Vooruit! Wie zijn eigen weg durft te lopen, verdwaalt nooit. Beleid van ProVoet, Brancheorganisatie voor de Pedicure

Vooruit!

Wie zijn eigen weg durft te lopen, verdwaalt nooit. Beleid van ProVoet, Brancheorganisatie voor de Pedicure 2010-2015

Visie en Missie

Visie ProVoet en haar leden streven naar een kwalitatief hoogstaande uitvoering van het vak (medisch) pedicure, door het ontwikkelen en uitvoeren van beleid op de gebieden van kwaliteitszorg en (wetenschappelijk) onderzoek. Ten behoeve hiervan stellen ProVoet en haar leden zich open voor dialoog met hun cliënten, patiëntenorganisaties, verzekeraars en beleidsmakers. ProVoet onderhoudt goede contacten met maatschappelijk en politiek relevante partijen om de maatschappelijke en economische positie van (medisch) pedicures te handhaven en waar mogelijk te verbeteren.

Inhoud

Hoofdstuk 3 De periode 2010 - 2015

3 4 5 9 12

Bijlage 1 Overzicht van personen actief binnen de organisatie ProVoet

18

Bijlage 2 Vertegenwoordiging van ProVoet, januari 2010

19

Visie en Missie Ten geleide Hoofdstuk 1 Terugblik periode 2007 - 2010 Hoofdstuk 2 Op weg naar het beleid tot 2015

2

Pedicures en medisch pedicures bezitten de deskundigheid om mensen met voetproblemen hoogwaardige zorg te bieden. Dit door middel van behandeling, al dan niet met behulp van specialistische technieken; door preventie middels voorlichting en advisering. Pedicures en medisch pedicures zijn hierdoor betekenisvol voor het maatschappelijk functioneren en de zelfredzaamheid van (risico)cliënten.

Missie ProVoet behartigt de belangen van haar leden en draagt bij aan een positieve beeldvorming rondom voetzorg en het beroep (medisch) pedicure in Nederland, bij consumenten en andere zorgaanbieders. ProVoet wil de kwaliteit en de doelmatigheid van de voetzorg in Nederland bevorderen.

Beleid van ProVoet, Brancheorganisatie voor de Pedicure

3

Ten geleide

Ontwikkelingen in de zorg

Doelstellingen beleidsplan

Maatschappelijke ontwikkelingen vormen de komende jaren een belangrijk thema binnen de voetverzorgingbranche. Als belangenorganisatie speelt de proactieve houding van ProVoet hierin een grote rol.

Dit beleidsplan geeft de visie en de beleidslijnen van branchevereniging ProVoet weer voor de periode van 2010 tot 2015. Het laat daarnaast zien wat ProVoet in de komende jaren wil bereiken: • integratie van de (medisch) pedicure in de ketenzorg • het in toenemende mate promoten van het beroep pedicure en de (ProVoet-) pedicure bij consument en zorgaanbieder • het borgen van de kwaliteit van de vakopleidingen • het verhogen van het niveau van ondernemerschap binnen de gehele beroepsgroep

De forse toename in vergrijzing en obesitas (met als gevolg diabetes type 2), maken dat de maatschappij een groeiende behoefte heeft aan professionele voetverzorging. Daarbij verlangt de zorgsector dat pedicures op een verantwoorde manier kunnen samenwerken met zorggroepen rondom risicopatiënten. Multidisciplinaire samenwerking vormt de basis van een ingezette trend in de gezondheidszorg met betrekking tot de (her)inrichting van de zorg. De Diagnose Behandeling Combinatie en de ketenzorg zijn hier voorbeelden van.

Resultaten uit onderzoek In het voorjaar van 2009 heeft Maurice de Hond in opdracht van ProVoet onderzoek gedaan naar voetverzorging in Nederland. De resultaten bieden veel kansen en uitdagingen voor de voetverzorgingbranche. Van de Nederlanders gaat 75% niet naar een pedicure. Ongeveer drie miljoen mensen gaan wel en daarvan: • gaat 20% voor het wellness-gevoel • gaat 80% in verband met pijnklachten en/of vanwege een chronische ziekte • is slechts 36% bekend met de organisatie ProVoet

Dit zijn enkele belangrijke pijlers in het beleid voor de komende tijd. In hoofdstuk 2 staat meer te lezen over de manier waarop deze visie tot stand is gekomen. Dit document is formeel vastgesteld in juni 2010 door het hoogste orgaan binnen de vereniging; de Algemene Ledenvergadering. Namens het bestuur;

B.J.M. Wagemakers Voorzitter

4



5

Hoofdstuk 1

2. Differentiatie van het beroep van pedicure

Terugblik periode 2007 - 2010

a) Herkenbaarheid en kwaliteitsborging: Het onderscheid tussen pedicure, gespecialiseerde pedicure en medisch pedicure is scherper naar buiten gebracht: • de pedicure verzorgt op een veilige en verantwoorde manier voetbehandelingen bij cliënten die niet behoren tot een risicogroep; • een gespecialiseerde pedicure kan daarbij op een veilige en verantwoorde manier voetbehandelingen bij cliënten met diabetes dan wel met een reumatische aandoening verzorgen; • een medisch pedicure verzorgt op een veilige en verantwoorde manier voetbehandelingen bij cliënten die horen tot een risicogroep.

ProVoet had voor de periode 2007 - 2010 vijf beleidsspeerpunten geformuleerd. Wat is er bewerkstelligd in het kader van die beleidsagenda?

1. Participatie a) Participatie van ProVoet in maatschappelijke organisaties: Het netwerk waarbij ProVoet namens haar leden optreedt, is versterkt en verder uitgebreid richting gezondheidszorg. De organisatiestructuur is uitgebreid met vertegenwoordigers uit relevante externe maatschappelijke geledingen. b) Participatie van leden: Het aantal leden is gegroeid met 17%. Op 1 januari 2007 had ProVoet 10.049 leden, op 1 januari 2010 waren dat er 12.151. De doelstelling was dat 25% van de leden aan de ProVoet activiteiten zou deelnemen. Dat streven is (nog) niet gehaald, ondanks het feit dat het aanbod van ProVoet activiteiten is uitgebreid. De participatiegraad is met de komst van het accreditatiepuntensysteem in 2009 gestegen, omdat iedere geregistreerde pedicure ongeveer twee dagdelen per jaar haar kennis dient te verrijken en ProVoet een deel van de kennisbijeenkomsten organiseert. De veranderde organisatiestructuur heeft gezorgd voor commissies waarin een prominente plaats is ingeruimd voor leden. Dit punt komt later uitgebreider aan de orde. Er is een ledenpanel in het leven geroepen waarin een twintigtal leden zitting hebben, die samen met het bestuur praten over ontwikkelingen in de branche. De oorspronkelijke opzet wordt echter bijgesteld. In de komende periode wordt het panel breder van samenstelling. ProVoet gaat op zoek naar personen actief binnen en buiten de voetverzorgingbranche, die een waardevolle bijdrage kunnen leveren als klankbord voor het bestuur. De helft van het panel blijft bestaan uit leden. 6


De groep gespecialiseerde pedicures met een certificaat Diabetische Voetverzorging en/of Reumatische Voetverzorging groeit niet meer, omdat er sinds 2009 geen certificaten meer behaald of verlengd kunnen worden. Op 1 januari 2009 is het KwaliteitsRegister voor Pedicures (KRP) ingevoerd voor de groep gespecialiseerde en medisch pedicures. Voor zorgverleners, zorgverzekeraars en de consument moet zo in de komende periode duidelijk worden dat de gespecialiseerde en medisch pedicure hun kennis actueel houden. ProVoet heeft Richtlijnen ontwikkeld voor de risicovoeten betreffende reuma & diabetes, bedoeld voor de praktijk van de medisch pedicure en de pedicure met specialisatie. De term ‘voetverzorger’ is wettelijk nog in zwang, maar wordt door ProVoet niet meer gebruikt (en is ook geschrapt als logotekst). Er is een folder ontwikkeld en toegestuurd aan relevante beroepsgroepen als artsen, fysiotherapeuten, praktijkondersteuners en verpleegkundigen, om hen op de hoogte te stellen van de kwaliteit van de verschillende pedicures. b) Opleidingen, diploma’s en examinering: De voetverzorgingsbranche kent vanaf 2009 voor zowel de brede Mbo-opleiding als voor het vakonderwijs het Diploma Pedicure en Medisch Pedicure. Voor het Mbo wordt dit diploma vastgesteld door de minister van Onderwijs, voor het branchediploma vakonderwijs is dit het Hoofd Bedrijfschap Ambachten (HBA).


7

ProVoet is betrokken bij de examinering voor de Mbo-diploma’s, de onderwijsinspectie houdt toezicht. Voor de branchediploma’s is het Platform Branchediploma binnen het HBA verantwoordelijk, de uitvoering van de examinering is neergelegd bij exameninstellingen, die onder toezicht staan van KIWA. De (verkorte opleiding) Erkenning Verworven Competenties Pedicure (EVC) is ontwikkeld en geïmplementeerd. ProVoet overlegt minimaal twee keer per jaar met de scholen over de laatste ontwikkelingen. Het aantal stageplaatsen voor de opleiding tot medisch pedicure (bvp-plaatsen) is nog onvoldoende.

d) Zorgverzekeraars: De gesprekken van ProVoet en ProCERT (stichting m.b.t. de kwaliteitsregistratie voor pedicures) met zorgverzekeraars, leidden tot meer bekendheid en aanpassingen van het beleid bij die zorgverzekeraars en daarnaast tot gunstiger polisvoorwaarden voor pedicures. Ten opzichte van de reeds gedane aanpassingen op het gebied van diabetes blijven aanpassingen voor reumatische aandoeningen nog achter.

4. Inrichting van de professionele organisatie 3. Versterken van het imago a) Aanpalende beroepsgroepen: Eén van de belangrijkste beroepsgroepen waar pedicures mee te maken hebben, is die van huisartsen. Deze groep is in de afgelopen periode geïnformeerd, maar blijkbaar nog onvoldoende op de hoogte van de verschillende kwaliteiten van de beroepsgroep (medisch) pedicure. Nog te weinig mensen worden door de huisarts geadviseerd om naar een pedicure te gaan (17% volgens onderzoek Maurice de Hond). De praktijkondersteuners binnen de huisartsenpraktijk vormen ook een belangrijke groep, deze lijken uit ervaringsverhalen van leden beter op de hoogte. b) Patiëntenverenigingen: Op brancheniveau is contact gezocht met de Reumapatiëntenbond en Diabetes Vereniging Nederland; zowel vakinhoudelijk als strategisch. Dat nut bewijst zich langzamerhand in meer bekendheid bij de desbetreffende risicogroepen.

Het bestuurlijke kader is zich meer gaan richten op de strategie voor de (middel)lange termijn. Qua samenstelling is het bestuur kleiner geworden en breder georiënteerd. De vier commissies (Vakbekwaamheid, Ondernemerschap, Onderwijs & Opleiding en PR & Communicatie) bereiden het beleid voor. Bestuur- en commissieleden en medewerkers van het stafbureau vertegenwoordigen ProVoet in externe commissies en bestuursorganen, zoals het HBA, de publiekrechtelijke organisatie voor de ambachten en het KOC, kenniscentrum voor de uiterlijke verzorging. Voor een overzicht van bestuur, commissies, stafbureau en vertegenwoordiging wordt verwezen naar bijlagen 1 en 2 op pagina 22-23. a) Stafbureau: De scheiding tussen beleid en uitvoering is sinds 2008 een feit. Het stafbureau (kantoor) is verantwoordelijk voor de beleidsuitvoering. Bij het stafbureau horen de consulenten en de werkgroep ProVoet activiteiten. Het team van consulenten bestaat uit leden van ProVoet en is op de hoogte van ontwikkelingen in de branche en van de ProVoet activiteiten. De werkgroep ProVoet activiteiten bestaat uit twee medisch pedicures en twee pedicures. Voorzitter is de beleidsmedewerker van de organisatie.

c) Consumenten: Met de invoering van de Week van de Pedicure in 2008 is een publiciteitscampagne ingezet, gericht op de consument. ProVoet ontwikkelde PR-materialen waarmee haar leden ruchtbaarheid kunnen geven aan het vak. Dit heeft nog onvoldoende effect gehad. Uit onderzoek van Maurice de Hond blijkt dat 66% van de consumenten die een pedicure bezoekt, niet op de hoogte is of de pedicure wel of niet aangesloten is bij belangenorganisatie ProVoet. Aan de naamsbekendheid van ProVoet en de associatie met kwaliteit moet daarom in de komende periode meer aandacht besteed worden.

De ledenadministratie is niet veranderd. Wel is de totale administratie uitgebreider geworden met de komst van het KwaliteitsRegister voor Pedicures (KRP). ProCERT huurt hiervoor arbeidskracht in bij ProVoet.

8



9

In de volgende figuur is de huidige organisatiestructuur weergegeven:

Ondanks de vele inspanningen van de afgelopen tijd, krijgt ondernemerschap onvoldoende aandacht in de praktijk van de pedicure. Intussen is dit thema bij de nieuwe diploma’s wel als onderdeel van de opleiding opgenomen.

ALV

Panel

Commissie ondernemerschap

Bestuur

Commissie onderwijs en opleiding

Commissie PR en communicatie

Directie

Commissie vakbekwaamheid

Stafbureau

Werkgroep ProVoet activiteiten

b) ProVoet Branche Informatiecentrum: Het ProVoet Branche Informatiecentrum kreeg in 2009 gestalte in een nieuw, eigen pand. Vanwege het gebrek aan kantoorruimte – door groei van de vereniging en de behoefte om een informatiecentrum voor en over pedicures te starten -, werd al jaren gezocht naar een nieuw en groter pand. In 2008 werd een geschikt pand in Veenendaal aangekocht. Bij de verdeling van de ruimtes is rekening gehouden met de verschillende functies die het pand heeft (kantoorruimte, pedicurepraktijk, bibliotheek, vergaderzalen). De precieze invulling van het ProVoet Branche Informatiecentrum wordt in de komende periode uitgekristalliseerd. c) Financiën: Het eigen vermogen is in de afgelopen periode toegenomen. Om voldoende inzicht te hebben in de financiële situatie verzamelt en analyseert de accountant twee keer per jaar onze cijfers. Op grond van deze cijfers en de ambitie van de vereniging wordt jaarlijks een begroting opgesteld, waarbij toegewerkt wordt naar een normatieve verdeling tussen organisatiekosten en kosten die direct gemaakt worden ten gunste van de beroepsgroep.

10

5. Versterken van het ondernemerschap


a) Communicatie: Digitale communicatiemiddelen zijn nog steeds geen gemeengoed bij de pedicure. Meer leden moeten een e-mailadres en website hebben. b) Bedrijfsvoering: Het project Sturen op cijfers van het HBA moet pedicures gaan ondersteunen bij het voeren van hun onderneming. Er zijn voldoende leerbedrijven, maar bij de opleiding medisch pedicure is dit nog niet het geval. ProVoet heeft er voor gezorgd dat pedicures die hun bedrijf als leerbedrijf ter beschikking stellen, hiervoor accreditatiepunten kunnen verdienen. De Code van het voetverzorgingbedrijf is herzien en online beschikbaar, zodat het werken met de Code wordt vergemakkelijkt. c) Bedrijfsimago: Het beleid van de afgelopen jaren heeft er toe geleid dat het imago van de branche bij verschillende doelgroepen in aanzien is gestegen. Niet alleen bij de beroepsgroep zelf, ook bij maatschappelijke organisaties worden ProVoet en de beroepsgroep die zij vertegenwoordigt gezien als serieuze gesprekspartners. Het beleid van de afgelopen jaren was gericht op de kwaliteitsverbetering van het beroep en de beroepsgroep. Vervolgens is instrumentarium ontwikkeld om de beroepsgroep in beeld te brengen bij de aanpalende beroepsgroepen van deze branche. In het structuuronderzoek pedicures (HBA, maart 2009) is geconstateerd dat het inkomen van een pedicure beneden het niveau is voor volwaardig ondernemerschap. Het beleid voor de komende periode is erop gericht om het tarief in de branche in overeenstemming te brengen met een verantwoord ondernemersinkomen voor een pedicurepraktijk.


11

Hoofdstuk 2

Op weg naar het beleid tot 2015

Tijdens de beleidsdag is teruggekeken naar de afgelopen beleidsperiode en vooruitgeblikt naar de periode 2010 – 2015. Een belangrijke conclusie van die dag was dat ProVoet klaar is om de overstap te maken van investeren naar renderen. Anders gezegd: het gaat de komende beleidsperiode niet zozeer om het ontplooien van nieuwe initiatieven, maar om voordeel te halen uit ontwikkelingen waarop ProVoet de afgelopen jaren heeft ingezet.

2. Uitgangspunten 2010-2015 1. Bronnen Het bestuur van ProVoet heeft zich door diverse informatiebronnen laten inspireren om tot een reëel beleidsplan voor de periode 2010 – 2015 te komen: • Bestuursleden Zij hebben in wisselende samenstellingen zelf informatie opgehaald bij de leden in een reeks van tien ontmoetingen in het land, waarbij in totaal ongeveer vijfhonderd leden aanwezig zijn geweest. • Ledenonderzoek In het najaar van 2009 is een specifiek onderzoek uitgevoerd onder 1.000 niet-gespecialiseerde leden (niveau 3), waardoor beter inzicht is verkregen in de behoeftes van deze groep pedicures. • Enquête De algemene ledenenquête van 2007 geeft een (tijd)beeld van de gehele populatie pedicures. • Consumentenonderzoek In het voorjaar van 2009 heeft ProVoet opdracht gegeven voor een consumentenonderzoek naar voetverzorging in Nederland, uitgevoerd door Maurice de Hond. • Branchecijfers HBA • Panel ProVoet • Beleidsdag De laatstgenoemde beleidsdag stond niet op zichzelf. Voor deze dag werden alle bestuurs- en commissieleden uitgenodigd, evenals de beleidsafdeling. B&A Consulting was ingehuurd voor de organisatie van de dag. Ter voorbereiding zijn telefonische interviews afgenomen met alle beoogde 30 deelnemers. Daarin zijn belangrijke resultaten, aandachtspunten en ambities geïnventariseerd.

12


Belangrijke vraagstukken die ten grondslag liggen aan de totstandkoming van het beleidsplan 2010-2015: 1. Wat waren de belangrijkste resultaten en aandachtspunten van de afgelopen jaren? • Profilering: ProVoet en het beroep pedicure zijn de afgelopen jaren beter geprofileerd. Consumenten, ketenpartners en zorgverzekeraars zijn beter bekend met wat een pedicure doet en wat zij kan betekenen. Leden van ProVoet weten beter waar de vereniging voor staat en voor gaat. Bovendien heeft ProVoet zich ontwikkeld tot een serieuze gesprekspartner bij overheden, brancheorganisaties en zorgverzekeraars. • Professionalisering: De professionaliseringsslag heeft belangrijke resultaten opgeleverd. Hierbij springen vooral het KwaliteitsRegister voor Pedicures (KRP) en de differentiatie van het beroep in het oog. Bovendien heeft de vereniging Richtlijnen ontwikkeld die de beroepsuitoefening met betrekking tot de specialisatie diabetes en reuma vastleggen. Verder is er een bestuur samengesteld met personen met diverse disciplines en een breed netwerk. • Contact met leden: Een belangrijk punt van aandacht blijft de binding en communicatie met leden. Pedicures zonder specialisatie(s) voelen zich wellicht minder betrokken bij het beleid. Daardoor bestaat een risico dat de afstand tussen de pedicure en gespecialiseerde/medisch pedicure groter wordt. Een punt dat hiermee samenhangt, is de uitvoerbaarheid van toekomstig beleid. ProVoet heeft veel ambities, maar moet de consequenties hiervan voor haar leden of samenwerkingspartners als ProCERT en onderwijsinstituten niet uit het oog verliezen. Beleid van ProVoet, Brancheorganisatie voor de Pedicure

13

• Kwaliteit van onderwijs: Tot slot is de kwaliteit van het onderwijs een aandachtspunt. Tussen scholingsaanbieders zijn grote verschillen in kwaliteit. Vooral de kwaliteit van opleidingen waarop geen kwaliteitsborging van toepassing is door de Inspectie van het Onderwijs, vraagt aandacht. 2. Welke ontwikkelingen komen op de branche af en wat betekent dat voor de pedicures en ProVoet? • Vergrijzing: De beroepsgroep krijgt in de komende jaren steeds meer te maken met maatschappelijke ontwikkelingen als vergrijzing en toenemende behoefte aan zorg. Het aantal senioren bijvoorbeeld neemt in 30 jaar met maar liefst 65% toe. • Diabetes: Het aantal mensen met obesitas en diabetes stijgt. De vraag naar preventieve en curatieve voetverzorging neemt toe. • Multidisciplinaire zorg: In de zorg ontstaan steeds meer multidisciplinaire samenwerkingsverbanden. De pedicure kan een logische plaats krijgen in ketens voor diabetes en reuma. Digitale gegevensuitwisseling gaat hierbinnen een belangrijke rol spelen. Voor pedicures wordt het belangrijk in deze ketens een goed tarief uit te onderhandelen. Dat geldt ook in de richting van de zorgverzekeraars. • Transparantie: Transparantie van kwaliteit wordt steeds belangrijker. Zorgverzekeraars gaan hier eisen over stellen en consumenten worden zich hiervan meer bewust. 3. Waar moeten pedicures, het vak en de vereniging in 2020 staan? Kortom wat is het streefbeeld? • Kwaliteit: Pedicures staan en gaan voor een professionele basiskwaliteit. Die kwaliteit wordt geborgd door het KwaliteitsRegister voor Pedicures en mogelijk door inschrijving in de Wet BIG.

• Ondernemerschap: Pedicures hanteren een volwaardig tarief doordat zij met een gezonde dosis zelfvertrouwen en ondernemerschap opereren. • Belangenbehartiging: ProVoet is de grootste en meest invloedrijke belangenbehartiger van alle pedicures. In de periode tot 2014 wordt getracht dit opnieuw te bevestigen. Zo is ProVoet dé serieuze gesprekspartner van overheden en organisaties. Doel is een volwaardige positie van pedicures in ketens door inzet op continue en algehele kwaliteitsverbetering. • Volwaardige positie in zorgketens: In 2020 heeft de (medisch) pedicure een volwaardige positie in zorgketens. Dit betekent dat de consument, ketenpartners en zorgverzekeraars weten en begrijpen welke kwaliteiten een pedicure, een gespecialiseerd pedicure en een medisch pedicure in huis hebben. 4. W elke ambities moet ProVoet de komende jaren verwezenlijken om dichter bij het streefbeeld te komen? • Ambities: Er zijn vier ambities geformuleerd voor de periode 2010-2015 om het streefbeeld te realiseren. Er zijn niet zozeer nieuwe ambities benoemd, bestaande streefpunten zijn aangescherpt. Goede communicatie is daarbij essentieel. De vier ambities zijn: o versterken van externe profilering en ketensamenwerking; o borgen van de kwaliteit van opleidingen; o vergroten van ondernemerschap onder de leden; o verbeteren van de participatie en draagvlak van de leden. • Strategie en doelen: Bovengenoemde ambities zijn gebundeld en vertaald in de volgende doelen voor de komende periode: 1. borging en stimulering van de kwaliteit van werken van de beroepsgroep; 2. integratie en samenwerking van de beroepsgroep in de zorgketen; 3. verhoging van het ondernemerschap van de beroepsgroep; 4. vergroten van de participatie van de leden en de communicatie ten behoeve van het beroep, de beroepsgroep en de organisatie. Deze hoofdlijnen worden nader uitgewerkt in hoofdstuk 3.

14



15

16



17

Hoofdstuk 3

2. Binding met de leden: de pedicure

De periode 2010 - 2015

1. Inleiding Van oudsher is het vak pedicure een vrij beroep, waardoor niet exact is aan te geven hoeveel pedicures werkzaam zijn in Nederland. Onderzoek van Maurice de Hond schat het totale aantal pedicures ergens tussen de 13.000 en 14.000 personen. Onderstaande tabel geeft een overzicht van de leden van ProVoet op 5 januari 2010. Categorieën

Aantal

Percentage

Aspirant leden (pedicures in opleiding)

1.032

8,5%

Gediplomeerde pedicures

2.834

23,3%

Gediplomeerde pedicures met DV

3.326

27,4%

Gediplomeerde pedicures met RV

29

0,2%

4.826

39,7%

104

0,9%

12.151

100%

Gediplomeerde pedicures met DV + RV (geen medisch pedicure) Gediplomeerde medisch pedicures Totaal

In 2007 heeft ProVoet een enquête gehouden onder 1.000 leden, steekproefsgewijs geselecteerd. Hieruit is een algemeen beeld van de leden van ProVoet naar voren gekomen. Overgrote meerderheid echter van de respondenten (4 van de 5) bleek een gespecialiseerd pedicure. De groep pedicures zonder specialisatie is minder actief in de organisatie. Zij bezoeken minder intensief de ProVoet activiteiten en de Algemene Ledenvergadering. Om ook een beeld te krijgen van het verwachtingspatroon van deze groep, is in 2009 onder hen een enquête uitgevoerd. In de volgende paragraaf worden de resultaten weergegeven. Dit is meteen één van de twee belangrijke aandachtspunten die ProVoet meeneemt uit de periode 2007-2010: de binding met haar leden. De tweede is de kwaliteit van de opleidingen. Dit punt komt later in dit hoofdstuk naar voren. 18


Enquête De gespecialiseerde en medisch pedicure zijn nauw betrokken bij ontwikkelingen binnen de branche, mede door het verplicht bijhouden van hun vakkennis middels het KRP. Zij zijn als groep dus redelijk makkelijk te volgen. Over de leden zonder specialisatie was tot voor kort echter weinig bekend in de organisatie. Uit de in 2009 gehouden enquête is gebleken dat bijna de helft van de ondervraagden een andere baan heeft en dat 75% van hen die andere baan beschouwt als de hoofdfunctie. Om die reden is de omzet van deze groep pedicures laag: 75% van hen had in 2009 een lagere omzet dan € 5.000, -. Redenen voor lidmaatschap De ondervraagde pedicures geven als drie belangrijkste redenen voor lidmaatschap aan: • het op de hoogte blijven van nieuwe ontwikkelingen; • het verzekeringspakket; • het voeren van het ProVoet logo. Bijna 75% van de pedicures uit deze groep ondersteunt verdere professionalisering als zijnde in het belang van alle pedicures. Bijna de gehele groep onderschrijft de gedachte dat je je met het logo van ProVoet kunt onderscheiden. Daarom vindt deze groep pedicures het belangrijk zich te profileren met het lidmaatschap van ProVoet als kwaliteitskeurmerk. Daarentegen vindt deze groep het niet nodig de kwaliteit van iedere aangesloten pedicure te toetsen. Imago Het imago van ProVoet is bij de pedicures zonder specialisatie goed te noemen. ProVoet wordt gezien als een actieve, sterke, moderne en inspirerende organisatie. Wensen voor de toekomst De pedicures is ook gevraagd naar hun wensen voor de toekomst. Wat kan de brancheorganisatie voor hen betekenen, wat vinden zij belangrijk? De meest genoemde wensen: • een imagocampagne voor de pedicures; • een overzicht van door leden gehanteerde tarieven.


19

Verdere professionalisering De verdere professionalisering die we nastreven wordt ook onderschreven door deze groep pedicures, voor ProVoet een belangrijke conclusie. Uit de ledenenquête van 2007 onder de gehele populatie bleek al dat de ondervraagde leden zich in overgrote meerderheid realiseerden dat professionalisering van het vak alle pedicures ten goede komt. Daarmee kunnen we vaststellen dat de koers van ProVoet op professionalisering door de meeste van de leden goedgekeurd wordt.

• Beroepshouding Het is belangrijk dat de beroepsgroep zich een professionele beroepshouding eigen maakt. Hierin is een belangrijke rol weggelegd voor de inbedding van de Code van het Voetverzorgingbedrijf en de Richtlijnen ‘Verzorging van voeten van personen met diabetes mellitus’ en ‘Verzorging van voeten van personen met een reumatische aandoening’. Een professionele beroepshouding ademt vertrouwen uit. Voor de beroepsbeoefenaar zelf (‘trots op eigen beroep’) en voor de partijen die er naar kunnen doorverwijzen.

3. Ambities Zoals in hoofdstuk 2 geschetst, zijn er in het teken van het streefbeeld vier ambities geformuleerd voor de periode 2010-2015: • versterken van externe profilering en ketensamenwerking; • borgen van de kwaliteit van opleidingen; • vergroten van ondernemerschap onder de leden; • verbeteren van de participatie en draagvlak van de leden. De genoemde ambities hebben geleid tot de volgende vier hoofdlijnen: 1. borging en stimulering van de kwaliteit van werken van de beroepsgroep; 2. integratie en samenwerking van de beroepsgroep in de zorgketen; 3. verhoging van het ondernemerschap van de beroepsgroep; 4. verbeteren van de participatie van de leden en de communicatie ten behoeve van het beroep, de beroepsgroep en de organisatie. Gezien de maatschappelijke ontwikkelingen en ambitieniveau is een vijfde hoofdlijn geformuleerd ten aanzien van de organisatie: 5. verdere professionalisering van de organisatie ProVoet.

• Zorggroepen De gezondheidszorg verandert van structuur, voor wat betreft de aanpak van chronische ziektes in ieder geval. Er gaat meer gewerkt worden met zorggroepen, ingericht rond de huisarts of andere disciplines. Het is de bedoeling dat de (medisch) pedicure hierbij gaat aansluiten. • Maatschappelijke veranderingen De eisen van de maatschappij (vergrijzing, toenemende behoefte aan zorg), maken dat de groep pedicures zich moet blijven ontwikkelen. In de (diabetes)zorg is de komende jaren veel aandacht voor preventie. In het algemeen, maar ook specifiek gericht op de risicovoet. Er wordt meer georganiseerd rond en voor het zelfmanagement van de cliënt (landelijk: van de patiënt). De beroepsgroep zal hierin mee moeten gaan. • Kwaliteit van onderwijs De diversiteit in kwaliteit van kennisprogramma’s blijft een zorgpunt. Over het aanbod ervan vindt overleg plaats met het scholenveld. ProVoet zal de mogelijkheden van het accrediteren van opleidingen/cursussen nader onderzoeken. De examinering blijft een punt van aandacht.

4. Uitwerking van de hoofdlijnen 1. Borging en stimulering van de kwaliteit van werken van de beroepsgroep: • Differentiatie De differentiatie van het beroep pedicure moet in de komende periode voltooid worden. De groep ‘pedicure+’ groeit niet meer. Het huidige beleid is gericht op doorstroming van de groep pedicure+ naar medisch pedicure. Dit moet hen betrekkelijk eenvoudig gemaakt worden. Los van het wellicht veranderende vergoedingenstelsel moet de pedicure+ de voordelen gaan zien van deze persoonlijke ontwikkeling, of een bewuste keuze maken voor het vak pedicure zonder specialisaties. 20


• KwaliteitsRegister voor Pedicures (KRP) Het KRP vormt een belangrijk instrument om mogelijke innovaties in de branche door te voeren, onder meer ten gevolge van maatschappelijke ontwikkelingen of ontwikkelingen in de gezondheidszorg. • Ondernemerschap Goed ondernemerschap is onlosmakelijk verbonden met een professionele beroepsuitoefening (zie ad. 3). Aan dit aspect wordt dan ook een belangrijk accent gegeven in de komende periode. De ondersteuning


21

die ProVoet biedt in de vorm van lidmaatschap van de nationale geschillencommissie, professionele PR & communicatiematerialen, kennisprogramma’s en de diverse functies van het ProVoet Branche Informatiecentrum moeten behulpzaam zijn bij het creëren van een houding die past bij professioneel ondernemerschap. 2. Integratie en samenwerking van de beroepsgroep in de zorgketen: • KRP als instrument Voor dit beleidsspeerpunt geldt dat de –door de branche– felbegeerde plaats in de ketenzorg voor de medisch pedicure daadwerkelijk veroverd moet worden. Ook hier is het KRP een belangrijk instrument en dient aldus goed ingezet te worden en mee te ontwikkelen. • Vergroten van het netwerk Het is noodzakelijk dat ProVoet op nationaal niveau haar netwerk versterkt en uitbreidt met patiëntenverenigingen en (wetenschappelijke) beroepsverenigingen. Het Branche Informatiecentrum kan hierin een rol spelen. De inzet van communicatie naar deze verschillende doelgroepen moet uiteindelijk leiden tot: o kennis bij de omringende externe partijen van de competenties van een professionele (medisch) pedicure; o meer vertrouwen in de competenties van een professionele (medisch) pedicure, waardoor samenwerking in de zorg op bepaalde gebieden mogelijk wordt; o grotere bekendheid van ProVoet en het KRP bij deze doelgroepen; o de acceptatie van het lidmaatschap van ProVoet en de registratie in het KRP als een kwaliteitskeurmerk. Ook ligt hier een taak voor de individuele (medisch) pedicure om zich te profileren, waarbij ProVoet haar kan helpen. • Wetenschappelijk onderzoek Wezenlijk aspect bij integratie in de zorgketen is de aantoonbaarheid van de waarde van voetverzorging in het algemeen en bij risicovoeten in het bijzonder. Om dit aan te kunnen tonen zal in de komende periode wetenschappelijk onderzoek naar de toegevoegde waarde van voetverzorging geïnitieerd en gestimuleerd worden. Het is belangrijk om ook richting zorgverzekeraars te onderbouwen dat pedicures ‘winst’ opleveren in het zorgstelsel.

22


3. Verhoging van het ondernemerschap van de beroepsgroep: • Beroepshouding en competenties Om een professionele pedicurepraktijk te kunnen runnen, zijn houding en competenties die behoren bij ondernemerschap noodzakelijke vereisten voor de beroepsgroep. Dit draagt bij aan een economisch verantwoorde branche en het verkrijgen van een volwaardige positie in de keten. • Onderwijs in ondernemerschap Pedicures in opleiding moeten meer bewust gemaakt worden van het feit dat ze met het behalen van hun diploma ook ondernemer worden. ProVoet moet hier op inspelen door binnen het kwalificatiedossier de maximale ruimte te benutten voor ondernemerschap op niveau 3. Voor de pedicure die in de opleiding geen onderwijs in ondernemerschap heeft genoten, is het belangrijk dat de branchevereniging de leden helpt door middel van het aanreiken van tools ter verbetering van hun ondernemerschap. De ProVoet activiteiten worden hiervoor ingezet. Er ligt hier ook een taak voor het scholenveld. ProVoet zal dit verder stimuleren. Tevens kan het Branche Informatiecentrum ingezet worden voor het ontwikkelen van korte voorlichtingfilms en/of van een leeromgeving van nieuwe elementen gericht op ondernemerschap. • Meetbare bedrijfsresultaten: De uitkomsten van het project Sturen op cijfers van het HBA waarin ook ProVoet participeert, moeten een bijdrage leveren aan het ondernemerschap van pedicures. Onder dit project komt in de nabije toekomst een databank tot stand, waarmee de pedicure haar eigen bedrijfsresultaten kan vergelijken met het resultaat van soortgelijke bedrijven in de branche. • ICT Een ander belangrijk instrument voor ondernemers is ICT, hiervan wordt nog te weinig gebruik gemaakt. Ook voor de integratie in de zorgketen is bekendheid met en het gebruik van digitale (communicatie)middelen essentieel.


23

4. Verbeteren van de participatie van de leden en de communicatie ten behoeve van het beroep, de beroepsgroep en de organisatie: • Publiciteitscampagne consumenten Het verbeteren van het participatiebeleid bestaat voornamelijk uit een grootschalige publiciteitscampagne gericht op de consument (gedeeltelijk in samenwerking met patiëntenverenigingen), met als beoogde resultaten: o dat de consument weet welke soorten pedicures er zijn; o dat de consument weet wat een professionele (medisch) pedicure feitelijk kan; o dat de consument op de hoogte is van (de naam van) brancheorganisatie ProVoet; o dat de consument het lidmaatschap van ProVoet ervaart als een kwaliteitskeurmerk van de pedicure; o dat een aanzienlijk deel van de consumenten inziet dat professionele voetverzorging een serieus te nemen item is. Voor de omvang en de waarde van deze campagne wordt jaarlijks budget vrijgemaakt. Een speciale werkgroep gaat zich bezig houden met de profilering van het vak pedicure en de vakvereniging. Voor de campagne wordt hulp ingeschakeld van een professioneel reclamebureau. • Communicatie met de leden De communicatie met de leden wordt geïntensiveerd. De leden dienen optimaal geïnformeerd te worden en daarbij wordt vaker en efficiënter gebruik gemaakt van de moderne communicatiemiddelen zoals internet en (digitale) nieuwsbrieven. 5. Verdere professionalisering van de organisatie ProVoet: • Herindeling organisatie De reorganisatie van 2007 heeft geleid tot een duidelijke taakafbakening binnen de onderdelen van de organisatie. Het bestuur is verantwoordelijk voor het beleid op middellange en lange termijn. De commissies hebben een beleidsvoorbereidende taak en het stafbureau is verantwoordelijk voor de uitvoering. In de commissies hebben voornamelijk leden zitting. Voor de leden van de commissies worden bijeenkomsten georganiseerd zodat ze zich verder kunnen ontwikkelen en oriënteren op de context waarbinnen de branche opereert.

24


• Taakverschuivingen stafbureau Het team werkzaam op het kantoor in Veenendaal is met negen medewerkers en een directeur vooralsnog compleet. De medewerkers voeren tot op heden het werk uit voor de brancheorganisatie en ondersteunen uitvoerende activiteiten ten behoeve van het KRP. De interne herstructurering, de nieuwe functies van het kantoor en het Branche Informatiecentrum, de toename van werk door ledengroei en de werkzaamheden met betrekking tot het kwaliteitsregister, vragen andere vaardigheden van zowel het team als de individuele medewerkers. Naast relevante individuele scholing zal voor het hele team een scholingsprogramma opgezet worden ter bevordering van de gewenste deskundigheid. De taak van de landelijk opererende ProVoet-consulenten wordt geëvalueerd en indien nodig zal ook deze groep adequaat bijgeschoold worden. • Panel In 2008 is een ledenpanel in het leven geroepen. De beweegreden voor een dergelijk orgaan was de behoefte aan een klankbord over zaken als de richting die de organisatie op gaat, de impact hiervan toetsen en de afstand verkleinen tussen bestuur en leden. Het panel heeft een plaats binnen de organisatorische structuur van ProVoet gekregen. Na een aantal bijeenkomsten is de functie ervan geëvalueerd. Een van de conclusies is dat het panel in de komende periode qua samenstelling zal gaan veranderen in een panel waarin ook externe stakeholders gaan participeren. • Financiën Het financiële beleid zal in de komende periode verder worden aangescherpt. Vanuit de huidige begrotingssystematiek wordt toegewerkt naar een systeem van doelbestedingen. Uitgangspunt hierbij is dat er gestreefd wordt naar een gezonde balans tussen organisatiekosten en kosten gericht op specifieke doeleinden ten aanzien van de branche en organisatie in de volle breedte.


25

Tot slot

Het hiernaast afgebeelde figuur geeft weer hoe ProVoet de komende beleidsperiode wil gaan invullen. Om te komen tot het streefbeeld dat in hoofdstuk 2 weergegeven wordt, wil ProVoet optimaal rendement halen uit eerder gedane investeringen. Deze investeringen staan links onder in de afbeelding. ProVoet heeft in de afgelopen tijd veel aandacht besteed aan de positie van pedicures in zorgketens. Dit blijft een aandachtspunt. Daarnaast is echter ook extra focus nodig op ondernemerschap, om een verdere ontwikkeling van de beroepsgroep mogelijk te maken. Ondernemerschap is daarom weergegeven als basislijn voor de komende jaren. De communicatie naar en de binding met de leden vormen centrale lijnen en lopen door alle facetten van het beleid heen.

26



27

Bijlage 1:

Overzicht van personen actief binnen de organisatie ProVoet

Bestuur ProVoet: De heer B.J.M. Wagemakers (voorzitter) De heer dr. J.F.B.M. Fiolet (secretaris & penningmeester) De heer drs. R.P.M. van Mechelen Mevrouw drs. M.A. van Putten Mevrouw D.J. Ubbink Schuurman Mevrouw C.B. van Valburg

Commissie Vakbekwaamheid: Mevrouw drs. M.A. van Putten (voorzitter) Mevrouw drs. L.A. Lemmens (secretaris) Mevrouw J.A.M. Bentsink-Zijlmans Mevrouw M.E. Hofenk-Reinders Mevrouw M.T.F. Smeets-van Bakel Mevrouw P.T.J.A.M. Vink-Peters

Commissie PR & Communicatie: Mevrouw C.B. van Valburg (voorzitter) Mevrouw M.J.C. Oskam-Schoeman (secretaris) Mevrouw L.M.A. van Deursen-Jansen Mevrouw J. Dudink Mevrouw J. Lootens-Altena Mevrouw M. Vorstermans

Mevrouw P.M.E. Schot-van Dam Mevrouw M. Soepenberg-Zwanepol Mevrouw R. Tilmans

Commissie Ondernemerschap: Mevrouw D.J. Ubbink-Schuurman (voorzitter) Mevrouw M.J.C. Oskam-Schoeman (secretaris) Mevrouw L.M. Donker Mevrouw A. Jongsma-Hulshof Mevrouw C.H. Konijn Mevrouw R.J.H. Schuurman-de Kinkelaar

Werkgroep ProVoet Activiteiten: Mevrouw drs. L.A. Lemmens (voorzitter) Mevrouw T. Besemer-van Zelm Mevrouw E. Brüger Mevrouw C.G.A. Giersbergen-van Velthuijsen Mevrouw M.T.F. Smeets-van Bakel

Consulenten: Mevrouw M. Hofman Mevrouw A. Jongsma-Hulshof Mevrouw J.F. Kok Mevrouw M.S. Kramer Mevrouw J. Lootens-Altena Mevrouw W. Oldenhuis-Buurman Mevrouw E.J. Stolwijk-Kerkman

Stafbureau:

De heer drs. R.P.M. van Mechelen (voorzitter) Mevrouw drs. L.A. Lemmens (secretaris) Mevrouw M.E. Bosch Mevrouw S.M.G. Oevering- Wiegerinck Mevrouw S. Pennekamp

De heer C.A.M. van de Groes (directeur) Mevrouw M. Blokpoel-Snaathorst Mevrouw G.J.M. de Bruijn Mevrouw I.M. Frankfort Mevrouw A.F. ten Hoedt Mevrouw drs. L.A. Lemmens Mevrouw H. van Manen Mevrouw C. van Nieuwamerongen Mevrouw M.J.C. Oskam-Schoeman Mevrouw M.A. Roos

28


Commissie Onderwijs & Opleiding:


29

Bijlage 2:

Vertegenwoordiging van ProVoet, januari 2010

Bohn Stafleu van Loghum • Adviesraad Podopost • Redactieraad Podopost Nationaal Actieprogramma Diabetes Nederlandse Diabetes Federatie ASWS • Begeleidingscommissie VTV

Bestuurlijke betrokkenheid: Werkgeversorganisatie, VNO-NCW Hoofd Bedrijfschap Ambachten, HBA Kennisinstelling, KOC Nederland SBO, Stichting bevordering onderwijs ProCERT, Kwaliteitsinstituut voor de voetverzorging Stichting Facilitair Bedrijf Voetverzorging

Werkgroep Infectie Preventie

Inhoudelijk betrokken bij: VNO-NCW • Commissie Gezondheidszorg • Werkgroep Beroepsonderwijs • Begeleidingscommissie Positie Zelfstandig Ondernemers (CPZO) KOC Nederland • Paritaire commissie Philyra Instituut • Examinering in de voetverzorging HBA • Commissie Voetverzorging • Subcommissie PR Voetverzorging • Platform Branchediploma VV • Begeleidingscommissie Code van het Voetverzorgingsbedrijf Stichting Geschillen Commissie UV

30



31

september 2010

De professionele pedicure herkent u aan het ProVoet logo!

Kerkewijk 69 3901 EC Veenendaal T (0318) 55 13 69 F (0318) 55 13 31 [email protected]

www.provoet.nl

Vooruit! Wie zijn eigen weg durft te lopen, verdwaalt nooit. Beleid van ProVoet, Brancheorganisatie voor de Pedicure

Recommend Documents