Vragen en antwoorden Regionaal Werkbedrijf Aanleiding en context Waarom kiezen gemeenten voor een regionaal Werkbedrijf? - bedrijven vragen om betere facilitering en ontzorging bij het aannemen van werkzoekenden met minder arbeidsvermogen. - integrale aansturing op het sociaal domein - rijksoverheid stuurt al een aantal jaren op meer regionale samenwerking - bedrijven hebben zich in het Sociaal Akkoord verbonden met de afspraak om meer mensen met een arbeidsbeperking in dienst te nemen. Wat gaat het Werkbedrijf brengen? - betere bedrijfsdienstverlening - meer integrale en mensgerichte kandidaatsbenadering - meer verbinding met het accent op wat mensen wel kunnen - organisatorische kwetsbaarheid van gemeenten verminderen Welke gemeenten vallen onder de regio Rijk van Nijmegen? Druten, Wijchen, Beuningen, Heumen, Nijmegen, Ubbergen, Mook en Middelaar, Groesbeek en Millingen aan de Rijn.
-
West maas en waal Valt niet onder de regio Rijk van Nijmegen. Participeren wel in Breed. Bepalen nog of ze participeren in het nieuwe Werkbedrijf
-
Mook en Middelaar Valt wel onder de regio Rijk van Nijmegen Participeren niet in Breed. Participeren wel in het nieuwe Werkbedrijf Participeren wel in de MGR.
Betekent de bouw van een Werkbedrijf ook dat er bezuinigd moet worden? De bouw van het Werkbedrijf ‘an sich’ betekent niet dat er wordt bezuinigd. Er vinden wél (rijks)bezuinigingen plaats, maar die hangen niet samen met het Werkbedrijf. De rijksbezuinigingen hebben wel invloed op de dienstverlening vanuit het Werkbedrijf. Er wordt minder geld (via o.a. h et Participatiebudget) voor een grotere groep werkzoekenden beschikbaar gesteld door het Rijk. Ook de overige middelen voor de gemeente krimpen. Op dit moment wordt door de regio voor ongeveer € 5,6 miljoen uit de algemene middelen geïnvesteerd in re-integratie. Bij de bouw van het Werkbedrijf wordt er vanuit gegaan dat het Werkbedrijf zonder deze aanvullende investeringen in re-integratie een robuust bedrijf moet zijn. Wanneer wordt de Participatiewet ingevoerd? Het Kabinet wil de Participatiewet per 1 januari 2015 invoeren. Het is de planning om het wetsvoorstel nog in 2013 aan te bieden aan de Tweede Kamer.
1
Wat gebeurt er als de Participatiewet wordt uitgesteld? Eventueel uitstel van de Participatiewet heeft geen invloed op de start van het Werkbedrijf. Op dat moment blijft de Wet werk en bijstand van kracht en is en blijft het Werkbedrijf de uitvoerder van het gemeentelijke beleid inzake werk en re-integratie. Wat zijn de belangrijkste veranderingen in de Participatiewet? De belangrijkste veranderingen in het wetsvoorstel Particiaptiewet ten opzichte van de huidige weten regelgeving (Wsw, Wwb en Wajong), zijn: - de invoering van het instrument loonkostensubsidie - de invoering van het instrument beschut werken - het beëindigen van de instroom in de wsw - de overdracht van wajongers met arbeidsvermogen naar gemeenten - een herkeuring voor mensen in de Wajong - 100.000 extra banen voor mensen met een arbeidshandicap De Participatiewet wordt de rechtsopvolger van de huidige Wet werk en bijstand. Op welke wijze zijn relevante partijen betrokken bij het proces tot op heden? In het traject naar het nieuwe Werkbedrijf zijn veel partijen betrokken geweest. Met de huidige uitvoeringsorganisaties (Breed, UWV, AWBZ-instellingen) is overleg geweest, met de cliëntenraden in de regio en met werkgevers(vertegenwoordigers). De voorliggende plannen zijn gedeeld en afgestemd. De medezeggenschapsorganen zijn geïnformeerd, zowel over de intentie (Samen Sterker) als over een concept-werkboek. Op dit moment liggen de laatste plannen voor advies bij de medezeggenschapsorganen. Gemeenteraden in de regio is verzocht een zienswijze (of wensen en bedenkingen) te geven op de intentie verwoord in Samen Sterker, dat in februari 2013 door de colleges is vastgesteld. De rode draad van de ingediende zienswijzen is teruggekoppeld via een raadsinformatiebrief, in het raadsvoorstel om te komen tot één nieuw regionaal Werkbedrijf wordt per gemeente op specifieke zienswijzen ingegaan.
2
Werkbedrijf Wat is het Werkbedrijf? Het Werkbedrijf is een arbeidsbemiddelingsbedrijf. Dat betekent dat het Werkbedrijf mensen naar werk bemiddelt. Een belangrijk verschilt tussen het Werkbedrijf en een uitzendbureau is dat de mensen die bij het Werkbedrijf binnenkomen, vaak echt ondersteuning nodig hebben bij het vinden van werk. Bijvoorbeeld omdat ze een arbeidshandicap hebben. Wat doet het Werkbedrijf? Het werkbedrijf heeft drie functies: 1. De bedrijfsdienstverlening Bedrijven hebben werk. Het Werkbedrijf acquireert plekken bij bedrijven. Maar het Werkbedrijf doet meer dan dat. Het werkt echt samen met bedrijven, adviseert en profileert met bedrijven de regio. Het motto daarbij is: eerst contact, dan contract. Het Werkbedrijf doet niet aan kille/koude acquisitie. 2. De kandidaatsbenadering Iedereen kan een bijdrage leveren. Een kandidaat is iemand die een functie kan en wil vervullen. Het Werkbedrijf kent kandidaten. Door ze te screenen en – in sommige gevallen – te diagnosticeren. Het doel is kandidaten te activeren. Niet alleen door een match te maken tussen kandidaat en bedrijf (ad 3), maar ook door bijvoorbeeld een cursusaanbod. Meewerken aan een re-integratietraject is niet vrijblijvend. Het Werkbedrijf controleert of een kandidaat zijn of haar verplichtingen nakomt, en handhaaft indien nodig. 3. De verbindingsfunctie Bedrijven en kandidaten worden door de bemiddeling van het Werkbedrijf direct met elkaar in contact gebracht. Als een kandidaat – al dan niet begeleidt door het Werkbedrijf – aan de slag gaat op de werkvloer (het beste re-integratie-instrument), monitort het werkbedrijf de ontwikkeling van de kandidaat en onderhoudt het Werkbedrijf contact met het bedrijf. Het Werkbedrijf voert de regie over de onderkant van de arbeidsmarkt, wat betekent dit? De onderkant van de arbeidsmarkt is een vaak gebruikte term, maar heeft een te negatieve lading. Deze term verwijst naar de regelingen (Wajong, WSW, WWB) die er zijn voor mensen die hulp of begeleiding nodig hebben om (zo regulier mogelijk) werk te vinden. Het Werkbedrijf gaat altijd uit van wat kandidaten wel kunnen en is van mening dat iedereen een bijdrage kan leveren. Het is niet interessant om alleen maar te weten wat iemand niet kan. Het Werkbedrijf is er voor mensen van 1 tot 100% loonwaarde, wat betekent dit? Van het begrip loonwaarde zijn meerdere definities in omloop. Het begrip loonwaarde verwijs naar de “economische waarde van het werk dat iemand verricht of kan verrichten.” Daarbij spelen meerdere factoren een rol (functie, persoon, bedrijf, etc.). Waar is het Werkbedrijf gevestigd? Dit is nog niet bekend.
3
Bedrijven Wat gaan bedrijven merken van het nieuwe Werkbedrijf? Het werkbedrijf werkt samen met bedrijven door echt contact te hebben, met één aanspreekpunt met kennis van de branche en het bedrijf daarbinnen (in plaats van negen aanspreekpunten namens alle gemeenten, een aanspreekpunt namens Breed en een aantal aanspreekpunten namens de AWBZ-instellingen). Het Werkbedrijf krijgt een goede detacheringsfaciliteit en draagt op die manier – indien nodig – het werkgeverschap. Kandidaten en bedrijven worden goed begeleid. Er komt één regionale re-integratieverordening in plaats van negen (op detailniveau verschillende) verordeningen en er komt één soort bedrijfsdienstverlening in plaats van negen. Hoe wordt het bedrijfsleven betrokken in het vervolgtraject? Bij de uitwerking van de bedrijfsdienstverlening, wordt contact gezocht met bedrijven. Dat gebeurt nu al, maar zal een steeds concreter karakter krijgen. Verder is het een kwestie van “gewoon doen”. Als het plan geconcretiseerd wordt, wordt de nieuwe werkwijze ingevoerd en dat gaan bedrijven merken.
Kandidaten Wat gaan werkzoekenden merken van het nieuwe Werkbedrijf? Kandidaten worden direct in contact gebracht met bedrijven. Het werkbedrijf gaat uit van wat mensen wel kunnen. De juiste begeleiding/hulp is niet meer afhankelijk van regelgeving, er wordt meer uitgegaan van wat iemand nodig heeft. Dat betekent soms ook dat het Werkbedrijf zeer lichte dienstverlening levert. Het betekent ook dat de dienstverlening “logischer wordt”. Mensen die nu relatief “op elkaar lijken”, kunnen onder de huidige regelgeving allemaal een andere regeling hebben. Deze kunnen erg van elkaar verschillen. Dat heeft negatieve gevolgen, die de regio in de toekomst wil wegnemen. Moet iedereen nu naar een plek in de regio voor dienstverlening? Nee. Het werkbedrijf werkt vindplaatsgericht. Dat betekent dat het werkbedrijf lokaal actief is op plekken waar kandidaten komen. In samenwerking met bedrijven en lokale toegangspoorten. Waar kunnen mensen terecht die niet kunnen werken? Mensen die recht hebben op een Wajong-uitkering, kunnen terecht bij het UWV. Iedereen die bij het werkbedrijf komt, heeft arbeidsvermogen. Afhankelijk van wat iemand kan, wordt gezocht naar een zo regulier mogelijke plek in een bedrijf. Het werkbedrijf heeft geen “productiefunctie”. Voor de trajecten die meer het karakter hebben van een zorgtraject, wordt in 2014 bepaald hoe deze vormgegeven gaan worden. Zoals de arbeidsmatige dagbesteding en het beschutte werk. Het werkbedrijf focust echt op arbeidsbemiddeling, en moet vooral niet in de verleiding komen mensen te snel in een interne omgeving te zetten. Dat is in het verleden te veel gebeurd.
4
Waarom bouwt de regio een nieuw bedrijf, terwijl lokale dienstverlening en direct contact zo belangrijk is? Regionalisering sluit lokale dienstverlening niet uit. De ambitie van de regio is helder: de bedrijfsdienstverlening een impuls geven. Dat doet het werkbedrijf onder andere door te gaan werken met één nieuwe verordening (in plaats van 9 verschillende gemeentelijke verordeningen). Dat sluit lokale dienstverlening zeker niet uit. Per gemeente wordt gekeken hoe de lokale dienstverlening eruit ziet (welke mensen geholpen worden, welke bedrijven benaderd worden, hoe de samenwerking met de gemeente er exact uitziet, waar de toegang is, etc.). Wanneer komt de Wajong over naar gemeenten? Bij de invoering van de Participatiewet is het zo geregeld dat de nieuwe instroom met arbeidsvermogen direct onder het bijstandsregime van de P-wet vallen. De nieuwe instroom zonder arbeidsvermogen gaat naar het UWV voor een Wajong uitkering. Voor het zittende bestand wajong geldt dat er herkeuringen worden uitgevoerd en dat mensen met een arbeidsvermogen worden in cohorten overgedragen aan de gemeenten. Wie voert de herkeuringen van de Wajongers uit? Het UWV voert de herkeuringen van de bestaande Wajongers uit. UWV bepaalt het wel of niet hebben van arbeidsvermogen. Huidige wajongers met arbeidsvermogen worden overgedragen aan gemeenten, wajongers zonder arbeidsvermogen blijven recht houden op hun Wajong uitkering. Hoe bereidt de gemeente zich voor op de komst van de Wajongers? Gemeente Nijmegen en het UWV hebben gezamenlijk een onderzoeksopdracht uitgezet met de titel ‘Wajong in beeld’. De onderzoeksopdracht mondt uit in een paper over wie die Wajongers met arbeidsmogelijkheden zijn en hoe zij op een effectieve en efficiënte wijze ondersteund kunnen worden bij het vinden en behouden van werk. Deze kennis zal gebruikt worden bij de ontwikkeling van de re-integratieverordening en de inrichting van het Werkbedrijf. Hoe zijn tot nu toe de mensen betrokken bij het proces? De verschillende adviesorganen c.q. cliëntenraden van de gemeenten zijn op verschillende momenten in het proces tot op heden betrokken: 1. bij de vaststelling van de intentieverklaring eind 2011. Indertijd is een informatiebijeenkomst gehouden voor alle adviesorganen. Adviesorganen hebben geadviseerd ten aanzien van de intentieverklaring. 2. bij de tussentijdse voortgangsnotitie medio 2012. Ook toen is een informatiebijeenkomst gehouden voor de adviesorganen. 3. bij het voornemen om een Werkbedrijf op te richten in februari 2013. Adviesorganen is gevraagd het gemeentebestuur te adviseren. 4. bij het nu voorliggende voorstel om definitief te komen tot een werkbedrijf. In november is een informatiebijeenkomst gehouden voor de adviesorganen. De adviesorganen is gevraagd het gemeentebestuur te adviseren. Hoe worden de kandidaten betrokken bij het vervolg? In de laatste informatiebijeenkomst voor de adviesorganen is gesproken over de clientenparticipatie bij het vervolgproces. Afgesproken is dat de gemeenten met een voorstel komen om gedurende de transformatieperiode een Platform cliëntenraden i.o. samen te stellen via een afvaardiging van de verschillende adviesorganen. Dit Platform zal betrokken worden bij de voortgang van het proces en tevens zal dit Platform zich gaan buigen over de vormgeving van de clientenparticipatie in het Werkbedrijf.
5
Zie tabel op bladzijde 31; er zijn 4.800 potentiele kandidaten voor het werkbedrijf. In de tabel staat vervolgens: De dienstverlening circa 2000 per jaar dienstverlening werkbedrijf en circa 2000 nieuwe instroom met arbeidsplicht. Waar zijn die 800 mensen gebleven? De raming is dat het Werkbedrijf circa 4.000 kandidaten kan bedienen. Het restant van de omvang van de potentiele kandidaten wordt een jaar later opgepakt.
Positionering Werkbedrijf in het sociaal domein Hoe verhoudt het werkbedrijf zich tot de lokale toegangspoorten? Alle deelnemende gemeenten maken afspraken met het werkbedrijf over de aansluiting van het werkbedrijf op de lokale toegangspoorten. Dit wordt in een dienstverleningsovereenkomst vastgelegd. De dienstverlening van het werkbedrijf heeft verschillende kleuren. In de lokale toegangspoorten komen over het algemeen mensen die op meerdere leefgebieden problemen hebben. Dat betekent dat het werkbedrijf mee moet in de (integrale) benadering van de aanpak en dat dus niet per definitie Werk voorop staat. Wat is het verschil met een sociale werkplaats? Het Werkbedrijf is geen sociale werkplaats en heeft geen sociale werkplaats. Het werkbedrijf bemiddelt mensen naar de arbeidsmarkt, en focust hierbij op reguliere bedrijven. In 2014 wordt bepaald hoe in de toekomst vormgegeven wordt aan “de sociale werkplaatsen”. Voor mensen in de arbeidsmatige dagbesteding of mensen met een toekomstige beschutte werkplek. Ook die plekken zijn overigens bij voorkeur niet op een sociale werkplaats, maar bij een regulier bedrijf. Wat is het verschil met een uitzendbureau? Een uitzendbureau helpt mensen aan het werk die direct ingezet kunnen worden bij een bedrijf. De mensen waarvoor het werkbedrijf dienstverlening levert, kunnen dat niet meteen. Omdat ze bijvoorbeeld eerst werkfit moeten worden of arbeidshandicap hebben. Het werkbedrijf heeft daarom ook instrumenten die ze kan inzetten om mensen aan het werk te helpen (begeleiding, loonkostensubsidie, werken met behoud van uitkering, etc.) Wat is de rol van het UWV? Het UWV voert de Wajong uit. Het UWV benadert bedrijven in de regio voor mensen in de WW, en doet dit gezamenlijk met het nieuwe werkbedrijf. Het UWV doet indicties. Wat is het verschil tussen het werkbedrijf en de huidige afdelingen Werk van de gemeenten? Het werkbedrijf bedient een grotere groep mensen (ook huidige WSW, ook huidige Wajongers met arbeidsvermogen). Het werkbedrijf heeft een andere organisatiecultuur (gericht op direct contact, innovatief, flexibel, etc.). Het werkbedrijf werkt aan één uniform (regionaal) instrumentarium. Daarmee ontzorgd het werkbedrijf bedrijven in de regio, brengt het werkbedrijf kandidaten direct in contact met bedrijven en gaat het werkbedrijf – op individueel niveau – uit van wat kandidaten wél kunnen. Wat betekent de komst van het werkbedrijf voor het SW-bedrijf Breed? (Delen van) Breed zullen integreren in het nieuwe werkbedrijf. Hiervoor worden scenario’s ontwikkeld. In 2014 wordt een scenario gekozen.
6
Wat zijn de consequenties geweest van het Sociaal Akkoord op dit werkbedrijf? Het Sociaal Akkoord riep een aantal vragen op over wat gemeenten precies moeten gaan doen. Inmiddels is daar meer duidelijkheid over gekomen. De basis van de Participatiewet is voor gemeenten onveranderd gebleven. Mensen die onder het huidige regime een Wajong-uitkering ontvangen maar toch arbeidsvermogen ontvangen, vallen in de toekomst onder de verantwoordelijkheid van de gemeenten. Voor deze groep mensen en de huidige bijstandsgerechtigden richt de regio een Werkbedrijf op. Onderdelen van Breed gaan ook onder het Werkbedrijf vallen. Het Rijk van Nijmegen kent daardoor in de toekomst één Werkbedrijf voor de onderkant van de arbeidsmarkt.
Begroting Hoeveel geld is beschikbaar voor het werkbedrijf? In eerste instantie ongeveer € 14 miljoen. Waar wordt het werkbedrijf uit betaald? Het werkbedrijf wordt gebouwd op basis van het Participatiebudget dat gemeenten ontvangen voor re-integratietaken. Waarom het participatiebudget volledig overgedragen? Het Participatiebudget moet uitgegeven worden aan re-integratietaken en het Werkbedrijf gaat deze taken vormgeven. Daarnaast moet een bedrijf een solide basis hebben.
Aansturing Hoe wordt het werkbedrijf bestuurd? Het werkbedrijf wordt aangestuurd door een directie. De directie wordt aangestuurd door een bestuurscommissie Werk. In de bestuurscommissie Werk zitten portefeuillehouders Werk. Alle deelnemende gemeenten sluiten een dienstverleningsovereenkomst af met het Werkbedrijf. Daarin wordt beschreven wat het Werkbedrijf in die specifieke gemeente doet. Wat is de MGR en hoe verhoudt deze MGR zich met het Werkbedrijf? De MGR staat voor Modulaire Gemeenschappelijke Regeling en is een regionale organisatie voor het Rijk van Nijmegen. De MGR heeft een Algemeen Bestuur met vertegenwoordigers uit de colleges van alle gemeenten. Dat algemeen bestuur is verantwoordelijk voor integrale samenwerking en afstemming. Onder de MGR hangen “modules”. Het Werkbedrijf is de eerste module. Het werkbedrijf zelf wordt aangestuurd door een bestuurscommissie Werk. Deze bestuurscommissie krijgt alle bevoegdheden die nodig zijn om effectief aansturing te kunnen geven aan het werkbedrijf. Zoals de bevoegdheid om instrumenten te kunnen ontwikkelen en de deelbegroting Werk vast te kunnen stellen. Wat betekent dit voor de positie van raadsleden? Raadsleden kunnen: - Het college ter verantwoording roepen als “eigenaar” van de MGR en de afgevaardigde collegeleden in een AB een boodschap meegeven. - Kaders stellen en die laten verwerken in een dienstverleningsovereenkomst. - Het college ter verantwoording roepen over de dienstverleningsovereenkomst. - Zienswijze geven over de begroting en jaarrekening van de MGR. - In brede zin meedenken binnen de samenwerkingscommissie van de MGR.
7
Formeel lijkt het alsof de raad op afstand wordt gezet van uitvoering en beleid op het gebied van de participatiewet. wat zijn de materiele verschillen tussen de bevoegdheden van de raad nu en straks als de MGR een feit is? Formeel wordt de verordenende bevoegdheid overgedragen van de raad naar de MGR. Dit gebeurt omdat het de ambitie is te gaan werken met één instrumentarium voor alle bedrijven (en niet een veelvoud daarvan, zoals nu het geval is). Een re-integratieverordening is een instrumentele verordening en beschrijft op hoofdlijn welke trajecten in welke gevallen ingezet worden (welke mogelijkheden er zijn mensen weer aan het werk te krijgen). Hoe deze mogelijkheden worden ingezet, wordt door individuele deelnemende gemeenten bepaalt via een dienstverleningsovereenkomst. De raad kan – net als nu het geval is – de vakinhoudelijke portefeuillehouder aanspreken op het gevoerde beleid en de uitvoering. De raad kan nog steeds kaders aangeven. De directe mogelijkheid om een (gemeentelijke) begroting bij te stellen verdwijnt echter, omdat de MGR een externe organisatie is. Waarom worden de bevoegdheden van de raad gedelegeerd? De bevoegdheden van de raad worden gedelegeerd omdat de regio één set van uniforme instrumenten wil. Welke bevoegdheden van de raad worden gedelegeerd? De verordenende bevoegdheid. Wat is de dienstverleningsovereenkomst? Een overeenkomst tussen een deelnemende gemeenten en het Werkbedrijf over de dienstverlening die ingekocht wordt. Wat gebeurt er als het werkbedrijf haar werkzaamheden cq afspraken die zijn vastgelegd in de DVO niet kan nakomen? Daarover wordt transparant gerapporteerd. Uiteraard wordt eerst het werkbedrijf aangesproken op de te realiseren prestaties. Het werkbedrijf heeft een inspanningsverplichting. Als deze niet gerealiseerd kunnen worden, betekent dit dat de afspraken gewijzigd moeten worden. Dat gebeurt altijd op een transparante wijze. Mocht blijken dat het werkbedrijf afspraken continue niet realiseert, dan hebben we een ander gesprek omdat er in dat geval iets fundamenteel fout zit. Raadsvragen? - aan het college, mag gewoon - portefeuillehouder zal praktisch gezien aanspreekbaar zijn en zorgen voor reactie
8
Transformatie Wie werken er straks in het Werkbedrijf en hoe vindt deze selectie plaats? Daarover vindt overleg plaats met de medezeggenschapsorganen. In eerste instantie wordt gewerkt met een basisniveau. Mensen van de huidige afdelingen Werk kunnen solliciteren. In tweede instantie wordt gewerkt met een gewenst niveau (de ambitie is hoog, het moet “echt anders”). Maar gesprekken hierover vinden nog plaats. Hoe zijn de transitiekosten berekend? Er moet een nieuwe organisatie gebouwd worden en daarvoor is budget nodig. Dit is een vergelijkbaar traject met de ODRN, en ook een vergelijkbaar budget (1,5 miljoen). Wat zijn de frictiekosten (personeelslasten) voor iedere gemeente? Dat is nu nog niet bekend. De financiële kaders zijn bekend en de begroting van het werkbedrijf op hoofdlijnen ook. Deze begroting is gebaseerd op een standaard die in overleg met alle deskundigen in de regio tot stand is gekomen. De consequentie van de budgettaire krimp is dat niet iedereen mee kan naar dat nieuwe werkbedrijf en de consequentie van de nieuwe visie is dat we echt een ander bedrijf willen. Op basis van de nieuwe visie wordt een aantal zaken ontwikkeld, waaronder een nieuw functieprofiel. Omdat we weten hoeveel personeel er ongeveer mee kan naar het nieuwe werkbedrijf, weten we ook hoe hoog de frictiekosten voor personeel ongeveer zullen zijn. Per gemeente kan dit anders uitvallen. Dit is afhankelijk van wie er in de praktijk mee gaat naar het nieuwe werkbedrijf. Per gemeente verschilt dit en nu kunnen wij nog niet aangeven wie wel en niet bij het nieuwe werkbedrijf komt te werken.
Vervolg Hoe ziet het vervolgproces eruit? Per januari 2014 wordt een kwartiermaker aangesteld die het werkbedrijf gaat bouwen. De stappen hiervoor worden beschreven in Sterke werkwoorden (van de scenario-ontwikkeling binnen Breed tot het overleg met de medezeggenschapsorganen over een sociaal plan). Op welke wijze worden de raden betrokken? De raden worden tijdens de bouw van het Werkbedrijf geïnformeerd over de voortgang van dit traject. Als er in de praktijk grote afwijkingen zijn van het plan in Sterke werkwoorden, worden deze gerapporteerd aan de raden en kan dit aanleiding vormen om de keuze die nu gemaakt wordt opnieuw te overwegen. Is een werkbedrijf per 1 januari 2015 wel haalbaar? Het streven is om het Werkbedrijf in 2015 operationeel te hebben. Gezien het personele traject verwachten we dat het Werkbedrijf niet al op 1 januari 2015 operationeel is. Zolang het Werkbedrijf niet operationeel is blijft de dienstverlening vanuit de afdelingen werk van de gemeenten intact.
9