Wandelzoektocht door het Roosbeek van 1914-1918 Welkom op onze wandelzoektocht die helemaal in het teken staat van de Eerste Wereldoorlog! De Eerste Wereldoorlog kwam, door de start van de 100-jarige herdenking vorig jaar, weer volop in de belangstelling te staan. De commerciële belangstelling zal mettertijd weer afnemen, maar ze leert ons wel dat de gebeurtenissen van toen tot op de dag van vandaag aangrijpende verhalen blijven opleveren. Verhalen die we nooit mogen vergeten. Want ooit was die oorlog zeer dichtbij. Tijdens de Eerste Wereldoorlog werd België tegen wil en dank onder de voet gelopen door het Duitse leger. Ook Roosbeek werd bezet gebied, zij het niet zonder slag of stoot. Op 18 en 19 augustus 1914 vonden er aan de Oude Vijvers te Boutersem gevechten plaats met een jammerlijke afloop voor tientallen Belgische soldaten.
Wat er precies gebeurd is, blijft tot op de dag van vandaag onbekend. Over het feitelijke verloop van de gevechten is niets teruggevonden. Maar aan de hand van officiële documenten uit het legerarchief heeft men een beeld kunnen schetsen van de achtergrond van de gebeurtenissen op die noodlottige 19de augustus. Het was het 3de Linieregiment, onder bevel van kolonel Decour, gekazerneerd te Oostende en Ieper, dat onmiddellijk na het uitbreken van de oorlog per trein werd overgebracht naar Tienen om er post te vatten op de Getelinie, een frontlijn langs de Gete. Terwijl het gros van de Belgische troepen zich op bevel van koning Albert I via Leuven en Mechelen terugtrekt in Antwerpen, leveren de achterhoeden van dit 3de Linieregiment herhaaldelijk verbitterde en bloedige gevechten met de oprukkende Duitse troepen. Zo in Grimde en Sint-Margriet-Houtem nabij Tienen op 17 augustus 1914, en een dag later ook in Boutersem. Toen de Duitse overmacht in Grimde en Sint-MargrietHoutem te groot bleek – het eveneens daar gestationeerde 22ste Linieregiment werd gehalveerd - kregen de nog overgebleven compagnieën Belgische soldaten rond de stad Tienen in de nacht van 18 op 19 augustus het bevel zich terug te trekken tot Leuven. Twee compagnieën van het 3de Linieregiment ontvingen dit terugtrekkingsbevel niet (of te laat – dit kan men niet meer achterhalen) en konden die noodlottige 19de augustus Leuven niet meer bereiken. Ze strandden in Boutersem waar 21 onder hen, omsingeld door de Duitsers, aan de Oude Vijvers sneuvelden voor het vaderland. De Duitsers, geërgerd door het oponthoud, reageerden zich af op de burgerbevolking. Veel huizen en gebouwen in Roosbeek gingen in de vlammen op. Ook in de jaren van bezetting nadien, bleef Roosbeek niet gespaard van oorlogsellende. Tijdens onze wandelzoektocht zullen we je langs enkele bekende plekken leiden, evenwel met minder bekende verhalen uit 1914-1918. Zo hopen we die afgrijselijke oorlog toch weer een beetje dichter bij uw en ons bed te brengen.
Bij het opstellen van deze zoektocht zijn we schatplichtig aan Freddy Stillaert, oud-voorzitter van het schoolbestuur van onze school, maar ook oprichter en bezieler van het gemeentelijk museum. Zijn gepassioneerde speurwerk naar wat er zich tijdens beide wereldoorlogen in onze gemeente heeft afgespeeld, heeft deze wandelzoektocht mogelijk gemaakt. Ook de heemkundige kring van Velpeleven – Boutersem, die vele artikels over dit onderwerp heeft gepubliceerd op www.velpeleven.be willen we bedanken. Last but not least, de Lubbeekse Legervrienden (LLV) die hier vandaag aanwezig zijn in onze school. Meer info over hen vind je op www.vzwlubbeekselegervrienden.be Dank jullie wel!
Je bevindt je nu op de speelplaats van de Mozaïek. Vroeger was dit de meisjesschool. Tijdens WO I werd deze school ingericht als hospitaal. Op 5 augustus 1914, net na het uitbreken van de oorlog komen Belgische officieren de klassen schouwen. In geval van botsing met de vijand zou men er de gekwetsten onderbrengen.
Vraag 1: Hoeveel klassen waren er op 5 augustus 1914 in de meisjesschool? Antwoord:
a. 2 klassen b. 4 klassen c. 6 klassen
Een dag later komen 150 aalmoezeniers en ziekenverplegers aan, vooral priesters en kloosterlingen. Zij zijn op zoek naar logies. De klassen worden ingericht als slaapplaats. Alle banken en lessenaars worden naar buiten gesleurd. De vier zusters moeten dag en nacht zorgen voor verse soep, koffie en boterhammen. Ze verzorgen ook de pijnlijke voeten van de soldaten en naaien honderden Rode Kruisbanden voor de ambulanciers.
Vraag 2: Op welke bedden kon men in de klassen gewonde soldaten leggen? Antwoord:
a. een inderhaast aangevoerd aantal ziekenhuisbedden b. veldbedden van het leger c. stro, de klassen werden tot in de kleinste hoek gevuld met stro
Op 15 augustus 1914 vluchten de zusters weg uit Roosbeek naar hun klooster in Deinze. Wanneer ze in november 1914 terugkeren is de school leeggeplunderd: huisraad, etenswaren en zelfs de kleding van de zusters is weg. Ruiten en deuren zijn stuk geslagen, landkaarten zijn gescheurd en hangen in de Lubbeeksestraat aan de muren van vernielde huizen. Ook alle schoolmeubelen zijn door de Duitsers in brand gestoken. Vergeet niet een kijkje te nemen in de turnzaal. Je vindt er de Lubbeekse Legervrienden met hun tentoonstelling. We verlaten de school langs de uitgang ‘Valkenberg’ en begeven ons naar de Oude Baan. Rechts zien we het O.C.M.W. gebouw. Dit gebouw was vroeger ook een school.
Vraag 3: Welke leerlingen gingen hier naar school?
Deze school bestond uit twee klassen op het gelijkvloers. Rechts was de gevangenis en links van het gebouw stond een klein dodenhuis. Op de eerste verdieping van dit gebouw was het gemeentehuis gevestigd met daarin een lokaal voor de burgemeester, een lokaal voor de secretaris, de trouwzaal en een lokaal voor de politie. Wanneer de Duitsers op 18 augustus 1914 aankomen, steken ze het hele gebouw in brand. Alle boeken en meubelen van de school en van het gemeentehuis gaan in de vlammen op. Om die reden zijn er over het Roosbeek van voor 1914 weinig of geen documenten bewaard gebleven. Het zou nog tot in 1925 duren eer alles terug werd opgebouwd. In tussentijd kregen de leerlingen les in de kleuterklas van de meisjesschool en de kleuters verhuisden naar het klooster van de zusters (waar nu het Berenhuisje gevestigd is).
In dit gebouw bevindt zich nu het gemeentelijk museum, met heel wat artefacten en documentatie uit de beide wereldoorlogen. Het museum kan worden bezichtigd op afspraak, neem daarvoor contact op met Freddy Stillaert, maar speciaal voor deze gelegenheid is het ook vandaag open. Ga gerust binnen een kijkje nemen.
Vraag 4: Welke graad heeft de soldaat aan de ingang van het museum?
Vraag 5: René Havet was een inwoner van Kerkom en was tijdens WO 1 een politiek gevangene in Duitsland. Welk nummer kreeg hij in het concentratiekamp?
Vraag 6: Deze drie voorwerpen vind je terug in het museum. Kan je van elk voorwerp zeggen wat het is?
We vervolgen onze weg richting steenweg. Een beetje verderop in de Oude Baan werd aan het begin van de oorlog een Belgisch soldatenkamp ingericht. Op de foto hieronder kan je dit zien.
Vraag 7: Welke vervoersmiddelen werden tijdens WO 1 voor het eerst gebruikt voor oorlogsvoering? Antwoord:
a. tanks b. paarden c. fietsen
Steek de steenweg en de spoorweg over. Hier zie je een sober kapelletje op de splitsing van twee veldwegen in het Roosbeekse Kolemveld. Het is een monument voor de gefusilleerden van de gerechtelijke politie en weerstanders. Tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn hier drie inspecteurs van de gerechtelijke politie brutaal terechtgesteld door de Duitsers (gefusilleerd).
Vraag 8: Welke zijn de voornamen van de drie inspecteurs?
Hier is een zijsprong voor wie van een kleine uitdaging houdt! Opgepast deze route is niet toegankelijk voor buggy’s en hoge hakken! Links van de kapel loopt een betonbaantje langs de spoorlijn. Volg dit baantje ...
Op 12 september 1914, tijdens de bezetting, probeert een Belgische compagnie wielrijders oftewel ‘carabiniers cyclistes’ de spoorlijn te saboteren. De spoorlijn werd immers veelvuldig door de Duitsers gebruikt. De wielrijders komen uit de Zavelstraat en begeven zich, aan de overkant van de steenweg, naar het station van Roosbeek. De Wielrijders hebben zes ladingen van 18 kg springstof bij om een kleine brug op te blazen. Ze splitsen zich in twee groepen. Een eerste groep gaat naar het door vier Duitsers bewaakte station. Er ontstaat een vuurgevecht. De Belgen doden één Duitse soldaat. De andere drie Duitsers, totaal verrast, verdedigen zich nog even, maar vluchten dan weg over de spoorweg het bietenveld in. Intussen gaat de tweede groep wielrijders naar de brug onder de spoorweg. Even later ontploft de brug. Er wordt een bres van 8 meter geslagen en de spoorlijn is over een twintigtal meter onbruikbaar. Later die dag vinden burgers in het bietenveld achter het station nog een Duitse soldaat, gevaarlijk verwond tijdens zijn vluchtpoging.
Ga op zoek naar de brug onder de spoorlijn.
Vraag 9: Wat loopt er nu (en toen) door de brug onder de spoorlijn?
Keer op je stappen terug, langs het kapelletje, over de spoorweg tot op de steenweg. Sla rechts af. Sla rechts de spoorwegstraat in en wandel tot aan de sporen. Destijds stond hier links een fabriek en rechts het station van Roosbeek.
Vraag 10: Op de foto hierboven zie je het oude station van Roosbeek. In welke richting kijkt de fotograaf?
Tussen 6 en 18 augustus 1914 stond er op een zijspoor aan het station, links achter de fabriek (die je nu nog ziet staan), een hospitaaltrein gestationeerd. Wanneer er op 17 augustus zwaar gevochten wordt in Grimde bij Tienen en Sint-Margriet-Houtem, worden zwaargewonde soldaten met paard en kar, of per wagen, overgebracht om hier verzorgd te worden of te sterven. Zo worden er in die dagen ontelbare gewonde soldaten in deze trein verzorgd en voorzien van eten en drank.
Later tijdens de bezetting wordt de spoorlijn tussen Tienen en Leuven zwaar bewaakt door de Duitsers. Deze lijn was zeer belangrijk voor de aanvoer van Duitse soldaten en hun munitie. Om de paar honderd meter stond er een Duitse wachtpost. Iets verder, richting Tienen, loopt de Kleinbeek onder de spoorweg door.
Hier zie je ook de oude gebouwen van de fabriek van de familie Bruwier.
Tijdens de oorlogsjaren was er veel schaarste. De Duitsers eisten alles op, van huizen en paarden tot werkkrachten en voedingsmiddelen. Kinderen kregen per dag maar één kom soep, soms met een stuk brood. In de fabriek van de familie Bruwier had men – voorzichtigheidshalve - voor de oorlog 400 vaten van 100 liter in de grond gestopt zodat de Duitsers ze niet zouden vinden. Tijdens de bezetting werden de vaten opgegraven en op de ‘zwarte markt’ verkocht. Van heinde en verre kwam men om zijn potje ...?
Vraag 11: Wat maakte men in deze fabriek? Antwoord: a. confituur b. honing c. stroop
We keren terug naar de steenweg en steken over aan de verkeerslichten ter hoogte van bakkerij Vandenbeck. We lopen de Lubbeeksestraat in. Rechts van ons zien we een kasteel. Dit is het kasteel van Peten. Vroeger kon je de voordeur vinden op het kerkplein.
Het kasteel van Peten – waarvan je hieronder de verwoeste voorgevel kan zien - werd tijdens de eerste wereldoorlog bewoond door de eigenaar. Aan de overkant (waar nu Kapsalon New Look is) stond de stoeterij van Peten. Hier kweekte men Brabantse trekpaarden. Achteraan (richting Pastorietuin) was er een bierbrouwerij. Toen de Duitsers op 18 augustus 1914 Roosbeek binnenvielen, staken ze het kasteel van Peten en al de bijgebouwen in brand. Pas in 1919 werd het opnieuw opgebouwd. De stoeterij werd dan aangebouwd aan het kasteel.
Vraag 12: Aan de poort in het smeedijzeren hek kan je nu nog zien waar vroeger de voordeur was. Hoeveel ramen telde de voorgevel voor WO 1? Dakramen tellen we NIET mee.
Wandel nu verder naar de kerk. Vraag 13: Tijdens de Eerste Wereldoorlog werd de kerktoren van de Sint-Annakerk in Roosbeek beschoten. Wat werd er vernield? Antwoord:
a. de kerkklokken werden vernield b. de windhaan vloog met kanonskogels naar andere oorden c. het uurwerk werd van de toren geschoten
Achteraan in de kerk bevindt zich een bronzen plaat met de namen van de gesneuvelde soldaten van Roosbeek.
Vraag 14a: Hoe heten de 2 soldaten en de kapitein die sneuvelden tijdens de Eerste Wereldoorlog?
Ook twee burgers, een vader en zoon, werden door de Duitsers doodgeschoten.
Vraag 14b: Hoe heten deze twee burgers?
We verlaten de kerk en maken een ommetje langs het kerkhof. Er liggen geen oud-strijders uit de Eerste Wereldoorlog. Maar, en dit is vraag 15: Hoeveel oud-strijders uit de Tweede Wereldoorlog liggen hier begraven?
Verlaat het kerkhof langs het smalle paadje achter de apotheek, sla af naar rechts en wandel de Oude Baan in. Sla vervolgens links de Kasteelstraat in en wandel tot voorbij het kasteel van Roosbeek. Je kan nu het kasteel en de vijvers goed zien. Hieronder zie je hoe het er uitzag in 1914.
Ten tijde van WO 1 werd het kasteel van Roosbeek bewoond door Ridder Philip de Wouters de Bouchout en zijn gezin. Ridder Philip was ook de burgemeester van Roosbeek. Toen hij hoorde welke ravage de Duitsers uitrichtten, vluchtte hij met zijn gezin naar veiliger oorden. De Duitsers hielden hem nog net tegen. Ze plunderden het kasteel, verwoestten de wijnkelder en wierpen alle jachtwapens in de vijver. Ze schoten er ook twee Belgische soldaten dood. Deze soldaten werden eerst begraven in de tuin van het kasteel, maar later terug opgegraven en opnieuw begraven op een militair kerkhof. Vanuit de tuin van dit kasteel schoten de Duitsers ook een toren stuk.
Vraag 16: Welke kerktoren schoten de Duitsers stuk vanuit dit kasteel? Antwoord:
a. de kerktoren van de Sint-Annakerk in Roosbeek b. de toren van de Sint-Corneliuskapel in Breisem c. de toren van de Sint-Michielskerk in Butsel
Wandel nu terug en sla rechtsaf de Moffelstraat in. Vervolg je weg links de Lubbeeksestraat in en keer terug naar de school. Hier eindigt onze wandelzoektocht. We hopen dat je ervan genoten hebt. Op de speelplaats van de school mag je je antwoordformulier afgeven aan het infostandje en kan je je volgestampte rantsoenkaart inruilen voor een kom soep met een stuk brood.
ANTWOORDFORMULIER Naam: __________________________________________________________. Vraag 1:
a. 2 klassen
b. 4 klassen
c. 6 klassen
Vraag 2:
a. een inderhaast aangevoerd aantal ziekenhuisbedden b. veldbedden van het leger c. stro, de klassen werden tot in de kleinste hoek gevuld met stro
Vraag 3:
_____________
Vraag 4:
_____________
Vraag 5:
_ _ _ _ _
Vraag 6:
1. ____________________________ 2. ____________________________ 3. ____________________________
Vraag 7:
a. tanks
b. paarden
Vraag 8:
______________________________
c. fietsen
______________________________ ______________________________
Vraag 9:
_____________
Vraag 10:
a. Leuven
b. Tienen
Vraag 11:
a. confituur
b. Honing
c. Stroop
Vraag 12:
__
Vraag 13:
a. de kerkklokken werden vernield b. de windhaan vloog met kanonskogels naar andere oorden c. het uurwerk werd van de toren geschoten
Vraag 14a:
______________________________ ______________________________ ______________________________
Vraag 14b:
______________________________ ______________________________
Vraag 15:
__
Vraag 16:
a. de kerktoren van de Sint-Annakerk in Roosbeek b. de toren van de Sint-Corneliuskapel in Breisem c. de toren van de Sint-Michielskerk in Butsel
Schiftingsvraag 1: Hoeveel huizen werden er in Roosbeek door de Duitsers afgebrand tijdens WO 1? _ _
Schiftingsvraag 2: De penningmeester van de ouderraad trok zijn legerbotinnen aan en liep het parcours van de wandeling in één ruk uit. Hoe lang deed hij hierover? _ _ uren, _ _ minuten en _ _ seconden
Laat je e-mailadres hier achter. Drop het formulier in onze bus aan het infostandje en maak kans op een originele prijs.
E-mail: ____________________________@_________________