VOORTGANGSRAPPORTAGE Pedagogisch Werk BOL Leerjaar 3 Praktijk

Naam:

Klas:

Loopbaanbegeleider:

Werkplek:

VOORTGANGSRAPPORTAGE Pedagogisch Werk BOL Leerjaar 3 Praktijk 2010-2012 volgens het kwalificatiedossier Kinderopvang 2009. naam:

klas:

loopbaanbegeleider: 1=startniveau, 2= aardig eindje op weg 3= beginnend beroepsbeoefenaar

Kerntaak 1 Opstellen van een activiteitenprogramma en plan van aanpak Werkproces 1.1 Inventariseert de situatie en wensen van het kind/de jongere Competenties Aan te tonen gedrag Aandacht en begrip tonen 1.1.a. Je toont belangstelling voor en betrokkenheid bij het kind en zijn ouders/vervangende opvoeders door in het intakegesprek/kennismakingsgesprek actief te luisteren, zodat het kind en zijn ouders/vervangende opvoeders de benodigde informatie geven en zich begrepen voelen. Beslissen en activiteiten 1.1.b. Je hakt indien nodig knopen door en neemt moeilijke beslissingen, zodat initiëren duidelijk is of het kind in de opvang kan worden geplaatst. Niveau 4 Onderzoeken 1.1.c. Je gebruikt verschillende bronnen om informatie over het kind te Niveau 3 verzamelen, zodat je een volledig beeld hebt van de situatie en wensen van het kind. Onderzoeken 1.1.c. Je gebruikt verschillende bronnen om informatie te verzamelen met Niveau 4 betrekking tot afwijkingen in ontwik-keling en gedrag, zodat duidelijk is wat de oorzaken zijn en of/hoe hierop in de opvang kan worden ingespeeld 1.1.d. Je inventariseert actief de wensen en ver-wachtingen van het kind en zijn Op de behoeften en ouders/vervangende opvoeders, zodat duidelijk is waar de organisatie, binnen de verwachtingen van de mogelijkheden van de dienstverlening, kan inspelen op de situatie en wensen van “klant”richten het kind Werkproces 1.2 Stelt een activiteitenprogramma op Samenwerken en overleggen 1.2.b. Je vraagt de mening en ideeën van kinderen en stimuleert hen om input te leveren voor het activiteiten-programma, zodat het programma tegemoet komt aan hun wensen en behoeften.

Voortgangsrapportage PW BOL KIO niv. 3- 4 KD 2009 MBOWelzijnCollege Hilversum Leerjaar 3 BOL 2011-2012

1

2

Handtekeningen en data praktijkopleider:

3

Feedback

Naam:

Klas:

Loopbaanbegeleider:

Werkplek:

Werkproces 1.3 Maakt een plan van aanpak

Competenties Samenwerken en overleggen

Formuleren en rapporteren

Analyseren Niv. 4

Aan te tonen gedrag 1.3.a. Je bespreekt de inhoud van het plan van aanpak en de consequenties ervan met het kind en ouders/vervangende opvoeders, zodat zij weten wat ze kunnen verwachten als het plan van aanpak wordt uitgevoerd. 1.3.b. Je stelt een nauwkeurig en volledig plan van aanpak op, zodat de het kind en de ouders/ vervangende opvoeders precies weten welke aanpak gehanteerd wordt en welke ontwikkeling wordt nagestreefd. 1.3.c. Je trekt conclusies uit de beschikbare informatie en bekijkt verschillende alternatieven met hun consequenties, zodat de dienstverlening die in het plan van aanpak is opgenomen op het kind is toegesneden en daadwerkelijk kan worden geboden.

Kerntaak 2 Opvangen en begeleiden van het kind/de jongere Werkproces 2.1 Ondersteunt het kind/de jongere bij ontwikkeling en opvoeding Competenties Aan te tonen gedrag Aandacht en begrip tonen 2.1.a. Je toont betrokkenheid bij het kind en de ouders/vervangende opvoeders. Je luistert actief en herkent wanneer het kind het moeilijk heeft, zodat je de nodige ondersteuning kan bieden. Aansturen 2.1.b. Je toont overwicht bij het handhaven van afspraken en regels, zodat het voor het kind en de groep duidelijk is welke grenzen er zijn en dat deze niet overschreden mogen worden. Begeleiden 2.1.c. Je geeft het kind heldere, eerlijke en constructieve feedback en stimuleert om alternatieven uit te proberen, zodat het functioneren van het kind wordt versterkt. Omgaan met verandering en 2.1.d. Je toont respect voor verschillende achtergronden van kinderen (en aanpassen ouders/vervangende opvoeders) en ben in staat om vragen of problemen vanuit het gezichtspunt van andere culturen en achtergronden te bekijken, zodat de eigenheid van het kind (en ouders/ vervangende opvoeders) gerespecteerd wordt.


1

2

3

Feedback

1

2

3

Feedback


Naam:

Klas:

Loopbaanbegeleider:

Werkplek:

Samenwerken en overleggen

2.1.e. Je informeert de ouders/vervangende opvoeders over de gang van zaken in de opvang en over de sociaal-emotionele ontwikkeling van het kind, zodat de ouders/ vervangende opvoeders steeds op de hoogte zijn van de gang van zaken in de opvang en van de ontwikkeling van hun kind. Je laat de ouders/vervangende opvoeders profiteren van de kennis en ervaring die je met hen deelt. Werkproces 2.2 Biedt het kind/de jongere persoonlijke verzorging Begeleiden 2.2.a. Je adviseert het kind over de persoonlijke verzorging, zodat het kind hier inzicht in krijgt en dit (zoveel mogelijk) zelfstandig kan uitvoeren. Ethisch en integer handelen Vakdeskundigheid toepassen

Op de behoeften en verwachtingen van de “klant” richten Instructies en procedures opvolgen Vakdeskundigheid toepassen

2.2.b. Je gaat discreet om met lichaamscontact tijdens de persoonlijke verzorging en respecteert vertrouwe lijkheid, zodat het kind zich op zijn gemak voelt. 2.2.c. Je herkent de dynamiek van (met name) baby’s en jonge kinderen en is daar continue alert op, zodt je tijdig en adequaat reageert en daarmee ongelukken voorkomt. 2.2.d. Je geeft het kind een op de persoon toegesneden verzorging zodat aan de behoeften van het kind wordt voldaan.

2.2.e. Je houdt je bij de verzorging en bij ongevallen aan de procedures en richtlijnen, zodat de veiligheid van het kind steeds gewaarborgd is. 2.2.f. Je herkent de dynamiek van (met name) baby's en jonge kinderen en je bent daar continu alert op, zodat je tijdig en adequaat reageert en daarmee ongelukken voorkomt. Werkproces 2.3 Draagt zorg voor de ruimte en huishoudelijke werkzaamheden Competenties Aan te tonen gedrag Begeleiden 2.3.a. Je schept een uitdagende en geschikte ruimte/omgeving met kansen en mogelijkheden voor ontwikkeling van kinderen en toetst deze aan richtlijnen, zodat de kinderen op een veilige manier gestimuleerd worden in hun ontwikkeling. Instructies en procedures 2.3.b. Je werkt volgens veiligheidregels en voorschriften, je ziet erop toe dat ook opvolgen anderen zich aan deze regels houden en gebruikt materialen op een veilige manier, zodat de veiligheid van de kinderen is gewaarborgd. Materialen en middelen 2.3.c. Je zorgt bij schoonmaakwerkzaamheden voor efficiënt gebruik van inzetten schoonmaakmaterialen en –middelen, zodat verspilling en onnodige belasting van het milieu worden voorkomen.

1

2

Werkproces 2.4 Biedt het kind/de jongere ontwikkelingsgerichte activiteiten aan



3

Feedback

Naam: Begeleiden

Klas:

Loopbaanbegeleider:

Werkplek:

2.4.a. Je motiveert het kind om zijn best te doen, uitdagingen aan te gaan en doelen te bereiken, zodat het kind in zijn ontwikkeling gestimuleerd wordt.

Materialen en middelen inzetten

2.4.b. Je kiest spelen speelmaterialen die bijdragen aan de ontwikkeling van het kind en gebruikt deze effectief en vindingrijk, zodat de ontwikkeling van het kind gestimuleerd wordt. Plannen en organiseren 2.4.c. Je plant en regelt ruim van tevoren activiteiten die goed op elkaar afgestemd zijn, je houdt rekening met onvoorziene omstandigheden, schat de benodigde tijd in voor activiteiten en gebruikt indicatoren om de voortgang te meten, zodat het activiteitenprogramma daadwerkelijk uitgevoerd kan worden. Je kunt nagaan of de uitvoering en voortgang van de activiteiten nog volgens schema verlopen. Kerntaak 3 Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken Werkproces 3.1 Werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep Competenties Aan te tonen gedrag Leren 3.1.a. Je toont interesse in nieuwe ontwikkelingen in je eigen vakgebied, je vraagt actief om feedback en gebruikt het als een kans om te leren en te verbeteren, je stelt jezelf concrete ontwikkeldoelen en past nieuw geleerde competenties toe in je werk, zodat je op een actieve manier je deskundigheid vergroot. Vakdeskundigheid toepassen 3.1.b. Je deelt jouw expertise met collega’s en andere deskundigen door middel van beroepsmatige discussies, zodat jouw expertise bijdraagt aan professionalisering van het beroep. Werkprocessen 3.2 Werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg Instructies en procedures 3.2.a. Je handelt in overeenstemming met de voorgeschreven (werk)procedures, opvolgen protocollen en de wettelijke richtlijnen die gelden voor de opvang, zodat je aansluit bij de afgesproken werkwijze in de organisatie en de opvang voldoet aan wettelijke vereisten. Kwaliteit leveren 3.2.b. Je bewaakt de kwaliteit van de dienstverlening op een systematische wijze en werkt mee aan de ontwikkeling ervan, signaleert en rapporteert tijdig knelpunten, zorgt er voor dat haar werkzaamheden voldoen aan de kwaliteitseisen die de organisatie stelt, zodat je actief bijdraagt aan een optimale kwaliteit van de dienstverlening. Werkproces 3.3 Stemt de werkzaamheden af met betrokkenen


1

2


3

Feedback

Naam:

Klas:

Loopbaanbegeleider:

Werkplek:

Plannen en organiseren

3.3.a. Je formuleert bij (het overdragen van) jouw werkzaamheden duidelijke doelen en geeft mogelijke knelpunten aan, zodat jouw werkzaamheden voor collega's duidelijk zijn en de kwaliteit en continuïteit van de opvang en begeleiding gewaarborgd zijn. Samenwerken en overleggen 3.3.b. Je overlegt bij de uitvoering van de opvang en begeleiding tijdig met anderen, raadpleegt anderen indien nodig, weet wat de consequenties zijn van de eigen acties en je stelt je zo op dat de samenwerking in het team soepel verloopt. Werkproces 3.4 Voert coördinerende taken uit (alleen niveau 4) ompetenties Aan te tonen gedrag Aansturen 3.4.a. Je geeft duidelijk aan wat er moet gebeuren en wanneer, je geeft duidelijk aan wat je van de collega’s verwacht en ze ziet erop toe dat dit gebeurt, zodat de opvang organisatorisch goed verloopt en de medewerkers goed functioneren. Plannen en organiseren 3.4.b. Je zorgt voor afstemming van werkzaamheden en maakt een planning waarbij je rekening houdt met de huidige en mogelijk veranderende mogelijkheden en omstandigheden, zodat de continuïteit van de dienstverlening gewaarborgd wordt.

1

2


3.4.c. Je toont waardering voor de ideeën en bijdragen van collega's in het team en maakt zaken in het functioneren van de medewerker(s) bespreekbaar, zodat zij de kwaliteit van de dienstverlening door de medewerker(s) optimaliseert. Werkproces 3.5 Onderhoudt een netwerk (alleen niveau 4) Relaties bouwen en 3.5.a. Je bouwt relevante contacten op, zowel formeel als informeel, met collega's netwerken en deskundigen van andere organisaties of disciplines, zodat je deze contacten kan benutten om jouw werkdoelen te bereiken. Samenwerken en overleggen 3.5.b. Je raadpleegt tijdig bij het kind en de opvang en begeleiding betrokken of benodigde collega's en (externe) deskundigen en zorgt er uit zichzelf voor dat ook zij door jou tijdig en goed geïnformeerd zijn en stemt met hen af, zodat de opvang en begeleiding van verschillende bij het kind betrokkenen goed op elkaar aansluiten. Werkproces 3.6 Voert beleidsmatige taken uit (alleen niveau 4) Overtuigen en beïnvloeden 3.6.a. Je neemt een duidelijk standpunt in bij haar voorstellen tot beleid(wijzigingen) en onderbouwt dit met steekhoudende argumenten, zodat het beleid is afgestemd op de specifieke situatie van de organisatie/vestiging.



3

Feedback

Naam:

Klas:

Loopbaanbegeleider:

Werkplek:


3.6.b. Je vraagt collega’s binnen de organisatie/ vestiging welke knelpunten zij ervaren in het(pedagogisch) beleid, zodat jij hiervoor oplossingen kan zoeken en een bijdrage kan leveren aan beleids-ontwikkeling en aan het invoeren van het pedagogisch beleid. Werkproces 3.7 Voert beheertaken uit (alleen niveau 4) Bedrijfsmatig handelen 3.7.a. Je zorgt voor financiële registratie en ver-antwoording van jouw projecten en activiteiten en maakt regelmatig afwegingen tussen kosten en baten, zodat je bijdraagt aan een financieel gezonde organisatie. Formuleren en rapporteren 3.7.b. Je verwerkt en registreert zorgvuldig alle benodigde (financiële) gegevens, zodat de (financiële) rapportages volledig en inzichtelijk zijn. Materialen en middelen 3.7.c. Je zorgt ervoor dat apparatuur, materiaal en werkruimte onderhouden inzetten worden, zodat er voldoende materialen en middelen beschikbaar zijn om de continuïteit van de opvang en begeleiding te garanderen. Werkproces 3.8 Evalueert de werkzaamheden Aandacht en begrip tonen 3.8.a. Je signaleert of het kind en andere betrokkenen tevreden zijn over de geboden opvang en begeleiding, zodat ze deze informatie kan meenemen/inbrengen bij de evaluatie. Analyseren niv 4: 3.8.b. Je analyseert beschikbare (cijfermatige, mondelinge) gegevens grondig en concludeert of de geboden opvang en begeleiding en de uitgevoerde coördinerende, beleidsmatige, beheerstaken en netwerkcontacten voldoen en of er voldoende voortgang is en komt met haalbare oplossingen, zodat je indien nodig (in overleg) de uitvoering van jouw werkzaamheden kan bijstellen. Analyseren niv 3: 3.8.c Je haalt uit alle gegevens die je verzamelt (gesprekken, observaties) de belangrijkste informatie, concludeert op basis hiervan of de geboden opvang en begeleiding voldoen en of er voldoende voortgang is en komt zonodig met haalbare oplossingen, zodat indien nodig de opvang en begeleiding (in overleg) bijgesteld kunnen worden. Formuleren en rapporteren 3.8.d. Je verwerkt alle benodigde gegevens en scheidt de hoofd en bijzaken, zodat je een kernachtig evaluatieverslag kan schrijven.



Naam: Werkplek:

Klas:

Loopbaanbegeleider:

Evaluatie eind leerjaar 2 LEERDOELEN

1.

2.

3.

UITBLINKERS

Praktijk Aanwezigheid > 80%

Handtekening loopbaanbegeleider:

Handtekening leerling:

Voortgangsrapportage PW BOL KIO niv. 3- 4 KD 2009 MBOWelzijnCollege Hilversum Handtekeningen en data praktijkopleider: Leerjaar 3 BOL 2011-2012

Naam: Werkplek:

Klas:

Loopbaanbegeleider:

Eindevaluatie eind periode 3 (3e jaars) Datum: Alle werkprocessen Niveau 3. zijn op niveau beginnend beroepsbeoefenaar uitgevoerd: Naam en functie praktijkopleider: Telefoonnummer praktijkopleider: Handtekening praktijkopleider:

Alle werkprocessen Niveau 4. zijn op niveau beginnend beroepsbeoefenaar uitgevoerd: Naam en functie praktijkopleider: Telefoonnummer praktijkopleider: Handtekening praktijkopleider:

Werkprocessen zijn onvoldoende aangetoond. Naam en functie praktijkopleider: Telefoonnummer praktijkopleider: Handtekening praktijkopleider:

LEERDOELEN 1.

2.

3.

UITBLINKERS

Praktijk Aanwezigheid > 80%

Handtekening loopbaanbegeleider:

Voortgangsrapportage PW BOL KIO niv. 3- 4 KD 2009 MBOWelzijnCollege Hilversum Handtekeningen en data praktijkopleider: Leerjaar 3 BOL 2011-2012

Handtekening leerling

VOORTGANGSRAPPORTAGE Pedagogisch Werk BOL Leerjaar 3 Praktijk

Recommend Documents