Voortgangsrapportage Strategische Agenda 2013 - 2020 November 2015
Een Groene, Gezonde en Slimme Regio
Inhoud Voorwoord 04
Uitgangspunten 05
Wat heeft EBU bereikt? 10
Stand van zaken per domein 17
Doorkijk - 2016 38
Voor u ligt de tweede voortgangsrapportage van de Economic Board Utrecht (EBU). Jaarlijks brengt de EBU deze voortgangsrapportage uit, naar aanleiding van het besluit van Provinciale Staten in 2013 om de strategische agenda 2013-2020 van de EBU vast te stellen als kader voor de besteding van de middelen van de provincie Utrecht voor regionaal-economische stimulering. In deze voortgangsrapportage leest u de stand van zaken over de periode november 2014 - november 2015 van de initiatieven waar de EBU bij betrokken is. Bijzondere aandacht gaat hierbij uit naar de initiatieven die in aanmerking zijn gekomen voor een bijdrage van de provincie via de Uitvoeringsverordening EBU.
Voorwoord
M
et gepaste trots presenteer ik u de tweede voortgangsrapportage van de Economic Board Utrecht. De economie van de provincie Utrecht herstelt inmiddels alweer sneller dan het Nederlands gemiddelde, maar dat wil niet zeggen dat Utrecht achterover kan leunen. De stedelijke deelregio’s in de provincie herstellen sneller dan de meer landelijke regio’s. Het aantal banen stijgt en de werkloosheid daalt, maar langdurig werklozen profiteren nog niet van deze opleving. De mismatch op de arbeidsmarkt groeit: er zijn werkgevers die hun talenten tot ver in het buitenland moeten zoeken. Dat zijn de vraagstukken van nu. Echte ondernemers zijn bezig met de vraagstukken van morgen: welke technologie, welk business model, welke financieringsconstructie en welk personeel heb ik volgend jaar en de jaren erna nodig om succesvol te zijn en vooral te blijven op welke markt? De Economic Board Utrecht staat voor het omzetten van maatschappelijke uitdagingen in economische kansen. Oplossingen die werken, én werk creëren. Daarmee verbinden we de investeringsagenda’s van publieke en private organisaties met het kennispotentieel van kennisinstellingen. Voor een Groene, Gezonde en Slimme regio.
Healthy Urban Living draait om slimme oplossingen om stedelijke gebieden groen, gezond en leefbaar te houden. Tijdens de Get Connected jaarconferentie op 9 oktober hebben we samen met meer dan 300 partners de kansen verkend die deze mondiale miljardenmarkt biedt voor de BV Nederland. Met regionale specialisaties naar o.a. Eindhoven (technologie), FoodValley (agri & food), Amsterdam (internationale hub) en Utrecht (sustainability, life sciences & health). Dat overheden in de regio kiezen voor investeringen in proeftuinen als Utrecht Stationsgebied, Utrecht Science Park en Houten, helpt bij de positionering van Utrecht als modelregio voor gezond stedelijk leven. Healthy Urban Living is niet nieuw. Maar als wij de regionale groei op een slimme en toekomstbestendige manier kunnen organiseren en onze uitstekende startpositie slim benutten, kan de regio een sleutelrol vervullen in de exportkans waar Healthy Urban Living voor staat en wordt Healthy Urban Living na(ast) watermanagement een tweede trademark voor Nederland.
Deze Utrechtse aanpak werkt. Met onze programma’s hebben we in krap drie jaar tijd bijna € 200 mln. aan secundair uitgelokte investeringen losgemaakt. Die leveren niet alleen commerciële waarde, maar ook maatschappelijke waarde en werkgelegenheid op. Onze ambitie is groter: in 2020 willen we € 500 mln. hebben uitgelokt en daarmee hebben bijdragen aan de creatie van enkele duizenden banen in de regio.
Ik hoop dat deze sneak preview mijn gepaste trots al enigszins verklaart, maar vooral uitnodigt om verder te lezen. Na een korte opfrisser over de uitgangspunten van de EBU (hoofdstuk 1) nemen we u in deze voortgangsrapportage graag mee langs de resultaten over de afgelopen periode (hoofdstuk 2), gevolgd door een beschrijving per domein van de grotere beweging die is ingezet (hoofdstuk 3). We sluiten af met een doorkijkje naar 2016. Daarin constateren we dat Utrecht de wind economisch weer in de zeilen krijgt, maar dat we voor een duurzaam gezonde en leefbare regio breder moeten kijken dan naar technologische innovatie alleen.
Om tot deze Groene, Gezonde en Slimme regio te komen, heeft zich de afgelopen periode een overkoepelend thema gevormd in onze werkzaamheden, namelijk Healthy Urban Living.
Henk Broeders, voorzitter Economic Board Utrecht
Voortgangsrapportage Strategische Agenda 2013 - 2020
1. Uitgangspunten Economic Board Utrecht Als EBU verbinden wij sectoren die elkaar nu nog onvoldoende vinden. In nieuwe coalities koppelen we bedrijven aan overheden en kennisinstellingen. Coalities met schaalbare initiatieven, die leiden tot nieuwe producten en diensten om het leven hier en elders Groener, Gezonder en Slimmer te maken. Initiatieven die zorgen voor groei, banen en marktaandeel voor het Utrechtse bedrijfsleven. Maatschappelijke uitdagingen buigen we om tot economische kansen. Zo werken we aan de meest leefbare economie van Europa. Voordat we ons richten op de voortgang met betrekking tot daadwerkelijk gefinancierde initiatieven en de voortgang binnen de afzonderlijke domeinen (groen, gezond, slim) staan we nog even stil bij een aantal belangrijke uitgangspunten van de EBU: • de strategische agenda 2013-2020 als kompas; • structuur en werkwijze van de EBU; • het belang van regionaal-economisch onderzoek; • de rol van de gemeenten; • financiële ondersteuning. Strategische agenda 2013-2020 De strategische agenda 2013-2020 Stepping Stones is het inhoudelijk kompas van de EBU. Tot stand gekomen in nauwe dialoog tussen bedrijven, kennisinstellingen en overheden is dit document op 30 september 2013 door Provinciale Staten vastgesteld als kader voor besteding van de middelen van de provincie Utrecht voor stimulering van de regionale economie. Vanaf dat moment focust de aandacht van de EBU zich op drie thema’s: groene economie, gezond leven en diensteninnovatie, kortweg de domeinen Groen, Gezond & Slim. Andere belangrijke criteria waaraan moet worden voldaan om voor daadwerkelijke support van de Board in aanmerking te komen, zijn: • het initiatief heeft de ondersteuning en commitment van tenminste drie boardleden; • het initiatief past binnen de gekozen thema’s en speerpunten van de strategische agenda; • het initiatief heeft voldoende economische en maatschappelijke impact; • het initiatief is uitvoerbaar door inzet van partijen uit de markt die eigenaarschap nemen;
• het initiatief is opschaalbaar tenminste in de regio Utrecht, maar bij voorkeur ook daarbuiten; • het initiatief draagt bij aan de versterking van het profiel van de regio. Structuur en werkwijze van de EBU De structuur van de Economic Board Utrecht is begin 2015 gewijzigd met de vorming van clusters. Het gesprek vindt nu veel meer plaats op basis van inhoud, waardoor er meer betrokkenheid ontstaat en er sneller commitment kan worden afgegeven. Hogere betrokkenheid leidt tot meer ambassadeurs, meer flexibiliteit, meer aan te spreken resources en zodoende meer handelingsperspectief Per domein is een bestuurlijk cluster geformeerd van 5-10 deelnemers, verdeeld over de triple helix, met daarin: • een voorzitter, die trekker is van het domein. Deze trekker heeft een onomstreden, vooraanstaande positie in het betreffende domein; • leden van de Board die actief willen meewerken aan het realiseren van de ambities voor het betreffende domein (eventueel ook met inzet vanuit de eigen organisatie); • experts uit het Get Connected-netwerk die actief willen meewerken aan het realiseren van de ambities voor het domein (eventueel ook met inzet vanuit de eigen organisatie); • de domeinmanager van de uitvoeringsorganisatie van de EBU. Elk cluster heeft haar eigen dynamiek en vergaderfrequentie, te bepalen door de voorzitters van de clusters. De clusters stellen jaarlijks een werkagenda op voor hun eigen domein als uitwerking van de strategische agenda Stepping Stones. De voorzitters van de clusters zijn automatisch lid van het Kernteam. Daarmee is afstemming met andere clusters en met directie van het bureau EBU geborgd. De structuur van de Economic Board Utrecht is schematisch weergegeven in Figuur 1.
5
Voortgangsrapportage Strategische Agenda 2013 - 2020
1. UITGANGSPUNTEN ECONOMIC BOARD UTRECHT
Fig. 1
Structuur Economic Board Utrecht
VZ
VZ VZ
VZ
Get Connected Netwerk
Kernteam
VZ
Board
VZ
Get Connected Netwerk Groeiend netwerk decision makers regio. Ondernemers georienteerd. Periodieke (selectieve) bijeenkomsten.
Groen
Clusters Groen, Gezond, Gezond Life Sciences,
Board
Slim, HCA en Internationalisering
Selectie uit netwerk: high profile ambassadeurs,
Team van (vertegenwoordigers uit) boardorganisaties
actieve leden, voorzitters clusters. Max 30-35
+ domeinexpert EBU. Voorzitter is boardlid en lid
leden, waarvan minimaal 50 % bedrijfsleven.
kernteam. Agenderend. Eigen verantwoordelijkheid en dynamiek.
Gezond Life Sciences
Stichting EBU (niet weergegeven in figuur) De Stichting EBU wordt gevormd door een bestuur
6
Gezond
Kernteam
en de uitvoeringsorganisatie. Het stichtingsbestuur
Voorzitter clusters Groen, Gezond, Gezond Life
is verantwoordelijk voor de bewaking van het
Sciences, Slim en clusters HCA en Internationali-
budget en voor de kwaliteit van de bezetting van
sering + substantiele financiers board + voorzittter
de uitvoeringsorganisatie. De Board fungeert als
& directie Stichting EBU. 4 keer per jaar bijeen.
Raad van advies voor de stichting.
Slim
Internationalisering
HCA
Voortgangsrapportage Strategische Agenda 2013 - 2020
1. UITGANGSPUNTEN ECONOMIC BOARD UTRECHT
Er is in de regio Utrecht en ver daarbuiten vaak voldoende kennis, geld en ondernemerschap aanwezig om maatschappelijke uitdagingen om te buigen naar economische kansen. EBU brengt al deze aspecten bij elkaar. Het aanwezige investeringskapitaal brengen we daarmee in de markt, waarmee de markt vervolgens producten en diensten ontwikkelt die nationaal en vaak ook internationaal schaalbaar zijn. De EBU is de verbinder, het oliemannetje in de economie van de regio Utrecht. De rol van de EBU verschilt per initiatief per fase: van inspirator tot marktverkenner, consortiumbouwer en ambassadeur, zoals te zien is in Figuur 2.
EBU verbindt en opent deuren om tot een werkend consortium te komen. Hierbij kunnen bestaande initiatieven op ondersteuning rekenen, maar waar nodig neemt de EBU zelf het initiatief om partijen bij elkaar te brengen om de economische kansen te benutten. We stimuleren marktkansen voor Groene, Gezonde en Slimme oplossingen en helpen deze schaalbaar en investeerbaar te maken.
Fig. 2
Werkwijze en rollen EBU
Processtap
Instrumenten
Rol EBU, Boardlid
Inspireren/ Ontmoeten
Get Connected meetup Kringen EBU
Eigenaarschap Inspireren peers
Get Connected work EBU agenda Checklist wel/geen steun Classificatie type support Challenges/Hackathons Werkgroep EBU Project ontwikkelen
Eigenaarschap Eigenaarschap Toepassen Toepassen Ondersteunen Eigenaarschap Te besluiten
Get Connected work Fondsen Roadmap EU Kennis en kunde Netwerk Launching customer
Eigenaarschap Hulp bieden Ontwikkelen Incidenteel support Eigenaarschap Ontwikkelen aanpak
Get Connected magazine Marketing en PR Relatie andere boards Relatieonderhoud EU
Promoten Ambassadeur Landelijke afstemming Actieve contacten EU
Ontwikkelen/ Initatieven
Realiseren en opschalen
Profileren/ Exit
7
Voortgangsrapportage Strategische Agenda 2013 - 2020
1. UITGANGSPUNTEN ECONOMIC BOARD UTRECHT
Regionaal-economisch onderzoek De EBU baseert haar activiteiten op goede analyses en monitoring van de regionale economie. Daarbij is niet alleen aandacht voor omvang en economische prestaties op sectorniveau; de economie wordt ook bekeken vanuit het perspectief van ecosystemen. In een goed werkend ecoysteem zijn alle relevante functies vertegenwoordigd, hebben ze voldoende schaal en kwaliteit en staan ze met elkaar in contact. Zo draaien de radertjes de juiste kant uit voor innovatie en ambitieus ondernemerschap. Aan de hand van deze analyses signaleren we onder meer dat het aan kennis, technologie en ondernemers in Utrecht niet ontbreekt, maar dat marktontwikkeling, nieuwe verdienmodellen en nieuwe samenwerkingsvormen aandacht vragen.
Highligh monitor ts uit de Verkenn Economische ingen 20 15.
Economische Verkenningen, waarin ook op sectorniveau en per Utrechtse deelregio sterktes en zwaktes worden blootgelegd. De Economische Verkenningen 2015 voorzien voor Utrecht in 2015 een economische groei van 2,75%. De economische groei is echter niet gelijkelijk over de deelregio’s gespreid: de meer stedelijke regio’s herstellen sneller van de (kleine) krimp tijdens de afgelopen crisisjaren. Door samenwerking met universiteiten en door deelname aan overleg met ministeries, andere regionale Boards en regionaal-economische onderzoekers, stimuleert EBU gezamenlijke onderzoeksprojecten en ontsluiting van data. Nieuwe inzichten en concepten worden gedeeld met regionale partners via onder andere EBU Colleges, blogs en trendanalyses.
Gemeenten Gemeenten zijn een belangrijke partner in de triple helix. Coalities van gemeenten kunnen de basis vormen van opschaling van initiatieven. De Economic Board Utrecht heeft de afgelopen periode goede resultaten geboekt in het koppelen van maatschappelijke opgaven die ook op de agenda’s van gemeenten staan. Het zijn deze maatschappelijke vraagstukken die ons binden. De EBU kan de vraag vanuit gemeenten bundelen en inzetten om het bedrijfsleven te verleiden te investeren en te innoveren en jongeren samen met de onderwijsinstellingen op te leiden voor de beroepen van morgen. Hoe eerder we hierop inspelen, des te veerkrachtiger de regio wordt. Om gemeenten inzicht te geven in hun lokale economieën, publiceert EBU Research actuele interactieve gemeentelijke factsheets online. Ook worden colleges van Burgemeester en Wethouders en gemeenteraden geïnformeerd via een kwartaalnieuwsbrief. Het actief gemeentelijk accountmanagement heeft tot zichtbare resultaten geleid.
Algemene economische gegevens, zowel op het niveau van de provincie als op het niveau van de individuele gemeenten, publiceert de EBU online op haar website research.economicboardutrecht.nl. Bezoekers krijgen door middel van een dashboard met interactieve grafieken (factsheets) inzicht in de lokale economische structuur en prestaties, ook door de tijd heen. Dit dashboard is bedoeld als ondersteuning voor lokale en regionale partners bij programmaontwikkeling. Met dit doel wordt ook de interactieve kaart bijgehouden waarop de innovatiekoplopers in het Utrechtse bedrijfsleven zijn weergegeven. De EBU monitort uiteraard kernindicatoren van de economie; ook deze worden online gepubliceerd in de vorm van de (‘realtime’) Economische Barometer. Eenmaal per drie jaar wordt de staat van de Utrechtse economie vastgelegd in de
8
• Het accountmanagement is gestart met een bestuurlijke ronde langs de wethouders economische zaken. De ronde langs de gemeenten voorziet in een behoefte. In de gesprekken wordt een concrete link gelegd tussen de beleidsvoornemens van de gemeenten en de initiatieven van de EBU. Deze koppeling maakt inzichtelijk hoe enerzijds de EBU kan bijdragen aan gemeentelijke doelstellingen en anderzijds hoe gemeenten kunnen bijdragen aan opschaling van initiatieven. • De behoeften van de gemeenten blijken verschillend: soms bestuurlijk en soms gericht op het lokale MKB. Zo is de EBU diverse malen gevraagd zich te presenteren aan colleges en gemeenteraden om uit te leggen wat de EBU voor gemeenten betekent en andersom. Dit neemt bij gemeenten veel onduidelijkheid over de meerwaarde van de EBU weg.
Voortgangsrapportage Strategische Agenda 2013 - 2020
1. UITGANGSPUNTEN ECONOMIC BOARD UTRECHT
• De EBU ontvangt geregeld verzoeken om het lokale MKB aan te haken middels het verzorgen van presentaties op ondernemersdagen. Dit is voor de EBU een belangrijk kanaal om diverse initiatieven (zoals MKB-financiering) over het voetlicht te krijgen. • Voor de begroting vanaf 2016 van de basisorganisatie van de EBU wordt een beroep gedaan op de overheden in de regio. De EBU vraagt gemeenten jaarlijks € 1,- per inwoner bij te dragen. Nagenoeg alle U10-gemeenten en de gemeente Amersfoort hebben zich gecommitteerd aan deze bijdrage door deze op te nemen in hun programmabegrotingen voor 2016. • Een belangrijk platform vormt het Platform Regionaal Economische Stimulering (PRES). Het PRES is bestemd voor álle wethouders Economie uit de provincie Utrecht (plus Hilversum), onder voorzitterschap van de gedeputeerde Economie. Het is een inspirerend platform waar de agenda van de EBU de gemeentelijke agenda’s ontmoet. De goede opkomst geeft aan dat dit overleg in een behoefte voorziet: inspiratie, intervisie en gericht op samenwerking. • De EBU vindt steeds meer aansluiting bij de diverse regiotafels zoals de U10, het samenwerkingsverband van de stad Utrecht en haar buurgemeenten. Met het opstellen van de ruimtelijk-economische visie wil men de EBU-thema’s groen, gezond en slim voor de U10-gemeenten verder uitwerken. De EBU richt zich niet op ruimtelijk-economische vraagstukken en vindt in de U10 een relevante complementaire samenwerkingspartner. De ronde langs de gemeenten is nog niet af; graag bezoeken we de overige gemeenten om kansen voor koppeling in beeld te krijgen. We zullen daarvoor steeds meer de diverse regiotafels gebruiken zoals regio Amersfoort en de U10. We zetten daarbij niet alleen in op inhoudelijke match van agenda’s maar ook op financieel commitment.
Financiële ondersteuning Door slimmer samen te werken in consortia worden kansen en nieuwe marktproposities gecreëerd. De EBU helpt bij het opzetten van deze consortia, bij het vormen van relevante netwerken voor ondernemers én kan op basis van de EBU-uitvoeringsverordening gerichte financiële ondersteuning bieden. Op basis van de EBU-uitvoeringsverordening worden initiatiefnemers en consortia ondersteund met: • een generiek instrument voor samenwerkingsverbanden met een propositie die aansluit bij de strategische agenda van de EBU. • specifieke fondsen die erop gericht zijn om specifiek marktfalen te helpen oplossen. Door middelen waar mogelijk revolverend in te zetten, zorgen we voor hoog economisch en maatschappelijk rendement. Daarnaast verlangen we een multiplier van tenminste factor 3. Elke publieke euro wordt dus met minimaal drie euro van marktpartijen gematcht. Doordat de EBU altijd zorgt voor eigenaarschap in de markt, blijft het risico ook bij marktpartijen en zijn relatief lichte governance-structuren voldoende om een optimale en efficiënte inzet van publieke middelen te garanderen. Deze innovatieve werkwijze wordt inmiddels al ‘het Utrechts model’ genoemd. Uiteraard moeten initiatieven een bijdrage leveren aan een groene, gezonde en slimme regio. Via een intakegesprek met ondernemers wordt gekeken in hoeverre er een match is met de strategische agenda. Op basis daarvan kan snel een inschatting gemaakt worden of het zinvol is een aanvraag in te dienen. Daarnaast moeten projecten en programma’s een maatschappelijk en economisch effect hebben in de provincie Utrecht doordat ze onder meer leiden tot meer werkgelegenheid, meer private investeringen of tot versterking van de (internationale) concurrentiepositie van Utrechtse ondernemingen. Ook gelden als randvoorwaarden dat een initiatief opgeschaald kan worden en dat er een goede economische basis moet zijn. Op de EBU-website (www.economicboardutrecht.nl/ investeringsfondsen) vinden initiatiefnemers een interactieve zoekstructuur waarmee ze snel inzicht krijgen of financiële instrumenten beschikbaar zijn. De afgelopen twee jaar zijn verschillende initiatieven ondersteund. In hoofdstuk 2 wordt dit verder toegelicht.
9
Voortgangsrapportage Strategische Agenda 2013 - 2020
2. Wat heeft de EBU bereikt 2.1 Inleiding De regio Utrecht werd in 2014 voor de tweede keer door de Europese Unie gekwalificeerd als ‘most competitive region’ van Europa. We zijn vereerd, maar ook realistisch: dat betekent niets meer en niets minder dan dat we de randvoorwaarden voor een goed vestigingsklimaat op orde hebben. Bijna drie jaar Economic Board Utrecht leert echter ook dat de EBU-aanpak werkt: we maken investeringen los, het netwerk groeit, belangrijke private partners haken aan, de strategische focus op groen, gezond en slim wordt overgenomen en de vele intermediaire organisaties in de regio treden vaker in gezamenlijkheid en met meer effectiviteit op. Dat is een goed resultaat. Gezamenlijk werken we zo niet alleen aan de meest competitieve maar vooral ook aan de meest leefbare economie van Europa. Het afgelopen jaar is er door de EBU hard gewerkt aan initiatieven die hieraan een concrete bijdrage leveren. Nul-op-de-meter is gestart in gemeente Amersfoort met een stevig consortium van bouwbedrijven, installateurs, woningbouwcorporatie en onderwijsinstellingen die samen goed zijn voor 2000 woningen en een investering van € 90 mln. EBU werkt aan een groot programma rond zelfmanagement en e-health. Hierin werken zorgorganisaties, bedrijven, gemeenten, kennisinstellingen en zorgverzekeraars samen voor een betere zorg dicht bij de burger. Binnen Startup Utrecht werkt de EBU samen met incubators zoals DutchGameGarden, UtrechtInc, 60 Acres en Holland Startup aan de verbetering van het startupklimaat en een slimme verbinding met StartupDelta van Neelie Kroes. In dit hoofdstuk nemen we u mee langs de initiatieven die een bijdrage hebben ontvangen middels een aanvraag in het kader van de Uitvoeringsverordening EBU.
10
Voortgangsrapportage Strategische Agenda 2013 - 2020
Timeline
11
Voortgangsrapportage Strategische Agenda 2013 - 2020
2. WAT HEEFT EBU BEREIKT?
2.2 Gefinancierde initiatieven Figuur 3 geeft een overzicht van de initiatieven die in de periode sinds de vorige voortgangsrapportage een bijdrage hebben ontvangen middels een aanvraag in het kader van de Uitvoeringsverordening EBU. In de tabel wordt telkens onderscheid gemaakt tussen de bijdrage van de provincie Utrecht, de vorm waarin de provincie bijdraagt, de totale projectomvang en eventueel secundair uitgelokte investeringen. Dit onderscheid is relevant, omdat het een goede indruk geeft van de impact van initiatieven in relatie tot de EBU-werkwijze en de bijdrage van de provincie.
Fig. 3
Overzicht gefinancierde initiatieven 2015 Bijdrage provincie Utrecht
Vorm bijdrage
Totale omvang initiatief
Secundair uitgelokte investeringen
€ 1.400.000
Cofinanciering
€ 5.000.000
€ 90 mln
€ 940.000
Cofinanciering
€ 2.640.000
€ 20 mln
Dutch Game Garden 2015-2019
€ 750.000
Cofinanciering
€ 2.250.000
€ 20 mln
DGA - Control conference
€ 150.000
Cofinanciering
€ 950.000
€ 2 mln
Groen, Gezond, Slim Fonds
€ 1.000.000
Lening
€ 4.000.000
PM
NOMMIF
€ 550.000
Cofinanciering
€ 675.000
€ 7.2 mln
MIT-regelingen
€ 1.000.000
Cofinanciering
€ 2.000.000
€ 6 mln
TOTAAL
€ 5.790.000
€ 17.515.000
€ 145.2 mln
Naam
Nul-op-demeter; 033 Energie
FIWARE
Toelichting
12
1) Investeringen tot 2020 in 2000 woningen nul-op-de-meter woningen in Amersfoort 2) Gebaseerd op omzet door bedrijven uit DGG-netwerk in afgelopen periode (2010-2014)
3) Omdat het gaat om groeifinanciering van startups is nu niet aan te geven hoe groot deze zullen zijn in de toekomst 4) Gebaseerd op maximale bijdrage MIT van 35% per aanvraag
*1
*2
*3
*4
Voortgangsrapportage Strategische Agenda 2013 - 2020
2. WAT HEEFT EBU BEREIKT?
Nul-op-de-meter 033Energie Amersfoort 033Energie richt zich op het energiezuinig en energieneutraal maken van woningen in de regio Amersfoort/ Eemland. Voor het energiezuinig maken, worden verschillende technische oplossingen geïntegreerd: diverse vormen van isolatie, maar ook zonnepanelen, LED-verlichting en HR-ketels. Voor een aantal veelvoorkomende woningtypen is al een advies opgesteld. Voor monumenten is een speciale aanpak ontwikkeld. Het bestaande consortium van bedrijven en kennisinstellingen richt zich, met steun van de EBU, via dit project nu ook op het energieneutraal maken van bestaande bouw. Daarvoor worden modelwoningen gebouwd; de jaren ’30-woning is in aanbouw, voor de jaren ’50-woning zijn het financiële en technisch concept gereed en wordt gewacht op de bouwvergunning. Voor het einde van 2015 worden vier Bijna Energie Neutrale (BEN)-woningen gerenoveerd, die een tussenstap vormen naar energieneutraliteit. De organisatie is nu op volle sterkte met vier medewerkers en elf MBO- en HBO-studenten in het Innovatieteam. Veel aandacht is er voor participatie van bewoners(collectieven), onder andere via customer journeys. Op 26 november 2015 vindt de startconferentie plaats over het initiatief Nul-op-de-meter als onderdeel van 033Energie. Een aandachtspunt vormt het energieneutraal maken van woningcomplexen in corporatiebezit.
Een FIWARE Lab is onderdeel van een Europees netwerk van ontwikkelomgevingen (‘speeltuinen’) waar ontwikkelaars gratis gebruik kunnen maken van aanwezige open source bouwstenen om applicaties te bouwen en te demonstreren. FIWARE Lab NL heeft als doel het gebruik van deze open source omgeving in Nederland te stimuleren door de lab-infrastructuur als dienst ter beschikking te stellen (servers voor opslag en rekencapaciteit) en aanvullende activiteiten en bijeenkomsten te organiseren. Voorbeelden van slimme applicaties zijn apps die automobilisten naar vrije parkeerplaatsen leiden en zo autoverkeer beperken, of die inzicht geven in (onderhoud van) openbaar groen. Omdat FIWARE gebaseerd is op een Europese standaard, betekent dit dat opschaling van die diensten relatief eenvoudig is. Het FIWARE Lab past goed in de Utrechtse inzet op het gebied van open data. Deloitte heeft berekend dat met FIWARE de komende jaren ca. 1.500 banen kunnen worden gecreëerd en ca. € 20 mln aan investeringen zal worden losgemaakt. FIWARE Lab NL is een samenwerking aangegaan met Amersfoort, Amsterdam, Rotterdam, Eindhoven en Enschede om gezamenlijk aan te sluiten bij het Europese netwerk OASC (Open & Agile Smart Cities). FIWARE Lab NL (Future Internet) gaat daarmee een rol spelen in de verbinding van nationale en internationale (smart city) projecten.
Dutch Game Garden 2015-2019
FIWARE Lab NL
Dutch Game Garden (DGG) is de startup incubator voor de gamesindustrie, een van Utrechts sterke sectoren. DGG is het afgelopen jaar verhuisd van de Neude naar het Beatrixgebouw. Dat reflecteert de manier waarop DGG de toekomst voor zich ziet: meer dan voorheen gericht op de ontwikkeling van het zakelijke en commerciële potentieel van de gamesindustrie. Die ontwikkeling maakte DGG duidelijk in de plannen die DGG presenteerde voor de toekomst, en die laten zien dat met die hernieuwde focus de komende jaren ca. 180 banen zullen worden gecreëerd. In de eerste fase steunen gemeente en provincie de nieuwe koers van de Dutch Game Garden met een cofinanciering.
FIWARE Lab NL is opgericht door een consortium van vijf bedrijven (Xcellent, ElbaREC, Civity, Onetrail en Deloitte, zie: www.fiware-lab.nl) met steun van de provincie Utrecht en de Economic Board Utrecht. FIWARE is een publiek-privaat initiatief van de Europese Unie.
13
Voortgangsrapportage Strategische Agenda 2013 - 2020
2. WAT HEEFT EBU BEREIKT?
Groen, Gezond, Slim Fonds
Dutch Game Awards Control conference Ook de Dutch Game Awards (DGA) worden dit jaar, met behulp van de gemeente en de provincie, uitgereikt. Bij de DGA gaat het echter om meer. Om de uitreiking heen vinden kleinere en grotere evenementen plaats waar gamebedrijven de kans krijgen om investeerders en grote gamebedrijven uit binnen- en buitenland te ontmoeten. We verwachten hierdoor een impuls te geven aan de gamesindustrie die de komende jaren leidt tot de creatie van ruim 50 banen en ruim € 2,5 mln. extra investeringen.
De zuivelproducten komen bijvoorbeeld uit Soest, de appels uit Zeewolde en de knoflook uit Leusden: In Het Lokaal zijn seizoensgebonden regionale producten te koop, ze worden geserveerd in het horecagedeelte, er wordt mee gekookt in het proeflokaal, en er worden workshops met producenten en koks georganiseerd. Er wordt gebruikt gemaakt van voedsel om, in samenwerking met lokale partijen, maatschappelijke thema’s te verbinden zoals gezondheid, lokale economie, educatie, werkgelegenheid en innovatie. Rinke van ‘t Holt en Cor Holtackers zijn de oprichters van Het Lokaal, de foodhal die eind 2015 zal openen in twee oude loodsen van de voormalige zeep- en lijmfabriek in De Nieuwe Stad in Amersfoort. Via crowdfunding legden 253 investeerders in totaal € 225.000 in; de gemeente Amersfoort verleent subsidie, Rabobank en Economic Board Utrecht verstrekken een lening. Een goed voorbeeld van een succesvolle stapelfinanciering.
14
Het Groen, Gezond, Slim Fonds is bedoeld voor MKBondernemers die financiering (gedeeltelijk) via crowdfunding organiseren. Om crowdfunding nog aantrekkelijker te maken, heeft de Economic Board Utrecht (EBU) het Groen, Gezond, Slim fonds opgezet. De EBU kan tot 25% bijdragen aan de financiering in de vorm van een lening als de rest van de financieringsvraag via een crowdfundingplatform wordt opgehaald. Om in aanmerking te komen voor een bijdrage van de EBU, moet de crowdfundingcampagne lopen via een crowdfundingplatform met de benodigde AFM-vergunningen. Voor uitvoering van deze regeling is een bedrag van € 1 mln. beschikbaar. De middelen worden via het ‘first come, first serve’principe beschikbaar gesteld. De EBU-bijdrage per aanvraag is minimaal € 25.000 en maximaal € 100.000. De eerste lening is verstrekt aan Het Lokaal, een initiatief uit Amersfoort (zie kader).
NOMMIF Met het Nul-op-de-meter Marktintroductie Fonds (NOMMIF) willen we bijdragen aan de realisatie van nul-op-de-meter woningen in de provincie Utrecht. Het fonds richt zich op het segment van particuliere koopwoningen en is beschikbaar voor de realisatie van aansprekende voorbeeldprojecten. In totaal is hiervoor een fonds van € 662.500 opgezet. Hiervan is € 125.000 door negen Utrechtse gemeenten als cofinanciering ingebracht. We hebben de mogelijkheid ingebouwd dat ook andere gemeenten aanhaken en cofinanciering beschikbaar stellen. In dat geval zal het plafond van de regeling worden verhoogd. Zoals de regeling nu is opgezet kunnen ruim 100 nul-op-de-meter woningen gerenoveerd worden; tegen een gemiddelde investering van € 60.000 is de spin off ruim € 6 mln.
MIT-regelingen De MKB innovatieregeling Topsectoren (MIT) is dit jaar voor het eerst voor de regio Utrecht opgezet. In totaal is door de EBU € 1 mln. beschikbaar gesteld. Deze is door het Rijk verdubbeld (directe spin-off). Via de MIT-regeling worden MKB-ondernemers, met verschillende instrumenten, ondersteund met max. 35% subsidie zodat de indirecte spin-off rond de € 6 mln. ligt. Voorwaarde is dat een aanvraag zowel aan het topsectorenbeleid voldoet als aan de strategische agenda van de EBU. De MIT-regeling draagt op deze manier direct bij aan de doelstellingen van de EBU. Inmiddels is het gesprek gestart over een nieuwe MIT-regeling voor 2016.
Voortgangsrapportage Strategische Agenda 2013 - 2020
2. WAT HEEFT EBU BEREIKT?
2.3 Hoe is het nu met…? De provincie Utrecht heeft zoals eerder gezegd haar geld voor stimulering van de regionale economie gekoppeld aan de agenda van de EBU. Het eerste jaar is de EBU voorzichtig geweest met het honoreren van aanvragen voor financiering. Dat heeft toen geleid tot onderstaand overzicht van aanvragen (figuur 4). In deze paragraaf geven we een kort overzicht van de stand van zaken van deze initiatieven.
Fig. 4
Overzicht gefinancierde initiatieven 2014
Bijdrage provincie Utrecht
Vorm bijdrage
Totale omvang initiatief
Secundair uitgelokte investeringen
Growing Games
€ 1.205.833
Cofinanciering
€ 3.686.829
€ 38 mln
Kredietunie Midden Nederland
€ 50.000
Lening
€ 50.000
€ 2 mln / jaar
Life Sciences tender
€ 1.250.000
Garantstelling
€ 5.000.000
PM
Masterclass UOA
€ 52.500
Cofinanciering
€ 881.440
€ 35 mln *
TOTAAL
€ 2.558.333
€ 9.618.269
€ 40 - 75 mln
Naam initiatief
*Het betreft hier geen daadwerkelijk secundair uitgelokte investering, maar een kwaliteitsimpuls van een investering van € 35 mln in de Utrechtse economie.
Growing Games In het tweede jaar van Growing Games, het stimuleringsprogramma voor de applied games-sector, zijn de actielijnen rondom 1) professionalisering van bedrijven en 2) vergroten van werkgelegenheid en omzet verder uitgediept. Voor gamebedrijven zijn op het vlak van professionalisering van bedrijfsvoering masterclasses en congressen georganiseerd. Deze worden gecombineerd met internationale gameconferenties (Control Conference, Games for Health Europe; beide in Utrecht), maar vinden ook zelfstandig plaats, zoals de masterclass van de Amerikaanse neurowetenschapper Amy Jo Kim. Er zijn whitepapers gepubliceerd over ver-
dienmodellen en validatie van zorggames. In het voorjaar van 2015 is gestart met de selectie van gamebedrijven voor een speciaal coachingstraject. Onder leiding van brancheorganisatie DGA is een online platform opgezet voor kennisdeling en kennisontwikkeling van gamebedrijven. In augustus 2015 is een nieuwe ronde van het incubationprogramma gestart onder leiding van Dutch Game Garden, penvoerder van Growing Games. Veel aandacht gaat daarnaast uit naar het vergroten van de acceptatie en daarmee de markt voor applied games, in het bijzonder van health games. Hiervoor wordt samengewerkt aan verschillende tafels. Er is een lobbytraject gestart in de richting van de vaste Kamer-
15
Voortgangsrapportage Strategische Agenda 2013 - 2020
2. WAT HEEFT EBU BEREIKT?
commissie voor volksgezondheid, welzijn en sport. Met name D66 omarmt de mogelijkheden van health games. Een aantal zorgopleidingen heeft health games structureel opgenomen in het curriculum. Growing Games heeft in 2014-15 vier prijsvragen uitgeschreven, voor onder andere snellere revalidatie bij polsbreuken (in samenwerking met het AMC) en in het kader van het landelijke Techniekpact. Bij drie daarvan zijn Utrechtse gamebedrijven onderdeel van de winnende consortia. Ook is Growing Games mede-initiatiefnemer van een nieuwe onderzoekscall samen met het Nationaal initiatief Hersenen en Cognitie (ruim € 2 mln.). Om de marktkansen van gamebedrijven te vergroten, heeft Growing Games bijeenkomsten georganiseerd om de vraag vanuit de sectoren zorg, educatie en veiligheid te koppelen aan gamestudio’s, en zijn er matchingsbijeenkomsten verzorgd voor buitenlandse partijen (waaronder Italië, Frankrijk, Maleisië, VS, Japan). Met InvestUtrecht wordt een matchingsbijeenkomst voorbereid in Guangdong, China.
Kredietunie Midden Nederland In de eerste helft van 2014 is de Kredietunie MiddenNederland van start gegaan. De kredietunie heeft veel goede financieringsvragen ontvangen en meerdere initiatieven zijn aangeboden aan financiers. Alhoewel de kredietunie met succes heeft bijgedragen aan het verkrijgen van financiering voor twee initiatieven blijkt het lastig om voldoende financiers te interesseren. Het is de vraag of de kredietunie voldoende financiers weet te bereiken, zodat het voortbestaan van de kredietunie wordt veiliggesteld. Door het achterblijven van het benodigde kapitaal, wordt de beoogde uitgelokte investering van € 2 mln. per jaar nu niet gehaald.
Tender Life Sciences De Utrechtse life sciences sector staat wereldwijd aan de top. Veel nieuwe behandelingen en medicijnen zijn door Utrechtse kennisinstellingen en bedrijven ontwikkeld. Toch is het voor beginnende bedrijven in deze sector moeilijk om financiering te vinden voor het onderzoek dat voor deze innovaties nodig is. Via een tender is Aglaia Biomedical Ventures, als professionele fondsbeheerder verantwoordelijk voor een gespecialiseerd oncologiefonds, geselecteerd en gemandateerd om een revolverend fonds van € 1,25 mln. te beheren. Door de inzet van dit fonds zijn twee veelbelovende biotechnologiebedrijven en daarmee samenhangende hoogwaardige werkgelegenheid voor de regio behouden gebleven. Bovendien heeft deze interventie er zeer recentelijk mede toe bijgedragen dat een biotechbedrijf in staat is geweest om een Extended Series A Financiering veilig te stellen.
16
Masterclass Utrechtse Ondernemers Academie (UOA) De Stichting UOA (Utrechtse Ondernemers Academie) heeft een Masterclass-programma ontwikkeld waarbij ambitieuze MKB-ondernemers met 5-25 werknemers uit de EBU-domeinen groen, gezond en slim gedurende dertien maanden worden ondersteund in hun groei. Het klein MKB vormt de motor van de economie. In de provincie Utrecht zijn meer dan 103.000 MKB-bedrijven die voor meer dan 95% van de totale werkgelegenheid en 79% van de omzet verantwoordelijk zijn. Een fundamenteel probleem in de Nederlandse economie is dat relatief weinig bedrijven blijvend groeien. In vergelijking met andere landen blijft het percentage doorgroeiers achter. Veel Nederlandse ondernemers slagen er niet in de groeistap van zeven tot tien medewerkers te overbruggen, hierna verder te blijven groeien en te innoveren en uiteindelijk eventueel te internationaliseren. De Masterclass bestaat uit workshops, personal coaching, begeleiding door topadviseurs in de werkplaats en netwerkbijeenkomsten. Het is een unieke samenwerking tussen financiële instellingen, EBU en UOA waarmee een stevige kwaliteitsimpuls wordt gegeven aan de economie in de provincie Utrecht. Aan het project werken ING, ABN AMRO en de Rabobank actief mee. Er is een kick-off bijeenkomst gehouden op het Provinciehuis Utrecht waarbij alle projectbetrokkenen een groeimanifest hebben ondertekend. Er zijn reeds 39 deelnemende bedrijven en de verwachting is dat eind 2015 meer dan 50 bedrijven de Masterclass volgen of hebben gevolgd. Opmerkelijk is het grote aantal ICT-bedrijven dat deelneemt. De Universiteit Utrecht is bereid gevonden om onderzoek te verrichten naar de effecten van het Masterclass-programma. Het eerste onderzoek van de UU toont aan dat de Masterclass zorgt voor een positieve verandering. Deelnemende bedrijven tonen zowel een groei in werkgelegenheid als in omzet.
Voortgangsrapportage Strategische Agenda 2013 - 2020
3. Stand van zaken per domein In de Strategische Agenda 2013-2020 zijn drie domeinen benoemd waarop de EBU economische en maatschappelijke waarde bij elkaar wil brengen: Groen, Gezond en Slim. De werkzaamheden zijn gestart met een grondige verkenning van deze publiek-private markten. Van daaruit zijn initiatieven ontwikkeld en zijn ook initiatieven door derden aangedragen. In dit hoofdstuk geven we inzicht in de staat van de markten en de stand van zaken van de actielijnen en initiatieven per domein. Naast Groen, Gezond, Gezond Life Sciences en Slim komen ook Human Capital Agenda (HCA) en Internationalisering aan de orde.
Healthy Urban Living als overkoepelend thema De regio Utrecht is al de meest competitieve regio van Europa. Uiteraard willen we dat behouden, maar ons doel en dat van onze partners is veel meer het realiseren van de meest leefbare regio van Europa. In 2015 heeft zich gaandeweg een paraplu gevormd boven de domeinen Groen, Gezond en Slim: Healthy Urban Living, oftewel gezond stedelijk leven. Healthy Urban Living gaat over slimme oplossingen om stedelijke gebieden groen, gezond en leefbaar te maken en te houden. Deze markt is regionaal maar bij uitstek ook mondiaal: het gaat om kleinschalige oplossingen dichtbij burgers maar evenzeer om grote, technologische oplossingen in zeer sterk groeiende stedelijke gebieden in Azië, Afrika en Latijns-Amerika. Utrecht kan hierin een sleutelrol vervullen. Ten eerste als proeftuin. De regio is de snelstgroeiende regio van Nederland, en het is onze eigen opgave om deze groei slim en toekomstbestendig te organiseren. De gemeente Utrecht heeft samen met partners hierin een belangrijke stap gezet door het verder te ontwikkelen Stationsgebied aan te wijzen als Smart Sustainable District en daarmee als levend laboratorium voor stedelijke oplossingen. Ten tweede is de regio leverancier van kennis die tot deze slimme oplossingen kan leiden. De regio Utrecht huisvest een kenniscluster van wereldformaat, met onder andere UU, UMCU, HU, KNMI, RIVM, Deltares, en de vele bedrijven die actief zijn in onder meer watermanagement, infrastructuur, nieuwe energievoorziening, medische technologie, ICT en public management. Voor hen is de wereldmarkt het speelveld, maar ook zij kunnen niet zonder experimenteerruimte samen met kennis- en overheidspartners. Uiteraard moet Utrecht hiervoor slim en snel koppelingen kunnen maken naar andere regio’s met unieke posities, zoals Eindhoven e.o. (technologie), FoodValley (agri & food; One Health) en Amsterdam (internationale hub). Gezamenlijk beschikken deze regio’s over een propositie op het terrein van Healthy Urban Living, die een vérgaande economische en maatschappelijke impact gaat hebben.
17
Voortgangsrapportage Strategische Agenda 2013 - 2020
3. STAND VAN ZAKEN PER DOMEIN
3.1 Groen De verstedelijking van de regio vraagt extra aandacht voor een gezond klimaat (zowel binnen als buiten), schone lucht en slim gebruik van duurzame energie. Dit vereist renovaties van bestaande bouw, maar ook duurzame, circulaire sloop en vervangende nieuwbouw. EBU daagt marktpartijen uit om met integrale oplossingen te komen, schaalbaar naar de rest van de wereld. De EBU-actielijnen binnen het domein Groen zijn gericht op versnelling van de energietransitie en totstandkoming van een circulaire economie. Inwoners van leefbare en groene steden zullen uiteindelijk technologieën, materialen en aanwezige kennis op een slimme manier gebruiken en economisch en ecologisch duurzame keuzes maken. Om de groene economische markten te ontsluiten, werkt EBU vanuit een cross-sectorale benadering, waarin technologische, financiële, organisatorische en juridische kennis bijeen wordt gebracht in (nieuwe) allianties. De actielijnen binnen het domein Groen zijn dan ook: • Energie (Energieneutraal wonen en werken) • Circulaire economie Naast de actielijnen heeft de EBU ook een open oog en oor voor nieuwe initiatieven die bijdragen aan vergroening van de economie. Ook zet ze groene bedrijven en initiatieven in het zonnetje, zoals met de Groene Etalage (geopend op 9 oktober) en het festival het Groene Peloton, dat op 18 juni 2015 werd georganiseerd met gemeente Utrecht, UtrechtInc, NMU en Zienergie. Het doel van dit Groene Peloton was onder andere het matchen van aanbieders van duurzame proposities met launching customers: ‘green startup meets corporate’.
Het aantal investeerders dat begrijpt dat duurzaamheid ook rendement oplevert, groeit. In oktober kondigde ambtenarenpensioenfonds ABP (€ 350 mrd. onder beheer, in grootte het vijfde pensioenfonds ter wereld) aan de portefeuille te willen verduurzamen. De uitstoot van CO2 door de bedrijven waarin ABP belegt, moet in 2020 zijn gedaald met 25%. Beleggingen die bijdragen aan maatschappelijke problemen, moeten in 2020 verdubbeld zijn naar € 58 mrd. Pensioenbelegger PGGM kondigde in 2009 al aan haar vastgoedportefeuille te willen verduurzamen. Met een vastgoedportefeuille van € 20 mrd. wil PGGM nu tot op gebouwniveau inzicht in de CO2-belasting. Met die informatie kan vastgoed heel gericht worden verduurzaamd. PGGM werkt hierin samen met de Delftse start-up GeoPhy.
18
Voortgangsrapportage Strategische Agenda 2013 - 2020
19
Voortgangsrapportage Strategische Agenda 2013 - 2020
3. STAND VAN ZAKEN PER DOMEIN
3.1.1 Energie In de Regionale Energieagenda werken verschillende partijen (waaronder Natuur en Milieufederatie Utrecht, provincie Utrecht, UTHUIS en Economic Board Utrecht) samen om kansen voor de regio op het gebied van energie te benutten en de energietransitie te versnellen. De Regionale Energieagenda kent een zestal speerpunten, namelijk: • ‘nul-op-de-meter’ woningen; • maatschappelijk vastgoed Scholen; • maatschappelijk vastgoed Zorg; • grootschalige zon; • energiebesparing bij bedrijven; • gebiedsgerichte aanpak.
In Amersfoort hebben regionale partners elkaar gevonden in het project 033Energie; hierin werken bouwadviseurs, aannemers en installateurs samen om bestaande woningen energiezuiniger te maken. Deze partners zetten zich nu ook in voor nul-op-de-meter-woningen, en hebben, bij wijze van technologische tussenstap, ook oplossingen voor Bijna-Energie-Neutraal-woningen (BEN) ontwikkeld. Dat gebeurt in nauwe samenwerking met MBO- en HBO-opleidingen in de bouw. De EBU ondersteunt dit collectief. Met de inzet van € 1,4 mln. wordt een directe investering van € 3,5 mln. uitgelokt, en indirect een investering van € 90 mln. Om de investeringen in nul-op-de-meter-woningen te versnellen, heeft EBU op 9 oktober het Nul-op-de-meter Marktintroductie Fonds gelanceerd (zie hoofdstuk 2).
De voortgangsrapportage focust zich op de EBUprioriteiten ‘nul-op-de-meter’ woningen en scholen.
Renovatie van schoolgebouwen
Nul-op-de-meter woningen De grootste winst op het gebied van energiebesparing is te behalen in de bestaande gebouwde omgeving. Daarom willen regionale partners in het kader van het initiatief Nul-op-de-meter in 2020 50.000 woningen in de provincie Utrecht energieneutraal maken. Dat is 10% van de provinciale woningvoorraad. Op 29 januari 2015 tekenden negen gemeenten en één energiecoöperatie de Green Deal Nul-op-de-meter Koop. In totaal verbonden tot nu toe achttien van de 26 gemeenten in de provincie zich aan een dergelijke inspanning. Zij zetten zich in om op grote schaal en met veel snelheid vraag en aanbod bij elkaar te brengen voor nul-op-de-meterverbouwingen van particuliere rijtjeshuizen uit de periode 1950-1980. Daarmee beschikken bewoners over een comfortabel huis zonder energiekosten en gefinancierd vanuit de huidige energierekening.
20
In de regio Utrecht slaan schoolbesturen, gemeenten en marktpartijen de handen ineen om de renovatie en vervanging van 160 schoolgebouwen gefinancierd te krijgen. Bij deze majeure operatie worden nieuwe inzichten op het vlak van een gezond binnenklimaat en energiezuinigheid vanzelfsprekend gecombineerd. De EBU-aanpak brengt expertise bij elkaar, bundelt vraag, daagt marktpartijen uit om met integrale oplossingen te komen en inspireert financiers om niet alleen naar de financiële maar ook naar de maatschappelijke baten van hun investeringen te kijken. De gezamenlijke aanpak van het Bureau Christelijk Onderwijs Utrecht/EBU won op 14 mei 2015 een prijs tijdens het Energy Efficiency in Buildings-lab van de World Business Council for Sustainable Development. Het realiseren van een haalbare en schaalbare businesscase op basis van nieuwe en effectieve vormen van samenwerking vormt een serieuze uitdaging voor de komende periode.
Voortgangsrapportage Strategische Agenda 2013 - 2020
Smart grids: lessen voor iedereen
Energiesystemen van de toekomst Het initiatief Smart Grid: Rendement voor iedereen ontwikkelt en test nieuwe, opschaalbare en door gebruikers gedragen diensten rond elektriciteitsnetten van de toekomst (smart grids). Het initiatief werd in maart 2015 afgesloten met een conferentie (zie tekstkader). Het initiatief kent een vervolg met de inzet van de Utrechtse wijk Lombok als proeftuin voor Smart Solar Charging: hoe slim om te gaan met zonne-energie die lokaal wordt opgewekt? Op 4 maart werd, in samenwerking met Nissan, de eerste Vehicle2Grid-laadpaal in Europa in gebruik genomen: een laadpaal voor elektrische auto’s die is gekoppeld aan lokale zonnepanelen. De accu’s van de elektrische auto’s fungeren daarbij als energieopslag; de opslag van zonne-energie, met ongelijke pieken in productie en verbruik, was tot dat moment een knelpunt. Op 9 juni volgde zelfs een wereldprimeur met de ingebruikname van een netwerk van twintig van dergelijke slimme laadpalen voor alle typen elektrische auto’s. Dit ‘made in Utrecht’-netwerk is het resultaat van een samenwerking tussen Stedin, GE, gemeente Utrecht, Vidyn, Last Mile Solutions, EBU en Lomboxnet.
3.1.2 Circulaire economie Op 7 maart 2014 ondertekenden bestuurders van de gemeenten Amersfoort, Woerden en Utrecht en de provincie Utrecht een verklaring waarin zij zichzelf vastlegden op circulair inkopen: in 2020 willen zij 10% van hun gezamenlijke inkoopbudgetten van € 1 mrd. besteden aan circulaire inkoop. In de uitvoering worden twee benaderingen met elkaar verbonden: enerzijds het bekijken of de huidige inspanningen voldoende zijn om de doelstelling in 2020 (10%) te realiseren (doen we genoeg?) en anderzijds om vooruit te kijken op basis van de huidige realiteit (wat kunnen we doen?). De meetmethodiek en impactbeoordeling zijn hierbij belangrijke instrumenten die verder ontwikkeld moeten worden. Er worden op drie niveaus activiteiten ontplooid. Op individueel niveau worden specifieke vragen van inkopers en bestuurders beantwoord. Op groepsniveau ligt de focus op het afstemmen van aanbestedingskalenders, het gezamenlijk organiseren van inkooptrajecten,
Smart grid: Rendement voor iedereen werd op 5 maart afgesloten met een conferentie. Het initiatief kende twee proeftuinen: de wijk Lombok in Utrecht met een ondernemer als spil, en de wijk Nieuwland in Amersfoort, startend vanuit bewoners (bottom-up). Bij de projecten waren tweehonderd huishoudens betrokken. Tijdens het initiatief haakten zestien nieuwe partijen aan: GE, Nissan Europe, IKS, Schuuring, CMS Derks Star Busmann, Multirent, Upp Energy, NET2GRID, Shifft, New energy Works, DoelgroepTV, Moorgen, Zeeno, New-Solar, Snappcar en Last Mile Solutions. Tijdens het initiatief werden zeven nieuwe smart-griddiensten ontwikkeld met businesscases en tests in de praktijk: • Insight4all (inzicht in stroomverbruik). De belangrijkste driver voor bewoners om smart-griddiensten te omarmen, is de wens om eigen energie op te wekken. Dat is belangrijker dan kostenbesparing. • Together4all (bundeling marktvraag van huishoudens). Deze dienst leidde tot 15% energiebesparing. • Profit4all (systeem van prijsprikkels voor afstemming stroomgebruik op stroomaanbod). Deze dienst leidde tot 10% meer verbruik tijdens zonne-uren. • Flex4all (smart plugs voor huishoudelijke apparaten die aanschakelen bij groot stroomaanbod). Deze dienst bood het inzicht dat huishoudelijke apparaten te weinig vraagsturingsmogelijkheden bieden voor een solide businesscase; elektrische auto’s en warmtepompen bieden deze mogelijkheid wel. • E-car4all (elektrische deelauto, aangehaakt op de slimme laadpaal). Deze dienst wordt opgeschaald naar Utrecht, Amersfoort en Leiden. • Storage4all (onderzoek naar stroomopslag). Door slim laden kan een electrische deelauto voor 62% rijden op zonnestroom uit de eigen wijk; gekoppeld aan het Vehicle2Grid-net kan de auto voor 87% rijden op lokale stroom. • Solar4all (voorspelling van opbrengst zonnepanelen Zonnekracht kan lokaal nauwkeurig worden voorspeld. Het initiatief wordt in Utrecht voortgezet in de vorm van proeftuin voor nieuwe laadpalen (Smart Solar Charging); Amersfoort en de U10-gemeenten buiten Utrecht overwegen om hierbij aan te haken. Private partijen willen € 400.000 investeren in de opschaling ervan. Samen met betrokken gemeenten en netbeheerders is een lobby ingezet om de -wettelijke- barrières hiervoor te slechten.
marktconsultaties, kennisuitwisseling en de ontwikkeling van een instrument voor impactmeting. Op bestuurlijk niveau ligt de focus op monitoring, communicatie en impactmeting. In 2015 hebben de marktconsultaties circulaire infrastructuur (6 maart) en circulair beton (9 oktober) plaatsgevonden.
21
Voortgangsrapportage Strategische Agenda 2013 - 2020
3. STAND VAN ZAKEN PER DOMEIN
3.2 Gezond Samen werken aan een gezonde, leefbare samenleving met vitale bewoners in vitale wijken, met nieuwe samenwerkingsvormen, zelfregie en economische kansen; dat is waar het binnen het domein Gezond om draait. Daarbij is bovendien de uitdaging om grip te krijgen op de kosten van de gezondheidszorg. Dit vraagt om een nieuwe vorm van samenwerken tussen gemeenten, zorgaanbieders, bedrijfsleven en kennisinstellingen. Hoe kunnen ondernemers en organisaties met hun producten en diensten de kwaliteit van de woonomgeving verder verbeteren? Bijvoorbeeld voorzieningen in de wijk gericht op (samen-) redzaamheid en zelfregie. Hoe kunnen mensen langer zelfstandig blijven wonen en hoe kunnen we een gezonde leefstijl stimuleren? Deze vragen staan centraal in het domein Gezond en vormen de basis voor de volgende actielijnen: • Zelfmanagement (leefstijl, regie en redzaamheid) • Langer zelfstandig thuis blijven wonen
Langzaam adopteren zorggebruikers en zorgverleners het gebruik van digitale en online oplossingen. Inmiddels houdt 20% van de mensen zijn lichamelijke activiteiten bij met een stappenteller, bijvoorbeeld op de smartphone. Tweederde van de zorgconsumenten zoekt online naar informatie over ziekte of behandeling, 40% wil bij de dokter online afspraken kunnen maken of herhaalrecepten kunnen aanvragen. Dat blijkt vaker te kunnen dan ze denken: bij een meerderheid van de huisartsen kunnen patiënten al herhaalrecepten aanvragen, en bij een kwart kan online een afspraak worden gemaakt. In de meest recente e-health monitor van onderzoeksinstituut Nivel geeft de helft van de verzorgenden en verplegenden aan dat bewegingsmelders en valdetectie (bijvoorbeeld met sensoren) worden gebruikt. Het gebruik van beeldbellen om contact te houden met cliënten steeg van 12% naar 23%. Ondanks deze stijgende trend constateren de onderzoekers dat er belemmeringen blijven voor grootschalige inzet van digitale hulpmiddelen: onduidelijkheid in wet- en regelgeving, gebrek aan voldoende beveiligde systemen, te weinig tijd en geld om als arts of verpleegkundige ermee te oefenen. Die knelpunten kunnen niet meer op het niveau van een individuele zorginstelling worden opgelost maar vragen om landelijke actie, in combinatie met lessen uit lokale en regionale proefprojecten.
22
Voortgangsrapportage Strategische Agenda 2013 - 2020
23
Voortgangsrapportage Strategische Agenda 2013 - 2020
3. STAND VAN ZAKEN PER DOMEIN
3.2.1 Zelfmanagement Utrecht werkt al geruime tijd aan de verbetering van de ‘zorg’ in haar regio met behulp van zelfmanagement en e-health. Een belangrijke uitdaging binnen ‘care’ is immers hoe met minder middelen en menskracht kwalitatief goede zorg kan worden geboden. De mens centraal in zijn leven, waarbij de nadruk ligt op eigen regie en meedoen. Met deze inzet raakt het sociale domein de zorg en zorgorganisaties. Zelfmanagement draait om het principe van vraaggestuurd organiseren en dat vraagt nieuwe competenties bij professionals. Tevens sluit dit meer dan ooit aan bij nieuwe technologieën, behandelvormen en inzichten over ondersteuning van menselijk gedrag. Zorgorganisaties, bedrijven, gemeenten, cliënten, mantelzorgers, kennisinstellingen en zorgverzekeraars spelen een belangrijke rol bij het bieden van de juiste ondersteuning voor zelfmanagement.
Met het UMC Utrecht en de Hogeschool Utrecht zijn we gestart met het opzetten van een regionaal ontwikkelprogramma rond zelfmanagement waarbij de regio als modelregio kan dienen voor nationale en internationale samenwerkingen. Inmiddels hebben zich al veel partijen gemeld die mee willen investeren in het programma Uzelf. Dit initiatief zal in 2016 van start gaan, ondersteund door samenwerkingsverband eUcepS, het European Network of Personalised Health and Self management. Partners in het eUcepS zijn onder andere Ucreate, UMC Utrecht, HKU, Hogeschool Utrecht en CBO/ TNO. eUcepS-partners zijn aangesloten bij het programma European Innovation Partnership on Active and Healthy Aging. Het Utrechtse netwerk werkt voorts samen met het European Health Future Forum, is betrokken
24
bij de roadmap van de topsector Creative industries en is betrokken bij de herformulering van de roadmap Knowledge & Innovation agenda van de topsector Life Sciences & Health. Het programma Uzelf heeft als randvoorwaarde een digital common ground, waar momenteel het door het UMC Utrecht ontwikkelde platform Pazio wordt gebruikt als het platform voor e-healthdiensten. Onderzoek naar gezondheidsvaardigheden (health literacy) om eigen regie te kunnen voeren, toont aan dat dit een belangrijk onderdeel moet zijn van het initiatief. Dit sluit aan bij het nationaal programma Preventie en Alles is Gezondheid. Op stedelijk niveau worden met name in de stad Utrecht de mogelijkheden en kansen verkend die gezonde verstedelijking (healthy urban living) biedt voor zelfmanagement. Ook andere gemeentes kijken steeds meer integraal naar vraagstukken over leefbaarheid, ruimtelijke ordening, milieu, gezondheid en sociale participatie op wijkniveau (positieve gezondheid, Huber 2011)1. Dit zijn complexe vraagstukken waarbij veel gemeentes grip proberen te krijgen op een vergrijzende bevolking, verouderde woningen en kosten van het sociale domein (35 tot 40% van budget). Samenwerking tussen gemeenten kan leiden tot het beter delen van kennis en kan schaalgrootte creëren voor onderzoek (bijvoorbeeld big data), inkoop en innovaties. De EBU spant zich in om bestaande netwerken en samenwerkingsverbanden slim aan elkaar te koppelen. Ucreate is het Centre of Expertise Creative Industries, een samenwerkingsverband van de Hogeschool Utrecht en de Hogeschool voor de Kunsten. Ucreate heeft Health als speerpunt gekozen. Samenwerking in de regio met de creatieve industrie helpt om op lange termijn de duurzaamheid en efficiëntie van het zorg- en sociale systeem te versterken. Ook wordt de concurrentiekracht van ondernemers vergroot door groei en innovatie. Aansluiting wordt nog gezocht met andere lokale en regionale bedrijven op project- of themaniveau, maar ook met landelijk partijen zoals Philips Health, Rabobank, GSK en Wolters Kluwer.
1 (Huber, M.A.S., J.A. Knottnerus, L. Green, H. van der Horst, A.J. Jadad, D. Kromhout, B. Leonard, K. Lorig, M.I. Loureiro, J.W.M. van der Meer, P. Schnabel, R. Smith, C. van Weel, H. Smid. 2011. How should we define health? BMJ. 343(4163):235-237. Aantal pagina’s: 3 DOI: 10.1136/bmj.d4163)
Voortgangsrapportage Strategische Agenda 2013 - 2020
3. STAND VAN ZAKEN PER DOMEIN
In de regio, maar ook landelijk, worden veel zorginnovaties ontwikkeld en uitgetest. Het verder brengen van deze innovaties in hun ontwikkeling of opschaling is een uitdaging waar veel partijen zich mee bezig houden. Om daar meer zicht en versnelling in te krijgen, is door Vita Valley het initiatief gestart om het bestaande zorginnovatieplatform meer aan te laten sluiten bij regionale samenwerkingsverbanden. Inmiddels zijn naast Vita Valley en de EBU ook de Amsterdam Economic Board, Health Valley, Healthy Aging Netwerk Noord Nederland, Medical Delta en Ontwikkelmaatschappij Flevoland aangesloten bij Zorginnovatie.nl en wordt er aansluiting gezocht bij het Health-Holland-portal van de topsector Life Sciences & Health en het ministerie van VWS.
3.2.2 Langer zelfstandig thuis blijven wonen Het vraagstuk hoe ouderen op een veilige en gezonde manier langer thuis kunnen blijven wonen, wordt steeds dringender. Bestaande woningen zijn daar namelijk helemaal niet voor gebouwd en moeten worden aangepast, ‘opgeplust’. Gezamenlijk onderzoek van EBU en Kamer van Koophandel uit 2013 liet zien dat in de provincie Utrecht 20.000 woningen móeten worden aangepast om op korte termijn aan de vraag naar aangepaste woningen te voldoen. De benodigde aanpassingen per woning variëren van € 18.000 tot € 85.000 per woning; voor dat bedrag kunnen IT-toepassingen worden geïnstalleerd (domotica) voor veiligheid, zorg en comfort, plus bouwkundige aanpassingen. In de bestaande exploitatiemodellen is het niet duidelijk wie deze kosten zal dragen: de bewoner, de verhuurder/woningcorporatie, de zorgaanbieder, al dan niet met bijdragen van de overheid? Nieuwe exploitatiemodellen zullen hier dus voor moeten worden ontwikkeld. De technologieën zijn beschikbaar, en een aantal installateurs in de provincie ontwikkelt
hiermee zeer innovatieve toepassingen in zorginstellingen. Bij de aanpassingen wordt direct het vraagstuk van energiezuinigheid betrokken. De aanpassing van 20.000 woningen betekent voor Utrecht een markt van minimaal € 750 mln. De financiering blijft echter een uitdaging.
Incubeter: ondernemen op het snijvlak van zorg en technologie Incubeter vormt een schakel tussen een maatschappelijk vraagstuk, het bedrijfsleven en het onderwijs en ondersteunt studenten om zich te ontwikkelen tot ondernemer. Het is de broedplaats voor ondernemerschap en innovatie op het gebied van zorg en techniek. In de eerste broedplaats (living lab) is zorgorganisatie het Zorgspectrum samen met studenten (ROC MiddenNederland) in multidisciplinaire teams aan de slag gegaan. Het gaat hierbij om het vinden van nieuwe oplossingen, producten en diensten voor vraagstukken in de zorg, zoals langer thuis wonen, efficiëntere ziekenhuizen of wijkvernieuwing. Vanuit het ROC Midden Nederland zijn zeven MBO-colleges betrokken die de projecten van Incubeter in hun onderwijsprogramma opnemen. Ondernemendheid staat hierin centraal. Met de gemeente Nieuwegein, bouwbedrijf BAM, ROC Midden-Nederland en de EBU wordt verkend of er binnen een groot renovatieproject van 1100 woningen samengewerkt kan worden aan de woningen energie neutraal te maken in combinatie met levensloop bestendig en tevens naar de sociale samenhang en leefbaarheid in de wijk te kijken.
25
Voortgangsrapportage Strategische Agenda 2013 - 2020
3. STAND VAN ZAKEN PER DOMEIN
Sciences&Health wordt deze opleiding vermeld als hèt voorbeeld om kennisvalorisatie en ondernemerschap te bevorderen2. Het MBI-programma Life Sciences & Health is aangesloten bij het nationale StartUp Delta-programma. De actielijnen van het EBU domein Gezond – Life Sciences zijn: • Public Health - Voeding & Gezondheid - One Health (infectieziekten) • Kanker • Regeneratieve geneeskunde & stamcellen
3.3 Gezond Life Sciences Het netwerk van Utrecht Life Sciences (ULS) is verankerd in de EBU, als onderdeel van het domein Gezond. Het belangrijkste doel van ULS is innovaties op het terrein van de veterinaire en humane gezondheidszorg te stimuleren. Utrecht Life Sciences is een open innovatienetwerk dat publiek-private samenwerking in opleiding, onderzoek en bedrijvigheid faciliteert. ULS voorziet in directe samenwerking met het Utrecht Science Park in gedeelde researchinfrastructuur, zorgt voor het scouten en opleiden van getalenteerde mensen, biedt toegang tot unieke kennis en databases en vergroot de toegang tot externe beurzen en fondsen voor haar partners. Life Sciences in Utrecht gaat verder dan biotechnologie en medicijnontwikkeling alleen. Het gaat in Utrecht om het gehele spectrum: om preventie, om innovatie van zorg en om medische technologie. Het UMC Utrecht, de Hogeschool Utrecht en de Universiteit Utrecht vervullen een centrale rol in het Utrechtse ecosysteem, een bloeiend ecosysteem dat mede wordt vormgegeven door de aanwezigheid en participatie van bedrijven, publieke kennisinstituten (zoals RIVM en het Hubrecht Instituut) en onderwijsorganisaties op MBO-, HBO- en WO-niveau. Om het ondernemerschap in de sector te versterken en de doorgroei van succesvolle startups optimaal te ondersteunen, wordt vanuit het domein Gezond Life Sciences actieve ondersteuning verleend aan de in 2014 gestarte internationale MBI Life Sciences & Healthopleiding (Executive Master of business innovation & entrepreneurship). De MBI Life Sciences and Health is een ‘learning-on-the-job’ programma waarin ondernemers in Life Sciences & Health werken aan de versnelde groei van hun eigen venture op wereldwijde schaal. Deze opleiding is een initiatief van onderzoeksinstituten in Nederland en België zoals het UMC Utrecht, de Universiteit Utrecht, VIB en FlandersBio en wordt gefaciliteerd door de Julius Academy te Zeist (UMC Utrecht). Ook vanuit de Nyenrode Business universiteit wordt een bijdrage geleverd. In de recente Kennis- en Innovatieagenda van de topsector Life
26
3.3.1 Volksgezondheid (public health) Hieronder vallen tal van grootschalige initiatieven die zich richten op de preventie en monitoring van, en onderzoek naar, de (verspreiding van) infectieziekten (One Health), voeding en gezondheid, hart- en vaatziekten en de werking van de hersenen. Voor een intensivering van de researchsamenwerking op het vlak van voeding en gezondheid is in 2012 het Utrecht Center for Food and Health opgericht, waarin de Universiteit Utrecht, het UMC Utrecht en Nutricia Research samen met andere partijen samen werken in een open innovatie-model. Het Utrecht Center for Food and Health heeft als doel de kennisinfrastructuur binnen Utrecht op het gebied van de life sciences, in het bijzonder voeding en gezondheid, te versterken met als ultieme doel als Center één van de wereldleiders te zijn op het gebied van gespecialiseerde voedingen, met name voor de optimale start van baby’s aan het begin van hun leven en/of de preventie, ondersteuning en/of behandeling van ziekten. Voor het verbeteren van onderzoek naar en preventie van (verspreiding van) infectieziekten op mens en dier is in 2015 mede op verzoek van de overheid het landelijke Netherlands Centre for One Health (NCOH) opgericht. Hierin is een centrale rol weggelegd voor de faculteit diergeneeskunde van de Universiteit Utrecht, de enige diergeneeskundefaculteit in Nederland, en het UMC Utrecht. In combinatie met onder andere het RIVM is de Utrechtse regio een ankerpunt voor kennis over infectieziekten die van dier op mens overgaan, de zogenaamde zoönose. Het NCOH verbindt een groot aantal nationale spelers op dit terrein, waaronder
2
K&I agenda topsector LS&Health, oktober 2015.
Voortgangsrapportage Strategische Agenda 2013 - 2020
3. STAND VAN ZAKEN PER DOMEIN
Wageningen UR, Erasmus MC, AMC, Immuno Valley en het CBS van de KNAW. Omdat dit een mooi voorbeeld is van humaan-veterinaire samenwerking die concreet vorm krijgt, zijn de ministeries van EZ en VWS betrokken bij het opzetten van dit centrum. De Europese Unie zet ook in op One Health en zoönosen-onderzoek. Vanaf 2017 zal, vanuit Horizon 2020, een groot programma gaan lopen op het gebied van One Health. De Europese Commissie stelt € 35 mln ter beschikking als toeslag op, door lidstaten gecoördineerd, onderzoek op One Health. De Nederlandse ambitie is dat RIVM en het CVI, met daarachter het NCOH, vanuit Nederland een sturende rol nemen in dit programma. 3
3.3.2 Kanker Dit thema omvat zowel het fundamenteel onderzoek naar oorzaken van kanker als de bestrijding van de ziekte, het verbeteren van diagnosering en het verbeteren van de psychologische zorg voor kankerpatiënten (Helen Dowling Instituut). In het kenniscluster is bijzondere aandacht voor de ontwikkeling en toepassing van zogenaamde beeldgestuurde oncologische interventies, zoals die in publiek-private samenwerking onder andere met Elekta (Veenendaal) worden ontwikkeld. Daarnaast wordt ingezet op het verwerven van genetische kennis van tumoren en de inzet van revolutionaire organoïde modelsystemen en big data en om zo gepersonaliseerde behandelmethoden te ontwikkelen die nog beter aanslaan bij patiënten. In november 2014 riep het ministerie van Economische Zaken The Hub (Hubrecht Instituut/Human Organoid Technology o.l.v. Hans Clevers) uit tot een van de vier nationale iconen, de echte gamechangers. Dit initiatief, dat voortbouwt op de uitstekende reputatie van het Hubrecht instituut op het terrein van Regeneratieve geneeskunde en stamcellen, vormt een belangrijke pijler van dit thema, zowel in wetenschappelijke als ook in economische zin.
In 2017 opent het Prinses Maxima Centrum voor Kinderoncologie zijn deuren. Dit centrum komt niet alleen tot stand door breed draagvlak bij Nederlandse zorginstellingen maar ook met brede steun van het publiek. Het UMC Utrecht, het Wilhelmina Kinderziekenhuis en nationale centra bundelen in Utrecht de gespecialiseerde zorg voor kinderen met kanker terwijl de minder complexe zorg onder regie van het centrum wordt verleend in mee behandelende ziekenhuizen verspreid over het land (shared care centra).
3.3.3 Regeneratieve geneeskunde en stamcellen Het UMC Utrecht, de Universiteit Utrecht en het Hubrecht Instituut werken samen in ‘Regenerative Medicine Utrecht’ voor de verdere ontwikkeling van stamceltherapieën. Doelen zijn het kweken van weefsel (waaronder organen) maar ook het verkennen en benutten van de mogelijkheden van 3D printing (bioprinting, bijvoorbeeld voor botweefsel). Hiervoor wordt nauw samengewerkt met onder andere de TU Eindhoven. In 2015 heeft een verbouwing plaats gevonden van het Hubrecht Instituut, en is dit instituut in omvang verdubbeld. In het nieuwe gebouw zal tevens een nieuw centrum worden geopend, speciaal gericht op translationeel onderzoek in de Regeneratieve Geneeskunde, het Regenerative Medicine Center Utrecht (RMCU). Dit centrum, dat ook is opgenomen in de kennis- en innovatieagenda van de topsector Life Sciences&Health, zal excellente onderzoekers en unieke researchfaciliteiten vanuit verschillende faculteiten en instellingen samen brengen onder een dak, waardoor innovaties en de klinische toepassingen bij patiënten zullen worden versneld. In november 2015 zal het RMCU officieel haar deuren openen.
3
Kamerbrief zoonose, d.d. 13 oktober 2015
27
Voortgangsrapportage Strategische Agenda 2013 - 2020
3.4 Slim De EBU heeft de ambitie dat de regio Utrecht de meest leefbare economie van Europa wordt. Om die groene en gezonde regio te zijn, zijn slimme technologische toepassingen essentieel, maar ook economisch slimme benaderingen. De regio Utrecht is het ideale living lab, dé regio waar creatieve en innovatieve oplossingen voor een duurzame samenleving een plek krijgen. Het domein Slim kent vier actielijnen om dat te bewerkstelligen: • Slim gegevens gebruiken • Slim ondernemen • State of the art infrastructuur • Slimme mensen
Stedelijke gebieden zullen de komende jaren alleen maar verder groeien: daar zijn de toekomstmogelijkheden, daar vind je een opleiding, een partner en een baan. In 2030 woont naar verwachting 70% van de wereldbevolking in een grote stad. Er is een brede trend zichtbaar om digitale technologieën in te zetten voor het goed managen van deze groeiende stromen van mensen, verkeer en hulpbronnen. Het Intelligent Operations Center van Rio de Janeiro, gebouwd door technologiebedrijf IBM, is hiervan een sprekend voorbeeld. Tegelijkertijd is er ook een meer sociale variant van de slimme stad ontstaan, die de kennis, ervaring en inzichten van de eigen bevolking op een slimme manier wil inzetten voor een stedelijk gebied waar iedereen zich thuis voelt. Wenen kiest bijvoorbeeld voor deze benadering. Smart cities zijn daarom niet louter datagestuurde steden met een maximum aan controle en efficiency. In smart cities ontstaan ook flexibele samenwerkingsverbanden, die ICT handig gebruiken om ideeën en informatie op te halen of taken op elkaar af te stemmen.
28
Voortgangsrapportage Strategische Agenda 2013 - 2020
29
Voortgangsrapportage Strategische Agenda 2013 - 2020
3. STAND VAN ZAKEN PER DOMEIN
3.4.1 Slim gegevens gebruiken Binnen het domein Slim stimuleren we het vrijgeven van data door overheden (open data) en werken we aan een goede manier om big data te laten werken voor de gezonde stad en de mensen die er wonen. Dat doen we ook door in te zetten op slimme mobiliteit, waardoor we Utrecht file-arm maken en nieuwe mobiliteitsdiensten ontstaan. We geven daarin ook invulling aan landelijke programma’s zoals Beter Benutten.
Smart Mobility (Platform) Het Smart Mobility Platform is een platform waar diverse Utrechtse verkeersdatasets op worden ontsloten. App-ontwikkelaars kunnen daarmee nieuwe diensten ontwikkelen die ten dienste staan van slimmere en dus gezondere en duurzamere mobiliteit. De winnaars van de Smart Mobility Challenge 2014, Roudle en Social Charging, konden daar gebruik van maken en zo makkelijker hun dienst ontwikkelen en opschalen. Het platform heeft inmiddels de data verrijkt met verkeersdata uit heel Nederland, en bedient nu ook projecten buiten Utrecht.De inzet op Smart Mobility krijgt een vervolg als de EBU gaat meewerken met de provincie in het Beter Benutten-2 programma.
3D printing Samen met de gemeenten Utrecht en Amersfoort heeft de EBU onderzoek laten verrichten naar de markt voor 3D printing in de regio Utrecht. De resultaten van het onderzoek, dat werd uitgevoerd door Berenschot, lieten zien dat er een aantal kansrijke richtingen zijn voor Utrecht. De EBU focust daarbij op het bij elkaar brengen van marktpartijen en maaklabs.
3.4.2 Slim ondernemen
Smart Industry
Binnen het domein Slim investeert de EBU in een gezond startupklimaat, zodat Utrecht nog beter bekend word als dé plek voor succesvolle startups. Door verbindingen tot stand te brengen tussen startups en gevestigde ondernemingen, profiteren ook die laatsten daarvan. Verbindingen leggen we ook tussen de creatieve industrie en andere sectoren, zodat er een vruchtbare voedingsbodem ontstaat voor creatieve en schaalbare oplossingen voor de groene en gezonde stad. Dit sluit ook aan bij landelijke programma’s als CLICK-NL. Daarbij is er bijzondere aandacht voor gaming en 3D-printing.
In de Smart Industry-agenda van het ministerie van Economische Zaken spelen de Noordvleugel-provincies een beperkte rol. Naar aanleiding daarvan hebben de Economic Boards van Amsterdam en Utrecht, en de betrokken provincies, overleg gevoerd over de betekenis van Smart Industry voor de noordvleugelprovincies. De focus voor de EBU ligt minder op industrie en meer op de dienstensector, maar omdat ICT en life sciences aspecten zijn van Smart Industry, en deze sectoren sterk ontwikkeld zijn in de provincie Utrecht, heeft de EBU bijgedragen aan de ontwikkeling van een actieagenda Smart Industry voor de Noordvleugel.
StartupUtrecht Utrecht heeft een goed startupklimaat, dankzij diverse startup hubs en incubators zoals HollandStartup, 60 Acres, iMMovator en UtrechtInc. Samen met hen werkt de EBU aan versterking van dit klimaat, onder meer door de onderlinge kennisuitwisseling te bevorderen, toegang tot investeerders te verbeteren en de liaisonfunctie met StartupDelta van voormalige EU-commissaris Neelie Kroes vorm te geven. Het samenwerkingsverband heeft de naam StartupUtrecht.
30
3.4.3 State of the art infrastructuur Slimme oplossingen voor de groene en gezonde stad vragen om een state of the art infrastructuur. Binnen het domein Slim stimuleren we daarom de verdere uitrol van breedbandverbindingen, ook in het buitengebied: zo is Utrecht niet alleen fysiek de rotonde van Nederland, maar ook digitaal.
Voortgangsrapportage Strategische Agenda 2013 - 2020
3. STAND VAN ZAKEN PER DOMEIN
Breedband buitengebied Binnen het platform Regionaal Economische Samenwerking is tijdens twee bijeenkomsten in maart en september 2015 door diverse wethouders Economische Zaken de wenselijkheid van breedbandverbindingen in het buitengebied benadrukt. Momenteel wordt de mogelijkheid van een gezamenlijke aanpak verkend, waarbij rekening wordt gehouden met een aantal reeds lopende initiatieven. Van belang is dat de gemeenten bereid zijn om met elkaar samen te werken en zo de krachten te bundelen en daarvoor ook financieel commitment af te geven.
3.4.4 Slimme mensen Wie nog denkt dat innovatie en nieuwe technologie alleen zijn voorbehouden aan de industrie, heeft het mis. Alle sectoren veranderen razendsnel door ICT, van banken en detailhandel tot openbaar bestuur, zorg en onderwijs. De vraag naar IT-personeel met actuele kennis stijgt dan ook zeer sterk. We willen dat ICT-bedrijven in de regio kunnen groeien doordat er kwalitatief én kwantitatief voldoende personeel wordt opgeleid. Daarvoor stimuleert de EBU dat bedrijven, overheden en kennisinstellingen samenwerken om het aantal moeilijk vervulbare ICT-vacatures nu en in de toekomst te verminderen.
Programmeren in de klas De werknemer van de toekomst is iemand die weet hoe hij ICT moet inzetten voor zijn werk. Dat vraagt van het
onderwijs dat ze leerlingen bekend maken met ICT. Wat de EBU betreft begint dat al op de basisschool. Voor basisscholen is dat echter vaak een lastige stap, omdat individuele docenten zich onvoldoende vertrouwd voelen met ICT. Eenvoudige programmeertalen kunnen uitkomst bieden. De EBU heeft daarom een programmeerwedstrijd voor basisscholen georganiseerd en werkt op dit moment samen met onder meer het Wetenschapsknooppunt van de HU en de UU aan een plan om scholen grootschalig kennis te laten maken met ICT in de klas.
Campus Party & EduHack De Campus Party is een technologie-festival dat jaarlijks wordt gehouden en waarbij een week lang, 24 uur per dag, duizenden ontwikkelaars, app-bouwers en hackers werken aan nieuwe games, apps en technologische oplossingen, meedoen aan hackathons en conferenties bijwonen. De Jaarbeurs zal 25 t/m 29 mei 2016 de Europese CampusParty ontvangen. Dat betekent dat duizenden talentvolle developers en gamers een week lang in Utrecht bivakkeren. Het is een groots evenement dat door de EBU wordt ondersteund. In de aanloop daar naartoe ondersteunt de EBU de organisatie van een aantal hackathons. De eerste was de Eduhack in Amersfoort. Ruim honderd talenten ontwikkelden tijdens de EduHack oplossingen voor het onderwijs, zoals een Spotify voor leermiddelen en een applicatie om het meten van hersengolven in te zetten voor de oplossing van leerproblemen.
31
Voortgangsrapportage Strategische Agenda 2013 - 2020
3. STAND VAN ZAKEN PER DOMEIN
3.5 Human Capital Agenda
HCA en de EBU domeinen
De noodzaak om vraag en aanbod op de arbeidsmarkt beter op elkaar af te stemmen, groeit. De economische groei in de regio lijkt de positieve trend door te zetten in 2016. De al eerder door ondernemers gesignaleerde personeelstekorten in ICT en techniek zullen zich dan nog sterker manifesteren. Daar tegenover staan de minder gunstige voorspellingen voor de arbeidsmarkt in de zorg en welzijn, die vragen om her-, om- en bijscholing.
De Human Capital Agenda (HCA) van de EBU vervult een faciliterende rol richting de EBU-domeinen Groen, Gezond en Slim. HCA legt verbindingen en probeert focus en versnelling aan te brengen in het opleidings- en onderwijsaanbod in de regio. Daarbij gaat het niet alleen om de specialist op het gebied van stamceltherapie, maar juist ook om nieuw vakmanschap: de installateur met verstand van zonnepanelen, de aannemer met kennis over duurzame woningisolatie, de doktersassistente die digitale consults kan afhandelen, de wijkverpleegkundige die online kan communiceren met mantelzorgers, de thuiszorgmedewerker die een zelfstandig wonende oudere de werking van sensoren in huis kan uitleggen. Toepassing van elders ontwikkelde kennis is de meest bekende en meest traditionele vorm van innovatie, maar dat proces is aan het kantelen. Meer en meer worden inzichten vanaf de werkvloer als input gebruikt voor permanente innovatie
De toenemende technologisering en digitalisering vraagt nieuwe competenties van de huidige en van de toekomstige arbeidsmarkt. Het domein Human Capital Agenda (HCA) van de Economic Board Utrecht (EBU) brengt de kloof in kaart die bestaat tussen onderwijsaanbod en de vraag naar arbeid in de regio. Waar nodig en mogelijk, brengt EBU partners bij elkaar om de aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt te verbeteren.
32
Voortgangsrapportage Strategische Agenda 2013 - 2020
3. STAND VAN ZAKEN PER DOMEIN
Onderwijs en opleiding De basis van de Human Capital Agenda is voor alle domeinen gericht op onderwijs en opleiding. Er wordt gewerkt aan doorlopende leerlijnen daar waar dat zinvol is: hoe kunnen we doorstroming stimuleren en curricula het beste op elkaar afstemmen? Daarbij benutten we ook de kansen en mogelijkheden van landelijke programma’s zoals het Techniekpact. De Utrechtse uitwerking van het Techniekpact sluit aan op de HCA-lijnen per domein als het gaat om de rol van technologie en ICT. De toepassing van nieuwe technologieën en ICT (‘slim’) voor de opgaven op het gebied van ‘groen’ en ‘gezond’ is essentieel. Daarmee wordt ook het belang van het Techniekpact onderstreept. Daarnaast biedt het Techniekpact een platform om onderwijsinstellingen samen te laten nadenken over aansprekend techniekonderwijs van basisschool tot universiteit. Daarmee kan de instroom naar techniekopleidingen worden vergroot, en kunnen faciliteiten en lesmateriaal efficiënt worden gedeeld. en verbetering. Daarmee worden zowel academische als praktijkkennis beter benut. Ook die nieuwe vormen van samenwerking en interactie hebben een plaats nodig in actuele curricula. HCA sluit aan op datgene waar al energie zit vanuit de markt. De verantwoordelijkheid van de oplossingen van arbeidsmarktvraagstukken ligt bij de partijen die daarin opereren: ondernemers hebben inzicht in de knelpunten, opleidingen en budgethouders hebben de sleutel in handen om die op te lossen. De EBU helpt de bestaande energie te versterken en focus aan te brengen in het opleidings- en onderwijsaanbod binnen de regio. Dit gebeurt volgens de algemene EBU-werkwijze waarin verbindingen worden gelegd tussen bedrijfsleven, overheidsinstellingen en kennisinstellingen. HCA kan alleen slagen wanneer het bedrijfsleven en kennis- en onderwijsinstellingen gezamenlijk optrekken in de vormgeving van het onderwijs voor toekomstbestendig personeel. Personeel dat qua vaardigheden en competenties aansluit op de regionale arbeidsmarkt nu en straks. Dat hiervoor in de regio Utrecht een goede voedingsbodem bestaat, blijkt enerzijds uit de deelname van de gehele triple helix aan het cluster Human Capital Agenda, en anderzijds dat datzelfde commitment te vinden is in alle HCA-programmalijnen.
Voor HCA Gezond is een projectplan opgesteld waarin voor de komende twee jaar twee thema’s centraal staan: het vergroten van de competenties voor zelfmanagement, en het vergroten van de competenties voor zorg en technologie. Samen met onderwijsinstellingen, gemeenten en bedrijven komen projecten tot stand voor op deze thema’s gerichte curricula en lesmethoden. Zo zullen studenten in een living lab kunnen ervaren en leren hoe deze nieuwe werkelijkheid eruit gaat zien. In het groene domein zal eind 2015 een verkenning worden gestart naar de oprichting van een stimuleringsfonds leren en werken. Doel van dit fonds is het realiseren van extra leerwerkplekken in de domeinen groen (gebouwde omgeving) en mogelijk ook gezond en slim, als onderdeel van aanbestedingstrajecten.
33
Voortgangsrapportage Strategische Agenda 2013 - 2020
3. STAND VAN ZAKEN PER DOMEIN
3.6 Internationalisering Na de introductie van de internationale agenda van de EBU eind 2014 is de uitvoering daarvan dit jaar met vaart ter hand genomen. Het domein is op volle sterkte, evenals het bestuurlijk team dat verantwoordelijk is voor de dagelijkse aansturing van de vier pijlers van de agenda: foreign direct investment / handelsbevordering, branding, talent en EUtrecht. In figuur 5 zijn deze pijlers verder uitgewerkt.
Fig. 5
Internationaliseringsagenda
Foreign direct investment BRENGT: • Investeringen en internationale handel • Vestiging internationale bedrijven
VRAAGT: • Actief bevorderen van investeringen en handel • Gemeenschappelijke focus en acquisitiestrategie
Branding BRENGT: • Herkenbaarheid; een duidelijk en aantrekkelijk profiel van de regio • Betere (inter-)nationale zichtbaarheid van de regio VRAAGT: • Eenduidige boodschap van de regio • Regionale branding ‘toolkit’
34
EU-trecht BRENGT: • Meer regionale invloed op Europese beleidsontwikkeling • Europese financiering VRAAGT: • Eenduidige aanpak op EU-strategie en subsidieaanvragen • Actief lobbyen in Europees beleids- en programmavorming
Talent
BRENGT: • Vestiging van internationale talenten in de regio • Uitwisseling internationale expertises
VRAAGT: • Aantrekkelijke leefomgeving (internationaal ecosysteem) • Mooie banen, uitdagingen en doorgroei mogelijkheden voor internationaal talent
Voortgangsrapportage Strategische Agenda 2013 - 2020
3. STAND VAN ZAKEN PER DOMEIN
3.6.1 Foreign direct investment en handelsbevordering Een aantrekkelijk vestigingsklimaat is een cruciale factor bij het aantrekken van foreign direct investment. Om de kwaliteit van ons vestigingsklimaat te toetsen en om suggesties voor verbetering op te doen, hebben we op 23 september (Standort Utrecht dag) bij Miele een Ronde Tafel bijeenkomst georganiseerd. In aanwezigheid van de Duitse ambassadeur in Nederland en de Commissaris van de Koning, vond een gesprek plaats tussen CEO’s en CFO’s van in Utrecht gevestigde Duitse ondernemingen, waaronder Miele, Wincor-Nixdorf, Mercedes, BASF en Equens en regionale beleidsmakers. Het gesprek werd geleid door de gedeputeerde Economie. Uit dit gesprek kwam onder andere naar voren dat Utrecht een uitstekend vestigingsklimaat heeft, maar dat er behoefte is aan intensievere contacten met het hoger onderwijs. Het nagenoeg ontbreken van dit contact wordt nu als een gemis ervaren. Dit signaal wordt in HCA verband opgepakt. Uit het gesprek bleek bovendien dat uitbreiding van de Internationale School Utrecht wordt toegejuicht. Ook is er een sterke behoefte aan een platform voor nieuwe expats met zowel praktische informatie als een sociale functie. Als het gaat om de uitvoer van goederen en diensten naar Duitsland, presteert de regio Utrecht ver beneden het Nederlandse gemiddelde. En dat terwijl er zoveel goede Utrechtse producten en diensten zijn die kansrijk zijn op de Duitse markt. Met elkaar hebben we er belang bij dat die producten en diensten hun weg vinden naar onze Oosterburen. Maar hoe zorgen we er voor dat onze ondernemers voet aan de grond krijgen in Duitsland en hun exportvolumes kunnen vergroten? Het in september gestarte initiatief ‘Utrecht naar Duitsland’ (www.utrechtnaarduitsland.nl) bundelt Utrechtse Duitsland kennis om (kandidaat) exporterende ondernemers bij te staan. Doel van het initiatief is Utrechtse ondernemers te enthousiasmeren om zaken te doen op de Duitse markt en om hen van praktisch advies te voorzien. Dat doen we door een vijftal Utrechtse ondernemingen een jaar lang intensief te gaan begeleiden. Die begeleiding wordt geboden door een netwerk van Utrechtse Duitsland specialisten, bijvoorbeeld juristen, vertalers en belastingdeskundigen. Stuk voor stuk mensen met bewezen Duitsland ervaring. De ervaringen die de vijf begeleide bedrijven opdoen, zal op gezette tijden worden gedeeld met belangstellende bedrijven uit de regio.
3.6.2 Talent Talent Portal De aanwezigheid van internationaal talent (economischactieve internationale werknemers, internationale studenten, internationale zelfstandigen, partners (samenwonend of gehuwd) van economisch-actieve internationale werknemers of internationale zelfstandigen, kinderen van economisch-actieve internationale werknemers en vluchtelingen) is een noodzakelijke en essentiële voorwaarde voor de ontwikkeling van de innovatiekracht en de productiviteit van de Utrechtse economie. De EBU heeft een internationaliseringsagenda opgesteld die gericht is op het aantrekken en behouden van dit internationale talent voor de regio. De EBU legt hiertoe duurzame relaties met alle strategische partners in de regio Utrecht om het internationale concurrentievermogen van de regio op zowel economisch als sociaal gebied te versterken. In opdracht van de EBU is een aantal belangrijke strategische partners in de regio Utrecht geconsulteerd met de vraag wat de regio Utrecht kan doen om internationaal talent nog beter aan te trekken en aan zich te binden. Na bespreking van een drietal scenario’s in het cluster Internationalisering is groen licht gegeven voor het opstellen van een businessplan voor een regionale ‘Utrecht portal’. Deze Utrecht portal biedt kwalitatieve, meertalige publieke en private informatie aan internationaal talent dat overweegt zich tijdelijk of permanent in de regio Utrecht te vestigen of al in de regio Utrecht gevestigd is. Het is de ambitie om de Utrecht portal in mei 2016 te lanceren.
35
Voortgangsrapportage Strategische Agenda 2013 - 2020
3. STAND VAN ZAKEN PER DOMEIN
Internationale School Utrecht Goed internationaal basis- en voortgezet onderwijs is van cruciaal belang bij het aantrekken en behouden van expats / internationale kenniswerkers in de regio. Het versterkt de regio als aantrekkelijke vestigingslocatie voor internationale bedrijven en instellingen. In 2012 is de ISUtrecht (Internationale School Utrecht) gestart. De afgelopen jaren is het aantal leerlingen van de ISUtrecht snel toegenomen. ISUtrecht is het schooljaar 2015/2016 begonnen met 270 leerlingen. Het ziet er naar uit dat deze groei de komende jaren nog sneller door zal zetten. Die verwachting is mede gebaseerd op het feit dat de ISUtrecht per schooljaar 2016 / 2017 volledig geaccrediteerd zal zijn om behalve de toonaangevende International Baccalaureate Primary Years en Middle Years Programmes (voor leerlingen van 4-16) ook het Diploma Programme (voor leerlingen tussen de 16-18) aan te bieden. De toevoeging van het Diploma Programme betekent dat leerlingen in Utrecht hun internationale opleiding aan het voortgezet onderwijs afronden met een diploma dat hen in staat stelt door te stromen naar het hoger onderwijs in binnen- en buitenland. Met het aanbieden van het Diploma Programme neemt de aantrekkelijkheid van het internationale onderwijs aanbod in Utrecht sterk toe. De verwachting is dan ook dat dit een enorme plus gaat worden voor het vestigingsklimaat voor internationale medewerkers in de regio Utrecht.
Om de ontwikkeling van de ISUtrecht niet te laten stagneren en de groei aan te kunnen, is de school vorig jaar verhuisd naar een nieuwe, tijdelijke, locatie. Ondertussen zoekt de ISUtrecht naar een definitieve locatie die past bij een internationaal profiel voor een internationale school. Er is een nadrukkelijke voorkeur voor vestiging in Utrecht Oost, dicht bij bedrijven en de universiteit. Op basis van een programma van eisen opgesteld door de ISUtrecht is in opdracht van de EBU een shortlist van 3 mogelijke vestigingslocaties opgesteld, alle drie binnen de gemeente Utrecht. Het streven is dat de Internationale School de deuren van de definitieve locatie kan openen in 2018.
3.6.3 EUtrecht De collectieve lobbyactiviteiten en financieringsaanvragen, zijn nog te versnipperd, reactief en ad hoc, waardoor de regio onvoldoende zichtbaar is als speler voor Brusselse beleidmakers en besluitvormers. Lobbykansen, strategische dossiers voor subsidies, en benutting van Europese netwerken zijn nog onvoldoende uitgelijnd en mede hierdoor heeft regio Utrecht een onvoldoende herkenbaar profiel. Doel van de samenwerking binnen EUtrecht is daarom het beter benutten van de (bestaande) Europese kennis bij de organisaties in de regio om de regio Utrecht op de kaart te zetten op de thema’s; Groen, Gezond, Slim en daarmee de kracht van de regio op deze thema’s verder te ontwikkelen. Hiertoe wordt voor 2016 een Roadmap ontwikkeld.
36
Voortgangsrapportage Strategische Agenda 2013 - 2020
3. STAND VAN ZAKEN PER DOMEIN Op basis van merkbeschrijving is een Utrecht verhaal opgesteld. Dit verhaal is met succes getest tijdens de Tour de France onder 2500 journalisten en tijdens verschillende lobbybijeenkomsten gericht op Brussel. Vanwege de keuze voor Healthy Urban Living als leidmotief wordt in samenwerking met partners door de EBU nu gewerkt aan een nieuwe versie.
3.6.4 Branding Onderscheidend vermogen, relevantie en geloofwaardigheid is waar het om gaat in de strijd om de gunst van de doelgroep. Ook de doelgroepen binnen de internationaliseringsagenda. Indien we hier niet aan voldoen, worden we als regio overgeslagen. Doelgroepen zijn hard, kiezen snel en zijn amper loyaal. In 2015 is daarom gestart met de introductie van een merkstrategie als randvoorwaarde voor het slagen van FDI, Talent en EUtrecht, voor het realiseren van merkvoorkeur. Opgeleverd is de beschrijving van het merk Utrecht (stad en provincie). Ook hebben we tools ontwikkeld om het merk toe te passen in de dagelijkse praktijk voor de proposities binnen de Internationaliseringsagenda, alsook voor alle allianties die worden gevormd binnen de EBU domeinen.
De vervolgstap is met dit verhaal, de merkbeschrijving en de ontwikkelde tools een businessportal te realiseren. Dit staat voor het voorjaar 2016 gepland. In deze portal komen het verhaal, FDI en Talent samen. De portal is de plek waar EBU Agenda, Talent en FDI online worden verbonden ten behoeve van het versterken van de internationale concurrentiekracht van de regio Utrecht. Het is hét zichtbare uithangbord van het merk Utrecht (stad en provincie). Naast de portal worden tools en trainingen ontwikkeld waardoor partners in de regio zelf het verhaal kunnen uitdragen in hun eigen marketing en communicatie, en we zo met elkaar meer massa kunnen maken. Branding wordt vaak verward met promotie. Branding is het waarmaken van de merkbelofte en draait dus om daden. Met het oog op Healthy Urban Living betekent dit keer op keer laten zien en waarmaken dat we een groene, gezonde en slimme regio zijn en blijven. De basis is hiervoor gelegd, er ligt één gezamenlijk gedragen economische agenda. De oplevering van de portal en het Utrecht verhaal in samenwerking met partners in de EBU is daarom een logische vervolgstap in de realisatie van de merkstrategie. Ter ondersteuning van branding is dit jaar in samenwerking met DUIC, USP en UtrechtVC een pilot gestart onder de naam GamechangersUtrecht om Utrechtse iconen uit bedrijfsleven en wetenschap een podium te bieden. Een online platform (www.gamechangersutrecht.nl) waar hun verhalen op staan, ter inspiratie van al het moois dat in de regio is en wordt ontwikkeld. De respons is zeer positief, wat ertoe heeft geleid dat het platform het komende jaar een vervolg gaat krijgen.
37
Voortgangsrapportage Strategische Agenda 2013 - 2020
4. Doorkijk - 2016 en verder De economische vooruitzichten voor Utrecht zijn uitstekend: de verwachte economische groei komt uit boven het landelijk gemiddelde, de werkgelegenheid trekt aan. Van die opgaande lijn moeten we gebruik blijven maken voor versterking van de Utrechtse innovatie en het Utrechts ondernemerschap. Alle ingrediënten zijn beschikbaar: bedrijfsleven dat zowel gevestigde bedrijven kent als snelgroeiende en ambitieuze starters, een relatief jonge, hoogopgeleide beroepsbevolking naast ervaren vaklieden, sterke kennisinstellingen die zijn aangesloten op nationale en internationale onderzoeksprogramma’s, een breed en gevarieerd landschap aan onderwijsorganisaties. Bij de start van de EBU hebben ondernemers zelf aangegeven dat zij de meeste potentie verwachten van markten waar privaat en publiek belang elkaar raken: verduurzaming en gezond leven. Onder de noemer Healthy Urban Living, oftewel gezond stedelijk leven, winnen de Utrechtse proposities op deze terreinen aan kracht en uitstraling. Daarmee kunnen lokale vraagstukken worden aangepakt en wordt aangesloten op een groeiende mondiale markt. Aan technologische innovatie ontbreekt het niet. In het werk van de EBU wordt wel steeds duidelijker dat het ontsluiten van nieuwe markten en de toepassing van nieuwe technologieën niet kan slagen zonder vernieuwing van randvoorwaarden: financiële instrumenten, samenwerkingsvormen, juridische constructies, regelgeving, onderwijs. Anders gezegd: geen technologische innovatie zonder innovatie op andere fronten.
38
De EBU doet dan ook een beroep op het innovatievermogen van Utrechtse partners in brede zin: niet alleen van ondernemers uit verschillende sectoren, maar ook van kennis- en onderwijsinstellingen, financiers en van overheden en semi-overheden. In deze collectieve verantwoordelijkheid zal de EBU soms optreden als trekker om een beweging op gang te brengen, soms als verbinder om los opererende partners bij elkaar te brengen in een innovatiesysteem, soms als promotor van consortia die uitstekende resultaten boeken. Al die rollen komen echter voort uit één doel: het verbinden van maatschappelijke opgaven met economische kansen.
Technologische innovatie is niet mogelijk zonder innovatie op andere fronten.
Colofon / Dit is een uitgave van Economic Board Utrecht Deze tekst is afgesloten op 28 oktober 2015 Eindredactie: Monique Goddijn-Roso, Hans Rijnten Eindredactie Communicatie: Karien Docter Infographics: Evelien Boshove Domeinmanagers EBU: Jaap Breugem (Internationalisering), Irene ten Dam (Groen), Heerd Jan Hoogeveen (Slim), Freek van Muiswinkel (Gezond Life Sciences), Inge Schwartz (HCA), Jelle van der Weijde (Gezond), Stef Röell (Financiële Instrumenten) Vormgeving: today.nl
Hier wordt geïnvesteerd in uw toekomst. Dit project is mede mogelijk gemaakt dankzij een bijdrage uit het Europees Fonds voor de Regionale Ontwikkeling van de Europese Unie.