Omgevingsscan
Achtergrond project De gemeente Dordrecht heeft het plan opgevat de problematiek rondom (merendeels verslaafde) dak- en thuisloze mensen in haar stad aan te pakken. In dit kader heeft de gemeente met betrokken partners (Leger des Heils, De Grote Rivieren, Bouman GGZ en Zorgkantoor Waardenland/Midden Holland), op 21 december 2007 een samenwerkingsovereenkomst getekend die moet leiden tot de opening van een woonvoorziening in Dordrecht voor in totaal 24 verslaafde dak- en thuislozen. De gemeente, het Leger des Heils en andere instellingen zijn vanaf dat moment druk doende geweest een zorgaanbod te ontwikkelen en te zoeken naar een geschikte locatie. Op 28 oktober 2008 heeft het college in eerste instantie het besluit genomen de locatie Eulerlaan 51 te bestemmen als meest geschikte locatie voor het hostel. Na beraadslaging van de gemeenteraad in november 2008 gaf het college echter aan meer tijd te willen nemen om alle ingebrachte reacties met betrekking tot het hostel te bespreken en van commentaar te voorzien. Ook wilde zij de inwoners van Dordrecht en andere betrokkenen in de gelegenheid stellen alternatieve locaties aan te dragen. Bewoners en instanties konden tot 15 december 2008 suggesties doen voor geschikte locaties. In totaal werden circa veertig locaties aangedragen. Het college kiest op 20 januari 2009 maximaal drie geschikte locaties, waarvan de Eulerlaan er een is. Aansluitend start de communicatie met omwonenden van deze plekken. Mede op basis van deze rapportages beslist het college in maart waar het hostel komt. De gemeenteraad toetst dit besluit in april.
Onderzoeksvraag De gemeenteraad heeft de wens geuit dat, voordat een definitief besluit wordt genomen, van elke locatie een omgevingsscan wordt gemaakt met als centrale vraag: Wat zijn de specifieke omstandigheden van deze locatie waar, bij inpassing van de voorziening, rekening mee gehouden moet worden? Hierbij gaat het om het in beeld brengen van bijvoorbeeld risicoplekken in de omgeving (is er sprake van sociale onveiligheid, zijn er dealplekken, onveilige doorgangen, etc.) met als doel na te gaan op welke wijze veiligheid en leefbaarheid gegarandeerd kunnen worden.
Onderzoeksopzet Uitgaande van bovenstaande informatie stellen wij voor ten aanzien van de drie gekozen locaties een zo volledig mogelijke beschrijving van het woon- en leefklimaat en van de openbare orde en veiligheidssituatie te geven dat tevens kan dienen als een ‘0-meting’ ten behoeve van de uiteindelijk gekozen locatie.
Deze 0-meting wordt een belangrijk controlemiddel voor de betrokken partijen om te beoordelen of het woon- en leefklimaat in het gebied (positieve of negatieve) gevolgen ondervindt van de voorziening en of maatregelen noodzakelijk dan wel gewenst zijn. Dit veronderstelt dus ook dat er een herhaling van de meting plaatsvindt. Op termijn kan eventueel worden gedacht aan een 1 en 2-meting.
Randvoorwaarden omgevingsscan Wil de scan een duidelijk antwoord geven op bovengenoemde onderzoeksvraag, dan zal aan een aantal randvoorwaarden moeten worden voldaan: 1. De uitkomst van de scan zal een zo volledig mogelijk beeld moeten geven van de leefbaarheid en veiligheid in het gebied. 2. Hierbij dient zowel aandacht te zijn voor de (redelijk) exact vast te stellen kwantitatieve aspecten (feiten) als de moeilijker vast te stellen kwalitatieve aspecten (meningen en gevoelens van bewoners e.a.). 3. Naast de ontwikkelingen in de omgeving van het hostel, dient ook aandacht gegeven te worden aan relevante stedelijke en landelijke ontwikkelingen; dit om te voorkomen dat ontwikkelingen in het gebied ten onrechte worden toegeschreven aan de aanwezigheid van het hostel. Dit is met name van belang bij de evaluatie. 4. Bij de scans van de individuele locaties dient uitgegaan te kunnen worden van dezelfde soort gegevens/informatie, zodat de resultaten van verschillende scans met elkaar vergeleken kunnen worden;
Plan van aanpak Bij de omgevingsscan van de locaties zijn twee aspecten van belang: 1. Wat wordt er gemeten (hoe definieer je termen als leefbaarheid, veiligheid, woon- en leefklimaat)? 2. Hoe wordt er gemeten (welke informatiebronnen en onderzoeken zijn nodig)? Wat wordt er gemeten? Het woon- en leefklimaat en de leefbaarheid en veiligheid daarvan worden door een groot aantal aspecten bepaald. Basiskwaliteiten van de dagelijkse leefomgeving omvatten: • een goed onderhouden fysieke omgeving; • een schone omgeving; • een veilige omgeving; • een gewenste sociaal (-economische) opbouw en samenhang; • een goed voorzieningenniveau (winkels, medische voorzieningen, e.d.). De kwaliteiten van de afzonderlijke aspecten zijn belangrijk. Maar minstens zo belangrijk is de manier waarop zij elkaar beïnvloeden. De aanwezigheid van groen kan de buurt bijvoorbeeld een aangename uitstraling geven, maar kan ook de onveiligheid vergroten. De aanwezigheid van een publieksvoorziening (bijvoorbeeld een sporthal) kan handig zijn, maar kan ook een grote aantrekkingskracht op verkeer hebben. En functioneren de winkels niet omdat er te weinig economische draagkracht in de wijk aanwezig is, of omdat de onveiligheid in het gebied te groot is? Etc.
Voor de uit te voeren scan is het van belang de afzonderlijke aspecten te meten maar er tegelijkertijd bewust van te zijn dat het resultaat geen definitief beeld geeft van de leefbaarheid. Leefbaarheid en veiligheid is sterk situatie- en tijdgebonden en bevat objectieve en subjectieve elementen. De integrale interpretatie van gegevens zal dan ook in onderling overleg met de opdrachtgever en betrokkenen moeten plaatsvinden, zodat sprake is van een gezamenlijk beeld van de leefbaarheid en veiligheid in de gebieden. Dit beeld kan vervolgens (mede) richtinggevend zijn bij de uiteindelijke locatiekeuze. Hoe wordt gemeten? Om de leefbaarheid en veiligheid in kaart te brengen zullen de afzonderlijke aspecten in kaart gebracht moeten worden. De bestaande bronnen van o.a. de gemeente en politie bieden hiervoor aanknopingspunten. Op sommige punten dienen deze gegevens echter aangevuld te worden met meer specifieke gegevens uit het gebied zelf. In het kader van de omgevingsscan zal Seinpost de volgende activiteiten uitvoeren: Verkenning Voorafgaand aan de scan zal eerst een korte, algemene schets van de omgeving van de locaties worden gegeven. De schets gaat in op: • De begrenzingen van de locatie; • De diverse functies en voorzieningen in de omgeving van de locatie (soort, aantal, ligging e.d.); • Mogelijke risicolocaties; • Demografische gegevens (aantal bewoners, geslacht, leeftijdsopbouw, type huishouden, etniciteit, aantallen koop/huurwoningen, type woningen); • De verkeersstructuur, parkeervoorzieningen, (loop)routes bezoekers, mogelijke looproutes clientèle hostel; • Evenementen die in het gebied plaatsvinden, dan wel die hun invloed op (overlast in) het beheergebied kunnen hebben. Ten behoeve van deze algemene schets wordt in ieder geval gebruik gemaakt van: • (Statistische) gegevens gemeente Dordrecht; • Gegevens Kamer van Koophandel; • Eigen waarneming. Ter ondersteuning van de algemene schets zullen één of meerdere kaarten worden gemaakt. Met één oogopslag zal de ligging van de locaties, overige functies, verkeersstructuren e.d. helder zijn. Op basis van de algemene schets wordt een goede interpretatie van de onderzoeksgegevens mogelijk. Bronnenonderzoek Na de verkenning zal de leefbaarheid en veiligheid in de gebieden nader in kaart worden gebracht. De leefbaarheid en veiligheid bepalen wij door de resultaten van het onderzoek ten aanzien van:
-
de sociaal-economische kenmerken van de buurt; de sociaal-maatschappelijke kenmerken van de buurt; de kwaliteit van de sociale bindingen; de fysieke omgeving: netheid en mate van onderhoud; de openbare orde en veiligheid; het verkeer en parkeren; de voorzieningen in de buurt;
Mede gelet op de korte termijn waarbinnen de opdracht moeten worden afgerond gaan wij ervan uit dat de gemeente Dordrecht zal zorgdragen voor het benodigde bronnenmateriaal (bestuursinformatie, informatie/cijfermateriaal politie, informatie uit klachteninformatiesysteem, gebiedsmonitoren, beleidsstukken e.d.). Schouw Tijdens het onderzoek zal in de drie gebieden een schouw worden gelopen. Tijdens de schouw worden op een tevoren vastgestelde route zowel de knelpunten als de positieve punten op de aspecten ‘schoon, heel en veilig’ gesignaleerd en gerapporteerd. Markante punten op de route zullen worden gefotografeerd. De schouw zal worden uitgevoerd door een medewerker van Seinpost die vergezeld wordt door de wijkagent, de wijkmanager en een afvaardiging van omwonenden. Bijeenkomsten sleutelpersonen Ten behoeve van de interpretatie van de gegevens zal per locatie met een beperkt aantal sleutelpersonen gesproken worden. Want: geven de feitelijke cijfers wel een juist beeld van de locaties? En hoe wordt de buurt beleefd? Daarnaast zal aan de sleutelpersonen worden gevraagd naar de eigen verwachtingen rondom de voorziening, de verwachtingen van hun netwerk, hun visie op de kwetsbare punten in de gebieden. Tevens wordt hen gevraagd projecten te noemen die het resultaat van de scan zouden kunnen beïnvloeden. In overleg met de opdrachtgever zijn de volgende sleutelpersonen bepaald: o o o o o
de wijkagent; de wijkmanager; vertegenwoordigers van bewonersorganisaties; vertegenwoordiger van de ondernemers of ondernemersvereniging (indien aanwezig). Indien van toepassing, vertegenwoordigers van maatschappelijke voorzieningen, zoals school, kerk, vereniging e.d.
Wij gaan uit van 3 bijeenkomsten (1 per kandidaat-locatie), waarbij wij ook een eerste presentatie van de resultaten zullen verzorgen.
Rapportage De verslaglegging zal helder en beknopt zijn. Voor elke locatie zullen leefbaarheids- en veiligheidsaspecten (zowel objectief als subjectief) worden
beschreven. Deze beschrijving zal plaatsvinden aan de hand van diverse overzichten, tabellen en grafieken, voortvloeiende uit de diverse bronnen. Binnen de hoofdstukken zullen wij een duidelijke scheiding aanbrengen tussen de resultaten, conclusies en eventuele discussiepunten. Begeleidingscommissie Seinpost wordt in het onderzoek bijgestaan door een begeleidingscommissie, bestaande uit de extern projectleider hostel Dordrecht en een wijkmanager. De begeleidingscommissie zal Seinpost van informatie voorzien en toezien op de voortgang van het onderzoek.
Planning en kosten De rapportage zal 20 februari 2009 gereed zijn.