Collegevoorstel
Openbaar Onderwerp
Vragen SP en VVD over lening Het Groene Hert Programma / Programmanummer
BW-nummer
Klimaat & Energie / 1022, Bestuur en Middelen / 1042 Portefeuillehouder
J. van der Meer, B. Jeene Samenvatting
Directie/afdeling, ambtenaar, telefoonnr.
In de kamerronde van politieke avond van 18 september 2013 is het feitenrelaas van ons college besproken over de lening die wij in januari 2013 hebben verstrekt aan Het Groene Hert. Naar aanleiding van deze bespreking hebben de fracties van SP en VVD aanvullende schriftelijke vragen gesteld op basis van artikel 39 van het reglement van orde. In de bijgaande brief beantwoorden wij deze vragen.
ML20, Marcel Lemmen, 9051, Gérard de Leeuw, 2462 Datum ambtelijk voorstel
1 oktober 2013 Registratienummer
13.0012563
Ter besluitvorming door het college
1. De brief aan de gezamenlijke fracties van SP en VVD met de beantwoording van vragen over de verstrekte lening aan Het Groene Hert vast te stellen.
Paraaf akkoord
Datum
Paraaf akkoord
Datum
Leidinggevende K. Donné, ML10
Programmamanager M. Hustinx
Programmadirecteur J. Sprangers
Alleen ter besluitvorming door het College Besluit B&W d.d. 2 oktober 2013 Conform advies
Aanhouden Anders, nl.
nummer: 3.1
Bestuursagenda
Gemeentesecretaris
Portefeuillehouder
CV Vragen SP-VVDover lening Het Groene Hert a.docx
Collegevoorstel
Milieu Klimaat & Groen & Wonen
Korte Nieuwstraat 6 6511 PP Nijmegen Telefoon 14024 Telefax (024) 329 95 81 E-mail
[email protected]
Aan de fracties van de SP en VVD t.a.v. Dhr. Van Hooft en Dhr. Veldman
Postbus 9105 6500 HG Nijmegen
Datum
Ons kenmerk
Contactpersoon
2 oktober 2013
ML10/FA20 13.0012565
Marcel Lemmen, Gérard de Leeuw
Datum uw brief
Doorkiesnummer
30 september 2013
(024) 3299051
Onderwerp
Beantwoording schriftelijke vragen verstrekken lening aan Het Groene Hert
Geachte heren Van Hooft en Veldman,
In de kamerronde van politieke avond van 18 september 2013 is het feitenrelaas van ons college besproken over de lening die wij in januari 2013 hebben verstrekt aan Het Groene Hert. Op 30 september jl. heeft u schriftelijke vragen aan het college gesteld over het faillissement van Het Groene Hert. Hoewel deze vragen laat binnen zijn gekomen, willen wij met deze brief antwoorden geven op de door u gestelde vragen. Daarbij hebben wij het antwoord op een aantal vragen geclusterd. 1. Zijn de liquiditeitsprognoses in het continuïteitsplan (pag 88/89 feitenrelaas) ambtelijk beoordeeld en zo ja wat was het oordeel? Ja, het oordeel is dat de liquiditeitsprognoses dusdanig waren dat Het Groene Hert na een tijdelijke dip in de prognoses perspectief had op voldoende omzet. 2. Welke afdeling heeft de liquiditeitsprognoses beoordeeld (Milieu, Concern of beide) en was hun oordeel eensluidend? De afdeling Financiën en Milieu hebben deze samen beoordeeld en hun conclusie was eensluidend. 3. Zijn de liquiditeitsprognoses in het continuïteitsplan (pag. 88/89 feitenrelaas) bestuurlijk beoordeeld en zo ja wat was uw oordeel? Ja, zie het antwoord onder vraag 1.
www.nijmegen.nl
Beantwoording schriftelijke vragen SP en VVD def6 (2).doc
Gemeente Nijmegen Milieu Klimaat & Groen & Wonen
Vervolgvel
1
Vragen 4,5 en 8: 4. Deelt u de conclusie dat uit de liquiditeitsprognoses in het continuïteitsplan blijkt dat er in de eerste 3 maanden van 2013 objectief geen enkele noodzaak is voor het verstrekken van een lening aan HGH? Zo nee, waarom niet? 5. Deelt u de conclusie dat uit de liquiditeitsprognoses in het continuïteitsplan blijkt dat er in heel 2013 geen absolute noodzaak is voor het verstrekken van een lening aan HGH, maar dat het verstrekken van een lening mogelijk vanaf april 2013 wel gewenst is in het worst-case scenario? Zo nee, waarom niet? 8. Waarom heeft u de lening aan HGH in januari 2013 verstrekt terwijl daar op dat moment volgens de liquiditeitsprognoses geen noodzaak voor was? Waarom heeft u niet gewacht tot minstens april 2013? Volgens de liquiditeitsprognoses zou vanaf april 2013 een lening mogelijk gewenst zijn (in het worst-case scenario). Vanaf dat moment zou u ook in staat zijn geweest om de liquiditeitsprognoses beter te toetsen aan de werkelijke liquiditeitspositie van HGH. Waarom heeft u zichzelf niet de tijd gegeven om dit inzicht te verkrijgen? In het continuïteitsplan is aangegeven dat de betaling van salarissen in november en december 2012 al een probleem vormde. Met het mogelijke zicht op een lening heeft ‘Het Groene Hert’ eind 2012 uitstel van betaling gevraagd en gekregen van zijn crediteuren. Hiermee verschoof feitelijk het liquiditeitsprobleem van eind 2012 naar het eerste kwartaal van 2013 en week daarmee af van het eerder in de prognoses geschetste beeld. De feitelijke liquide situatie vereiste daarom een financiële injectie in het eerste kwartaal. Met behulp van de uitbetaalde lening in januari heeft Het Groene Hert zijn schuldeisers alsnog betaald. Uit het continuïteitsplan blijkt verder dat alleen het realiseren van extra projectinkomsten (samen met een lening) een herhaling van een liquiditeitstekort eind 2013 kon voorkomen. Eenmaal het jaar 2013 overbrugd, kon Het Groene Hert ook van het driejarig huurcontract af en verhuizen naar kleinere en goedkopere huisvesting.
Vragen 6 en 7 6. Zijn de liquiditeitsprognoses in het continuïteitsplan ambtelijk getoetst door inzicht te verkrijgen in de werkelijke liquiditeitspositie van HGH en deze te vergelijken met de prognoses? Zo nee, waarom niet? Zo ja, welke afdeling (Milieu, Concern of beide) heeft getoetst, wat was de werkelijke liquiditeitspositie van HGH en wat was het ambtelijk oordeel? Zijn de liquiditeitsprognoses in het continuïteitsplan bestuurlijk getoetst door inzicht te verkrijgen in de werkelijke liquiditeitspositie van HGH en deze te vergelijken met de prognoses? Wij hebben Stichting Kiemt opdracht gegeven om de financiële positie van Het Groene Hert gedetailleerd onder de loep te nemen. Dit inclusief de te verwachten orders en de kansen daarop. Dit is vervolgens ambtelijk beoordeeld. Het feit dat Het Groene Hert in november 2012 niet aan zijn betalingsverplichtingen (inclusief salarissen personeel) kon voldoen, gaf ons voldoende duidelijkheid over de financiële liquide positie van dat moment. Op basis van deze en ambtelijke advisering hebben wij bestuurlijk besloten tot het verstrekken van de lening.
www.nijmegen.nl
Beantwoording schriftelijke vragen SP en VVD def6 (2).doc
Gemeente Nijmegen Milieu Klimaat & Groen & Wonen
Vervolgvel
2
9. De wethouder Financiën is bestuurlijk verantwoordelijk voor het verstrekken van leningen, ongeacht het programma waaronder deze lening valt. De wethouder heeft mondeling meegedeeld dat hij de liquiditeitsprognoses van HGH niet heeft getoetst. Wat heeft de wethouder/concern wel gedaan om te beoordelen of HGH ooit in staat zou zijn de lening terug te betalen? Heeft er een eigen inhoudelijk c.q. financiële toets plaatsgevonden bij de afdeling financiën? Uit het feitenrelaas is dit niet op te maken. Kunt u de inhoudelijke afweging inclusief argumentatie/toetsing beschikbaar stellen? De wethouder heeft laten nagaan of er voldoende omzet was in de toekomst. Er heeft een gedetailleerde toets op de geprognotiseerde omzetverwachting en opdrachtenportefeuille plaatsgevonden door Stichting Kiemt. Uit deze toets kwam naar voren dat Het Groene Hert aan het begin van 2013 reeds 80% van de benodigde omzet in contracten had vastliggen (zie ook antwoord op vragen 6 en 7).Uiteindelijk heeft in het college de afweging plaatsgevonden tussen het financieel risico en de nagestreefde beleidsdoelstellingen.
10. Welke inhoudelijk afwegingsverschil zit er tussen het collegebesluit van 18/12 en het mondelinge onderonsje tussen de wethouders Klimaat en Financiën van 18/12? Uit de verslaglegging van het college blijkt dat er geen lening verstrekt kan worden omdat er geen onderpand is. In het onderonsje tussen de wethouders is besloten dat er geen onderpand nodig is. Welke inhoudelijke afweging heeft er plaatsgevonden? Welke inhoudelijke argumenten verklaren het verschil in standpunt? Wij waren ons bewust van een zeker risico van het verstrekken van deze lening. Bancair waren alle te stellen zekerheden reeds als onderpand ingebracht en er was geen onderpand meer beschikbaar dat daadwerkelijk een zekerheid zou geven richting gemeente Nijmegen. In de eindafweging van het college, en daarmee de portefeuillehouder Financiën, is relevant geweest dat het risico binnen het inhoudelijke programma werd afgedekt. Een risico op uitzetting van de begroting is hiermee verkleind. Inhoudelijk is hierbij overwogen dat het zelf uitvoeren van de taken tot hogere kosten zou gaan leiden.
Hoogachtend, college van Burgemeester en Wethouders van Nijmegen, De Burgemeester,
De Gemeentesecretaris,
drs. H.M.F. Bruls
drs. B. van der Ploeg
www.nijmegen.nl
Beantwoording schriftelijke vragen SP en VVD def6 (2).doc
SP fractie Nijmegen www.nijmegen.sp.nl Postbus 9105 6500 HG Nijmegen T 024 3292371
[email protected]
'
Nijmegen, 30 September 2013 Aan: Van: Betreft:
Het College van Burgemeester en Wethouders van Nijmegen Hans van Hooft, SP-fractie, Hayke Veldman, WD-fractie Schriftelijke vragen ten behoeve van behandeling feitenrelaas inzake verstrekken geldlening aan Het Groene Hert in raadsvergadering van 2 oktober.
Geacht college, Tijdens de Kamerbehandelingen over de lening aan Het Groen Hert (HGH) heeft u bij herhaling mondeling geen duidelijk antwoord gegeven op een aantal vragen. Daarom herhalen we de vragen nogmaals, met het dringende verzoek of u deze schriftelijk wilt beantwoorden voor de behandeling in de gemeenteraad op 2 oktober 2013. Een van de vragen betrof de liquiditeitsprognose in het continuTteitsplan (pag. 88/89 feitenrelaas). Deze prognose geeft aan het de liquiditeitspositie van HGH in de eerste drie maanden van 2013 positief is, zowel in het worst-case scenario (pag 88, exciusief €10.000 per maand nieuwe projecten) als in het best-case scenario (pag 89, inclusief €10.000 per maand nieuwe projecten). Uit deze prognoses blijkt ook dat de liquiditeitspositie van HGH (zowel worstcase als best-case) in heel 2013 niet slechter wordt dan in november 2012 (-€133.000) en in heel 2013 boven het niveau van oktober 2012 (-€166.000) blijft. Zolang er sprake is van een positieve liquiditeitspositie ontbreekt de noodzaak voor het verstrekken van een lening. Conclusie 1: in de eerste 3 maanden van 2013 is er objectief geen enkele noodzaak voor het verstrekken van een lening aan H G H . Toen u in januari 2013 een lening van €100.000 verstrekte was het financiele dieptepunt van HGH inmiddels achter de rug. HGH is er blijkbaar in geslaagd om het dieptepunt in oktober, november en december 2012 op eigen kracht te overieven. Conclusie 2: in heel 2013 is het verstrekken van een lening aan HGH niet absoluut noodzakelijk, maar mogelijk vanaf april 2013 wel gewenst in het worst-case scenario. Mondeling is het college bij herhaling gevraagd hoe u de liquiditeitsprognose in het continuTteitsplan heeft beoordeeld. Dat antwoord is niet een keer gegeven. Op de vraag of de liquiditeitsprognose ook is getoetst aan de werkelijke liquiditeitspositie van HGH was het antwoord van wethouder Jeene dat hij die prognose niet heeft getoetst.
Graag willen we antwoord op de volgende vragen:
• •^
1. Zijn de liquiditeitsprognoses in het continuTteitsplan (pag 88/89 feitenrelaas) ambtelijk beoordeeld en zo ja wat was het oordeel? 2. Welke afdeling heeft de liquiditeitsprognoses beoordeeld (Milieu, Concern of beide) en was hun oordeel eensluidend? 3. Zijn de liquiditeitsprognoses in het continuTteitsplan (pag 88/89 feitenrelaas) bestuurlijk beoordeeld en zo ja wat was uw oordeel? 4. Deelt u de conclusie dat uit de liquiditeitsprognoses in het continuTteitsplan blijkt dat er in de eerste 3 maanden van 2013 objectief geen enkele noodzaak is voor het verstrekken van een lening aan HGH? Zo nee, waarom niet? 5. Deelt u de conclusie dat uit de liquiditeitsprognoses in het continuTteitsplan blijkt dat er in heel 2013 geen absolute noodzaak is voor het verstrekken van een lening aan H G H , maar dat het verstrekken van een lening mogelijk vanaf april 2013 wel gewenst is in het worst-case scenario? Zo nee, waarom niet? 6. Zijn de liquiditeitsprognoses in het continuTteitsplan ambtelijk getoetst door inzicht te verkrijgen in de werkelijke liquiditeitspositie van HGH en deze te vergelijken met de prognoses? Zo nee, waarom niet? Zo ja, welke afdeling (Milieu, Concern of beide) heeft getoetst, wat was de werkelijke liquiditeitspositie van HGH en wat was het ambtelijk oordeel? 7. Zijn de liquiditeitsprognoses in het continuTteitsplan bestuurlijk getoetst door inzicht te verkrijgen in de werkelijke liquiditeitspositie van HGH en deze te vergelijken met de prognoses? Zo nee, waarom niet? Zo ja, wat was uw bestuurlijk oordeel? 8. Waarom heeft u de lening aan HGH in januari 2013 verstrekt terwiji daar op dat moment volgens de liquiditeitsprognoses geen noodzaak voor was? Waarom heeft u niet gewacht tot minstens april 2013? Volgens de liquiditeitsprognoses zou vanaf april 2013 een lening mogelijk gewenst zijn (in het worst-case scenario). Vanaf dat moment zou u ook in staat zijn geweest om de liquiditeitsprognoses beter te toetsen aan de werkelijke liquiditeitspositie van HGH. Waarom heeft u zichzeif niet de tijd gegeven om dit inzicht te verkrijgen?
9. De wethouder Financien is bestuurlijk verantwoordelijk voor het verstrekken van leningen, ongeacht het programma waaronder deze lening valt. De wethouder heeft mondeling meegedeeld dat hij de liquiditeitsprognoses van H G H niet heeft getoetst. Wat heeft de wethouder/concern wel gedaan om te beoordelen of HGH ooit in staat zou zijn de lening terug te betalen? Heeft er een eigen inhoudelijk cq financiele toets plaatsgevonden bij de afdeling financien? Uit het feitenrelaas is dit niet op te maken. Kunt u de inhoudelijke afweging inclusief argumentatie/toetsing beschikbaar stellen? 10.
Welke inhoudelijk afwegingsverschil zit er tussen het collegebesluit van 18/12 en het mondelinge onderonsje tussen de wethouders Klimaat en Financien van 18/12? Uit de verslaglegging van het college blijkt dat er geen lening verstrekt kan worden omdat er geen onderpand is. In het onderonsje tussen de wethouders is besloten dat er geen onderpand nodig is. Welke INHOUDELIJKE afweging heeft er plaatsgevonden? Welke inhoudelijke argumenten verklaren het verschil in standpunt?
Met vriendelijke groet, Namens de fracties van de SP en W D ,
Hans van Hooft (SP), Hayke Veldman(WD)