VOORBEREIDEN POMPTHERAPIE 1176
Inhoudsopgave Starten met een pomp ...................................................... 3 Voor- en nadelen van een insulinepomp .............................. 3 Insulinepomptherapie ....................................................... 4 Voorwaarden ................................................................... 4 Gang van zaken: start pomptraject ..................................... 5 Dagelijks leven ................................................................ 6 Vergoeding ..................................................................... 7 Verkrijgen van pomptoebehoren ......................................... 8 Vragen ........................................................................... 8
2
Starten met een pomp Het lukt u niet om uw bloedglucose onder controle te krijgen. Met uw specialist of diabetesverpleegkundige heeft u gesproken over insulinepomptherapie. Dit is een mogelijkheid om uw diabetes onder controle te krijgen en een behandelingsmethode die voor meer flexibiliteit en vrijheid in uw leven kan zorgen. Er zijn verschillende redenen om met de insulinepomptherapie te beginnen: geen goede instelling bij intensief insulineschema en intensieve zelfcontrole; frequente (nachtelijke) hypoglycemieën (te laag bloedglucosegehalte); Sterk wisselende bloedglucosewaarden; Wisselende levensomstandigheden, bijvoorbeeld door onregelmatig werk; Zwangerschap of vrouwen met een zwangerschapswens. U beslist zelf of u wilt overstappen op insulinepomptherapie.
Voor- en nadelen van een insulinepomp Voordelen De pomptherapie vervangt het insuline spuiten. Dankzij de continue afgifte van kleine hoeveelheden ultrakortwerkende insuline is het mogelijk om stabielere bloedglucosewaarden te bereiken en bent u meer flexibel. Bij activiteiten, zoals sporten of uit eten gaan, past u de insulineafgifte aan. Een gelijkmatige insulineafgifte geeft minder kans op hypo's en hyper's. Dit kan een positieve invloed hebben op uw kwaliteit van leven en zorgen voor een betere diabetesinstelling. Meer uitgebreide informatie vindt u onder het kopje: ‘insulinepomptherapie en dagelijks leven’. Nadelen De pomp heeft ook nadelen: in de pomp zit ultrakortwerkende insuline. Bij het stagneren of ontbreken van insulinetoevoer is de kans op ontregeling groot, door het ontbreken van middellangwerkende of langwerkende insuline. 3
Sommige mensen vinden het dag en nacht meedragen van een apparaatje een nadeel.
Insulinepomptherapie De insulinepomp is een apparaatje van 5 bij 8 cm. Inclusief batterijen weegt het ongeveer 100 gram. U draagt de pomp buiten uw lichaam. In de pomp zit ultrakortwerkende insuline. Via een slangetje (infusieset) loopt de insuline naar een naald. Dit naaldje zit bij voorkeur in uw buik, in het vetweefsel net onder uw huid. Via het naaldje komt de insuline in uw lichaam. De infusieset vervangt u om de twee tot drie dagen. Sinds het voorjaar 2011 is er een wegwerppomp op de markt en ook verdere ontwikkelingen staan op dit gebied niet stil. Insulinepomp Het voordeel is dat de pomp de hele dag door insuline afgeeft (basaalstand). Hierdoor houdt u uw bloedglucosewaarde ‘s nachts en overdag op peil. Bij de maaltijd of een eetmoment kunt u extra insuline geven met de pomp (bolus). U past de bolus per maaltijd/eetmoment zelf aan, afhankelijk van de hoeveelheid koolhydraten die u gaat eten. Het is daarom belangrijk dat u weet hoeveel koolhydraten een maaltijd of voedingsmiddel bevat.
Voorwaarden Voordat u met de pomptherapie kunt beginnen, is het belangrijk dat u: zelf achter uw keuze staat; u toestemming heeft van uw internist; goede kennis heeft van diabetes; goede kennis heeft van voeding en koolhydraten kunt tellen; in noodsituaties op de juiste manier kunt handelen; bekend bent met intensieve insulinetherapie met de pen; zelf de benodigde hoeveelheid insuline kunt bepalen; steun heeft van uw naaste omgeving. 4
Als u kiest voor pomptherapie, hoeft u niet uw hele leven een pomp te gebruiken. U kunt altijd teruggaan naar spuiten met de pen.
Gang van zaken: start pomptraject 1. U krijgt een gesprek over de voor- en nadelen van insulinepomptherapie. De diabetesverpleegkundige demonstreert de pompen. Het is verstandig iemand mee te nemen naar het spreekuur. Samen hoort u meer. 2. De diabetesverpleegkundige neemt samen met u de bovengenoemde voorwaarden door. Uw aanvraag tot overgaan op pomptherapie wordt besproken met uw internist, de diëtist en de diabetesverpleegkundige. 3. Voordat u op pomptherapie over gaat, krijgt u een afspraak bij de diëtist om koolhydraten te leren tellen. 4. U krijgt een afspraak bij de oogarts om uw ogen extra te controleren voordat u met de pomp start. 5. Als u de beslissing heeft genomen, wordt bekeken welke pomp het best bij u past. De diabetesverpleegkundige en de specialist vragen de pomp aan bij uw zorgverzekering. 6. Na goedkeuring krijgt u een instructie van de pompfirma. Dit vindt meestal bij u thuis plaats maar dit kan ook poliklinisch. 7. De diabetesverpleegkundige maakt twee tot drie afspraken met u voor uitleg en spreekt de startdatum met u af. Na uw start met pomptherapie, volgt een intensieve periode waarin u leert om te gaan met de insulinepomp. U leert de pomp in te stellen en te bedienen. In het begin controleert u uw bloedglucose minimaal acht maal per dag en ook eenmaal ‘s nachts. Hoe lang dit nodig is, hangt af van wanneer uw bloedglucose voldoende is gereguleerd. De eerste periode heeft u dagelijks meerdere keren per dag contact met de diabetesverpleegkundigen. Zij beantwoorden uw vragen en geven advies over de bolus (extra insuline) bij de maaltijd. Deze contacten verlopen veelal telefonisch maar ook op afspraak op de polikliniek. Nadat u gestart bent met de pomp heeft u de volgende afspraken met de diabetesverpleegkundige: Een controleafspraak binnen een week; Bij vier weken een afspraak; 5
Bij zes weken een afspraak op het combinatiespreekuur van de diabetesverpleegkundige en de diëtist; Bij drie maanden een afspraak op het combinatiespreekuur van de diabetesverpleegkundige en de diëtist; Bij negen maanden een afspraak. Na een tijdje zijn uw bloedglucosewaarden stabiel en leert u om te gaan met insulinetoediening in speciale situaties, zoals uit eten gaan of sporten. Ook leert u afhankelijk van de mogelijkheden van de pomp om te gaan met de boluswizard (tijdens het combinatiespreekuur van diabetesverpleegkundige en diëtist).
Dagelijks leven Vervangen van de infusieset Om ontstekingen op de plek van de naald te voorkomen, vervangt u de infusieset één keer in de twee tot drie dagen. Ga daarbij hygiënisch te werk. Was bijvoorbeeld altijd uw handen! Het dragen van de pomp Er zijn verschillende hoesjes en zakjes om de pomp in te stoppen. U kunt deze bevestigen aan de band van uw broek. Ook kunt u een zakje op uw huid dragen. Bekijk wat voor u het prettigst is. Dit hangt ook af van de kleding die u op dat moment draagt. Afkoppelen van de pomp U kunt de pomp altijd afkoppelen, zowel tijdelijk als langdurig. De infusiesets kunt u afkoppelen terwijl het naaldje in uw buik blijft. De diabetesverpleegkundige vertelt u hoe en hoe lang u de pomp kunt afkoppelen. Redenen om tijdelijk af te koppelen zijn: Douchen of in bad. U kunt de pomp afkoppelen of in een speciaal douchezakje steken. Sporten. Bij bepaalde sporten is het verstandig om de pomp af te koppelen (zie kopje ‘sporten’). Zonnebaden. Als u de pomp niet afkoppelt, leg deze dan in ieder geval niet in de directe zon. Vrijen. Wilt u de pomp niet afkoppelen, dan probeert u uit wat voor u en uw partner het makkelijkst is.
6
Slapen Er zijn verschillende manieren om uw pomp te bevestigen tijdens het slapen, zoals: aan uw nachtkleding onder uw kussen los in uw bed. Sporten Met de pomp kunt u gewoon sporten. Als u sport, verbruikt uw lichaam meestal meer energie (glucose). U heeft dan minder insuline nodig. U kunt de basaalstand dan tijdelijk verlagen. Dit is de hoeveelheid insuline die de pomp de hele dag door afgeeft. Als u zwemt of een contactsport beoefent, zoals rugby of voetbal, dan koppelt u de pomp meestal af. Bij wintersporten, zoals skiën en schaatsen, draagt u de pomp onder uw kleding. Dit voorkomt dat de insuline bevriest. Boluswizard De boluswizard calculator berekent nauwkeurig een bolusdosis op basis van de huidige bloedglucosewaarden en/of de voedselinname met vooraf ingevoerde persoonlijke gegevens. Vakantie Met de pomp kunt u gewoon op vakantie. Ook verre reizen zijn mogelijk. Omdat u de klok van de insulinepomp gemakkelijk instelt, is het tijdsverschil goed op te vangen. Neem wel voldoende infusiesets, insuline en batterijen mee. Neem een reserve-insulinepomp of –insulinepennen mee. Een reservepomp moet u tijdig aanvragen bij de firma.
Vergoeding De diabetesverpleegkundige en de specialist dienen een aanvraag-machtiging in bij uw zorgverzekeraar. De zorgverzekeraar geeft dan een machtiging af voor de pomp en toebehoren.
7
Verkrijgen van pomptoebehoren Meestal heeft de apotheek de pomptoebehoren niet op voorraad. U kunt ze bestellen bij een postorderbedrijf. Voor meer informatie over de verschillende soorten pompen kunt u terecht bij: de firma Roche, via telefoonnummer 0800 – 022 0585 of www.accu-chek.nl de firma Medtronic, via telefoonnummer 0800 – 3422 338 of www.medtronic.nl de firma Ypsomed (my life), via telefoonnummer 034 – 732 4710 of www.ypsomed.nl
Vragen Als u na het lezen van deze folder vragen heeft, dan neemt u contact op met de diabetesverpleegkundigen. Op werkdagen van maandag t/m vrijdag tussen 9.00 en 10.00 uur op het telefoonnummer 010 – 461 6464. Is het toestel in gesprek, dan kunt u uw naam, telefoonnummer en geboortedatum inspreken en wordt u teruggebeld.
Juni 2011
8