D DOSSIER
De grote verladers Een verlader is, aldus Van Dale, iemand die gebruik maakt van vervoersdiensten. Maar hoe beheert hij zijn vervoer? Besteedt hij dat uit? Zet hij tussenpersonen (expediteurs) in? Besteedt hij ook zijn logistiek uit? Hoe kiest hij zijn vervoerder? Hoe belangrijk is IT voor zijn beheer? Hoe ziet hij de markt evolueren? Om dit alles te weten te komen organiseerde Transport Echo de »Grote Verladersenquête«. philippe van dooren
V
1. MODAL SPLIT Wij versturen onze producten: VRIJWEL NOOIT
VRIJ ZELDEN
38,20%
30,34%
22,47%
2,25% 2,25%
VIA SHORTSEA
48,31%
35,96%
»Bijna 20% van de respondenten gebruikt het gecombineerd vervoer ‘vrijwel altijd’ of ‘regelmatig’.«
VIA SPOOR
W W W.T R A N S P ORT E C HO. BE
VRIJWEL ALTIJD 6,74%
VIA BINNENVAART
18
REGELMATIG
VIA DEEPSEA
oor deze enquête hebben wij samengewerkt met de verschillende organisaties in België die verladers en/of aankopers van transport- en logistieke diensten onder hun leden tellen. Dat zijn, in alfabetische volgorde: ABCAL (Association Belge des Cadres d‘Achat et de Logistique), Logistics in Wallonia, O.T.M. Belgian Shippers Council, PICS (Belgische Vereniging voor Productie en Voorraadbeheer), VIB (Vereniging voor Inkoop en Bedrijfslogstiek) en VIL (Vlaams Instituut voor de Logistiek). De resultaten van de enquête kunnen niettemin bezwaarlijk als wetenschappelijk bestempeld worden: België telt duizenden bedrijven die hun producten laten vervoeren. Hen allemaal bevragen zou een
onbegonnen job zijn, niet alleen omdat dit een titanenwerk zou zijn, maar ook omdat - helaas - veel Belgische bedrijven zich niet geroepen voelen om lid te worden van één van de verenigingen en/of kenniscentra die aan de enquête hebben meegewerkt. Een zo groot mogelijke representativiteit was dus onmogelijk te bereiken. Dankzij de samenwerking met de zes vermelde organisaties hebben wij echter inzicht gekregen in de werkwijze van »échte« verladers en aankopers van logistieke diensten: wij wisten dat zij die zouden ingaan op de enquête, mensen zijn die nadenken over transport en logistiek. Anders zouden ze geen lid zijn van één van deze zes organisaties.
AF EN TOE
12,36%
5,62%
74,16%
16,85%
42,70%
3,37% 1,12%
VIA LUCHTVRACHT/EXPRES
39,33%
13,48%
3,37% 1,14%
65,91%
20,45% 11,36%
32,95%
1,14%
7,95%
VIA GECOMBINEERD VERVOER
27,27%
1,12%
21,59%
10,23%
VERLADERSENQUÊTE • DOSSIER
enquÊte 2B. NIEUWE CRITERIA
2A. CRITERIA Welke criteria zijn het belangrijkst in het kiezen van een dienstverlener voor transport en/of logistiek Minst Belangrijk
Sinds de enquête in 2002 zijn er een aantal aspecten bijgekomen, die de keuze van een transport dienstverlener kunnen beïnvloeden.
Hoe belangrijk is het dat uw dienstverlener:
Allerbelangrijkst
Prijs van de dienstverlening 12,16%
VAN GEEN BELANG
25,68%
BELANGRIJK
ZEER BELANGRIJK
1,35%
AEO-GECERTIFICEERD IS:
Kwaliteit van de dienstverlening 2,74%
WEINIG MATIG VAN BELANGRIJK BELANG
32,88%
33,33%
32,88%
8,33%
20,83%
33,33%
4,17%
Structuur van het bedrijf (geografische spreiding, groep,...) EEN BELEID VOERT INZAKE DIEFSTALPREVENTIE: 9,72%
15,28%
25,00%
6,94% 12,50%
Flexibiliteit en service 2,74%
24,66%
16,44%
25,00%
30,56%
6,94%
LANGE BETALINGSTERMIJNEN TOEKENT:
27,78%
IT en communicatie 6,94%
22,22%
5,56%
Imago (klantenportefeuille, certificatie,...) 12,50%
13,89%
9,72%
22,22%
31,94%
8,33%
EEN ACTIEF BELEID VOERT VAN DUURZAME LOGISTIEK 1,39% 8,33%
22,22%
27,78%
27,78%
13,89%
Facturatie (correctheid, volledigheid,...) 5,56%
16,67%
18,06%
5,56%
MILIEUVRIENDELIJKE VRACHWAGENS GEBRUIKT (EURO5, ROETFILTER, ELEKTRISCH)
Procesbeheersing 5,56%
26,39%
6,94%
9,72%
18,06%
30,56%
25,00%
16,67%
Veiligheid en milieu 6,94%
16,67%
18,06%
8,33%
Aanbieden van toegevoegde waarde diensten 15,28%
16,67%
8,33%
MAART 2010
T R A N S P ORT E C HO
19
DOSSIER • VERLADERSENQUÊTE
3. UITBESTEDING In ons bedrijf wordt transport (*) door onszelf beheerd 74,2%
door een derde beheerd, maar binnen onze geb gebouwen 6,5%
volledig door een derde beheerd 27,4%
In n mijn bedrijf wordt logistiek (*) (opslag, toegevoegde waarde diensten, stockbehe stockbeheer,…) in eigen beheer gedaan 74,6%
uitbesteed aan een derde, maar in onze gebouw gebouwen 13,6%
aan een derde toevertrouwd 28,8%
Ikk gebruik een expediteur voor mijn: wegtransport 51,6%
luchtvracht 46,8%
Aan de enquête hebben 131 verladers en/of aankopers van logistieke diensten deelgenomen. Dit aantal lijkt vrij laag, maar het ligt volledig in de lijn van onze verwachtingen. In 2002 had »Transport Echo« een enquête gehouden bij 300 O.T.M.-leden en toen hadden 63 verladers deelgenomen. Een ander referentiepunt is de grootschalige enquête die ICC Belgium in 2008 hield over de toepassing van de Incoterms door de Belgische bedrijven. Toen waren er 195 respondenten. Overigens: in deze enquête ging het ons niet om de kwantiteit, maar wel de kwaliteit. Aan de hand van de resultaten wilden wij vooral, los van alle wetenschappelijke pretenties, trends trachten te ontwaren.
Modal split
Welke transportmiddelen zijn het meest populair bij de Belgische verladers? Dat wilden wij weten aan de hand van de eerste vraag. Daar sloeg »Murphy‘s law« meteen bijzonder hard toe: in de lijst van de verschillende transportmodi is het wegvervoer, om onverklaarbare redenen, bij de lay-out van de enquête weggevallen. Even onverklaarbaar is dat niemand ons erop attent heeft gemaakt dat de belangrijkste modus in de lijst ontbrak. Onze eerste reactie was dan ook: wij moeten die vraag annuleren en niet publiceren. Bij nader inzien hebben wij de vraag er toch bij genomen: in de enquête van 2002 was immers bevestigd dat het wegvervoer overweldigend het meest gebruikte vervoerdmiddel is.
»Het belangrijkste keuzecriterium is - met voorsprong - de kwaliteit.«
zeevracht 61,3%
40,3%
Toen bleek dat »vrijwel altijd« en »meestal« een monsterscore van meer dan 90% haalden. Wij vermoeden dat vandaag het resultaat grosso modo hetzelfde zou blijven. Het is echter vooral interessant te zien in hoeverre de andere modi worden gebruikt. Daarom hebben wij de vraag toch meegenomen. En wat blijkt? Dat alle andere modi nooit of vrij zelden worden gebruikt. Alleen het gecombineerd vervoer scoort verrassend hoog: bijna 20% van de respondenten gebruiken het »vrijwel altijd« of »regelmatig«.
14,5%
Criteria voor de keuze
binnenvaart 9,7%
spoorvervoer 4,8%
douaneformaliteiten nooit
Tendering wordt in ons bedrijf gebruikt om transport aan te kopen (**): systematisch y 24,64%
enkel voor de langlopende langlopend contracten 23,19%
af en toe 14,49%
nooit 37,68% * = meerdere opties mogelijk / ** = één optie mogelijk
20
W W W.T R A N S P ORT E C HO. BE
Ook bij de antwoorden op de vraag van de belangrijkste criteria voor de keuze van een dienstverlener voor transport en/of logistiek was er een verrassing van formaat. De prijs zit als criterium ongeveer in de middenmoot. Het belangrijkste criterium is - heel afgemeten - de kwaliteit, gevolgd door de flexibiliteit en de service. Ook IT en communicatie, alsook de structuur van het dienstverlenend bedrijf (geografische spreiding, onderdeel van een grote groep, assets enz.) zijn belangrijke aandachtspunten. Gaat men kijken naar de minst belangrijke criteria, dan valt het op dat het aanbieden van toegevoegde waardediensten duidelijk vooraan staat. Terwijl veel logistieke dienstverleners uitgerekend hier de mond vol van hebben. Ook imago en de wijze waarop gefactureerd wordt, beschouwen de verladers als vrij onbelangrijk. Dat veiligheid en milieu niet als belangrijker worden ingeschat, is ook vrij verrassend.
Your Partner from China
Belgian know-how in China Antwerp Kortrijk
Brussels
ANTWERP Wijtschotbaan 9-B2, B-2900 Schoten Tel.
+32(0)3 620 19 10
Fax
+32(0)3 620 19 19
E-mail
[email protected]
BRUSSELS Brucargo 706-7255-B88, B-1931 Zaventem Tel.
+32(0)2 255 80 80
Fax
+32(0)2 253 34 54
E-mail
[email protected]
KORTRIJK BC Kortrijk Airport Vlamingstraat 4, B-8560 Wevelgem Tel.
+32(0)56 41 46 79
Fax
+32(0)56 42 76 65
E-mail
[email protected]
www.crosstainer.com 09363
DOSSIER • VERLADERSENQUÊTE
4. RISK MANAGEMENT Er is in mijn bedrijf een actief supply chain risk management beleid
NEEN 47,06%
5. IT Mijn bedrijf gebruikt een Warehouse Management Systeem (WMS)
JA
52,94%
Mijn bedrijf gebruikt een Transport Management Systeem (TMS)
JA
74,63%
NEEN
74,63%
JA
25,37%
Het zou ons daarom niet verwonderen dat de respondenten hùn belangrijkste criteria naar voren hebben geschoven (m.a.w. wat zij persoonlijk als de belangrijkste beschouwen) en niet de criteria die zij in de praktijk als belangrijkste moeten hanteren (m.a.w. wat hun broodheren als de belangrijkste beschouwen). Deze resultaten komen grotendeels overeen met die van de enquête van 2002, met dit merkbaar verschil dat de prijs toen als tweede belangrijkste criterium naar voren was gekomen. Maar ook acht jaar geleden was de kwaliteit al overduidelijk het belangrijkste criterium.
NEEN
25,37%
Een WMS is belangrijk voor mijn bedrijf: VAN GEEN BELANG
5,97%
WEINIG BELANGRIJK
MATIG VAN BELANG
20,90%
22,39%
7,46%
BELANGRIJK
ZEER BELANGRIJK
43,28%
Een TMS is belangrijk voor mijn bedrijf: VAN GEEN BELANG
WEINIG BELANGRIJK
MATIG VAN BELANG
BELANGRIJK
ZEER BELANGRIJK
AEO geen must
Naast deze tien criteria (die wij overgenomen hebben van de enquête van 2002), hebben wij gepeild naar meer hedendaagse keuzeargumenten (Tabel 2B). Daarbij valt het op dat vier van de vijf van deze »nieuwe« criteria uitgesproken als »zeer belangrijk« of »belangrijk« geciteerd worden: een beleid voeren van duurzame logistiek,
17,91%
22,39%
29,85%
en en aankopers van logistieke diensten zijn exportgericht en vooralsnog zijn de voordelen van een AEO-certificatie in de praktijk bijlange nog niet voelbaar. Van een ware doorbraak van
»Van een ware doorbraak van AEO is nog geen sprake.« milieuvriendelijke vrachtwagens gebruiken, een diefstalpreventiebeleid voeren en lange betaaltermijnen hanteren. Van het allernieuwste criterium liggen maar zéér weinig verladers wakker: ruw gezegd kan het de meeste verladers geen moer schelen of de dienstverlener AEO-gecertificeerd is. Daar zit enige logica in. Niet alle Belgische verladers
22
W W W.T R A N S P ORT E C HO. BE
het AEO-status is immers nog geen sprake. In België zijn er momenteel maar een zestigtal bedrijven AEO-gecertificeerd. Michaël Van Giel, gewestelijk directeur van Douane & Accijnzen Antwerpen, zei onlangs nog aan ons zusterblad »De Lloyd« dat hij verwacht dat de bedrijven - zeker in deze crisistijd - pas echt over de streep zullen worden getrokken als er
14,93%
14,93%
daadwerkelijk voordelen staan tegenover een erkenning. En die zijn, zoals gesteld, vooralsnog niet concreet voelbaar.
Uitbesteding
Wie beheert de transport en de logistiek? Omdat sommige bedrijven bepaalde onderdelen van hun transport zelf beheren, maar andere uitbesteden, en omdat sommige warehouses door henzelf gerund worden en sommige door derden, hebben wij hier de mogelijkheid geboden om meerdere opties aan te kruisen. Uit de cijfers blijkt echter dat het aantal bedrijven die voor een »hybride« oplossing kiezen, gering is. Zowel wat het vervoer betreft als de logistiek, zijn de resultaten zeer gelijklopend.
09508
de binnenvaart: transport in topvorm
Élodie Ouédraogo Zilver in Peking 2008, 4 x 100 m estafette
De binnenvaart is estafette op topniveau. Vertrekken, aankomen, doorgeven … Niet te vroeg, niet te laat, maar just-in-time. Een onmisbare schakel in een perfect op elkaar afgestemd geheel van logistiek en transport. Want de weg naar een duurzame toekomst loopt over water.
Binnenvaar t Armand Hertzstraat 23 I B-3500 Hasselt I T +32 (0)11 23 06 06 I F +32 (0)11 23 06 09 I
[email protected]
www.binnenvaart.be
DOSSIER • VERLADERSENQUÊTE
Het merendeel van de verladers beheert die activiteiten nog zelf. Toch is het outsourcinggehalte vrij hoog: ruwweg kan men stellen dat één op de drie deelnemers aan de enquête ze deels of geheel uitbesteedt. Het percentage bedrijven die hun transport door een derde maar binnen hun eigen gebouwen laten beheren, is vrij klein te noemen. Dat percentage is dubbel zo groot wanneer het om de logistiek gaat. Dat lag echter in de lijn der verwachtingen.
Elk geval is een geval apart
Wanneer wij bekijken in hoeverre de Belgische verladers een expediteur inzetten, dan zien we dat slechts een relatief kleine minderheid (minder dan 15%) er nooit een beroep op doet. De andere 85% vormen echter geen homogene groep: de ene gebruikt de expediteur alleen voor zijn luchtvracht of zijn zeevracht, de andere alleen voor de douaneformaliteiten, de andere alleen voor wegtransport, de andere voor zowel wegtransport, luchtvracht als douane-formaliteiten enz. De enquête geeft een zeer gefragmenteerd profiel weer, zodat kan gesteld worden dat het inzetten van een expediteur bepaald wordt door zeer specifieke en bedrijfseigen eisen. In onze staafgrafiek hebben wij toch willen zien voor welke transporten een expediteur het vaakst wordt ingezet. Dat luchtvracht en zeevracht goed zouden scoren, alsook de doeaneformaliteiten, was te voorzien, maar dat meer dan de helft van de Belgische verladers ook voor het wegvervoer een expediteur inzet, komt eigenlijk als een verrassing.
Tendering
Het tenderen van de vervoerscontracten is een fenomeen dat vooral de afgelopen tien tot vijftien jaar fors is gegroeid. Bijna de helft van de respondenten doen het systematisch of voor de langlopende contracten. Dat percentage klimt zelfs tot meer dan 60% als men de verladers en inkopers van transportdiensten die af en toe tenderen, erbij rekent. Dit lijkt te hoog en onrealistisch als men weet wat de praktijk is in België, maar dat is het niet. Zoals gesteld in de inleiding van dit artikel hebben aan deze enquête vooral bedrijven deelgenomen die over hun transport en logistiek nadenken. Tevens kan gesteld worden dat, in tegenstelling tot de bedrijven die geen lid zijn van een verladers- of inkopersorganisatie, zij met de andere leden best
24
W W W.T R A N S P ORT E C HO. BE
6. VOORUITZICHTEN Ik verwacht dat de te vervoeren volumes voor mijn bedrijf in 2010 (tegenover 2009) zullen :
Ik verwacht dat de transportprijzen in 2010 zullen:
STIJGEN 60,7%
GELIJK BLIJVEN 45,9% DALEN 16,4%
STIJGEN 37,7%
GELIJK BLIJVEN 18,0%
DALEN 21,3%
De transportvolumes van mijn bedrijf zullen die van 2008 evenaren in: 2010
2011
2012
2013
2014
later 1,6%
41,0%
14,8%
practices en ervaringen kunnen uitwisselen. Goed tenderen is immers geen eenvoudige zaak (zie ook blz. 16).
Risk management
Het voor ons meest opmerkelijke resultaat is dat iets meer dan de helft van de respondenten aangeeft dat hun bedrijf een actief beleid van supply chain risk management voert. Risk management »an sich« is al een discipline
27,9%
11,5%
3,3%
lijkt ons daarom aangewezen. En indien zou blijken dat dit percentage met de realiteit overeenstemt, dan zou dat heel goed nieuws zijn voor de sector.
IT vooral in warehouses
Liefst drie vierde van de respondenten gebruikt een Warehouse Management System. En ze zouden niet meer zonder kunnen: ruim twee op drie van hen vinden dat een WMS
»Een op de drie deelnemers aan de enquête besteedt zijn transport en/of logistiek deels of geheel uit.« die in België niet wijd verspreid is (zo telt Belrim, de Belgische vereniging van risk managers, slechts een honderdtal leden). Indien men enkel SCRM in beschouwing neemt, ligt dit percentage bijgevolg uitzonderlijk hoog. Voor een stuk geldt de redenering van hierboven ook, maar ons vermoeden is dat de notie »supply chain risk management« ruim wordt geïnterpreteerd. Een meer indringend onderzoek door de betrokken organisaties
»zeer belangrijk« of »belangrijk« voor hun bedrijf is. Voor wat het gebruik van een Transport Management System aangaat, liggen die verhoudingen dan weer net omgekeerd. Op het eerste zicht is dat verwonderlijk, maar als men rekening houdt met het feit dat meer dan de helft van de respondenten een expediteur inzet voor zijn wegvervoer, is het dat dan weer niet. Hieruit vloeit voort dat het interessant zou zijn
VERLADERSENQUÊTE • DOSSIER
om de expediteurs en de wegvervoerders te bevragen rond de inzet van TMS-systemen.
Vooruitzichten
Als laatste onderdeel van deze verladers enquête hebben wij gepeild naar de vooruitzichten en verwachtingen van de respondenten. Opvallend hierbij is de vaststelling dat slechts een minderheid van de deelnemers aan de enquête verwachten dat de transportprijzen dit jaar zullen dalen. Bijna de helft verwacht dat ze gelijk zullen blijven en meer dan één derde vermoedt dat ze zullen stijgen. Dit zou erop kunnen wijzen dat de signalen die wijzen op een herstel van de economie, en zelfs de signalen die her en der opduiken dat er capaciteitstekorten beginnen op te treden, ernstig worden genomen. Dat wordt bevestigd door de antwoorden op de vraag of de te vervoeren volumes in het bedrijf van de respondenten tegenover 2009 zullen stijgen, gelijk blijven of dalen. Zij die een daling voorzien, zitten duidelijk in de minderheid.
Tot slot werd er gevraagd wanneer de transportvolumes weer op het niveau van 2008 zullen staan. Dat jaar was immers uitzonderlijk: de economie draaide tot enkele
ladersenquête zou het interessant zijn om...«. Het voorstel dat het vaakst werd geformuleerd is in een volgende enquête het thema »ladingzekering« van naderbij te bekijken. »Daar
»Zij die in 2010 een daling van de transportvolumes voorzien, zijn duidelijk in de minderheid.« weken voor het jaareinde op volle toeren. Sommigen zeggen zelfs dat die overdreven snel draaide. Opmerkelijk is dan ook de vaststelling dat ruim 40% van de respondenten denkt dat de transportvolumes reeds dit jaar terug het niveau van 2008 zullen bereiken. Eens zoveel deelnemers vermoeden dat ze in 2011 of 2012 terug op dat peil zullen staan. De pessimisten zijn duidelijk in de minderheid.
Ladingzekering
worstelen de meeste van ons mee«, zo gaf een respondent mee. De nieuwe wetgeving op de ladingzekering roept vragen op, en het zou zaak zijn om te onderzoeken wat de verladers van hun transporteurs in dit verband verwachten. Dit idee nemen we zeker mee naar onze volgende enquête. www.abcal.be
www.logisticsinwallonia.be
www.otmbe.org
De deelnemers aan de enquête hadden als afsluiter nog de mogelijkheid om te antwoorden op een open vraag: »In een volgende ver-
www.picsbelgium.be www.bevib.be www.vil.be
SNCB Logistics, a high performing international logistics freight group The commercial subsidiaries within the multimodal Group SNCB Logistics offer their customers a large variety of high quality door-to-door logistics solutions by rail, barge and truck. • IFB : container transport and terminal operator • Xpedys : transport of dry bulk and metal industry products • Rail Force : chemicals and automotive logistics solutions Rail Force • Division of IFB Houtdok 25A - B-2030 Antwerp Tel +32 3 270 27 00 - Fax +32 3 272 14 80
[email protected] - www.railforce.be
Xpedys nv/sa Tweestationsstraat 80 Rue des Deux Gares - B-1070 Brussels T +32 2 609 89 00 - F +32 2 609 89 01
[email protected] - www.xpedys.be
SNCB
www.sncblogistics.com
10132
Inter Ferry Boats nv Houtdok 25A - B-2030 Antwerp T +32 (0)3 270 27 00 - F +32 (0)3 226 26 26
[email protected] - www.interferryboats.be
Logistics
IFB_ad lloyd_135x215.indd 1
23/03/10 09:11
MAART 2010
T R A N S P ORT E C HO
25
DOSSIER • VERLADERSENQUÊTE
Best practices voor de selectie van expediteurs De expediteurs kunnen de verladers wel degelijk een helpende hand bieden bij het in toom houden van de vaste kosten, het verbreden van de basis van transportleveranciers en het verplaatsen van de zakelijke risico‘s. Dat komt naar voren uit een rapport van Drewry Supply Chain Advisors. Dit is tevens een handboek voor de selectie van logistieke diensverleners. Marcel Schoeters
H
et zijn de expediteurs die het best geplaatst zijn om risico‘s verbonden aan overcapaciteit in te schatten, zegt het rapport. In crisistijden kan overcapaciteit optreden, zodat de beschikking over vaste capaciteit immers al gauw uitgroeien tot een strategisch nadeel voor de veralder. Ook door de logistieke administratie en de daaraan gelieerde activiteiten uit te besteden aan een een expediteur, kunnen de eenheidskosten worden verlaagd.
aan het omzetten van vaste kosten in variabele. “Er bestaan echter verschillende niveaus op het vlak van uitbesteding. Elk daarvan staat voor verschillende stappen die kunnen leiden tot integratie met een expediteur en/of zelfs de afhankelijkheid van een expediteur”, aldus Damas.
»Expediteurs zijn als tussenpersonen ideaal geplaatst om de prestaties van carriers en andere onderaannemers op te volgen, door gebruik te maken van KPI’s.« Philip Damas, directeur van Drewry Supply Chain Advisors, zegt dat de beslissing om tot uitbesteding over te gaan doorgaans wordt ingegeven door een vergelijking tussen interne en externe kosten en het inschatten van het voordeel verbonden
Philip Damas, directeur van Drewry Supply Chain Advisors.
26
W W W.T R A N S P ORT E C HO. BE
Het Drewry-rapport onderzoekt de best practices voor het selecteren van en het negociëren met expediteurs en focust op kwesties als kosten en contracten, inclusief de risico’s op bankroet die verladers lopen wanneer zij ‘direct carriers‘ of expediteurs inschakelen.
het belang van KPI‘s
Drewry zegt dat expediteurs als tussenpersonen
VERLADERSENQUÊTE • DOSSIER
ideaal geplaatst zijn om de prestaties van carriers en andere onderaannemers op te volgen door gebruik te maken van Key Performance Indicators (KPI’s). In het rapport is daarom een lijst van gangbare KPI’s op dat vlak opgenomen. Het rapport stelt tevens dat om te weten of het voordelen biedt om transport deels (of geheel) uit te besteden aan een expediteur, de verladers eerst moeten bepalen of transport voor hen een kost dan wel een toegevoegde waarde is. Als het inschakelen van een expediteur als een voordeel wordt ingeschat, moet de verlader overgaan tot een robuust proces van tendering en selectie om het allerbeste uit de samenwerking met de expediteurs te halen, zo stelt Drewry nog. Het rapport werd samengesteld door Drewry in samenwerking met verladers en voormalige topmanagers uit de logistieke wereld. Daaruit werden analyses en raadgevingen gedistilleerd over de structuur van de expeditiemarkt, zijn omvang en zijn segmenten; over de waarde van expediteurs voor verla-
ders; over kosten en best practices; en over het zakelijke model van de expediteur. Het rapport geeft ook profielen van 19 grote internationale expeditiegroepen.
wante aangelegenheden op het vlak van expeditie onder de loep. Het is daarom bedoeld als naslagwerk voor bestaande en potentiële gebruikers
»De verlader moet overgaan tot een robuust proces van tendering en selectie om het allerbeste uit de samenwerking met de expediteurs te halen.« Gemeten volgens volume en omzet, heeft Drewry Supply Chain Advisors berekend dat de zee- en luchtvrachtexpeditie in 2008 een waarde van 260 miljard USD vertegenwoordigde en in 2009 van 190 miljard USD. Het rapport zegt ook dat de expediteurs aan marktaandeel winnen, ten nadele van de rederijen en luchtvaartmaatschappijen.
Handboek
Het rapport neemt als eerste in zijn soort de contracten, best practices en aanver-
van expediteurs, waaronder zowel de aankopers van vracht als de hogere managers die belast zijn met de algemen aankoopstrategie. Hoewel het vooral focust op internationale expeditie, verschaft het rapport meer inzicht in de wat wazige afbakening tussen expeditiediensten en contractlogistiek, evenals over de banden daartussen.
www.drewry.co.uk
LANCASTER
International Forwarding & Logistics CUSTOM-MADE FORWARDING ●
Over 30 years of experience in Shipping & Forwarding A dynamic company with a contemporary perception of freight forwarding, specialized in: - West-Africa market - Shipment from all major European ports - Worldwide cross trades - Reefer cargo - Dry and frozen food
Boutersemdreef 26 • B-2240 Zandhoven • Tel: +32(0)3-464 15 13 • Fax: +32(0)3-464 15 17 E-mail:
[email protected] • www.lancaster.be
MAART 2010
T R A N S P ORT E C HO
10112
●
27
DOSSIER • VERLADERSENQUÊTE
Op de drempel van een str Capgemini, Oracle en het Georgia Institute of Technology hebben voor de veertiende keer de markt voor logistieke dienstverlening onder de loep genomen. In de jongste editie van hun 3PL Study werden weer een aantal markante vaststellingen gedaan. Guy Beyens
V
oor het eerst konden 3PLbedrijven en verladers hun onderlinge relatie evalueren. Als sleutelelementen voor een succesvolle verstandhouding worden volgende stelregels aangegeven: openheid, transparantie en een goede communicatie; de mogelijkheid om een persoonlijke band te scheppen op operationeel niveau; flexibiliteit vanwege de 3PL-er om aan de klantenbehoefte te voldoen; en de kunst beheersen om kosten te besparen en de gestelde objectieven qua dienstverlening te realiseren.
Andere perceptie
De studie bracht significante verschillen aan het licht wat betreft de perceptie van de rol die logistieke
hen hebben. Zo vindt amper 50% van de verladende industrie dat 3PLbedrijven met nieuwe en innovatieve oplossingen voor de dag komen om de logistieke effectiviteit te verbeteren. Nochtans vindt 82% van de logistiekbedrijven dat dit wel het geval is. Verder meldt slechts 54% van de verladers een vooruitgang in de dienstverlening van logistiekers, terwijl dat bij de 3PL’ers 71% is.
Economische volatiliteit
Volgens het rapport heeft de economische crisis de sowieso al broze relatie tussen verlader en logistieke dienstverlener extra op de proef gesteld. Door de economische onzekerheid ondervinden verladers in toenemende mate problemen bij het
»Amper 50% van de verladers vindt dat 3PL-bedrijven met nieuwe en innovatieve oplossingen voor de dag komen.« dienstverleners in de supply chain spelen. Terwijl slechts 59% van de verladers vindt dat 3PL-bedrijven een positief effect hebben op de customer service, denkt 88% van de logistiekers dat dit zo is. Bovendien hangen 3PLbedrijven een positiever beeld op van de betrekkingen met de verladers dan omgekeerd, en zijn ze minder alert voor mogelijke problemen. Gezien deze perceptiekloof is het niet verwonderlijk dat logistieke dienstverleners niet voldoen aan de verwachtingen die verladers van
28
W W W.T R A N S P ORT E C HO. BE
omspringen met aspecten als de onvoorspelbare vraag, labiele brandstofkosten en een te groot voorraadoverschot. Om deze onzekerheden te overwinnen, grijpen verladers naar een aantal maatregelen. Zo wordt er op grote schaal in de bedrijfskosten gesnoeid. 82% van de verladers die aan het wereldwijde onderzoek deelnamen, zegt deze tactiek toe te passen. Daarnaast staan het verbeteren van de planning en het voorraadbeheer (77%) voorop. Bovendien geeft bijna 60% aan dat ze
als gevolg van de economische crisis hun bevoorradingsketens en de relatie met logistieke dienstverleners willen herbekijken. Voor veel verladers is de recessie overigens een unieke gelegenheid om de sterke en zwakke punten van hun supply chain te evalueren en om veranderingen aan te brengen, waardoor ze hun veerkracht en reactievermogen kunnen verhogen en kosten kunnen reduceren.
Outsourcing
De ondervraagde verladers in Europa spenderen gemiddeld 66% van hun totale logistieke uitgaven aan outsourcing. In Noord-Amerika is dit gemiddeld 47%. In alle regio’s wordt de komende vijf jaar een lichte stijging van dit percentage verwacht. Uit de voorgaande 3PL-studies is al gebleken dat verladers vooral logistieke activiteiten uitbesteden die eerder handelsgericht, operationeel en repetitief zijn, en minder activiteiten met een strategische, klantgerichte en IT-intensieve inslag. Niettemin suggereren verladers in het jongste onderzoek dat ze in de toekomst ontvankelijker zouden kunnen zijn ten overstaan van het outsourcen van strategische diensten aan 3PL’ers. Daarbij blijkt de recessie de tot dusver ontbrekende prikkel te zijn om deze stap te zetten en logistiekbedrijven te betrekken in het beslissingsproces rond de supply chain. Door ook strategische diensten uit te besteden, verwacht 75% van de respondenten
VERLADERSENQUÊTE • DOSSIER
ategische rol VANUIT VERLADERSTANDPUNT:
uit de verladende industrie nog meer kosten te kunnen besparen.
WIE BEHEERT DE IT-APPLICATIES VAN DE VERLADER?
Tot de strategische beslissingen waarbij verladers in toenemende mate logistieke dienstverleners lijken te willen betrekken, behoren het omzetten van vaste naar variabele kosten (59%), de penetratie op nieuwe markten en het aanbieden van nieuwe producten (56%) en de herstructurering van het bevoorradingsnetwerk om zo de financiële resultaten te verbeteren (48%). Uit een aantal door de onderzoekers gehouden workshops is gebleken dat 3PL-bedrijven de crisis het best zullen kunnen doorstaan als ze assets delen met meerdere klanten, waardoor ze de risico’s kunnen spreiden en de kosten van de supply chain voor de verlader kunnen beperken. Verladers van hun kant moeten volgens de onderzoekers meer creativiteit aan de dag leggen bij het hertekenen voor hun logistieke keten.
Zouden we aan een 3PL-partij uitbesteden indien mogelijk Customer Order Management 5
www.tli-gatech.edu
94 5
Supply Chain Planning 4
91 4
Visibiliteit (orders, verzendingen, bevoorrading, enz)
19
Electronic Data Interchange (EDI) orders, advanced shipment notices, shipment updates, facturatie
79
22
Supply Chain Event Management
13
Supply Chain Network Optimization
13
Internetportalen voor boekingen, order tracking, voorraadbeheer en -facturen
75 14
72 21
60
18 22
35 20
0
59 40
12
19
72
Inkoop transport
12
60
80
100
VANUIT 3PL-STANDPUNT:
WAT BIEDEN LOGISTIEKE DIENSTVERLENERS AAN VERLADERS AAN? Wordt vandaag aangeboden
Verwacht dit in de toekomst aan te bieden
IT-bekwaamheidskloof
Naast de eerder genoemde perceptiekloof tussen verladers en logistieke dienstverleners bestaat er ook een IT-bekwaamheidskloof. Van de ondervraagde verladers stelt 88% dat logistieke diensten gebaseerd op IT belangrijk zijn, maar slechts 42% zegt tevreden te zijn over de IT-bekwaamheid van hun logistieke partner. Verladers hekelen het gebrek aan key performance indicators, waarschuwingen en transparantie, die nodig zijn om hun supply chain aan te passen. Anderzijds verklaren de 3PL’ers dat ze onvoldoende gegevens krijgen van de verladers, die ze beschuldigen van onvoldoende betrokkenheid.
Wordt intern beheerd
Uitbesteed aan een 3PL
De storm doorstaan
Wordt vandaag aangeboden via transactionele/abonnementenbasis Warehouse/Distribution Center Management
9
Transportmanagement (uitvoering)
10
12 3
81
14 4
75
Visibiliteit (orders, verzendingen, bevoorrading, enz)
16
71
11 4
Electronic Data Interchange (EDI) – orders, advanced shipment notices, shipment updates, facturatie
15
71
11 4
Bar coding Customer Order Management
13 18
Internetportalen voor boekingen, order tracking, voorraadbeheer en –facturen Transportmanagement (planning) 0
70 63
12 5 62 10 7
23 16
62 20
11 4
40
60
15 3 80
100
Deze percentages vertegenwoordigen de respondenten die de specifieke applicatie in de toekomst op transactionele/abonnementbasis aan klanten willen aanbieden.
MAART 2010
T R A N S P ORT E C HO
29