Wat je baby vertelt Ontwikkelingsgerichte zorg en leren kijken en luisteren naar de lichaamstaal van uw baby
U hebt er zo lang op gewacht en dan vaak onverwacht wordt uw baby te vroeg geboren; heel anders dan u had gehoopt. De opname op de afdeling Neonatologie is voor uw baby en voor u als ouders een ingrijpende gebeurtenis. Groei en ontwikkeling waren in de baarmoeder al in volle gang. De omgeving waarin uw baby zich nu bevindt is nieuw; licht, geluid, aanrakingen en allerlei gebeurtenissen. De ontwikkeling en groei gaan verder, maar dan buiten de baarmoeder. Dit betekent dat uw baby extra steun nodig heeft in deze nieuwe omgeving. Daarom willen wij uw baby ontwikkelingsgerichte zorg geven. In dit boekje leggen we uit wat ontwikkelingsgerichte zorg inhoudt. Het doel van deze zorg is de ontwikkeling van uw baby te ondersteunen, door de omgeving en de hulp aan te passen aan wat uw baby aankan. Door de lichaamstaal van uw baby kunt u leren zien dat uw baby u heel wat te vertellen heeft. De foto’s zullen u helpen de behoeften van uw baby te leren kennen. U zult merken dat het gedrag van uw baby verandert als het zich ontwikkelt of als de conditie verbetert. Wij willen u helpen om uzelf meteen vanaf het begin in het ziekenhuis al ouder te kunnen voelen en zijn, en afhankelijk van uw mogelijkheden uw baby te leren begrijpen, steunen, en leren verzorgen.
Veel te vroeg geboren maakt verschil
Als uw baby te vroeg geboren wordt, verandert er veel. Het milieu in de baarmoeder is een heel andere dan buiten de baarmoeder. In de baarmoeder brengt uw baby het grootste deel van de tijd slapend door. Het is er warm en donker met ritmische achtergrondgeluiden, zoals de hartslag van de moeder, vertrouwde omgevingsgeluiden en de stemmen van de ouders. In de baarmoeder wordt uw baby omringd door vruchtwater, waardoor het kan bewegen zonder invloed van zwaartekracht. Uw baby wordt beschermd voor schokken en kan zachte vloeiende bewegingen maken met armen, benen en hoofd. Naarmate uw baby groeit, wordt de ruimte kleiner en komt uw baby vanzelf in een gebogen positie. De baby voelt zich gesteund door de wanden van de baarmoeder. Bovendien zorgt de baarmoeder voor een ideale constante temperatuur. Uw baby krijgt ook continue voeding en zuurstof via de navelstreng.
1
Als uw baby veel te vroeg geboren wordt, moet het leren overleven in een omgeving die niet optimaal bij de ontwikkelingsfase past. Zo moet uw baby veel eerder zelf leren ademen en voeding verteren. Uw baby moet indrukken van de omgeving verwerken als het daar misschien nog niet aan toe is. Deze aanpassing aan de nieuwe omgeving willen we zo goed mogelijk ondersteunen door te bewaken wat uw baby aankan. Als uw baby in de diepe slaap is, zal het energie sparen. Dit zal de groei bevorderen. Het is daarom erg belangrijk om uw baby in de diepe slaap niet te storen, maar lekker te laten slapen. Meestal slaapt uw baby maximaal een uur in een diepe slaap. Daarna kunnen we uw baby ondersteunen bij het wakker worden en het aanpassen aan de nieuwe omgeving. Op deze manier wordt de hoeveelheid stress zoveel mogelijk beperkt. Belangrijk voor de ontwikkeling is echter ook dat uw baby de mogelijkheid krijgt te leren waar het wél aan toe is. Daarbij heeft uw baby uw, en onze steun nodig.
In diepe slaap
Samen met iedereen die met uw baby te maken krijgt, willen we de nieuwe omgeving zo rustig en comfortabel mogelijk maken. Zo hopen we de gevolgen van het te vroeg ter wereld komen van uw baby zoveel mogelijk te beperken.
Ontwikkelingsgerichte zorg en de aandachtsgebieden
Bij Ontwikkelingsgerichte zorg kijken we naar verschillende aandachtsgebieden in de ontwikkeling van uw baby. Voor elk aandachtsgebied kijken we of het goed is afgestemd op uw baby.
2
De aandachtsgebieden zijn: Het lichamelijk functioneren, dus het functioneren van de verschillende organen; De houding en bewegingen van uw baby; De gedragstoestand, bijvoorbeeld het waak-slaapritme en de alertheid van uw baby; De interactie, dus hoe uw baby reageert op aanrakingen en contact; De omgeving, ofwel de omgang met geluid en licht.
• • • • •
Door de aanwezigheid van veel medisch apparatuur, het soms felle licht, het alarmgeluid van apparatuur en de drukte op de afdeling van verplegend personeel en artsen ligt uw baby in een omgeving die niet altijd comfortabel is. Net voor uw baby, maar ook niet voor u. Sommige handelingen moeten soms echter plaatsvinden. We kunnen ze niet altijd vermijden, ook al verstoren ze soms tijdelijk het welbevinden van uw baby en van u als ouder. Zo kan het voorkomen dat we een ‘cover’ of deken over de couveuse voor het grootste gedeelte openlaten of helemaal eraf halen om uw baby te kunnen observeren in een instabiele situatie. We streven ernaar de handelingen zo uit te voeren dat baby en ouders zo min mogelijk belast worden en zodat het baby zich zo snel mogelijk weer op zijn/haar gemak voelt. Afhankelijk van uw eigen situatie en mogelijkheden kunt u bij een aantal handelingen uw baby letterlijk steunen en troosten.
Hoe leert u de lichaamstaal van uw baby kennen?
Als u bij de couveuse komt, slaapt uw baby meestal. De couveuse is toegedekt en uw baby ligt ondergestopt te slapen, als het ware in een nestje. U kunt een gedeelte van de doek optillen, de deurtjes zachtjes opendoen en uw handen op uw baby leggen, zodat uw baby rustig wakker kan worden. We proberen de zorg op ieder baby individueel af te stemmen. Als uw baby in de diepe slaap is, laten we het lekker slapen. De verzorging kan dan wat later als uw baby in lichtere slaap is; dan kunnen we het voorzichtig wakker laten worden. De verzorging kan op elk moment van de dag, ook buiten de momenten van het eten om. Zorg on demand noemen we dat. Daarom is het erg belangrijk om te leren
3
kijken naar de lichaamstaal van uw baby, zodat u weet wanneer het in diepe of in lichte slaap is. Het is belangrijk dat u de tijd neemt om uw baby van dichtbij te bekijken. Uw baby laat namelijk zien hoe hij/zij zich voelt door bijvoorbeeld zijn/haar gedrag en gelaatsuitdrukkingen (mimiek). Zo leert u de lichaamstaal van uw baby kennen en herkennen. U leert wat uw baby aangenaam vindt en wat niet. Vertel de verpleegkundige die voor uw baby zorgt wat u ziet bij uw baby. Wij wisselen hierover graag met u van gedachten. U kunt uw baby helpen op momenten dat hij/zij het moeilijk heeft. Ook kunt u uw baby normale ervaringen op laten doen op momenten dat het daarvoor openstaat. Dit komt de ontwikkeling van uw baby ten goede. Wat laat uw baby zien als het zich lichamelijk comfortabel voelt? Mooie roze kleur; Rustige ademhaling; Rustige en lange periodes van slaap; Het wakker worden verloopt rustig; Ligging in rustige, gebogen houding met gebogen beentjes en ontspannen armpjes tegen het lichaam; Handjes en voetjes hebben een steunpunt, zoals handje tegen wang, handje bij de mond; Geen schrikreactie bij omgevingsgeluid, en bij wakker worden rustig de ogen openen en toenemende oplettendheid.
• • • • • • •
4
Hoe laat uw baby zien dat hij/zij openstaat voor contact? Uw baby is wakker, rustig en ontspannen en heeft een ontspannen gezicht. Armpjes en beentjes liggen gebogen en in een ontspannen houding. Ook de ademhaling is rustig en uw baby heeft een mooie kleur. Uw baby zoekt ook oogcontact. Dit is een goed moment om tegen uw baby te praten en contact te maken. Hoe maakt uw baby contact met u? Uw baby kijkt, ook al is het maar heel kort; Uw baby is duidelijk alert met heldere ogen en een levendige gelaatsuitdrukking; Uw baby glimlacht; Uw baby maakt geluidjes; Uw baby opent het handje of grijpt uw vinger.
• • • • •
Graag ondertitel
Pakt uw vinger
Bereid tot contact
Opent de oogjes
5
Hoe laat uw baby zien dat contact maken teveel voor hem/haar wordt? Het gezichtje is minder ontspannen; Wenkbrauwen zijn gefronst; Oogjes vallen dicht; Uw baby dreigt in slaap te vallen; Het hoofdje wordt afgewend. Dit is een goed moment om uw baby te helpen in slaap te vallen door de couveuse weer af te dekken. Uw baby valt gemakkelijker in slaap als u uw handen op uw baby legt.
• • • • •
Hoe kan uw baby laten zien dat het zich niet comfortabel voelt? Geen mooie roze kleur; Meer ademhalingspauzes en onregelmatige ademhaling; Onrustig zijn; Gespannen houding; Strekken met armen en of benen; Schrikbewegingen, zoals schrikreactie op fel licht of geluid; Spreiden van vingers en tenen; Teruggeven van voeding; Afwenden; Niet reageren op hulp of contact.
• • • • • • • • • •
Deze baby strekt armen en benen, heeft een gespannen houding, houdt armen en benen van de ondergrond.
6
Hoe kunt u uw baby op een rustige manier verzorgen?
In dit hoofdstuk leggen we u uit hoe u uw baby het beste kunt verzorgen als u daaraan toe bent. We benadrukken hoe u op de verschillende gebieden als ouders een belangrijke rol kunt spelen. We besteden aandacht aan: Het verzorgen van uw baby; Het voeden van uw baby; De omgang met licht; De omgang met geluid; Een goede houding voor uw baby; Zelfregulatie van uw baby: hoe kan het zichzelf troosten en herstellen; Buidelen/kangoeroeën.
• • • • • • •
Het verzorgen van uw baby
Hoe zorgt u ervoor dat uw baby zich prettig voelt tijdens het verzorgen ? Verzorg uw baby het liefst als het zelf wakker wordt, dus als het de oogjes open heeft. Of ondersteun uw baby om de oogjes rustig te gaan openen. Zorg voor warme handen, haal de dekens of doek voorzichtig een stukje terug. Scherm de oogjes af, zodat het invallende licht geen schrikreactie geeft. Laat uw baby rustig wennen aan het licht.
Een ouder die begrenzende steun geeft:
7
Uw baby verzorgen kan ook op een ander tijdstip dan de voedingstijd. Wij proberen het verzorgingsmoment aan te passen aan het moment dat u op de afdeling kan zijn en uw baby wakker wordt. Soms is uw baby in een diepe slaap of is het al veel wakker geweest in de periode daarvoor. De verpleegkundige die op dat moment voor uw baby zorgt, vertelt u daarover. Uw baby kan gevoed worden zonder de slaap te verstoren. Het is handig en rustiger als u alles klaarzet voordat u gaat verzorgen. Door uw baby met z’n tweeën te verzorgen, blijft uw baby meer comfortabel. Uw baby kan dan beter getroost worden. Als u uw baby nog niet zelf kunt verzorgen, kunt u het wel troosten tijdens de handelingen of de verzorging. Geef uw baby een handje, ondersteun het met twee handen en praat tegen uw baby. Blijf tijdens de verzorging goed kijken naar de reacties van uw baby. Probeer tijdig een rustpauze in te lassen als uw baby laat zien dat het teveel wordt. Na de verzorging kunt u uw baby helpen tot rust te komen door te troosten en door begrenzende steun te geven met twee handen. Het is beter om uw baby niet onrustig achter te laten, omdat hij dan teveel energie verbruikt. Uw baby vindt het nog moeilijk om alleen in slaap te vallen.
Ondersteunen van uw baby met uw handen
8
Handje vasthouden
Het voeden van uw baby Op welke manier kunt u uw baby alvast laten wennen aan voeden? Wanneer uw baby eraan toe is om te wennen aan voeden, kunt u in overleg met de verpleegkundige die voor uw baby zorgt afspraken hierover maken. U kunt uw baby laten ‘snuffelen aan de borst’ als u van plan bent borstvoeding te gaan geven. Uw baby hoeft nog niet echt te kunnen drinken, maar dit bevordert het hechtingsproces. Uw baby hoort uw stem en kan daarop reageren. Ook wordt de toeschietreflex bevorderd en uw baby kan de druppeltjes melk al proeven. Het oogcontact dat hierbij tussen u en uw baby plaatsvindt, wijst op het unieke gezichtsvermogen van uw baby. Een pasgeborene is al in staat om te zien, in het bijzonder van voorwerpen die zich op een afstand van ongeveer twintig centimeter bevinden. Dit komt overeen met de afstand tussen uw gezicht en dat van uw baby wanneer u uw baby in uw armen houdt.
9
Oogcontact tijdens snuffelen aan de borst
Hoe kunt u uw baby betrekken bij de voeding? Als uw baby wakker is, kunt u een fopspeentje geven tijdens de sondevoeding. Druppel eventueel een paar druppeltjes voeding op de fop, zodat uw baby de voeding kan ruiken, voelen en proeven (zie foto). Bied het fopje op een positieve manier aan; strijk met de fop langs het mondje zodat uw baby zelf de mond opendoet en kan toehappen.
De omgang met licht
De oogjes van uw baby zijn nog in ontwikkeling. Fel licht is niet prettig voor uw baby. De reactie van de pupil is nog onvoldoende, waardoor de oogjes zeer gevoelig zijn voor teveel licht. Bovendien is de huid van de oogleden nog zeer
10
dun. Het teveel aan fel licht heeft niet alleen effect op de ogen, maar ook op het bioritme en het waak-slaapritme.
Uw baby heeft ter bescherming van de oogjes tijdens fototherapie een brilletje op.
Wat kunt u doen om uw baby te beschermen tegen direct licht? Uw baby zal meer alert zijn en de ogen meer openen als het licht gedempt is. Ook kan uw baby dan beter kijken en contact maken. Sla de deken of cover van de couveuse voorzichtig een beetje open. Bescherm uw baby tegen direct invallend licht, door bijvoorbeeld de oogjes af te dekken. De verpleegkundige die voor uw baby zorgt, zal u helpen eventuele fototherapielampen uit te zetten. Als uw baby beter tegen licht kan, dek dan de oogjes niet de hele tijd af. U kunt bijvoorbeeld tijdens het verzorgen het fototherapiebrilletje of doekje eraf halen om contact te maken met uw baby. Probeer zo min mogelijk licht te gebruiken; maak gebruik van het licht bij de couveuse. Afhankelijk van de toestand en de leeftijd van uw baby dekken we de couveuse gedeeltelijk of geheel af met een losliggende deken of cover (zie foto’s). Naarmate uw baby ouder wordt en de oogjes zich beter ontwikkeld hebben, kunnen we meer licht aanbieden. Zo kan uw baby tijdens periodes van slaap voldoende donker liggen. Door de bewakingsapparatuur blijft de controle op uw baby gewaarborgd.
11
Ook houden we rekening met het dag- en nachtritme, door een verschil te maken tussen het aanbieden van licht overdag en ’s nachts.
De flappen van de cover kunnen gemakkelijk omhoog
De totale lichtinval wordt beperkt met alle flappen omlaag
Na de verzorging van uw baby mag u de couveuse weer afdekken. Zo beschermt u uw baby tegen direct invallend licht en geeft u het een eigen persoonlijk plekje.
De omgang met geluid
Uw baby is door de vroeggeboorte nog zeer gevoelig voor geluid. Het raakt snel overstuur, omdat het geluid nog niet kan filteren. Uw baby kan zich nog niet goed
12
afsluiten voor bepaalde geluiden, waardoor achtergrondgeluid ook sterk doordringt. Te harde geluiden verstoren de slaap. Uw baby kan hierop reageren met huilen, een sneller hartritme, geprikkeldheid, neiging tot adempauzes en daardoor een hogere zuurstofbehoefte. Uit onderzoeken is gebleken dat te vroeg geboren baby langere periodes doorbrengen in lichte slaap en niet gemakkelijk toekomen aan diepe slaap op de afdeling. Slapen is voor uw baby juist erg belangrijk. Vooral de diepe slaap, want dit is een periode om te herstellen en te groeien. Probeer uw baby daarom niet te wekken tijdens de diepe slaap. Wat kunt u doen om uw baby te beschermen tegen geluid? Behoud stilte en rust rond de couveuse of het bed. Beschouw de couveuse van uw baby als de ‘slaapkamer’ van een zeer gevoelige baby. Probeer de zorg aan te passen aan het waak-slaapritme van uw baby. Als uw baby wakker moet worden, ondersteun dit dan op een rustige manier door uw baby te ondersteunen met twee handen. Als u rustig en zachtjes praat tegen uw baby, geeft dit rust en vertrouwen. Houd verder rekening met de volgende punten: Leg geen spullen op de couveuse en ga zachtjes om met materiaal. Sluit de deuren van de couveuse zachtjes door de knoppen in te duwen. Vermijd gesprekken van veel personen rondom de couveuse of het bed. Praat zachtjes naast de couveuse. Leg dit ook uit aan uw bezoek en houd gezellige bezoekjes op een andere plek. Dek de couveuse goed af; daarmee wordt ook het geluid gedempt.
• • • • •
Een goede houding voor uw baby
Bij de houding van uw baby proberen we zoveel mogelijk de begrenzende omgeving van de baarmoeder na te bootsen. Door uw baby in een nestje te leggen, zorgt u ervoor dat het begrenzing heeft, maar ook bewegingsruimte houdt, net als in de baarmoeder. Door de vroeggeboorte heeft uw baby minder kracht. Bovendien moet het tegen de zwaartekracht in bewegen om een goede houding te vinden. Door het gebruik van materialen zoals de ‘snuggle-up’, een soort nestje, wordt uw baby in een
13
goede houding gelegd. De snuggle-up zorgt ervoor dat deze houding vastgehouden wordt. Met andere materialen, zoals een molton of katoenen luiers, kunnen we ook een ‘nestje’ maken wat bij uw baby past.
Een nestje of ‘snuggle-up’:
14
Wat kunt u als ouder doen om de houding van uw baby te ondersteunen? Probeer uw baby zoveel mogelijk in de zogenaamde ‘foetushouding’ te verzorgen; dezelfde houding als in de baarmoeder. Zorg tijdens het verzorgen dat uw baby de begrenzing van het ‘nestje’ (snuggle-up) aanhoudt.
Steun de armpjes en beentjes. Houd de armpjes tegen het lichaam aan, ook als u uw baby uit de couveuse haalt. Uw baby vindt het prettig als het met de handjes bij de mond kan, zodat hij/zij op de vingers kan sabbelen. Bij een goed passende luier kunnen de knieën bij elkaar. Wissel de kant waarop uw baby ligt steeds af, links en rechts. Door stress kan de houding van uw baby gemakkelijk uit balans raken. Als u merkt dat uw baby overstuur raakt, las dan een rustpauze in. Als u denkt dat uw baby wil zuigen, geef uw baby dan een fopspeentje, geef begrenzende steun en praat met uw baby. U geeft uw baby steun door met lichte druk één hand op het hoofd en één hand tegen de billen te plaatsen. De verpleegkundige die voor uw baby zorgt, zal u helpen de juiste houding te vinden voor uw baby.
15
Troostende en steunende handen tijdens een handeling voor uw baby
Temperatuur uw baby op de zij. Let erop dat u niet aan de benen of armen trekt.
Behoud de begrenzende steun tijdens de verzorging.
16
De baby wordt ondersteund tijdens de verzorging. Hierdoor is uw baby ontspannen.
Zelfregulatie van uw baby
Uw baby is in staat om zichzelf te troosten en rustiger te worden. Daardoor zal stress verminderen of kan het zelfs voorkomen worden. Als stress toch teveel toeneemt, zal dit zelfregulerende vermogen afnemen. Uw baby zal dan tekenen van stress gaan vertonen. Op welke manieren kan uw baby reageren door gedrag bij toename van stress? Uw baby kan de situatie aan en blijft daarbij rustig. Uw baby heeft het even moeilijk, maar kan zichzelf troosten en wordt weer rustig. Uw baby kan zichzelf niet troosten en de situatie leidt tot stress.
• • •
Hoe kunt u uw baby steunen en helpen weer rustig te worden? Benader uw baby rustig en kalm. Geef uw baby dan gelegenheid om zich te herstellen wanneer het onrustig is geweest. Geef uw baby tijdens de verzorging begrenzing. Dit draagt positief bij aan het zichzelf leren troosten (zelfregulerend gedrag).
17
Help uw baby zichzelf te troosten, bijvoorbeeld door de handjes naar de mond te brengen, een doekje of knuffel vast te houden of een fopje aan te bieden.
Zelfregulatie; de handjes worden naar de mond gebracht:
Hoe kan uw baby laten zien wat hij/zij wil?
Stop, ik moet even uitrusten
18
Ik ben er moe van, ‘gaap’
Deze baby strekt de armen; het vraagt en zoekt naar een steunpunt.
19
Deze baby zoekt steun door met de beentjes tegen elkaar te liggen
Wat doet uw baby om tot rust te komen, om zichzelf te troosten? Uw baby wil graag zuigen en lijkt te zoeken met de mond (zoekreflex). Uw baby probeert zich te nestelen in zijn rolletje of ‘snuggle-up’. Uw baby zoekt iets om vast te houden, bijvoorbeeld een vinger, dekentje of knuffeltje. (in verband met de hygiëne moet u het knuffeltje of doekje wel dagelijks wassen op 60 graden).
• • •
Voorbeeld van een popje met armpjes/beentjes die uw baby goed kan vasthouden in zijn/haar handjes:
20
Deze baby ondersteunt zichzelf door de handjes vast te houden en te zuigen op een fopje:
Zelfregulatie: handjes bij elkaar, voetjes zoeken steun tegen elkaar, handje heeft begrenzing gevonden, baby ondersteunt zichzelf met het handje en de duim.
21
Bijna in slaap
Nog even zoeken naar mijn duim
Gelukt
Nu kan ik weer groeien!
22
Kangoeroeën en/of buidelen
Binnen de Ontwikkelingsgerichte zorg neemt ‘kangoeroeën’ een belangrijke plaats in. Als het maar enigszins mogelijk is, wordt het vrijwel dagelijks door alle ouders gedaan. U kunt beginnen met buidelen (kangoeroeën), zodra de toestand van uw baby het toelaat. Kangoeroeën is een manier om uw baby heel dichtbij u te hebben, tegen uw blote huid aan. Dankzij het kangoeroeën leert u uw baby goed kennen en beseft u pas goed dat u de moeder of vader bent. Bij het kangoeroeën haalt u uw baby uit de couveuse en legt u het bloot op uw blote borst, warm toegedekt met een molton of deken. Uw baby kan dan het beste met het hoofdje omhoog tegen uw borst liggen, van onderen ondersteund. Het is prettig als u dan een stoel heeft, zodat u achterover kunt leunen. Kangoeroeën kunt u als moeder en als vader doen. In het begin is uw baby bij het kangoeroeën meestal heel wakker. Het ligt rond te kijken, maakt geluidjes en friemelt met de handjes aan uw borst of borstharen. Het lijkt alsof uw baby de omgeving gaat verkennen en contact met u wil maken. Na een tijdje kan uw baby in diepe slaap vallen, waarbij het zich helemaal ontspant. Ook als uw baby nog heel klein is, kunt u al kangoeroeën. Het gewicht of de leeftijd doet er niet veel toe. Wel is het belangrijk dat uw baby stabiel is. U ziet meestal dat de ademhaling bij het kangoeroeën regelmatiger wordt. Heel vaak blijkt de behoefte aan zuurstof tijdens het kangoeroën minder te worden, waarschijnlijk doordat uw baby dan beter doorademt. Uw baby ligt op uw warme borst en kan daardoor minder afkoelen. Een infuus op het hoofd of in een arm of been hoeft geen probleem te zijn. De bewakingsapparatuur is ook geen belemmering; de elektroden kunnen gewoon blijven zitten. Hoe lang u kunt kangoeroeën, hangt af van de conditie van uw baby. Overleg het kangaroeën met de verpleegkundige die voor uw baby zorgt. Wanneer uw baby
23
enigszins stabiel is, kan dit gerust één à twee uur duren. U kunt dit gerust meerdere malen per dag doen. Tijdens het kangoeroeën kan uw baby gewoon sondevoeding krijgen. Vaak zal uw baby de tepel van de moeder ontdekken en hierop sabbelen of zuigen. Dit noemen we snuffelen. De zogeheten toeschietreflex wordt hierdoor bevorderd.
Het huidcontact op de ouderborst is goed voor uw baby. Uw baby zal zich veilig en geborgen bij u voelen. Het krijgt de kans om u beter te leren kennen. U kunt uw baby in alle rust bekijken en er tegen praten; uw baby geniet van uw stem. Uw baby kan u immers veel beter horen, voelen en ruiken. U voelt het warme lijfje van uw baby heerlijk tegen u aan. U voelt de bewegingen, hoort zachte geluidjes en ziet soms een verwonderde blik. Juist de gehele combinatie van geur, sabbelen, stem en aanraken biedt uw baby de optimale mogelijkheid om veiligheid en geborgenheid van u als ouders te voelen. Dit bevordert de hechting tussen u en uw baby. Als u er niet bent, kunt u gebruik maken van een geurdoekje. Deze kunt u van te voren bij u dragen en vervolgens bij uw baby achterlaten. Verwissel het de volgende dag weer.
24
Literatuur/ informatie: Syllabus OGZ Radboudumc www.nidcap.com Folder VOC
• • •
Dit informatieboek werd in samenspraak met de werkgroep Ontwikkelingsgerichte zorg van de afdeling Neonatologie gemaakt voor ouders.
Niets uit dit informatieboek mag zonder toestemming van de afdeling Neonatologie van het Radboudumc gebruikt worden voor andere doeleinden.
25
Noteer hier uw vragen
09-2014-7419
Radboud universitair medisch centrum