Hoger onderwijs in Vlaanderen Informatiebrochure 2012
Inhoud Inleiding...........................................................................................2 Soorten instellingen.........................................................................3 Soorten opleidingen.........................................................................3 Nieuw vanaf 2013-2014: integratie academische hogeschoolopleidingen in de universiteiten....................................5 Lerarenopleiding..............................................................................6 Soorten contracten..........................................................................7 Flexibele leerroutes – combinatie werken/studeren.....................8 Toelatingsvoorwaarden...................................................................9 Leerkrediet.....................................................................................11 Studiekosten..................................................................................13 Studeren in het buitenland............................................................14 Definities........................................................................................15 Verder lezen ….............................................................................20 Colofon...........................................................................................20 1
Inleiding Deze brochure wil je een duidelijk overzicht geven van alles wat te maken heeft met het hoger onderwijs.
Je kan je dus best tot hen wenden als je met concrete vragen over een bepaalde opleiding zit.
De brochure richt zich naar iedereen die meer wil te weten komen over het hoger onderwijs.
Informatie over de opleidingen en contactgegevens van instellingen kan je terugvinden op www.hogeronderwijsregister.be.
In deze brochure vind je informatie over de soorten instellingen, opleidingen en contracten, de toelatingsvoorwaarden en het leerkrediet. Onder definities geven we de verklaring van een BACHELOR NA BACHELOR aantal veelgebruikte termen uit (BANABA) Hogeschool - min. 60 studiepunten het hoger onderwijs. Deze brochure geeft geen contactgegevens van de instellingen. Deze contactgegevens kan je opzoeken op de website van de instelling zelf. Wat je ook niet in deze brochure vindt, is informatie over de opleidingen. De instellingen bieden elk voor hun eigen opleidingen uitgebreide informatie aan.
Voorbereidingsprogramma
Voorbereidingsprogramma
MASTER (MA) Hogeschool (in associatieverband met universiteit) of universiteit min. 60 studiepunten
Schakelprogramma
PROFESSIONEEL GERICHTE BACHELOR (PBA) Hogeschool 180 studiepunten
2
MASTER NA MASTER (MANAMA) min. 60 studiepunten
Voorbereidingsprogramma
ACADEMISCH GERICHTE BACHELOR (ABA) Hogeschool of universiteit 180 studiepunten
Specifieke Lerarenopleiding (SLO) Hogeschool, universiteit of centrum voor volwassenenonderwijs 60 studiepunten
Soorten instellingen In Vlaanderen kunnen verschillende soorten instellingen opleidingen aanbieden in het hoger onderwijs. De bekendste zijn uiteraard de hogescholen en de universiteiten. In totaal zijn er in Vlaanderen 21 hogescholen en 7 universiteiten, die bachelor- en masteropleidingen organiseren. Daarnaast bieden een aantal geregistreerde instellingen ook erkende bachelor- en masteropleidingen aan. Je kan ook hoger onderwijs volgen via een Centrum voor Volwassenenonderwijs (Hoger Beroepsonderwijs) en voor de opleiding Hoger Beroepsonderwijs Verpleegkunde zelfs aan een secundaire school. Deze brochure behandelt enkel het hoger onderwijs aan hogescholen en universiteiten.
Soorten opleidingen In Vlaanderen vind je volgende soorten opleidingen in het hoger onderwijs: ◊ professioneel gerichte bachelors aan hogescholen; ◊ academisch gerichte bachelors aan hogescholen (in het kader van een associatie met een universiteit) en universiteiten; ◊ masters aan hogescholen (in het kader van een associatie met een universiteit) en universiteiten; ◊ HBO 5 (nog niet ingericht in de hogescholen, enkel in de Centra voor Volwassenenonderwijs. Meer info op www.ond.vlaanderen.be/onderwijsaanbod/volwassen/vwo.htm); 3
◊ bachelor na bachelor- en master na masteropleidingen.
afgesloten met een masterproef. Een masteropleiding omvat ten minste 60 studiepunten.
Opleidingen worden gegroepeerd in studiegebieden.
Na een bacheloropleiding kan je een bachelor na bacheloropleiding volgen. Een master na masteropleiding volgt op een andere masteropleiding.
Professioneel gerichte bacheloropleidingen
zijn in de eerste plaats gericht op de beroepspraktijk en hebben tot doel de studenten te brengen tot een niveau van algemene en specifieke kennis en van competenties nodig voor de zelfstandige uitoefening van een beroep of groep van beroepen. Een professioneel gerichte bacheloropleiding biedt dus een directe uitstroommogelijkheid naar de arbeidsmarkt. Academisch gerichte bacheloropleidingen
leggen de nadruk op een brede academische (theoretische) vorming of een vorming in de kunsten. Ze zijn gebaseerd op wetenschappelijk onderzoek en bereiden je voor op een masteropleiding. Professioneel en academisch gerichte bacheloropleidingen hebben een studieomvang
van minstens 180 studiepunten. masteropleidingen leggen de nadruk op gevorder-
de wetenschappelijke of artistieke kennis en competenties die je nodig hebt voor het zelfstandig beoefenen van wetenschap of kunst, of voor het uitoefenen van een beroep. Een masteropleiding wordt
4
Een schakelprogramma is een programma dat je wordt opgelegd als je wenst in te schrijven voor een masteropleiding op grond van een professioneel bachelordiploma. Als je niet in het bezit bent van een diploma dat je op rechtstreekse wijze toelating verleent tot de opleiding waarvoor je wilt inschrijven, kan een voorbereidingsprogramma worden opgelegd.
Nieuw vanaf 2013-2014: integratie academische hogeschoolopleidingen in de universiteiten Vanaf het academiejaar 2013-2014 zal het hoger onderwijs in Vlaanderen grondig hervormd worden. Op dit ogenblik bieden zowel de hogescholen als de universiteiten academische bachelor- en masteropleidingen aan. De hogescholen organiseren daarnaast ook nog professioneel gerichte bacheloropleidingen.
De academische kunstopleidingen vormen de enige uitzondering op deze integratie. Zij zullen niet geïntegreerd worden in de universiteiten. Tezamen met de professionele kunstopleidingen zullen zij gebundeld worden in een School of Arts. Deze School of Arts zal worden ondergebracht bij de hogescholen.
In het academiejaar 2013-2014 zullen de academische bachelor- en masteropleidingen van de hogescholen worden geïntegreerd in de universiteiten. Vanaf dat ogenblik zullen deze opleidingen dus enkel nog maar aangeboden worden aan de universiteiten. De hogescholen zullen vanaf 2013-2014 enkel professioneel gerichte bacheloropleidingen organiseren. Deze integratie van de academische hogeschoolopleidingen in de universiteiten is het gevolg van een beslissing van de Vlaamse Regering en zorgt ervoor dat aan studenten de best mogelijke garanties geboden worden om daadwerkelijk in contact te komen met wetenschappelijk onderzoek. Bovendien wordt de internationale erkenning van deze academische bachelor- en mastergraden, nu ze door de universiteiten uitgereikt worden, beter gegarandeerd.
Concreet betekent de integratie van de academische opleidingen in de universiteiten dat je als student in 2012-2013 je nog kan inschrijven in een academische opleiding aan een hogeschool, maar dat je vanaf 2013-2014 automatisch student zal worden van een universiteit. De credits die je behaalde aan een hogeschool neem je mee naar de universiteit. Ook je diploma zal uitgereikt worden door een universiteit. Dit betekent niet automatisch dat je je voor het volgen van de lessen ook zal moeten verplaatsen naar de huidige campussen van de universiteit. In een eerste stadium van de integratie zullen de lessen zeer waarschijnlijk nog verder blijven plaatsvinden op de campussen van de hogescholen.
5
Lerarenopleiding In het hoger onderwijs kan je zowel aan de hogescholen als aan de universiteiten een lerarenopleiding volgen. Er zijn twee soorten lerarenopleidingen: de geïntegreerde lerarenopleiding en de specifieke lerarenopleiding. GEINTEGREERDE LERARENOPLEIDING: dit is een professioneel gerichte bacheloropleiding van 180 studiepunten. Deze opleiding kan enkel gevolgd worden aan een hogeschool. Je wordt opgeleid tot leraar kleuter-, lager of secundair onderwijs. Van de 180 studiepunten bestaan er minstens 45 uit praktijk. In de geïntegreerde lerarenopleiding die je opleidt tot leraar secundair onderwijs, kies je als student twee onderwijsvakken. Aan het einde van je opleiding behaal je het diploma van leraar.
dit is een opleiding van 60 studiepunten die je volgt nadat je al een diploma (hoger onderwijs) behaald hebt. De helft van de 60 studiepunten wordt besteed aan praktijk. Aan het einde van je opleiding behaal je het diploma van leraar. Je hoofddiploma bepaalt voor welke vakken je lesbevoegdheid krijgt. Je kunt een specifieke lerarenSPECIFIEKE LERARENOPLEIDING:
6
opleiding volgen aan een hogeschool, een universiteit en ook aan een centrum voor volwassenenonderwijs. Je stage/praktijk kan je in een specifieke lerarenopleiding doen via een leraar-in-opleidingbaan (de LIObaan). Als leraar-in-opleiding word je aangesteld als tijdelijk personeelslid in een school en ontvang je dus al een loon. Je krijgt op regelmatige tijdstippen lesbezoeken van een begeleider, maar je staat meestal zelfstandig voor de klas. Via een LIO-baan combineer je dus je lerarenopleiding met een job als leraar.
Soorten contracten Bij de inschrijving aan een instelling hoger onderwijs heb je als student de keuze uit verschillende soorten contracten: ◊ de meest voorkomende soort is het DIPLOMACONTRACT. Hierbij schrijf je je in met het oog op het behalen van een diploma van een opleiding en volg je de lessen. ◊ als je slechts een aantal opleidingsonderdelen wil volgen, en je geen specifiek diploma wil behalen, kan je een CREDITCONTRACT afsluiten. Je volgt de lessen en sluit het contract af met een creditbewijs voor de opleidingsonderdelen waarvoor je slaagt. ◊ tenslotte kan je ook kiezen voor een EXAMENCONTRACT. Je schrijft je dan in voor het afleggen van examens. Je behaalt dan of een diploma van een opleiding of een creditbewijs voor één of meerdere opleidingsonderdelen. Je volgt de lessen niet. Je legt enkel de examens af. Bepaalde opleidingsonderdelen komen door hun aard (bv. een practicum) niet in aanmerking voor een examencontract. Deze opleidingsonderdelen kan je alleen maar via
een diploma- of creditcontract volgen. De instelling legt in de onderwijsregeling vast over welke opleidingsonderdelen het gaat en motiveert dat ook. Je mag meerdere contracten combineren. Zo kan je bijvoorbeeld een examencontract afsluiten voor het volgen van een welbepaalde opleiding en een creditcontract nemen voor die opleidingsonderdelen die uitgesloten zijn van het examencontract. Je kunt je per jaar ook voor meerdere opleidingen tegelijk inschrijven, zelfs aan verschillende instellingen. Voor elk van die opleidingen sluit je een diploma-, credit- of examencontract af. Of je schrijft je met een diplomacontract in voor een opleiding en volgt tegelijk met een creditcontract nog enkele opleidingsonderdelen van een andere opleiding.
7
Flexibele leerroutes – combinatie werken/ studeren Je kunt in het hoger onderwijs via een flexibele leerroute een diploma of een creditbewijs behalen. De instelling bepaalt zelf hoe ze de flexibele leertrajecten aanbiedt. De flexibilisering van het hoger onderwijs laat jou als student toe zelf je studieprogramma samen te stellen. Je moet dus niet noodzakelijk een voltijds studieprogramma volgen. Afhankelijk van jouw capaciteiten en van de tijd die je aan je studie kunt besteden, bepaal je zelf voor hoeveel studiepunten je inschrijft. Als je om de één of andere reden, bijvoorbeeld omdat je werkt, geen (voltijds) dagonderwijs kan volgen, zijn er ook mogelijkheden om toch een diploma hoger onderwijs te behalen: ◊ je kan met een hogeschool of universiteit een examencontract afsluiten, wat betekent dat je je enkel inschrijft voor het afleggen van examens en dus geen lessen volgt; ◊ sommige instellingen hebben een aanbod van begeleide zelfstudie ontwikkeld, waarbij je ruimte vrijhoudt voor practica en stages; 8
◊ aan sommige instellingen heb je de mogelijkheid om via afstandsonderwijs een diploma te behalen; ◊ verschillende opleidingen kan je ook via weekend- of avondonderwijs volgen, of zijn zo ingericht dat alle lessen op één dag in de week gegroepeerd zijn. Sinds enkele jaren richten de hogescholen en universiteiten meer studietrajecten in die specifiek gericht zijn op studenten die al werken. Via www.hogeronderwijsregister.be kan je deze studietrajecten eenvoudig terugvinden. Je vinkt op de website “studietraject voor werkstudenten” aan. Voor meer informatie over de concrete invulling van de opleiding kan je terecht bij de hogescholen en universiteiten zelf.
Toelatingsvoorwaarden Bacheloropleidingen Om toegelaten te worden tot een bacheloropleiding moet je in principe in het bezit zijn van een diploma secundair onderwijs. Het maakt niet uit of het een diploma ASO, TSO, KSO of BSO is. De toegang tot het hoger onderwijs is vrij. Een hogeschool of universiteit kan dus niet beslissen om een inschrijvingsstop in te voeren voor bepaalde opleidingen. Iedereen die voldoet aan de decretale toelatingsvoorwaarden (dus in het bezit is van een diploma secundair onderwijs) kan zich inschrijven in een bacheloropleiding van zijn keuze.Als je geen diploma secundair onderwijs hebt, neem je best contact op met de hogeschool of universiteit waar je een opleiding wil volgen om te bekijken wat de mogelijkheden zijn om toch toegelaten te worden. Als je ooit al een diploma hoger onderwijs (van een hogeschool of een centrum voor volwassenenonderwijs) behaald hebt, zullen ze je allicht rechtstreeks kunnen toelaten. Als dat niet kan, kunnen de instellingen in
hun onderwijs- en examenreglement ook afwijkende toelatingsvoorwaarden vastleggen die rekening houden met humanitaire, medische, psychische of sociale redenen of met je kwalificatieniveau, verdiensten of competenties. Voor de opleidingen van de studiegebieden audiovisuele en beeldende kunst, en muziek en podiumkunsten moet je bijkomend ook slagen voor een artistieke toelatingsproef eigen aan deze opleidingen. De hogeschool waar je je wenst in te schrijven, neemt deze toelatingsproef af. Ook voor de universitaire opleidingen geneeskunde en tandheelkunde moet een toelatingsexamen afgelegd worden. Alle informatie hierover vind je op de website www.ond.vlaanderen.be/toelatingsexamen.
Masteropleidingen Om rechtstreeks toegelaten te worden tot een masteropleiding moet je in het bezit zijn van een academisch bachelordiploma. Een hogeschool of universiteit kan de toelating tot een masteropleiding beperken tot afgestudeerden van een welbepaalde bacheloropleiding. Als je geen diploma
9
van deze bacheloropleiding hebt, kan de instelling je wel toelaten, als je slaagt voor een voorbereidingsprogramma. Ben je in het bezit van een bachelordiploma uit het professioneel hoger onderwijs, dan kan de instelling je toelaten tot een masteropleiding als je eerst met succes een schakelprogramma volgt van minimum 45 en maximum 90 studiepunten. Net als bij de bacheloropleidingen kan een instelling ook voor de toelating tot een masteropleiding afwijkende toelatingsvoorwaarden vastleggen in het onderwijs- en examenreglement.
Bachelor na bacheloropleidingen en master na masteropleidingen Om toegelaten te worden tot een bachelor na bacheloropleiding moet je in het bezit zijn van een professioneel bachelordiploma, om toegelaten te worden tot een master na masteropleiding moet je in het bezit zijn van een masterdiploma. Een instelling kan bepalen dat enkel studenten met een welbepaald bachelor- of masterdiploma rechtstreeks toegang hebben tot een bepaalde bachelor na bachelor- of master na masteropleiding. Als je niet in het bezit bent van dat bepaalde bachelor- of master10
diploma, dan kan de instelling je een voorbereidingsprogramma opleggen.
Leerkrediet Elke student krijgt bij zijn/haar inschrijving in het hoger onderwijs een leerkrediet. Dat is een virtuele rugzak met 140 studiepunten. Voor je inschrijving haal je de studiepunten die je opneemt uit je rugzak. Als je slaagt, krijg je de opgenomen studiepunten terug. De eerste 60 studiepunten waarvoor je slaagt (als je ingeschreven bent met een diplomacontract), krijg je zelfs dubbel terug. Als je niet slaagt of gedelibereerd wordt, verlies je de opgenomen studiepunten. De bedoeling van het leerkrediet is je te stimuleren een bewuste studiekeuze te maken en om de hogeschool of universiteit aan te sporen je studievoortgang te bewaken. Als je leerkrediet op of onder nul komt, dan kan je je enkel nog inschrijven met de toestemming van de instelling (hogeschool of universiteit) en kan de instelling het studiegeld verdubbelen. Als je na je inschrijving ontdekt dat je toch een verkeerde studiekeuze gemaakt hebt en dus van opleiding wenst te veranderen, dan kan dit gevolgen hebben voor jouw leerkrediet. Elke instelling bepaalt zelf de datum tot waarop je je kan uitschrijven uit een opleiding met teruggave van het leerkrediet. Deze datum vind je in het onderwijs- en examenreglement van
je instelling. Als je je voor deze datum uitschrijft, krijg je de ingezette studiepunten terug bij je leerkrediet. Als je je na deze datum uitschrijft, ben je het opgenomen leerkrediet kwijt. Als je ingeschreven bent met een creditcontract kan je bij uitschrijving nooit het ingezette leerkrediet terugkrijgen. Ben je echter een generatiestudent (dit is een student die zich de eerste keer in het hoger onderwijs inschrijft voor een bacheloropleiding), dan zijn de spelregels een beetje anders. Als je dan voor 1 december van opleiding verandert (of ‘heroriënteert’), dan krijg je het volledige leerkrediet terug. Doe je dit tussen 1 december en 15 maart, dan nog krijg je de helft terug. Veranderen van opleiding wil zeggen dat je je eerst uitschrijft uit de eerste opleiding en je daarna in een andere opleiding inschrijft. Voor opleidingsonderdelen waarvoor de examenperiode gestart is kan je het leerkrediet niet meer terugkrijgen door van opleiding te veranderen (of te heroriënteren). Daarvoor kan je het leerkrediet enkel terugverdienen door te slagen voor de examens. Op het ogenblik dat je een masterdiploma behaalt, worden er 140 studiepunten terug afgetrokken van jouw leerkrediet. Als je daarna nog een bachelor- of masterdiploma wilt behalen, zal je meer studiegeld moeten betalen, tenzij je nog een positief leerkrediet overhebt. Als je een professionele of academische 11
bachelor behaalt, wordt er niets afgetrokken van je leerkrediet. Op deze manier wil de overheid toch aan iedereen de kans geven om een masterdiploma te behalen. Als je na het afstuderen of verlaten van het hoger onderwijs geen 60 studiepunten meer over hebt van jouw leerkrediet, kan je eenmalig terug leerkrediet opbouwen. Jaarlijks krijg je 10 studiepunten toegekend tot een maximum van 60 studiepunten. Zodra dit leerkrediet opgebruikt is, zal je wel zelf je bijkomende opleiding(en) in het hoger onderwijs moeten bekostigen. Alle informatie over het leerkrediet vind je op www.studentenportaal.be. Via deze website kan je ook de stand van je eigen leerkrediet opvolgen. Zolang je voldoende leerkrediet hebt, kan een instelling je in principe niet weigeren om in te schrijven. Een instelling kan je wel weigeren, ook al heb je voldoende leerkrediet, als ze je in het kader van studievoortgangsbewaking bindende voorwaarden opgelegd heeft voor je inschrijving.
12
Studiekosten Studiegeld Bij je inschrijving betaal je studiegeld. De maximale hoogte van dit studiegeld is decretaal vastgelegd. Jaarlijks bepalen de hogescholen en universiteiten, op basis van het vastgelegde maximum, het studiegeld voor hun opleidingen. Voor het academiejaar 20112012 kunnen de hogescholen en universiteiten voor een voltijdse opleiding (tussen 54 en 66 studiepunten) maximaal 578,7 euro studiegeld vragen.
tegemoetkoming. Aan elke hogeschool of universiteit zijn er studentenvoorzieningen of sociale voorzieningen die studiefinancieringen en studieleningen aanbieden, of overbruggingsleningen als je door omstandigheden tijdelijk meer kosten hebt. Ze betalen waar nodig ook renteloze voorschotten uit op de studietoelagen van de Vlaamse Overheid. Contactgegevens en meer informatie over studentenvoorzieningen of sociale voorzieningen vind je via www.centenvoorstudenten.be.
Studietoelagen De Vlaamse overheid springt bij voor studenten die de kosten verbonden aan de studie niet kunnen dragen. Als je aan bepaalde financiële en pedagogische voorwaarden voldoet, kan je in aanmerking komen voor een studietoelage. Je vindt alle informatie in verband met studietoelagen op www.studietoelagen.be
Studentenvoorzieningen / sociale voorzieningen In het hoger onderwijs zijn de studietoelagen van de Vlaamse overheid lang niet de enige financiële 13
Studeren in het buitenland Als je wilt studeren in het buitenland, zijn er 2 mogelijkheden. Ofwel schrijf je je in aan een Vlaamse hogeschool of universiteit en studeer je tijdelijk in het buitenland via een uitwisselingsprogramma (bv. via Erasmus). Tijdens deze studies in het buitenland blijf je ingeschreven aan een Vlaamse hogeschool of universiteit. Meer informatie hierover vind je onder volgende link: www.epos-vlaanderen.be of via het “international office” in je eigen instelling. Indien je je diploma behaalt, verwerf je een diploma van een Vlaamse hogeschool of universiteit. Ofwel schrijf je je in aan een buitenlandse instelling en volg je de volledige opleiding in het buitenland. Je verwerft dan een buitenlands diploma. Als je nadien met een buitenlands diploma in België aan de slag wil gaan, kan je je buitenlands diploma laten gelijkwaardig verklaren. Hiervoor kan je terecht bij NARIC (www.naric.be). Voor je start met je studies kan je ook al contact opnemen met het NARIC-kantoor van het land waar je wil studeren. Je vindt contactgegevens via www.enic-naric.net. 14
De Vlaamse Overheid wil de studenten de mogelijkheid bieden om zowel voor studie, als voor stage of scriptie, mobiel te zijn. Ze zal de volgende jaren veel aandacht besteden aan het behalen van de Europese doelstelling omtrent mobiliteit. Deze zegt dat tegen 2020 tenminste 20% van alle afgestudeerden een internationale leerervaring moet hebben. De Vlaamse Overheid wil hiervoor op termijn de nodige beurzen voorzien, met extra aandacht voor studenten uit kansengroepen. Informatie over studeren in het buitenland vind je ook zeker via www.flamenco-vzw.be.
Definities Academiejaar Een periode van één jaar die ten vroegste op 1 september en uiterlijk op 1 oktober begint en eindigt op de dag voor het begin van het volgende academiejaar. Elke hogeschool of universiteit bepaalt zelf wanneer het academiejaar start.
Academisch gerichte bacheloropleiding Bacheloropleidingen, georganiseerd door universiteiten of hogescholen, die de nadruk leggen op een brede academische vorming of een vorming in de kunsten. Ze zijn gebaseerd op wetenschappelijk onderzoek en hebben als hoofddoelstelling het doorstromen naar een masteropleiding.
Accreditatie De bevestiging dat een opleiding voldoet aan vooraf vastgestelde minimale kwaliteits- en niveauvereisten.
Afstandsonderwijs
niet aan een bepaalde plaats van onderwijsverstrekking gebonden is.
Afstudeerrichting Een differentiatie in een opleidingsprogramma met een studieomvang van ten minste dertig studiepunten.
Associatie Een samenwerkingsverband tussen één universiteit en ten minste één hogeschool.
Bacheloropleiding Een opleiding in het academisch onderwijs of in het hoger professioneel onderwijs, die aansluit bij het secundair onderwijs, en waarvan de studieomvang ten minste 180 studiepunten bedraagt.
Bachelor na bacheloropleiding Een bacheloropleiding die enkel rechtstreeks openstaat voor personen die reeds in het bezit zijn van een diploma van een andere bacheloropleiding.
Het onderwijs dat bijna uitsluitend met behulp van multimedia wordt verstrekt, waardoor de student 15
Bekwaamheidsonderzoek Het onderzoek naar de aanwezigheid van EVC’s en/of EVK’s.
Bewijs van bekwaamheid Het bewijs dat een student op grond van EVC’s of EVK’s de competenties heeft verworven eigen aan: ◊ het niveau van bachelor in het hoger professioneel onderwijs of het academisch onderwijs, of ◊ het masterniveau, of ◊ een welomschreven opleiding, opleidingsonderdeel of cluster van opleidingsonderdelen.
Creditbewijs Dit bewijs vormt de erkenning van het feit dat een student de competenties verbonden aan een opleidingsonderdeel heeft verworven. De verworven studiepunten, verbonden aan het betrokken opleidingsonderdeel, worden aangeduid als “credits”.
Creditcontract Dit is een contract dat je als student kan aangaan met een hogeronderwijsinstelling. Hiermee schrijf je je als student in met het oog op het behalen van (een) creditbewij(s)(zen) voor één of meer opleidingsonderdelen.
Diplomacontract Dit is een contract dat je als student kan aangaan met een hogeronderwijsinstelling. Hiermee schrijf je je als student in met het oog op het behalen van een graad of diploma van een opleiding of voor een volledig schakel- of voorbereidingsprogramma of voor een postgraduaatsopleiding.
EVC Een eerder verworven competentie, zijnde het geheel van kennis, inzicht, vaardigheden en attitudes, verworven door middel van leerprocessen, die niet met een studiebewijs werden bekrachtigd.
EVK Een eerder verworven kwalificatie, zijnde elk binnenlands of buitenlands studiebewijs dat aangeeft
16
dat een formeel leertraject, al dan niet binnen onderwijs, met succes gevolgd werd.
Graad Aanduiding van bachelor of master verleend op het einde van een opleiding.
Examen Elke evaluatie van de mate waarin een student op grond van zijn studie de competenties, verbonden aan een opleidingsonderdeel, heeft verworven.
Kwalificatie Een getuigschrift of diploma uitgereikt na het met goed gevolg voltooien van een formeel opleidingsof scholingstraject.
Examencontract Dit is een contract dat je als student kan aangaan met een hogeronderwijsinstelling. Hiermee schrijf je je als student (onder de door het instellingsbestuur bepaalde voorwaarden) in voor het afleggen van examens met het oog op het behalen van een graad of een diploma van een opleiding, of een creditbewijs voor één of meer opleidingsonderdelen.
Kwalificatie van een graad Toevoeging die verwijst naar de voltooide opleiding. Bijvoorbeeld “Bachelor in de rechten”, waarbij “bachelor” de graad is en “in de rechten” de kwalificatie.
Generatiestudent Een student die zich, in een bepaald academiejaar, voor het eerst inschrijft met een diplomacontract voor een professioneel of academisch gerichte bachelor in het Vlaamse hoger onderwijs.
17
Masteropleiding Een masteropleiding is een opleiding van ten minste 60 studiepunten die door een universiteit of een hogeschool aangeboden wordt in het academisch onderwijs. Masteropleidingen leggen de nadruk op gevorderde wetenschappelijke of artistieke kennis en competenties die nodig zijn voor het zelfstandig beoefenen van wetenschap of kunst, of voor het uitoefenen van een beroep. Masteropleidingen worden afgesloten met een masterproef.
Master na masteropleiding Een masteropleiding die enkel rechtstreeks openstaat voor personen die reeds in het bezit zijn van een diploma van een masteropleiding.
Opleiding De structurerende eenheid van het onderwijsaanbod. Zij wordt bij succesvolle voltooiing bekroond met een diploma.
18
Opleidingsonderdeel Een afgebakend geheel van onderwijs-, leer- en evaluatieactiviteiten dat gericht is op het verwerven van welomschreven competenties inzake kennis, inzicht, vaardigheden en attitudes. Elke opleiding is onderverdeeld in verschillende opleidingsonderdelen.
Professioneel gerichte bacheloropleiding Professioneel gerichte bacheloropleidingen hebben tot doel de studenten te brengen tot een niveau van algemene en specifieke kennis en competenties nodig voor de zelfstandige uitoefening van een beroep of groep van beroepen.
Schakelprogramma Een programma dat kan worden opgelegd aan een student die zich wenst in te schrijven voor een masteropleiding op grond van een in het hoger professioneel onderwijs uitgereikt bachelordiploma. Een schakelprogramma omvat ten minste 45 en ten hoogste 90 studiepunten.
Studiegebied Een categorie waarin opleidingen zijn samengebracht.
Studiegeld Het bedrag te betalen door de student voor de deelname aan onderwijsactiviteiten en/of examens.
Volgtijdelijkheid De regels, vastgelegd door de instelling, die bepalen in welke volgorde je examen kan afleggen over verschillende opleidingsonderdelen of in welke volgorde je kan inschrijven voor opleidingen. Zo zal je bijvoorbeeld maar kunnen inschrijven voor en examen afleggen van het opleidingsonderdeel “Engels voor gevorderden” als je eerst het opleidingsonderdeel “Engels voor beginners” gevolgd hebt.
Studieomvang Het aantal studiepunten toegekend aan een opleidingsonderdeel of aan een opleiding.
Studiepunt Een binnen de Vlaamse Gemeenschap aanvaarde internationale eenheid die overeenstemt met ten minste 25 en ten hoogste 30 uren voorgeschreven onderwijs-, leer- en evaluatieactiviteiten en waarmee de studieomvang van elke opleiding of elk opleidingsonderdeel wordt uitgedrukt.
Voorbereidingsprogramma Een programma dat kan worden opgelegd aan een student die niet in het bezit is van een diploma dat op rechtstreekse wijze toelating verleent tot de opleiding waarvoor hij zich wenst in te schrijven.
Vrijstelling Een vrijstelling voor een opleidingsonderdeel betekent dat je voor dat opleidingsonderdeel geen examen meer moet afleggen.
19
Verder lezen … www.hogeronderwijsregister.be www.onderwijskiezer.be www.studentenportaal.be www.epos-vlaanderen.be www.naric.be www.enic-naric.net www.flamenco-vzw.be www.studietoelagen.be www.centenvoorstudenten.be
20
Colofon Coördinatie Agentschap Hoger Onderwijs, Volwassenenonderwijs en Studietoelagen Afdeling Hoger Onderwijs i.s.m. Departement Onderwijs en Vorming Afdeling Hoger Onderwijsbeleid Koning Albert II-laan 15 1210 Brussel Verantwoordelijke uitgever Luc Jansegers, Administrateur-generaal Agentschap Hoger Onderwijs, Volwassenenonderwijs en Studietoelagen Koning Albert II-laan 15 1210 Brussel Lay-out Departement Diensten voor het Algemeen Regeringsbeleid Communicatie, Patricia Vandichel Foto’s Pascal Vinycke, www.seniorennet.be op pagina’s: 1, 2, 3, 6, 9, 10, 12, 18 en 23. Flickr op pagina: 16 www.morguefile.com op pagina’s: 5, 8 en 14 Depotnummer D/2011/3241/342
22