VRAGENLIJST VOOR AUTOCHTONE EN ALLOCHTONE POLITIEMEDEWERKERS

VRAGENLIJST

VRAGENLIJST VOOR AUTOCHTONE EN ALLOCHTONE POLITIEMEDEWERKERS

Wilt u het juiste antwoord aankruisen of invullen op de stippellijn U kunt bij alle vragen meerdere antwoorden aankuisen

Bureau Driessen Sociaal Wetenschappelijk Onderzoek 030-2334779

Algemeen De eerste vragen dienen ter achtergrondinformatie 1.

Bent u een man of een vrouw?

□ man

2.

Wanneer bent u geboren?

in 19 ……

3.

In welk land bent u geboren?

...................................

4.

In welk land is uw moeder geboren?

...................................

5.

In welk land is uw vader geboren?

...................................

6.

Welke nationaliteit(en) heeft u?

□ Nederlands □ anders, namelijk ............................................... ..........................................................................

7.

Welke taal/talen spreekt u? U mag bij alle vragen meerdere kruisjes zetten!

□ Nederlands □ Engels □ Frans □ Spaans □ andere taal/talen, namelijk .............................. ...........................................................................

8.

Bij welke groep of groepen vindt u dat u hoort?

□ Nederlanders □ West-Europeanen (excl. Nederlanders) □ Zuid-Europeanen □ Surinamers □ Antillianen □ Indonesiërs □ Molukkers □ Kaapverdianen

□ vrouw

□ Marokkanen □ Turken □ Koerden □ Berbers □ Arabieren □ Creolen □ Hindoestanen □ anders, namelijk .................................

Als u hierboven meer dan één kruisje heeft gezet, wilt u dan een rondje zetten om de groep waarvan u vindt dat u er het meeste bij hoort? 9.

10.

Deze vraag gaat over de groep waar u het meest bij hoort (van vraag 8). Vindt u dat de volgende zinnen kloppen? klopt klopt klopt een klopt klopt helemaal niet beetje helemaal niet wel Ik ben trots tot deze groep te behoren

□

□

□

□

□

Ik heb een positief gevoel over de leden van mijn groep, het zijn goede mensen

□

□

□

□

□

Bij deze groep horen is enorm belangrijk voor hoe ik mij voel

□

□

□

□

□

In deze lijst is vaak sprake van allochtone collega’s. In deze vragenlijst worden daar die collega’s mee bedoeld die door burgers over het algemeen als allochtoon gezien worden. Wordt u zelf door burgers over het algemeen als autochtoon of als allochtoon gezien? □ ik vind dit moeilijk te zeggen, maar …… □ ik vind dit niet moeilijk te zeggen, ….

over het algemeen zien burgers mij als □ altijd autochtoon □ meestal autochtoon □ even vaak autochtoon als allochtoon

□ meestal allochtoon □ altijd allochtoon

1

11.

Hoort u bij een geloof? Bij welk? □ nee □ Katholiek □ Protestants

12.

□ Gereformeerd □ Islam □ Joods

Hoe vaak gaat u ongeveer naar de kerk, een moskee of een gebedsdienst? □ nooit □ enkele keren per jaar

13.

□ Boeddhisme □ Hindoeïsme □ anders, namelijk ............................................... □ enkele keren per maand □ 1 keer per week of vaker

In welke politieregio, welk district en op welk politiebureau bent u werkzaam? Als u bang bent dat door deze vraag uw anonimiteit in gevaar zou kunnen komen dan kunt u deze vraag (deels) overslaan. regio: ………..…………………………………………………………………………………………. district: ………..…………………………………………………………………………………………. bureau: ………..………………………………………………………………………………………….

14.

Sinds wanneer bent u in dienst bij de politie? (inclusief uw opleiding bij de politie) sinds .................................- ............... (bijvoorbeeld januari 2001)

15.

Wat is de hoogste politieopleiding die u heeft afgerond? Wilt u afkortingen voluit opschrijven? ...................................................................................................................................................................

..................................................................................................................................................... 16.

Bent u nog bezig met een (politie)opleiding?

17.

Wat is de hoogste opleiding (niet bij de politie) die u heeft afgerond?

□ □ □ □ □

lager- of basisonderwijs vglo of lavo vmbo lbo mavo of (m)ulo

□ □ □ □ □

havo of mms vwo, gymnasium mbo hbo universiteit

18.

Welke rang heeft u?

□ □ □ □ □

aspirant surveillant agent hoofdagent brigadier

□ □ □ □

inspecteur hoofdinspecteur commissaris hoofdcommissaris

19.

Heeft u nog een specialisme? (niet bedoeld is een taakaccent). U mag bij alle vragen meerdere kruisjes zetten!

□ nee □ ja, namelijk ........................................................... ............................................................

□ nee □ recherchemedewerker (tactisch en/of technisch) □ politiële milieuspecialist □ politiële verkeersspecialist □ politiespecialist vreemdelingenzorg □ politiespecialist geweldsbeheersing

□ □ □ □ □ □ □

20.

Heeft u nog een taakaccent?

□ □ □ □

21.

Wat voor werk doet u?

□ ondersteunende diensten □ wijkagent/buurtagent/ buurtregisseur □ surveillance dienst

2

recherchekundige milieuspecialist politiekundige verkeersspecialist jeugd en zeden hondenbrigade anders, namelijk ................................................................................... nee jeugd milieu verkeer

□ jacht/visserij □ anders, namelijk ................................. ................................. □ noodhulp □ recherche □ anders, namelijk ...............................

22.

Bent u voltijd of deeltijd (32 uur of minder) werkzaam?

□ voltijd □ deeltijd, namelijk ……… uur per week

23.

Bent u als leidinggevende werkzaam?

□ niet-leidinggevend □ leidinggevend, ik geef aan .....................personen leiding (inclusief indirecte leiding)

24.

Speelden de onderstaande redenen destijds een rol bij uw keuze voor de politie?

Dit speelde bij mijn keuze voor de politie… Een politiemedewerker is een belangrijk iemand Ik help mensen graag Politiewerk is spannend Een politiemedewerker verdient goed Ik heb graag contact met andere mensen in mijn werk Ik werk graag samen met (veel) collega´s De opleiding wordt betaald Ik verwachtte bij de politie niet gediscrimineerd te worden Het was een opstap naar een volgende baan Ik kon ergens anders moeilijk werk vinden Ik wilde een brug staan tussen de politie en de allochtone gemeenschap

geen enkele rol □ □ □ □ □ □ □ □

nauwelijks een rol □ □ □ □ □ □ □ □

een rol □ □ □ □ □ □ □ □

een grote rol □ □ □ □ □ □ □ □

□ □ □

□ □ □

□ □ □

□ □ □

Als er ook andere redenen waren waarom u bij de politie bent gegaan, wilt u deze dan hieronder opschrijven? ……………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………

Uw huidige werk De volgende vragen gaan over uw werk bij de politie. In de vragen wordt gesproken over een eenheid, hiermee bedoelen wij de kleinste eenheid (of het kleinste proces) waarin u werkt. 25.

In welke eenheid bent u werkzaam? eenheid ...........................................................................................................................................................

26.

Hoe lang werkt u in uw huidige eenheid? …. jaar en ……. maanden in de eenheid

27.

Hoeveel mensen werken er in uw huidige eenheid? …. mensen in de eenheid

28.

Hoeveel vrouwen werken er in uw huidige eenheid? …. vrouwen in de eenheid

29.

Hoeveel autochtone en allochtone collega’s werken er in uw huidige eenheid? ……autochtone collega’s en …… allochtone collega’s in de eenheid

30.

Is uw chef een man of een vrouw? □ man

□ vrouw

3

31.

Is uw chef allochtoon of autochtoon? □ autochtoon

32.

□ allochtoon

Toen u in uw huidige eenheid kwam werken waren er toen allochtone politiemedewerkers in die eenheid? □ ja, namelijk ..............(aantal) allochtone politiemedewerkers □ nee

33.

Toen u in uw huidige eenheid kwam werken was u toen de enige nieuwe politiemedewerker in die eenheid? □ ja, de enige → wilt u verder gaan met vraag 34 □ nee, samen met ……… andere(n)

Zo nee, was/waren de andere nieuwe politiemedewerker(s) allochtoon of autochtoon? ....... autochtoon en/of ...... allochtoon.

34.

Stel u heeft een probleem waarmee u liever nog niet naar uw baas gaat. Met hoeveel collega’s uit uw eenheid kunt u dit probleem dan bespreken? □ met niemand → wilt u verder gaan met vraag 35 □ met ....... collega’s

Zijn dit

35.

□ vooral autochtone collega’s □ vooral allochtone collega’s □ evenveel autochtone als allochtone collega’s

Een baan heeft veel aspecten en sommige zijn leuk, maar andere aspecten kunnen behoorlijk tegenvallen. Hoe tevreden bent u met uw baan wat betreft de onderstaande aspecten?

hiermee ben ik …….. tevreden Politiewerk in het algemeen Mogelijkheden om verder te komen De betekenis, de status, die ik door het werk in de maatschappij heb Aard van de werkzaamheden Inkomen Secundaire arbeidsvoorwaarden Werkdruk Mijn collega’s Mijn leidinggevenden Anders, namelijk ………………………………

zeer □ □

redelijk □ □

matig □ □

niet □ □

□ □ □ □ □ □ □ □

□ □ □ □ □ □ □ □

□ □ □ □ □ □ □ □

□ □ □ □ □ □ □ □

Het komt voor dat collega´s iets doen dat eigenlijk niet kan. De onderstaande vragen gaan over wat uw collega’s doen als zij dit zien. Er worden drie voorbeelden gegeven. 36.

Uw collega’s weten dat een collega een gestolen telefoon heeft gekocht, wat denkt u dat uw collega’s doen? niemand sommigen meerdere allemaal Ze zeggen niets Ze spreken de collega waar het om gaat er op aan Ze bespreken het met andere collega’s Ze melden het aan de chef

□ □ □ □

4

□ □ □ □

□ □ □ □

□ □ □ □

37.

Uw collega’s weten dat een collega CIE-informatie doorgeeft aan een bekende, wat denkt u dat uw collega’s doen? niemand sommigen meerdere allemaal Ze zeggen niets Ze spreken de collega waar het om gaat er op aan Ze bespreken het met andere collega’s Ze melden het aan de chef

38.

□ □ □ □

40.

□ □ □ □

□ □ □ □

□ □ □ □

□ □ □ □

klopt niet

klopt een beetje

klopt

klopt helemaal

Je maten verraadt je nooit

□

□

□

□

Vrouwen zijn minstens even goede politiemedewerkers als mannen

□

□

□

□

Een vent die staat te huilen is een watje

□

□

□

□

Homo’s zijn minstens even goede politiemedewerkers als hetero’s

□

□

□

□

Hard auto rijden is leuk

□

□

□

□

Allochtonen zijn minstens even goede politiemedewerkers als autochtonen

□

□

□

□

Het zien van een verkeersslachtoffer doet me wat

□

□

□

□

Ik kan op mijn werk alles zeggen wat ik wil

□

□

□

□

Krijgen allochtone collega’s in uw eenheid extra aandacht, bijvoorbeeld door extra begeleiding of extra taalcursussen? nee, helemaal niet → wilt u verder gaan met vraag 42 meer begeleiding extra taalcursussen meer coaching anders, namelijk ........................................................................................................................................

Wat vindt u van deze extra begeleiding of cursussen voor allochtonen in uw eenheid? □ te veel □ juist goed

42.

□ □ □ □

Wilt u aangeven of u vindt dat de onderstaande zinnen kloppen?

□ □ □ □ □

41.

□ □ □ □

Uw collega’s weten dat een collega een burger onnodig slaat, wat denkt u dat uw collega’s doen? niemand sommigen meerdere allemaal Ze zeggen niets Ze spreken de collega waar het om gaat er op aan Ze bespreken het met andere collega’s Ze melden het aan de chef

39.

□ □ □ □

□ te weinig □ anders, namelijk ………………………………………………

Denkt uw chef wel eens dat u iets niet kunt terwijl u het eigenlijk goed kunt, zoals bijvoorbeeld een ingewikkelde zaak behandelen of het verhoren van een bepaald type burger? □ nee, nooit □ ja, af en toe

□ ja, vaak

5

43.

Komt het omgekeerde wel eens voor, dat uw chef denkt dat u iets goed kunt terwijl u het eigenlijk niet zo goed kunt? □ nee, nooit □ ja, af en toe

44.

□ ja, vaak

En hoe zit het met uw collega’s, denken die wel eens dat u iets niet kunt terwijl u het eigenlijk goed kunt? □ nee, nooit → wilt u verder gaan met vraag 45 □ ja, af en toe □ ja, vaak

Zijn dit

45.

□ vooral autochtone collega’s □ vooral allochtone collega’s □ even vaak autochtone als allochtone collega’s

Denken uw collega’s wel eens dat u iets goed kunt terwijl u het eigenlijk niet zo goed kunt? □ nee, nooit → wilt u verder gaan met vraag 46 □ ja, af en toe □ ja, vaak

Zijn dit

46.

Voelt u zich veilig binnen de politieorganisatie? □ ja, altijd □ meestal wel

47.

□ soms □ nee

Als u uw collega's in gedachten neemt die hetzelfde werk doen als u, in hoeverre werkt u dan harder of juist minder hard dan deze collega's? □ □ □ □ □

50.

□ soms □ nee

Vertrouwt u uw collega’s in uw eenheid? □ ja, altijd □ meestal wel

49.

□ soms □ nee

Vertrouwen uw collega’s in uw eenheid u? □ ja, altijd □ meestal wel

48.

□ vooral autochtone collega’s □ vooral allochtone collega’s □ even vaak autochtone als allochtone collega’s

ik werk duidelijk harder dan mijn collega’s ik werk iets harder dan mijn collega’s ik werk even hard als mijn collega’s ik werk iets minder hard dan mijn collega’s ik werk duidelijk minder hard dan mijn collega’s

Als u uw collega's in gedachten neemt die hetzelfde werk doen als u, in hoeverre bent u beter of minder goed in uw werk? □ □ □ □ □

ik ben duidelijk beter dan mijn collega’s ik ben iets beter dan mijn collega’s ik ben even goed als mijn collega’s ik ben iets minder goed dan mijn collega’s ik ben duidelijk minder goed dan mijn collega’s

6

51.

Hieronder wordt een aantal vaardigheden genoemd. Kunt u beoordelen wie dit volgens u over het algemeen beter kan, allochtone of autochtone collega’s? Kunt u ook aangeven of u zelf deze vaardigheden over het algemeen beter beheerst dan uw collega’s (autochtone en allochtone).

over het algemeen …..

aanspreken van allochtone burgers aanspreken van autochtone burgers terechtwijzen van allochtone burgers terechtwijzen van autochtone burgers bekeuren van allochtone burgers bekeuren van autochtone burgers informant runnen in criminele allochtone groepen informant runnen in criminele autochtone groepen informatie verzamelen over criminaliteit in allochtone groepen informatie verzamelen over criminaliteit in autochtone groepen verhoren van allochtone verdachten verhoren van autochtone verdachten fysieke vaardigheden technische vaardigheden (schieten, achtervolgen etc.) sociale vaardigheden spreken en schrijven van de Nederlandse taal kennis van de maatschappij allochtonen het gevoel geven dat de politie ook van/voor hen is autochtonen het gevoel geven dat de politie ook van/voor hen is kennis van cultuur van (deel van) allochtone bevolking kennis van cultuur van autochtone bevolking kennis van taal van allochtone bevolking kennis van taal van autochtone bevolking kennis van geloof van allochtone bevolking kennis van geloof van autochtone bevolking contact leggen met allochtone burgers contact leggen met autochtone burgers bieden van een voorbeeldfunctie voor allochtone jeugd bieden van een voorbeeldfunctie voor autochtone jeugd

52.

.. kunnen allochtone collega’s dit beter □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □

.. even goed □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □

.. kunnen autochtone collega’s dit beter □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □

.. kan ik dit zelf beter dan veel van mijn collega’s □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □ □

Als u hierboven één of meerdere dingen heeft aangekruist, waarvan u vindt dat u ze beter kunt dan veel van uw collega’s, kunt u dan hieronder een of twee concrete voorbeelden geven? ...................................................................................................................................................................... ...................................................................................................................................................................... ...................................................................................................................................................................... ......................................................................................................................................................................

De volgende vragen gaan over met wie u omgaat. 53.

Bent u getrouwd of samenwonend?

□ □ □ □

54.

Is uw partner een man of een vrouw?

□ man

niet getrouwd, geen relatie relatie, niet samenwonend relatie, samenwonend getrouwd

7

□ vrouw

55.

Wordt uw partner door burgers over het algemeen als autochtoon of als allochtoon gezien? □ ik vind dit moeilijk te zeggen, maar ……

□ ik vind dit niet moeilijk te zeggen, ….

over het algemeen zien burgers mijn partner als □ □ □ □ □

altijd autochtoon meestal autochtoon even vaak autochtoon als allochtoon meestal allochtoon altijd allochtoon

56.

Heeft u kinderen?

57.

Heeft u in uw familie mensen die bij de Nederlandse politie werken of hebben gewerkt?

□ nee

□ ja, namelijk ............. kinderen

□ nee □ ja, namelijk .................... familieleden

58.

Woont u in een buurt met vooral autochtone of vooral allochtone buurtgenoten? □ vooral autochtone buurtgenoten □ ongeveer evenveel allochtone als autochtone buurtgenoten □ vooral allochtone buurtgenoten

59.

Met hoeveel (volwassen) buurtgenoten gaat u om, dat wil zeggen dat u hen regelmatig spreekt en een vriendschappelijke band met hen heeft? □ □ □ □

geen → wilt u verder gaan met vraag 60 1-2 3-5 6 of meer

Zijn dit

□ vooral autochtone buurtgenoten □ vooral allochtone buurtgenoten □ even vaak autochtone als allochtone buurtgenoten

Hoe vaak spreekt u hen (meer dan alleen gedag zeggen)?

□ □ □ □

(bijna) elke dag paar keer per week paar keer per maand minder vaak

Hoeveel van deze buurtgenoten werken bij de Nederlandse politie? ...................buurtgenoten 60.

Met hoeveel kennissen/vrienden gaat u om, dat wil zeggen dat u hen regelmatig spreekt en een vriendschappelijke band met hen heeft (niet bedoeld zijn collega’s)? □ □ □ □

geen → wilt u verder gaan met vraag 61 1-2 3-5 6 of meer

Zijn dit

□ vooral autochtone vrienden/kennissen □ vooral allochtone vrienden/kennissen □ evenveel autochtone als allochtone vrienden/kennissen

Hoe vaak spreekt u hen (meer dan alleen gedag zeggen)?

□ □ □ □

(bijna) elke dag paar keer per week paar keer per maand minder vaak

8

Hoeveel van hen werken bij de Nederlandse politie? ................... kennissen/vrienden Kent u deze vrienden/kennissen ook via de politie? □ □ □ □

61.

nee ja, een aantal ja, allemaal n.v.t.

Heeft u het met collega’s uit uw huidige eenheid wel eens over persoonlijke dingen (niet over het werk)? □ ja vooral met allochtone collega’s □ ja vooral met autochtone collega’s □ ja met beide even vaak □ nee, nooit

62.

63.

Spreekt u uw collega’s uit uw huidige eenheid ook wel eens buiten werktijd? □ ja

□ nee → wilt u verder gaan met vraag 63

Hoeveel collega’s zijn dit?

......... allochtone collega’s en/of ...... autochtone collega’s

Hoe vaak spreekt u hen buiten werktijd (meer dan alleen dag zeggen)?

□ □ □ □

(bijna) elke dag paar keer per week paar keer per maand minder vaak

We hebben het gehad over uw familie, buurtgenoten, vrienden/kennissen en collega’s. Zijn er onder hen personen die het wel eens niet zo nauw nemen met de wet (exclusief overtredingen)?

is er iemand bij die het niet zo nauw neemt met de wet? bij mijn collega’s bij mijn vrienden/kennissen bij mijn buurtgenoten waar ik mee omga bij mijn familie (inclusief ooms, tantes, neven, nichten)

64.

niemand □ □ □ □

1à2 □ □ □ □

meer dan 2 □ □ □ □

U weet dat één van uw buurtgenoten met wie u omgaat een gestolen telefoon heeft gekocht. Wat doet u? □ melden □ deze persoon aanspreken □ niets

65.

Als één van uw vrienden/kennissen een gestolen telefoon heeft gekocht, wat doet u dan? □ melden □ deze persoon aanspreken □ niets

66.

En als het iemand uit uw familie is, wat doet u dan? □ melden □ deze persoon aanspreken □ niets

9

67. Vindt u dat de volgende zinnen kloppen? klopt helemaal niet □

klopt niet □

klopt een beetje □

klopt wel □

klopt helemaal □

Het is vervelend als iemand uit mijn familie trouwt met iemand die een ander geloof heeft

□

□

□

□

□

We moeten in Nederland met z’n allen ons best doen, zodat iedereen het goed heeft

□

□

□

□

□

Dat mensen in arme landen het slecht hebben kan mij niet zoveel schelen

□

□

□

□

□

Het geloof is erg belangrijk voor mij

□

□

□

□

□

Het is jammer dat in Nederland ‘het geloof’ steeds minder belangrijk wordt

□

□

□

□

□

Mensen in dezelfde straat moeten aan elkaar denken, bijvoorbeeld door geen vuil op straat te gooien en ’s avonds geen lawaai te maken

□

□

□

□

□

De vrouw kan het beste de kinderen verzorgen

□

□

□

□

□

Het is voor mannen belangrijker dan voor vrouwen dat ze hun eigen geld kunnen verdienen

□

□

□

□

□

De man kan het beste de verantwoordelijkheid voor het geld hebben

□

□

□

□

□

De vrouw kan het beste de verantwoordelijkheid voor het huishouden hebben

□

□

□

□

□

De verschillende groepen (Nederlanders, Marokkanen, Turken enz.) moeten zoveel mogelijk samenwerken

□

□

□

□

□

Beslissingen over grote uitgaven (zoals een auto, huis of computer kopen) kan de man het beste nemen

□

□

□

□

□

De school van mijn kinderen moet aansluiten bij mijn geloof

68.

Mensen worden wel eens uitgescholden. Hieronder staan een aantal opmerkingen. Wilt u aankruisen of u soortgelijke opmerkingen wel eens rechtstreeks (of via via) te horen heeft gekregen? Opmerkingen ongeveer zoals: Je bent lui! Je bent dom! Leer fatsoenlijk Nederlands! anders, namelijk ……………

69.

nee niet te horen gekregen □ □ □ □

van collega´s te horen gekregen □ □ □ □

tijdens werktijd van burgers te horen gekregen □ □ □ □

Door wie werden deze opmerkingen gemaakt? U kunt meerdere kruisjes zetten! □ □ □ □

door autochtone collega´s door allochtone collega´s door autochtone leidinggevenden door allochtone leidinggevenden

□ □ □ □

door autochtone burgers door allochtone burgers n.v.t. anders, namelijk ………………………………………

10

70.

Heeft u naar aanleiding van dergelijke opmerkingen overwogen weg te gaan bij de politie? □ nee, nooit □ ja, soms

71.

□ ja, regelmatig □ ja, vaak

Bent u op een van de onderstaande punten wel eens achtergesteld? Wilt u hieronder aangeven of dit tijdens de opleiding en/of daarna was. ja, tijdens mijn opleiding □ □ □ □ □ □ □ □ □

ik krijg slechtere beoordelingen ik krijg minder vaak een nieuwe kans voor mij worden minder uitzonderingen gemaakt mij wordt minder verteld er wordt scherper op mij gelet ik krijg minder verantwoordelijkheden ik krijg minder promotiekansen ik krijg de rotklussen ik krijg minder belangrijke taken

72.

ja, na mijn opleiding □ □ □ □ □ □ □ □ □

nee, nooit □ □ □ □ □ □ □ □ □

Als u achtergesteld bent, door wie werd u achtergesteld? U mag meerdere kruisjes zetten! □ □ □ □

73.

□ n.v.t.

door autochtone collega´s door allochtone collega´s door autochtone leraren door allochtone leraren

□ □ □ □

door autochtone leidinggevenden door allochtone leidinggevenden niet van toepassing anders, namelijk …………………………………

Heeft u naar aanleiding van achterstelling overwogen weg te gaan bij de politie of te stoppen met de opleiding? □ nee, nooit □ ja, soms

□ ja, regelmatig □ ja, vaak

□ n.v.t.

74.

Kunt u het meest treffende voorbeeld opschrijven waaruit blijkt dat u bent achtergesteld? ...................................................................................................................................................... ...................................................................................................................................................... ...................................................................................................................................................... ......................................................................................................................................................

75.

Vindt u dat uw collega’s in uw huidige eenheid wel eens worden achtergesteld?

76.

□ nee, nooit → verder met vraag 76 □ ja, soms

□ ja, regelmatig □ ja, vaak

Zijn dit

□ vooral autochtone collega’s □ vooral allochtone collega’s □ even vaak autochtone als allochtone collega’s

Wordt u in uw huidige eenheid wel eens voorgetrokken? □ nee, nooit □ ja, soms

77.

□ ja, regelmatig □ ja, vaak

Vinden uw collega’s in uw huidige eenheid dat u wel eens wordt voorgetrokken? □ nee, nooit → verder met vraag 78 □ ja, soms

□ ja, regelmatig □ ja, vaak

Zijn dit

□ vooral autochtone collega’s □ vooral allochtone collega’s □ even vaak autochtone als allochtone collega’s

11

78.

Worden uw collega’s in uw huidige eenheid wel eens voorgetrokken? □ nee, nooit → verder met vraag 79 □ ja, soms

□ ja, regelmatig □ ja, vaak

Zijn dit

□ vooral autochtone collega’s □ vooral allochtone collega’s □ even vaak autochtone als allochtone collega’s

Toekomstperspectief 79.

Bent u er trots op dat u bij politie werkt?

80.

Zijn de buurtgenoten/vrienden/kennissen met wie u omgaat en/of familieleden er trots op dat u bij de politie werkt?

□ ja □ nee

ga ik niet mee om vrienden/kennissen □ buurtgenoten waar ik mee omga □ familie (inclusief ooms, tantes, neven, nichten) □ andere, namelijk .................................................... □

81.

Bent u van plan bij de politie weg te gaan?

□ ja

Zo ja, op welke termijn? Zo ja, wat is hier de aanleiding van?

82.

nee, afwijzend □ □ □ □

neutraal □ □ □ □

ja, trots □ □ □ □

□ nee

............................................................................... □ verharding van het klimaat na 11 september □ harde politiecultuur □ het is tijd voor iets anders □ anders, namelijk ...............................................

Kijkt u wel eens naar personeelsadvertenties in kranten en/of tijdschriften? □ ja, vaak □ ja, af en toe

83.

□ ik weet het niet

□ zelden □ nooit

Denkt u dat u nog lang bij de politie blijft werken? □ ja ik denk er niet over om weg te gaan □ nog minstens 5 jaar

□ nog minstens 1 jaar □ minder dan 1 jaar

84.

Zou u liever ergens anders werken?

85.

Denkt u dat u nu, nadat u bij de politie heeft gewerkt, betere kansen op de arbeidsmarkt heeft dan voorheen? □ ja □ ik weet het niet

□ ja □ nee

□ ik weet het niet

□ nee

86.

U bent aan het einde gekomen van de vragenlijst. Heeft u suggesties hoe de situatie van allochtone politiemedewerkers verbeterd kan worden?

........................................................................................................................................... ........................................................................................................................................... ........................................................................................................................................... Hartelijk dank voor het invullen van de vragenlijst! u kunt de vragenlijst zonder postzegel sturen naar Bureau Driessen antwoordnummer 9034 3500 ZA Utrecht. 12