Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming Onderwijsinspectie Hendrik Consciencegebouw Koning Albert II-laan 15 1210 BRUSSEL
[email protected] www.onderwijsinspectie.be
Verslag over de doorlichting van de Gemeentelijke Basisschool te Denderleeuw Hoofdstructuur bao
directeur adres telefoon fax e-mail website/URL
adres adres adres
Instellingsnummer 23499 Instelling Gemeentelijke Basisschool Linda PRAET Welleplein 3 - 9473 WELLE 053-66.53.93 053-68.11.17
[email protected] www.gbs-denderleeuw.be Bestuur van de instelling 976043 - Gemeentebestuur van Denderleeuw te DENDERLEEUW A. De Cockstraat 1 - 9470 DENDERLEEUW Scholengemeenschap 125583 - Vlaamse Ardennen te HERZELE Markt 20 - 9550 HERZELE CLB 114439 - CLB vh GO Dender te AALST Zonnestraat 25 - 9300 AALST
Dagen van het doorlichtingsbezoek 23,24,26/04/2012 Einddatum van het doorlichtingsbezoek 26/04/2012 Datum bespreking verslag met de 04/05/2012 instelling Samenstelling inspectieteam Inspecteur-verslaggever Katty Houssiau Teamleden Lucrèce Matthijs
23499 - Gemeentelijke Basisschool te Denderleeuw
1
Deskundige(n) behorend tot de nihil administratie Externe deskundige(n) nihil
2
23499 - Gemeentelijke Basisschool te Denderleeuw
INHOUDSOPGAVE INLEIDING ........................................................................................................................ 4 1.
SAMENVATTING..................................................................................................... 6
2.
FOCUS VAN DE DOORLICHTING .......................................................................... 8
2.1
Leergebieden in de focus ......................................................................................... 8
2.2
Procesindicatoren of -variabelen in de focus ............................................................ 8
3.
VOLDOET DE SCHOOL AAN DE ERKENNINGSVOORWAARDEN? ..................... 9
3.1
Kleuteronderwijs: Nederlands .................................................................................. 9
3.2
Kleuteronderwijs: muzische vorming ...................................................................... 10
3.3
Lager onderwijs: Nederlands.................................................................................. 11
3.4
Lager onderwijs: muzische vorming ....................................................................... 12
4.
BEWAAKT DE SCHOOL DE EIGEN KWALITEIT? ................................................ 13
4.1
Professionalisering ................................................................................................. 13
4.2
Begeleiding ............................................................................................................ 14
5.
ALGEMEEN BELEID VAN DE SCHOOL ............................................................... 15
6.
STERKTES EN ZWAKTES VAN DE SCHOOL ...................................................... 16
6.1
Wat doet de school goed? ..................................................................................... 16
6.2
Wat kan de school verbeteren?.............................................................................. 17
6.3
Wat moet de school verbeteren? ........................................................................... 17
7.
ADVIES.................................................................................................................. 18
8.
REGELING VOOR HET VERVOLG ....................................................................... 18
23499 - Gemeentelijke Basisschool te Denderleeuw
3
INLEIDING Dit verslag is het resultaat van de doorlichting van uw instelling1 door de onderwijsinspectie van de Vlaamse Gemeenschap. Het decreet betreffende de kwaliteit van onderwijs van 8 mei 2009 geeft haar de opdracht hiertoe. Tijdens een doorlichting gaat de onderwijsinspectie na of de instelling de erkenningsvoorwaarden respecteert, of ze op systematische wijze haar eigen kwaliteit bewaakt en of ze zelfstandig de tekorten kan remediëren. Het advies in dit verslag heeft betrekking op alle erkenningsvoorwaarden uitgezonderd de voorwaarden betreffende hygiëne, veiligheid en bewoonbaarheid. Vanaf het schooljaar 2011-2012 vindt de controle op de erkenningsvoorwaarden betreffende bewoonbaarheid, veiligheid en hygiëne gelijktijdig met de doorlichting plaats. Deze controle op bewoonbaarheid, veiligheid en hygiëne resulteert in een afzonderlijk verslag. Alle verslagen worden gepubliceerd op www.doorlichtingsverslagen.be. Het referentiekader dat de onderwijsinspectie gebruikt bij een doorlichting is opgebouwd rond de componenten context, input, proces en output: • context: de omgevingskenmerken en de kenmerken van administratieve, materiële, bestuurlijke en juridische aard die de instelling karakteriseren • input: kenmerken van het personeel en van de leerlingen of cursisten van de instelling • proces: initiatieven die een instelling neemt om output te realiseren, rekening houdend met haar context en input • output: de resultaten die de instelling met haar leerlingen of cursisten bereikt. Meer info over het CIPO-referentiekader vindt u op www.onderwijsinspectie.be. De doorlichting bestaat uit drie fases: het vooronderzoek, het doorlichtingsbezoek en de verslaggeving. Tijdens het vooronderzoek selecteert de onderwijsinspectie de onderwijsdoelstellingen en de procesindicatoren of -variabelen die het inspectieteam onderzoekt tijdens het doorlichtingsbezoek. Tijdens het doorlichtingsbezoek verzamelt het inspectieteam bijkomende informatie via observaties, gesprekken en analyse van documenten. Het resultaat van de doorlichting is het doorlichtingsverslag. Het doorlichtingsverslag vangt aan met een voor het brede publiek toegankelijke samenvatting. Het vervolgt met een beschrijving van de doorlichtingsfocus. Tijdens een doorlichting zoeken de onderwijsinspecteurs een antwoord op drie onderzoeksvragen: • In welke mate voldoet de instelling aan de onderwijsdoelstellingen? (het erkenningsonderzoek) • In welke mate onderzoekt en bewaakt de instelling op een systematische manier de kwaliteit van de processen zodat deze bijdragen tot het bereiken/nastreven van de onderwijsdoelstellingen? (het kwaliteitsonderzoek) • Is er in de instelling een algemeen beleid dat het mogelijk maakt om zelfstandig tekorten weg te werken? (het onderzoek ‘algemeen beleid’) In drie hoofdstukken geeft de onderwijsinspectie een antwoord op deze vragen. 1
Instelling: onderwijsinstelling of CLB (Decreet betreffende de kwaliteit van onderwijs, artikel 2, 11°). Onderwijsinstelling: een pedagogisch geheel waar onderwijs georganiseerd wordt en waaraan een uniek instellingsnummer toegekend is (Decreet betreffende de kwaliteit van onderwijs, artikel 2, 13°).
4
23499 - Gemeentelijke Basisschool te Denderleeuw
Om de kwaliteit van de processen in kaart te brengen gebruikt de onderwijsinspectie een kwaliteitswijzer. Het inspectieteam gaat met de kwaliteitswijzer na of de instelling bij haar activiteiten aandacht heeft voor • doelgerichtheid: welke doelen stelt de instelling voorop? • ondersteuning: welke ondersteunende initiatieven neemt de instelling om efficiënt en doelgericht te werken? • doeltreffendheid: worden de doelen bereikt en gaat de instelling dit na? • ontwikkeling: heeft de instelling aandacht voor nieuwe ontwikkelingen? Meer informatie over de kwaliteitswijzer vindt u eveneens op www.onderwijsinspectie.be. Wat de instelling goed doet, wat de instelling kan verbeteren en wat de instelling moet verbeteren komt aan bod bij ‘Sterktes en zwaktes van de instelling’. Het doorlichtingsverslag eindigt met een advies dat betrekking heeft op alle of op afzonderlijke structuuronderdelen van de instelling. De onderwijsinspectie kan drie adviezen uitbrengen: • een gunstig advies: het inspectieteam adviseert gunstig over de verdere erkenning van de instelling of van structuuronderdelen • een beperkt gunstig advies: het inspectieteam adviseert gunstig over de erkenning van de instelling of van structuuronderdelen als de instelling binnen een bepaalde periode voldoet aan de voorwaarden vermeld in het advies • een ongunstig advies: het inspectieteam adviseert om de procedure tot intrekking van de erkenning van de instelling of van structuuronderdelen op te starten. Bij een ongunstig advies beoordeelt de onderwijsinspectie bovendien of de instelling de vastgestelde tekorten zelfstandig kan wegwerken. Binnen een termijn van dertig kalenderdagen na ontvangst van het definitieve verslag informeert de directeur van de instelling leerlingen, ouders en/of cursisten over de mogelijkheid tot inzage. De directeur van het centrum voor leerlingenbegeleiding informeert de centrumraad. Binnen de dertig kalenderdagen na ontvangst moet de directeur van de instelling het verslag volledig bespreken tijdens een personeelsvergadering. Het bestuur van de instelling of zijn gemandateerde tekent het verslag voor gezien. Het bestuur stuurt het binnen dertig kalenderdagen na ontvangst terug naar de onderwijsinspectie en maakt eventueel melding van zijn opmerkingen. De instelling mag het verslag niet gebruiken voor publicitaire doeleinden.
Meer informatie? www.onderwijsinspectie.be en www.doorlichtingsverslagen.be
23499 - Gemeentelijke Basisschool te Denderleeuw
5
1.
SAMENVATTING
De gemeentelijke basisschool bestaat uit een vestiging in Welle en een vestiging in Iddergem. Beide vestigingsplaatsen zijn gelegen in een landelijke omgeving in twee deelgemeenten van Denderleeuw en hebben elk een kleuter- en een lagere afdeling. Zij situeren zich in het centrum en rekruteren voornamelijk leerlingen uit de onmiddellijke omgeving. Door de goede faam en uitstraling in de streek worden ook kinderen van buiten de regio ingeschreven. Het leerlingenaantal stijgt aanzienlijk. “Over binden, boeien en bezielen” zo kan je de beleidsvoering van deze dynamische en toekomstgerichte school vatten in haar essentie. De bouwstenen in het pedagogisch project van de school zijn bindend en sturend tegelijk. Bindend omdat de kernwaarden een blijvende bron van inspiratie zijn voor de teamleden die zich op basis hiervan verbonden voelen met de school en gemotiveerd raken. Sturend omdat dezelfde kernwaarden fungeren als ethisch kompas. Elk teamlid neemt zijn verantwoordelijkheid. Dit kan zowel inhoudelijk als organisatorisch gerelateerd zijn en brengt een activerende en enthousiasmerende beweging op gang. De schoolleiding vervult een sleutelfunctie in het beleidsvormend vermogen. Zij vertoont voorbeeldgedrag, vormt goede teams, steunt en stuurt hen op de juiste manier, heeft hoge verwachtingen voor leerkrachten en leerlingen, bewaakt de onderwijskwaliteit en zorgt voor een feilloze organisatie. Om de beleidsvoering van de school te versterken worden deskundige teamleden aangesproken. De sturing van de school wordt gedragen door het hele team met als centrale opdracht de prestaties van het kind. De leergebieden Nederlands en muzische vorming werden bij deze doorlichting onderzocht. De resultaten van het onderzoek voldoen en tonen aan dat het kleuteronderwijs in beide teams de leerplandoelen vanuit een thematische werking op een evenwichtige en geïntegreerde manier nastreven. Met de natuurlijke taalontwikkeling van de kleuters als uitgangspunt, selecteren de leerkrachten voor elk thema talige activiteiten die aansluiten bij de leef- en belevingswereld van de kleuter. Interesse en motivatie zijn aanwezig. Tijdens interactieve gespreksvormen krijgen kleuters heel wat rijke en gevarieerde woordenschat te horen. Met uitnodigende werkvormen en uitdagend materiaal spelen leerkrachten gericht in op de ontwikkelingsbehoeften van de kleuter. Zo stimuleren ze experimenteren met taal. De leerkrachten proberen ook allerlei vernieuwingen uit zoals de verteltas die ook mee gaat naar huis. Door de kleuter bewust van de taal te laten genieten met rijmpjes, verhalen en daarbij gebruik te maken van intonatie en tempo, ervaart hij al spelend taal als middel tot communicatie en expressie. De uitgesproken interesse voor nieuwe begrippen en woorden komt speels aan bod. Voor kleuters van wie de taalontwikkeling anders verloopt dan verwacht, is systematische hulpverlening voorzien. De taalontwikkeling is opgenomen in een kindvolgsysteem. De onderbouwing van de registratie in het kindvolgsysteem kan efficiënter om tijdig retardatie en stagnatie op te merken. De kleuters halen op genormeerde toetsen en bij de externe toets in het eerste leerjaar goede resultaten. Voor muzische vorming gaan leerkrachten op gelijkaardige, planmatige wijze te werk. De doelen voor de domeinen drama, beeld, media, bewegingsexpressie en muziek worden progressief ingevuld in het doelenboek. Niettegenstaande de verschillende mogelijkheden van het instrument is het soms nog moeilijk samenhang te vinden met de dagelijkse planning. Kleuters zijn gemotiveerd en actief bezig met een grote verscheidenheid aan materialen. Ze krijgen in de meeste klassen kansen om vanuit een impressie te exploreren en te experimenteren en nadien te beschouwen. In de meeste klassen weerspiegelt een flexibele en functionele klasinrichting de opvatting dat 6
23499 - Gemeentelijke Basisschool te Denderleeuw
kinderen het best leren in een stimulerende maar geordende omgeving, die tot actie uitdaagt. De dialoog tussen de kleuters onderling en met de leerkracht verscherpt het waarnemen en stuurt het muzisch leerproces. In het kindvolgsysteem daarentegen wordt zelden geregistreerd over de muzische talenten van kleuters. De resultaten van het onderzoek voldoen en tonen aan dat het lager onderwijs in beide teams aandacht heeft voor kwaliteitsvol onderwijs. Om het leerplan Nederlands in de praktijk te brengen en het onderwijsaanbod evenwichtig te plannen kiest de school voor een globale leesmethode, een spellingspakket en een taalmethode. Leerkrachten hanteren functionele planningsdocumenten gericht op een optimale invulling van de onderwijstijd. Ze erkennen het belang van controle, tempo en motivatie als de basiselementen van een efficiënt klasbeheer. Een dergelijk ordeningskader schept essentiële voorwaarden voor een positief leef- en leerklimaat. De school streeft taalvaardigheidsonderwijs na en bewaakt een gezond evenwicht tussen de technische en de communicatieve aspecten in het aanbod. Er zijn voortreffelijke initiatieven om via ICT aan taalverrijking te werken. Om het rendement van het taalonderwijsaanbod te bewaken worden de resultaten op interne en externe proeven consequent bijgehouden en geanalyseerd. Recente gegevens vragen om enige alertheid bij de domeinen spreken en bij de leerlijn spellen. Recente nascholing resulteert in een opfrissing en bijsturing van het onderwijsleeraanbod muzische vorming. De effecten zijn merkbaar doorheen de school. De school wil met haar muzisch aanbod zorg dragen voor een harmonische ontplooiing en betrekt hierbij ouders en andere deskundige partners zoals de pedagogische begeleiding en kunstenaars. Verschillende professionaliseringsinitiatieven verruimden het inzicht en de mogelijkheden in het muzisch proces en verscherpen de aandacht om doelbewuster om te gaan met het leerplan. Leerkrachten nemen de tijd die nodig is voor het realiseren van een kwaliteitsvol muzisch aanbod. Er wordt ook consequent nagedacht hoe muzische vorming in andere leergebieden aan bod komt en de vrije ruimte is voorzien om zich te profileren als creatieve, cultuuractieve school. Het team brengt effecten van de muzische aanpak in kaart op schoolniveau en verwijst hiervoor naar de beelden op de website waar de diverse realisaties van de meeste leerlingengroepen en de deelname aan externe projecten worden verzameld. De school rapporteert over muzische vorming maar zoekt nog naar een manier om hierover zinvol over te communiceren. Er is nog geen link tussen de rapportering en de te realiseren doelen. Naast de leergebieden onderzocht de inspectie twee processen die de onderwijskwaliteit ondersteunen: de leerbegeleiding en de deskundigheidsbevordering van het personeel. De school maakt grondig werk van een efficiënt en effectief zorgbeleid. Vanuit haar visie op onderwijs groeit de school naar een goed geolied, concreet, samenhangend concept van taken en opdrachten afgestemd op de specifieke schoolcultuur. Het digitaal zorgsysteem heeft als doel het hele zorgtraject van kinderen beter te kunnen opvolgen en transparanter en efficiënter relevante gegevens beschikbaar te hebben. Daarnaast is info beschikbaar om kinderen zowel kortstondig als kinderen met een hardnekkigere problematiek de juiste ondersteuning te bieden. Het succes van de samenwerking op school is medebepaald door de grote mate van collegiale coaching en deskundigheidsbevordering in het werk tussen team en zorgteam. Samen wordt gezocht naar de beste onderzoeksinstrumentaria en hulpprogramma’s. Indien nodig worden externe deskundigheid aangesproken. De leerling krijgt in beide situaties een traject “op maat”. De school slaagt erin een nascholingsbeleid te voeren vanuit de schoolspecifieke noden en context en laat onderwijsinnovaties groeien van binnenuit. Innovatie wordt aangepakt volgens een strategisch haalbaar plan met aandacht voor het vakmanschap van de teamleden en met ruimte en ondersteuning voor leerkrachten om deze op te zetten in de eigen klas. Prioriteiten ontstaan uit een eerlijke reflectie op het eigen werk en uit de zelfevaluatie bij het zorg- en gokbeleid. Elk initiatief is gericht op het bieden van 23499 - Gemeentelijke Basisschool te Denderleeuw
7
kwaliteitsvol en toekomstgericht onderwijs. De directeur kent de capaciteiten en de competenties van haar team. De school beschikt over een brede deskundigheid. Verschillende teamleden met specifieke expertise inzake zorgverantwoordelijkheid en computergebruik worden ingezet als ondersteuning en verrijking van het lerarenkorps. Het begeleiden en ondersteunen van de nieuwe teamleden neemt een bijzondere plaats in. Uitwisselingen van praktijkervaringen zijn voorwerp van veel informeel maar ook formeel overleg. De personeelsvergaderingen zijn ernstige forums waar veel aandacht gaat naar onderwijskundige onderwerpen. De sterke teamverbondenheid en de sociale controle, het benutten van interne communicatie- en overlegmomenten leiden tot grote openheid om te leren van elkaar. Het inspectieteam besluit de doorlichting met een gunstig advies.
2.
FOCUS VAN DE DOORLICHTING
Op basis van het vooronderzoek en in het kader van een gedifferentieerde doorlichting heeft de inspectie leergebieden en procesindicatoren/procesvariabelen geselecteerd voor onderzoek tijdens de doorlichtingsbezoeken. De resultaten van de controle op de erkenningsvoorwaarden betreffende bewoonbaarheid, veiligheid en hygiëne, vindt u terug in een afzonderlijk verslag
2.1 Leergebieden in de focus Kleuteronderwijs Nederlands m uzische vorming
Lager onderwijs Nederlands m uzische vorming
2.2 Procesindicatoren of -variabelen in de focus Personeel Professionalisering Deskundigheidsbevordering Logistiek Welzijn Veiligheid Onderwijs Begeleiding Leerbegeleiding
8
23499 - Gemeentelijke Basisschool te Denderleeuw
3.
VOLDOET DE SCHOOL AAN DE ERKENNINGSVOORWAARDEN?
Het onderzoek naar het voldoen aan de erkenningsvoorwaarden levert voor de geselecteerde leergebieden het volgende op:
3.1 Kleuteronderwijs: Nederlands Voldoet
Motivering •
•
•
•
•
•
•
De school streeft de leerplandoelen Nederlands vanuit een thematische werking op een evenwichtige en geïntegreerde manier na. De kleuters halen op genormeerde toetsen en bij de externe toets in het eerste leerjaar goede resultaten. In de themaplanning en bij de voorbereiding van leersituaties verwijst de leerkracht naar een elektronisch doelenboek dat progressief aangeeft waar zij zich bevindt ten aanzien van de na te streven doelen in het leerplan. De school bevindt zich op het moment van de doorlichting nog in een experimenteel stadium en verkent geleidelijk aan de verschillende mogelijkheden van het instrument. Tal van groeilijnen duiden op aandacht voor gradatie en variatie/verticale samenhang en beogen een aanbod dat aansluit bij het ontwikkelingsniveau van de kleuter. Het team heeft intentionele aandacht voor het planmatig werken, het bevorderen van zelfstandigheid en de zelfsturing en zorgt voor sterke visuele ondersteuning bij het hele traject. Bij de voorbereiding en uitbouw van de thema’s volgen de leerkrachten de jaargebonden onderwerpen. Enkele leerkrachten geven aan dat kleuters via gezamenlijke brainstorm ideeën inbrengen. Het aanbod sluit aan bij de leef- en belevingswereld van kinderen. Met de natuurlijke taalontwikkeling van de kleuters als uitgangspunt selecteren de leerkrachten voor elk thema talige activiteiten. In de meeste klassen is ruimte voor een flexibele klasorganisatie die inspeelt op de ontwikkelingsbehoefte van de kleuter. Spreekdurf en spreekvaardigheid worden via een aanbod van interactieve gespreks- en uitnodigende werkvormen gestimuleerd. Via gerichte waarnemingen en herformuleringen werkt de leerkracht aan spreekverbetering. Effectief luisteren krijgt via het voorlezen en via het interpreteren, beoordelen en kritisch reageren, de nodige aandacht. Kleuters gebruiken mediamateriaal en krijgen stimulansen om te experimenteren met taal. Schrijven en lezen wordt gevat onder de noemer ontluikende geletterdheid. De bewustwording dat je gedachten kunt tekenen of schrijven krijgt aandacht via het maken van tekeningen na een beleving/uitstap, gebruik van pictogrammen, prentenboeken en getalbeelden. De taalontwikkeling is opgenomen in een kindvolgsysteem. Bij vier van de vijf domeinen formuleert de school observatiecriteria die de opbouw in het leerplan volgen. Het is niet duidelijk welke referentiekaders leerkrachten gebruiken bij de permanente/losse registraties om de ontwikkelingsgroei te onderbouwen. De voorspellende waarde van genormeerde toetsmomenten laat het team toe tijdig zorgzaam in te grijpen. Om de taalverwerving optimaal te begeleiden organiseren de leerkrachten gerichte klasinterne interventies met aandacht voor zowel de verschillen als de talenten van elk kind. Voor kleuters van wie de ontwikkeling anders verloopt dan verwacht, is systematische hulpverlening voorzien. Tijdens vaste momenten krijgt de leerkracht ondersteuning van het zorgteam en worden kleuters in kleine groepen en vanuit een bemoedigende leeromgeving doelgericht benaderd.
23499 - Gemeentelijke Basisschool te Denderleeuw
9
Om de overgang tussen de onderwijsniveaus te versoepelen, organiseert de school voor de oudste kleuters drempelverlagende initiatieven. Verder maken leerkrachten formele afspraken die continuïteit in het taalverwervingsproces garanderen met expliciete aandacht voor een positief leer-en leefklimaat in het eerste leerjaar. Grondige kennis van technieken om spreekdurf te stimuleren, woordenschat uit te breiden via tal van activiteiten zoals het kringgesprek, de verteltas, het voorlezen zijn waardevolle effecten van nascholingen en getuigen van systematische aandacht voor kwaliteitsvol taalonderwijs.
•
•
3.2 Kleuteronderwijs: muzische vorming Voldoet
Motivering De school toont aan dat ze de leerplandoelen muzische vorming nastreeft. Leerkrachten leggen planningsdocumenten voor waaruit blijkt dat alle doelen die gericht zijn op het ontwikkelen van het muzisch proces “zich beeldend uitdrukken, de muzikaliteit van kinderen maximaal ontplooien, via drama inzicht krijgen in zelfontplooiing, verkennen van de vele bewegingsmogelijkheden van het lichaam via bewegingsexpressie en het plezier beleven en hanteren van communicatiemiddelen in creatieve zin “ aandacht krijgen. Om de volledigheid van het aanbod te bewaken voeren leerkrachten de doelen uit de planning in het elektronisch doelenboek in. Dit instrument registreert progressief waar de leerkracht zich bevindt ten aanzien van de na te streven doelen in het leerplan. Het systematisch invoeren van de gegevens en het bijhouden van de agenda blijken een niet even vertrouwd gegeven te zijn bij alle leerkrachten en/of niet altijd te matchen met de agenda. De school bevindt zich op het moment van de doorlichting aan het begin van een implementatietraject. Bij de voorbereiding en uitbouw van de thema’s geven de leidsters in een groeiboek (vertaling van de leeswijzers in het leerplan) aan waaraan doelgericht kan gewerkt worden tijdens een muzische activiteit en bewaken voor zichzelf de opbouw en de variatie binnen een domein. Deze planningsdocumenten zijn tevens inspirerend voor het onderwijsaanbod. De school garandeert de tijd die nodig is voor het realiseren van kwaliteitsvol muzisch aanbod. Er wordt ook consequent nagedacht hoe muzische vorming in andere leergebieden aan bod komt en de vrije ruimte is voorzien om zich te profileren als creatieve, cultuuractieve school. Kleuters zijn gemotiveerd en actief bezig met een grote verscheidenheid aan materialen en krijgen in de meeste klassen kansen om vanuit een impressie te exploreren en te experimenteren en nadien te beschouwen. In de meeste klassen weerspiegelt een flexibele en functionele klasinrichting de opvatting dat kinderen het best leren in een stimulerende maar geordende omgeving die tot actie uitdaagt. De dialoog tussen de kleuters onderling en met de leerkracht verscherpt het waarnemen en stuurt het muzisch leerproces. Tijdens bijgewoonde activiteiten treffen we enerzijds voorbeelden van creatieve expressies en een begeleiding aan die de verruimende bewustwording van kleuters ondersteunt. Anderzijds wordt ook gewerkt naar model. Eigen aan het kleuteronderwijs zijn er verschillende interessante overlappingen en combinaties tussen de domeinen van muzische vorming en andere leergebieden. De zelfredzaamheid in het vinden en opruimen van materiaal wordt in banen geleid via stappenplannen, takenborden telkens met visuele ondersteuning. Klasoverschrijdende activiteiten, bewegingstussendoortjes en culturele uitstappen vervolledigen het muzisch aanbod. In het kindvolgsysteem worden drie van de vijf muzische domeinen opgenomen zonder verdere relevante criteria om de evolutie te onderbouwen. Leerkrachten
•
•
•
•
•
•
•
10
23499 - Gemeentelijke Basisschool te Denderleeuw
•
•
hanteren dan ook diverse instrumenten/referenties om hun formatieve observaties uit te voeren en te registreren. Het systeem bevat weinig informatie over de muzische talenten van de kleuters. De ouders ontvangen in de meeste klassen info over de muzische activiteiten in de klas via de klasblog, het tweemaandelijkse infoboekje ‘Band’ en de verschillende informele en formele contacten. Recente nascholing resulteert in een opfrissing en bijsturing van het onderwijsleeraanbod muzische vorming. De effecten zijn merkbaar doorheen de school. De school wil met haar muzisch aanbod zorg dragen voor een harmonische ontplooiing en betrekt hierbij ouders en andere deskundige partners.
3.3 Lager onderwijs: Nederlands Voldoet
Motivering •
•
•
•
•
•
•
Om het leerplan in de praktijk te brengen en het onderwijsaanbod evenwichtig te plannen kiest de school voor een globale leesmethode, een spellingspakket en een taalmethode. Leerplanstudie, screening en deelname aan het pilootproject bij de nieuwe leesmethode tonen aan dat de school haar keuze doordacht maakte. De gelijkgerichte uitvoering van een aantal formele afspraken begunstigt de verticale samenhang. In de onderbouw vermelden leerkrachten exemplarische voorbeelden van horizontale samenhang binnen een thematische aanpak. In de bovenbouw is de aandacht voor horizontale samenhang uitgesproken aanwezig tijdens extramurale activiteiten en projecten. De leerinhouden sluiten aan bij concrete taalsituaties in betekenisvolle contexten. Leerkrachten hanteren functionele planningsdocumenten gericht op een optimale invulling van de onderwijstijd en ze erkennen het belang van controle, tempo en motivatie als de basiselementen van een efficiënt klasbeheer. Een dergelijk ordeningskader schept essentiële voorwaarden voor een positief leef-en leerklimaat. De school streeft taalvaardigheidsonderwijs na en bewaakt een gezond evenwicht tussen de technische en de communicatieve aspecten in het aanbod. Het domein lezen krijgt bijzonder veel aandacht. Tot de tweede graad wordt het accent gelegd op leestraining. Nadien staat vooral leesplezier en leesexpressie centraal. Het onderdeel begrijpend lezen omvat een gevarieerd aanbod van actuele teksten met aandacht voor leesstrategieën en metacognitieve vaardigheden. Toegepast lezen krijgt vorm in voorlezen, vrij lezen, studerend lezen en een voortreffelijke boekpromotie. De leerlijn spreken en luisteren is duidelijk te traceren in elk thema. Stapsgewijs worden vaardigheden uitgediept met aandacht voor transfer naar de eigen leefwereld door ze te gebruiken in reclamespots, spreekbeurten, boekbesprekingen en kringgesprekken. Toch liggen de resultaten voor het domein spreken niet volgens de verwachtingen. De school neemt dit op als werkpunt binnen haar interne kwaliteitszorg. Het domein schrijven legt de focus op creatieve opdrachten die stapsgewijs een eenvoudige schrijfstrategie nastreven binnen uitdagende (fictie) maar ook zeer realistische contexten (klaskrant, -dagboek, uitnodigingen). De leerlingen namen deel aan de wedstrijd ‘junoir journalistiek gaat virtueel’, een wedstrijd creatief schrijven voor jongeren. Er is gewerkt aan een leerlijn kleuter-lager om een vlotte overgang te garanderen. De recentste resultaten vragen echter om enige alertheid bij de deelvaardigheid ‘uitvoeren’ en de ‘leerlijn spellen’. Het nieuwe leerplan taalbeschouwing is geïntroduceerd. De school neemt naar het vervolgonderwijs duidelijke standpunten in bij het vorm geven van haar onderwijsaanbod.
23499 - Gemeentelijke Basisschool te Denderleeuw
11
De school is erin geslaagd ict als medium te integreren in het onderwijsaanbod. Er zijn voldoende middelen en voortreffelijke initiatieven om de leerlijn binnen de visie en de krachtlijnen bij de eindtermen te realiseren. De methode reikt leerkrachten toetsen aan bij de verschillende domeinen die congruent lopen met het leerplan. De resultaten noteren ze getrouw en volgens een eigen systeem en een eigen systematiek. De registratie is bij de meeste leerkrachten eerder gericht op het rapporteren dan op het in kaart brengen van de evolutie die de leerling doorloopt en daarbij stagnatie en retardatie tijdig op te merken. De gestandaardiseerde testen voor spelling en technisch lezen uit het leerlingvolgsysteem volgen de leerling gedurende zijn hele schoolloopbaan. Om het rendement van het creatief schrijfproces in kaart te brengen en het proces te stimuleren introduceert de school een nieuw meetinstrument. De school hanteert de resultaten op de externe proefwerken aangereikt door de begeleidingsdienst als middel om zich te positioneren. Het evaluatie-instrumentaria vormt een vertrekpunt voor systematische kwaliteitscontrole. De rapportering geeft een volledig en evenwichtig beeld van de leerprestaties en vorderingen. De verschillende evaluatiegegevens worden gesynthetiseerd en sturen de verdere aanpak. De meeste leerkrachten maken gebruik van de aangeboden differentiatieinstrumenten en -tips bij de methode en differentiëren in aanbod, instructie en verwerking en activerende werkvormen om de eerstelijnszorg te organiseren. De school voorziet in compenserende en dispenserende maatregelen voor leerlingen met hardnekkige taalproblemen.
•
•
• •
3.4 Lager onderwijs: muzische vorming Voldoet
Motivering De school toont aan dat ze de leerplandoelen muzische vorming bereikt. Leerkrachten leggen planningsdocumenten voor waaruit blijkt dat de doelen die gericht zijn op het ontwikkelen van het muzisch proces “zich beeldend uitdrukken, de muzikaliteit van kinderen maximaal ontplooien, via drama inzicht krijgen in zelfontplooiing, verkennen van de vele bewegingsmogelijkheden van het lichaam via bewegingsexpressie en het plezier beleven en hanteren van communicatiemiddelen in creatieve zin “, ruimschoots aandacht krijgen. De grondhouding die kinderen meekregen vanuit de kleuterafdeling wordt steevast doorgetrokken naar de lagere afdeling waar het schoolklimaat eveneens uitnodigt tot beschouwen en creëren. De muzische grondhouding krijgt in haar breed toepassingsveld alle kansen tot harmonische ontwikkeling. In enkele klassen zijn het de leerlingen die nagaan en evalueren hoe ze de doelen bij de opdrachten hebben bereikt. Leerkrachten bepalen samen met de leerlingen criteria waarmee ze zichzelf kunnen beoordelen. De school brengt effecten van haar muzische aanpak in kaart op schoolniveau en verwijst hiervoor naar de beelden op de website waar de diverse realisaties van de meeste leerlingengroepen en de deelname aan externe projecten worden verzameld. De school rapporteert over muzische vorming maar zoekt nog naar een adequate manier om hierover zinvol over te communiceren. Er is nog geen link tussen de rapportering en de te realiseren doelen. Met het rijkelijk gevuld aanbod wil de school kinderen bewust maken van al hun mogelijkheden, talenten laten ontdekken en ontplooien en een groot aantal basiscompetenties ontwikkelen.
•
•
•
•
•
12
23499 - Gemeentelijke Basisschool te Denderleeuw
•
•
•
•
Zoals in het kleuteronderwijs reserveren leerkrachten de tijd die nodig is voor het realiseren van kwaliteitsvol muzisch aanbod. Er wordt ook consequent nagedacht hoe muzische vorming in andere leergebieden aan bod komt en de vrije ruimte is voorzien om zich te profileren als creatieve, cultuuractieve school. De materiële uitrusting voldoet ruimschoots. De leermiddelen en de materialen beantwoorden ruimschoots aan de basisuitrusting nodig om de eindtermen te realiseren. Mediamateriaal wordt zeer frequent gebruikt ter ondersteuning van impressiemomenten, het aanleren van technieken en het beschouwen van drama. Participatie aan verschillende culturele activiteiten wijzen op de aanwezigheid van een muzisch, creatieve school : deelname aan culturele activiteiten georganiseerd door lokale gemeenschap, verkennen van musea, aandacht voor hedendaagse als klassieke kunstenaars, uitnodigen van een jeugdauteur, schoolfeest als hoogtepunt voor allen en specifiek voor de finalisten en de hoge graad van deelname aan wedstrijden binnen het culturele leven. Verschillende professionaliseringsinitiatieven verruimden het inzicht en de mogelijkheden in het muzisch proces en verscherpen de aandacht om doelbewuster om te gaan met het leerplan. Het beleid creëert hiervoor de nodige randvoorwaarden.
4.
BEWAAKT DE SCHOOL DE EIGEN KWALITEIT?
Het onderzoek naar de kwaliteit en de kwaliteitsbewaking van de geselecteerde procesindicatoren of -variabelen levert het volgende op:
4.1 Professionalisering
4.1.1
Deskundigheidsbevordering
De vaststellingen wijzen op redelijke tot sterke aandacht voor: - doelgerichtheid - ondersteuning - doeltreffendheid - ontwikkeling. Motivering Onderwijsvernieuwing en -verandering worden expliciet gekaderd in het pedagogisch project. De school slaagt erin een nascholingsbeleid te voeren vanuit de schoolspecifieke noden en context en laat onderwijsinnovaties groeien van binnenuit. • Het beleid creëert hiervoor de nodige randvoorwaarden. Innovatie wordt aangepakt volgens een strategisch haalbaar plan met doelen op korte en middellange termijn, met middelen voor investering in het vakmanschap van de teamleden en met ruimte en ondersteuning voor leerkrachten om deze op te zetten in de eigen klas. • Prioriteiten ontstaan uit een eerlijke reflectie op het eigen werk, een kritische toetsing ervan aan de verwachtingen van de overheid en uit de zelfevaluatie bij het zorg- en gokbeleid. Het leergebied muzische vorming komt in de kijker te staan. Leerkrachten krijgen de nodige ICT-ondersteuning om te leren werken met digitale borden. Taalbeleid en taalvaardigheid worden onder de loep genomen. Elk initiatief is gericht op het bieden van kwaliteitsvol en toekomstgericht onderwijs. Hierbij ondersteunen de begeleidingsdiensten en nascholingsverstrekkers het ontwikkelingsproces. • De personeelsvergaderingen zijn forums waar bewust en formeel tijd wordt gemaakt voor het uitwisselingen van praktijkervaringen en waar de overdracht van verworven •
23499 - Gemeentelijke Basisschool te Denderleeuw
13
deskundigheid steevast op de agenda staat. Waardevolle inspanningen, geleverd via individuele en schoolgebonden nascholingen en het werk in werkgroepen, verbreden en verdiepen op systematische wijze de vaardigheden en de competenties van leerkrachten. Deze initiatieven resulteren in ondersteunende en richtinggevende kaders bij het realiseren van het onderwijsaanbod en een alertheid en verantwoordingsgevoel bij het nakomen van de resultaats- en inspanningsverplichting. • De professionaliteit van beleidsondersteuners met een specifieke opdracht zoals de ict-coördinator, de zorgcoördinator en gokleerkrachten stromen door naar de klasleerkracht. • Sterke teamverbondenheid en sociale controle zorgen voor een gezamenlijke doelgerichtheid en verantwoordingsgevoel. De nodige feedback vanuit het beleid staat hierbij garant voor gelijkgerichtheid.
4.2 Begeleiding 4.2.1
Leerbegeleiding
De vaststellingen wijzen op redelijke tot sterke aandacht voor: - doelgerichtheid - ondersteuning - doeltreffendheid - ontwikkeling. Motivering • De school kadert de visie op zorg binnen de bouwstenen van het pedagogisch project
en creëert hiermee een belangrijke kwaliteitsnorm “ een kind kan zich pas thuis voelen op school als er aan de elementaire basisbehoeften - de fysische behoefte, de behoefte aan affectie, warmte en geborgenheid, de behoefte aan duidelijkheid, continuïteit en houvast, de behoefte om iemand te zijn in de ogen van anderen, de behoefte om zichzelf als kundig te ervaren”. Dit houdt een concreet engagement in van alle betrokkenen en eensgezindheid over de inhoud en de zinvolheid van de verschillende actieterreinen. • Vanuit een visie groeit de school naar een goed geolied, concreet, samenhangend concept van taken en opdrachten afgestemd op de specifieke schoolcultuur. Daarmee heeft zij grondig werk gemaakt van de aanbeveling uit de vorige doorlichting. Duidelijke afspraken binnen het schoolwerkplan ondersteunen het uitgestippelde beleid en zorgen voor een vlekkeloze organisatie. De zorgcoördinatie situeert zich op drie niveaus: het coördineren van de zorg op schoolniveau, het ondersteunen van het handelen van de leerkracht en het begeleiden van de leerlingen. Deze drie niveaus interfereren voortdurend, wat getuigt van een geïntegreerde en gedragen uitvoering. • De zorg voor de leerling in de klas blijft in eerste instantie de verantwoordelijkheid van de leerkracht. Na analyse van de resultaten van de testen bij de methode of het volgsysteem nemen leerkrachten gepaste maatregelen. Er wordt voorzien in een gedifferentieerde aanpak voor remediering en geschikte instructie en/of leertaken worden aangeboden via zelfstandige werkvormen. Op die manier krijgen leerlingen extra tijd en begeleiding om inzicht te verwerven in de basisleerstof, anderen kunnen de leerstof inoefenen terwijl de sterkere leerlingen extra leerstof kunnen aanpakken of de gekregen leerstof uitdiepen of de leerling met problemen begeleiden in zijn denkproces. Het kleuteronderwijs brengt doelgroepleerlingen op gestructureerde en efficiënte wijze op klasniveau in kaart om zo accuraat mogelijk aangepaste activiteiten te organiseren. • Wanneer het probleem de draagkracht van de leraar overstijgt wordt deze met raad en daad bijgestaan door de zorgcoördinator. De aspecten die verschillen in de 14
23499 - Gemeentelijke Basisschool te Denderleeuw
mogelijkheden en prestaties van leerlingen bepalen worden in kaart gebracht. Naast de verstandelijke capaciteiten en de schoolse prestaties komen ook fysische behoeften, socio-emotionele factoren (zoals succeservaring) en de werkhouding van kinderen in de kijker. Dank zij een degelijk en gericht diagnostisch onderzoek en een nauwkeurig geformuleerde zorgvraag kunnen leerkrachten het leren afstemmen op de verschillende noden van de kinderen. Indien nodig wordt de gokleerkracht ingeschakeld om ook op leerling- en groepsniveau ondersteuning te bieden. In derde instantie volgt een multidisciplinair overleg waar beroep wordt gedaan op de deskundigheid van de medewerker van het centrum voor leerlingenbegeleiding. • Om leerlingen met specifieke noden optimaal te begeleiden en een doelgericht onderwijsaanbod aan te bieden, worden trajecten op maat opgesteld in samenspraak met de ouders en andere zorgverstrekkers. Gon-begeleiding en CLB-initiatieven ondersteunen de diagnosestelling en voorzien in collegiale coaching. • Het digitaal zorgsysteem heeft als doel het hele zorgtraject van kinderen beter te kunnen opvolgen en transparanter en efficiënter relevante gegevens beschikbaar te maken. De verschillende overlegmomenten en interventies krijgen een plaats binnen een duidelijke en planmatige structuur. De evaluatieresultaten, de oordelen, de adviezen en aanbevelingen worden nauwgezet aangevuld om enerzijds te komen tot een totaalbeeld van de vorderingen van de leerling en anderzijds om de effecten van de interventies te kunnen evalueren. • De school maakt grondig werk van een efficiënt en effectief zorgbeleid. Sterke professionalisering en doordachte stappen in het proces getuigen van een geïmplementeerd zorgbeleid. Het succes van de samenwerking op school is medebepaald door de grote mate van collegiale coaching en deskundigheidsbevordering in het werk tussen team en zorgteam.
5.
ALGEMEEN BELEID VAN DE SCHOOL
Het onderzoek naar het algemeen beleid van de school levert volgende vaststellingen op: •
•
•
De directeur vervult een sleutelfunctie in het beleidsvoerend vermogen van deze dynamische en toekomstgerichte basisschool. Zij kan rekenen op een enthousiast en professioneel geëngageerd team. Samen gaan zij voor gedeeld leiderschap waar bij de sturing van de school gestreefd wordt naar een gedeelde verantwoordelijkheid van het hele team én van het schoolbestuur. Een transparante verdeling van verantwoordelijkheden leidt tot acceptatie door teamleden en voor een draagvlak onder de collega’s. Het belang van een duidelijke profilering, met als uitgangspunt de bouwstenen in het pedagogisch project, ligt aan de basis van de sociale cohesie “de school doet wat ze zegt en zegt wat ze doet” en maakt haar identiteit zichtbaar naar de buitenwereld. De verbindende schoolcultuur is op beide vestigingen opvallend. Met verschillende initiatieven op klasniveau (blogs), de deelname aan projecten, wedstrijden en culturele projecten, de oprechte investering in verschillende participatieorganen, de deelname aan niveauoverschrijdende evenementen, treedt de school naar buiten. Dit is succesvol gedaan want de leerlingenaantallen nemen aanzienlijk toe. De directeur kiest resoluut voor een onderwijskundig inhoudelijk leiderschap waarbij ze vernieuwingen stimuleert en hoge maatstaven hanteert. Zij bevordert organisatorische en structurele condities die het mogelijk maken om consensus over de realisatie van kwaliteitsvol onderwijs te bereiken. Beide teams hanteren duidelijke en gezamenlijk bepaalde kwaliteitseisen bij het uitvoeren van de lesopdracht.
23499 - Gemeentelijke Basisschool te Denderleeuw
15
De communicatie en het participatieklimaat op deze school scoren hoog. De vele informele en formele overlegmomenten en de vlotte informatiedoorstroming betekenen een ondersteuning voor de optimalisatie van de onderwijskwaliteit. De bereidheid tot samenwerking en tot professionalisering is groot en wordt benut om te leren van en met elkaar. Een participatieve besluitvorming ligt aan de basis voor het gedragen beleid. De school beschikt over een groot reflecterend vermogen. Ze evalueert op systematische wijze haar werking om een proces van permanente kwaliteitszorg en verbetering na te streven. Met de nodige discipline om dingen daadwerkelijk te veranderen zorgt het beleid voor verankering van veranderingen door systematisch de effecten ervan te meten en/of te evalueren.
•
•
6.
STERKTES EN ZWAKTES VAN DE SCHOOL
6.1 Wat doet de school goed? Wat betreft de erkenningsvoorwaarden: • De leerplanrealisatie voor de leergebieden Nederlands en muzische vorming, in beide • • • • •
niveaus. Het taalonderwijs, waarbij het accent ligt op communicatie. De taalopvoeding waarbij kinderen een waaier van taalgebruiksvormen leren. De aandacht voor het muzisch proces, waarin talenten ontdekken en ontwikkelen, motivatie en een positief zelfbeeld centraal staan. Het gebruik van functionele planningsinstrumenten, aangereikte referentiekaders en het verankeren van afspraken, om een kwaliteitsvolle leerplanrealisatie te bewaken. Het klasklimaat, met gedeelde verantwoordelijkheid en waar gebruik gemaakt wordt van flexibele groepsvormen en interactieve werkvormen. De aandacht voor de materiële organisatie, geeft een beeld van hoe en in welke mate de school belang hecht aan de taal- en muzische opvoeding van kinderen.
Wat betreft de kwaliteit/kwaliteitsbewaking van de processen: • Het zorgbeleid, gekenmerkt door hoge maatstaven en professionaliteit, geëxpliciteerd
in concrete verwachtingen en werkwijzen, ontwikkelingsgericht vanuit een sterke reflecterende houding en dat effectieve resultaten bij leerlingen realiseert. • Het systematisch begeleiden en opvolgen van kinderen met specifieke hulpvragen via de invoering van handelingsplannen, dat blijk geeft van de zorgzame aanpak. • Het voeren van een professionaliseringsbeleid, dat vertrekt vanuit een gedragen visie, doelgericht en selectief om gaat met vernieuwingen, de veranderingen geleidelijk en planmatig aanpakt en regelmatig evalueert alvorens ze te verankeren. • De beschikbare expertise van de zorgverantwoordelijken, die benut wordt om de deskundigheid binnen de eerstelijnszorg te verhogen. Wat betreft het algemeen beleid: • Het gedreven pedagogisch-didactisch beleid en de intrinsieke motivatie van de
teamleden, dat garant staat voor het dagelijks realiseren van kwaliteitsvol onderwijs. • Het integraal leiderschap, dat op alle beleidsdomeinen thuis is, doelgericht en
systematisch de essentie benadert en richting geeft aan het werk.
16
23499 - Gemeentelijke Basisschool te Denderleeuw
• De sociale cohesie en de verbindende schoolcultuur, als belangrijke voorwaarde om de
onderwijskundige doelen te realiseren en zich te profileren als toekomstgerichte basisschool. • Het systematisch evalueren van de schoolwerking en het belang van zelfevaluatie, om de kwaliteit van het onderwijskundig en organisatorisch functioneren te optimaliseren.
6.2 Wat kan de school verbeteren? Wat betreft de erkenningsvoorwaarden: • In het kleuteronderwijs kan congruentie tussen de observaties en de vooropgestelde
doelen beter bewaakt worden om de registraties in het kindvolgsysteem te onderbouwen en zicht te krijgen op het ontwikkelingsproces van de kleuter. • In het lager onderwijs kan congruentie tussen de observaties van de vooropgestelde doelen voor muzische vorming en de rapportering zorgen voor een transparantere communicatie met ouders. • In het lager onderwijs de richtsnoeren bij het leerplan Nederlands en specifiek bij het domeinen spreken/luisteren verkennen om de evaluatie in de methode en de verwachtingen van het leerplan op elkaar af te stemmen. • In het lager onderwijs kan de wijze van registratie bij formatieve evaluaties nog sterker de evolutie van leerlingen in kaart brengen om tijdig retardatie en stagnatie op te merken.
Wat betreft de kwaliteit/kwaliteitsbewaking van de processen: • nihil
Wat betreft het algemeen beleid: • nihil
6.3 Wat moet de school verbeteren? Wat betreft de erkenningsvoorwaarden: • nihil
23499 - Gemeentelijke Basisschool te Denderleeuw
17
7.
ADVIES
In uitvoering van het Decreet betreffende de kwaliteit van onderwijs van 8 mei 2009 is het advies voor erkenning GUNST IG voor kleuteronderwijs en lager onderwijs.
8.
REGELING VOOR HET VERVOLG
Nihil Namens het inspectieteam, de inspecteur-verslaggever
Katty Houssiau Datum van verzending aan de directie en het bestuur van de instelling: Voor kennisname Het bestuur of zijn gemandateerde
Naam:
18
23499 - Gemeentelijke Basisschool te Denderleeuw