integreren in een gewone groep van het voortgezet onderwijs. Klik hier voor informatie over toelating. Naast het normale lesprogramma dat past bij het schooltype (vmbo, havo, vwo) wordt ook het vak Burgerschap & Omgangskunde aangeboden bij cluster 4.
Pagina 20 van 45
De onderbouw Scholen hebben de ruimte en de vrijheid om de leergebieden van de onderbouw zelf in te richten, zolang de kerndoelen maar worden gehaald. Het Wartburg College realiseert dit door een aanbod op basis van de gewone vakken. De afzonderlijke locaties hebben de ruimte om vakken samen te voegen. Daarbij zijn drie richtlijnen van de overheid van belang: samenhang tussen de leerstof, doorlopende leerlijnen en actieve betrokkenheid van de leerlingen bij het leerproces. De school geeft aandacht aan de oriëntatie op studie en beroep.
De bovenbouw havo, atheneum en gymnasium In de Tweede Fase is er natuurlijk ook veel aandacht voor brede, algemene vorming, voor de verschillen tussen leerlingen en voor zelfstandig leren en werken. Leerlingen in havo-3, atheneum-3 en gymnasium-3 kiezen in de loop van het jaar uit vier profielen: cultuur en maatschappij (C&M) economie en maatschappij (E&M) natuur en gezondheid (N&G) natuur en techniek (N&T) Het bovenbouwprogramma bestaat uit een algemeen deel, een profieldeel en een vrij deel. Als aanvulling heeft de school enkele modules apologetiek ingevoerd die de leerlingen moeten voorbereiden op het leven in de maatschappij. Als onderdelen van de studielast gelden ook de stageweek en de werkweek. Alle bovenbouwjaren zijn examenjaren. Vanaf het vierde leerjaar tellen de cijfers mee voor het schoolexamen. In de Tweede Fase worden ook andere toetsvormen gebruikt, zoals praktische opdrachten of handelingsdelen.
Vmbo en mavo Kenmerken van het vmbo zijn: aandacht voor brede ontwikkeling en vorming, nadruk op de eigen verantwoordelijkheid van de leerling, aandacht voor het aanleren van vaardigheden, goede inhoudelijke aansluiting van onder- en bovenbouw en een betere aansluiting op het vervolgonderwijs.
Het vmbo kent vier leerwegen: de basisberoepsgerichte leerweg (nadruk op praktijkvakken, bereidt voor op mbo-niveau 1 of 2); de kaderberoepsgerichte leerweg (combinatie van theorie en praktijkvakken, bereidt voor op mbo-niveau 2, 3 of 4); de gemengde leerweg (nadruk op theorie, maar wel gericht op bepaalde beroepsopleidingen, bereidt voor op mbo-niveau 3 of 4, op locatie Beroepencollege De Swaef is er een gemengde leerweg met meer aandacht voor praktijkvakken); de theoretische leerweg/mavo (nadruk op theorie, richt zich nog niet op bepaalde beroepsopleidingen, bereidt Pagina 21 van 45
voor op mbo-niveau 4 of havo 4). Op locatie Beroepencollege De Swaef hebben de basis- en kaderberoepsgerichte en gemengde leerweg een eigen gezicht door de ontwikkeling van het Beroepencollege. Al vanaf klas 1 komen leerlingen met de beroepspraktijk in aanraking. Daarom spreken we daar over een Beroepencollege. Op locatie Guido de Brès wordt vanaf leerjaar 1 alleen nog de theoretische leerweg aangeboden, waarbij de focus ligt op de (cognitief) “sterkere” vmbo-leerling. Om die reden is er gekozen voor de aanduiding mavo. Klik hier voor meer informatie over mavo op locatie Guido de Brès. Ook locatie Revius biedt mavo aan, bij hen kunnen leerlingen met een advies voor zowel de gemengde als de theoretische leerweg instromen. Bekijk hier meer informatie over mavo op locatie Revius. Op Marnix is sprake van een brede instroom van basis tot en met theoretisch. Aan het eind van het tweede leerjaar maken leerlingen binnen elke leerweg een keuze voor een van de drie volgende sectoren: Techniek, Economie of Zorg & Welzijn. In het derde en vierde leerjaar (de bovenbouw) krijgen zij dan algemeen vormende vakken, vakken die afhankelijk zijn van de gekozen sector én beroepsgerichte, praktische vakken. Binnen het Beroepencollege De Swaef kunnen leerlingen al aan het einde van leerjaar 1 een keuze maken. Het afsluitende examen bestaat uit een schooldeel en een centraal gedeelte dat door de overheid is voorgeschreven. Het schoolexamen begint al in het derde leerjaar: de resultaten uit dit jaar tellen dus mee voor het eindexamen.
Leerwegondersteunend onderwijs Lwoo is voor leerlingen die naar onze verwachting extra begeleiding nodig hebben om het vmbo af te sluiten met een diploma. Deze leerlingen moeten hiervoor officieel een indicatie hebben. Het lwoo heeft kleinere groepen en aangepaste lesmethodes. Op elke locatie kunnen leerlingen met lwoo instromen.
Praktijkonderwijs Deze vorm van onderwijs, aangeboden op locatie Marnix, is voor leerlingen die ook met extra ondersteuning geen vmbodiploma kunnen halen. Ze worden voorbereid op directe instroom op de arbeidsmarkt. Daarom is er veel aandacht voor sociale vaardigheden, voor het verkrijgen van een goede werkhouding en met name in de bovenbouw wordt tijd ingeruimd voor uitgebreide stages. Via het praktijkonderwijs kan een aantal leerlingen wel een diploma niveau 1 (van het mbo) behalen. Daardoor krijgen zij ook de mogelijkheid om door te stromen naar niveau 2 van het mbo.
Havo Een havoleerling heeft naast zijn intellectuele aanleg ook vaak een praktische inslag. Het onderwijs kenmerkt zich door leerstof van hoog niveau met toepassingsgerichte opdrachten. Deze vijfjarige opleiding is een goede Pagina 22 van 45
voorbereiding op het hoger beroepsonderwijs (hbo). Ook is overstappen naar vwo-6 een mogelijkheid. Uiteraard zijn motivatie en inzet ook op de havo van belang.
Vwo De zesjarige vwo-opleiding bereidt leerlingen voor op een studie op een universiteit. Uiteraard kun je met een vwodiploma ook verder in het hbo. Een vwo-leerling is leergierig en op zoek naar diepere achtergronden van allerlei vraagstukken. Er wordt naast de gebruikelijke inzet ook een duidelijk beroep gedaan op het inzicht van leerlingen. In de onderbouw van het vwo kunnen leerlingen klassieke talen kiezen. Latijn en Grieks zijn vakken die meer inhouden dan je van een ‘dode taal’ zou verwachten. De verbanden met andere moderne vreemde talen worden door het volgen van deze vakken een stuk duidelijker. Ook dragen de klassieke talen bij aan een goed inzicht in de ontwikkelingsge¬schiedenis van onze cultuur. Door hiervoor te kiezen, ontvang je een gymnasiumdiploma in plaats van een atheneumdiploma.
Tweetalig Onderwijs (TTO) Engels staat bij het Wartburg College hoog aangeschreven. De school versterkt het Engels van de leerlingen op meerdere manieren. Tweetalig Onderwijs (TTO) is een aparte stream binnen het vwo en wordt aangeboden op locatie Guido de Brès. De helft van de lesuren in een TTO-klas wordt in het Engels gegeven. Klik hier voor alle informatie over TTO.
Gymnasium-TTO Locatie Guido de Brès is in 2013 gestart met een gecombineerde gymnasium-TTO-brugklas. Naast Latijn en Grieks wordt er in een apart curriculum aandacht besteed aan de klassieke oudheid en de betekenis voor onze cultuurgeschiedenis. De vakken, in een aparte lessentabel, worden zodanig gevuld dat er voor leerlingen die meer kunnen én willen een uitdagende leeromgeving ontstaat, die aansluit bij hun ‘intelligente uitdaging’.
Versterkend Talen Onderwijs (VéTO) In de onderbouw wordt op locaties Guido de Brès, Marnix en Revius ook een extra impuls gegeven aan het vak Engels. We noemen dit Versterkend Talen onderwijs (VéTO). Hier worden twee tot zes vakken in het Engels gegeven. Op Beroepencollege De Swaef doen we dit onder andere door leerlingen eens in de drie weken in contact te brengen met een ‘native speaker’. Tijdens dit moment wordt er alleen maar Engels gesproken aan de hand van een thema.
De speerpunten van ons onderwijsbeleid komen voort uit onze missie en visie en op de kansen en bedreigingen in de samenleving. Voor de komende jaren hebben we vijf speerpunten geformuleerd: • De basis is op orde • Karaktervorming, gemeenschapsvorming en eigenheid • Christelijke leraarschap Pagina 23 van 45
• Ouders en school • Leren in verbinding
De basis is op orde Doel Onze resultaten zijn bovengemiddeld Een randvoorwaarde om te werken aan goed onderwijs is dat de basis op orde moet zijn. We voldoen aan de kwaliteitsstandaarden die door de Rijksoverheid worden gesteld. Dit betekent dat we geen zwakke sectoren hebben en dat onze opbrengsten als minimaal voldoende worden gewaardeerd. Daar bovenop streven we ernaar dat leerlingen prestaties leveren en willen we excelleren bevorderen. Het doel voor de komende jaren is dat onze resultaten boven het landelijk gemiddelde zijn.
Karaktervorming, gemeenschapsvorming en eigenheid Doel Leerlingen zijn toegerust en bereid om als christen te staan en te gaan in de 21e eeuw: • We dragen bij aan het ontwikkelen van een christelijke identiteit • We dragen bij aan de vorming van christelijk burgerschap • We dagen uit tot het ontwikkelen van gaven en talenten We zetten in op karaktervorming zodat de leerlingen getuigen kunnen zijn van Christus in woord en daad. Christenzijn vraagt ook om het maken van keuzes. We willen jongeren het bewustzijn bijbrengen dat het leven complex is. Er zijn niet altijd kant-en-klare antwoorden voor handen. De ene keer is er sprake van actieve participatie en een andere keer van distantie (vreemdelingschap). Zaken als hoe je bent in contacten met andersdenkenden, hoe je omgaat met drugs, drank, seksualiteit, geld en media, duurzaamheid, gezond leven, maatschappelijk verantwoord ondernemen en creativiteit komen hierbij aan de orde. We willen jongeren leren dat ze een groter doel dienen dan ze zelf zijn. We leggen bewust de verbinding tussen karaktervorming en gemeenschapszin zodat leerlingen zich de vraag leren stellen ‘wat kan ik voor de ander betekenen’. We dagen leerlingen uit zich in te zetten voor zichzelf en voor anderen. We helpen hen om te ontdekken wat hun gaven en talenten zijn. Erkennen van de eigenheid van iedere jongere bevordert leren en werken vanuit een intrinsieke motivatie. Daarbij houden we rekening met de verschillen tussen leerlingen en doen recht aan de mogelijkheden die iedere leerling heeft.
Christelijk leraarschap Doel Vakbekwame, christelijke leraren stimuleren en inspireren jongeren Aandacht voor karaktervorming en gemeenschapsvorming kan niet zonder gerichte vorming van de leraren zelf. We hebben de komende jaren vooral aandacht voor de toerusting die leraren daarin zelf nodig hebben. Want juist de leraar maakt het verschil en is een beelddrager met wie leerlingen zich identificeren.
Pagina 24 van 45
Ouders en school Doel Ouders en school steunen elkaar actief met het oog op onderwijs en opvoeding. Betrokken ouders zijn essentieel voor de ontwikkeling van de leerling. Soms staat deze betrokkenheid onder druk. Als school verwachten en stimuleren we betrokkenheid van ouders op grond van de belofte die ouders zelf deden bij de doop en op basis van de verantwoordelijkheid voor de opvoeding van hun kinderen. Hierbij hebben ouders en school elkaar nodig en willen we samen optrekken.
Leren in verbinding Doel We ontwikkelen een verantwoorde balans tussen onderwijs en de inzet van ICT. Computers, tablets en slimme ICT-toepassingen zijn de laatste jaren steeds belangrijker geworden in het onderwijs. Dit heeft veel positieve gevolgen. Tegelijkertijd vinden we dat de echte ontmoeting en verbinding tussen leerlingen en leraar essentieel is. ICT is daarbij altijd gericht op het faciliteren van het onderwijs. Daarom bezinnen we ons de komende jaren op principiële vragen bij het gebruik van ICT in het onderwijs. We doen pilots en experimenteren met het gebruik van ICT-middelen om zo nieuwe ervaringen op te doen. Tegelijkertijd helpen we leraren bij de toerusting en professionalisering op ICT-gebied.
Het Beroepencollege De Swaef is een Beroepencollege. Met het Beroepencollege sluiten we beter aan bij de leerstijl van onze leerlingen. De leerstijl van onze leerlingen kenmerkt zich vooral door beroepsgericht en concreet bezig te zijn in een herkenbare en praktische omgeving. Daarom besteden we op het Beroepencollege ook veel aandacht aan de keuze die leerlingen gaan maken voor de toekomst. Eenvoudig gezegd: handen uit de mouwen en vanaf de eerste dag opgeleid worden tot professionele vakman of vakvrouw.
Kenmerken 8 uur praktijk in het eerste en tweede leerjaar; Tijdens de lessen MijnBeroep zijn de leerlingen in de vaklokalen van de 5 profielen (zie par. 10.3) aan het werk; Leer- en loopbaanbegeleiding waarbij o.a. aandacht is voor beroepsbeelden, competenties en interesses van de leerling; In november van leerjaar 2 maken de leerlingen een keuze voor 1 profiel dat past bij hun toekomstige beroep.
Voordelen Leerlingen zijn naast de theorie ook 8 lesuren per week concreet en beroepsgericht bezig; Leerlingen gaan 2 jaar eerder aan de slag in een echt vaklokaal; Het kiezen voor een profiel wordt eenvoudiger omdat leerlingen ervaring hebben opgedaan; Leerlingen kunnen een jaar eerder beginnen met hun praktische beroepsvoorbereiding.
Organisatie Pagina 25 van 45
In blokken van 2 lesuren oriënteren de leerlingen in leerjaar 1 zich op alle profielen. In de maand april/mei kiezen de leerlingen twee profielen waar ze in de eerste periode van leerjaar 2 mee verder gaan. Medio november van leerjaar 2 maken de leerlingen een keuze voor één profiel.
Doorlopende leerlijn Het Beroepencollege heeft in leerjaar 1 een oriënterend karakter. Wanneer de leerlingen een keuze gemaakt hebben voor één profiel, verandert dit traject in een beroepsvoorbereidende opleiding. Door goede contacten met het Hoornbeeck College kunnen leerlingen op locatie De Swaef voor de volgende specifieke beroepen via een doorlopende leerlijn worden opgeleid tot en met BBL niveau 2 of 3: autotechniek niveau 2 en 3 bouwtechniek timmeren en metselen niveau 2 en 3 metaalbewerken (constructiewerken) niveau 2 monteur elektrotechnische installaties niveau 2
De onderbouw Het eerste leerjaar In het eerste jaar van de onderbouw wordt op locatie De Swaef met een viertal instroomklassen gewerkt: Vmbo-basis Vmbo-kader Vmbo G Vmbo G-PLUS In de instroomklassen worden de lessen gegeven op verschillende niveaus, zodat doorstroming naar andere onderwijsvormen mogelijk blijft. Daarnaast gaan we na hoe de aanleg en de interesse van de leerling zich ontwikkelen. Een uiteindelijke leerwegkeuze maken we in leerjaar 2 in overleg met de ouders en de leerlingen.
LWOO In de onderbouw worden de leerlingen die recht hebben op Leerwegondersteunend Onderwijs (LWOO) in een kleinere klas geplaatst. In de basisberoepsgerichte leerweg bestaan de klassen uit 14 leerlingen en in de kaderberoepsgerichte leerweg uit 19 leerlingen. Door deze grootte kunnen we ervoor zorgen dat leerlingen die extra begeleiding nodig hebben bij het opnemen en verwerken van de vmbo-leerstof, deze ook krijgen. Voor leerlingen die na het tweede leerjaar doorgaan in een basisklas en hiermee hun schooltijd dus afronden, is het mogelijk een vmbo-diploma te behalen volgens het programma van de basisberoepsgerichte leerweg. Mocht blijken dat dit toch niet haalbaar is, dan wordt gezocht naar een passend traject, waardoor de leerling toch kan doorstromen naar het MBO. Een voorbeeld hiervan is het Praktijkonderwijs (PRO) op onze nevenlocatie Marnix in Dordrecht.
G en G-PLUS Deze leerweg wordt op de meeste scholen g/t genoemd. Op het Beroepencollege hebben we het over de G en GPLUS. Dit heeft te maken met het feit dat de leerlingen naast de gebruikelijke theorievakken van de g/t ook beroepsgerichte vakken krijgen. Ze volgen deze beroepsgerichte vakken 8 uur per week in de 5 profielen van het Beroepencollege.
De G(-PLUS) heeft de volgende voordelen: + Naast de g/t-theorie direct beginnen met het beroepsgerichte vak in de 5 profielen; Pagina 26 van 45
+ In leerjaar 2 verder gaan met het beroepsgerichte vak van je keuze; + Een diploma op g/t-niveau behalen + heel veel praktijkervaring; + Goede doorstroommogelijkheden naar het MBO (BOL-4) en het HBO.
G(-PLUS) is voor die leerlingen bedoeld die aan de volgende kenmerken voldoen: + Ze zijn zowel handig als slim; + Ze zijn graag praktisch en concreet bezig; + Ze weten ongeveer wat ze (later) willen worden; + Ze hebben een basisschooladvies gt (of gt/th voor de G-PLUS). De G-PLUS onderscheidt zich van de G bij het vak wiskunde. De leerlingen uit leerjaar 1 en 2 krijgen wiskunde op havoniveau. De leerlingen uit leerjaar 3 en 4 doorlopen versneld het examenprogramma wiskunde op gt-niveau. Vervolgens wordt er in leerjaar 4 extra lesmateriaal op havoniveau aangeboden.
Het tweede leerjaar Aan het begin van het tweede leerjaar is er nog niets veranderd. Er wordt nog steeds les gegeven in dezelfde klassen als in het eerste leerjaar. De leerlingen volgen 8 uur uur in de week MijnBeroep in de 2 gekozen profielen. Omdat we met verschillende profielen in leerjaar 2 starten met het examenprogramma, is het noodzakelijk dat we weten in welke leerweg de leerling waarschijnlijk zijn schoolloopbaan op het vmbo zal vervolgen. Om deze reden zal er voor de basis- en kaderleerlingen, op basis van de resultaten van leerjaar 1 en de eerste periode van leerjaar 2 een inschatting gemaakt worden welke leerweg het beste bij een leerling past. In april/mei van leerjaar 2 vindt de definitieve leerwegdifferentiatie plaats.
Lessen MijnBeroep en LOB (loopbaanoriëntatie en -begeleiding) De mentor speelt een belangrijke rol bij de profielkeuze. Hij/zij geeft de lessen LOB en houdt in maart/april van leerjaar 1 de individuele gesprekjes met iedere leerling. Voorafgaand wordt een aantal LOB-lessen gegeven. In leerjaar 2 wordt een tweetal gesprekken gevoerd, waarbij ook reflectie op leren/leerproces en de profielkeuze aan de orde komt. Daarnaast is er overleg met de ouders en/of de verzorgers, waarna uiteindelijk een keuze wordt gemaakt. Tevens is er een voorlichtingsavond in januari voor de ouders/verzorgers van leerlingen van het eerste leerjaar.
Leerwegdifferentiatie Voor de keuze van een leerweg (basis, kader of g(-plus)) zijn niet alleen de rapportgegevens van het eerste en tweede leerjaar (eerste 3 perioden) van belang, maar ook de afwegingen zoals genoemd in hoofdstuk 3 paragraaf b. Over de vaststelling van het programma waarin de leerling zijn studie vervolgt, zal de school bij het eerste rapport de nodige informatie aan de ouders en de leerlingen verstrekken. Op basis van deze informatie en de voorlopige besluitvorming kunnen ouders met de mentor in gesprek gaan. Het besluit van de derde rapportenvergadering is bindend.
De bovenbouw In het derde en vierde leerjaar van de basis- en kaderberoepsgerichte leerweg wordt lesgegeven in de vakken godsdienst, maatschappijleer 1, Nederlands, Engels, cultureel kunstzinnige vorming (CKV) en lichamelijke opvoeding. Daarnaast volgen leerlingen de vakken die horen bij het gekozen profiel. De Swaef biedt de volgende vijf profielen aan:
Pagina 27 van 45
Techniek Bouwen, Wonen en Interieur (metselen, schilderen, bouwen, fijnhout) Produceren, Installeren en Energie (elektrotechniek en metaaltechniek) Mobiliteit en Transport
Zorg & Welzijn Zorg & Welzijn
Economie Economie & Ondernemen
Stage leerjaar 3 en 4 In het derde en vierde leerjaar gaan alle leerlingen op stage. In leerjaar 3 is er de twee weken voor de meivakantie een arbeidsoriënterende stage. De leerlingen uit leerjaar 4 hebben in september twee weken een beroepsoriënterende stage. Bij Zorg & Welzijn gaan de leerlingen in leerjaar 4 ook gedurende 10 weken 1 dag op stage. Deze stages zijn bedoeld als verdere verkenning van werkvelden binnen Zorg & Welzijn. Voor alle stages geldt dat de ouders/verzorgers van tevoren informatie ontvangen, waarin o.a. vermeld wordt door wie de stage wordt gecoördineerd.
Keuze voor een vervolgopleiding Alle leerlingen uit het vierde leerjaar krijgen in november voorlichting over studie en beroep. In december is er een informatiemarkt voor ouders en leerlingen uit leerjaar 3 en 4. Bovendien zijn er in januari en februari individuele gesprekken en spreekavonden voor ouders/verzorgers en leerlingen van het vierde leerjaar. De decanen op De Swaef zijn: mevrouw C.H. ‘t Hart en de heer A.P. van de Minkelis.
Bouwen, Wonen en Interieur Vanaf leerjaar 1 maken leerlingen kennis met het profiel Bouwen, Wonen en Interieur om te zien of dit bij hen past. Aan het begin van leerjaar 2 kunnen zij al voor bouwtechniek kiezen. Ze krijgen dan eerst les in vier richtingen (differentiaties) van de bouwtechniek. Ze maken kennis met verschillende aspecten van de bouw en krijgen zo een idee van wat bij hen past. Ook werken wij aan een respectvolle houding naar elkaar. Bouwen is tenslotte teamwork! De differentiaties binnen bouwtechniek zijn:
Metselen Leerlingen krijgen bij metselen te maken met ‘vuil’ en ‘schoon’ metselwerk, met het lijmen van blokken (gips, gasbeton en kalkzandsteen), het isoleren van wanden, het maken van siermetselwerk en natuurlijk het stukadoren of tegelzetten.
Pagina 28 van 45
Schilderen Bij schilderen krijgen leerlingen te maken met het schilderen van nieuwe materialen en het herstellen van verflagen op bestaande materialen. Behangen is een ander onderdeel, net als het vak kleurenleer (het bij elkaar leren zoeken van kleuren), ruiten vervangen, houtrot herstellen, penseelwerk en het zetten van letters en decoraties.
Bouwen Bij bouwen kiezen de leerlingen eerst voor timmeren. Daar komen de volgende aspecten aan bod: werkplaatstimmeren, kozijnen, ramen en deuren maken en afhangen. Ook het maken van wandjes en het leggen van plafonds komen aan bod. Daarna kunnen leerlingen kiezen voor bouwen of fijnhout. Bij bouwen krijgen ze dan te maken met ingewikkelder werk op machines, het maken van betonbekistingen, kappen en daken, meten, uitzetten en stellen.
Fijnhout/Meubelen Als leerlingen na bouwen kiezen voor timmeren krijgen zij eerst te maken met werkplaatstimmeren: het maken van kozijnen, ramen en deuren op de machine en afbouwen net als bij bouwen. Daarna kiezen zij voor fijnhout. Daar leren zij het betimmeren van interieurs en het maken van meubels. We maken de leerlingen hier nog beter wegwijs op de machines en leren hen de fijnere kneepjes van het timmervak. Voor de tweedejaars gaat er een nieuw examenprogramma van start zodra ze in leerjaar 3 komen. Als deze leerlingen kiezen voor Bouwen, Wonen en Interieur (BWI) moeten ze vier profieldelen BWI doorlopen en kunnen ze daarnaast vier andere delen kiezen om tot een pakket leerstof te komen die past bij hun toekomstbeeld. Deze zogenaamde keuzedelen hoeven zelfs niet binnen BWI te vallen.
Produceren, Installeren en Energie In het bedrijfsleven is een toenemende vraag naar technische vakmensen die breed inzetbaar zijn. Om op deze ontwikkeling in te spelen, zullen de afdelingen metaaltechniek en elektrotechniek in de nabije toekomst worden samengevoegd tot één profiel. Dit profiel gaat zich specialiseren in de uitstroomrichtingen, produceren, installeren en energie. Dit houdt in dat de leerling een algemeen basisprogramma volgt en zich hierna specialiseert in elektrotechniek, metaaltechniek of installatietechniek. Vooruitlopend hierop zijn de afdelingen metaaltechniek en elektrotechniek als vakgroep samengevoegd. Ook in het huidige examenprogramma lopen de verschillende vakgebieden steeds meer in elkaar over. Met de recente samenvoeging kunnen we de leerlingen hierop nog beter voorbereiden.
Elektrotechniek Elektrotechniek kom je overal tegen: denk aan huisinstallaties, utiliteitsinstallaties, elektromotoren in treinen en auto’s, elektriciteit aan boord van schepen, de besturing van vliegtuigen en niet te vergeten de wereld van de mobiele communicatie. Ook op het gebied van energiebesparing liggen er nog veel uitdagingen. De verwachting is dat het aantal elektrotechnische toepassingen de komende jaren alleen nog maar zal toenemen. In de afdeling elektrotechniek leren leerlingen op een veilige en efficiënte manier elektrisch schakelmateriaal en elektromotoren aansluiten. Ze leren ook hoe ze met meetinstrumenten moeten omgaan en storingen het beste kunnen oplossen. Verder wordt er gewerkt met allerlei lichte motorschakelingen, frequentieregelaars en PLC-techniek. Ook het solderen van printplaten komt aan de orde. De praktijk wordt vanzelfsprekend ondersteund door de nodige theorie. Omdat werkgevers in de regio veel werk hebben in de installatietechniek, wordt er ook aan dit vak aandacht besteed. Pagina 29 van 45
Bij installatietechniek gaat het om de sanitaire installatie, zoals werk aan het water, de cv en de afvoer. De keuken en badkamer in het praktijklokaal zijn geheel vernieuwd. Ook is er een moderne cv-installatie geplaatst. Mede door het gebruik van moderne materialen en aansprekend lesmateriaal is de afdeling elektrotechniek hierdoor nog aantrekkelijker geworden voor onze leerlingen!
Metaaltechniek Leerlingen die de richting metaaltechniek hebben gevolgd, werken nu bijvoorbeeld in de scheepsbouw, de machinebouw, de landbouwmechanisatie of als onderhoudsmonteur. Om de leerlingen hierop voor te bereiden, worden ze in deze afdeling opgeleid in het bewerken van metalen en kunststoffen. De leerlingen leren verschillende bewerkingen waaronder buigen, knippen, draaien, boren en lassen. Hiervoor beschikt de afdeling over moderne machines, zoals draaibanken, freesbanken, boormachines, en lasmachines. Ook leren de leerlingen de CNCdraaibank en CNC-kantbank (computergestuurd) te bedienen. Daarnaast werken we met een modern 3Dtekenprogramma. De leerlingen maken enkelvoudige werkstukken op de machines, maar ook samengestelde werkstukken, zoals bijvoorbeeld een skelter of een scooterkrik. In de afdeling worden daarnaast lessen gegeven over onderhoud, montage en pneumatiek. In het vierde leerjaar is er de mogelijkheden om een lasopleiding van het NIL (Nederlands Instituut voor Lastechniek), niveau 1, te volgen en dit diploma te halen. Gedurende de opleiding worden de praktijkvakken ondersteund met vaktheorie, vaktekenen en tekeninglezen. Naast kennis is er ook aandacht voor andere competenties zoals beroepshouding, communicatie en veiligheid. Door het netwerk dat wij als afdeling de afgelopen jaren in de sector metaaltechniek hebben opgebouwd, hebben tot nu al onze leerlingen direct na hun opleiding een baan gevonden.
Mobiliteit en Transport De Nederlandse wegen worden steeds voller. Vele miljoenen Nederlanders zijn dagelijks afhankelijk van vervoer en transport over de weg en het water. Al die tweewielers, auto’s, trucks en schepen moeten ook worden onderhouden. In veel van deze middelen van mobiliteit wordt steeds meer elektronica toegepast. Daar zul je als toekomstig vakman mee om moeten kunnen gaan. Allerlei computersystemen begeleiden het vervoer van de producten naar de plaats van bestemming. Gelukkig is in dit proces de (vak-)mens onmisbaar. Maar dan wel een goed opgeleide vakman of vakvrouw! Wanneer je kiest voor een opleiding in de wereld van de mobiliteit, is het belangrijk dat je nauwkeurig kunt werken. Verder leer je om zelfstandig bezig te zijn en ook met anderen samen te werken. Natuurlijk is het belangrijk dat je kennis van zaken krijgt. Ook moet je met mensen om kunnen gaan. Als mensen pech met de auto hebben, of een dure reparatie moeten betalen, moet je meestal wel wat aan hen uitleggen. Binnen het profiel Mobiliteit & Transport komen aan de orde: benzinemotoren, LPG-motoren, dieselmotoren, koelsystemen en remsystemen, hydraulica en pneumatiek, aandrijvingen en besturingssystemen, ook elektrische en elektronische voorzieningen, onderhoud en reparatie, praktische vorming en de beroepsvorming.
Transport Als chauffeur goederenvervoer vervoer je goederen binnen Nederland en/of Europa. Je kunt werk vinden bij een transportbedrijf of een ander bedrijf zoals een verhuisbedrijf. Als chauffeur goederenvervoer kun je rijden met een Pagina 30 van 45
vrachtauto, oplegger met container, een tankauto, een gesloten of een open wagen. In veel gevallen laad en los je zelf of je helpt hierbij. De lading moet compleet en onbeschadigd aankomen op de plaats van bestemming, waarbij je ook nog eens rekening moet houden met de veiligheid van jou en die van je medeweggebruikers. Deze verantwoordelijkheden moet je wel kunnen dragen. Verder moeten je papieren in orde zijn, je moet onderweg zaken registreren, waarbij je steeds vaker door middel van een boardcomputer in contact staat met het kantoor, de planner en de klant. Een beetje kennis van autotechniek en technische installaties van je wagen moet je wel hebben voor als je problemen onderweg krijgt.
Zonder transport staat alles stil! De lessen zijn zo opgebouwd dat je dezelfde werkzaamheden leert die in een werkplaats en magazijn gedaan worden. Dat betekent dat je bijv. leert hoe je een auto of fiets afleveringklaar maakt, hoe je een onderhoudsbeurt of reparatie uitvoert of hoe je een vrachtwagen laadt en lost. Daarbij leer je omgaan met moderne informatiesystemen. De opleiding in ons profiel Mobiliteit & Transport geeft een stevige basis voor een verdere opleiding. Na je opleiding op De Swaef kun jij je specialiseren in diverse richtingen. Je kunt hierbij denken aan o.a. personenwagens, bedrijfswagens, landbouwmechanisatie, fietstechniek, bromfiets- en scootertechniek, motorfietstechniek, autoschadehersteller, autospuiter, carrosseriebouwer, caravanhersteller, logistiek medewerker (= medewerker die zorgt dat de goederen op tijd en op de goede plek aankomen) en chauffeur. Ben je klaar met je vmbo en wil je verder leren als (eerste) autotechnicus dan kun je zo doorstromen naar één van de BBL-autotechniek opleidingen op het Hoornbeeck College. Het Hoornbeeck College en het Wartburg College bieden gezamenlijk de BBL-opleidingen autotechnicus en eerste autotechnicus aan. Met het verbreden van het onderwijsaanbod is het mogelijk dat jongeren binnen de eigen identiteit hun opleiding voor voertuigentechniek op mbo-niveau vervolgen.
Autotechnicus (BBL niveau 2) Ben jij ook zo gek op auto's? En is monteren en repareren helemaal iets voor jou? Dan ben je in de wieg gelegd voor autotechnicus. Als autotechnicus zorg jij ervoor dat auto’s probleemloos (blijven) rijden. Je kunt eenvoudige storingen en mankementen opsporen. Hiervoor gebruik je natuurlijk gewoon gereedschap, maar ook steeds vaker digitale testkasten en meetapparatuur. Moderne auto’s zitten immers vol elektronica. Een eerste autotechnicus of werkplaatschef is jouw leidinggevende. Hij kijkt met je mee en bespreekt vooraf hoe je een reparatie het beste kunt uitvoeren, waarna je zelfstandig aan de slag gaat
Eerste autotechnicus (BBL niveau 3) Ben jij een echte 'autogek'? Dan kun je direct aan de slag als autotechnicus. Als eerste autotechnicus werk je bij een autobedrijf gericht op personenauto’s. Het kan zijn dat je bij een autogarage werkt waar ze alleen auto’s repareren, maar het kan ook zijn dat je bij een bedrijf werkt dat auto’s verkoopt, repareert en onderhoudt. Als eerste autotechnicus ben je net iets technischer en draag je net iets meer verantwoordelijkheid dan de autotechnicus op niveau 2. Jij bent in de meeste gevallen de meest (auto)technische persoon op de werkplaats. Jij doet de reparaties, onderhoudsbeurten en stelt de diagnoses die nét iets moeilijker zijn. Zo kan het bijvoorbeeld voorkomen dat je een alarmsysteem of geluidsinstallatie monteert of dat je aan je klant een reparatie uitlegt. Ook stuur je je collega’s aan en Pagina 31 van 45
los je problemen op. Het ouderwetse sleutelen wordt steeds meer vervangen door digitale technieken. Voor deze klussen heb je allerlei moderne apparatuur tot je beschikking.
Zorg en Welzijn Zorg & welzijn is een levend vak; je hebt altijd met mensen te maken, van allerlei leeftijden. Om werkzaam te zijn in de zorg- en welzijnsector heb je verschillende eigenschappen nodig. Je kunt bijvoorbeeld denken aan goed kunnen samenwerken, goed kunnen luisteren, zorgzaam zijn en je dienstbaar opstellen. Tijdens de zorg- & welzijnlessen krijg je met allerlei praktijksituaties te maken. De praktijk wordt nagebootst en met behulp van filmfragmenten en situatiebeschrijvingen worden de werkvelden en beroepen die hierbij horen in beeld gebracht. Vanaf leerjaar 1 krijg je twee lesuren per week Zorg en Welzijn. Je leert dan over allerlei beroepen in de zorg- en welzijnsector en door middel van opdrachten, leer je of zorg en welzijn bij jou past. Er is aandacht voor LOB (leerloopbaanoriëntatie en -begeleiding). Dit helpt je om een keuze te maken voor een profiel en in de bovenbouw voor het kiezen van een vervolgopleiding of een beroep. In het tweede leerjaar kun je al kiezen voor Zorg en Welzijn en begin je al met het beroepsgerichte examenprogramma.
Zorg- en Welzijnplein Op ons Zorg- en Welzijnplein krijg je te maken met theorie en praktijk. Om de praktijkvaardigheden uit te voeren heb je kennis nodig. Tijdens de instructie aan het begin van de les en de nabespreking aan het einde van de les krijg je deze kennis aangeboden. Daarnaast maak je opdrachten uit het projectboekje waar je op dat moment in werkt. De Edu4All website, die bij de methode hoort, heeft een Theek-it programma waarin allerlei moeilijke woorden uitgelegd worden en een leerlingensite, waarop observatieformulieren en extra opdrachten staan. Door al deze kennis en met behulp van stappenplannen en observatieformulieren kun je de praktijkvaardigheden op de juiste manier aanleren. De praktijkvaardigheden zijn onderverdeeld in huishoudelijke vaardigheden, verplaatsingstechnieken, keukenvaardigheden, EHBO en ICT-vaardigheden.
Excursie en stage In het eerste en tweede leerjaar worden er gastlessen en een excursie verzorgd. In leerjaar 3 en 4 loop je stage in verschillende werkvelden. Dit geeft de mogelijkheid om de opgedane kennis en vaardigheden te koppelen aan de praktijk. Deze stages zijn beroepsoriënterend en helpen je om de keuze nog beter te maken voor de toekomst.
Economie en Ondernemen Door een toekomstige wijziging in het examenprogramma worden de afdelingen Administratie en Handel & Verkoop op termijn samengevoegd tot één profiel Economie & Ondernemen. Dit heeft nu al gevolgen voor het programma in leerjaar 1 en 2. Administratie en Handel & Verkoop bieden daar een gezamenlijk programma aan, gericht op een praktische kennismaking met zowel de kantoor- als winkelpraktijk. Leerjaar 1 is vooral een oriëntatie op de beroepen die je tegen kunt komen op kantoor of in de winkel. In leerjaar 2 breiden we dat uit met een aantal praktische projecten zoals een verkoopmarkt en mini-onderneming. Ook in de overige leerjaren wordt op steeds meer onderdelen het programma samengevoegd. Een voorbeeld is het project Pagina 32 van 45
Jong Ondernemen, waarbij leerlingen van zowel Administratie als Handel & Verkoop hun ondernemerskwaliteiten kunnen bewijzen in een écht bedrijf. Dit project start in leerjaar 3 en wordt afgesloten in leerjaar 4. Uitgebreide informatie over de opleiding Economie & Ondernemen is te vinden op www.economieondernemen.nl. Op Twitter kunt u ons volgen via @EcoOndernemen.
Administratie Op de afdeling Administratie maken de leerlingen kennis met alles wat onder administratie en kantoorwerk valt: van receptioniste tot medewerker personeelszaken en van boekhouder tot verkoopmedewerker binnendienst. De leerlingen werken met de interactieve werkomgeving LINK2 en voeren opdrachten uit voor bedrijven die gevestigd zijn in de fictieve plaats Link aan de Lek. Zo raken ze vertrouwd met verschillende administratieve werkzaamheden. Ze houden de boekhouding bij voor de scooterhandelaar, verzorgen de personeelsadministratie voor het uitzendbureau en kopen in voor het restaurant. Uiteraard neemt het gebruik van de computer een belangrijke plaats in bij het werk in deze administratieve beroepen. Tijdens de stages kunnen leerlingen zich verder ontwikkelen en oriënteren op de sector. Het lokaal waarin ze werken, heeft de uitstraling van een echte kantooromgeving. De leerlingen kunnen de opleiding hier voor een heel groot deel zelfstandig onder begeleiding van de docent volgen. Samenwerken is, net als in de werkelijkheid, van groot belang. Onder andere bij de learning company van Stichting Jong Ondernemen, waarbij ze samen met leerlingen van Handel & Verkoop hun eigen bedrijf starten.
Handel & Verkoop Bij Handel & Verkoop willen we dat de leerlingen vanuit de praktijk de kennis, het inzicht en de vaardigheden opdoen die nodig zijn voor een verdere loopbaan in met name de (detail)handel. We richten ons daarbij vooral op de food- en modebranche. Leerlingen leren professioneel werken op de afdelingen magazijn, verkoop en reclame. Ze moeten net als in de werkelijkheid veel samenwerken met collega’s en krijgen daarbij veel zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid. In de stages kunnen ze deze vaardigheden in praktijk brengen en verder ontwikkelen. Ondernemerschap vinden we erg belangrijk. Dit komt dan ook op veel momenten tijdens de opleiding terug. We werken daarvoor samen met de Stichting Jong Ondernemen, die diverse programma’s aanbiedt waarbij de leerlingen een eigen bedrijf (learning company) starten, het aandelenkapitaal daarvoor verzamelen en echte producten gaan verkopen.
Lessentabellen 2015-2016 Onze lessentabellen zijn als volgt verdeeld: Vmbo basis en kader Vmbo G (-PLUS) Klik hier om onze lessentabellen te bekijken.
Bevorderingsnormen 2015-2016 Pagina 33 van 45
Klik hier voor onze bevorderingsnormen en bepalingen wat betreft: onderbouw; leerjaar 2 regulier basis/kader naar leerjaar 3 in het Beroepencollege; vmbo basis en kader van leerjaar 3 naar leerjaar 4; G en G-PLUS.
Contact met ouders Wartburgbrede informatie Het Wartburg College hecht veel belang aan een goede communicatie met de ouders van leerlingen. De eerste contactpersoon blijft natuurlijk de mentor van uw kind. Daarnaast communiceren wij op verschillende manieren ‘Wartburgbreed’ met ouders.
Openingsbijeenkomsten Elke eerste maandagavond na de zomervakantie wordt voor elke locatie een openingsbijeenkomst gehouden. De bijeenkomsten zijn bedoeld om met ouders, leerlingen, personeel en leden van de Raad van Toezicht Gods zegen te vragen voor het nieuwe schooljaar.
Thema-avonden Elk jaar wordt vanuit het College van Bestuur een thema-avond belegd over een opvoedkundig onderwerp. In de afgelopen jaren kwamen onder andere aan de orde: ‘De godsdienstige opvoeding’, ‘Gewetensvorming bij jongeren’, ‘Seksualiteit en jongeren’ en ‘Verantwoord mediagebruik’.
Website www.wartburg.nl U kunt op deze site terecht voor algemene informatie over de school en de schoolgids. Met een inlogcode heeft u toegang tot het ouderweb waar u o.a. de vorderingen van uw kind kunt volgen evenals de contactgegevens van alle docenten en overige personeelsleden. Uw kind kan met een eigen code terecht op het leerlingenweb en/of de elektronische leeromgeving (ELO). Als uw zoon/dochter 18 jaar wordt, kan hij/zij uw recht om schoolgegevens te volgen op het ouderweb, intrekken.
Informatie aan gescheiden ouders Als er sprake is van een scheiding waarbij ouders allebei de zeggenschap over de kinderen houden, hebben beide ouders ook recht op informatie. De school verstrekt de informatie aan de verzorgende ouder en gaat ervan uit dat deze de niet-verzorgende ouder op de hoogte houdt. Als de relatie verstoord is, kan de niet-verzorgende ouder bij de administratie van de schoollocatie kenbaar maken dat hij of zij de informatie ook direct van de school zelf wil ontvangen. Als een ouder geen zeggenschap heeft over het kind en toch informatie wil ontvangen, dan kan dit mits het kind daarmee instemt (WVO, artikel 23b en BW, artikel 1:377c). De school heeft te maken met het ouderschap en niet met het partnerschap van de ouders, en stelt zich daarom in gesprekken met de leerling neutraal op ten aanzien Pagina 34 van 45
van beide ouders.
Contact met ouders Informatie van De Swaef Alle locaties communiceren ook afzonderlijk met de ouders van leerlingen. Zij hebben daarvoor de onderstaande middelen tot hun beschikking (zie de jaaragenda voor de exacte data).
Open dagen (of avonden) en voorlichtingsbijeenkomsten Deze zijn bedoeld voor aankomende brugklassers en hun ouders. Ook aankomende leerlingen voor het derde leerjaar van Beroepencollege De Swaef zijn daar welkom.
Ouderavonden en spreekavonden Ouders worden regelmatig uitgenodigd voor ouderavonden, specifieke voorlichtingsbijeenkomsten en voor spreekavonden waarop de schoolresultaten van hun kinderen aan de orde komen. De locaties versturen daarvoor uitnodigingen. Als u tussentijds informatie wilt over het functioneren van uw kind, kunt u natuurlijk altijd contact opnemen met de mentor.
Verslaglegging van de vorderingen Leerlingen krijgen een aantal keren per jaar een rapport mee naar huis. Daarnaast kunnen ouders en leerlingen zich ook via het ouder- of leerlingenweb op de hoogte stellen van recent behaalde cijfers.
Nieuwsbrief Elke locatie publiceert meerdere keren per jaar een digitale nieuwsbrief met Wartburgbrede èn locatiespecifieke informatie. Klik hier om de nieuwsbrieven van onze locatie te bekijken.
Schoolkrant Op elke locatie verzorgen personeelsleden en leerlingen gezamenlijk enkele malen per jaar de uitgave van de schoolkrant. Leerlingen worden gestimuleerd om bijdragen te leveren.
Onderwijsresultaten Aandacht voor meetbare en ‘merkbare’ kwaliteit Wij vinden dat kwaliteit niet alleen betekent ‘het voldoen aan wettelijke eisen’ of ‘voldoende leerlingen met een diploma in de daarvoor bestemde tijd’, maar vooral ‘het gefundeerd zijn van het onderwijs op de missie en de visie van de school’. Dan gaat het om de identiteit van het onderwijs en zaken als een goede sfeer op school, tevredenheid van ouders en leerlingen en het antwoord op de vraag hoe leerlingen terugkijken op hun schoolperiode. Kwaliteit is dus meetbaar en merkbaar. Pagina 35 van 45
Onderwijsinspectie Op het Wartburg College wordt gewerkt met een kwaliteitssysteem, waarbij o.a. door enquêtes, gesprekken, visitaties en audits, systematisch de kwaliteit wordt gevolgd. Uitkomsten worden gebruikt om verbeteracties in te zetten. De onderwijsinspectie controleert namens de overheid de kwaliteit van het onderwijs. De inspectie legt dat vast in rapporten en kwaliteitskaarten. U treft deze aan op www.onderwijsinspectie.nl. De locaties van het Wartburg College scoren daar in het algemeen beter dan gemiddeld op de onderdelen leerlingzorg, sfeer op school, begeleiding van leerlingen en onderwijstijd. Bekijk hier de opbrengstenkaart van onze locatie. Bekijk hier hoe de in-, door-, en uitstroom van leerlingen op het Wartburg College is verlopen in schooljaar 2013/2014. De onderwijsinspectie hanteert zogenaamde Hinkelpaden om dit in kaart te brengen. Hierbij zijn de landelijke gegevens ook opgenomen.
Vensters voor Verantwoording De school neemt deel aan Vensters voor Verantwoording. Op basis van 20 indicatoren leggen we verantwoording af van de kwaliteit van het onderwijs op onze locaties. Deze verantwoording en de vergelijking met alle scholen in ons land is te vinden op de website www.scholenopdekaart.nl. Bekijk hier de resultaten van onze locatie. Het slagingspercentage van 2015 van alle locaties staat in onderstaande tabel. De namen van de geslaagde leerlingen worden gepubliceerd.
*De landelijke gegevens zijn momenteel niet bekend en worden later toegevoegd. De gegevens uit Vensters voor Verantwoording worden samen met andere gegevens gebruikt bij de verantwoordingsgesprekken die de directeuren van de locaties driemaal per jaar met het College van Bestuur voeren. Daarnaast leggen de adjunct-directeuren verantwoording af aan hun directeur en het College van Bestuur aan de Raad van Toezicht.
Lestijden Pagina 36 van 45
Dagindeling 1e uur 08.30 tot 09.25 2e uur 09.25 tot 10.10 pauze 10.10 tot 10.25 3e uur 10.25 tot 11.15 4e uur 11.15 tot 12.00 pauze 12.00 tot 12.30 5e uur 12.30 tot 13.25 6e uur 13.25 tot 14.15 7e uur 14.15 tot 15.05 8e uur 15.05 tot 15.50
Afspraken Huisregels Beroepencollege Op school werken en leren we samen: leerlingen, leerkrachten en ouders/opvoeders. We zoeken het beste voor én met elkaar. Daarvoor hebben we een aantal huisregels. De huisregels die we hebben, zijn er niet veel wat ons betreft. We vinden ze wel heel belangrijk.
Algemene huisregels – Wat verwachten we van elkaar? We spreken respectvol met én over elkaar. We gaan op een nette manier om met materialen en met onze omgeving. We komen onze afspraken na. Als dit niet lukt, dan communiceren we daarover. We zijn op tijd in de les. We verwachten iedereen in nette, gepaste kleding op school.
Wat verwachten we van leerlingen? Iedere dag heb je al je schoolspullen bij je, samen met een Bijbel in de Statenvertaling, met de Psalmen in de berijming van 1773. Je kluisje gebruik je voor het opbergen van je jas en andere spullen die je tijdens de les niet nodig hebt. Telefoon en audiovisuele middelen mag je alleen gebruiken in de aula, leerlingenhal en op het plein, mits dit zonder overlast gebeurt. Oordopjes en koptelefoons zijn niet toegestaan. Tijdens schooltijd ben je in de school of op het schoolterrein. Tijdens lestijd is het rustig op de gangen en wordt er alleen over de gang gelopen in opdracht van de leerkracht. Eten en drinken mag alleen tijdens de pauzes. Rommel die je maakt, ruim je op.
Wat willen we niet in onze school? Het niet luisteren en niet doen van wat personeel van je vraagt. Roddelen, vloeken, ruw/kwetsend taalgebruik, racistische uitlatingen en (seksuele) intimidatie. Pesten. Pagina 37 van 45
Wapens en/of genotmiddelen, zoals rookwaren, drugs, alcohol, energiedrankjes. Camouflagekleding, broeken bij meisjes, caps en petten, piercings (uitgezonderd oorbellen bij meisjes).
Wat verwachten we van het personeel? Ons gedrag is in overeenstemming is met Gods Woord. We zijn dan ook identificatiefiguur voor onze leerlingen. We behandelen leerlingen eerlijk, gelijk en we hebben het goede voor de leerlingen op het oog. Afgesproken regels passen we consequent toe. We hebben oog voor de specifieke problematieken van de leerlingen (thuissituatie, gedragsstoornis, ziekte e.d.). We spreken elkaar aan op de uitvoering van het beleid.
Als het goed gaat… Als iedereen zich houdt aan deze regels, hebben we een goede tijd met elkaar op school. We doen kennis op, leren vaardigheden voor een beroep en leren hoe je op een goede manier omgaat met elkaar. Zodoende heb je aan het eind een diploma in handen en ben je klaar om de maatschappij in te gaan.
Als het niet goed gaat… Het kan ook gebeuren dat er dingen soms niet goed gaan. Dan gaan we met elkaar in gesprek. Iedereen maakt fouten. Door samen te werken, leren we daar als het goed is van. Je praat hierover met je mentor en/of de teamondersteuner. Als het nodig is, gebruiken we ook maatregelen. Zo zal je bijvoorbeeld moeten nakomen als je ongeoorloofd te laat komt of lessen verzuimt. Als je precies wilt weten, hoe dit werkt, kijk dan bij het kopje verzuimprotocol.
Afspraken Leerlingenstatuut In het leerlingenstatuut van het Wartburg College zijn regels vastgelegd over toelating, privacybescherming, goede gang van zaken, schade, disciplinaire maatregelen, huiswerk, toetsing, kwaliteit van het onderwijs, buitenschoolse activiteiten en geschillen. In een preambule staan enkele opmerkingen over de relatie van het leerlingenstatuut tot de identiteit van de school. Op elke locatie ligt een exemplaar ter inzage voor de leerlingen. Het statuut is ook hier te downloaden.
Zo zijn onze manieren Elke locatie heeft ook een aantal aanvullende regels toegespitst op de situatie op de locatie. Deze worden aan het begin van het schooljaar kenbaar gemaakt en ook geplaatst op het ouder- en leerlingweb of It’s Learning. Daarnaast zijn de regels van onze locatie ook hier te bekijken. In de gevallen waarin de reglementen niet voorzien, beslist de locatiedirectie of het College van Bestuur. Hieronder geven we een samenvatting en toelichting op een aantal onderdelen van het leerlingenstatuut.
Bijbel Van leerlingen verwachten wij dat zij in het bezit zijn van een Bijbel in de Statenvertaling, met de Psalmen in de berijming van 1773. De Bijbel wordt niet alleen tijdens de godsdienstlessen en andere lessen gebruikt, maar ook bij de dagopeningen. Leerlingen moeten de Bijbel elke dag bij zich hebben. Pagina 38 van 45
Kledingvoorschriften Wij verwachten van de leerlingen dat zij in nette, gepaste kleding op school verschijnen. Voor de meisjes is het niet toegestaan een broek of broekrok te dragen. Voor jongens zijn shorts, sportbroeken en caps of petten verboden. Voor de lessen lichamelijke opvoeding en voor bepaalde activiteiten buiten de school gelden kledingregels die passen bij deze activiteiten.
Beschikbaarheid Van leerlingen wordt verwacht dat ze op alle schooldagen van het eerste tot en met het achtste lesuur en soms tot het negende (Guido de Brès), voor school beschikbaar zijn. Naast het volgen van de lessen valt hierbij o.a. te denken aan excursies, huiswerkuren en sancties. Excursies kunnen ook buiten bovengenoemde tijden plaatsvinden. In bijzondere gevallen moeten de leerlingen op niet-reguliere schooldagen beschikbaar zijn voor school. Dit geldt bijvoorbeeld voor leerlingen die spijbelen of veelvuldig te laat in de les komen.
Verzuim Ouders of verzorgers geven ziekteverzuim van een leerling zo snel mogelijk door aan de administratie van de betreffende locatie. Voor afwezigheid om andere redenen moet u vooraf toestemming vragen bij de adjunct-directeur. Wij vragen u vriendelijk om afspraken met huisartsen, tandartsen, fysiotherapeuten e.d. zoveel mogelijk buiten schooltijd te plannen.
Verzuimbeleid ‘luxe’ verzuim Met nadruk wijzen wij erop dat in navolging van de richtlijnen van het Ministerie van Onderwijs geen vrij gegeven wordt in verband met bijvoorbeeld: eerder vertrek naar een vakantieadres om files voor te zijn; goedkopere vakantie buiten het seizoen; verlenging van weekeindevakanties; bezoek van beurzen of braderieën; lange jeugdweekenden, etc.
Verlof aanvragen Slechts in twee gevallen mag extra vrij gegeven worden. Ten eerste bij een bijzonder geval ter beoordeling van de directie, zoals bijvoorbeeld: het voldoen aan een wettelijke verplichting of het nakomen van een medische afspraak voor zover dat niet buiten schooltijd kan; een huwelijk van familie t/m de 3e graad van het kind; een 12½, 25-, 40-, 50- en 60-jarig huwelijksjubileum van ouders of grootouder; een 25-, 40 of 50-jarig ambtsjubileum van ouders of grootouders; gezinsuitbreiding; verhuizing; ernstige ziekte van ouders, grootouders, broers of zusters; overlijden en begrafenis; religieuze feestdag. Ten tweede wanneer door de specifieke aard van het beroep van één van de ouders, het gezin niet tenminste twee weken tijdens de zomervakantie met vakantie kan. In die situatie mag eenmaal per jaar voor ten hoogste tien dagen Pagina 39 van 45
worden vrij gegeven. Deze dagen mogen echter niet in de eerste twee weken van een schooljaar verleend worden. Bovendien dient een aanvraag in dit kader minstens acht weken van tevoren ingediend te zijn. De leerplichtambtenaar van de woonplaats wordt bij luxe verzuim ingeschakeld. Verlof aanvragen voor bovenstaande situaties dient schriftelijk te gebeuren via het aanvraagformulier.
Huiswerk Huiswerk wordt opgegeven waarbij leerlingen dat moeten noteren. In ieder geval is het ook te vinden op het leerlingweb. Als leerlingen hun huiswerk niet hebben kunnen maken of leren, moeten ouder(s) of verzorger(s) dit schriftelijk, met datum, handtekening en reden melden. Zonder zo’n briefje van de ouders zal de docent de leerling nalatigheid verwijten. Als er sprake is van een gevoelige reden, dan kunt u ook telefonisch contact opnemen met de mentor of de adjunct-directeur.
Te laat komen Leerlingen die te laat komen, melden zich voor een ‘telaatbriefje’ bij de functionaris die daarvoor op de locatie is aangewezen en gaan daarna zo snel mogelijk naar hun klas. Op elke locatie is een procedure voor afhandeling vastgesteld.
Spijbelaars Een gemiste les is een gemiste kans: jongeren die spijbelen of vaak te laat komen, lopen een groter risico het onderwijs zonder diploma te verlaten. En jongeren zonder diploma hebben minder kans op een baan. Onderzoek heeft aangetoond dat zij ook een groter risico lopen om in de criminaliteit terecht te komen: veel criminele jongeren waren vroeger spijbelaars. Daarom wordt spijbelen en te laat komen steeds harder en vooral vroeger aangepakt. Uiteraard zullen de ouder(s) of verzorger(s) tijdig geïnformeerd worden over het te-laat-kom-gedrag en/of spijbelgedrag. In eerste instantie zal de school zelf straf geven. In de praktijk zal dat betekenen dat strafuren zullen worden opgelegd. Bij hardnekkig te laat komen en/of spijbelen zal de leerplichtambtenaar worden geïnformeerd. De ouder(s)/verzorger(s) zullen hierover worden geïnformeerd.
Hoe werkt Halt? Leerplicht stuurt de verzuimgegevens van de jongere door naar Halt en Halt roept de jongere en zijn/haar ouder(s)/verzorger(s) snel op voor een gesprek. De jongere en de ouder(s)/ verzorger(s) krijgen de kans uit te leggen wat er is gebeurd. De Halt-medewerker vertelt vervolgens wat de jongere kan doen om zijn/haar fout te herstellen. Dat kan zijn: een aantal uren werken, een voorlichting volgen en/of meedoen aan een leeractiviteit. Hoeveel uren de jongere gaat werken, hangt af van hoe vaak en hoeveel uur hij/zij heeft gespijbeld of te laat is gekomen en van zijn/haar leeftijd. Het werken kan maximaal veertien uur duren. Het werken gebeurt in de vrije tijd, dus na schooltijd, in het weekend of in de vakantie. Soms geven jongeren die spijbelen of vaak te laat komen aan dat er meer aan de hand is: er zijn misschien problemen op school of thuis waarbij de jongere of de ouder(s)/verzorger(s) geholpen kunnen worden. Halt kan jongeren en ouder(s)/verzorger(s) in contact brengen met organisaties die helpen bij het oplossen van deze problemen. Als de jongere zich goed aan de gemaakte afspraken heeft gehouden, stuurt Halt een positief bericht naar de afdeling leerplicht van de gemeente. De leerplichtambtenaar ‘seponeert’ dan de zaak zodat er geen strafvervolging door justitie plaatsvindt. Ook de school krijgt van Halt bericht. De Haltprocedure is daarmee afgerond.
Geen les Tijdens een vrij uur blijven leerlingen op het schoolterrein in de daarvoor door de locatiedirectie bestemde ruimtes (de aula, kantine, mediatheek of de studiehoeken) of op het schoolplein. Leerlingen mogen tijdens tussenuren niet door de gangen lopen. Pagina 40 van 45
Verwijdering De school kan een leerling die zich ernstig misdraagt maximaal vijf dagen schorsen. Een schorsing van twee dagen of meer wordt met opgaaf van reden gemeld bij de Onderwijsinspectie. In het uiterste geval kan de school een leerling verwijderen en op een andere locatie van het Wartburg College of op een andere school laten plaatsen. De precieze procedure hiervoor vindt u terug in het leerlingenstatuut. Dit is op te vragen bij de locatieadministratie. Onder “ernstige misdragingen” wordt in ieder geval verstaan wat wordt beschreven onder diefstal, vernielingen, drugs, alcohol, vuurwerk en wapens. Verder moet gedacht worden aan kwetsend en/of bedreigend gedrag richting medeleerlingen of personeelsleden.
Wat leerlingen niet bij zich mogen hebben Boeken, (tijd)schriften, kranten e.d. die in strijd zijn met onze identiteit mogen niet in de school of op het schoolplein worden gezien. Mobiele telefoons en aanverwante audiovisuele middelen, zoals MP3-spelers, iPods, DVD-spelers, smartphones, smartwatches en PDA’s dienen in de gehele school uitgeschakeld en onzichtbaar te zijn. Met de mobiele telefoon mag buiten het schoolgebouw gebeld of ge-sms’t worden, maar de overige audiovisuele apparaten en functies zijn ook daar verboden. Bij overtreding van deze regel volgt een tijdelijke inbeslagname. Bij de eerste overtreding worden mobiele telefoons één week in beslag genomen, bij herhaling kan dat een langere periode zijn, ter beoordeling aan de directeur.
Diefstal of vernielingen Diefstal is uiteraard verboden. Voor kosten ontstaan door diefstal, vernielingen of beschadigingen door leerlingen zijn de ouder(s) of verzorger(s) aansprakelijk. Als de directie het noodzakelijk vindt, kan zij in zo’n geval de politie inschakelen.
Drugs en alcohol Het bezit, gebruik, onder invloed zijn, aanbieden of verhandelen van (soft)drugs, alcoholhoudende producten en energiedrankjes in de schoolsituatie is niet toegestaan. Onder ‘schoolsituatie’ verstaan we de schooldag, de directe schoolomgeving en elke schoolactiviteit (dus ook excursies, schoolavonden e.d.). Bij overtreding van deze regel kan een leerling van de locatie of zelfs van het Wartburg College worden verwijderd. Er volgt vrijwel altijd een schorsing. Als ouders weten dat hun kind buiten school betrokken is bij het gebruik van (soft) drugs, wordt hun dringend verzocht de school te informeren over de maatregelen die zij hebben genomen om herhaling te voorkomen.
Vuurwerk en wapens Elke vorm van wapen- of vuurwerkbezit is verboden. Bij overtreding van deze regel neemt de school het voorwerp in beslag, neemt contact op met de ouder(s) of verzorger(s) van de betreffende leerling en, als de directie dat nodig vindt, met de politie. Overtreders kunnen definitief van school worden verwijderd.
Ongeoorloofde voorwerpen Wanneer er sprake is van een gegronde verdenking van het in bezit hebben van ongeoorloofde voorwerpen, kan de directie besluiten om onderzoek te doen in de schoolkluis, tas of jas van de leerling.
Foto- en filmmateriaal en het gebruik van de computer Ook op het Wartburg College maken we regelmatig foto’s en films, bijvoorbeeld voor schooluitgaven, werkstukken, het internet of presentaties. Dit materiaal is uitsluitend bedoeld voor aan het onderwijs gerelateerde doelen en niet om een medemens in zijn privacy aan te tasten. Het gebruik van de computer, internet en e-mail is alleen toegestaan voor onderwijskundige doeleinden. Pagina 41 van 45
Afspraken Verzekering en aansprakelijkheid De school probeert door het stellen van gedragsregels en het houden van toezicht beschadiging of vermissing van eigendommen zo veel mogelijk te voorkomen. Niettemin heeft de school een ongevallen- en een aansprakelijkheidsverzekering afgesloten.
Ongevallenverzekering Op grond van de ongevallenverzekering zijn alle betrokkenen bij schoolactiviteiten (leerlingen, personeel, vrijwilligers) verzekerd. De verzekering geeft recht op een beperkte uitkering als een ongeval tot blijvende invaliditeit leidt. Ook zijn geneeskundige en tandheelkundige kosten gedeeltelijk meeverzekerd, voor zover de eigen verzekering van betrokkene geen dekking biedt, bijvoorbeeld door eigen risico. Materiële schade, zoals een kapotte bril of fiets, valt niet onder de dekking.
Aansprakelijkheidsverzekering De aansprakelijkheidsverzekering biedt zowel de school zelf als zij die voor de school actief zijn (personeel, vrijwilligers) dekking tegen schadeclaims als gevolg van onrechtmatig handelen. De school is niet zonder meer aansprakelijk voor alles wat tijdens de schooluren en buitenschoolse activiteiten gebeurt. Dit is alleen zo als er sprake is van een verwijtbare fout, als een of meerdere vertegenwoordigers van de school tekort zijn geschoten in hun rechtsplicht. Het is dus mogelijk dat er schade wordt geleden, zonder dat er sprake is van enige onrechtmatigheid van de kant van de school. Een voorbeeld daarvan is schade aan een bril tijdens de gymnastiekles; die schade valt niet onder de aansprakelijkheidsverzekering en wordt dan ook niet door de school vergoed. De school is ook niet aansprakelijk voor schade voortvloeiend uit door leerlingen aan elkaar toegebracht letsel of voor vermissing of beschadiging van persoonlijke eigendommen van leerlingen, ouder(s) of verzorger(s).
Eigendommenverzekering Ouders kunnen voor hun kind eventueel een eigendommenverzekering afsluiten. Schade aan kleding of andere eigendommen van de leerling is hierdoor gedekt. Voor het afsluiten van deze verzekering gaat u naar www.leerlingenverzekering.nl of belt u met de helpdesk van de Raetsheren van Orden B.V.: telefoon (072) 71 13 400.
Afspraken Schoolveiligheidsplan Het Wartburg College vindt de veiligheid in en rondom de school belangrijk. Daarom is er een schoolveiligheidsplan opgesteld. In het schoolveiligheidsplan worden zaken beschreven zoals omgang en gedrag van leerlingen en medewerkers, maatregelen bij incidenten en delicten en de veiligheid in en om onze schoolgebouwen. Het schoolveiligheidsplan ligt ter inzage op iedere locatie.
Studiekosten Gratis schoolboeken Pagina 42 van 45
De leerlingen ontvangen direct na de zomervakantie op school hun boekenpakket. De benodigde boeken worden door de school gratis aan de leerlingen beschikbaar gesteld. Bij ontvangst van het boekenpakket dienen de leerlingen te controleren of het pakket compleet is en in goede staat verkeert.
Spreekuur Binnen twee weken na de zomervakantie wordt een ‘spreekuur’ georganiseerd op een vooraf bekend gemaakt tijdstip. Leerlingen kunnen tijdens dit ‘spreekuur’ terecht voor vragen over hun boeken, bijvoorbeeld als een boek ontbreekt, als een verkeerd boek is ontvangen, als er schade is aan een boek of als een leerling van pakket gaat wisselen. Na dit ‘spreekuur’ kunnen de leerlingen terecht bij de boekenfondscoördinator, maar komen de kosten als gevolg van incompleetheid en beschadigingen voor rekening van de ouder(s) of verzorger(s).
Zorgvuldigheid Gedurende het schooljaar is de leerling verplicht om zorgvuldig met de boeken om te gaan, door: a. de boeken te kaften en te onderhouden; b. de boeken te vervoeren in een stevige tas; c. de boeken niet met stift, pen of potlood van enige opmerking te voorzien; d. de boeken te gebruiken in overeenstemming met hun bestemming. Alle boeken (tekst- èn werkboeken) zijn en blijven tijdens het schooljaar eigendom van de school. De school geeft de boeken in bruikleen aan de leerlingen. Alle boeken (met uitzondering van de werkboeken, tenzij anders aangegeven) moeten op een vooraf bekend gemaakt tijdstip weer ingeleverd worden op school. In principe zal dit aan het einde van het schooljaar zijn, tenzij de boeken in verband met bijvoorbeeld (niveau) wisselingen eerder op school ingeleverd moeten worden.
Inlevervoorwaarden De boeken moeten bij inlevering in ieder geval aan de volgende voorwaarden voldoen: a. de boeken moeten in complete staat verkeren, inclusief eventuele bijlagen zoals woordenlijsten en cd-roms; b. de boeken moeten in goede staat verkeren. Hieronder wordt onder andere verstaan: dat de bladzijden van de boeken nog goed gelijmd of gebonden zijn (geen losse bladzijden); dat de boeken niet beschreven zijn; dat er in de bladzijden van de boeken niet geknipt is en dat er zich geen stickers in de boeken bevinden. Een boete wordt opgelegd als het boek bij inname ontbreekt of dusdanige schade heeft dat het als verloren moet worden beschouwd. Lees hierover meer in het boetereglement.
Studiekosten Schoolkosten De toegang tot en deelname aan het reguliere, bekostigde onderwijs en de examens is in het voortgezet onderwijs gratis. De ouders dienen zich echter te realiseren dat de keuze voor een bepaalde opleiding gepaard kan gaan met extra kosten voor de ouders. Voor sommige lesmaterialen zoals een atlas, een rekenmachine of gereedschap ontvangt de school geen financiële bijdrage van de overheid. De gedachte hierachter is dat het gaat om lesmateriaal dat langer dan een jaar meegaat, door meer gezinsleden kan worden gebruikt en (door het zelf aan te schaffen) het eigendom wordt van de leerling. Ook voor extra activiteiten, zoals excursies en werkweken, krijgt de school geen geld Pagina 43 van 45
van het ministerie.
De schoolkosten zijn onderverdeeld in de volgende categorieën: a. Lesmateriaal dat door de ouders zelf moet worden aangeschaft Deze materialen zijn onmisbaar om de opleiding met succes te volgen. De ouder(s) of verzorger(s) schaffen deze materialen zelf aan.
b. Vrijwillige ouderbijdrage Hieronder vallen alle geldelijke bijdragen van de ouders. Het niet betalen van de vrijwillige ouderbijdrage kan betekenen dat wij in de toekomst niet meer in staat zijn deze extra activiteiten te organiseren of deze voorzieningen aan te bieden. In het geval dat een overeenkomst voor de inning van de gevraagde bijdragen wordt ondertekend, zijn de ouders na ondertekening verplicht de ouderbijdrage te betalen. Het niet ondertekenen van de overeenkomst kan betekenen dat de leerling is uitgesloten van de bewuste activiteit/dienst. Jaarlijks ontvangen de ouders(s)/verzorger(s) een brief met een limitatieve opsomming van de schoolkosten per klas, onderverdeeld in de hierboven genoemde categorieën. Voor al deze schoolkosten is instemming verkregen van de oudergeleding in de medezeggenschapsraad. Hieronder zijn de brieven over de schoolkosten en het boekenpakket van locatie Marnix en praktijkonderwijs toegevoegd evenals informatie over de betalingsmogelijkheden. Brief ouders ouderbijdrage 2015-2016 De Swaef Doorlopende machtiging Overeenkomst ouderbijdrage Het Wartburg College onderschrijft de gedragscode schoolkosten voortgezet onderwijs. De code is opgesteld door de ouderorganisaties NKO, OUDERS & COO en LOBO, de organisaties voor bestuur en management VOS/ABB, VBS, Verus, Bond KBVO, VGS en LVGS, alsmede de VO-raad. De code vraagt van elk van deze partijen in de school een inspanningsbijdrage om het achterliggende doel van de code te realiseren, namelijk transparantie en beheersing van de kosten voor ouders.
Reiskosten Ouders zijn zelf verantwoordelijk voor de aanschaf van een abonnement voor het openbaar vervoer voor hun zoon/dochter. Voor informatie hierover kunt u terecht bij de locatieadministratie.
Studiekosten Stichting Materiële Steun Door de Stichting Materiële Steun Reformatorisch Voortgezet Onderwijs worden zaken bekostigd die te maken hebben met de identiteit en met het bevorderen van de kwaliteit van het reformatorisch voortgezet onderwijs in de regio Rotterdam/Dordrecht. Het zijn zaken waarvoor het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen geen of onvoldoende middelen beschikbaar stelt.
Structureel verleent deze stichting materiële steun aan (de ouders van leerlingen op) het Wartburg College voor zaken zoals: Pagina 44 van 45
het in standhouden van een reisfonds waaruit onder bepaalde voorwaarden een bijdrage in de reiskosten van de leerlingen wordt verstrekt wanneer door de bewuste keuze voor het reformatorisch onderwijs sprake is van een lange reisafstand. Ouders die hiervoor in aanmerking denken te komen, kunnen het aanvraagformulier downloaden en met bewijsstukken inleveren bij de locatieadministratie; uitreiking van een Bijbel of (dag)boek aan examenleerlingen; handreiking bij de Bijbelroosters; cursus godsdienstige en pedagogische vorming voor docenten; scholingskosten eerste bevoegdheid in verband met het identiteitsaspect in de benoemingscriteria. Eenmaal per jaar worden de ouder(s) en verzorger(s) door deze stichting benaderd om een gift over te maken. Als richtbedrag vraagt deze stichting € 40 voor het eerste kind en € 20 voor het tweede kind uit hetzelfde gezin dat als leerling op één van de locaties van het Wartburg College is ingeschreven.
Studiekosten Tegemoetkoming ouders Ouders kunnen voor leerlingen tot 18 jaar die een opleiding in het vavo (voortgezet algemeen volwassenenonderwijs) volgen, een tegemoetkoming ouders aanvragen bij DUO. Daarnaast kunnen deze ouders in aanmerking komen voor het kindgebonden budget van de Belastingdienst. Leerlingen van 18 jaar of ouder die een opleiding volgen in het voortgezet onderwijs of in het volwassenenonderwijs, kunnen een tegemoetkoming scholieren aanvragen. Voor de voorwaarden en het aanvragen van deze tegemoetkomingen verwijzen wij u naar de website www.ib-groep.nl.
Pagina 45 van 45