het Tijdschrift voor de Politie – jg.75/nr.4/13
11
Interview Richard Korver
“Het gezag dat je wilt uitstralen, moet je ook verdienen” Peter Holla is plaatsvervangend politiechef en hoofd operatiën bij de Eenheid Noord-Holland, alsmede redacteur van dit Tijdschrift. Joke Overeem is Programmamanager Geweld Midden-Nederland en redacteur van dit Tijdschrift.
Richard Korver is min of meer een bekende Nederlander sinds hij optrad als advocaat van de slachtoffers in de zaak Roberts M. Uit die Amsterdamse zedenzaak zijn veel lessen te trekken, en niet alleen voor hem zelf. Korver is met name niet mals in zijn oordeel over de politie. “In tegenstelling tot het OM en de burgemeester was de politie in de samenwerking met de advocatuur de grote afwezige.”
W
at zijn wat u betreft de drie belangrijkste lessen uit de zaak Roberts M.?
Korver denkt na. “Ik vind dat een lastige vraag. Mijn tegenvraag zou zijn: voor wie? Voor de overheid? Voor mijn cliënten? Voor mijzelf?”
Wij denken natuurlijk het eerst aan de politie. “De politie heeft in deze zaak heel veel capaciteit op hele korte termijn ingezet. Dat is goed en verdient een compliment, maar met name in de communicatie is het soms toch ook wel eens misgegaan. Neem als voorbeeld dat politiemensen in algemene zin het woord penetreren gebruiken tegenover ouders. Maar die denken aan hun eigen kinderen en zijn natuurlijk totaal van de kaart als ze met zo’n term worden geconfronteerd, los van wat er daadwerkelijk is gebeurd. Omgekeerd zijn politiemensen soms ook bang om precies te formuleren wat er heeft plaatsgevonden. Dat leidt alleen maar tot misverstanden. Benoem het exact.” “De communicatie van de politie met de advocatuur kan ik daarnaast in het algemeen alleen maar typeren als voor verbetering vatbaar. Dat zag je ook in deze zaak, waarbij agenten zich een totaal eigen mening hadden gevormd over hoe en waarom ik mijn werk voor de slachtoffers verrichtte. En zich daarover ook uitspraken tegenover ouders, in de trant van: ‘Luister niet naar die Korver, die gek, je krijgt toch geen spreekrecht.’ Nou, dat hebben we gezien aan het einde van de rit.”
Komt dat doordat de politie u automatisch ziet als de advocaat van de verdachte? “Nee, de politiemedewerkers denken dat zij wel weten hoe het juridisch zit, want dat hebben ze van het OM gehoord.
Richard Korver is sinds 2000 advocaat en medeoprichter van Korver & Van Essen advocaten. In zijn werk heeft hij zich toegelegd op het voeren van procedures en onderhandelingen waarbij er raakvlakken zijn tussen strafrecht en civiel recht. Ook verzorgt Korver trainingen in communicatievaardigheden voor (juridische ) professionals. Korver is onder andere mede-oprichter en voorzitter van het Landelijke Advocaten Netwerk Zeden Slachtoffers (LANZS). Hij schreef het boek Recht van spreken, waarin hij aan de hand van praktijkvoorbeelden pleit voor een versterking van de rol van slachtoffers in het Nederlandse strafproces.
TvdP_4_DEF2.indd 11
15-05-2013 16:03:05
12
Interview Richard Korver
Zoek niet alleen contact met de slachtoffers, maar ook met de advocatuur
En de advocaat heeft het in hun denkraam dan niet goed begrepen. Of politiemensen hebben direct een negatief oordeel over het feit dat ik in de pers verschijn. Niemand denkt aan de ouders, die blij zijn dat ik namens hen verwoord wat zij voelen, meemaken en denken. Op zeker moment ben ik dan wel uitgenodigd bij een bijeenkomst voor familierechercheurs om uitleg te geven. En dat was ook hoognodig.” “Het is niet leuk om te horen, denk ik, maar in tegenstelling tot OM en burgemeester was de politie in de samenwerking met de advocatuur de grote afwezige. Opvallend was het ontbreken van een piketregeling bij de zedenpolitie Amsterdam. Ik heb hierover ook met OM en de politie gesproken, maar door functiewisselingen is het inmiddels helemaal stil geworden.”
Maar gezien die uitnodiging liep het later dus beter? “In het algemeen werkt samenwerking in een vroeg stadium veel beter dan wanneer men mij alleen aan het einde van het hele traject benadert. Dat laatste is dan ook nog eens omdat de rechtszaak gaat starten met een mogelijk ongewenste uitkomst en men wil weten hoe mijn cliënten zouden kunnen reageren. Dat is dan natuurlijk wel curieus. Inmiddels zijn er wel medewerkers bij zeden die de advocatuur weten te vinden, maar dan is er in den lande nog steeds de schroom om te bellen, men is bang om te sturen. Dat snap ik ook wel weer, maar er zijn oplossingen om te voorkomen dat het beeld ontstaat dat een van de partijen wordt bevoordeeld. Dat is echt een les: zoek niet alleen contact met de slachtoffers, maar ook met de advocatuur.”
Wat is het belangrijkste issue voor u als we het hebben over de rol van slachtoffers in de strafrechtpleging? “In ons huidige rechtssysteem wordt het slachtoffer door velen gezien als een noodzakelijk kwaad. Met z’n aangifte kan het OM een zaak starten, verder moet het slachtoffer
TvdP_4_DEF2.indd 12
het Tijdschrift voor de Politie – jg.75/nr.4/13
zich niet met de rechtsgang bemoeien en niet ingewikkeld doen. Maar slachtoffers hebben recht op een ordentelijke afdoening van hun zaak. En juist bij de zaak Roberts M. is dat zo duidelijk geworden. Omdat de Wet versterking positie slachtoffers net daarvoor in werking was getreden, was dit ook een testcase in hoeverre ik die rechten kon oprekken.” “Daarbij zijn ook lessen geleerd. Als we hebben over het spreekrecht van de ouders van de slachtoffers, waar eerst bij zowel rechtbank als het Hof vragen over waren. Maar later gaf het Hof een uitgebreide samenvatting van de verklaringen om het belang ervan te laten zien. Een ander voorbeeld is mijn pleidooi om de namen van de slachtoffers uit de dagvaarding te houden en te anonimiseren door nummers te hanteren. Ook daarvan werd gezegd dat het niet kon. Na tal van discussies en dreigementen werden er dan toch nummers ingevoerd. Wat bleek: het kan, zelfs bij 67 slachtoffers! Ik hoop van harte dat dit nu ook in kleinere zaken kan gaan doorwerken.”
Wat is de volgende mijlpaal voor slachtoffers wat u betreft? “In het algemeen vind ik het pas geslaagd als het slachtoffer een volwaardige procespartij is met dezelfde rechten en plichten als de verdachte. Misschien maakt een politievoorbeeld het goed duidelijk. Ik was de advocaat van de nabestaanden van politievrouw Cevat. Haar familie vond dat de verdachte in deze zaak wist dat Gabrielle agent was en wilde dit laten meewegen als een verzwarende omstandigheid die tot een hogere straf kan leiden. Het OM wilde hierin niet meegaan en dat dus ook niet in de rechtszaal betogen. Maar de familie mocht dat niet vertellen in hun spreekrecht. Dan wordt er recht gesproken over de moord op jouw dochter door een rechter die jouw visie niet eens heeft mee kunnen wegen in zijn oordeel. Dat frustreert enorm bij de familie. Wat was er nu zo erg geweest om de nabestaanden van het slachtoffer in de rechtszaal de kans te geven aan de rechter te vertellen hoe zij naar de zaak kijken?”
Hoe zou de politie aan de verwezenlijking van die visie kunnen bijdragen? “Ik ontving vorige week een berichtje van een recherchechef dat mijn boek (Recht van spreken – red.) hem de ogen had geopend. De politie redeneert te zeer vanuit het perspectief van zaken, stelde hij en hij heeft me uitgenodigd om hem en zijn team te helpen ook op een andere manier te kijken. Dat tekent misschien de bereidheid, maar ik denk dat professionals in het algemeen op die manier geconditioneerd zijn en dat men niet zomaar van die zaakgerichte benadering afkomt. Die gewoontes zijn gegroeid. Lees interviews met officieren van justitie waarin op allerlei manieren wordt aangegeven dat zij er niet voor het slachtoffer zijn, maar voor de samenleving. Dit is een reden temeer om slachtoffers het recht te geven op te komen voor hun eigen standpunt want het OM vertegenwoordigt hen niet, zo blijkt.”
15-05-2013 16:03:05
het Tijdschrift voor de Politie – jg.75/nr.4/13
Nou, een standpunt innemen terwijl er alleen nog maar sprake is van een verdachte... “Wat is daar het probleem van? Als je doorvraagt, gaat het namelijk altijd over hetzelfde, dat men bang is dat de rechter wordt beïnvloed. Dus de beschuldigende bewijsvoering van getrainde officieren aan de ene kant, de verzachtende argumenten van verdachten middels hun ervaren advocaat aan de andere kant, daarvan kan een rechter allemaal abstraheren, daar kijkt hij wel doorheen. Maar als een leek, een slachtoffer, zijn of haar verhaal doet, dan zou de rechter daar plotseling niet tegen opgewassen zijn? Dat argument is ridicuul.”
Wat is er nog aan missiewerk te verrichten? “In de Amstelveense zedenzaak is kinderporno aangetroffen, geproduceerd door Roberts M., waarop slachtoffers zijn geïdentificeerd van wie de politie weet dat ik hun advocaat ben. Maar er vindt geen enkele vorm van communicatie met het slachtoffer, de ouders of mij plaats. Dat is toch raar? Als in de Verenigde Staten dader (producent maar ook bezitter van kinderporno) en slachtoffer van een zaak in een bepaalde staat bekend zijn, gaan de gegevens in een federaal informatiesysteem. Als kinderporno in een andere staat toch weer wordt geüpload, gaat er een alarm af en wordt het slachtoffer via de advocaat uitgenodigd zich te voegen als partij, een victim statement te geven enzovoort. Ook ik ontvang frequent berichten uit de VS met verzoek of mijn cliënten (slachtoffers van Roberts M.) gebruik willen maken van hun recht en zich willen voegen in de rechtszaak.” “Waarom krijgen wij hier deze berichten wel uit Amerika en niet uit ons eigen Nederland? Alsof dit soort materiaal bij de landsgrenzen wordt tegengehouden. Daar liggen nog echt wel taken voor de Nederlandse overheid. Net als dat er inmiddels schadevergoedingen worden toegekend, te betalen door de bezitter. Dat is inmiddels door de rechtbank
TvdP_4_DEF2.indd 13
Interview Richard Korver
13
toegewezen, maar dat zou verder juridisch geregeld moeten worden.”
Wat hebt u zelf van deze zaak geleerd? “Ongelofelijk veel op ontzettend veel terreinen. Alleen al de logistiek en communicatie van zo’n grote zaak met zoveel verschillende cliënten. Hoe borg je de anonimiteit? Hoe voorkom je dat ouders elkaar niet binnen mijn kantoor treffen? Hoe trap ik niet in de valkuil dat ik cliënten op straat vriendelijk toeknik? Niemand wil immers buiten door mij herkend worden!” “De gemeente heeft zich in deze stevig in de zaak gemengd. Hoe verhoudt je je daartoe, hoe ga je om met bestuurders? Ik wilde mee naar een ouderbijeenkomst, met mijn cliënten dus, maar ik werd niet toegelaten. Het was immers alleen voor ouders? Hoe los je dat op? In dit geval heb ik de organisatoren voorgehouden dat ik eventueel hierover een verklaring tegenover de pers wilde afleggen. Dan blijkt het uiteindelijk wel te kunnen. Dat is een van de facetten van het spel en daar heb ik veel van geleerd. Het belangrijkste is dat je als advocaat geen ‘nee’ accepteert als het ‘ja’ moet zijn. En dan komt er de intrinsieke motivatie om in dergelijke gevallen iets tóch voor elkaar te krijgen. Daar wordt je stevig van, je krijgt een dikke huid. Ook van alle kritiek die er was.”
Wat was die kritiek? “Vooral dat ik de positie van het slachtoffer te veel heb benadrukt. Terwijl dat in die zaak toch echt mijn rol was. Bij de advocaat van een verdachte wordt dat verwijt toch ook niet gemaakt?”
Over de rol van de gemeente bent u dus wel tevreden? “Ja, in het algemeen ten aanzien van de acute fase wel. De
15-05-2013 16:03:09
14
Interview Richard Korver
het Tijdschrift voor de Politie – jg.75/nr.4/13
is dat een goede beslissing geweest. Hij is heel praktisch in zijn optreden en hij controleert of de afspraken zijn nagekomen. Daarmee dwong hij respect bij de mensen af. Daarnaast was hij toegankelijk, zowel voor de slachtoffers als voor mij. Dat geeft vertrouwen en houvast. Misschien ook een goede les voor andere burgemeesters: wees pragmatisch, wees duidelijk, maak keuzes en blijf bij die gemaakte keuzes. Niet gaan zwalken!”
Een zaak als Roberts M. eist ongehoord veel energie en alertheid. Hoe hield u het vol? “In deze zaak zijn de meeste cliënten pro deo bijgestaan. Dat betekent dat ik mij niet kon veroorloven om daarvoor nog een blik advocaten open te trekken. Ik ben veel geholpen door studenten die bij mijn kantoor stage lopen. Jonge mensen die onverwachte vragen stellen, dat houdt je bij de les. Dat is inspirerend.” “Ik heb er altijd andere zaken naast gedaan. Het is heel fijn als je er af en toe een arbeidszaak voor de broodnodige afwisseling naast hebt.” “En humor is onmisbaar, óók galgenhumor, óók bij een zaak als deze. Anders hou je het niet vol. Gelukkig hebben we die humor veel op kantoor. En daarnaast is mijn compagnon mijn back up als het mij te veel wordt. Maar dat is weinig nodig geweest omdat in deze zaak de sfeer in de rest van de groep zo goed was Tot slot kunt u zich voorstellen dat ik na een zitting wel eens twee uur lang in mijn auto rondreed met keiharde muziek aan om het een en ander uit mijn systeem te krijgen.”
De materie moet ongelooflijk belastend zijn belangrijkste les is, denk ik, dat de gemeente niet alleen toezicht houdt op peuterspeelzalen, maar ook moeten handhaven. En het blijft curieus dat je een dagverblijf kunt bezitten zonder enige deskundigheid. Daar zou de gemeente meer in kunnen betekenen.”
En de burgemeester? “Van der Laan heeft vanaf het begin gezegd dat hij de belangen van de kinderen voorop zou stellen, ook als het opsporingsbelang daarvoor zou moeten wijken. Volgens mij
Men is bang dat de rechter wordt beïnvloed. Door het slachtoffer? Een leek?
TvdP_4_DEF2.indd 14
“Je moet stevig in je schoenen staan. Ik wil niet te veel zeuren, maar de familierechercheurs van de politie kregen maximaal twee tot drie gezinnen onder hun hoede. De rechters kregen psychologische hulp. De parketpolitie kreeg psychologische hulp. Ik heb de intake gedaan van 150 gezinnen en ben uiteindelijk voor 52 kinderen deze procedure gaan doen. Denk maar niet dat er ooit iemand naar mijn kantoor is gekomen om te vragen: ‘Meneer Korver, kunnen wij iets voor u doen?’ De overheid zorgt goed voor haar eigen mensen, maar heeft geen idee wat er aan deze kant gebeurt.” “Goed voorbeeld is het spreekrecht tijdens de zitting. Uiteraard was dat regelmatig heftig emotionerend voor de ouders. Dan zei de rechter naderhand: ‘Meneer Korver loopt even met u mee.’ En dan ondersteunde ik hen, en de rechtbank trok zich ook even terug om de emoties te laten zakken. Dan kwam het volgende ouderpaar de rechtszaal binnen en kon ik ook weer naar binnen. De enige die geen pauze had, was ik.” “Achteraf heb ik er wel wat van gezegd en toen realiseerde men zich dat ook wel. Het was natuurlijk ook nieuw. In het hoger beroep heb ik een aantal verklaringen zelf voorgedragen. Dat weet je dan van tevoren. Maar het hakt er altijd meer in dan je hebt ingeschat. Dat gold overigens ook voor de advocaat-generaal. En dan zie je dat het toch een heel
15-05-2013 16:03:13
het Tijdschrift voor de Politie – jg.75/nr.4/13
De overheid zorgt goed voor haar eigen mensen, maar heeft geen idee wat er aan mijn kant gebeurt bijzonder proces is en, vind ik zelf, dat het een heel waardig verlopen procedure is geweest.”
Dat is wel belangrijk? “Daar hoor je verder niets over, misschien dat dat ook iets zegt.”
Maar voor uzelf, dat het niet voor niets is geweest en het een goed gevoel geeft dat u de energie in de goede dingen hebt gestoken? “Het is wel grappig dat u dit zegt. Het is nu een paar keer gebeurd dat ik over straat naar mijn auto loop en dan komt er een onbekende langs die zegt: ‘U doet goed werk’. Over die vraag heb ik als advocaat nooit nagedacht. Ik wil mijn werk goed doen, maar of ik goed werk doe? Oké, nu heb ik slachtoffers bijgestaan, dus doe ik goed werk. Maar doe ik dat dan niet als ik morgen een mensenhandelaar als verdachte bijsta? Of een bankovervaller? Het gekke is wel dat als je dit een paar keer overkomt, je er toch over na gaat denken.”
En, vindt u dat u nog een verdachte mensenhandelaar zou kunnen verdedigen? “Er zijn collega-advocaten die zeggen: ‘Er is geen verdachte meer die jou als advocaat wil.’ Ik ben daar niet van overtuigd. Er komen ook nog steeds nieuwe cliënten die vervolgd worden en mijn bijstand wensen. Toch weet je natuurlijk nooit zeker of mensen je wel of niet bellen omdat je je zo geprofileerd hebt.”
Interview Richard Korver
15
Toch kan ik mij voorstellen dat je als advocaat kiest om juist slachtoffers of verdachten bij te staan? “Ja, dat klopt. Veel collega’s hebben die keuze wel gemaakt, ik doe dat liever niet, omdat ik denk dat je als advocaat juist beide kanten van de medaille moet kunnen bepleiten. Dat maakt je beter als advocaat.”
Hoe ziet u de ontwikkelingen bij de politie? “Ik sta er wat verder van af, maar ik kan mij voorstellen dat de Nationale politie op een aantal fronten simpele efficiency biedt. Hoe dat uiteindelijk gaat uitpakken zullen we op z’n vroegst pas over een paar jaar zien. Voor de burgerij is het nog weinig zichtbaar. Misschien is dat ook goed. Ik maak wel eens de vergelijking dat de politie in Nederland los zand is en vanuit verschillende kleine zandbakjes nu in een grote zandbak terecht is gekomen.”
U ben niet al te positief. “De politie straalt weinig gezag uit. Dat vind ik ernstig, zeker waar het gaat om de geüniformeerde politiemensen die een handhavende en toezichthoudende taak vervullen. Als er een vechtpartij hier op de gracht is vanwege een verkeeropstopping en ik zie de uniformen al na drie meter amechtig hijgend voorbijrennen, dan snap ik dat niet. Je mag toch verwachten dat zij conditioneel in vorm zijn? Dit is hun werk! Het gaat om dat soort kleine dingen die je uitstraling bepalen.”
Nederland heeft een daadkrachtiger politie nodig? “Ik denk het wel. Vroeger was dat misschien anders. De huidige cultuur, met name in de grote steden, vraagt erom dat je soms stevig moet zeggen waar het op staat. Dat gezag dat je wilt uitstralen moet je echter ook verdienen.” “Als iemand in de rug wordt geschoten door een agent, dan heb je als politie echt iets uit te leggen. Dan kun je niet een vriendelijk lachende voorlichter laten zeggen dat er onderzoek wordt gedaan en dan zien wij wel. Daar hoort een politiechef te staan, nationaal of regionaal, die zegt dat dat tot op de bodem zal worden uitgezocht, dat de agent tot de uitkomst op non-actief staat enzovoort. Een man of vrouw die als leider een voorbeeld is voor de rest van de organisatie en de afspraken nakomt. Maar zo gebeurt het niet. Dat wringt. Wie is de nationale politiechef? Ik heb echt geen idee. Moet die bekend zijn? Is het een bewuste keuze dat niet zo te laten zijn?”
U heeft nu wel een specialisme? “In zo’n proces heb je helemaal geen tijd om over dit soort dingen na te denken. Je probeert zo’n zaak te overleven en het voor jouw cliënten zo goed mogelijk te doen. Als ik straks zeker weet dat er geen cassatie komt, of als die klaar is, dan krijg ik wel de tijd om te reflecteren (op 26 april jl. heeft het gerechtshof in Amsterdam Roberts M in hoger beroep veroordeeld tot 19 jaar cel met tbs met dwangverpleging, red.)”
TvdP_4_DEF2.indd 15
Gaat de veiligheid in Nederland nog onder de bezuinigingen lijden? “Het dichtgooien van de gevangenissen snap ik totaal niet. Misschien ben ik daar wel onnozel in, maar ik krijg er een gevoel van kapitaalvernietiging bij. Dat geldt voor het vastgoed én het personeel. Kennis en kunde die verdwijnt.” “Er is gezegd dat niet op slachtofferhulp in welke zin ook wordt bezuinigd. Dat is fijn. Maar tegelijkertijd moet er wel
15-05-2013 16:03:13
16
Interview Richard Korver
het Tijdschrift voor de Politie – jg.75/nr.4/13
100 miljoen op de rechtshulp worden gekort. Ik zou zeggen, kijk liever naar initiatieven die de kwaliteit vergroten. Je hebt nu bijvoorbeeld in Utrecht een Centrum voor Seksueel Geweld (CSG), waar multidisciplinair naar seksuele geweldsrelaties wordt gekeken. Daar geeft iedereen hoog van op. Ander voorbeeld zijn de zogeheten JOSpiketten waar het Verweij-Jonker Instituut onderzoek naar heeft gedaan en waarvan iedere ketenpartner zegt dat daarmee de kwaliteit met sprongen vooruit is gegaan. Betere kwaliteit leidt tot meer veroordelingen en dus hogere output van de inspanningen die wij met elkaar leveren. Het lijkt me dat je het daarin moet zoeken. Kwaliteitsinvesteringen leveren juist ook onder de streep voordeel op voor alle partijen in de keten, ook financieel. Ordinaire bezuinigingen, daar schieten wij niet zo heel veel mee op.”
of het kostbaar is. Advocaten moeten meer doen en krijgen daar precies hetzelfde geld voor als vóór twee jaar terug. Dus meer kosten? Ik geloof het niet.” “De kwaliteit zou er wel door omhoog kunnen en behoren te gaan. Of dat het geval is, kan ik niet helemaal overzien. Het gebeurt me nog steeds als ik verdachten bijsta, dat er bewijsuitsluiting en daardoor soms vrijspraak volgt omdat politiemensen het hebben vertikt er een advocaat bij te laten komen. En maar al te gemakkelijk aannemen dat mensen hier afstand van willen doen.” “Ik denk dan, in andere landen is het heel normaal dat alle verhoren worden opgenomen. Ook daarvan wordt hier gezegd dat het heel veel zou kosten. Ik snap dat niet, je kunt het toch gewoon op harde schijven opslaan? En het levert enorm veel op als het gaat om integriteit, transparantie, kwaliteit.”
Daarop aansluitend, in Nederland werken wij nu zo’n twee jaar met Salduz. Dat is wel een kostbare aanpassing.
Maar de uitwerking kost wel veel tijd.
“Moet je luisteren, beschaving heeft een prijs. Ik weet niet
Wie is de nationale politiechef? Is het een bewuste keuze die niet bekend te laten zijn?
“Tenzij je met elkaar besluit dat onderdeel te outsourcen. In de medische wereld wordt ook heel veel ingesproken. De uitwerking van die verslagen gebeurt in India. Daarnaast kunnen we steeds meer met spraakherkenningssoftware. Daarin zijn nog werelden te winnen.” “Ik vind het ook belachelijk dat je in de Nederlandse rechtbanken geen woordelijk verslag krijgt. Wat is dat voor iets idioots! Je krijg een proces-verbaal van twee pagina’s terwijl je een dag zitting hebt gehad. Dat kán gewoon niet.”
Blijf u zelf de rest van uw leven advocaat of denkt u wel eens aan de politiek? “Soms denk ik dat ik iets anders ga doen. Ik denk niet dat ik voor de politiek in de wieg ben gelegd. Verkiezingen en dergelijke, die liggen mij niet zo. Maar als ik zou worden gevraagd om voor vier jaar minister van Justitie te worden, dan zou ik daar misschien toch wel ‘ja’ tegen zeggen. Omdat ik zelf in het veld heb gewerkt, denk ik dat een aantal zaken anders en beter zou kunnen. Dus wie weet…”
«
TvdP_4_DEF2.indd 16
15-05-2013 16:03:18