VOORWOORD Het schrijven van deze 4de editie van de Subsidie Almanak gebeurt onder een bijzonder subsidiegesternte: de effecten van het huidige kabinetsbeleid op subsidies en subsidieverstrekking worden voelbaar. Bij het aantreden van dit eerste rechts-liberale kabinet sinds 1913 werden de donkere voortekenen voor de subsidiebranche al zichtbaar. Vrijheid Op het eerste gezicht lijkt dit geen verrassing. Het liberalisme is gericht op het inperken van de macht van de staat om zo de vrijheid van het individu te vergroten. Het was dus te verwachten dat dit kabinet zich zou richten op het verkleinen van overheidsbemoeienis. De grote economische malaise van de afgelopen jaren maakt dit makkelijker: iedereen begrijpt de noodzaak om te bezuinigen. Minder overheidsbemoeienis en meer bezuinigingen betekenen minder regels en minder subsidies. Men zou ook kunnen beredeneren dat subsidieverstrekking juist een liberaal instrument bij uitstek is. Iedereen heeft immers de vrijheid om er al dan niet gebruik van te maken. Je dient een aanvraag in òf niet, de keuze is aan het individu. Zwaar weer in subsidieland Het huidige kabinet richt haar pijlen op het verminderen van het aantal subsidies en de omvang daarvan. Ieder ministerie kreeg een taakstelling mee. Regelingen die aflopen worden niet verlengd. De FES-middelen worden niet meer als subsidieregelingen uitgekeerd maar toegevoegd aan de algemene middelen. Aan de andere kant ligt ook het beroep subsidieadviseur onder vuur. Onlangs is de discussie opgelaaid over misstanden binnen de beroepsgroep. Bij NVAS, de beroepsorganisatie van subsidieadviseurs, is onlangs een nieuw bestuur aangetreden, nadat het oude bestuur voltallig was opgestapt. Kortom, zwaar weer in subsidieland. Wordfeud Naast de kabinetsbezuinigingen valt mij een andere trend op in subsidieland. Er lijkt iets te zijn met het woord ‘subsidie. Het kabinet heeft een aantal nieuwe financiële regelingen geopend die op dezelfde manier werken als subsidies, maar niet zo worden genoemd, zoals: – de RDA (Research & Development Aftrek), een nieuwe fiscale stimuleringsregeling voor innovatie; – het MKB+-fonds, een nieuw fonds voor leningen voor innovaties in het mkb;
– een extra investering van 8 miljoen euro in economische attachés op onze ambassades. Deze regelingen heten volgens de Algemene Wet Bestuursrecht geen subsidie, maar zijn het in feite wel. Naar mijn mening is er geen wezenlijk verschil tussen het uitgeven van overheidsgeld via een innovatiesubsidie of via een fiscale regeling voor belastingkorting bij innovatie. Overigens zouden deze regelingen volgens de Wereldhandelsorganisatie (WTO) wel gewoon subsidies heten. Volgens het WTO is subsidie namelijk iedere vorm van financiële bijdrage van een overheid, of dit nu een belastingkorting is, een garantstelling, een zachte lening of een aandelenparticipatie. Lastig? Niet als je aan het ‘wordfeud’en’ bent. Ik vraag mij af waarom het kabinet de moeite neemt om het woord subsidie te omzeilen. Dat noem ik geen liberalisme, dat noem ik taalspelletjes. Speelt het kabinet dit taalspel alleen om te kunnen zeggen dat zij de liberale belofte nakomt door flink te snoeien in het subsidieoerwoud? Economische belangen Aan de ene kant schrapt de overheid dus subsidies, aan de andere kant wil zij wel het bedrijfsleven blijven stimuleren met andere financiële stimuleringsregelingen. Door subsidies te vervangen door andere financiële regelingen bevoordeelt het kabinet vanzelf het bedrijfsleven. Maatschappelijke organisaties zullen niet zo snel gebruik maken van fiscale stimuleringsregelingen en leningen voor risicovolle investeringen. Op deze manier hoeft het kabinet dus niet te zeggen: ‘Wij subsidiëren geen kunst of ontwikkelingshulp, maar wel bedrijven’. Dat zou anders direct leiden tot een vol Malieveld. Subsidievak Ik wil mij hier echter niet uitspreken voor of tegen bepaalde politieke keuzes. Daar is dit voorwoord niet voor bedoeld. Wat mij echter werkelijk aan het hart gaat, is dat een kernwoord in mijn professie – ‘subsidie’ – in een kwaad daglicht wordt gesteld. Natuurlijk zijn economische belangen op dit moment belangrijk. Het is alle hens aan dek. Maar als je kiest voor economische belangen, kies er dan openlijk voor: noem de financiële stimuleringsregelingen dan gewoon subsidies en zet het subsidievak niet in een hoek. Hans Burgmans
Eindhoven, maart 2012
ISBN 97890 3525 008 6 © 2012 Reed Business bv Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of welke andere wijze ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de auteursrechthebbende. Alle in Elsevier Subsidie Almanak 2012 opgenomen informatie is naar beste kunnen samengesteld en verwerkt. De juistheid en volledigheid van deze informatie kunnen echter niet worden gegarandeerd. De uitgever aanvaardt dan ook geen aansprakelijkheid voor schade, van welke aard dan ook, die het directe of indirecte gevolg is van handelingen en/of beslissingen die gebaseerd zijn op bedoelde informatie. Eindredactie: drs. K.M. Beukers, I.J.P.M. Hartendorp > Uitgever: T. de Jong > Vormgeving binnenwerk en omslag: Studio Jos Willemse, Diemen > Druk: Kon. Wöhrmann, Zutphen Elsevier Subsidie Almanak 2012 is verkrijgbaar bij de boekhandel of te bestellen bij Reed Business bv via telefoonnummer 0314–35 83 58 en via onze website www.elsevierfiscaal.nl. Tot onze spijt kunnen individuele vragen niet worden beantwoord. Schriftelijke suggesties zijn echter welkom (Reed Business bv, Postbus 152, 1000 AD Amsterdam of
[email protected]). Meer informatie over Elsevier Subsidie Almanak 2012 en andere producten van Elsevier Financieel en Fiscaal kunt u vinden op www.elsevierfiscaal.nl. Kijk ook op www.subsidietotaal.nl.
I N HOUD 1
2
3
4
5
6
7
INLEIDING ALGEMENE INLEIDING SUBSIDIES 1.1 Wat zijn subsidies? 1.2 Subsidie als beleidsinstrument HET SUBSIDIELANDSCHAP 2.1 Een oerwoud van regelingen 2.2 Oriëntatiepunten in het landschap ORGANISATIES IN HET WERKVELD 3.1 Uitvoeringsinstanties 3.2 Participatiemaatschappijen met financieringsmogelijkheden voor bedrijven 3.3 Subsidiewerkveld 3.4 Externe subsidieadviseurs 3.5 Interne subsidieadviseurs 3.6 Organisaties/belangengroepen ARGUMENTEN VOOR EN TEGEN SUBSIDIES 4.1 Macroniveau 4.2 Microniveau
23 23 23 24 26 27 27 28
BEGRIPPEN KERNCONCEPTEN 5.1 Beschikking 5.2 Bruto- en nettosteunintensiteit 5.3 Calls for proposals 5.4 Consortium 5.5 Consortium agreement 5.6 Cofinanciering 5.7 Cumulatie 5.8 Fiscale stimulering 5.9 Subsidieplafond 5.10 Subsidie-equivalent 5.11 Subsidiabele en niet-subsidiabele kosten 5.12 Kruissubsidiëring 5.13 Marktconformiteit 5.14 Revolving funds 5.15 Gekapitaliseerde uren 5.16 Subsidiënt 5.17 Subsidiariteit 5.18 Penvoerder 5.19 Onderuitputting/onderuitnutting 5.20 Overtekening 5.21 Toetsingskader 5.22 Cost-benefit-analyse SOORTEN SUBSIDIES 6.1 Projectsubsidies 6.2 Resultaatsubsidie 6.3 Stimuleringssubsidie 6.4 Budgetsubsidie 6.5 Exploitatiesubsidie 6.6 Investeringssubsidie 6.7 Waarderingssubsidie 6.8 Jubileumsubsidie 6.9 Benefit sharing-subsidies (ook wel ‘claw back’) 6.10 Europese subsidie SOORTEN SUBSIDIEPROJECTEN 7.1 Overzicht soorten projecten
30 30 30 30 30 30 31 31 31 31 31 32 32 32 33 33 34 34 34 34 34 34 34 36 36 36 36 36 36 36 36 36 36 36 38 38
9 9 11 13 13 14 18 18
INHOUD
8
VERDELINGSMETHODEN 8.1 Openeinderegeling 8.2 Tenderregeling (‘tenders’) 8.3 (Gesloten) calls for proposals 8.4 Selectie door een commissie (ook wel ‘beoordelingscommissie’) 8.5 Volgorde van binnenkomst 8.6 Prijsvragen 8.7 Loting 8.8 Verdeling bij overtekening
WETGEVING RONDOM SUBSIDIES NATIONALE REGELGEVING 9.1 Fiscale regelgeving 9.2 Titel 4.2 Algemene wet bestuursrecht (de subsidietitel) 9.3 Kaderwetten 9.4 Aanwijzingen voor de rijksdienst inzake subsidies (‘het Rijksbrede Subsidiekader’) 9.5 Lokale subsidieverordeningen 9.6 Subsidies niet op wettelijke basis 9.7 Wet naleving EU-regels publieke entiteiten (NErpe) en Wet toezicht Europese subsidies (Wet TES) 9.8 Wet bestuurlijke boete meldingsplichten door ministeries verstrekte subsidies 9.9 Wet dwangsom en beroep bij niet tijdig beslissen 10 EUROPESE REGELGEVING 10.1 Europa als regelgever 10.2 Nederland en subsidies in Europese context 10.3 Staatssteun in het Europees Verdrag 10.4 Toetsing van nationale steunmaatregelen 10.5 Uitzonderingsbepalingen en regelingen 10.6 Europese steunkaders voor lagere overheden 10.7 Tijdelijke steunmaatregelen in verband met economische crisis 10.8 Internationale regelgeving 10.9 Toezicht op Europese subsidies/Naleving Europese Regelgeving Publieke Entiteiten 11 JURISPRUDENTIE 11.1 Algemeen 11.2 Indiening van de aanvraag 11.3 Aard van het besluit en overheidsorgaan 11.4 Toezending van de beslissing 11.5 Bezwaar tegen subsidiebeschikking 11.6 Beoordeling van de aanvraag 11.7 Uitvoering project 11.8 Verantwoordingsplicht 11.9 Vaststelling en terugvordering 9
SUBSIDIES VAN VERSCHILLENDE BESTUURSNIVEAU'S 12 REGIONALE SUBSIDIES 12.1 Lagere overheden in Nederland 12.2 Lagere overheden en subsidies 12.3 Bijzonderheden bij het verwerven van subsidies van lagere overheden 13 NATIONALE SUBSIDIES 13.1 Inleiding 13.2 Regelgevingskaders 13.3 Feiten en cijfers nationale subsidies 13.4 Evaluaties van regelingen 13.5 Ministeriële subsidie- uitvoeringsorganisaties 13.6 Bijzonderheden nationale regelingen 14 EUROPESE SUBSIDIES 14.1 De Europese structuurfondsen: ESF, EFRO en het Cohesiefonds 14.2 Het Zevende Kaderprogramma 14.3 Overige Europese programma’s 14.4 Toekomstige EU-programma’s 2014–2020
39 39 39 39 39 39 39 39 39
40 40 47 53 55 57 64 64 65 66 67 67 67 68 69 71 76 77 77 78 79 79 79 80 80 80 81 81 81 82
84 84 86 87 94 94 94 94 96 96 96 97 97 99 100 101
INHOUD
14.5 Toekomstige EU-subsidie programma’s 15 FONDSEN EN SPONSORING 15.1 Typen fondsen 15.2 Verschillende keurmerken en statussen voor fondsen 15.3 Proces 15.4 Het selecteren van fondsen 15.5 Het benaderen van fondsen 15.6 De aanvraag 15.7 De afhandeling 15.8 Checklist 15.9 De Geefwet 15.10 Sponsoring
102 117 117 118 119 119 120 121 121 122 122 123
FASEN IN HET SUBSIDIEPROCES 16 HET SUBSIDIEACCENTENMODEL 16.1 hoofdfasen en parallelle processen 17 BUSINESS DEVELOPMENT 17.1 De juiste match 17.2 Schuivende panelen 17.3 Invalshoeken voor een goed projectvoorstel 17.4 Subsidieassessment 18 SUBSIDIEBEMIDDELING 18.1 Alternatieve uitwerkingen projectidee 18.2 Financial engineering 18.3 Keuze financieringsbronnen 18.4 Schrijven projectplan 18.5 Schrijven/samenstellen subsidieaanvraag 18.6 Het indienen van de subsidieaanvraag 18.7 Beschikking 18.8 Subsidieovereenkomst met de verstrekker 19 PROJECTUITVOERING EN SUBSIDIEBEHEER 19.1 Standaardverloop van een subsidieproject 19.2 Bijzonderheden met betrekking tot verantwoorden subsidies 19.3 Bevoorschotting 19.4 (Project)administratie 19.5 Tussen- en eindrapportages 19.6 Vaststelling/uitbetaling/verrekening 19.7 Projectevaluatie 20 PARALLELLE PROCESSEN 20.1 Draagvlakontwikkeling 20.2 Kennis- en informatiemanagement 20.3 Bezwaar en beroep
124 124 126 126 126 126 128 132 132 132 133 133 135 136 138 140 142 142 142 143 145 149 151 152 154 154 155 156
VOOR DE AANVRAGER 21 HOE BEOORDEELT DE VERSTREKKER 21.1 Impliciete criteria 21.2 Eerst aanvragen, dan starten 21.3 Lender of last resort 21.4 Investeringsbereidheid van de uitvoerder als teken van ambitie 21.5 Reputatie van de aanvragers en partners als teken van kwaliteit 21.6 Doelmatigheid 21.7 Innovatieve projecten 21.8 State of the art 21.9 Toekomstperspectief aanvrager 21.10 Trackrecord aanvrager 21.11 Multiplier effect 21.12 Ervaringen met vorige aanvraagronden/projecten 22 DILEMMA’S, MORAAL EN ETHIEK VAN AANVRAGEN 22.1 Fraude en subsidies 22.2 Integriteitsvragen aanvragers 22.3 Gedrags- en beroepsregels voor de subsidieadviseur (RGBS)
158 158 158 158 158 158 158 158 159 159 159 159 159 160 160 161 162
INHOUD
VOOR DE VERSTREKKER 23 EFFICIËNT EN EFFECTIEF VERSTREKKEN 23.1 Subsidieaccentenverstrekkingsmodel 23.2 Beleid en regelingontwerp 23.3 Subsidieverstrekking 23.4 (Project)controle 23.5 Verantwoording over besteding 23.6 Intrekken en terugvorderen van subsidie 24 DILEMMA'S, MORAAL EN ETHIEK VAN VERSTREKKEN 24.1 Kenmerken van integriteit en zorgvuldigheid 24.2 Geheimhouding van informatie 24.3 Beoordelen van een project waarmee een (persoonlijke) relatie bestaat 24.4 Verbod op willekeur 24.5 Zorgvuldige motivering bij toekenning of afwijzing 24.6 Beoordelen of begeleiden 24.7 Aannemen van geschenken 24.8 Interpretaties van begrippen VOORUITZICHTEN 25 RIJKSBEGROTING 2012 25.1 Begrotingscyclus rijksoverheid 25.2 Beleidsarme en beleidsrijke begrotingen 25.3 Hoofdpunten regeer- en gedoogakkoord 25.4 Miljoenennota 2012 26 ACTUELE ONTWIKKELINGEN 26.1 Aanpassing kaderwetten subsidies aan samenvoeging ministeries 26.2 Automatische einddatum aan subsidieregeling 26.3 Rapport Algemene Rekenkamer over EU-subsidies 2012 26.4 Nieuwe drempelwaarden Europees aanbesteden 26.5 MKB+-fonds: fund-of-funds 26.6 Onderzoek rechtmatigheid declaraties Zevende Kaderprogramma
166 166 167 172 174 181 184 186 186 186 187 187 188 188 189 189
192 192 196 197 199 201 201 201 201 202 202 202
SUBSIDIEREGELINGEN 27 ARBEID- EN WERKGERICHTE SCHOLING 203 27.1 Subsidieregeling ESF 2007-2013 203 27.2 Subsidieregeling Kwaliteit Arbeidsverhoudingen 206 27.3 Europees Globaliseringsfonds 207 27.4 Afdrachtvermindering Onderwijs 208 27.5 Subsidieregeling Scholing Jonggehandicapten met Ernstige Scholingsbelemmeringen 210 28 BOUW EN MONUMENTENZORG 213 28.1 Nationaal Restauratiefonds (NRF) 213 28.2 SfA Stimuleringsfonds voor Architectuur Deelreglement Stedenbouw 214 28.3 SEV Stichting Stuurgroep Experimenten Volkshuisvesting 215 29 CULTUUR 217 29.1 Fonds Podiumkunsten 217 29.2 Fonds voor Cultuurparticipatie 218 29.3 MEDIA 2007-2013 219 29.4 Prins Bernhard Cultuurfonds 220 29.5 Stichting Prins Claus Fonds voor Cultuur en Ontwikkeling 222 30 INTERNATIONAAL ONDERNEMEN EN ONTWIKKELINGS SAMENWERKING 224 30.1 Private Sector Investeringsprogramma (PSI) 224 30.2 Voorlichtings- en Afzetbevorderingsacties voor Landbouwproducten op de Binnenmarkt en in Derde Landen 226 30.3 Subsidieprogramma Wereldwijd Werken met Water (Partners voor Water) 228 31 LANDBOUW, VISSERIJ EN PLATTELANDSONTWIKKELING 231 31.1 Plattelandsontwikkelingsprogramma POP 2007-2013 - POP2 231 31.2 Regeling LNV-subsidies, onderdeel Marktintroductie Energie-innovaties (MEI) 232 31.3 Regeling LNV-subsidies, onderdeel Samenwerking bij Innovatieprojecten 234 31.4 Regeling LNV-subsidies, onderdeel Investeringen visserij 235
INHOUD
32 MILIEU, NATUUR EN ENERGIE 32.1 Besluit Stimulering Duurzame Energieproductie (SDE+) 32.2 Milieu-investeringsaftrek (MIA) 32.3 Willekeurige Afschrijving Milieu-investeringen (VAMIL) 32.4 EIA Energie-investeringsaftrek 32.5 Subsidiestelsel natuur- en landschapsbeheer SNL 33 ONDERNEMEN EN INVESTEREN 33.1 Borgstelling MKB-Kredieten 33.2 Groeifaciliteit 33.3 Innovatiefonds MKB+, onderdeel Innovatiekredieten 33.4 Innovatiefonds MKB+, onderdeel Seed Capital Technostarters 33.5 Innovatieprestatiecontracten (IPC) 34 ONDERWIJS 34.1 Leven Lang Leren (Lifelong Learning Programme) 2007-2013 34.2 Afdrachtvermindering Onderwijs 34.3 RAAK Regionale Actie en Aandacht voor Kenniscirculatie 34.4 Regeling LNV-subsidies, onderdeel Groene-plus lectoraten 34.5 Erasmus Mundus 2009-2013 35 ONDERZOEK EN ONTWIKKELING 35.1 WBSO Afdrachtvermindering Speur- en Ontwikkelingswerk 35.2 Subsidieregeling Internationaal Innoveren 35.3 Research en Development Aftrek (RDA) 35.4 Innovatiebox 35.5 Subsidieregeling Point-One 36 OPENBAAR BESTUUR EN REGIONAAL BELEID 36.1 EFRO 2007-2013 Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling 36.2 Interreg IV B regio Noordzee 36.3 Interreg IV A Deutschland-Nederland 36.4 Interreg IV A Euregio Maas-Rijn 36.5 Tijdelijke regeling stimulering betere dienstverlening aan bedrijven 37 VERKEER EN VERVOER 37.1 Marco Polo II 2007-2013 37.2 Infrastructuurfonds 37.3 Subsidieregeling Sanering Verkeerslawaai 37.4 Tijdelijke Subsidieregeling Inland AIS-apparaten Binnenvaart 38 ZORG, WELZIJN EN SPORT 38.1 ZonMw ZorgOnderzoek Nederland en Medische Wetenschappen 38.2 Jeugd in Actie 2007-2013 38.3 Oranje Fonds 38.4 Kaderregeling VWS-subsidies TOOLS 39 TOOLS - CHECKLISTS 39.1 Checklist projectplan 39.2 Checklist stappenplan aanvraag 39.3 Checklist kwaliteit aanvraag 39.4 Checklist staatssteun 39.5 Checklist ‘kansrijkheid van een aanvraag’ 39.6 Checklist Samenstellen Consortium Agreement 39.7 Checklist Controlepunten controleur/accountant 39.8 Checklist mkb-toets 40 TOOLS - STANDAARDFORMULIEREN 40.1 Samenwerkingsovereenkomst (Consortium Agreement) 40.2 Overeenkomst van geldlening van durfkapitaal 40.3 Verzoek om te worden aangemerkt als beginnend ondernemer i.v.m. Tante Agaath-lening 40.4 Cofinancieringsverklaring 40.5 Eigen verklaring 40.6 Pro-forma-aanvraag 40.7 Verklaring De-Minimissteun 40.8 Volmachtverklaring voor penvoerderschap 40.9 Bezwaarschrift tegen subsidiebeschikking 40.10 Accountantsverklaring subsidiedeclaraties
240 240 241 244 246 248 251 251 254 256 257 259 263 263 265 267 269 270 273 273 276 278 279 280 284 284 285 287 289 290 293 293 294 297 299 301 301 302 303 305
307 307 308 309 313 314 316 316 318 319 319 321 322 323 323 324 325 326 326 328
INHOUD
40.11 Machtiging intermediair 40.12 Formulier dwangsom 40.13 Concept positieve beschikking 40.14 Concept negatieve beschikking 41 TOOLS - MODELLEN 41.1 Model urenregistratie subsidieprojecten 41.2 Model controleprotocol voor accountants 41.3 Model deelnemersregistratie cursus 41.4 Model Subsidieverordening voor gemeenten 41.5 Voorbeeld toetsingskader subsidieregeling 41.6 Voorbeeld Subsidie-overeenkomst 41.7 Voorbeeld beschikking 42 TOOLS - TIPS 42.1 Tien tips voor de presentatie van een te subsidiëren project 42.2 Tien tips voor het inhuren van een subsidieadviseur 43 ADRESSEN 43.1 Lijst contactpersonen KP7 43.2 Lijst O&O fondsen 43.3 Adressenlijst EU Structuur fondsen REGISTER
328 330 330 331 332 332 332 334 334 336 338 343 346 346 346 348 348 352 359 363