AFRIKA
VLAANDEREN INFORMATIEBROCHURE
INHOUDSTAFEL INLEIDING BESTUUR, BEHEER EN EXPLOITATIE De BLOSO-Sportcentra De Vlaamse kustjachthavens en de w a t e ~ h k k e n Nuttige gegevens SPORTBEGELEIDING Situering Financiële tussenkomsten Eigen organisatie SPORTPROMOTIE SectorSport+ SectorL.C.K. Sector Schoolsport ~ector~nitiatie De provinciale BLOSO-Inspectiediensten 1992: HET BLOSO ALS EUROPEES GANGMAKER COLOFON
3 5 5 10 11 12 12 12 16 18 19 21 22 24 25 27 32
BLOSO DE VLAAMSE SPORTADMINISTRATIE
Mara Pol, Veni, vidi, vici, 1986
H e t is niet zo eenvoudig aan een buitenlands publiek uit te leggen hoe de sportbeoefening in Vlaanderen gestructureerd is. De organisatie van de sport is grondig beinvloed door de Belgische StaatSStructuur. Sinds de grondwetsherziening van 1971is de sport namelijk een "gemeenschapsmaterie" geworden. Dat betekent dat het sportbeleid voor Vlaanderen volledig in handen is van de Vlaamse Gemeenschap, van wetgeving tot en met uitvoering. Hetzelfde geldt trouwens voor de Franse en de Duitstalige Gemeenschap, die elk op hun terrein bevoegd zijn. Het feit dat sport een exclusieve gemeenschapsmaterie is, impliceert dat de nationale overheid geen bevoegdheid heeft inzake sport. Er bestaat dus geen "Belgisch" sportbeleid. De Vlaamse, de Franse en de Duitstalige Gemeenschap kunnen volstrekt autonoom hun eigen weg zoeken - en dat doen ze ook - onafhankelijk van mekaar. In Vlaanderen biedt de overheid flink wat logistieke steun aan de sport. Het BLOSO, de Vlaamse sportadministratie, telt zowat 500 Ml-time ambtenaren. Voor een gebied met zowat 5,ï miljoen inwoners is dit vrij uniek naar Westeuropese normen. Deze simatie is de resultante van een groeiproces in een typisch Belgische context. De zoektocht van Vlamingen en Walen naar een concretisering van de eigen identiteit heeft immers een sterke weerslag gehad op de sport. Die ontvoogdingsstrijd heeft, zeker in Vlaanderen, aanleiding gegeven tot twee grote stroomversnellingen in de uitbouw van het sportbeleid. De eerste stroomversnellingmoet gesimeerd worden op het einde van de jaren '60. Ze resulteerde in de creatie van het BLOSO (Besmurvoor Lichamelijke Opleiding, Sport en Openluchtleven) en in de versnelde opbouw van een Vlaams overheidsbeleid voor de sport. De tweede stroomversnelling viel samen met het einde van de jaren '70 en gaf aan de georganiseerde sport in Vlaanderen een sterke impuls via de oprichting van Vlaamse sportbonden en via de opbouw van gemeentelijke sportdiensten. We schrijven nu 1990. In de volgende bijdragen wordt de huidige BLOSO-stmcninr beschreven, met aandacht voor de nieuwigheden van het afgelopen decennium, zoals
de Landelijke Commissie Kadervorming, het Vlaams Bureau voor Topsport of de Stichting Vlaamse Schoolsport. Het BLOSO heeft steeds geprobeerd het sportbeleid te laten inspelen op de nieuwe maatschappelijke tendensen en er een Vlaams karakter aan te geven. Zolang er mensen bestaan zullen sport en recreatie immers blijven evolueren. Elke maatschappelijke verandering heeft vroeg of laat haar invloed op het sportgebeuren. Letten we maar eens op de intrede van de moderne management- en marketingtechnieken in de sport, misschien wel de grootste uitdaging voor devolgende tien jaar, ofop de gevolgen van een verenigd Europa na 1992 en de rol die de sport daarin kan spelen. Het inspelen op deze en andere tendensen in onze veranderende maatschappij, vormt een nieuwe uitdaging voor het BLOSO. De rol van de overheid in verband met de vrije tijd, zal voorwaardenscheppend en aanvullend van aard moeten zijn. Sport is ook een vorm van vrijetijdsbesteding waaraan ovenvegingen van gezondheid en fitheid ten grondslag Ïiggen. De technologische voonlltgang z a immers niet noodzakelijk onze fysieke conditie ten goede komen. Een alerte ingesteldheidis meer dan ooitgeboden: creativiteit en vindingrijkheid zijn een conditio sine qua non voor het toekomstige sportbekid.
FUNCTIONELE STRUCTUUR VAN HET BLOSO
LEIDEND AMBTENAAR DIRECTEUR-GENERAAL
I
I
INSPECTEUR-GENERAAL
I
I
PROVINCIALE INSPECTIEDIENSTEN
DIRECTORAAT GENERAAL
DOCUMENTATIE % INFORMATIE
BEGROTING EiNANCIEN
L
SPORTIECHNISCHE DIENSTEN
SPORTPROMOTIE
PERSONEEL
BEHEER EN EXPLOITATIE
SPORTBEGEIEIDING
1 7rch
, , ,-.b,
ONDERGESCHIKTE
SCHOOLSPORT
INITIATIEVEN FEDERATIES
fl i BEHEER CENTRA
LOGISTIEK CENlU4
ANIMATIE k PROMOTIE BSC BWTENLANDSE SPORWEN
IACHTHAVENS WATERVLAKKEN
EXPLOITATIE ONDERZOEK INVENTARlSATIE
INFRhSTRUCTUUR BEGROTING CENTRA
MOBIELE PLOEG
'--r7 FINANCIEN
BESTUUR, BEHEER EN EXPLOITATIE D i t bestuur heeft als opdracht het beheer en de exploitatievan de BLOSO-sportcentra, de kusjachthavens en de watervlakken die aan de Vlaamse Gemeenschap toebehoren. Als belangrijkste werkterrein van het bestuur, bieden de sportcentra de mogelijkheid het BLOSO "Sport-voor-Allenn-beleidconcrete gestalte te geven. Dit beleid heeft als basisdoelstellighet strevennaar eenzo ruim mogelijk sportaanbod, gaande van recreatiesport over competitiesport naar topsport, waarin iedereen op elk ogenblik van zijn leven zijn keuze kan maken. De BLOSOsportcentra bieden daartoe doelbewust een veelheid aan structuren, accommodaties, programma's en formules.Dit aanbod wordt verder kort geschetst. Eerst wordt echter ingegaan op de beschikbare infrastructuur.
het B.S.C. Waregem alom gekend als één van de locaties voor de jaarlijkse Internationale Military. Toch zijn er nog tal van andere BLOSO-sportcentra, elk met een eigen karakter en met sportmogelijkheden naar believen, zowel voor kinderen als voor volwassenen, zowel voor gezinnen als voor vriendengroepen, verenigingen, sportclubs, scholen etc.
DE BLOSO-SPORTCENTRA A. INFRASTRUCTUUR Naast de werking van een dertigtal binnenlandse centra, staat het BLOSO in voor het beheer en de exploitatie van het recreatiedomein te Hofstade en van twee buitenlandse sportcentra. De binnenlandse sportcentra kunnen ingedeeld worden in vier categorieën: de polyvalente centra, de watersportcentra, de ruitersportcentra en de ijsschaatscentra. Elke categorie biedt specifiekemogelijkheden en heeft daarom een eigen gespecialiseerde werking. Vele Vlaamse sporters kennen uit eigen ervaring wel een BLOSO-sportcentrum in hun buurt. De andere centra-komen bij het mimere publiek meestal in de kijker door de organisatie van grote wedstrijden. Dit was bijvoorbeeld het geval voor Hazewinkel, waar in '85 de Wereldkamoioenschaooen .* Koeien en Kano-kajak plaatsvonden. Voor deze gelegenheid waren zowat 400 journalisten uit alle windstreken naar Vlaanderen gekomen om er vast te stellen dat Hazewinkel inderdaad een volwaardig inrcrnationaal BLOSO-sportcentrum is. I n 1990 ontving het B.S.C. (RLOSO-Sportcenrmmj Bmeee 2000 deelnemers uit 30 landen tiidens de Wereldgymnasiade van de Internationale Schoolsportfederatie. Verder is ook
--
,,
.
., :
,
r
.,. ,
-..:.~. .. .,
.
.' . ? 9 '-
. -.
.. ~ . , 4 ?;&S,
a.
*,, -:,
Polyvalente centra Deze centra worden gekenmerkt door een zeer ruim sportaanbod. Men kan er terecht voor o.m. tennis, powertraining, atletiek, petanque,voetbal, tafeltennis, karate, schermen, dansgymnastiek, judo, volleybal, gymnastiek, karabijnschieten,fit-o-meter, volkssporten, rolschaatsen, handboogschieten en squash. Haast steeds beschikken ze over zowel binnen- als buitensportaccomodatie. Men vindt er meestal ook verblijfsmogelijkheid en een restaurant. Traditionele voorzieningen, zoals sporthallen en buitensportterreinen, zijn volgens de specifieke behoeften aangevuld met klaslokalen, powertrainingszalen, ontspanningsruimten, sauna's, studio's (dans),fitnessparcours, enz... Polyvalente centra zijjn gesitueerd in Blankenberge, Brugge (J. Saelens), Brasschaat (l'eerdsbos), Dilbeek, Gent, Hasselt, Herentals, Nieuwpoort (Wittebrug), Oordegem-Lede en Oostende (Hermes).
Watersportcentrum "De Gavers", Harelbeke
Watersportcentra Ze bevinden zich per definitie in de buurt van een watervlak of een kanaal of aan de kust. Verschillende van deze centra beschikken eveneens over verblijfsmogelijkheden. Hier is er ruimte voor zeilen, windsurfing, roeien, kano, kajak, waterski en ondenvaterzwemmen. Zowel beginnelingen als gevorderden komen er aan hun trekken. Dit bewijst een zeilcentrum als Nieuwpoort, met een cursusaanbod gaande van "optimist lste graad" tot en met een cursus moderne navigatiemiddelen en oceaanvaart. Zo bieden ook de watersportcentra Brasschaat (3210-plas), Harelbeke (Gavermeer), Hombeek, Oostende (Spuikom), Sint-JanIn-Eremo (Boerekreek), Sint-Niklaas, Willebroek (Hazewinkel), Bmgge (Sint-Pietersplas), Rotselaar en de BTR-Dudzele ruime mogelijkheden.
, . .. . . Ruitersportcentra Deze centra (Genk, Sint-Ulriks-Kapelle, Waregem en Woumen) voorzien nachtverblijven en bieden een grote waaier aan ruitersportactiviteiten, zowel in overdekte als in openluchunaneges, toegankelijk voor de kleinsten (ponyrijden) en voor de groteren. Zowel initiatie ais dressuur, springen en military staan op het programma. : ~;,.?.
..j.
Naast de hierbovengenoemde centra worden er ook centra ingehuurd zoals 'De Drie Vijvers' te De Panne, 'Dikkebusvijver' te Ieper, Vleteren en Wervik. Het zijn geen eigenlijke BLOSO-centra, maar tijdens de vakanties worden ze wel medebeheerd door het BLOSO, in functie van de sportkampen.
iJsschaatscentra Het B.S.C. Hasselt en het B.S.C. Herentais beschikken, naast andere infrastructuur ook over een ijsbaan. Het B.S.C. Liedekerke is dan weer een specifiek ijsschaatscentrum; het heeft een overdekte ijsbaan met olympische afmetingen. De buitenlandse sportcentra - B.S.C. Obenauern in Oostenrijk: zowel in de winter (skiën en langlauf) als in de zomer (bergwandelen en bergbeklimming)openge.. i i-?G<. ,-. .. . . steld voor het publiek. . .:,g*+...i B.S.C. Menaggio in Italië: dit groot omni'r.. .$,r ,. >s:+. watersportcentrumisgelegenaanhetComo* ,.,c. z.::^, i+. .:'&$$' meer en biedt mogelijkheid tot windsurfen .. ,a; -.*u>.. zeilen, kajak en waterski. : , $:.: :.y:. .'s!!.:.. . .i.:.,.F-,d,T ,. . ... -,
'.
,:
,
, 'i
;
>'.,.Y.
,
.
~,
.-. ~. < i . ,l
.-,.,
~
.
-, ,
. .
, ,, "
.
~ . ... . . .:.. , ., . .'. ;
, .
.
.
.-..
.
i:. ,'&.,..
:..:.,*:d
B. SPORTAANBOD De hierboven genoemde centra staan met hun diverse mogelijkheden open voor een ruim publiek onder verschillende formules, waarvan BLOSO-sportkampen wellicht de meest gekende zijn. Sportkampen en sportiessen In de sectoren recreatiesport en competitiesport worden in de verschillende centra, naargelang de voorziene infrastrucruur, vakantiesportkampen en sportlessen georganiseerd. Een BLOSO-sportkamp is een vakantiesportverblijf in internaat, waarbij de deelnemers de mogelijkheid krijgen tot een eerste kennismaking en vervolmaking in één ofmeerdere sporttakken. De BLOSOsportcentra registreerden in 1988 circa 15.000 inschrijvingen voor sportkampen. De BLOSO-sportlessen worden in halfinternaat of externaat georganiseerd. In 1988 namen ruim 7000 geïnteresseerden eraan deel. Specifiek voor recreatieve sportbeoefening openen de BLOSO-céntra hun deuren voor gezinnen. Gezinssportkampen richten zich tot diegenen die in gezinsverband op een ontspannende en recreatieve manier aan sport wensen te doen. Ook combinatiesportkampen (twee of meer sporten samen) en sportweekends worden in diverse centra georganiseerd. De BLOSO-sportcentra en de schoolsport De BLOSO-sportcentra zijn ook inzake de schoolsport op verschillende terreinen actief. De Stichting Vlaamse Schoolsport, een koepelorgaan dat ijvert voor een goed gestructureerd en georganiseerd schoolsportbeleid, zorgt samen met het BLOSO voor sportklassen en schoolsportkampen. Sportklassen zijn bedoeld voor het basisonderwijs en bieden naast het gewone lesprogramma twee uur sport per dag. De middelbare scholen kunnen terecht in de schoolsportkampen met 4 uur sport per dag. Zowel omnisport, watersport als ruitersport behoren tot de mogelijkheden. Vrijwel elk BLOSO-sportcentrum steltzijndeurenopen voor een groeiend aantal deelnemende scholen en scholieren. In 1988 noteerde men 312 scholen en 13.503 deelnemers. Ook
voor kortere perioden kunnen de scholen in de ~ ~ 0 ~ 0 ~ s ~ o r t cterecht. e n t r aIn 1988 maakten 34.293 scholieren uit 353 scholen van de schoolsportdagen een succes-item. Dit is een verdrievoudiging t.o.v. 1987. Het schoolroeien telde 4.236 deelnemers uit 77 scholen. Biijf-Fit-Verblijven Voor groepen senioren vanaf 55 jaarworden in de BLOSO-sportcentra te Brugge, Blankenberge en Dudzele Blijf-Fit-Verblijven georganiseerd. Op het programma van deze vierdaagse verblijven staan, naast bewegingsrecreatie, ook culturele activiteiten. L.C.K.-cursussen Ook een aantal van de elders beschreven L.C.K-cursussen vindt in de BLOSO-centra een onderkomen. Dit geldt zowel voor de sportpedagogische opleidingen als voor de sportmanagementopleidingen.
Sportclubs en individuele sporters Leden van sportclubs en individuele sportbeoefenaars kunnen tegen zeer redelijke gebruikstarieven eveneens gebmik maken van de BLOSO-infrastructuur.In 1988 onthaalde het BLOSO-centrum Bmgge op die manier 94.682 sportbeoefenaars (man-uren). Topsport Naast de recreatieve sportbeoefenaars, die terecht kunnen in de BLOSO-sportkampen edofBLOS0-lessenkunnenvolgen, hebben beloftevollejongeren en topatleten behoefte aan een professionele topsportbegeleiding. Het BLOSO bouwt een topsportbeleid uit waarbij op alle niveaus deskundige begeleiding en allerlei faciliteiten kunnen worden geboden. Vier BLOSO-centra bieden de mogelijkheid dit topsportbeleid te helpen realiseren. Deze bevinden zich te Hazewinkel-Willebroek, Herentals, Nieuwpoort en Waregem. In deze centra wordt het accent prioritair - maar niet exclusief - op de topsport gelegd. Daarnaast kunnen de topsporters ook steeds in de andere centra terecht voor trainingsstages, conditietraining, sauna enz... Internationale werking De BLOSO-sportcentra promoten hun faciliteiten en hun specifiek aanbod ook m het buitenland, via culturele akkoorden en internationale betrekkingen. In dit verband werden onlangs de 'Europese Sportkampen' gelanceerd, een initiatiefwaarmee het BLOSO zich reeds volop in de Europese context van na '1992' situeert.
C. MANAGEMENT VAN DE
CENTRA Vanzelfsprekend vereist dit uitgebreide sportaanbod een eficïent management. Om dit te illustreren, volgen hierna enkele concrete cijfers. Alle centra samen telden in 1988 ongeveer 142.000 overnachtingen en 400.000 maaltijden die in eigen keukens werden bereid. Organisatorischvergt dit een efficiënt personeelsbeleid: naast het keukenpersoneel is er immers ook mankracht nodig
voor onthaal, toezicht, schoonmaak, onderhoud, enz. Tijdens de piekperiodes werft het centrum bijkomend seizoenpersoneel aan. Als centrale spil van het centrum heeft de beheerder ook de leiding over een administratief team dat zorgt voor inschrijvingen, aankopen, boekhouding, enz. Een ander voorbeeld van centrumorganisatie betreft het onderhoud van het watersporunateriaal. De BLOSO-watersportcentra beschikken samen over circa 500 zeilboten, 300 wind-
.. :.
, .
. .,
,
.
,: .. .
i
, .
: ,
~
.
$urfplanken,400 roeiboten,kano'sen kajaks, '-120 veiligheidsboten en 150 motoren. Dit materiaal wordt haast integraal in eigen beheer door bekwame vaklui onderhouden. Budgetair veronderstelt het management van de BLOSO-sportcentraeenvoortdurend in evenwicht houden van de financiële middelen enerzijds en een maximale service aan het cliënteel anderzijds. Deze aanpak behelst onder meer het globaliseren van bepaalde aankopen, het verhogen van het aanbod door geleide investeringen, het verminderen van de uitbatingskosten, de rationalisatie van het beheer door o.m. computertechnieken, een optimale tewerkstelling van het personeel.
w
DE VLAAMSE KUSTJACHTHAVENS EN DE WATERVLAKKEN
kl.::, t:
. .
6:' :,:,.
~
,..
f,q,.
.: p:. t.-:.
(6: ,. ~' ,:I . '
De kustjachthavens De overdracht van de kustjachthavens naar het Ministerievan de Vlaamse Gemeenschap werd gerealiseerd bij Koninklijk Besluit van 12 augustus 1981. Deze jachthavens zijn: - de Nows Portus te Nieuwpoort - de jachthaven Krommehoek te Nieuwpoort - de oude en nieuwe jachthaven te Blankenberge - de RYCO-jachthaven en het Montgo ... merydok te Oostende - de jachthaven te Zeebrugge De bevoegdheid van het BLOSO omvat het beheer en de exploitatie van de jachthavens. Om dit te realiseren werd een dispatching- en onthaalcentrum uitgebouwd te Nieuwpoort in de Novus-Portus. Het BLOSO beschikt hiermee over een instrument om duizenden watersporters op te vangen en om de watersport aan de kust te coördineren.
S..
.. ~... .
.,
De watervlakken Het eigendom en het beheer van een aantal zandwinningsputten werden door de Centralestaat aan deVlaamse gemeenschap overgedragen bij Koninklijk Besluit van 29 juli 1983.
Het BLOSO werd aangewezen als pilootbestuurvoor het beheer en de exploitatie van volgende watervlakken: - Bmgge (Sint-Pietersplas) - Rotselaar (Ter Heide) :t. - Mechelen-Hombeek (Egleghemvijver) - Mechelen-Walem (Battenbroek) - Lille . - Lille-Gierle (Lilse Bergen) -,..i , . : - Turnhout ',. . I .' - Houthalen-Helchteren Binnen de grenzen van het beschikbare budget, wordt gepoogd deze watervlakken op middellange termijn tot ontplooiing te brengen en een degelijke recreatieve en sportieve bestemming te geven.
"
NUTTIGE GEGEVENS Hierna vindt de lezer nog een schematisch overzicht van alle vermelde BLOSO-centra, met alle adressen, telefoonnummers, en de overnachtings- en sportmogelijkheden. De
beheerdersvan deze centrazijn steeds bereid om, samen met de geïnteres:eerden die een beroep op hen wensen te doen, oplossingen te zoeken voor de organisatie van stages, kampen, sportklassen en sportweekends.
SPORTBEGELEIDING SITUERING De dienst sportbegeleiding ressorteert, samen met sportpr,omotieonder de afdeling sporttechnische diensten van het BLOSO. In samenwerkingmet alle geledingen van de sportwereld, trachten deze, diensten de sportbeoefening te stimuleren via het toekennen van toelagen (sportbegeleiding) of via het organiseren van promotieactiviteiten (sportpromotie). Waar het BLOSO in de jaren'70 en'80 vooral via eigen activiteiten de sportbeoefeningin Vlaanderen in een stroomversnelling kon brengen, breekt numeer enmeer het tijdperk aan van de ondersteuning van externe initiatieven. Alleen waar het privé-initiatief in gebreke blijft, zal het BLOSO nog een organiserende rol spelen. De dienst sportbegeleiding concentreert zich op de financieel ondersteunende functie. Zo gingin 1988 45,43%van het BLOSOjaarbudget naar deze dienst. Gezien de sport
-
als beleidsmaterie exclusief behoort tot de bevoegdheid van de Gemeenschappen, dienen deze gelden uitsluitend besteed te worden aan gebruikers die tot de Vlaamse Gemeenschap behoren. Tevens dienen alle componenten van de Sport-voor-Allen-visie (recreatie-,competitie- en topsport) aan bod te komen.
FINANCIELE TUSSENKOMSTEN Om een duidelijk beeld te krijgen van de diverse financiële tussenkomsten, worden hierna in het kort de verschillende vormen van financiële ondersteuning geschetst die via de dienst sportbegeleiding kunnen verkregen worden. In tabel 1 wordt een algemeen overzicht gegeven van de tussenkomsten volgens gebmiker enerzijds en volgens onderwerp anderzijds.
Tabel l
WT: Werkingsroclagcn PT: Propagandaroelagen VT: Voorbereiding Topatieren IW: Intcrnaionalc Wedstrijden FO: Fcdcralc Organisaties X
CM: Clubmanifcstatics BA: Bijzondere Activiteiten TSS: Topsporrscholcn PSPK: Private Sportkampen SPM: Spomateriaal
SPF: Sportfunctionarirscn SPI: Sportinfrastructuur WB: Eigen W~rkingsbud~et
De topsponcr geniet rcchtstrccks ofonrcchtstrccks van alle ropsporttoclrgen aan fcdcratic/topspottschool.
Als gevolg van de culturele autonomie, waaronder de sport als beleidsmaterie ressorteert, werd in 1976 een groot aantal van de Belgische sportbonden gesplitst in een Vlaamse en Franstalige vleugel. In het decreet van 2 maart 1977 werd de erkenning en subsidiëring van de landelijk georganiseerde sportverenigingen geregeld. Zo moeten de sportverenigingen aan een aantal algemene en bijzondere voorwaarden voldoen; het decreet voorziet dat de aldus erkende sportverenigingen een toelage ontvangen bestaande uit een basistoelage (forfait/aantal leden), een personeelstoelage (salarissen) en een toelage voor werkingskosten (secretariaat, tijdschrift, drukwerk, verzekeringen, ...). De omvang van deze toelage is afhankelijk van de grootte van de sportvereniging. B. PROPAGANDATOELAGEN Steunend op het KB van 28 april 1965 kunnen toelagen toegekend worden voor activiteiten die de propaganda ten gunstevan de lichamelijke opvoeding en de sport dienen. Deze brede waaier van toelagen kan in drie hoofdgroepen onderverdeeld worden: de toelagen voor clubmanifestaues, voor bijzondere activiteiten en voor topsponactiviteiten. Deze laatste groep zal in een afzonderlijke rubriek aan bod komen. Toelagen voor dubmanifestaties Deze toelagen worden toegekend voor participatie van een club aan belangrijke buitenlandse wedstrijden en voor de organisatie van grote clubmanifestaties in het nederlandstalige gebied of het Brussels hoofdstedelijk gebied. De clubs dienen hiertoe een aanvraag in via de landelijk georganiseerde sportvereniging waarbij ze aangesloten zijn. Na advies van de betrokken sportvereniging kent het BLOSO een toelage toe en handelt het dossier rechtstreeks met de club af. Toelagen voor bijzondere activiteiten Socio-culturele organismen en allerhande sportorganisaties kunnen voor bijzondere activiteiten, congressen, publicaties van didactische werken en speciale manifestaties
toelagen aanvragen die op basis van een ingediende begroting forfaitair of procennieel in functie van het deficit toegekend worden. C. TOELAGEN VOOR DE ORGANISATIE VAN PRIVATE SPORTKAMPEN
Erkende, landelijk georganiseerde sportverenigingen en topsportscholen kunnen erkend worden voor het organiseren van sportkampen. De volgende activiteiten kunnen gesubsidieerd worden: - Initiatiekanipen Minimum 15 kampen per jaar met maximum 5 disciplinesper kamp en een totale bezetting van minimum 750 deelnemers. Voor andervalidenkampen bedraagt dit minimum 5 kampen met 100deelnemers. - Competitiekampen De kampen dienen in internaatverband plaats te vinden met een duur van minimum 5 opeenvolgende dagen en 4u specifieke sportactiviteit per dag, onder leiding van bevoegde sportlesgevers. In 1988 werden 27 organisatoren erkend en 340 sportkampen gesubsidieerd.
D. TOELAGEN VOOR AANKOOP SPORTMATERIAAL. Topsportscholen, sportclubs (via hun federatie), gemeentebesturen, omnisportverenigingen e.a. kunnen betoelaagd worden voor de aankoop van sporunateriaal. De tegemoetkoming bedraagt maximum 50% van de kostprijs metinachttlamevandevoorziene maxima en een minimum kostprijs van 10.000 B.F. In 1988 werd bijna 9 miljoen B.F. besteed, waarvan 78% voor sportclubs en openbare besmren.
E. WEDDETOELAGEN AAN SPORTFUNCTIONARISSEN
het inwonersaantal) die de animatie en de sportpromotie in de gemeente bevorderen.
Bij decreet van 07.12.1976kunnen gemeentenerkendwordenalsgemeentelijksportcentrum.Eenerkendgemeente1ijksportcentrum kan weddetoelagen bekomen voor één, twee of drie sportfunctionarissen (afhankelijk van
In tabel 2 zien we een duidelijke toename tussen '80 en '88 in de totale subsidiëring, in het aantal erkende en gesubsidieerde gemeenten, en het aantal betoelaagde sportfunctionarissen.
Tabel 2 Tot& toclage
Aantal crkcnde
gemccntcn
Aantal bcroclaagdc gcrnccntcn
Aantal betoclaagdc sporrhincuonarissen
1980
16.796.950
52
32
37
1988
51.000.000
113
101
136
P. TOELAGEN VOOR INPRASTRUCTUURWERKEN Provincies, gemeenten, agglomeraties, verenigingen van Gemeenten en de Vlaamse Gemeenschapscommissie voor de cultuur van de Brusselse Agglomeraties kunnen op basis van KB 22.02.1974 toelagen verkrijgen voor het uitvoeren van sportinfrastructunrwerken. Het betreft hier: - nieuwbouw - energiebesparende werken - aanpassingswerken - aankoop van bestaande sportinfrastructuur Het subsidiebedrag wordt normaal vastgesteld op 60%van het totale bedrag van de betoelaagde uitgaven. In 1988 werd 17,52% van het totale BLOSO-budget (220 miljoen B.F.) besteed aan deze uitgavenpost, opdat Tabel 3
alle lagenvan de bevolking en alle regio's van Vlaanderen de kans zouden krijgen sport te beoefenen in hun eigen omgeving. In 1985 werd tevens een decreet gestemd betreffende de subsidiëring van particuliere sportinfrastructuur. De Vlaamse Regering heeft echter nog geen uitvoeringsbesluiten voor dit decreet uitgevaardigd, zodat voorlopig alleen de hiervoor vermelde regeling voor openbare besturen van toepassing blijft.
G. TOELAGEN VOOR TOPSPORT Reeds langwerden aan de federaties toelagen toegekend voor de voorbereiding van en de deelname aan wedstrijden van hun sportieve elite. Sinds de oprichting van het Vlaams Bureau Topsport (V.B.T.) in 1985, geraakte deze sector in een stroomversnelling. Stilaan werd
topsport binnen het BLOSO beschouwd als een volwaardige component van de Sport-voor-Allen-pyramide. Terecht ... vermits de topsporters het algemeen belang dienen via hun ambassadeursfunctie in het buitenland en omdat hun voorbeeld de algemene sportbeoefening mee helpt bevorderen. In 1988 werd meer dan 56 miljoen B.F. besteed aan de in deze rubriek aangehaalde topsporttoelagen. Samen met de toelagen aan private sportkampen, sporunateriaal aan federaties en topsportscholen en het Vlaams Bureau Topsport wordt in het totaal 5,595 van het BLOSO-budget gebruikt voor topsportaspecten. Dit bedrag staat, ondanks de inspanningen, nog steeds in schril contrast met de reële noden van de topsportsector. Toelage voorbereiding topatleten (VT) en topsportscholen (TSS) Voor de voorbereiding van topsporters en beloftevollejongeren op internationale wedstrijden kan een beroep gedaan worden op: - toelage voorbereiding topatleten: voor de landelijke sportverenigingen zonder topsportschool; - toelage topsportschool: voor de landelijke verenigingen met topsportschool. Hienroor dienen de landelijke sportverenigingen of topsportscholen voor 1november hun programma in voor het volgend jaar, samen met een begroting. In tabel 3 wordt de evolutie van VT en TSS tussen '80 en '88 weergegeven. Hieruit biijktduidelijkdathetBLOS0,viade oprichting van topsportscholen, getracht heeft een nieuwe organisatorische en financiële impuls te geven aan de topsport in Vlaanderen. Geïnteresseerde en competente verantwoordelijken werden in één suuctuur verzameld om de begeleiding van de topsporters te verzorgen op verschillende vlakken (medisch, sociaal, technisch...). Tevens werd de financiële organisatie (boekhouding) van deze topsportscholen opgevolgd en vastgelegd opdat de gelden op verantwoorde wijze ten gunste van de topsporters zonden besteed worden. Op dit moment worden er 18 topsportscholen erkendinverschillende sporttakken.
Toelage deelname internationale wedstrijden (IW) Het ligt voor de hand dat de topsporters zich voorbereiden op participatie aan internationale wedstrijden. Er moet dus een duidelijk verband bestaan tussen beide programma's. Bovendien dringt zich eenweloverwogen selectie van het internationale aanbod op, gezien de beperkte toelage, de hoge kostprijs en het sportief niveau van de topsporters. Het programma dient eveneens voor 1november ingediend te worden door de landelijke sportvereniging. Topsportscholen die niet onder een welbepaalde federatie ressorteren, kunnen ook betoelaagd worden voor internationale wedstrijden. Bij de betoelaging wordt voorrang gegeven aan deelnemers aan WK's, EK's en Olympische Spelen.
Toelage topatleten voor individuele voorbereiding Jaarlijks stellen de federaties/topsportscholen een lijst op van hun topsporters en beloftevoiie jongeren. Sommige van deze topsporters kunnen op basis van hun internationale prestaties een persoonlijke toelage ontvangen, uitbetaald via de federatie of topsportschool. Toelage voor federale organisaties , Internationale manifestaties, georganiseerd door de erkende landelijke sportverenigingen in Vlaanderen en in het Bmsseis hoofdstedelijk gebied komen hiervoor in aanmerking. Manifestaties in het Brussels hoofdstedelijk gebied, georganiseerd door de beide liga's, kunnen door beide administraties (Bloso-Adeps) gesubsidieerd worden. Bij de betoelaging wordt ook rekening gehouden met de reeds genoten werkingstoelagen. Raveel Roger, Woddcup football, 1982 H. TOELAGEN SCHOOLSPORT In 1984 werd de sport opgericht (zie bijdrage over de dienst sportpromotie). Dit koepelorgaan ijvert voor een goed gestructureerd en georganiseerd schoolsportbeleid, terwijl eike schoolsportfederatie haar eigenheid kan behouden. Voor de verwezenlijking van deze doelstelling geniet de stichting van een toelage.
I. TOELAGEN AAN ANDERE SPORTORGANISATIES E N INSTANTIES Naast de hogervernoemde hoofdcategorieen van betoelaging, kent de dienst sportbegeleiding eveneens subsidies toe aan enkele sportorganisaties en instanties waarop het decreet van de erkende landelijk geerganiseerde sportverenigingen niet van toepassing is, nl. : bonden van vormingswerk - werkingsbudget denksportbonden :
BOIC*: - voorbereiding en deelname van Vlaamse topsporters en begeleiders aan Olympische Spelen, Wereldspelen en Universiades "Geweld in d e Sport'>: - ondersteuning van promotieacties tegen geweld. UIA-spoahaiíFlanders Expo-ruimte: - BLOSO financiert (UIA)ofhuurt (Flanders Expo) mede bepaalde ruimtes af voor sportieve doeleinden.
EIGEN ORGANISATIE HET VLAAMS BUREAU TOPSPORT Het Vlaams Bureau Topsport stelt zich tot doel tegemoet te komen aan de individuele noden van de topatleet door enerzijds aan atleten een opttmale uainingssitualle te verschaffen en anderzijds de maatschappelijke risico's, die verbonden zijn aan het beoefencn van topsport, zoveel mogelijk te beperken. Het beoefenen van topsport, in
* Belgisch Olympisch Interfederaal Comité.
I
SPORTBEGELEIDING
I EIGEN ORGANISATIE
(inatinirioncci)
n
VLAAMS BUREAU TOPSPORT
WERKINGSTOELAGEN
PROPAGANDATOELAGEN
MEDISCHE UNIT
TOPSPORTCENTRA
PRIVATE SPORTKAMPEN
SOCIALE UNIT
BELOFTEVOLLE JONGEREN
TECHNISCHE UNIT
JURIDISCHE UNIT
t SPORTFUNCTIONARISSEN
ti SPORTINFRASTRUCTUUR
V.B.T. SECRETARIAAT
TOELAGEN AAN ANDERE SPORTORGANISATIES
teamverband of individueel, heeft voor elke atleet een verstrekkende invloed op zijn leven. Als enkeling het hoge prestatieniveau van de huidige topsport bereiken en vooral het te behouden, vraagt enorme inspanningen van de atleet. Deze inspanningen gaan ten koste van zijn normale activiteiten binnen de maatschappij. Een goede begeleiding van de topatleet en de beloftevolle jongere vereist dan ook de nodige aandacht. Binnen de Vlaamse Gemeenschap is het VBT de enige instantie die deze begeleiding tracht te behartigen. Hienroor beschikt zij over een eigen werkingsbudget om de begeleiding op
medisch, sociaal, technisch en infrastructureel gebied te verzorgen, in samenwerking met federaties, topsportscholen en topsporters. Vier jaar werking heeft uitgewezen dat een reële nood bestaat aan nog hechtere samenwerking om topsporters in Vlaanderen,te vormen. Vlaanderen beschikt ongetwijfeld over eenzelfde potentieel aan topsporters en trainers als de andere Europese landen. Om dit talent te kunnen laten renderen, is een maximale bundeling van alle inspanningen onontbeerlijk.
-
SPORTPROMOTIE
-'0"
@*aU Sc
Het beeld van de minderheidsgroep van geprivilegieerde sportbeoefenaars heeft plaats gemaakt voor de realiteit van een heterogene bevolkingslaag die in de sportbeoefening een bron van actieve ontspanning heeft ontdekt. "Sportpromotie" betekent voor BLOSO dan ook: Sport-voor-Allen-promotie. Uit deze filosofie is de term Sport+ (zeg plus) geboren en de sector Sport+ ontsproten.Naast desectorsport+ maken, anno 1990, de sectoren kadervorming, schoolsport, initiatie en de provinciale inspectiediensten deel uit van de dienst sportpromotie.
Sportpromotie betekent voor BLOSO: mensen via sport tot een waardevolle lifetime-besteding aanzetten. Het begrip "Sportpromotie" is indeloopvan de voorbije twee decennia ingrijpend veranderd. Dat is ook niet verwonderlijk vermits sportpromotie dankeiijk is van de diverse samenlevings- en marktontwikkelingen. Vanuit een sportbeleid dat zich haast uitsluitend beperkte tot één of andere subsidiëringspolitiek, heeft zo stilaan een dynamische en promotionele beleidsvoering gestalte gekregen. De dienst sportpromotie heeft gaandeweg een veel breder werkingsspectrum gekregen.
" ROOS.:
R<~*o~o.~B"~,
- Sportlessen
INITIATIE
-
SPORT +
-
Sportkampen Sportklassen Blijf-fit-verblijven
-
Landelijke promotiecampagnes Dcelacties Hulpve~lencnde initiaticven
- -
** G B P O S . : ~ m a m d y k r n ~ d 0 d - y
s~ho0~&aticatic "* N.SV.0.: NstiaMd Spmdondvanhrt
v* o*<,.
-
.
- Stichting Vlaamse -.
-
X
L.C.K.
I I
.
RO,O,SX
-
L.C.K. koepel Denkceiien Technisch adviseur
@'--m4 "-e
P
j
Uitvoaanfl
Een sportbevorderingsbeleid dat op het actie- en participatieterrein afgestemde promotiecampagnes voert, vergt een actief communicatiebeleid. Het gebruik maken van eigentijdse reclametechnieken is dan ook één van de hoofdopdrachten van de sector sport+. De cijfers van de communicatiestrategiezijn een goede produktreclame via algemene sensibilisering, goed uitgebouwde doorstromingskanalen en passende evaluatieinstrumenten. In de promotievoering wordt steeds geprobeerd het beeld dat men zich tot nog toe van sport vormde, voor de sportende mens als meer overtuigend en aantrekkelijk te laten overkomen. Via de deskundige inbreng van een publiciteitsfirma die op basis van marketing en efficiënte adviezen een strategie uitwerkt, wordt publicitair materiaal aangemaakt met een dubbele functie: sensibilisering en informatie. Via de geëigende kanalen, met name de provinciale inspec(zie verder) wordt de boodschap
In deze fase wordt de actie mediakundig aan de man gebracht. De provinciale en/of landelijke bekendmaking wordt via affichage, mediaplanning, advertenties en een persconferentie gelanceerd. Indirecte reklametechnieken zoals opdrukaffiches, stickers, folders, brochures en audiovisuele middelen ondersteunen de deelacties. Zowel de directe als de indirecte publiciteitsitems hebben naast hun sensibiliserende waarde ook een informerende impact.
Baugniet Marcel-Louis, De tennisspeler, 1926
e
.+P*.
Aigemene sensibilisering De algemene sensibilisering binnen de communicatiestrategie verloopt in twee fasen: de conceptiefaseendeuitvoeringsfase.
Conceptie In deze fase wordt de actie in functie van de markttendensen en de maatschappelijke ontwikkelingen enerzijds en een behoeftenonderzoek anderzijds geconcipieerd. De actie wordt beleidsmatig door een Sport+-werkgroep besproken en uitgewerkt en tijdens inspectievergaderingengetoetst aan de praktijk. Nadat de actie door de bevoegde Gemeenschapsminister is goedgekeurd, wordt een algemeen thema uitwerkt. In functie van de marketingobjectieven en het voorziene budget wordt het thema van de actie door een publiciteitsfirma nader onderzocht.
B. WERKINGSTERREIN SPORT+, ANNO 1990 1. LANDELIJKE EN PROVINCIALE CAMPAGNES
Sport-is-tof-actie (1986-1990): een op maat gesneden actie over heel Vlaanderen waarbij sportbeoefening in de gemeente extra in de kiiker wordt eesteld.
"Brabant Sportief': extra-impulsen (via materiële en logistieke steun) op het provinciaal niveau op het vlak van sportbedrijvigheid [gemeentelijke en federale sportdagen - regionale acties schoolsportactie] en sportstnicmen [provinciale sportraad - infrastructuur - planning].
Wandel-Mee-dag : elk jaar wordt op 11 november in alle gemeenten in Vlaanderen gewandeld, in samenwerking met de bestaande wandelclubs, de gemeentelijke sportraden en de sportdiensten.
2. DEELACTIES
Sport+-Kiassiekers : intensieve steunverlening aan initiatieven die als typische massasport-activiteiten kunnen beschouwd worden, die in overeensremming zijn met het beleid ter zake en die een ruime weerklank genieten bij de recreatieve sportbeoefenaar: - "De Gordel": wandel-, fiets- en joggingklassieker in de Vlaamse randgemeenten rond Brussel - Sint-Genesius-Rode - De Superprestige der Recreathlons: 16 Limburgse gemeenten.
Speerpuntacties : naast de formule van Sport-+- Klassieker wordt een aantal lokale massasport-activiteiten met regionale weerklank ondersteund voor een periode van twee jaar. Pollow-up-acties : acties die indertijd door het BLOSO in het kader van de Sport-voor-Men-campagne werden gelanceerd en die nog gedeeltelijk door het BLOSO worden opgevolgd en ondersteund, om de continuïteit en de werking ervan te waarborgen. Deze acties zijn: "de volkssporten", "OostVlaanderen blijft Sportief' "Projectgemeente" (pilootgemeente) : jaarlijkse extra-ondersteuning voor enkele Vlaamse gemeenten die initiatieven op het vlak van de Sport-voor-Allen-werking wensen uit te bouwen, maar over onvoldoende middelen en mankracht beschikken om de geplande iniuatieven uit te werken Sport-is-tof-gemeente : per provincie worden twee gemeenten gelauwerd die het grootste aantal initiatieven hebben ontwikkeld in het kader van de Sport-is-tof-actie. De titel Sport-is-tofgemeente is een bekroningvoorde geleverde inspanningen.
3. HULPVERLENENDE INITIATIEVEN Personeel: tijdelijke hulp van een lesgever kan gratis worden verleend voor een initiatiereeks van f15 oefenstonden. Materiaal: Fit-o-meter: subsidie van 50% bij aankoop van fit-ometer-panelen T~rischnft' D e G a n ~ d e r " : doorstromingskanaal van de Sport+-acties en handleiding voor alle vrijwilligersgangmakers. Pdlicitaire huipmidáeien: aíEches, opdrukafiches, stickers, folders, audiovisuele middelen om aan de organisatie van lokale sportmanifestaties, instuiven en doelgroepenacties ruchtbaarheid te geven. Uitiening van de reweahEsporti voUwport- en kindmpelkoffe. Elke koffer is samengesteld uit een vast pakket spelmateriaal.
SECTOR L.C.K.
Verzekering : degra8is S p o r t i v a e k m ' : ~ wordt ter beschikking gesteld van alle éénmalige Sport-voor-Allen-manifestaties op aanvraag van een gangmaker of sport-functionaris of sportraadverantwoordelijke. de abonnenzentrpolis voor Sport+clubs, niet aangesloten bij landelijk erkende federaties.
VERTEGENWOORDIGERS GEORGANISEERDE SPORT
A. STRUCTUUR L.C.K. staat voor Landelijke Commissie Kadervorming en is samengesteld uit vertegenwoordigers van de landelijk erkende sportfederaties, de instituten lichamelijke opvoeding van de drie grote Vlaamse Universiteiten Brussel, Gent en Leuven en van het BLOSO. De Landelijke Commissie voor Kadervorming organiseert sportspecifieke en technische opleidingscursussen voor het vrijwilligerskader. Na een dergelijke opleiding is men bevoegd om specifiek sportonderricht te geven bij buitenschoolse activiteiten zoals in clubs, op sportkampen, bij jeugdgroeperingen, ... De inbreng vanuit de universiteiten, waareen beroep kan gedaan worden op sportwetenschappelijk onderzoek en op sportagogische know-how, evenals de sporttechnische inbreng vanuit de federaties, houden deze cursussen permanent op een kwalitatief hoogstaand niveau. Het BLOSO staat in voor de mankracht [een permanent secretariaat] en voor de financieel - logistieke steun [didactisch materiaal].
= administratie logistiek/financicring
w L.C.K. KOEPEL
I
UIIYOFREND SE<XETARI.AAT TECHNISCH h D V I S t U K
B. OPLEIDINGEN DIE DOOR DE L.C.K. WORDEN GEORGANISEERD 1. SPORTPEDAGOGISCHE OPLEIDINGEN:
A. Unisportopleidingen: Specifiek voor het leiding geven in één bepaalde sporttak. Hier bestaan verschillende cursusniveaus: L.C.K-niveau + benaming
Doelsrellingen van de opleiding
Initiator
Initiatie geven met accent op WUGD EN RECREATIE, dus niet-competitief
-
AB0 theoretische cursus Algemene basisopleiding
Theoretischc basiskennis opdoen, voorbereidend op de rrainercursussen
TRAINER B
-
TRAINER A
Vervolmaking geven Beginnend competitief met accent op jeugd Training gcvcn
- Competitiefmet blijvende aandacht voor jeugd
TOPTRAINER
De sporten waarin L.C.K.-opleidingen kunnen worden gevolgd zijn: aikido, atletiek, badminton, basketbal, bergbeklimmen, bergwandelen, boogschieten, gymnastiek, handbal, ijsschaatsen, jazzdans, jiu-jitsu, judo, kajak, karate, kortbal, krachtbal, kunstzwemmen, langlauf, minivoetbal, oriënteringsloop, paardrijden, petanque, roeien, ski, sportduiken, squash, standaarddansen, schieten, tafeltennis, voetbal, waterski, waterpolo, wielrennen, windsurfing, zeilen, zeilwagenrijden.
B. Recreatiesport
2. SPORTMANAGEMENT OPLEIDINGEN
-
Beheerder sportaccommodaties Sportfunctionaris - Technisch beheer en onderhoud sportaccommodaties - Bestuurskader voor sportverenigingen 3. ANDERE
-
Redder Redder aan zee - Zwembadmeester
-
Toptraining
- Topcompetitic SECTOR SCHOOLSPORT A. STRUCTUUR Op 5 april 1984 werd bij notariële akte de "Stichting Vlaamse Schoolsport" opgericht door de drie Vlaamse schoolsportfederaties, G.E.P.O.S., R.O.O.S. en N.S.V.O. Dit overkoepelend beleidsorgaan van de Vlaamse Schoolsport heeft onder meer tot doel "de harmonieuze ontwikkeling van geest en lichaam door middel van opvoedende sport-
activiteiten voor de schoolgaande jeugd te bevorderen". De Stichting Vlaamse Schoolsport promoveert de sport op school na de schooluren ("extra-muros") bij de schoolgaande jeugd. De Stichting wordt geleid door een Dagelijks Bestuur, bestaande uit één vertegenwoordiger per schoolsportfederatie en één vertegenwoordiger van het BLOSO. Het Vast Bureau Schoolsport is het beleidsorgaan van de schoolsport in Vlaanderen. Het vergadert maandelijks en vormt het ontmoetingsplatform voor het BLOSO en de Stichting Vlaamse Schoolsport wat de praktische uitwerking van de diverse schoolsportacties betreft. Dit orgaan heeft de opdracht alle initiatieven binnen de schoolsport te coördineren en nieuwe netoverschrijdende impulsen te geven. Het BLOSO staat in voor de administratie, de logistieke en gedeeltelijk de financiële ondersteuning van de Stichting.
B. NETOVERSCHRIJDENDE INITIATIEVEN vanuit de Stichting Vlaamse Schoolsport voor het schooljaar 1989-1990 1. NIEUWE ACTIES
Vlaamse veldloopdag voor scholen i.s.m. de gemeentelijke sportdiensten; de startorganisatie van het schoolsportjaar. Coca-Cola bottler school trophy voetbalcompetitie voor miniemen; De Esso-spaarzegelactie deze actie beoogt de schoolsport financieel te ondersteunen. Een Lessenpakket rond de "Whitbread round the world race" i.s.m. Rucanor wordt een lessenpakket rond deze zeilrace uitgewerkt ten behoeve van de scholen. ISF-Gymnasiade te Bmgge Een internationale top-competitie voor schoolsportersuit 30 landen in de disciplines turnen, zwemmen en atletiek.
STICHTING VLAAMSE SCHOOLSPORT
G.E.P.OS.*
RO.O.S.**
*
OVERLEGCOMITE BLOSO - S.V.S.
*G.E.P.O.S.: Gcmccnielijk
ondcnvijr
cn ~ ~ o v i n c i a d
GEMEENSCHAPSMINISTER VAN ONDERWIJS
OVERLEGCOMEE
Schoolapodcdciatic **R.O.OS.:
nijkondcwijsorpnirla.
omni-sport ***N.S.V.O.: Narioned spormtbond van hei Vrij Ondcrwiis
GEMEENSCHAPSMINISTER VAN CULTUUR
KABINETïEN - S.V.S.
2. DOORLOPENDE S.v.S.-ACTIVITEITEN Actie "Sport-Actieve-School" De klassieker van de schoolsport. Deze actie vormt de rode draad doorheen het schoolsportprogramma en loopt i.s.m. de Kredietbank, onder het thema "Schoolsport moet je beleven". Actie "Schoolsportkaart" Een voordelenkaart, bruikbaar bij tal van topmanifestaties in heel Vlaanderen. Vlaamse kampioenschappen S.V.S.richtkampioenschappeninvoorwindsurfen, paardrijden, (dressuur, military, stijlrijden), kajak, oriëntatieloop, ... Samenwerking met sportfederaties Nieuw is de initiatiecursus voor wielrennen en de promotie van de uiathlonbrevetten. Stickeractie "Sport op School" i.s.m. met Walibi en het BOIC wordt deze succesrijke actie voortgezet. Daarnaast zijn er uiteraard de talrijke activiteiten van de 3 federaties zelf.
Masereel Fr&, Zwemster, 1938
SECTOR INITIATIE De sector Initiatie in de dienst Sportpromotie is o.m. belast met het jaarlijks aanmaken en verspreiden van de brochure van de BLOSO-sportkampen en sportlessen. Het BLOSO wil, via deze sportkampen en sportlessen, de Vlamingen een sporttak aanleren ofzich in een sporttaklaten bekwamen. De sector Initiatie staat in voor het sporttechnisch en sportpedagogisch aspect van deze eigen initiatieven. Permanent wordt gecontroleerd of de sportprogramma's nauwgezet worden opgevolgd en ofde kwalificatienormen i.v.m. de aangestelde lesgevers worden nageleefd. Er wordt tevens gestreefdnaar een permanente kwaliteitsverbetering van de sportprogramma's. In de sectorlnitiatie staat een administratieve cel in voor de uitbetaling van de lesgevers en voor de verwerking van de dienstverhuringscontracten, die met hen worden afgesloten.
DE PROVINCI&LE BLOSO-INSPECTIEDIENSTEN Voor het promoten van het hele BLOSOaanbod werd een geïnstitutionaliseerd doorstromingskanaal per provincie opgezet, dat als spil fungeert in de communicatiestrategie naar de basis toe [openbare besturen, sportfunctionarissen, sportraden, gangmakers, verenigingen, individuele sportbeoefenaars]. Zodoende worden de provinciale sportinspectiediensten enerzijds ingeschakeld als uitvoeringsinsuument en klankbord ten overstaan van het Hoofdbestuur en anderzijds als permanent doorstromingskanaal nissen de landelijke overheid en de gebruikers. De inspecteur bij de provinciale BLOSO~~ortin~~ectiedie~sten~is bedrijvig op drie terreinen:
f Informatie: Ten overstaan van hetHoofdbesmur: inlichtingen, gegevens, vaststellingen in functie van statistieken, bijsturing van promotie-acties, behoeftenonderzoek, ... Ten overstaan van de basis: algemene informatieverstrekking omtrent de BLOSO-werking, informatie en adviezen met betrekking tot het regionaal - lokaal sportbeleid en sportinfrasuucturele problematieken, inhoudelijke verbetering bij prospectie-acties van provinciaal gestructureerde organen en sportfederaties.
f Promotie:. Ten ovmaan van hetHoofdbestzlu~: plannen en promoten van opleidingscursussen, Sport+-acties,...
Ten ovmtaun van de basis: oprichten van sportraden en participatie aan de werking van de provinciale sportraad,
deelname aan kadenrorrning en realisatie van promotie-acties zoals: projectgemeente, Sport-is-tof-actie, jaarthema's, samenwerkingsprojecten, de jaarlijkse Sport+-initiatieven; ondersteunen van activiteiten: verstrekken van materiële en personele hulpverlening; adviserende ondersteuning van de BLOSO-activiteiten in en buiten de BLOSO-sportcentra.
f Controle: Hierbij dient een onderscheid gemaakt tussen enerzijds de reële controles, uit te voeren in opdracht van de verschillende diensten van het Hoofdbestuur, (de inspecties) en anderzijds vamteUin~enbij hulpverleningen en bij begeleiding van eigen en private organisaties: - Inspecties: bij betoelaging onder de vorm van sportmateriaal; bij betoelaging vah private sportkampen; bij het beoordelen van de opportuniteit van infrastructuurwerken en grondverwerking; controle van de besteding van propagandatoelagen; bij erkenning van gemeentelijke sportcentra in functie van de betoelaging van een sportfunctionaris; bij aanvragen tot vrijstelling van onroerende voorheffing. - VamteUi?gen: bij materiaalrecepties; bij de werking van sportfederaties, sportfunctionarissen, sponraden, ...; bij de uitvoering van opdrachten door losse medewerkers; De diversiteit en de uitgebreidheid van de taken die door de inspecteur, als hoofd van de provinciale BLOSO-sportinspectiedienst, dienen uitgevoerd te worden, maken het inschakelen van voltijdse medewerkers, consulenten, noodzakelijk. Hun taken en opdrachten situeren zich voornamelijk op het informatieve en promotionele vlak:
- InfirmatietenovwstaanvanhetHoofdbesluu~: doorspelenvan inlichtingen en gegevens (bv. prospectie i.v.m. opleidingscursussen optreden als cursusverantwoordelijke). - Infirntie ten overstaan van de basis: algemene informatieverstrekking omtrent de BLOSO-werking(aan openbare besturen, sponfunctionarissen, sportraden, gangmakers, verenigingen, individuele sportbeoefenaars); adviseren bij aanwending van lesgeverskredieten; inrichten van info-bijeenkomsten rond bepaalde thema's (bv. sportverzekeringen, huurgelden, ...); in-
SPORT
-
richten van gangmakers-vergaderingen; dienstverlening bij dossiersamenstelling (vb. princiepsaanvragen sportinfrastructuur, erkenning gemeentelijk sportcentmm; actie "Sport-is-tof '-gemeente.). - Promotie ten overstaan van het Hoof&muy: participatie aan de organisatie en promotie van opleidingscursussen, specifieke acties, eigen organisaties. - Promotie ten overstaunvan de basis: begeleiden van lokaie beleidsverantwoordelijken, sportfunctionarissen, sportraden, gangmakers, verenigmgen, uitwerken van bijzondere acties (vb. sportacademie - projectgemeente - burensportdiensten); uitlenen van hulpmiddelen en verlenen van bijstand @romotiemateriaal - sportmateriaal, Sport+-verzekeringen - reglementeringen sporttechntsche documentatie - prijzen en trofeeën).
ANTWERPEN
P I R N
O S
v
P
I
I
E
N
N C
S
C T
P
I
BRABANT
-
P
1
E
- A E
C
L D
T
E
--
LIMBURG, B S D
--
INSPECTGUR CONSULENTEN
-
+ 1000 GANGMAKERS SPORTFUNCTIONARISSEN SPORTDIENSTEN EN SOCIO CULTIJRELE ORGANIsATIoS
I P
PROMOTIE CONTROLE
WEST-VLAANDEREN
- Infomtieten~~erstmnvanhetHoofdbmur: doorspelen van inlichtingen en gegevens (bv. prospectie i.v.m. opleidingscursussen optreden als cursusverantwoordelijke). - Infmmtie ten mmtaun van de basir: algemene informatieverstrekking omtrent de BLOSO-werking (aan openbare besturen, sportfunctionarissen, sportraden, gangmakers, verenigingen, individuele sportbeoefenaars); adviseren bij aanwending van lesgeverskredieten; inrichten van info-bijeenkomsten rond bepaalde thema's (bv. sportverzekeringen, huurgelden, ...); in-
P
ANTWERPEN
-
BRABANT
-
richten van gangmakers-vergaderingen; dienstverlening bij dossiersamenstelling (vb. princiepsaanvragen sportinfrasuuctuur, erkenning gemeentelijk sportcentrum; actie "Sport-is-tof '-gemeente.). - Promotie ten ovewtaan van het Hoofdbmur: participatie aan de organisatie en promotie van opleidingscursussen, specifieke acties, eigen organisaties. - Promotie ten overstaan van de basis: begeleiden van lokale beleidsverantwoordelijken, sportfunctionarissen, sportraden, gangmakers, verenigingen, hitwerken van bijzondere acties (vb. sportacademie - projectgemeente - burensportdiensten); uitlenen van hulpmiddelen en verlenen van bijstand @romotiemateriaal - sporunateriaal, Sport+-verzekeringen - reglementeringen sporttechnische documentatie - prijzen en trofeeën).
I
R N
O S
v
P
I
I
E
N
N C
S
C T
P
I
E
-A
I E
C
L D
T
E
--
LIMBURG, B S D
--
INSPECTEUR CONSULENTEN
I
OOST VLAANDEREN
N
WEST VLAANDEREN
CONTROLE
-
f 1000 GANGMAKERS SPORTFUNCTIONARISSW SPORTDIENSTEN
EN SOCIO CULTURELE ORGANISATIES
-
-
1992: HET BLOSO ALS EUROPEES GANGMAKER
>>
D e Gemeenschap stelt de maatregelen vast die ertoe bestemd zijn de interne markt geleidelijk tot stand te brengenindeloopvan een periode die eindigt op 31 december 1992. De interne markt omvat een ruimte zonder binnengrenzen waarin het vrij verkeer van goederen, personen, diensten en kapitaal is gewaarborgd ..Y*. De Europese Akte, die op 1 juli 1987 in werking trad, heeft de Europese integratie na dertig jaar** in een onverhoopte stroomversnelling gebracht. Voorlopig einddoel: de Europese eenheidsmarkt. Tegen eind 1992 moeten de 276 richtlijnen die de Europese Commissie in haar veelbesproken Witboek bijeen heeft gebracht door de Raad van Ministers zijn goedgekeurd. Bovendien moeten ze in de twaalf lidstaten van de Europese Gemeenschap in nationale wetten of decreten zijn omgezet. In ons land heeft die europeaniseringsgolf tot gevolg dat momenteel meer bevoegdheden aan de Europese instellingen worden overgedragen dan er bij de opeenvolgende staatshervormingen naar de regio's zijn gegaan. Op 1januari 1993 worden de grenzen tussen deTwaalfofficiee1opgeheven, waardoor een eenheidsmarkt van 320 miljoen mensen tot stand komt. Dat gebeurt niet van de ene dag op de andere. De Europese economische eenwording is een geleidelijk proces dat grotendeels vóór eind 1992 moet zijn voltooid. Nu al wordt luidop van een volgende fase gedroomd: eenmonetaire enzelfs een politieke unie. Het lijkt evident dat het vrije verkeer van personen, goederen, diensten en kapitaal ook de sport niet onberoerd zal laten. Toch is het Euro-virus niet meteen op de sportsector overgeslagen.Omgekeerd IS het ook zo dat de sport voor de Europese instellingen geen prioriteit is. Jacques Delors, Voorzitter van de Europese Commissie, heeft dat begin 1989 nog voor deFranse televisie bevestigd. De sport is pas in 1985, met de goedkeuring van het Adonnino Rapport door de Europese Top, een beleidsterrein van de Europese Gemeenschap geworden. Sedertdien dient ze vooral om het "Europa van de Burger" te promoten, anders gezegd : om de Europese identiteit te verstevigen en de communicatie tussen de inwoners van de verschillende lidstaten te bevorderen.
De eerste reactieuit de sportsector was tegen de Europese liberaliseringsplannen gericht. Ze kwam van de UEFA. Niet verwonderlijk, want het Europese Parlement gaat ervan uit dat het vrij verkeer vanwerknemers ookvoor beroepssporters geldt. Vooral het transfersysteem van de voetbalbonden werd op de korrel genomen. Moderne slavenhandel, in strijd met de regelsvan de vrije concurrentie, zo heette het. De UEFA probeerde daarop met alle mogelijke middelen aan te tonen dat de economische principes niet zonder meer op de sport toepasbaar zijn. De controverse lijkt veel op een krachtmeting, die wellicht voor het Europees Hofvan Justitie zal worden beslecht. Het zouniet de eerste maal zijn dat de beroepssport daar in het ongelijk wordt gesteld. De arresten Walrave en Koch (1974), Dona (1976) en Heylens (1987), waardoor respektievelijk de Internationale Wielerunie, de Italiaanse Voetbalbond en de Franse federatie van voetbaltrainers bakzeil mochten halen, hebben in dat opzicht belangrijke precedenten geschapen. Van gouvernementele zijde kregen de intenties van de Europese instellingen op het vlak van de sport pas in mei 1988 respons. In Nanterre, nabij Parijs, werd toen door de lokale overheid, in samenwerking met de Internationale Vereniging voor Management in de Sport, een colloquium gehouden over 1992 als uitdaging voor het sportbeleid. Aan de bijeenkomst was een grootscheepse enquête voorafgegaan, waaruit bleekdat ook in sportieve kringen de totstandkoming van de Europese eenheidsmarkt als hét evenement van 1992 werd ervaren, ver voor de Olympische Spelen in Barcelona. Met thema's als de europeaniseringvan onderwijs en vorming, de financiële implicaties van 1992 voor de sport en de invloed van de eenheidsmarkt op de kwaliteit van het sportmateriaal, werd de discussie over 1992 en de sport verder opengetrokken. BLOSO liet zich in die discussie niet onbetuigd. De Vlaamse sportadministratie heeft in Europese sportzaken immers een traditie hoog te houden. Met initiatieven als het Europese "Sport voor Allen" - Handvest en het "Clearing House", ligt ze mee aan de basis van een inmiddels wereldomvattende Sport voor Allen-beweging.
Begin oktober 1988 werden de topambtenaren verantwoordelijkvoor het sportbeleidin de Twaalf, door directeur-generaal Armand Lams naar Vlaanderen gehaald. Doel van het overleg: in elk land een bewustwordings- en denkproces op gang brengen over de impact van 1992 op de eigen sector. Op termijn diende de groep een visie te ontwikkelen over de sport in het verenigd Europa en een strategie uit te werken die een gezamenlijke gouvernementele aanpak van grensoverschrijdende sportaangelegenheden mogelijk zou maken. In een volgende fase zouden aan de Europese instellingen een geïntegreerd beleidsplan en een concreet acrieprogramma worden voorgelegd. Dit werd geen gemakkelijke opdracht, vooral niet in een voortdnrend evoluerende context.
ALBERTMLLE
1992-
JLIXOIYMPIWES WHIVPR
PRANG3
-s-.s."
"
In de betrokken sportadministraties wordt nog aan die Europesr opdracht voortgewerkt. De behoefte aan een gezamenlijk Europees optreden heeft tot de oprichting geleid van ecn informele Europese lobby "Delbeccha", naar het Dilbeeks Iiotel waar de eerste gesprekken plaatsvonden. "Delbeccha" gaat ervan uit dat de gouvernementele vertegenwoordiging meer inspraak moet krijgen in de Europese besluitvorming op het vlak van de sport. Dat de Europese Commissie enkel contact zou zoeken met niet-gouvernementele organisaties er bestaat een werkgroep met de nationale olympische comités - vinden de topambtenaren onaanvaardbaar, Integendeel, bij de Europese insrellingen moet een gouvernementeel adviesorgaan voor de sport worden
opgericht, als eerste stap in de uitbouw van een volwaardige sportstructuur binnen de administratie van de Europese Commissie. Daar is momenteel slechts één van de zowat 10.000 ambtenaren met de sport bezig. En het is dan nog niet eens zijn enige opdracht. De Europese instellingen hoeven zelf geen sportbeleid uit te stippelen. ZEmoeten d e e n de voorwaarden scheppen die de nationale en regionale overheden in staat stellen een Europees gericht sportbeleid te voeren. Daar zijn zowel de topambtenaren van de sportadministraties als de afgevaardigden van de Europese Commissie het reeds van bij de eerste contacten over eens. Rest nog her probleem van mogelijke overlappingen met de activiteiten van de Raad van Europa. De Raad van Europa is dat andere Europese samenwerkingsverbanddat 23 Westeuropese landen verenigt en dat, in tegenstelling tot de Europese Gemeenschap, vooral in de "zachte sectoren" actief is. Op het vlak van de sport is beslist verdienstelijk werk geleverd. Veel méér dan aanbevelingen formuleren kan de Raad van Europa echter niet. Bovendien komen die aanbevelingen niet steeds bij de beleidsmakers terecht voor wie ze bestemd zijn. De Europese Gemeenschap daarentegen vaardigr richtlijnen uit, die voor de nvaalf lidstaten bindend zijn. Dat houdt meer mogelijkheden in, ook voor de sport. Binnen de Europese context heeft het BLOSO zich geëngageerd om vooral aan de sportieve invulling van het "ERASMUS"programma te werken. "ERASMUS" is één van die talrijke projecten waarmee de Europese Commissie een permanente uitwisseling van jonge Europeanen uit de verschillende lidstaten beoogt. Interuniversitaire samenwerkingsprogramma's moeten de mobiliteit van studenten en docenten doen toenemen. Zo loopt momenteel in het kader van "ERASMUS" een proefprojectwaarmee studenten, aan de hand van een puntensysteem, uit het aanbod van verschillende Europese universiteiten zelf een cursuspakket kunnen samenstellen dat meetelt voor hun opleiding en hun diploma. In Vlaanderen zijn de universiteiten van Gent (historici) en Leuven (ingenieurs) daarvoor geselecteerd.
Uit de cijfers blijkt datvooral studenten in de rechten en in de filologie van "ERASMUS" gebruik maken. De internationale dimensie van de sport wordt in de academische opleiding op het eerste gezicht niet doorgetrokken. Vandaar de BLOSO-idee om een soort van alternatief "ERASMUS"-project voor de sport op het getouw te zetten, dat bovendien ookvoor andere dan universitaire opleidingsvormen zou openstaan. De "Vlaamse Commissie Kadervorming" lijkt voor de uitwerking daarvan het aangewezen
B L O S O . GOES FOR EUROPE
orgaan. Eerder dit jaarkreeg de Commissie al het bezoek van een Franse delegatie, die momenteel een studie maakt over de harmonisering van de opleidingen en de gelijkwaardigheid van getuigschriften in de sport. Deze initiatieven werden op gang gebracht door een informeel overlegorgaan tussen de Europese topambtenaren bevoegd voor de sport en de "De1beccha"-groep. "Delbeccha" kan zich slechts waarmaken, op voorwaarde dat de betrokken topambtenaren regelmatig van gedachten kunnen wisselen. De afspraak is dat het land dat de Raad van Ministers voorzit - het voorzitterschap roteert om de zes maanden - als gastheer voor het halfjaarlijks "Delbecchan- overleg
fungeert. Bij die gelegenheid wordt telkens de situatie van de sport in de context van de eenheidsmarkt geëvalueerd. Nadien wordt advies uitgebracht bij de respectieve sportministers. Binnen de Europese Gemeenschap hebben de Ministers, na het Parlement en de Commissie, immers nog altijd het laatste woord. "Delbeccha" is niet het enige BLOSO-initiatiefin het kader van 1992. Eind 1988 werd naar aanleiding van de "Vlaanderen Leeftnbeurs in Gent, een studieavond opgezet over de sport in de eenheidsrnarkt. Een 300-tal beleidsmakers uit de verschillende geiedingen van de Vlaamse sportwereld namen eraan deel. Binnen- en buitenlandse deskundigen legden er vooral de nadruk op de gevolgen van de economische eenwording voor de sport. Omgekeerd, zo bleek, kunnen de sport en de vrijetijdsbesteding als economische én sociale factoren in de eenheidsmarkt, zelf een aantal belangrijke troeven uitspelen, onder meer op het vlak van de tewerkstelling. De Europese integratie is geenlouter economische aangelegenheid. De eenheidsbeweging veronderstelt een ingrijpende mentaliteitswijziging. Ook daar wil de Vlaamse sportadministratie wat aan doen. "BLOSO goes for Europe" was de slogan waarmee in de zomervan 1989 de BLOSO-sportkampen voor jongelui uit de Twaalf werden opengegooid. Zeven Italiaanse en één Portugese groep maakten van die gelegenheid gebrnik en lieten zich inschrijven voor de "Eurosportkampen" in Blankenberge, Bmgge en Sint-Jan-in-Eremo. De taalproblemen bleken niet onoverkomelijk en elk kamp werd een ware belevenis, zowel voor de Vlamingen als voor de buitenlandse gasten. Dergelijke initiatieven lijken wellicht niet zo indrukwekkend. Maar als andere landen het Vlaamse voorbeeld volgen, als regionale en lokale beleidsmakers voor de Europese gedachte worden gesensibiliseerd, als op grote schaal aan sportieve uitwisselingen wordt gedaan, als een permanent overleg tot stand komt tussen de Europese instellingen, gouvernementele en niet-gouvernementele instanties, dan zal de sportsector eind 1992 tenminste niet voor voldongen feiten geplaatst zijn.
De behoefte aan een Europees geïnspireerd sportbeleid neemt met de dag toe. Van de Europese integratie zou voor de sport in de jaren negentig, de nieuwe impuls kunnen uitgaan waar momenteel ook in Vlaanderen druk wordt naar gezocht. Maar de sportsector zal zich schrap moeten zetten, wil hij niet binnen de kortste keren door andere belangengroepen worden ingepalmd. Veel zal wellicht afhangenvan de invloed die de sportsector op de Europese besluitvorming kan uitoefenen. Ideaal zou zijn dat gouvernementele en niet-gouvernementele instanties bij het Europese Parlement en bij de Europese Commissie één stem konden laten horen. Zolang dat niet het geval is - en
de Raad van Europa leert dat de twee elkaar wel vaker in de wielen rijden -mag men aannemen dat de sportministers zich bij hun beslissingen in de eerste plaats door hun eigen administraties zullen laten leiden. Hopelijk zitten deze met "Delbeccha" op de correcte golflengte o m gepast te kunnen inspelen op de nieuwe uitdagingen voor de sport in het eengemaakte Europa.
X A>h1eI 13 van dc Europese &te (nu aa'kci 8a Dan het V i r d y ~ ~ vRome)). an ** Her VerdngnanRon>e,wuurbijdcEuropmEconomUche Gemsimhap wed Op~&ht m dat nofl~teEdr ali ''Europese Grondwet"~eIdt,hrecnvan25 wn1957.
Malfait Hubert, Herfstwandeling, 1958
COLOFON
Deze brochure werd verspreid in het Nederlands, Frans, Engels en Duits. Exemplaren zijn te bekomen bij : Commissariaat-generaal voor de Internationale Samenwerking - Vlaamse Gemeenschap Trierstraat 100 B-1040 Brussel -België Tel.: 32 / 2 / 230 12 25 Telex: B 62073 Fax: 32 / 2 / 230 98 34 Verantwoordelijke uitgever : Commissariaat-generaal voor de Internationale Samenwerking Vormgeving en Druk: Imschoot-Gent Teksten mogen worden overgenomen mits bronvermelding. Foto's : Imschoot-Gent: Cover,p. 8, p. 9, p. 10,p. 13,p. 15, p. 22 Sportavzw: p. 2, p. 16, p. 19, p. 24, p. 31 BLOSO: p.5,p.6,p.7,p.29 Verloove Sport: p. 13 September 1990
VLAAMSE GEMEENSCHAP
COMMISSARIAAT- GENERAAL VOOR DE INTERNATIONALE SAMENWERKING TRIERSTRAAT 100
B - 1040 BRUSSEL
-
Vlaamse Gemeenschap
'
.,... ,
EUROPA
,.. .
...
M m -
FRANKRIJK
NEDERLAND