Energiebesparing Noord Nederland Postbus 33
VISIE OP ENN
20-2-2012
De kracht van verbinden Investeren in comfort en energiebesparing; ENN ontzorgt u op een SLIMme manier.
9410 AA Beilen 0593-541045
Visie op ENN
Inhoudsopgave 1
INLEIDING ......................................................................................................... 2
2
ENERGIEBESPARING, ACHTERGROND ........................................................ 3 2.1 Het gevoel ...................................................................................................... 3 2.2 Publiek private samenwerking ........................................................................ 3 2.3 Het Consortium .............................................................................................. 4 2.4 Doelstelling visiedocument ............................................................................. 4 2.5 Internationale erkenning ................................................................................. 4
3
ACTIVITEITEN EN STEUNPUNTEN.................................................................. 5 3.1 De nieuwe manier van werken ....................................................................... 5 3.2 ENN-Steunpunten .......................................................................................... 6
4
PROCESAANPAK ........................................................................................... 11 4.1 De voorbereidingsfase: Het projectteam ...................................................... 11 4.1.1 Het Project Marketing .............................................................................. 12 4.1.2 Het Project Dienstverlening ..................................................................... 12 4.1.3 Het Project Communicatie ....................................................................... 13 4.1.4 Het Project Organisatie ............................................................................ 13 4.2 Energietransitie individuele eengezinswoningen .......................................... 14 4.3 Energietransitie blokken eengezinswoningen ............................................... 15 4.4 Energietransitie Verenigingen van Eigenaren .............................................. 18
5
ROLVERDELING ............................................................................................. 19 5.1 Rol van de overheid ..................................................................................... 19 5.2 Marktpartijen ................................................................................................ 19 5.3 Standsorganisaties ....................................................................................... 20 5.4 De uitvoeringsorganisatie ............................................................................. 20
6
TENSLOTTE .................................................................................................... 22
Pagina 1
Visie op ENN
Visie op ENN DE KRACHT VAN VERBIN DEN
1 INLEIDING Voor u ligt het visiedocument voor de projectaanpak van het consortium "Energiebesparing Noord-Nederland ” voor het verbeteren van comfort, energiebesparing en verhogen van duurzaamheid in de buurt. Dit projectplan sluit naadloos aan op het klimaatbeleid, het sociaal beleid, het woonbeleid en de gewenste economische opleving in de provincie en de gemeente voor de gebouwde omgeving van particuliere eigenaren. Dit projectplan vormt de Green Deal tussen de provincie, de gemeente, haar particuliere eigenaar bewoners en de particuliere verhuurders. De taakstelling voor het consortium “Energiebesparing Noord-Nederland” is om in de gebouwde omgeving van particuliere eigenaren een energetische verbetering te realiseren van minimaal 2 labelsprongen dan wel te komen op Label B. Uitgangspunten daarbij zijn:
Het behoud van keuzevrijheid van de verbruiker om zelf te kunnen kiezen tussen de verschillende aannemers, installateurs, uitvoerders en hun adviseurs. Woonlastenneutraliteit: Dit betekent dat de financieringslasten die gepaard gaan met een investering in maatregelen minimaal wordt gecompenseerd door de besparing en de toename van het woongenot, de maatschappelijke bijdrage en een bewuster energiegedrag. De aanpak moet transparant en inzichtelijk zijn. Een breed maatschappelijk draagvlak is noodzakelijk. De consumenten en brancheorganisaties moeten achter de voorgestelde aanpak staan.
Ontzorgen is de basis voor succes. Dat kan het consortium ENN voor u verzorgen. ENN richt zich niet direct op de financiering van investeringen maar juist op het stimuleren en begeleiden van de particuliere huishoudens. Bewustwording en onafhankelijk advies zijn daarbij belangrijke elementen. Daarnaast zijn de volgende elementen van belang voor succes: Duidelijkheid. Eerlijkheid. Overzichtelijke stappen. Korte doorlooptijd. Vrije keuze. Persoonlijke benadering. Nazorg. Al deze elementen zijn binnen het consortium vertegenwoordigd en zullen gebruikt worden gedurende het proces. Pagina 2
Visie op ENN
2 ENERGIEBESPARING, ACHTERGROND 2.1 Het gevoel “Energie Besparen” moet heel goed voelen. Goed voor de portemonnee, goed voor de sociale cohesie, goed voor het milieu, goed voor de werkgelegenheid. Een oprechte propositie die ook in politiek verband kan rekenen op een collectief draagvlak!
Het provinciale en gemeentelijke beleid speelt daarop in vanuit milieu, wonen en sociaal beleid als het stimuleren van de werkgelegenheid. Energiebesparing draagt bij aan de realisatie van al deze beleidsterreinen en is daarom ook zo belangrijk.
2.2 Publiek private samenwerking Zo belangrijk zijn deze beleidsthema’s, dat het gewenst is om te komen tot een publiek private samenwerking van alle betrokken organisaties. Wil de particuliere eigenaar investeren dan zullen eventuele drempels moeten worden weggenomen. Zowel bouw- als installatietechnische beperkingen, sociale beperkingen, het ontbreken van kennis, het gebrek aan inzicht in de toegevoegde waarde van energiebesparing en duurzaamheid, het ontberen van inzicht in de zekerheid van besparing, de juridische onzekerheden rond de ingrepen en het vermogensbeslag dat gepaard gaat met energiebesparende maatregelen zijn niet bevorderlijk voor een positieve besluitvorming. Hierboven op komt het collectieve wantrouwen jegens de diverse energiemaatschappijen, de aannemerij, de installatiebranche en diverse toeleveranciers. De consument/verbruiker heeft daarom behoefte aan een onafhankelijke vorm van begeleiding, gericht op het belang van de verbruiker zelf. De consument/verbruiker wil tevens in deze complexe materie ondersteunt en ontzorgt worden. Maar wel wil de consument/verbruiker zelf beslissen over de te nemen maatregelen.
Pagina 3
Visie op ENN
2.3 Het Consortium Het consortium “Energiebesparing Noord-Nederland” is samengesteld uit adviesbureaus die onafhankelijk zijn en met gedegen ervaring en deskundigheid in de particuliere markt staan. Het consortium is volledig gespecialiseerd in de begeleiding en advies van blokken van eengezinswoningen, buurten en Verenigingen van Eigenaren. Het consortium is tot stand gekomen door reeds bestaande samenwerking en de subsidieaanvraag bij de Noordelijke Provincies.
2.4 Doelstelling visiedocument Doelstelling van het onderhavige visiedocument is om samen met de provinciale en gemeentelijke overheden te komen tot een integrale aanpak van maatregelen in buurten, wijken en appartementencomplexen, die leiden tot een substantiële energieverbruikreductie en duurzaamheid.
2.5 Internationale erkenning Het plan van aanpak van het consortium ENN was reden voor de Noordelijke provincies om de procesaanpak van het consortium financieel te ondersteunen. Een prachtige aanzet voor een proces dat in coproductie tot stand komt. Zowel producenten, toeleveranciers, energiedistributeurs, adviseurs, de overheid, maar ook de particuliere eigenaar zal een bijdrage moeten leveren om de beoogde ambitie mogelijk te maken. Vanuit het ministerie van BZK is reeds de medewerking toegezegd om, indien de provincies en gemeenten in Noord Nederland ook meewerken, een bijdrage te vragen uit het Europese deelprogramma “Jessica”. “Jessica” staat voor “Joint European Support for Sustainable Investment in City Areas. Lidstaten krijgen daarbij de optie om een deel van hun EU-subsidies, de zogenaamde structuurfondsen, te gebruiken voor terugvorderbare investeringssteun aan projecten die onderdeel uitmaken van een geïntegreerd plan voor duurzame stadsontwikkeling. Wij hopen dan ook dat u deze tour d’ambiance ervaart als een verrijking voor uw beleid. Wij zijn ervan overtuigd!
Pagina 4
Visie op ENN
3 ACTIVITEITEN EN STEUNPUNTEN Het projectteam zal zich inspannen om meer dan 1250 woningen energiezuiniger te maken. Deze woningen vormen de basis voor de opschaling in Noord-Nederland.
3.1 De nieuwe manier van werken De nieuwe manier van werken is gebaseerd op het gedachtegoed van Co-productie, Cofinanciering en Co-waardering en komt onder meer tot uitdrukking in substantiële efficiencyvoordelen, besparingen in de faalkosten, een verhoging van de kwaliteit van de ingrepen en positieve energie van alle betrokkenen. Publiek private kruisbestuiving gebaseerd op wederzijds respect en integriteit. Gericht op de particuliere eigenaar. Co-productie impliceert een gezamenlijke verantwoordelijkheid van het bedrijfsleven, de overheid en de consument voor het resultaat. Men moet samenwerken om het beoogde resultaat te kunnen realiseren. Energiebesparing is daarbij het beoogde resultaat, niet de producten of diensten die worden geleverd. Co-productie leidt ook tot procesintegratie en daarmee tot kostprijsverlaging. Opnames hoeven nog maar eenmaal te worden gedaan. Het gaat erom “.. de bal 1 x goed te raken”. Een hoogwerker kan door meerdere specialisten worden gebruikt en niet ieder voor zich. Facturering kan in één keer en wordt niet verdeeld over een tiental bedrijven, enz. Coproductie eist extra verantwoordelijkheid van de diverse leveranciers en bouwers en een optimale afstemming met de klant. Dit leidt tot een aanzienlijke kostprijsreductie en verkleining van de kans op fouten. Co-financiering betekent samen financieren. Co-financiering lukt als voldaan wordt aan de gestelde randvoorwaarden van meerdere financiers. Voorwaarden zijn bijvoorbeeld maatschappelijk verantwoord ondernemen, kwaliteit en duurzaamheid. Oftewel een collectief van financiers staat op en gezamenlijk nemen zij de verantwoordelijk voor de bekostiging of investering. Energiebesparende maatregelen financieren is een maatschappelijk vraagstuk en is niet alleen een belang van de consument/verbruiker. Ook de bank (beheersbare woonlasten leiden tot een lagere risico-opslag) en de overheid uit hoofde van haar maatschappelijke taakstelling dient hierin haar rol te nemen. Co-productie en co-financiering leiden daarom tot een verbreding van het “engere” financiële waardebegrip, omdat niet alleen de waarde van de besparing in geldelijke zin nog meetelt, maar ook de zogenaamde zachtere of minder begrepen waarden zoals CO ², woongenot, duurzamer gebruik van middelen, het welzijn van de generaties na ons. Waarde vereist een consensus van de betrokken partijen. Waardeverbreding leidt daarom tot een verbetering van het waardebegrip en een breder maatschappelijk draagvlak. Het is over met het enkelvoudig denken over doelstellingen, we dienen er meerdere. En als ook de consument/verbruiker beter de “Waarde” van energiebesparing en duurzaamheid inziet, des te meer verantwoord gaat hij met deze waarden om. Als zodanig vormt Co-waardering dus tevens een marketing instrument.
Pagina 5
Visie op ENN
3.2 ENN-Steunpunten De aanpak maakt gebruik van een aantal steunpunten: A Breed maatschappelijk draagvlak Samen met de diverse standsorganisaties voor consumenten, producenten en belangenbehartigers en overheden maken we de buurt energiebewust en zuinig. De diverse overheden, consumenten- als producentenorganisaties zijn gevraagd hun steun te betuigen voor de onderhavige voorgestelde aanpak en deze te ondersteunen vanuit de eigen activiteiten. Op dit moment hebben Vastgoedbelang, VvE Belang, Milieu Centraal, Bouwend Nederland, Uneto VNI, Install Nova, Meer met Minder, de gemeente Tilburg reeds een intentieverklaring ondertekend. Verschillende anderen hebben reeds toezeggingen gedaan en volgen nog. De bedoeling is dat de betreffende maatschappelijke organisaties periodiek geïnformeerd worden over de stand van zaken. In dit kader is er met diverse steden een soort van G12 overleg gepland, bestaande uit vertegenwoordigers van alle grote gemeenten. Zij treden op als Duurzaam Innovatie Team, waarbij zij de diverse aanpakken in de diverse steden analyseren en beoordelen op hun toegevoegde waarde. Dat dergelijke overlegstructuren zich spontaan ontwikkelen, betekent dat de interesse in de aanpak dan ook bijzonder te noemen is.
B
Beperken van de woonlasten voor lage inkomensgroepen door integrale aanpak vanuit de beleidsvelden Wonen, Milieu èn Sociale Zaken Door het leggen van de koppeling tussen de energetische prestatie van de voorraad en het inkomensniveau van de betreffende bewoners kan een selectie worden gemaakt van woningen en huishoudens. Het is gebleken dat veel lage inkomens leven in slechte energetische omgevingen. Met de inzet van de armoedemonitor worden de woningen geselecteerd die in aanmerking moeten komen voor de energietransitie. Deze methode dient daarbij zowel de milieu-, als de wonen- en de sociale doelstellingen bij zowel de gemeente als de corporaties. Een dergelijke aanpak wordt tevens voorgesteld voor de eigenaar-bewoners in de projecten die worden begeleid door het consortium “Energiebesparing Noord-Nederland”.
Pagina 6
Visie op ENN
C Inzetten van Keten Integrale Samenwerking (KIS) Op verzoek van de provincie, gemeente(n), bewoners en VvE-en kan het consortium worden gevraagd om eventuele pakketten van maatregelen op een zo groot mogelijk schaal en zo efficiënt mogelijk aan te besteden in het belang van de eigenaren en bewoners. Dit met het doel om schaalvoordelen te bereiken, kostenvoordelen door procesintegratie te bereiken en het beperken van de doorlooptijd van de ingrepen. Hiertoe zal het consortium ketengeïntegreerde samenwerkingsverbanden willen selecteren. Hieronder verstaan we samenwerkingsverbanden van een keten van bedrijven die elkaar aanvullen bij de gemeenschappelijke aanpak van energiebesparende maatregelen en als zodanig als één aanbieder kunnen optreden. Zij richten zich primair op het resultaat van de ingrepen dan op een productgarantie. Voor de samenwerkingsverbanden die een resultaatgarantie bieden, opent zich de markt. Daarbij stimuleren we co-productie en reduceren wij de faalkosten. We bedenken nieuwe slimme oplossingen, korten processen in, nemen betere maatregelen en verhogen de kwaliteit van advies en uitvoering door kennisuitwisseling. Procesintegratie leidt tot substantiële besparingen voor de verbruiker wil deze overtuigd zijn van de toegevoegde waarde en over gaan tot een transactie. Voorbeelden van procesintegratie zijn: Eén aanspreekpunt voor de consument. Opnames van woningen beperken tot eenmaal voor meerdere disciplines. Eenmalige invoer in berekeningssystemen voor meerdere disciplines. Marketing afgestemd op integrale aanpak in plaats van individuele aanpak. Centrale facturering. Uitvoeringsintegratie van meerdere disciplines op meerdere adressen per dag. Communicatie centralisatie. Kwaliteitsnormalisatie. Procesanalyse en procesredesign door betrokken partijen. Door te streven naar substantiële kostenvoordelen als gevolg van procesintegratie wordt het mogelijk “an offer you can’t refuse” samen te stellen, waarbij de prijs van de ingrepen groepsgewijs beduidend lager is (20-50%) dan dat indien men zou kiezen voor een individuele aanpak. D De Gemeentelijke Energie Garantie (GEG) Segon B.V. heeft als lid van het Consortium ENN in samenwerking met de gemeente Tilburg de Gemeentelijke Energie Garantie (GEG) ontwikkeld. De GEG kan particulieren een garantie geven op de besparing van het energieverbruik als gevolg van energiebesparende maatregelen tegen een vooraf vastgestelde prijs. Deze garantie wordt verstrekt indien integraal wordt ingegrepen. De uitvoerders en de particulier betalen een kleine premie als percentage van de omzet van de maatregelen. De particulier kan zijn bijdrage terugverdienen indien de garantie niet wordt ingeroepen, waardoor het zogenaamde “Rebound-effect” wordt verminderd. De GEG is nodig om de psychologische ("...wordt de besparing wel gerealiseerd?") en financiële drempels ("…kan er hiervoor wel een lening worden aangevraagd?") weg te nemen.
Pagina 7
Visie op ENN Keten Integrale Samenwerkings verbanden
Bouwers
Storten % van omzet éénmalig
Garantstelling Gemeente Verbruiker krijgt verschil uitgekeerd Gerealiseerde -/- Berekende besparing
Installateurs Stort eenmalige premie (% kosten ingreep)
Verbruiker(s) Na garantieperiode retributie bij goed gedrag
De gemeente staat met de GEG garant voor het verschil tussen de gecalculeerde en werkelijke besparing. Omdat in Tilburg de uitvoeringsorganisatie reeds is ingericht hoeft de gemeente uitsluitend nog te bepalen hoe hoog de dekkingsgraad moet zijn, welke looptijd zij ambieert om zeker te stellen en hoe zij in de rapportage omgaat met dit revolving fonds. Met de GEG wordt een open en transparante structuur geïntroduceerd waarbij geen sprake is van gedwongen winkelnering naar aanbieders, (energie-)leveranciers en banken. E Het samenstellen van (isolatie-)pakketten Vanuit de samenwerking met ketengeïntegreerde bedrijven is het van belang om tot integrale maatregelen te komen. Hiertoe moeten pakketten van maatregelen worden samengesteld. Door standaardisatie van de aan te bieden modulair opgebouwde maatregelenpakketten (en de hiermee samenhangende processen) per type woning worden substantiële schaalvoordelen gerealiseerd. Daar waar dit niet mogelijk is, zal maatwerk nodig blijven. De pakketten die ontwikkeld kunnen worden zijn onder meer: Bouwkundig isolatiepakket voor de schil en de verwarmingsketel. Installatiepakket. Elektrotechnisch pakket. Duurzaamheidpakket. WMO-pakket (domotica), indien gewenst voor senioren. Mocht een huishouden reeds beschikken over onderdelen van het pakket dan worden deze minderkosten opgenomen in de investeringsopzet. De diverse aanbieders kunnen hun eigen pakket samenstellen en voorleggen aan de GEG uitvoeringsorganisatie om te bezien in hoeverre de GEG garanties kan afgeven. F Co-waardering en de nieuwe manier van werken Zoals in paragraaf 3.1 is opgenomen is co-waardering relevant voor het waardebesef rond energiebesparing en duurzaamheid. Hiertoe kan in samenwerking met de gemeente een Triple P- toets (co-waardering) worden opgenomen. De Triple P-toets heeft tot doel om de consequenties van energiebesparende maatregelen en de inzet van duurzame middelen en energiebronnen inzichtelijk te maken. Dat geldt zowel voor de aanbieders als voor de verbruikers.
Pagina 8
Visie op ENN
Met de Triple P-toets wordt niet alleen de mate van CO2 reductie gemeten maar ook worden de neveneffecten inzichtelijk gemaakt. Zodoende stapt men af van de gedachte dat er sprake is van uitsluitend één (enkelvoudige) leidende waarde/doelstelling en ontstaat een breder en adequater waardebegrip. De neveneffecten van de energiebesparingsdoelstelling hebben tenslotte een grote impact op ons leven en stellen bijzondere eisen aan de te ondernemen activiteiten op het gebied van energiebesparing en duurzaamheid. Voor de aanbieders is het zaak dat er een toetsingskader ontstaat waarop zij zich kunnen richten en wat gebruikt kan worden in de communicatie naar de verbruikers. Daarbij moet het toetsingskader zich richten op: De efficiency van de procesgang. De milieucriteria die moeten worden gesteld aan de materialen die worden ingezet zoals cradle to cradle (planet). De effectrapportage die nodig is om aan te tonen dat de inzet van meer duurzame producten leidt tot een hogere mate van duurzaamheid. De kwaliteit van de processen die worden ingezet (waaronder de diverse ISO-normen). De beoordeling van de wijze van samenwerking (people) en de beoordeling van de consumenten. De rapportage-vereisten uit bovenstaande criteria. Het is niet de bedoeling om bidbooks en lijsten samen te stellen. Het gaat erom dat de deelnemende bedrijven en verbruikers zelf de toegevoegde waarde gaan zien van investeringen in people, profit en planet. Dat moet gebeuren op een “leuke” wijze, waarbij ieder item wordt ervaren. G Monitoringsinstrumenten Het is relevant om te weten of de aanpak ook slaagt. De volgende vier ontwikkelingen kunnen worden gemonitord om zodoende meer zicht te krijgen op de gevolgen die gepaard gaan met energiebesparende maatregelen en duurzaamheid: Monitoring van genomen maatregelen Van belang is te onderzoeken welke pakketten van maatregelen de grootste bijdrage leveren aan energiebesparing en duurzaamheid. De voorgestelde maatregelen worden dan opgenomen in een databestand, waaraan tevens gegevens uit andere steden en dorpen worden toegevoegd. Monitoring van verbruikersgedrag Als de aanpak succesvol is dan verandert het gedrag en het verbruik daadwerkelijk. Daar waar maatregelen zijn genomen wordt, indien toestemming wordt gegeven, het verbruik en het gedrag gemeten. Met het doel om het gedrag te begrijpen, te beïnvloeden en zodoende het energieverbruik verder te doen verlagen. Monitoring van schaalvoordelen en procesintegratie De pakketten van maatregelen en de wijze van procesintegratie moeten leiden tot substantiële kostenvoordelen voor de verbruiker en de eigenaar. Deze kostenvoordelen kunnen we meten
Pagina 9
Visie op ENN
en communiceren om de voordelen te kunnen gebruiken als incentive voor verbruikers om de energietransitie in te gaan. Monitoring van waardeontwikkeling Energetische maatregelen als gevolg waarvan de levensduur van woningen wordt verlengd, dan wel waardoor de energielasten dalen en/of de huuropbrengsten zouden stijgen, zouden impliciet moeten leiden tot een positieve waardeontwikkeling van het pand. Het volgen van de waardeontwikkeling is daarom wenselijk. H Regisseurs en Ambassadeurs Bij de aanpak naar de bewoners is altijd sprake van een combinatie tussen een regisseur (externe integrale deskundige) en één of meerdere ambassadeurs (lokale beïnvloeders, vooruitstrevende voorlopers, gedragen personen in de buurt). De Regisseur is een alleskunner en regelneef. De Regisseur moet bekend zijn met de bouw- en installatiebranche, met de problematiek van blokken eengezinswoningen, VvE-en (tenslotte moet ieder blok een vorm van organisatie krijgen), met de financieringsproblematiek, met communicatie, met de sociale problematiek en wat al niet meer zij. De Regisseur werkt in het belang van de eigenaarbewoners en is verbonden aan de uitvoeringsorganisatie van de provincie/gemeente. Eén Regisseur kan ongeveer een 7-10 tal aangewezen gebieden aan, afhankelijk van de mate van organisatie binnen de betreffende gebieden. De ambassadeurs zijn de mensen die gekend en geloofd worden en die staan voor hun boodschap die zij wensen uit te dragen in de woonomgeving. Zij worden gedragen door de betrokken bewoners of hebben daar een belangrijke functie in en vervullen een belangrijke sociale rol binnen de gemeenschap. Dat kan natuurlijk per leeftijdscategorie verschillen.
Pagina 10
Visie op ENN
4 PROCESAANPAK In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de procesaanpak naar de particulieren die zich bevinden in:
De voorbereidingsfase (4.1). Maatwerk eengezinswoningen (4.2). Blokken van eengezinswoningen (4.3). Verenigingen van Eigenaren (4.4).
4.1 De voorbereidingsfase: Het projectteam De voorbereidingsfase betreft een periode van maximaal drie maanden. Gedurende die maanden moet een projectteam worden opgezet bestaande uit de adviseurs van ENN en de gemeente. Omdat binnen ENN de diverse adviseurs veel ervaring hebben met dergelijke processen kan ENN snel en efficiënt werken. In alle grote steden van Nederland zijn de partners van ENN vertegenwoordigd. Parallel aan de voorbereiding wordt de provinciale en/of gemeentelijke besluitvorming voorbereid. Ook hier heeft ENN formats klaar liggen om dergelijke processen te begeleiden. Het projectteam heeft tot doel een x-aantal woningen door de energietransitie te leiden, waardoor minimaal twee labelsprongen mogelijk worden dan wel energielabel B wordt bereikt. Daarnaast kan inkomenspolitiek worden bedreven (sociale vangnet), wordt het economische perspectief vastgesteld en worden de woondoelstellingen duidelijk geformuleerd. Een complexe doch haalbare opgave voor de bestaande bouw gebouwd voor 1995. De projectdefinitie, de selectiecriteria en het projectplan moet worden opgesteld vanuit het belang van de verbruikers. Naast het projectplan is het van belang de stakeholders klaar te stomen om mee te doen. Hieronder verstaan we de bouwers, installateurs, elektrotechnische bedrijven, financiers, juristen, consumenten organisaties, brancheorganisaties en dergelijke. Zij moeten bereid zijn te participeren in het geheel om een zo breed mogelijk draagvlak te kunnen realiseren teneinde het wantrouwen van de consument weg te nemen. Vervolgens wordt een aantal hoofdprojecten onderscheiden, i.c.: 1. 2. 3. 4.
Marketing (4.1.1). Dienstverlening (4.1.2). Communicatie (4.1.3). Organisatie (4.1.4).
Pagina 11
Visie op ENN
4.1.1 Het Project Marketing Dit project omvat het ontwikkelen en vinden van de juiste marketingmix in de aanpak van de te selecteren pilots en uitrolgebieden. Kernthema vormt het SAMEN WERKEN.
Gemeente, markt en bewoners doen het SAMEN. Marktpartijen vormen ketens die SAMEN een prachtig product leveren, een product dat zo aantrekkelijk is dat bewoners het eigenlijk niet kunnen weigeren. En bewoners kiezen voor energiebesparing, SAMEN met hun buren, waardoor ze veel goedkoper uit zijn. De overheid faciliteert, daagt de marktpartijen uit, haalt drempels weg.
Dit project omvat de volgende Deelprojecten:
Publieke Marketing o De publieke marketing heeft tot doel de bewustwording bij verbruikers en betrokken organisaties te vergroten en om eenieder te informeren dat de provincie/gemeente willen komen tot Energiebesparing en duurzaamheid. De diverse marketinguitingen moeten worden gestroomlijnd. De gemeente zal de algemene communicatie naar de stakeholders en gelijktijdig de intern betrokkenen verzorgen. Marketing Consumenten o Heeft tot doel de eigenaar-bewoners, huurders en verhuurders van de geselecteerde pilots en blokken te verleiden tot het nemen van maatregelen, individueel dan wel aan een groep. Co-waardering (Triple P toets) o Co-waardering leidt tot een verbreding van het waardebesef rond energiebesparing en duurzaamheid. Door zowel verbruikers en aanbieders hiermee te confronteren op een efficiente en effectieve wijze is het van belang hier zorgvuldig mee om te gaan.
4.1.2 Het Project Dienstverlening Het project dienstverlening heeft tot doel om verbruikers en aanbieders te ondersteunen en te begeleiden bij een zo efficiënt en effectief mogelijke energietransitie. Een tweetal vormen van dienstverlening behoren hiertoe:
Organisatie van Keten integrale samenwerkingsverbanden (KIS) Hiermee wordt de samenbundeling van uitvoerende en adviserende bedrijven bedoeld die willen werken aan een “Offer they can’t Refuse” voor de verbruikers, met behoud van marge en omzetversnelling (zie tevens hoofdstuk 3).
De Gemeentelijke Energie Garantie (GEG) De GEG neemt nadrukkelijk een aantal financieringsdrempels (banken kunnen makkelijker financieren) weg als een aantal emotionele drempels (zekerheid van besparing, vertrouwen in overheid en bedrijfsleven). Door zekerheid te geven op de besparing van het verbruik wordt het besluitvormingsproces bevorderd (zie tevens hoofdstuk 3).
Pagina 12
Visie op ENN
Inkoop-arrangementen Inkoop arrangementen rond zonnepanelen, bancaire financiering, centrale inkoop van ledverlichting, intelligente bemetering en of andere vormen die extra schaalvoordelen met zich mee kunnen brengen, kunnen een extra bijdrage leveren aan de beoogde energietransitie.
Intelligente meters De komst van de slimme meter leidt ertoe dat de energierekening voortaan achteraf per twee maanden betaald moet gaan worden. Dus de consument ziet vaker hoe deze omgaat met het energieverbruik. Door het verstrekken van meer informatie en over het soort verbruik kan de slimme meter zelfs worden geüpgrade tot een intelligente meter, waarmee je online informatie over het verbruik van gas, elektra en het gedrag kunt krijgen. Afhankelijk van het soort huishouden kan de intelligente meter een bijdrage leveren aan het monitoren van het gedrag en het verbruik van energie.
4.1.3 Het Project Communicatie Hier ligt de focus vooral op de communicatie naar de rond de provincie/gemeente interne en externe betrokken organisaties die een bijdrage kunnen leveren aan de bevordering van de energietransitie. Bovendien begeleidt dit project de besluitvorming rond GS en/of de Raad. Zij betrekt tevens de afgevaardigden en ambtenaren bij het proces en vraagt hen om mee te denken. 4.1.4 Het Project Organisatie Omdat bij een succesvolle energietransitie er altijd sprake moet zijn van een intensieve publiek private samenwerking is het van belang dit samenwerkingsverband te stroomlijnen en te organiseren. De rechtsvorm waarin de samenwerking wordt gegoten is vooralsnog ondergeschikt en afhankelijk van de vereiste belangentegenstrijdigheid. Van belang is dat er sprake is van een: Stuurgroep: hierin participeert een vertegenwoordiging van de corporaties, de toeleveranciers, de uitvoerders, de provincie/gemeente en de adviseurs.
Raad van Advies: hierin nemen de vertegenwoordigers deel van de belangenorganisaties die invloed willen uitoefenen op de werkwijze van de uitvoeringsorganisatie. Die vertrouwen moeten bieden aan de verbruiker zodat op een oprechte en eerlijke wijze wordt omgegaan met hun belang.
De Uitvoeringsorganisatie: Deze bestaat uit het consortium van de onafhankelijke adviseurs van ENN en de gemeente. Zij organiseren de aanpak naar de individuele huishoudens, de blokken en de VvE-en en benoemen de regisseurs en ambassadeurs per gebied.
Pagina 13
Visie op ENN
4.2 Energietransitie individuele eengezi nswoningen Bij de aanpak van individuele eengezinswoningen worden de activiteiten gericht op teams van circa 20 huishoudens die gezamenlijk een aantal stappen doorlopen. De woningen kunnen divers van bouw zijn en elk huishouden kan andere wensen hebben. De aanpak vereist hier de gezamelijke inspanning van de markt, overheid en het maatschappelijk draagvlak in een wijk, buurt, dorp of regio. De succesfactoren voor de aanpak van de individuele huishoudens zijn de volgende:
De betrokkenheid van dorpsbelangen, buurtverenigingen en dorpencoördinatoren. Als individu meedoen in een collectief; een vorm van Collectief Particulier Opdrachtgeverschap, onder regie van ENN. Eenvoud, duidelijkheid, eerlijkheid. Overzichtelijke stappen. Korte doorlooptijd. Vrije keuze. Persoonlijke benadering. Nazorg.
Om te komen tot de energietransitie van individuele eengezinswoningen wordt in overleg met de betrokken actoren een stappenplan uitgewerkt dat aansluit bij de doelgroep. Het belangrijkste dat de individuele huishoudens gemeen hebben is dat ze iets willen doen aan hun woning om het comfort te verhogen en de energielasten te verlagen. De volgende stappen zijn een goede basis om tot een transitie te komen. Stap 1: Het selecteren van woningen, eerste kennismaking en aanmelding In overleg met de gemeente wordt een bijeenkomst georganiseerd met betrokken actoren om vast te stellen welke wijk, buurt, dorp of regio in aanmerking komt voor de transitie. Tijdens een eerste kennismaking worden potentiële deelnemers geïnformeerd over de mogelijkheden. Door in de eerste bijeenkomst ook aandacht te besteden aan bewustwording wordt de onbekendheid over kosten en terugverdientijd weggenomen. Na deze kennismaking kunnen deelnemers zich aanmelden en worden ze in groepen verdeeld. Stap 2: Individuele kennismaking en Energieadvies Individuele gesprekken worden gevoerd met de eigenaar-bewoners, zodra voldoende aanmeldingen (minimaal 20) binnen zijn. Vervolgens worden de woningen opgenomen en worden de individuele energierapporten gemaakt met bijbehorende labels. Daarna wordt tijdens het ‘keukentafelgesprek’ het energieadvies nader toegelicht en kan de deelnemer vragen stellen. Stap 3: Collectieve bijeenkomsten Tijdens de collectieve bijeenkomsten worden de deelnemers meegenomen in het proces en krijgen ze informatie over technische aspecten en financiële mogelijkheden. Afhankelijk van de groep worden 2 of meer bijeenkomsten georganiseerd. Door het delen van kennis en resultaten tussen de deelnemers ontstaat verbinding en wordt de kans vergroot dat deelnemers maatregelen gaan uitvoeren.
Pagina 14
Visie op ENN
Stap 4 Individuele contracten en uitvoering De werkzaamheden worden geclusterd en locale uitvoerende partijen wordt gevraagd een aanbieding te doen. Uit de aanbiedingen worden vervolgens keuzes gemaakt. Bewoners beslissen of ze meedoen aan de collectiviteitdeal of dat men zelf aanbesteed of werkzaamheden eventueel in eigen beheer wil uitvoeren. ENN begeleidt de werkzaamheden en bewaakt de kwaliteit om hierdoor het risico uit te sluiten dat niet aan de voorwaarden voor subsidie wordt voldaan. Stap 5: Oplevering en eventuele start GEG Vanuit de uitvoeringsorganisatie worden de aangebrachte maatregelen gecontroleerd. Het nieuwe label wordt vastgesteld door een onafhankelijk energieadviseur. Een aanzet wordt gemaakt voor een meerjaren onderhoudsprognose. Aanvang Gemeentelijke Energie Garantie indien men hiervoor in aanmerking wenst te komen. De communicatie instrumenten in deze stappen zullen per team kunnen variëren, afhankelijk van de diverse karakteristieken van de buurt of omgeving.
4.3 Energietransitie blokken eengezinswoningen Bij de blokaanpak worden de activiteiten gericht op geselecteerde buurten met eengezinswoningen die sterke bouwtypische overeenkomsten vertonen, waardoor aanzienlijke schaalvoordelen kunnen worden bereikt (kortingen >= 30%) . De aanpak vereist hier de gezamenlijke inspanning van de markt, de overheid en het maatschappelijke draagvlak. De key succes factoren voor de aanpak van de eigenaar- bewoners zijn de volgende :
De eigenaar-bewoners moeten bereid zijn zich te organiseren wil de markt tot een aanbieding komen die men niet kan weigeren; scherpe tarieven en een “Offer you can’t Refuse”. Gedurende het besluitvormingsproces heeft de eigenaar-bewoner behoefte aan onafhankelijk advies. De eigenaar-bewoner wil de zekerheid dat de kwaliteit van de maatregelen leidt tot de beoogde besparing. De eigenaar-bewoner wil het vertrouwen hebben dat hij op een correcte en transparante wijze wordt begeleid.
De onafhankelijke begeleiding is gericht op het doorlopen van de Trias Energetica. Hierbij wordt eerst efficiënt gebruik van middelen, daarna isoleren en tot slot voor duurzaamheid. De mate van organisatie biedt daartoe het handvat op lange termijn. Samengevat zullen de blokken de volgende 6 stappen doorlopen: Stap 1: Het selecteren van woningen Bouwtechnische, demografische, psychografische gegevens worden verzameld naast het verbruikersgedrag. Deze worden geanalyseerd en op basis van de resultaten wordt een buurt al dan niet geselecteerd als kansrijk; Een Regisseur wordt benoemd die zijn/haar ambassadeurs uit de buurt selecteert; Voorlopige pakketten worden samengesteld om een idee te krijgen van de hoogte van de investeringen op basis van onafhankelijk advies;
Pagina 15
Visie op ENN
Triple P Toolkit voor de eigenaar-bewoners wordt samengesteld om de eigenaren te informeren over de aanpak. De verbruikers kunnen zich (digitaal) opgeven voor een gesprek met de Regisseur en de Ambassadeur. Ze krijgen tools om te bepalen of het zinvol is om in gesprek te gaan. Handvatten worden aangereikt om aan te tonen dat energiebesparende maatregelen en duurzaamheidmaatregelen verder gaan dan alleen een besparing op de kosten. Inzicht wordt gegeven in hoeverre deze maatregelen bijdragen aan de verbetering van het milieu, de economie en aan de manier waarop mensen kunnen leven. Deze toolkit is momenteel in ontwikkeling en wordt uitgevoerd door het deelproject “Co-waardering”.
Stap 2: Individuele kennismaking en Energieadvies Individuele gesprekken worden gevoerd met de eigenaar-bewoners, zodra voldoende aanmeldingen zich hebben voorgedaan, dan wel na een rondje van de ambassadeur(s). De gesprekken hebben tot doel om een adviesovereenkomst af te sluiten voor het Energieadvies en om de groepsgeest te stimuleren. Vervolgens worden de woningen opgenomen en worden de individuele en collectieve energierapporten gemaakt met bijbehorende labels, mits er meer dan 20 deelnemers zijn. Stap 3: Collectieve bijeenkomst Een voorlopig bestuur van het blok eengezinswoningen wordt benoemd, waarin natuurlijk de ambassadeurs een belangrijke rol kunnen vervullen. Opdrachten worden verstrekt tot eventuele verdiepingsonderzoeken om de collectieve maatregelen (denk aan gezamenlijke zonnepanelen, pakketoffertes, etc.) te analyseren en offertes aan te vragen. Daarnaast wordt gekozen voor de aanbieders die Keten Integraal Samenwerken en wordt het pakket gekozen. Stap 4: Individuele contracten Vervolgens zal de regisseur samen met de aanbieders gaan voor de individuele ondertekening van de voorlopige aanneemovereenkomst voor individuele maatregelen. Financieringsafspraken en sociaal vangnet worden besproken en ingericht indien bewoners aangeven dat zij moeite hebben met de financiering of alternatieve wijze van financiering zoeken. Tevens kan armoede gedetecteerd worden, waarbij de betreffende bewoner betere begeleiding nodig zal hebben dan wel onder aangepaste voorwaarden tot een transactie zou kunnen overgaan. Hiervoor kunnen afspraken worden gemaakt met de sociale dienst en/of de Gemeentelijke Kredietbank en met Schuldhulpverlening. Stap 5: Vastleggen samenwerking en uitvoering maatregelen Nadat het vereiste quorum aan ondertekenaars is bereikt wordt de uitvoering opgestart van de individuele maatregelen. Vervolgens wordt de samenwerking tussen de deelnemende huishoudens vastgelegd met het doel gemeenschappelijke activiteiten te verrichten (inkoop, uitvoering gemeenschappelijk van dak, gevel en vloeren, hoogwerkers, gedeelde zonnepanelen etcetera). Start uitvoering van de gemeenschappelijke werkzaamheden.
Pagina 16
Visie op ENN
Stap 6: Oplevering en eventuele start GEG Vanuit de uitvoeringsorganisatie worden de aangebrachte maatregelen gecontroleerd. Het nieuwe label wordt vastgesteld door een onafhankelijk energieadviseur. Een aanzet wordt gemaakt voor de een meerjaren onderhoudsprognose. Aanvang Gemeentelijke Energie Garantie indien men hiervoor in aanmerking wenst te komen. De communicatie instrumenten in deze stappen zullen per blok kunnen variëren, afhankelijk van de diverse karakteristieken van de buurt of omgeving.
Pagina 17
Visie op ENN
4.4 Energietransitie Verenigingen van Eigenaren Essentieel voor de VvE-aanpak is de onafhankelijke begeleiding bij het besluitvormingsproces. Dit ligt vaak heel gevoelig en veelal moet meer dan 2/3 of zelfs 100% van de eigenaar-bewoners instemmen met de aanpak. Ten behoeve van de VvE-en dient de aanpak ingevuld te worden aan de hand van een beproefde methode voor grotere VvE-en die begeleidt wensen te worden. Segon heeft deze aanpak ontwikkeld en dit behelst een 5stappenplan. De selectie van de complexen is relatief eenvoudig met enkele deskundigen per gemeente. Onderscheid t.o.v. de blokaanpak is dat VvE-en over het algemeen allemaal al georganiseerd zijn en er sprake is van verschillende vormen van eigendom, nl gedeeld en ongedeeld eigendom. Een appartementencomplex moet in korte tijd een viertal vergaderingen uitschrijven:
Om te investeren in een energieadvies. Om te investeren in verdiepingsonderzoeken voor de collectieve maatregelen. Om te beslissen over het gewenste scenario van maatregelen en de wijze van financiering daarvan. Om te beslissen om nieuwe labels te laten vaststellen.
Het proces wat de VvE doorloopt laat zich kenschetsen door een 5-tal processtappen: Stap 1: Oriëntatie door bestuur Inventariseren van energetische beperkingen gebouw en bij bewoners. Aanvragen informatie van diverse informatiekanalen en websites. Bepalen welke maatregelen individueel van aard zijn en welke collectief. Organiseren Algemene Leden Vergadering voor Energieadvies. Stap 2: Het Energieadvies Opstellen van de individuele labels en maatwerkadviezen. Opstellen VvE Energie Advies voor de gemeenschappelijke ruimten en het complex als geheel. Stap 3: Verdiepingsonderzoek Per maatregel moet worden bezien wat de investeringsconsequenties zijn. Scenarioanalyse van de woonlasten. Financieringsvoorstel per scenario. Stap 4: Implementatie Start aanpak collectieve maatregelen en waar gewenst de individuele. Benoemen directievoerder(s) en Regisseur. Beheersing processtappen t.b.v. subsidies en financiering. Interne communicatie binnen de VvE. Stap 5: Oplevering en inzet van de Gemeentelijke Energie Garantie Kwaliteitscontrole van genomen maatregelen door de TEG. Labelvaststelling. Aanpassing Meerjaren onderhoudsbegroting. Start inzet Gemeentelijke Energie Garantie.
Pagina 18
Visie op ENN
5 ROLVERDELING In dit projectplan wordt uitgegaan van de nieuwe manier van ondernemen. We gaan uit van co-productie en co-financiering. Co-productie tussen de aanbieders, de adviseurs, de gemeentelijke overheid en woningcorporaties. We hebben met elkaar hetzelfde doel voor ogen, namelijk minimaal 1250 woningen energiezuinig maken door minimaal 2 labelstappen of label B. Daarom is het Consortium “Energiebesparing Noord-Nederland” van start gegaan. De individuele partijen hebben daarbij allen fors voorgeïnvesteerde in de samenwerking ofwel een vorm van Co-financiering. Door deze samenwerking is het consortium als één van de beste uit de bus gekomen bij de “SLIM” Aanpak.
5.1 Rol van de overheid De rol van de overheid is voornamelijk initiërend en stimulerend. De gemeente daagt primair de marktpartijen uit mee te denken hoe zij de koers zo effectief en efficiënt mogelijk kunnen realiseren. Ook is het de rol van de overheid om naar de eigenaar-bewoners toe het vertrouwen te wekken, te geven en uit te stralen. De overheid moet echter de kaders waarbinnen de markt opereert controleren en goedkeuren om het vertrouwen van de burger te houden. De kaders worden daarbij bepaald door de mate waarin de overheid haar beleidsdoelstellingen ten aanzien van het milieubeleid, het woonbeleid, het sociale beleid en het economische beleid wenst te verwezenlijken. Daarom treedt de overheid als zodanig op als opdrachtgever, omdat deze kaders essentieel zijn voor het succes van het project. Binnen deze kaders draagt de Overheid bij aan de levensvatbaarheid van het project. Dat doet zij door financiering van een gedeelte van de inrichtings- en marketingkosten; door subsidies aan de eigenaar-bewoners ter beschikking te stellen die willen investeren in energiebesparende maatregelen in de vorm van onafhankelijk advies, waardoor het vertrouwen groeit in deze transparante aanpak en de keuzevrijheid van de eigenaar-bewoner intact blijft; door de bewustwording te vergroten en de consequenties van de energiebesparende maatregelen duidelijk te maken aan het publiek; door op te treden als toezichthouder op het project. Zij brengt immers de eigenaar-bewoners en de markt bijeen en spreekt daarbij haar vertrouwen in die markt uit. Dat laat onverlet dat in het kader van de opschaling het niet zo kan zijn dat de overheid kan blijven bijdragen aan de begeleiding van de eigenaar-bewoners. Zodra een efficiënte en effectieve aanpak is uitgekristalliseerd, trekt de overheid zich terug en moet de markt het zelf oppikken, behoudens voor wat betreft de Gemeentelijke Energie Garantie (TEG).
5.2 Marktpartijen De markt heeft baat bij een grote vraag vanuit de verbruikers. Het product dat zij maken en aanbieden moet goed zijn, anders zal de vraag zich niet (blijven) ontwikkelen. Deze aanpak vereist ketenintegratie, transparantie en innovatief vermogen. De afstand van de markt tot de consument op energetisch gebied moet hersteld worden. Ketenintegratie kan door te kiezen voor een samenwerking met opvolgende bedrijven, waardoor de diverse processtappen kunnen worden verkort, maar ook door pakketten van producten te ontwikkelen en door de dienstverlening hieromtrent vorm te geven.
Pagina 19
Visie op ENN
Transparantie betekent dat bedrijven laten zien hoe zij omgaan met de bewustwording rond de Triple P-gedachten, laten zien hoe zij tot een prijsopbouw komen en laten zien wat de faalkosten kunnen zijn. Innovatie betekent in deze dat met eenvoudige middelen en een bestaande infrastructuur bedrijven tot verbeterde product- en dienstverlening kunnen komen die meer aanspreekt dan voorheen. Productgaranties zijn mooi, resultaatgaranties zijn beter! De marktpartijen zullen daarbij de overheid scherp houden ten aanzien van de kosten die de uitvoering van de GEG met zich meebrengt. Efficiënt en effectief handelen is tenslotte nodig om bedrijfsresultaten te boeken.
5.3 Standsorganisaties Diverse vertegenwoordigers van de bedrijfsbranches, consumentenbelangenorganisaties en maatschappelijke instellingen zijn gevraagd hun steun uit te spreken voor de TEG. Dat is van groot belang om de eigenaar bewoner het vertrouwen te geven dat deze geen kat in de zak koopt. Het vertrouwen is tenslotte één van de grootste drempels waar de eigenaar bewoner tegen aan loopt.
5.4 De uitvoeringsorganisatie Het consortium “Energiebesparing Noord-Nederland” vormt samen met enkele ambtenaren de uitvoeringsorganisatie voor de aanpak van de woningvoorraad. De uitvoeringsorganisatie richt zich op een vijftal taken: 1. Selecteren, adviseren en stimuleren van procesintegratie bedrijfsleven: Toezicht naleving Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen. Triple P tools, waarbij de KIS-samenwerkingsverbanden aan de hand van de wensen van de verbruikers inzake cradle to cradle, milieu-eisen, procesintegratie, levenscyclus onderzoek van materialen en diensten en dergelijke komen tot zelf onderzoek en analyse van bedrijfsprocessen teneinde deze duurzaam te maken en te houden. Inrichten nieuwe KIS-verbanden, waarbij deze zich aanmelden, afspraken worden gemaakt over pakketten, het toetsingskader wordt doorlopen en dergelijke. 2. Vormgeven aan onafhankelijke marketing en communicatie: Projectcommunicatie naar de diverse stakeholders zoals de Raad van Advies, de procesgeintegreerde samenwerkingsverbanden, de overheid intern en de diverse consortiumleden. Marketing naar de consumenten zoals reeds in bovenstaande beschreven. Het uitnutten van het maatschappelijk draagvlak, waarbij de individuele leden van de Raad van Advies om een specifieke bijdrage wordt gevraagd ten behoeve van de marketing en communicatie.
Pagina 20
Visie op ENN
3. Uitvoering geven aan de Gemeentelijke Energie Garantie, bestaande uit het leveren van: Energieadvies, waarbij niet alleen volgens de geldende BRL 9501 en BRL 9502 gewerkt wordt maar tevens de additionele adviezen worden gegeven die passen bij een VvE of een samenwerkingsverband van eigenaar bewoners. Maatregelkeuring na oplevering van de maatregelen om vast te stellen of de Gemeentelijke Energie Garantie in werking kan treden en om vast te stellen dat de uitvoerders haar verantwoordelijkheid heeft genomen. Afgifte van de Gemeentelijke Energie Garantie waartoe onder meer het afsluiten van een overeenkomst hoort, berekend wordt wat de besparing is, de hoogte van het neerwaarts risico wordt vastgesteld en waarbij de formele inwerkingtreding van de GEG mogelijk wordt. Claimadministratie, betreft de administratie van de eigenaren die aangeven recht te hebben op compensatie, zodat hun woonlasten beheersbaar blijven. 4. Controle en rapportage van verrichtte activiteiten Het volgen van de financiële gang van zaken, zoals met betrekking tot de GEG, de marketing, de uitvoeringsorganisaties, het verrichten van betalingen en het ontvangen van bijdragen. Het volgen van de richtlijnen om te komen tot een transparante verantwoording van het gevoerde beleid. De verantwoording naar de diverse marktpartijen die de bewegingen volgen rond de TEG om hier van te leren. Daarnaast bestaan er financiële afspraken met de KIS-verbanden waarover verantwoording moet worden afgedragen. 5. Stimuleren van Innovaties Meten van waardeontwikkelingen woningen door energiebesparende maatregelen. Meten van inzet monitoringinstrumenten en informatieverstrekking met behulp van slimme meter en intelligente toepassingen. Meten van de Marketingresultaten en de verbetering daarvan. Bovenstaande taken moeten in samenwerking met elkaar worden uitgewerkt.
Pagina 21
Visie op ENN
6 TENSLOTTE Met bovenstaande visiedocument wil het consortium “Energie Besparen Noord-Nederland” u de mogelijkheid bieden om een set van instrumenten samen te stellen die reeds ontwikkeld zijn en succesvol zijn toegepast. Een visie om dingen samen te doen en om met elkaar op te trekken om de energietransitie mogelijk te maken. Het consortium ENN daagt u uit om samen met ons de handschoen op te pakken voor een betere toekomst.
Pagina 22