VERTROUWEN MOET JE VERDIENEN

ALGEMENE BESCHOUWING BEGROTING 2016 – 2019

‘VERTROUWEN MOET JE VERDIENEN’

Gemeenteraad Nunspeet CDA Fractie 14 oktober 2015

Beschouwing Begroting 2016 – 2019 CDA fractie Pagina 1

Inleiding Jaarlijks vormt in oktober de programmabegroting voor de aankomende 4 jaar een vast politiek hoogtepunt en een van de weinige momenten waarop de gemeenteraad concrete financiële en ambitieskaders kan en moet vaststellen voor de nabije toekomst van de gemeente Nunspeet. Daarom ligt er nu de Programmabegroting 2016 – 2019 voor en het is, wederom, een dik boekwerk met, inclusief de bijlage, ongeveer 215 pagina’s vol met cijfers, teksten en tabellen geworden. De begroting in algemeen perspectief In het aangeboden raadsvoorstel ‘vaststellen Programmabegroting 2016 – 2019’ wordt ingehaakt op de actuele wereld om ons heen. Wat zijn de invloeden en effecten van de nagenoeg onafwendbare stroom van vluchtelingen die uit het Midden-Oosten en Noord - en Midden Afrika naar Europa is gegaan dan wel nog komt. Wat zijn de concrete effecten daarvan op en in de Nunspeetse samenleving. Dat is en wordt een uitdaging om daar op goede wijze en met draagvlak op te anticiperen. Het college haakt in op de uitdagingen om de beoogde operationele samenwerking met Elburg, Oldebroek en mogelijk Hattem en Heerde tot stand te brengen. Naast een zorgvuldig handelen ligt er ook de door de gemeenteraad opgelegde tijdsdruk om tot realistische en uitvoerbare resultaten te komen. Het college geeft er blijk van dat zij de ogen niet sluit voor de soms snel veranderende ontwikkelingen om ons heen waardoor de noodzaak daar is beleidswijzigingen of nieuw beleid alsnog in te passen. Tenslotte geeft het college aan dat Nunspeet een structureel financieel gezonde gemeente in de aankomende jaren het uitgangspunt is en blijft. Nunspeet volgt daarbij de opgelegde regels uit het Besluit begroting en verantwoording (BBV). De CDA beschouwing in algemene zin. Het CDA heeft kennis genomen van de aangeboden begroting en haar beschouwing gestoeld op het verwoorde perspectief, een perspectief dat het CDA als realistisch in de huidige tijd en omstandigheden ziet. Het CDA constateert dat een aantal punten van de door ons ingediende prioriteiten voor deze programmabegroting niet of maar ten dele zijn overgenomen. Dat straalt niet de in onze ogen zo nodige realiteitszin uit en het streven om binnen de geldende begrotingsregelgeving zo transparant mogelijk en gericht op burgerparticipatie te zijn. Zaken als actualisatie treasurybeleid, het inbrengen van profijtbeginselen, het zogenaamde oormerken, en een verdere versteviging van het bedrijvencontact worden gemist en worden dientengevolge in onze beschouwing opnieuw ingebracht. Het CDA is als oppositiepartij in de gemeenteraad vertegenwoordigd en vanuit die rol vult het CDA zijn gedane belofte bij de behandeling van het collegeprogramma in: positief kritisch, dat wil zeggen dat wij voorstellen, die in het belang van onze inwoners zijn, in principe zullen steunen. Bij voorstellen die voor onze inwoners nadelig zijn komt het college ons op alle fronten tegen. En dat alles maar in één belang: het belang van onze inwoners. Dat is tevens het enige bestaansrecht van de gemeenteraad en indirect van het college. Het gaat niet primair om de uitvoerende macht, het gaat in de eerste plaats om de mate van dienstbaarheid van onze overheid naar onze inwoners. Vanuit die positief kritische grondhouding heeft het CDA deze programmabegroting en de daarin verwoorde beleidsdoelstellingen en randvoorwaarden beoordeeld. Vertrouwen en respect zijn voor het CDA belangrijke begrippen. De democratie in Nederland en ook die in Nunspeet is ook vandaag de dag nog steeds gestoeld op het onderlinge vertrouwen tussen de overheid en de burger.

De bijna dagelijks voorkomende ‘aanslagen’ op dat onderling vertrouwen en respect voor elkaar tonen doen, hoewel die ‘aanslagen’ veelal prominent en beïnvloedend in beeld worden gebracht, geen af-


breuk aan het adagium ‘vertrouwen verbindt’. Het CDA is ervan overtuigd dat vertrouwen het bindmiddel is van een vertrouwensvolle organisatie, maar gelijktijdig realiseren wij ons ook terdege dat vertrouwen verdiend moet worden en dat vertrouwen niet zonder controle kan en andersom. En daarvoor vormt deze programmabegroting een bij uitstek geschikt middel. Daarom heeft onze beschouwing dan ook de titel ‘Vertrouwen moet je verdienen’ meegekregen. De CDA beschouwing in engere zin. Op een aantal punten gaat het CDA in deze beschouwing in op de in de programma’s en paragraven beschreven beleidsdoelstellingen en ambities om daarmee zo mogelijk inhoud, kwaliteit en of draagvlak te verbeteren en of aan te vullen. Onze beschouwing volgt daarbij zoveel mogelijk de opbouw van de programmabegroting. De begrotingspositie Het CDA vindt dat de door het Rijk tweemaal per jaar uit te geven circulaires en de daarin verwoorde financiële consequenties in toenemende mate van directe en indirecte invloed zijn op de haalbare en financiële positie van de begroting. Dat is een ongewenste situatie. Daar waar het college zich hard maakt voor een betrouwbare en evenwichtige meerjaren begroting veroorlooft het Rijk zich twee maal per jaar daar eenzijdig afwijkende vergoedingen vast te stellen met als mogelijk gevolg het moeten aanpassen van de gemeentelijke begroting. Het CDA is zich ervan bewust dat het niet aan ons college ligt hier beslissingen in te nemen, maar het college kan de wens op een meer evenwichtig beleid en uitkeringen vanuit het Gemeentefonds wel kenbaar maken. Vraag 1 Bent u bereid dit probleem van steeds wisselende uitkomsten en effecten van de Mei- dan wel Novembercirculaire kenbaar te maken bij de VNG en in gezamenlijkheid bij het Rijk aan te dringen op een meer evenwichtiger ontwikkeling van de Algemene uitkeringen in het Gemeentefonds? In het hoofdstuk Begrotingsposities wordt er naast de door de gemeenteraad goedgekeurde uitgangspunten ook aandacht besteed aan de toeristenbelasting. Het CDA heeft over dat onderwerp een studie gemaakt en komt later in deze beschouwing terug met voorstellen over deze belasting. In de paragraven ‘Hoofdprioriteiten nieuw beleid’, ‘Uitgangspunten bestaande beleid’ en ‘Financiële vertaling’ wordt voorzichtig gemanoeuvreerd tussen de mogelijkheden en voornemens waar bij voortduring wordt verwezen naar het gestelde in vraag 1, hetgeen dus de vraag alleen maar versterkt. Dekkingsplan Het verwoorde dekkingsplan loopt op bepaalde punten wat voor de muziek uit. Zaken als toeristenbelasting, precariobelasting en mogelijke aanwending NUON gelden staan nog ter discussie en afhankelijk van die uitkomst kan het dekkingsplan pas concreet worden ingevuld. Het college is hier dus wat te voorbarig geweest. Vraag 2 a. Heeft u voorzien in een dekkingsplan B, m.a.w. op welke wijze genereert u de dekking als bovengenoemde zaken niet of maar ten dele doorgang vinden? b. In de huidige begroting zijn de eerste drie tranches NUON gelden tegen een percentage van 4% opgenomen. Dat is niet een marktconform percentage. Bent u bereid in begin 2016 met een voorstel te komen op welke wijze het rekenpercentage over de eerste drie tranches NUON gelden op een marktconform niveau kan komen en blijven? de c. Bent u bereid over de 4 tranche NUON gelden in begin 2016 te komen met alternatieve inzet van deze tranche?


Werk en inkomen Één van uw in dit hoofdstuk genoemde ambities is een actieve inzet op re-integratie samen met het bedrijfsleven en de Inclusief Groep. Over de rol en functie van de Inclusief Groep bestaat nog steeds onduidelijkheid. Vraag 3 Kunt u aangeven wanneer er duidelijkheid komt over de Inclusief Groep in het kader van de uitwerking Participatiewet en wat is uw positie in de lopende discussie hierover? Jeugd en onderwijs Op onderwijsgebied gebeurt er veel. De gemeentelijke overheid is op nog meer afstand tot de scholen en het onderwijs komen te staan en vervult meer en meer slechts een faciliterende rol. Dat past dan in de tijdsgeest, gelijktijdig zijn er ontwikkelingen waarvan de burger zich terecht afvraagt waarom de overheid daar niet ingrijpt of minimaal sturend optreedt. Een dergelijke situatie is er nu ontstaan rondom het Voortgezet Special Onderwijs (VSO). Het bestuur van VSO De Ambelt heeft besloten dat uiterlijk 1 augustus 2017 alle leerlingen en expertise van de Ambelt overgedragen moeten zijn naar lokale samenwerkingspartners en over te gaan tot sluiting van veel onderwijslocaties, zo ook die in Nunspeet. Een effect van het ten dele overgaan van leerlingen uit het VSO naar het Passend onderwijs is dat de reguliere scholen op het gebied van infrastructurele faciliteiten en deskundig onderwijspersoneel geëquipeerd moeten zijn. Het laatste is primair een verantwoordelijkheid van het schoolbestuur, het eerste ligt bij de gemeente. Een ander aspect is de positieve ontwikkeling van het project voor- en vroegschoolse educatie (VVE). Het project is in 2015 gefinancierd met incidentele gelden. Het succes van het project noodzaakt ook een vervolg in 2016 en eventueel verder. In de begroting is daarvoor nog geen post opgenomen. Vraag 4 a. Kunt u aangeven wat de consequenties zijn van het stoppen van de Ambelt voor de scholen binnen onze gemeente? b. Ligt het in de lijn der verwachting dat in navolging van De Ambelt ook andere speciaal onderwijs scholen gaan sluiten? c. In 2014 is een collegevoorstel over de bestemming voormalige Huishoudschool aan de Molijnlaan om daar o.a. De Ambelt te gaan vestigen aangehouden. Kunt u aangeven wat nu het vervolg daarop is? d. Zijn naar uw mening de reguliere basisscholen in Nunspeet voldoende uitgerust voor de opvang en begeleiding van leerlingen komende uit het special onderwijs? e. Beschikt u over een herbouw- of nieuwbouwplan scholen ter vervanging van sterk verouderde schoolgebouwen en wilt u dat plan aan de raad ter beschikking stellen? f. Bent u bereid om op basis van een uit te voeren evaluatie VVE de noodzaak voor een langer bestaan aan te tonen en daar de financiële middelen voor vrij te maken? Maatschappelijke ondersteuning De uitvoering van de in 2015 ingezette decentralisaties is en blijft een enorm verantwoordelijk terrein voor de gemeente en de gemeenteraad. Hier raak je iedere burger vroeg of laat mee. Het CDA vindt al geruime tijd dat de gemeente hier heel zorgvuldig mee omgaat. Voor zover door ons waarneembaar wordt dat ook waargemaakt in de dagelijkse praktijk. Natuurlijk zijn er gevallen die op enig moment schrijnend zijn, maar die waren er voorheen ook en als die nu opdoemen is de organisatie naar onze mening in staat daar adequaat en doelgericht op te reageren.


Toch is er ook een kritische kanttekening te maken. Eén van de aanleidingen van het Rijk om over te gaan tot de decentralisaties kwam voort uit het oogpunt van grootschalige bezuinigingen. Als gemeente hebt u daarop geanticipeerd en met de beschikbare financiële middelen getracht de reikwijdte zo reëel mogelijk vast te stellen. In de praktijk blijkt nu dat het Rijk het niet bij die eenmalige bezuinigingen laat, maar bij voortduring meer bezuinigingen aan de gemeente oplegt. Dat moet op enig moment gaan wringen met het zorgaanbod en daar heeft het CDA de volgende vraag over. Vraag 5 a. Is voor het college het zorgaanbod aanbod gestuurd of vraaggericht? b. Is er een helder beeld wat in deze periode het type zorgvraag en het aantal zorgvragen in onze gemeente zullen gaan worden en is daar beleid op gemaakt? Wonen In het Haagse wordt hard gewerkt om anders doen en denken op o.a. ruimtelijke ordening en bouwen mogelijk te maken met nadruk op innovatie en maatwerk. Dat is dan de top down benadering, maar de echte vertaalslag en invulling moeten op gemeentelijk niveau worden gemaakt en de in 2014 opgestelde woonvisie is daar wat ons betreft een prima voorbeeld van. Belangrijke uitgangspunten in die woonvisie zijn:  





De markt kan zijn werk doen en ongewenste ontwikkelingen moeten worden bijgestuurd. Door de beperkte geldstromen is het een opgave om te zoeken naar nieuwe, flexibele manieren van samenwerken. Dit vraagt om een meer faciliterende rol van de gemeente en om meer ondernemerschap van maatschappelijke partners en marktpartijen en om particulier initiatief van burgers. In toenemende mate wordt de overheid gevraagd om mee te doen in plaats van andersom: overheidsparticipatie bij initiatieven van anderen, in plaats van burgerparticipatie bij initiatieven van de overheid. Aansluiten bij de energie en kracht van de burgers zelf is essentieel: zij zijn de consumenten én producenten van het wonen in Nunspeet.

In de breed opgezette woonvisie worden zoveel mogelijk relevante zaken in beeld gebracht: hoe staat de woningmarkt er voor, welke dilemma’s zijn er, wat is de visie, het perspectief, de opgaven en uitvoeringsagenda. Op twee gebieden wil het CDA extra aandacht voor wonen vragen. Nunspeet heeft recent zich verbonden aan het Gelders Energieakkoord en dat is een bevestiging van de al voorgenomen ambities en doelstellingen zoals die ook in deze begroting zijn verwoord. In dat kader willen wij de nadruk nog meer leggen bij het zo klimaatneutraal en energiezuinig mogelijk bouwen. De tweede vraag richt zich op de scheefgroei bouwactiviteiten in onze gemeente. Het CDA is blij dat er weer gang in de huizenbouwactiviteiten is gekomen na jaren van bijna stilstand en het CDA begrijpt ook dat er keuzes gemaakt zijn van waar je die activiteiten dan laat plaatvinden. Opvallend is echter dat de kern Elspeet met kop en schouders boven de andere kernen uitsteekt als je die afzet tegen de verhouding nieuw huis versus aantal inwoners. Dan komen vooral Vierhouten en ook Hulshorst er maar heel slecht van af. Vraag 6 a. Bent u bereid bij concrete bouwplannen maximaal klimaatneutraal en energiezuinig bouwen af te dwingen? b. Bent u zich bewust van de scheefgroei bouwactiviteiten in de gemeente Nunspeet en bent u bereid bouwactiviteiten in Hulshorst en Vierhouten maximaal te stimuleren en te faciliteren?


Ruimtelijke ordening en milieu De in dit hoofdstuk benoemde doelen en ambities vinden wij realistisch, op sommige punten mag wat ons betreft wat meer tempo en gerichtheid worden gezocht. Vraag 7 a. In aansluiting op vraag 6a: Het Energieakkoord spreekt zich uit over gemeentelijke gebouwen die vanaf 2018 energieneutraal moeten zijn. Gaat dat ook gelden voor de eventuele nieuwbouw De Brake en voor alle, dus niet alleen voor gemeentelijke, gebouwen? b. Al bijna twee jaar wordt er gewerkt aan het tot stand komen van een bruikbaar Meerjarenperspectief Grondexploitatie (MPG). Kunt u concreet aangeven wanneer de eindversie aan de Raad wordt aangeboden en vanaf dan een vast onderdeel van de jaarlijkse begrotings- en controlecyclus gaat uitmaken? Veiligheid De strekking van dit programma is helder en duidelijk. Het gaat om een veilige en leefbare gemeente en dat is altijd nog verbeteringen vatbaar. Veiligheid in vele vormen is een gemeenschappelijk verantwoordelijkheid van de inwoners, de overheid en de politie. Maar ook de brandweer en het ambulancevervoer hebben op het gebied van veiligheid en het veiligheidsgevoel een belangrijke rol. Kenmerkend voor de laatste twee hulpverlenende instanties is het behalen van de aanrijtijdnormen en dat blijkt, ondanks alle inspanningen, niet altijd haalbaar. Vraag 8 Op welke wijze blijft u zich actief inzetten om het halen aan de wettelijke aanrĳtĳden van de hulpdiensten zoals brandweer en ambulance mogelijk te maken? Verkeer en openbare ruimten In dit programma wordt terecht aandacht geschonken aan en worden concrete plannen neergezet om de kwaliteit van onze wegen op een hoger niveau te brengen en te houden. Het CDA heeft u onlangs schriftelijke vragen gesteld over de onderhoudssituatie van de Pasopweg en in antwoord daarop geeft u aan dat een mogelijke tijdsversnelling onderwerp van gesprek met de wegbeheerder Staatsbosbeheer is. Verder komt de op nr. 1 staande ergernis van onze inwoners, namelijk overlast hondenpoep, er bekaaid van af. In de voorgaande begroting benoemde u als nieuw beleid: tot uitvoering overgaan van de vastgestelde nota Hondenbeleid. Nu noemt u het niet meer als nieuw beleid, maar is het in dit programma opgenomen. Helaas komt er van de uitvoering van de hier bedoelde nota nog maar weinig terecht, laat staan de in de nota opgenomen handhavingsaspecten. Vraag 9 a. Kunt U de status aangeven van de voortgang van het overleg over de Pasopweg met Staatsbosbeheer? b. Wanneer gaat u over tot een uitvoering nota Hondenbeleid zoals verwoord in bedoelde nota? Cultuur, sport en recreatie Cultuur, sport en recreatie vormen gezamenlijk de hoofdmoot van ‘het beleven van Nunspeet’ en zijn dus van wezenlijk belang voor de reeks ’wonen, werken en beleven in Nunspeet’. De in dit programma uitgesproken ambities spreken ons aan met daarbij wel de nodige vraagtekens over de haalbaarheid in 2016. Om die te halen zullen er toch echt in 2015 de nodige beslissingen moeten worden genomen met als meest omvangrijke de toekomst van de sportaccommodatie de Brake. De valkuil die bij name bij dit majeure project optreedt is dat er blijvend gestudeerd en onderzocht wordt, maar er wordt geen meter gebouwd. Het CDA onderkent die valkuil en wil zich maximaal inzetten om de gemaakte tijdsplanning te halen.


Economische structuur Het CDA heeft in het verleden meerdere malen aangedrongen op een actievere invulling van de voorbeeldfunctie gemeente Nunspeet als werkgever door het aanbieden van stage-/werkplekken en in dienst nemen van mensen met een achterstand tot de arbeidsmarkt. Die invulling wordt gelukkig gecontinueerd en in de aankomende periode daar waar mogelijk geïntensiveerd. Verder wordt er in dit programma aandacht geschonken aan stimulerende en ondersteunende maatregelen om daarmee de economische structuur in Nunspeet te verbeteren en Nunspeet aantrekkelijker te maken voor bedrijven en/of organisaties. De economische ontwikkeling van Nunspeet is belangrijk voor het goed functioneren van onze samenleving. De CDA fractie wil de bestaande werkgelegenheid behouden en vooral extra banen creëren. Om dit te bereiken wil de CDA fractie de juiste randvoorwaarden scheppen, initiatieven ontplooien en activiteiten ondersteunen. Gedacht kan worden aan minder regels, gunstige vestigingsvoorwaarden, inspelen op nieuwe ontwikkelingen, goede ontsluiting van bedrijventerreinen en bedrijven ruimte bieden en maatschappelijk betrokken ondernemen bevorderen. Een stimulerende activiteit is het verder uitbouwen van het ondernemersloket omdat wij ervan overtuigd zijn dat een duidelijke ingang bij de gemeente voor het bedrijfsleven de samenwerking alleen maar ten goede kan komen. Een zeer belangrijke plaats in dit streven is de functie van een bedrijvencontactfunctionaris, een persoon die de fysieke schakel vormt tussen de ondernemers en de gemeente zodat ondernemers snel en effectief worden geholpen. De CDA fractie stelt voor om de functie bedrijvencontactfunctionaris uit te breiden naar een 1Fte functie om het bovenstaande te kunnen gaan invullen en waar te maken. Het CDA heeft over dit programma de volgende vragen. Vraag 10 a. De ontwikkelingen van de recreatiebedrijven volgen een onafhankelijke koers van de gemeente, zoals onlangs weer is gebleken met de verkoop van het Park De Hooghe Bijsschel. Onderkent u het gevaar dat door de eigen invulling van de parken uw streven naar een gemakkelijk bereikbare en aantrekkelijke kust steeds moeilijker wordt omdat er meer en meer vanuit commerciële grondbeginselen op eigen wijze inhoud gegeven gaat worden aan de parkinvulling en de belendende kuststrook? b. U blijft zich, gelukkig, inzetten voor breedband in het buitengebied. Blijft de vraag of u zich ook actief gaat inzetten voor breedband op bestaande en nieuwe bedrijfsterreinen in de gemeente Nunspeet? c. Kunt u concreet aangeven of u de door ons geschetste rol van de bedrijvencontactfunctionaris onderschrift en derhalve daar een volwaardige 1 Fte functie van maakt? Bestuur en Middelen Het CDA vindt in dit programma onvoldoende de door de gemeenteraad unaniem aangenomen motie om tot een operationele samenwerking te komen met Elburg, Oldebroek en zo mogelijk Hattem en Heerde terug. In het bovenliggende raadsvoorstel wordt dat wel genoemd, maar niet in dit programma geconcretiseerd. Verder is het wat vreemd dat in de ambitie en activiteiten 2016 is opgenomen het mogelijk instellen van een audit committee. Daarvoor is immers in de huidige samenstelling van de gemeenteraad geen draagvlak gevonden, hetgeen wij nog steeds betreuren. Het CDA is van mening dat een stevig verankerde audit committee een prima vooruitgeschoven post van de gemeenteraad kan zijn en voor de gemeenteraad toezichthoudende werkzaamheden kan uitvoeren en daar waar nuttig/gewenst adviserend kan zijn bij de uitoefening van de toezichthoudende rol van de gemeenteraad.


Vraag 11 a. Wat is de reden dat u de opgelegde inspanningen om tot een operationele samenwerking te komen met Elburg, Oldebroek en mogelijk Hattem en Heerde marginaal in dit programma heeft opgenomen? b. Bent u voornemens alsnog het instellen van een audit committee te overwegen? De paragraven In dit hoofdstuk wordt achtereenvolgens uitgebreid ingegaan op een aantal financieel gerelateerde zaken, op het grondbeleid en op de gemeentelijke heffingen. De gegeven toelichtingen zijn uitgebreid en daar waar er technische vragen waren heeft het CDA die schriftelijk gesteld dan wel tijdens de technische behandeling in de commissievergadering Maatschappij en Middelen van 8 oktober jl. Resteert een beschouwing op het Grondbeleid en de Gemeentelijke heffingen. Het grondbeleid In het financieel kader grondbeleid wordt gereflecteerd naar de nota ‘Grondbeleid’. In deze nota staat dat het grondbeleid in onze gemeente gebaseerd is op minimaal sluitende exploitatieopzetten waarin een substantiële bijdrage aan de infrastructuur is verwerkt. Ook voor het CDA een realistisch uitgangspunt, maar dan het vervolg. Grondverkopen geschieden tegen marktconforme prijzen en als er incidenteel een prijssubsidie noodzakelijk is gebeurt dat alleen als het hiermee gediende doel tegelijkertijd wordt gewaarborgd. Deze ‘zware’ volzin leidt dan tot de conclusie dat de gemeente een daadwerkelijke marktconforme bodemprijs moet neerleggen of dat de gemeente bereid moet zijn om marktpartijen die dat wel willen en kunnen ruimte daarvoor te geven. Dat een dergelijke opstelling mogelijk leidt tot versnelde afboekingen is duidelijk. De nu in gang gezette nieuwe aanwending van het positieve rentevoordeel van € 756.000 uit de grondexploitaties te gebruiken voor de afwaardering van de diverse grondexploitaties heeft uiteraard een directe relatie met die afboekingen. Vraag 12 Kunt u in een schematisch overzicht aangeven wat uw prognose afboekingen grondexploitaties is? Gemeentelijke heffingen De gemeente krijgt ongeveer 80% van haar inkomen van het Rijk. Behalve de inkomsten uit Den Haag krijgt de gemeente geld van haar eigen inwoners en gasten, daarvoor zorgen de gemeentelijke belastingen, rechten, leges, tarieven, enz. Het streven van de gemeente is de lokale lasten zo laag mogelijk te houden en dat lukt. Nunspeet behoort al jaren tot de kopgroep gemeenten met de laagste gemeentelijke lasten. Een substantieel deel van die gemeentelijke inkomsten wordt bijeengebracht door de toeristen die kort of langer van Nunspeet komen genieten. De twee instrumenten daarvoor zijn de toeristen- en forensenbelasting. Als invulling van een belofte in ons verkiezingsprogramma heeft het CDA een studie gemaakt van de mogelijkheden van een aangepast toeristenbelastingsysteem in de gemeente Nunspeet. De verkenning is gedeeld met experts en de brancheorganisaties in Nunspeet. Vervolgens hebben alle politieke partijen en de wethouder financiën het eindrapport ontvangen. Het voert te ver om het gehele rapport hier weer te geven en daarom beperkt het CDA zich tot de belangrijkste conclusies uit het rapport en verbindt daar dan vervolgens de vragen aan. Conclusies uit het rapport  De forensenbelasting kan als algemeen dekkingsmiddel gehandhaafd blijven en de toeristenbelasting kan onder de nieuwe naam verblijfsbelasting als doelbelasting worden ingezet.  De recreatieondernemers worden in georganiseerd verband (RECRON, BKN) betrokken in het aanbrengen van de ‘oormerken’.  De administratieve belasting voor de ondernemer en de gemeente op het gebied van inningsen afdrachtshandelingen veranderen bij een gewijzigd heffingssysteem nauwelijks of niet. Daarom is het niet nodig het huidige heffingssysteem te veranderen.


De gewenste effecten In het huidige toerekeningsysteem worden zowel de toeristen- als de forensenbelasting als algemeen dekkingsmiddel ingezet. Bij onttrekking van de opbrengst toeristenbelasting uit de Algemene Middelen naar een aparte post verblijfsbelasting kan een aantal nu daarvoor in aanmerking posten uit de Algemeen Middelen naar die nieuwe post overgeboekt worden. Een mogelijke verdeelsleutel is 50% van de opbrengst toeristenbelasting te oormerken als structurele bijdrage aan toeristen gerelateerde uitgaven en de andere 50% in overleg met de brancheorganisaties aan incidentele uitgaven t.b.v. toeristen te besteden. Dit is slechts een voorstel, een nadere uitwerking van het geheel moet dan vervolgens gaan leiden naar een evenwichtige verdeling. Te behalen voordelen Met het oormerken van de toeristenbelasting in structurele en incidentele uitgaven worden zowel het belang van de gemeente als van de brancheorganisaties en daarmee ook de betrokkenheid in de besteding opbrengst toeristenbelasting gewaarborgd. Gelijktijdig wordt het profijtbeginsel, waarbij iemand die zichtbaar voordeel heeft van het gebruik van bepaalde goederen of diensten er ook voor moet betalen, vorm en inhoud gegeven. Tarieven toeristenbelasting De tariefstelling is in deze begroting niet aan de orde en volgt later in dit jaar. Wel is er door het college al een voorschot genomen op een extra verhoging van € 0,05 per overnachting per persoon om als mogelijk dekkingsmiddel te gebruiken bij de realisatie van de Brake. Het CDA ziet de noodzaak en haalbaarheid daarvan in en ziet daarbij de € 0,05 cent zeker niet als plafond. De studie heeft o.a. aangetoond dat de toerist best bereid is meer te betalen voor toeristen- of verblijfsbelasting als hij/zij daarvoor wel goede kwaliteit geleverd krijgt. Vraag 13 Bent u bereid de CDA voorstellen over de toeristenbelasting positief te beoordelen en verder uit te werken tot een concreet voorstel en dat in december 2015 aan de raad aan te bieden? Het ten slotte De CDA fractie kan zich op hoofdlijnen in deze begroting vinden met nadrukkelijk de focus gericht op 2016. De overige jaren zijn ter kennisname beoordeeld. Het instemmen met deze begroting zal mede afhangen van de beantwoording en reacties door het college van de door ons gestelde vragen en voorstellen.

VERTROUWEN MOET JE VERDIENEN

Recommend Documents