Vitaliteitscentrum Wageningen Evaluatie van de pilot 2008-2009
Martin Doeve, gemeente Wageningen Juni 2009
Inhoud
1.
Inleiding ....................................................................................................1
2.
Achtergrond project ...................................................................................2
3.
Behaalde resultaten...................................................................................6
4.
Evaluatie van het verloop van het project ..................................................8 Succesfactor ..................................................................................... 10 Verbeterpunt ..................................................................................... 11 Vervolg .......................................................................................... 11 Het bereik van doelgroepen ............................................................... 12 Kosten .......................................................................................... 12
5.
Promotie en publiciteit ............................................................................. 13
Bijlagen: 1. Wervingsbrief 2. Uitnodigingsbrief 3. Resultaten in figuren en tabellen
1. Inleiding
In de gemeente Wageningen is in de periode augustus 2007 tot mei 2008 een aanzet/start gegeven aan een vitaliteitscentrum voor ouderen. Vanaf 15 mei 2008 hebben de medewerkers daadwerkelijk uitvoering gegeven aan de activiteiten die onder het vitaliteitscentrum vallen. e Voor het 1 half jaar heeft de gemeente een bijdrage ontvangen van de Provincie e Gelderland en heeft de gemeente zelf ook een deel gefinancierd. Het 2 halfjaar is door de gemeente zelf betaald. Dit verslag is een evaluatie van de pilot van 1 jaar vitaliteitscentrum. Het verslag van e februari 2009 betrof het 1 halfjaar. Als opzet voor deze rapportage zijn de richtlijnen van de Provincie gebruikt, zoals vastgesteld in de procedure ‘Toekenning subsidie’. Hoofdstuk 1 geeft achtergrondinformatie over het project. In hoofdstuk 2 worden de belangrijkste resultaten omschreven. Hoofdstuk 3 beschrijft knelpunten en successen. Ook worden specifieke aandachtspunten genoemd en het vervolg op de pilot. Tot slot worden in hoofdstuk 4 de PR-activiteiten benoemd. In het verslag staan (cursief) een drietal situatieschetsen. Deze zijn opge steld door de medewerkers van het vitaliteitscentrum: een ouderenadviseur en een verpleegkundige. Deze geven een goed beeld van de meerwaarde van het project en hun beider expertise.
1
2.
Achtergrond project
“Het gesprek ging aanvankelijk over de zorg, wonen en het ouder worden, maar al snel waren er signalen van depressiviteit en eenzaamheid. Verder explorerend bleken er suïcidale gedachten te zijn. Dit is bespreekbaar gemaakt en na enkele vervolggesprekken was meneer klaar voor overdracht naar reguliere hulpverlening.” (ervaring ouderenadviseur) De gemeente Wageningen heeft in 2007 een aanvraag ingediend bij de Provincie Gelderland om met ondersteuning van Spectrum een vitaliteitscentrum voor ouderen op te richten. Het vitaliteitscentrum is de benaming van een ‘Consultatiebureau voor ouderen’ (Cbo). Aanleiding voor de gemeente was dat zij vanuit het belang van preventie een innovatieve dienst wilde ontwikkelen om te zorgen dat ouderen langer zelfstandig en actief in de samenleving kunnen blijven. Na toekenning van de subsidie door de Provincie is de gemeente in september 2007 begonnen met de voorbereidingen voor het project. De eerste maanden is gesproken met betrokken partijen. Vanaf eind 2007 is contact gelegd met verschillende zorgaanbieders om een partner te vinden voor het uitvoeren van het gezondheidsonderzoek. De keuze voor de zorgaanbieder is begin 2008 gemaakt. Dit is Opella geworden. Hierop is een projectgroep samengesteld, die het plan van aanpak verder uit is gaan werken. Vanaf mei 2008 zijn de uitvoerenden, een ouderenadviseur van de gemeente en een verpleegkundige van Opella, toegevoegd aan de projectgroep en hebben we ons geconcentreerd op het uitwerken van de werkmethodiek en op praktische zake n. Vervolgens zijn de ouderenadviseur en de verpleegkundige vanaf 1 juni 2008 daadwerkelijk gestart met het uitvoeren van het gezondheidsonderzoek onder senioren tussen de 55 en 70 jaar. De pilot liep door tot 15 november 2008. De gemeente heeft besloten om de pilot te verlengen tot 1 juli 2009. De reden hiervoor is dat de gemeente over een langere periode antwoorden wil krijgen op vragen en inzicht wil hebben of de gestelde doelen haalbaar zijn. Dit leidt tot meer resultaatgegevens en informatie.
Doelen De realisatie van het vitaliteitscentrum heeft een aantal doelstellingen op het gebied van welzijn en zorg. De specifieke doelstellingen van het Wageningse vitaliteitscentrum zijn: Na een jaar: is een innovatieve dienst voor preventie voor ouderen ontwikk eld, getiteld de VCAmethodiek (Vraagverheldering - Check-up (sociaal en fysiek) - Activering); werken professionals uit de zorg en welzijn intensief samen om signalering en activering voor ouderen in een kort tijdsbestek te realiseren; hebben een aantal ouderen op basis van uitnodiging een fysieke en sociale check up gehad; zjjn een aantal ouderen doorverwezen naar activeringstrajecten; is het vitaliteitscentrum en haar werkwijze grotendeels ingebed in de plaatselijke infrastructuur; is de samenwerking tussen welzijn, zorg, vrijwilligerswerk en gemeente in het vitaliteitscentrum verankerd en vastgelegd om continuering te waarborgen.
2
In het plan van aanpak is aangegeven dat in een periode van een jaar 50 tot 60 ouderen maximaal drie gesprekken hebben gehad, waarbij 80% succesvol is doorverwezen. Ook zijn er samenwerkingsafspraken gemaakt met de verschillende partijen (welzijn, zorg, vrijwilligerswerk en gemeente) over de uitvoering van het vitaliteitscentrum. Er zijn protocollen ontwikkeld voor uitvoering en doorverwijzing en er is inzicht in de producten van de betrokken organisaties.
Doelgroep Als doelgroep voor de pilot zijn zelfstandig wonende senioren tussen de 55 en 70 jaar uit e Wageningen gekozen. De leeftijdsgroep is voor het 2 halfjaar verhoogd naar 75 jaar. Het is belangrijk om actief, pro-actief en outreachend te werven onder risicogroepen, omdat deze waarschijnlijk niet uit zichzelf naar een vitaliteitscentrum komen. Bij risicogroepen is de verwachting dat er veel effect te behalen is met p reventieve zorg. Relevante risicogroepen zijn: Senioren met een lage sociaaleconomische status Senioren met een handicap Verslaafden Zorgmijders Mantelzorgers Senioren met meerdere chronische ziekten Niet-westerse allochtone ouderen Uitsluitingscriterium Vooraf is vastgesteld om een aantal groepen uit te sluiten van deelname, dit zijn: senioren die in verpleeg- en verzorgingshuizen wonen en senioren waarvan voorzien wordt dat zij binnenkort sterven (mensen in een terminaal stadium). De veronderstelling is dat deze doelgroep geen baat heeft bij het vitaliteitcentrum en al op andere wijze gebruik maakt van de juiste zorg.
Vorm en inhoud consult Het consult bestaat uit maximaal 3 gesprekken in een jaar. Inhoud eerste gesprek: vragen doorlopen en testen doen. Advies op maat geven en eventueel verwijzen, indien nodig wordt er (gelijk) een afspraak gemaakt voor een tweede gesprek. Inhoud tweede en eventueel derde gesprek: om dieper in te gaan op bepaalde aandachtsgebieden (vraagverheldering) kan er een tweede of derde gesprek plaatsvinden. Daarnaast wordt er nagegaan of de adviezen opgevolgd zijn en eventueel naar de redenen vragen van het niet opvolgen. Ook wordt er dieper ingegaan of er een verandering in de conditie of het welzijn heeft plaatsgevonden en of er een ingrijpende gebeurtenis heeft plaatsgevonden, zoals een ernstige ziekte van de partner, het overlijden van een dierbare of een verhuizing.
3
Of iemand wel of geen gebruik maakt van een tweede gesprek, is aan de oudere zelf. Wij besteden wel aandacht aan de mogelijke risico’s bij het niet gebruik maken van een vervolggesprek en bij het niet komen op een afspraak. Op inschatting van de uitvoerende zal de betreffende persoon nagebeld of bezocht word en.
Werving In de pilot is ervoor gekozen deelnemers persoonlijk uit te nodigen. De afdeling Burgerzaken maakt een selectie uit de GBA (gemeentelijke basisadministratie) en de namen en adressen worden vertrouwelijk verstrekt aan de consulent(en) van he t vitaliteitscentrum. De genodigden kunnen de uitnodiging retourneren en hierbij aangeven of zij wel of geen gebruik willen maken van de uitnodiging. Deelname is vrijwillig. Van elke leeftijd tussen de 55 en 75 jaar worden vier senioren uitgenodigd (2 vrouwen en 2 mannen). In bijlage 1 is de uitnodigingsbrief bijgevoegd en in bijlage 2 de bevestigingsbrief. . Open inschrijving Senioren tussen de 55 en 75 jaar kunnen zichzelf ook aanmelden bij het vitaliteitscentrum. Dit kan via de balie van het Knooppunt en telefonisch. Echter dit is minimaal geweest. Om invloed te houden op de toeloop is in de pilotfase alleen geworven via een uitnodiging. In de PR rondom het vitaliteitscentrum is dit duidelijk verwoord. Senioren die niet ingaan op de uitnodiging zouden tot de risicogroepen kunnen behoren. Er bestaan diverse methoden voor het bereiken van moeilijke doelgroepen, dit is een aandachtspunt voor een eventueel vervolg van het vitaliteitscentrum na de pilotfase.
Methode en instrument De pilot in Wageningen onderscheidt zich van andere ‘consultatiebureaus voor ouderen’ door de samenwerking van de ouderenadviseur en de verpleegkundige. Zij bundelen hun krachten in het onderzoek, waardoor de ouderen op het heel brede terrein van zorg en welzijn terecht kunnen bij het vitaliteitscentrum. De vragenlijst wordt door de oudere ingevuld en de ouderenadviseur en de verpleegkundige vullen hun deel in, nadat zij allebei een gesprek met de oudere hebben gehad. Zij hebben namelijk achtereenvolgens een gesprek met de oudere, waarna zij gezamenlijk evalueren. Tussendoor geven zij belangrijke informatie telefonisch door aan elkaar. De ervaring van de medewerkers is, dat dit een geslaagde methode is. Sommige ouderen denken dat er bij hen geen bijzonderheden geconstateerd zullen worden. Bij het doorlopen van de vragenlijst en de bijbehorende onderzoeken (door de verpleegkundige) blijkt dat er ook bij hen vaak toch een punt van aandacht is waarop actie g ewenst is (bijvoorbeeld een verstoord eetpatroon of een verhoogde bloeddruk). Ook de ouderenadviseur constateert vaak een onderwerp waarop de oudere van een nuttig advies voorzien kan worden (bijvoorbeeld rondom wonen of financiën).
4
Locatie en accommodatie Het vitaliteitscentrum heeft een fysieke plek waar senioren naartoe kunnen, maar de medewerkers gaan op huisbezoek omdat zij daardoor een beter beeld van de situatie van de oudere krijgen. In de gemeente Wageningen wordt de Wmo uitgevoerd door Het Knooppunt. Het Knooppunt is een fysieke en digitale plek waar burgers voor Wmoaanvragen, informatie en advies en voor de ouderenadviseur terecht kunnen. Het vitaliteitscentrum maakt hiervan onderdeel uit. Het Knooppunt is gevestigd in het Stadskantoor van de gemeente Wageningen. Fysieke plek De fysieke plek is een laagdrempelig, gemakkelijk toegankelijk en bereikbaar gebouw in Wageningen. De accommodatie heeft een goede (spreek)ruimte en er is een pc, telefoon, koffie- en theevoorziening aanwezig. Daarnaast is er voor de uitvoerende een backoffice voor het verwerken van de onderzoeksgegevens en onderlinge afstemming. In het Stadskantoor is een spreekkamer aangepast om ouderen te ontvangen en het consult uit te voeren. Huisbezoek Een huisbezoek heeft meerwaarde vanuit het oogpunt van signalering in de eigen omgeving en laagdrempeligheid voor de oudere om gebruik te maken van het aanbod van het vitaliteitscentrum. Huisbezoek sluit aan bij de huidige werkwijze van de ouderenadviseur. In de praktijk blijkt dit zeer positief ervaren te worden. De sociale check-up van de ouderenadviseur wordt uitgebreid met een fysieke check-up van een verpleegkundige. Het materiaal voor het consult kan gemakkelijk meegenomen worden.
Projectgroep e
De
projectgroep van het 1 halfjaar, bestaat uit: Ria de Heer, beleidsmedewerker gemeente Wageningen (tot april 2008) Martin Doeve, projectmedewerker gemeente Wageningen (vanaf april 2008) Wilma Naber, regiodirecteur Opella John Hegebart, ouderenadviseur gemeente Wageningen Willeke Akkerman verpleegkundige Opella Elma van Dongen, beleidsmedewerker Spectrum CMO Gelderland
De
projectgroep van het 2 halfjaar, bestaat uit: Martin Doeve, projectmedewerker gemeente Wageningen Wilma Naber, regiodirecteur Opella John Hegebart, ouderenadviseur gemeente Wageningen Astrid van Laar, verpleegkundige Opella
e
5
3. Behaalde resultaten
“Het echtpaar was actief, had geen klachten en golfsport was hun lust en hun leven. Tijdens metingen bleek echter dat het cholesterolgehalte van beiden en de bloeddruk van meneer torenhoog was. Nietsvermoedend liepen beiden een groot risico. Ik heb de verwijzing naar de huisarts begeleid en controle achteraf gedaan voor de zekerheid.” (ervaring verpleegkundige) Functies De functies van het vitaliteitscentrum liggen op fysiek, psychisch en sociaal gebied. Daarnaast is er aandacht voor veiligheid in brede zin: veiligheidsbeleving, valpreventie, brand- en inbraakpreventie. 1. Preventie: Primaire preventie: tijdig voorkomen van (gezondheids)problemen Secundaire preventie: vroegsignalering Tertiaire preventie: voorkomen van verergering 2. Signalering en activering 3. Gezondheidsbevordering 4. Toeleiding en verwijzing 5. Informatievoorziening voor beleid 6. Schakelfunctie en versterking van de samenwerking in de keten van wonen, welzijn en zorg Taken die uitgevoerd worden in het vitaliteitscentrum tijdens en na een consult: Het afnemen van vragenlijsten en testen, gebaseerd op de landelijk vastgestelde vragenlijst voor een Consultatiebureau voor Ouderen van Vilans (zie bijlage 2). Het verwerken van gegevens; registratie van uitslagen en antwo orden. Het verstrekken van informatie. Het verwijzen naar andere hulpverleners of organisaties. Het coördineren van de zorgvraag. Het bieden van ondersteuning aan mantelzorgers. Het terugkoppelen van adviezen. Het leggen en onderhouden van contact met instellingen en hulpverleners. Het opsporen van risicogroepen. Het afhandelen van administratieve taken (aanmelding, gegevensbeheer e.d.).
6
Resultaten Gezien het feit dat het om een pilot gaat, heeft de gemeente ervoor gekozen volgens de vooraf bepaalde methode (steekproef) ouderen te benaderen. Deze keuze is gemaakt, omdat er in de pilot bij een beperkte groep mensen een onderzoek uitgevoerd kan worden. Dit is het gevolg van het aantal beschikbare uren (8 uur per week), die de medewerkers voor deze pilot tot hun beschikking hebben. In totaal zijn er 400 uitnodigingen verstuurd. 174 ouderen hebben gereageerd op de uitnodiging. Er is bij 97 ouderen (44 mannen en 53 vrouwen) een vitaliteitscheck (gezondheidsonderzoek) uitgevoerd. Bij een deel van deze 97 ouderen heeft ook een vervolgonderzoek plaatsgevonden, waarin geconstateerde knelpunten op het gebied van zorg en welzijn gevolgd worden. Ook zijn 62 ouderen doorverwezen naar of zijn geadviseerd om contact op te nemen met een andere professionals of vrijwilligers (64%). In de overzichten die als bijlage 3 zijn bijgevoegd, worden de resultaten van de onderzoeken weergegeven.
In bijlage 3 wordt het volgende aangegeven:
Verdeling mannen en vrouwen en leeftijden Aantal en soort verwijzingen of adviezen Soort signaal
7
4. Evaluatie van het verloop van het project “Sommige ouderen houden een façade op en doen zich beter voor dan ze zich voelen. Als dan in het vragenformulier kwesties over bijvoorbeeld het welzijn geheel niet zijn ingevuld, dan kan deze juist betekenis hebben. Vragen naar de reden van het niet invullen van dit gedeelte, bracht de confrontatie aan het licht dat deze vragen te confronterend waren voor deze oudere. Dit was dan het aangrijpingspunt voor verdieping van het gesprek.” (ervaring ouderenadviseur) Evaluatie Op 14 mei 2009 heeft de projectgroep gezamenlijk de periode van 15 mei 2008 tot 15 juni 2009 geëvalueerd. Deze evaluatie betreft de periode van ruim een jaar. Een aantal e geconstateerde zaken zijn niet afwijkend t.o.v. de evaluatie van het 1 halfjaar. De volgende punten zijn geëvalueerd: 1. Algemene vragen 2. Gekozen methodiek (vragenlijst) 3. Doelen (uit het plan van aanpak) 4. Resultaten (excell-overzichten) Per punt worden de conclusies aangegeven. 1. Algemene vragen a) Wat ging er goed in het project? De wijze van gespreksvoering met de mensen, de keuze om op huisbezoek te gaan en het e delen van de uitkomsten na het 1 bezoek door of de ouderenadviseur en de verpleegkundige. Ook wordt er positief gereageerd op het vitaliteitscentrum en vinden mensen het prettig om hun ‘verhaal’ te kunnen vertellen. b) Wat zijn de sterke punten van het project? De sterke punten zijn: de preventieve aanpak (vroegsignalering), de aanvulling van 2 verschillende specialismen, de specialistische kennis en de hoge mate van doorverwijzing/advisering. c) Wat kan er beter of anders? Er zijn een aantal punten die anders of verbeterd kunnen worden. Hieronder wordt aangegeven welke punten dat zijn: 1. De wijze waarop de mensen zijn (werving) benaderd moet anders. e e De respons was in het 1 halfjaar te laag. In het 2 halfjaar was dit hoger. Het kan worden verhoogd als het vitaliteitscentrum mede op initiatief van de huisartsen plaatsvindt en dat het vitaliteitscentrum de samenwerking zoekt met andere organisaties (bv Welvada). 2. Het vitaliteitscentrum moet meer doen aan PR en promotie De mensen zijn wantrouwend en/of begrijpen de rol van de gemeente niet. De brief is niet uitnodigend genoeg. Het is een optie om de OA of de VK de mensen die gereageerd hebben e op de brief te laten bellen waardoor de mensen meer zullen gaan meedoen. Het 2 halfjaar had het vitaliteitscentrum administratieve ondersteunding. Deze medewerker verstuurde de
8
brieven, plande afspraken in, hield de planning bij, verstuurde de uitnodigingen en is e telefonisch het 1 aanspreekpunt. 3. Meer mensen en sneller/makkelijker bereiken De manier van aanmelden voor het vitaliteitscentrum verbreden en ook uitgaan van spontane aanmelding. Promotie en PR-activiteiten gaan starten in samenwerking met lokale partners. 4. Aanpassing van de leeftijdsgrens is nodig om bij meer mensen te kunnen werken aan vroegsignalering De leeftijdsgroep aanpassen naar alle zelfstandig wonende ouderen vanaf 55 jaar 5. Op een andere wijze resultaten vastleggen e De wijze waarop in het 1 jaar de resultaten zijn vastgelegd geven onvoldoende onderscheid tussen een advies en een verwijzing. Bij een verwijzing door het vitaliteitscentrum is er sprake van een indicatie (toegang krijgen tot). Bij een advies is het vrijblijvend. Voorgesteld wordt om met (medische) coderingen te gaan werken. Dit maakt het zowel voor de uitvoering als voor de verwerking duidelijker. Daarnaast wordt het inzichtelijker wat het vitaliteitscentrum ‘oplevert’ en is verantwoording gewaarborgd. d) Hoe verliep de samenwerking tussen ouderenadviseur en verpleegkundige, met andere partners en binnen de projectgroep? De samenwerking tussen de ouderenadviseur en de verpleegkundige was goed en zij vulden elkaar qua inhoud en persoon goed aan. Beide personen hebben kennis binnen hun vakgebied en leveren een positieve bijdrage aan het VC. De wil is aanwezig om er iets moois en goeds van te maken!
2. Gekozen methodiek (vragenlijst) In zijn algemeenheid wordt gesteld dat het goed is om de vragenlijst vooraf aan de mensen op te sturen met het verzoek om deze in te vullen. Niet iedereen vult alles in. In het gesprek zorgt de ouderenadviseur of de verpleegkundige ervoor dat ook de niet ingevulde vragen worden besproken. De vragen worden niet alsnog beantwoord op het formulier, maar komen in het gesprek aan de orde. De ouderenadviseur of de verpleegkundige neemt deze informatie mee uit het gesprek. Het gesprek leidt vanzelf naar de informatie. Het vragenformulier is niet leidend, de inhoud van het gesprek wel. e Het vragenformulier is na het 1 halfjaar aangepast: niet relevante vragen zijn eruit gehaald. e
De ouderenadviseur en de verpleegkundige hebben in het 2 halfjaar de methodiek aangepast door meer maatwerk te leveren. Er vindt namelijk geen bezoek door de ouderenadviseur of de verpleegkundige plaats als de beantwoording van de vragen e voldoende inzicht geeft of als uit het 1 gesprek blijkt dat een gesprek vanuit het andere vakgebied niet nodig is. Hierover vindt overleg en afstemming plaats.
3. Doelen (uit het plan van aanpak) In hoofdstuk 1 zijn de doelstellingen genoemd die na een jaar gerealiseerd moeten zijn. Is een innovatieve dienst voor preventie voor ouderen ontwikkeld, getiteld de VCA-methodiek (Vraagverheldering - Check-up (sociaal en fysiek) – Activering)? Antwoord: Nee, want met het onderdeel ‘activering’ is onvoldoende gedaan. Dit heeft meer tijd nodig om in te bedden en daarnaast moet er meer worden samengewerkt met
9
de partijen/organisaties. Er zal naar samenwerking moeten worden gezocht om dit aspect meer vorm te geven. Gedacht wordt aan de volgende partijen/organisaties: Welvada, huisartsen, Meldpunt Vrijwillige Hulpverlening, Alzheimer Nederland en Gelderse Roos (geheugenpoli). Werken professionals uit de zorg en welzijn intensief samen om signalering en activering voor ouderen in een kort tijdsbestek te realiseren? Antwoord: Nee Hebben een aantal ouderen op basis van uitnodiging een fysieke en sociale check up gehad? Antwoord: Ja, in totaal 97. Zijn een aantal ouderen doorverwezen naar activeringstrajecten? Antwoord: Ja. Is het vitaliteitscentrum en haar werkwijze grotendeels ingebed in de plaatselijke infrastructuur? Antwoord: Nee, want dit heeft meer tijd nodig en het vitaliteitscentrum moet niet los worden gezien van andere activiteiten en beleidsvelden. Is de samenwerking tussen welzijn, zorg, vrijwilligerswerk en gemeente in het vitaliteitscentrum verankerd en vastgelegd om continuering te waarborgen? Antwoord: Deels wel, maar voorgesteld wordt om een plan op te stellen waarin de ambitie en doelen voor de komende 3 jaar worden vastgelegd. De rol en functie van het vitaliteitscentrum moet worden vastgesteld vanuit het ouderenbeleid, Wmo-beleid, AWBZ, minimabeleid en de Wet Preventieve Gezondheid (WPG).
4. Resultaten (vanuit excell-overzichten) Uit de resultaten en uit de evaluatie zijn de onderstaande conclusies vastgesteld. De bedoeling is om deze conclusies om te zetten in acties waarmee de werkwijze van het vitaliteitscentrum wordt geoptimaliseerd. Meer doen aan public relations en promotie Overwegen of de naamgeving moet veranderen Veel consulten die uitgevoerd zijn waren waardevol voor de ouderen (veelvuldig was er sprake van doorverwijzing of advisering) Naast het aanpassen van de uitnodigingsbrief, ook op een andere manier werven of ouderen benaderen (bijvoorbeeld een folder verspreiden met aanmeldkaart) Administratieve ondersteuning blijft noodzakelijk (om afspraken in te plannen en brieven te versturen) Geen bovengrens van de leeftijdsgroep vastellen en de ondergrens houden op 55 jaar e Zorgen voor een directer contact met de 1 lijnszorg/huisartsen Samenwerking zoeken met andere partijen/organisaties Een informatiemap samenstellen met de volgende informatie: seniorenwijzer, infokaart van Het Knooppunt en Inkomensbrigade, aanvraagformulier Collectieve Aanvullende Ziektekostenverzekering (CAZ) en GeldTerugRegeling (GTR), voorzieningenwijzer, informatie van Menzis en Opella De resultaten op andere manier meten (coderingen) Continuering- en uitbreidingsmogelijkheden vanwege financiering door zorgverzekeraar Menzis voor een periode van 3 jaar
10
Met het vitaliteitscentrum heeft de gemeente Wageningen een instrument in handen dat ondersteunend is in het fysiek, psychisch en sociaal welbevinden van de zelfstandig wonende ouderen. Succesfactor Een succesfactor is de combinatie tussen verpleegkundige en ouderenadviseur. Zij kunnen hun beelden en conclusies uitwisselen en met elkaar bespreken. Er komt geen beeld van één persoon, maar van twee personen waarbij de verschillende invalshoeken aanvullend werken. Bij vervolggesprekken komt er een persoon waarmee de klant eerder heeft gesproken. Een andere succesfactor is de verbinding van zorgverzekeraar Menzis aan het vitaliteitscentrum. Menzis vindt het belangrijk om maatschappelijk te participeren Daarnaast vindt Menzis preventieve werking i.p.v. curatief belangrijk. Dit betekent dat het vitaliteitscentrum vanaf 1 juli 2009 gedragen wordt door 3 partijen: Menzis, gemeente Wageningen en Opella. De samenwerking is uniek omdat financiering plaatsvindt vanuit verschillende werkterreinen (AWBZ, ouderenbeleid). Verbeterpunt Een knelpunt is de minimale samenwerking met de huisartsen en andere organisaties. Door de huidige verpleegkundige is er meer ingang bij de huisartsen. Het vitaliteitscentrum moet meer bekend worden en samenwerken met organisaties/partijen op het gebied van welzijn en zorg. Wil het echt goed gaan werken, dan moet er een wisselwerking ontstaan. De kans is groot dat er veel mensen bij de huisartsen komen, die verwezen kunnen worden naar het vitaliteitscentrum. Bij voortzetting van het vitaliteitscentrum dient dit aspect te worden opgepakt. Vervolg De gemeente Wageningen, Opella en zorgverzekeraar Menzis hebben ervoor gekozen om het vitaliteitscentrum met 3 jaar voort te zetten. De reden is dat zij de meerwaarde van het vitaliteitscentrum inzien. Daarnaast vindt de gemeente dat het vitaliteitscentrum meerdere werkterreinen/beleidsvelden raakt en verschillende organisaties geïnteresseerd zijn in deelname of aansluiting. Menzis verstrekt een jaarlijkse bijdrage voor 3 jaar aan Opella voor het opzetten/ontwikkelen van kleinschalige projecten voor ouderen gekoppeld aan prestaties. Een deel van deze bijdrage is bestemd voor het vitaliteitscentrum en een deel voor een soortgelijk project in de regio waar Opella werkzaam is. Ook reserveert Menzis een bedrag uit de Collectieve Aanvullende Ziektekostenverzekering (CAZ) voor het vitaliteitscentrum.
11
Het bereik van doelgroepen Omdat we hebben gewerkt op basis van een aselecte steekproef, zijn in deze pilot geen specifieke doelgroepen benaderd om mee te doen. De basis van de steekproef uit het GBA is de Wet Bescherming Persoonsgegevens. Kosten De totale kosten per jaar voor 8 uur vitaliteitscentrum zijn: Loonkosten ouderenadviseur: € 11.500,Inhuur verpleegkundige: € 16.500,Totale kosten inzet personeel: € 28.000,Overige kosten: Materiaal, reiskosten e.d.: Projectleiding: Totaal overige kosten:
€ 1.000,€ 6.150,€ 7.150,-
Aantal bezochte ouderen zijn 97 Kosten per bezochte oudere zijn € 362,37 (= incl. overige kosten) Kosten per bezochte oudere zijn € 288,66 (= excl. overige kosten)
12
Promotie en publiciteit Er
is aandacht besteed aan het vitaliteitscentrum via diverse communicatiemiddelen: Via oproepen in de lokale pers (Stad Wageningen) Via Het Knooppunt (fysiek, website en telefonisch) Via mondelinge promoties aan bijvoorbeeld thuiszorgorganisaties, welzijnsorganisaties, huisarts en ouderenadviseur
Bewust is ervoor gekozen om in de pilot zelf de regie te houden op het aantal aanmeldingen. Hiermee is voorkomen we dat we vraag niet kunnen beantwoorden. We wilden geen nee verkopen! In het vervolg van de pilot zal de gemeente het aanbod meer laten bepalen door de vraag.
In oktober 2008 heeft de gemeente Wageningen ambtenaren ontvangen van het LCGW Oost (Landelijk Contact Gemeentelijk Welzijnsambtenaren). Een tiental ambtenaren en het bestuur van het district Oost (Gelderland en Overijssel) van de LCGW kwam op werkbezoek naar het Vitaliteitscentrum Wageningen. Zij zijn onder andere ontvangen door wethouder mevrouw Walma en hebben vanuit de projectgroep informatie gekregen over de opzet en het verloop van het project. In maart 2009 is een presentatie gegeven bij de provincie Gelderland aan de andere consultatiebureaus voor ouderen (Cbo). Er is informatie gegeven over hoe de gemeente Wageningen gezorgd heeft voor een financiële bijdrage van Menzis voor een periode van 3 jaar. Op 1 juli 2009 verzorgt het vitaliteitscentrum een workshop bij een studiemiddag van het LCGW en DIVOSA. Het thema van deze studiemiddag is: De AWBZ wijzigt, wat betekent dat voor lokaal beleid? Deze studiemiddag wordt gehouden voor bestuurders en professionals van zorg- en welzijnsinstellingen in de provincies Gelderland, Overijssel en Flevoland.
13
Bijlage 1: Uitnodigingsbrief
Wageningen ons kenmerk onderwerp bijlagen behandeld door
«Aanhef_» «Naam» «Adres» «Postcode_Woonplaats»
telefoon verzenddatum
21 april 2009 Vitaliteitscentrum div. J. Hegenbart A. van Laar 0317-492450
Uitnodiging deelname Vitaliteitscentrum Geachte heer, mevrouw, De gemeente Wageningen is in juni 2008 met het Vitaliteitscentrum gestart. Het Vitaliteitscentrum is een initiatief van het Knooppunt Wageningen en kan worden beschouwd als een bureau voor ouderenzorg. Het centrum richt zich op de gezondheid en het welzijn van inwoners die ouder zijn dan 55 jaar. Voordat dit Vitaliteitscentrum een definitieve plaats krijgt in Wageningen zullen, gedurende één jaar, zo’n 60 inwoners tussen de 55 en 75 jaar de gelegenheid krijgen om deel te nemen aan een onderzoek. Twee medewerkers van het Knooppunt, John Hegenbart (ouderenadviseur) en Astrid van Laar (verpleegkundige), zullen deze 60 personen bezoeken. Aan de hand van een vragenlijst wordt gekeken naar vele aspecten van het dagelijks leven die direct te maken hebben met uw gezondheid en welzijn. Te denken valt aan uw lichamelijke en geestelijke gezondheid, woonsituatie, uw dagbesteding en bijvoorbeeld de zorg die u geeft/ontvangt. Het doel van dit onderzoek is om samen met u te kijken naar hoe u zo gezond en actief mogelijk ouder kunt worden. Na het huisbezoek kunt u persoonlijk advies en informatie krijgen en kan, indien nodig, worden gezorgd voor bemiddeling en het tot stand komen van contacten met instanties, personen of vrijwilligers. Een vervolggesprek behoort tevens tot de mogelijkheden. Deelname is vrijwillig en kosteloos. Uiteraard is uw privacy gewaarborgd en worden uw gegevens anoniem verwerkt in de eindconclusies en worden alle persoonlijke gegevens vernietigd. Aan de hand van de eindconclusies zal duidelijk worden of het Vitaliteitscentrum, na de proefperiode van één jaar, voorziet in een behoefte en daarmee een vaste plaats verdiend in de Wageningse samenleving. Indien u gebruik wilt maken van deze uitnodiging kunt u het reactieformulier invullen en retourneren in de bijgevoegde enveloppe. Een postzegel is niet nodig. Wij nemen dan spoedig contact met u op.
Met vriendelijke groet,
John Hegenbart en Astrid van Laar
14
Bijlage 2: Bevestigingsbrief
Wageningen ons kenmerk ons nr onderwerp bijlagen behandeld door
«Aanhef_» «Naam» «Adres» «Postcode_Woonplaats»
telefoon verzenddatum
Vitaliteitscentrum bevestiging afspraak Vragenlijst J. Hegenbart A. van Laar 0317-492450
Geachte , Naar aanleiding van ons telefoongesprek van heden bevestig ik hierbij onze afspraak dat op mevrouw A. Van Laar (verpleegkundige) en de heer J. Hegenbart (ouderenadviseur) u zullen bezoeken. Het eerste gesprek wordt gevoerd door mevrouw Van Laar/de heer Hegenbart en vindt plaats om uur. Het tweede gesprek wordt gevoerd door mevrouw Van Laar/de heer Hegenbart en vindt plaats om uur. Het bezoek wordt u aangeboden door het Vitaliteitscentrum en is kosteloos. Dit Vitaliteitscentrum is een nieuw initiatief van de gemeente Wageningen en is een consultatiebureau voor inwoners van Wageningen die ouder zijn dan 55 jaar. Dit centrum richt zich op hoe u gezond ouder kunt worden en actief kunt blijven in de samenleving. Wij doen dit door middel van het onderzoeken van uw gezondheid en welzijn en kijken samen met u naar de toekomst. U mag vrijuit spreken over ieder onderwerp dat u belangrijk vindt. We denken daarbij aan zaken als: uw gezondheid, woonsituatie, financiën (uw inkomen en eventuele schulden) en aan het deel kunnen blijven nemen aan het dagelijkse leven. Maar ook het ontmoeten van anderen, het kunnen zorgen voor een eventuele partner, de zorg voor uw huishouding, het doen van uw boodschappen of uw persoonlijke verzorging. Het zijn allemaal belangrijke zaken in uw leven. Mevrouw van Laar zal zich voornamelijk richten op uw lichamelijk welbevinden en de heer Hegenbart zal met u spreken over uw woonsituatie, inkomen en de sociale aspecten van het ouder worden. Indien nodig geven wij u informatie en advies of zorgen wij voor bemiddeling en het tot stand komen van contacten met instanties of vrijwilligers. Als bijlage bij deze brief sturen wij u de vragenlijst reeds toe. Wilt u deze zoveel mogelijk invullen? Met vragen kunt u bellen op werkdagen van 9.00 tot 10.00 uur op telefoonnummer 492450.
Met vriendelijke groet,
J. Hegenbart / A. van Laar
15
Bijlage 3: Resultaten in figuren en tabellen
Figuur 1: Verdeling mannen en vrouwen en leeftijden
Figuur 2: Aantal doorverwijzingen en naar wie
16
Figuur 3: Soort signaal Onderstaande tabel laat zien welke zaken en hoe vaak gesignaleerd zijn door de ouderenadviseur en de verpleegkundige tijdens de bezoeken. De signalen zijn onderverdeeld in de categorieën: lichamelijk, psychisch, sociaal en hulpmiddelen en voorzieningen. Categorieën
Vrouwen
Mannen
Totaal
Verhoogd cholesterol
6
2
8
Overgewicht
2
0
2
Overbelasting door ziekte echtgenoot
1
0
1
Urine incontinentie
3
0
3
Lichamelijk klachten
2
6
7
Verhoogde bloeddruk
8
5
13
Diabetes
1
1
2
Lage bloedsuiker
1
0
1
Lage polsslag
1
0
1
Oedeem benen
1
0
1
Artrosepijn/klachten
2
0
2
Alcoholprobleem
0
1
1
Hartklachten
0
1
1
Onverwerkt trauma
1
0
1
Slecht slapen
2
1
3
Geestelijk kwetsbaar/verminderd geheugen
1
1
2
Rouwverwerking / verlies echtgenoot
2
1
3
Stress
1
1
2
Depressiviteit
2
2
4
Verhuiswens
1
0
1
Sociaal isolement
5
6
11
Achterstallig onderhoud woning
1
0
1
Woonoverlast
0
1
1
Verwaarloosde tuin
0
1
1
Inkomensvragen
1
1
2
Wmo-voorzieningen
3
2
5
Administratie onduidelijk
1
0
1
Lichamelijk
Psychisch
Sociaal
Hulpmiddelen en voorzieningen
17