WATERSCHAP
DATUM
ZUIDERZEE LAND
10 maart 2015
VERSLAG
VAN BESPREKING
Notulen van de 2 vergadering van 2015 van de Algemene Vergadering van Waterschap Zuiderzeeland de
DEELNEMERS
mevrouw M.L.C. BlomGommers, de heer C. Bos, mevrouw J.A. Dekker-van den Berg, mevrouw E.R. Dijksma-Potjer, de heren R. van de Geijn, S. de Graaf, M. de Jonge mevrouw H.C. Klavers (voorzitter), de heren W. van der Kooij, A.H.R. Leijten, C.A.A.A. Maenhout, mevrouw E. Marcusse, de heren J.P. Naaktgeboren, J. Nieuwenhuis, W. van den Noort, C. Okkerse, J. van Olst, W.G. de Raad, E. Rehorst, J. Riemens, mevrouw A.J.M. Schelwald-van der Kleij, de heren J.B. van der Veen ( secretaris-directeur), J.A. Veenink, E. de Vries en H. Zwaaf. AFWEZIG
De heer J. Koster en mevrouw E. van Otterloo. OPGEMAAKT DOOR
mevrouw H.W.M. Greidanus-Ensink AFSCHRIFT
Deelnemers
438417
1. OPENING De voorzitter heet de aanwezigen welkom en opent de vergadering. Ze meldt dat bericht van verhindering is ontvangen van de heer Koster en mevrouw Van Otterloo. Mevrouw Dekker komt iets later en de heer Van Olst kan tot uiterlijk 16.00 uur aanwezig zijn. De voorzitter stelt voor gelijk door te gaan met agendapunt 4. Marit Huzen zit in haar proefwerkweek en de bestuurders zullen willen garanderen dat de jeugdwaterschapsbestuursleden netjes hun school kunnen doen en hun examens en tentamens kunnen halen. 4. J E U G D B E S T U U R D E R MARIT HUZEN De voorzitter geeft aan dat het voorstellen van Marit Huzen gebeurt aan de hand van een vraag-en-antwoord-spelletje. Ze vraagt Marit naar voren te komen. De voorzitter neemt aan dat alle AV-leden Marit al eens ergens gezien hebben, Marit is al vaak geïnterviewd en heeft gezegd dat het waterschap weer hip moet worden. Wat moet de Algemene Vergadering zich voorstellen bij een hip waterschap? Marit denkt daarbij dat het waterschap vooral veel met jongeren in contact moet zijn, de jongeren moet informeren over het waterschap. Voordat zij bij het jongerenpanel kwam, wist zij ook niets over het waterschap. Jullie hebben ook de traditie dat als wij niet naar jullie komen, jullie wel naar ons komen. Jullie doen veel om het water onder de aandacht te brengen. Kun j e vertellen welke leuke dingen jullie zoal doen? De jeugdwaterschapsbestuurders hebben een gesprek gehad met de Deltacommissaris. Het jeugdwaterschapsbestuur heeft voor de jongeren een scholierendebat georganiseerd. Daarvoor hebben de leden een jurytraining gehad. Dat was heel leuk om te doen. Helaas is ze zelf niet bij dat debat geweest omdat ze ziek was. Ze vond dat heel erg jammer omdat ze jureren echt heel erg leuk vindt. En volgend jaar zit ze niet meer in het jeugdbestuur omdat ze dan 18 is geworden. Regelmatig is onderwerp van gesprek in de Algemene Vergadering dat het leuk is om flink wat debat te hebben. Heb je nog wat tips voor de AV-leden? Waar let je op als je de Algemene Vergadering zou moeten jureren? Marit geeft aan dat ze er vooral op let of het overtuigend klinkt, of men achter zijn eigen standpunt staat en ook op drogredenen, zoals "iedereen weet wel dat De laatste weken hebben we de jeugdbestuurders flink gezien met de tour en de stemselfie. Jullie hebben ook de tien gouden regels overhandigd. Kun je daar wat over vertellen? Die gouden regels zijn aan alle waterschappen uitgedeeld. Het zijn tips om contact te houden met de jongeren, om ze aan te spreken om het waterschap naar voren te brengen. Kun je een paar van die tips vertellen? Een regel is niet afwachten, zeifactie ondernemen om de jeugd aan te sporen en aan te spreken. De tien gouden regels zullen worden verspreid zodat de AV-leden kennis kunnen nemen van de andere negen regels. De voorzitter weet dat Marit niet alleen heel veel interesse in en plezier m e t water heeft en dat ze heel hard studeert voor school, maar dat Marit ook nog hobby's heeft, zoals volleybal. Welke hobby's heb j e nog meer? Marit noemt paardrijden. Ze is daar nu wel mee gestopt omdat het niet past met school, maar ze heeft nog wel een verzorgpony die ze één dag in de week 1/36
mag verzorgen en berijden. Ze vindt het heel leuk een band met zo'n dier op te bouwen. Als je kijkt naar het Jeugdwaterschapsbestuur, valt heel erg op dat de meerderheid meisjes is. Hoe verklaar je dat? Marit heeft het idee dat jongens zoiets hebben van "dan moet ik heel veel gaan doen, doe mij maar lekker een baantje in de supermarkt, dan staat tenminste vast wat ik moet doen" en dat meisjes het juist interessant en leuk vinden. Voor maatschappelijke betrokkenheid moeten we het in de toekomst dus van de dames hebben. Je hebt net verteld op welke kwaliteiten j i j zou letten bij een debat als je moest jureren. Wat wil je verder nog meegeven? Marlt geeft mee vooral via social media contact te blijven houden met de jongeren. Ze heeft zelf gemerkt dat ze helemaal niets afwist van het waterschap. Nu ze erbij zit, vindt ze dat heel erg jammer. Jongeren weten niet wat het waterschap inhoudt, wat het doet. Wat moeten wij als wij bijvoorbeeld op Twitter actief doen zijn om te zorgen dat een jongere klikt op "Die wil ik volgen"? Niet te moeilijke taal gebruiken. Een andere regel van de tien gouden regels is: Hou de taal simpel. Verder uitleggen waarom iets is gedaan. De voorzitter heeft altijd begrepen dat het heel belangrijk is om te vertellen hoe iets in elkaar zit, dat dit enorm veel interesse opwekt. Marit bevestigt dat en vult aan dat jongeren het ook interessant vinden zelf dingen te doen, ze willen ondernemen. Daar leren ze van. De voorzitter bedankt Marit Huzen voor het gesprek en wenst haar succes met school.
2.
GELEGENHEID TOT INSPREKEN
Er heeft zich geen inspreker gemeld. 3. V A S T S T E L L I N G AGENDA De voorzitter geeft aan dat de AV-leden met de vrijdagpost een aangepaste agenda hebben ontvangen met als agendapunt 9.1 een stuk ter kennisname: Samenwerking muskusrattenbeheer. Ze constateert dat de Algemene Vergadering instemt met de agenda. De voorzitter inventariseert de woordmeldingen bij de besluitvormende hamerstukken: de heer Rehorst, mevrouw Blom, mevrouw Dijksma bij 8.e. De woordmeldingen bij de stukken ter kennisname zijn: 9.a de heer Van den Noort, 9.b de heer Veenink, 9.c mevrouw Dijksma en de heer Riemens, 9.d de heer Okkerse, 9.f mevrouw Dekker. 5.
V A S T S T E L L E N V E R S L A G VAN DE V E R G A D E R I N G VAN DE ALGEMENE V E R G A D E R I N G D.D. 27 J A N U A R I 2 0 1 5 tekstueel: - blz. 10, 2 alinea onder de heer Leijten: "Zuiderzeeland doet het als een soort dienst, het waterschap wordt afgerekend op de kosten die het daarvoor maakt." De heer Leijten geeft aan dat dit moet zijn: het waterschap berekent de kosten die het daarvoor maakt door."; Met inachtneming van deze wijziging wordt het verslag vastgesteld. e
naar aanleiding van: - blz. 29, ongeveer halverwege: "De heer Rehorst interrumpeert dat bet bij het ijken gaat over een periode van zeven jaar. Het waterschap gaat bij baggeren tot het niveau dat in de legger staat." De heer Zwaaf geeft aan dat het de fractie Algemene Waterschapspartij wat verbaast hoe het daar staat. Zo lijkt het erop alsof dat niveau maar een keer in de zeven jaar gehaald wordt. Je zou zeggen dat als het waterschap dat niveau een beetje wil handhaven, het waterschap wat betreft dat baggeren dan verdergaat dan dat niveau. Een jaar nadat gebaggerd is, is het niveau al weer minder. Dat betekent dat je de uitgangspunten van de legger maar slechts een keer in de zeven jaar haalt. Is dat daadwerkelijk de uitleg? Moet de fractie dat zo begrijpen? De voorzitter geeft aan dat de tekst weergeeft wat de heer Rehorst heeft ingebracht. Op een moment punt is de heer Maenhout teruggekomen op zijn beantwoording. 438417
2 / 3 6
De heer Zwaaf reageert dat de heer Maenhout verder op de bladzijde zegt: "Richting de Algemene Waterschapspartij geeft haamraad de heer Maenhout aan dat het waterschap een keer in de zeven jaar baggert. Daarmee is de situatie op orde. Met de tekst is bedoeld dat het waterschap naar dat niveau van de legger toe gaat." Heemraad de heer Maenhout geeft aan dat deze tekst volgens hem correct is. Heemraad de heer Naaktgeboren begrijpt uit de reactie van de heer Zwaaf dat gedacht wordt dat maar één keer dat niveau van de legger gehaald wordt. Dat is niet zo. Het waterschap baggert altijd tot het niveau dat in de legger staat. Het klopt dat het daarna weer afwijkt. Dat kan ook niet anders. Bij een bepaald peil daarboven wordt weer gebaggerd. In het jaar daarop wordt niet weer elke centimeter bagger erop eruit gehaald. Het gaat tot leggerniveau; in principe is dat een keer in de zeven jaar. De voorzitter merkt op dat het getal dat in de legger staat het niveau is tot waar het waterschap geacht wordt te baggeren. Dat is het optimum. Heemraad de heer Naaktgeboren bevestigt dat. Het waterschap blijft van het vaste profiel af, gaat niet verder dan de legger. 6. MONDELINGE M E D E D E L I N G E N Heemraad de heer Maenhout heeft drie mededelingen. 1. Op de tafels is een overzicht van het (voorlopig) jaarresultaat 2014 gelegd. De cijfers wijken niet veel af van de prognose die in november 2014 is voorgelegd (tussen € 1,9 en € 3,9 miljoen positief). Het jaarresultaat komt nu uit op € 3,3 miljoen positief. Grote verschillen zijn er niet. De € 1,3 miljoen die uit de egalisatiereserve geput zou gaan worden, is niet nodig. De € 1,3 miljoen die gebruikt is van de bestemmingsreserve, is van de reserve af. Over enkele maanden zal te zien zijn dat de totale reserve weer is toegenomen. Heemraad de heer Maenhout wil bij dit jaarresultaat wel een kleine disclaimer meegeven aan de Algemene Vergadering. De Autoriteit Financiële Markten heeft de controle op de accountantsdiensten verscherpt. Dat betekent dat de accountantscontrole bij Zuiderzeeland, en zeker ook bij GBLT, strenger en strikter wordt. GBLT had alle basisgegevens over de belastingopbrengsten niet tijdig op orde. Het college verwacht een maand vertraging bij het verkrijgen van de jaarrekening GBLT. Dat houdt in dat de Algemene Vergadering deze jaarrekening GBLT dus niet in mei kan vaststellen, maar naar verwachting een maand later. Inhoudelijk verandert er niet veel, maar het is wel vervelend dat niet conform de afspraken rond de P&C-cyclus de jaarrekening vastgesteld kan worden. 2. De kasgeldlimiet, het geld dat het waterschap negatief mag staan in het kader van de Wet financiering decentrale overheden (een bepaald percentrage van de begroting). Heemraad de heer Maenhout meldt dat naar verwachting dit jaar de kasgeldlimiet duidelijk zal worden overschreden gedurende twee kwartalen. Vanuit de belastingen zijn er niet altijd evenveel inkomsten, dat varieert van het begin van het jaar naar het eind van het jaar. Tussendoor moet vakantiegeld uitgekeerd worden. Het college geeft gezegd dat die overschrijding niet erg is, dat het waterschap zo maximaal mogelijk gebruik kan maken van die kasgeldlimiet. Dat betekent dat Zuiderzeeland in bepaalde periodes tot € 25 miljoen negatief zal en mag staan. Wat zijn daarvan de effecten? Rood staan kost het waterschap op dit moment niets en een lening afsluiten kost tussen de 1,5% en 2 % . Globaal uitgerekend kan hoger en langer rood staan bijna € 100.000,-- voordeel opleveren. 3. De definitie van natuur. De waterschappen hebben een rechtszaak gevoerd bij de Hoge Raad over wat nu wel en niet onder natuur valt. Zuiderzeeland heeft erop aangedrongen in Unieverband en ook in GBLT-verband te kiezen voor een uniforme uitspraak. Heemraad de heer Maenhout meldt dat er bij GBLT kortgeleden ambtelijk over gesproken is. Vastgesteld is dat het alleen gaat over soortenrijke graslanden. In 2015 worden alle bezwaren die bij GBLT liggen afgehandeld. Daar waar er twijfel is over de definitie van het perceel, wordt dat gezamenlijk helder gemaakt. 438417
3 / 3 6
De uitspraak van de Hoge Raad betekent voor Zuiderzeeland enkele tienduizenden euro's minder belastingopbrengsten omdat bepaalde percelen overgaan van ongebouwd naar natuur. Dat wordt gecorrigeerd en eind 2015 zal alles honderd procent op orde zijn. Mevrouw Dijksma hoorde de heer Maenhout zeggen dat het waterschap twee kwartalen over de kasgeldlimiet heen zal gaan. Wat is daarvan het effect? Wat betekent dat? Heemraad de heer Maenhout antwoordt dat, in het kader van de Wet Fido, het waterschap met de kasgeldlimiet twee kwartalen over 2 0 % van de begroting negatief mag staan. Als dat langer dan twee kwartalen is, geldt een sanctie, dan moet het waterschap bij de provincie een plan van aanpak indienen voor hoe dat op te lossen. De Algemene Vergadering hoeft zich geen zorgen te maken. Bij Zuiderzeeland gaat het om twee kwartalen en een plan om dat op te lossen is vrij simpel, namelijk een lening (langlopend of kortlopend) afsluiten. Zolang dat niet nodig is, is het waterschap financieel beter af met overschrijden van de limiet. De voorzitter vult aan dat de Nederlandse Waterschapsbank verteld heeft dat Waterschap Zuiderzeeland in dit geval het meest gunstigste doet dat gedaan kan worden. De heer Veenink gaat in op de mededeling over de definitie van natuur. Kan heemraad Maenhout zeggen om hoeveel hectaren natuurgebied het gaat? Er is ook kruidenrijk grasland. Valt dat ook onder de definitie natuur? Heemraad de heer Maenhout antwoordt dat hij op dit moment niet kan zeggen om hoeveel hectaren het gaat. Kaarten van percelen worden over elkaar heen gelegd, ook van percelen waarop een subsidie ligt om de omzetting van agrarisch naar natuur te krijgen. Die percelen komen voor natuur in aanmerking. Bij soortenrijk en kruidenrijk grasland gaat het erom of het perceel echt overgaat van agrarisch naar natuur. Samen met GBLT en de andere waterschappen die daaraan deelnemen, gaat Zuiderzeeland zorgen dat het in de loop van 2015 honderd procent voor elkaar komt. Voor Zuiderzeeland gaat het gelukkig om overzichtelijke bedragen. De heer Veenink vraagt of de Algemene Vergadering daar nog over wordt geïnformeerd. Heemraad de heer Maenhout geeft aan dat als er meer informatie komt, het college de Algemene Vergadering natuurlijk op de hoogte zal brengen. Dat zal in de loop van 2015 of aan het eind van dit jaar zijn. De heer Van Olst dringt aan op duidelijkheid op korte termijn. Bekend is dat natuurbeschermingsorganisaties dit waterschap al jarenlang "voorgefinancierd" hebben op dit vlak. GBLT moet nog steeds zoekgeraakte hectares boven tafel brengen. Kan een stukje van de vertraging mogelijk gebruikt worden om daarover duidelijkheid te verkrijgen? Heemraad de heer Maenhout antwoordt dat volgens hem het probleem van de zoekgeraakte hectares allang opgelost is. De afspraak is dat het waterschap samen met GBLT en de natuurorganisaties die zaken gaat bekijken en dat aan het eind van het jaar schoon schip is gemaakt. De voorzitter heeft een mededeling over de tijdsbesteding van de heemraden. In een van de vorige vergaderingen heeft de heer Okkerse daarover een vraag gesteld. Binnen het college is een soort quick scan uitgevoerd, een update van een vorige inventarisatie. Het gaat niet om een verantwoording van welke tijd voor wat besteed is, of de juiste prioriteit is gesteld, maar puur om hoeveel tijd een heemraad ongeveer besteedt aan zijn werk als lid van het college. Bij start van de huidige bestuursperiode heeft de Algemene Vergadering van Waterschap Zuiderzeeland bewust gekozen voor vier deeltijd heemraden. Aanvankelijk was de norm per heemraad 5 0 % en na twee jaar is de norm vastgelegd op 6 0 % . Voor alle waterschappen gold dat het maximum 2 5 0 % was ongeacht de omvang en complexiteit van een waterschap, maar recent is dat maximum verhoogd naar 300%. De wetgever heeft als motivatie daarvoor gegeven dat er ook bovenwaterschappelijke activiteiten zijn en dat het prettig is als een waterschap de mogelijkheid heeft om daar eventueel extra inzet op
438417
4 / 3 6
te plegen. Ook de Vereniging Belangenbehartiging Dagelijks Bestuurders van Waterschappen heeft zich daarvoor hard gemaakt. Het huidige college heeft gezegd dat er op dit moment geen aanleiding is een voorstel aan de Algemene Vergadering voor te leggen om de huidige norm van 6 0 % te veranderen. Het college laat dit over aan de nieuwe Algemene Vergadering. Een meerderheid van het college geeft als overweging mee dat, op het moment dat een heemraad extra "klussen" aanneemt, met elkaar gekeken moet worden naar de verdeling van de taken en dat het werk door eventueel te schuiven in de portefeuilles voor iedereen behapbaar kan worden gehouden. Bij die quick scan zijn zaken rond verkiezingen of andere partijgebonden activiteiten die niet in het verlengde liggen van het waterschapswerk niet meegerekend. Het beeld dat eruit komt is verschillend. Dat loopt van dat het werk goed te doen is binnen die 6 0 % (ongeveer drie dagen), tot dat het werk substantieel meer is dan deze 6 0 % . Voor twee van de vier heemraden is het echt drukker geworden. Bijvoorbeeld doordat er tijdelijk een of meerdere extra q.q.functie(s) is/zijn, zonder dat dit is gecombineerd met een verschuiving in de portefeuilles. Voor een vierde heemraad is het juist wat rustiger geworden doordat accenten sluipend wat verschoven zijn naar een andere portefeuille. In het college was dat geen aanleiding om een herschikking van portefeuilles door te voeren. In de gesprekken die de voorzitter met de heemraden gevoerd heeft kwam een palet aan kleuring naar voren. Zoals: als j e wilt, kun je er een voltijdsfunctie van maken. Of: het zou passen binnen die 6 0 % en als het meer is moet je een keuze maken, prioriteren of regelmatiger portefeuilles op elkaar afstemmen. Tot aan: ik maak al heel veel keuzes, ik loop helemaal niet alle "feesten en partijen" af, maar het is nog steeds ontzettend druk. En ook: het wordt wel lastig om deze heemraadfunctie te combineren met een substantiële taak bij een andere werkgever. De conclusie van de voorzitter is dat, als de Algemene Vergadering het wil hebben over een norm rond de tijdsbesteding of het tijdsbeslag, dat eerder een uitkomst moet zijn van de visie op besturen, ook in relatie tot het type waterschap dat Zuiderzeeland is of wil zijn. Dat het geen uitkomst kan zijn van een rekensommetje of een inventarisatie. Uiteindelijk komt het neer op een soort keuze en die keuze zal in de toekomst zeker bij het nieuwe bestuur liggen. De heer Okkerse bedankt voor de mededeling en het onderzoek dat daaraan vooraf is gegaan. Vooraf was het beeld dat het portefeuillehouderschap zich goed ontwikkeld heeft. Water, Wonen en Natuur is er blij mee dat dit zo is. Dat was ook de reden van de verhoging van het percentage. Zichtbaarheid in het gebied is erg belangrijk. Hij denkt dat er gaandeweg meer overleggen zijn gekomen omdat het waterschap in meer dwarsverbanden opereert. Dat vergt het nodige intensieve overleg, al verschilt dat per portefeuille. Op dit moment neemt de fractie hier kennis van. Het is goed om deze uitkomsten een rol te laten spelen in het overleg dat na de verkiezingen ontstaat over het samenstellen van een nieuw college. De heer Okkerse kan zich voorstellen dat er toch wat meer ruimte wordt gemaakt. Aan de andere kant moet het ook mogelijk zijn een parttime functie te behouden voor iemand die dat wil. Eventueel kan daarin per portefeuille gevarieerd worden als daarmee de stemverhoudingen maar niet veranderd worden. De heer Veenink sluit aan bij de woorden van de heer Okkerse. 7. 7.A
Besluitvormend, ter bespreking V E R G R O T E N E N E R G I E N E U T R A L I T E I T DOOR T O E P A S S I N G VAN ZONNEPANELEN Heemraad mevrouw Schelwald wil vooraf het voorstel kort inleiden. De Algemene Vergadering heeft eind 2012 gevraagd voor de AWZI Dronten uit te zoeken op welke wijze de energieneutraliteit vergroot kan worden. Hiervoor is € 700.000,— opgenomen in de meerjarenbegroting. Deze Algemene Vergadering heeft ook aangegeven hierover nog een besluit te willen nemen. Dit voorstel gaat hierop in. In de berekeningen is het college vooralsnog uitgegaan van geen subsidie en van een worst-case-scenario als het gaat om de kosten. Er is dus gekozen voor het hoogste kostenniveau. Dat is gedaan omdat de markt op dit moment 438417
5 / 3 6
fluctuerend is en er op deze schaalgrootte nog niet veel referentieprojecten zijn in Nederland. Als er echt een aanbesteding komt, verwacht het college nog wel dat de kosten lager zullen worden. Het tarief voor energie is voor de toekomst ook nog onzeker. In het voorstel is voor de komende jaren uitgegaan van een laag energietarief. Het waterschap betaalt als grootverbruiker van energie een heel laag energietarief. Dat maakt het heel moeilijk om investeringen op het vlak van duurzaamheid terug te verdienen. Als de prijs voor stroom toch hoger wordt, leidt dat al snel tot een positievere businesscase. Het college is van mening dat dit voorstel bijdraagt aan de doelstellingen van Zuiderzeeland op energiegebied. De Algemene Vergadering heeft beleid en doelstellingen vastgesteld en gezegd dat Zuiderzeeland moet investeren in duurzaamheid. Samen met andere waterschappen heeft Zuiderzeeland in 2011 het Klimaatakkoord ondertekend. Dat akkoord zegt dat waterschappen in 2020 4 0 % zelfvoorzienend moeten zijn. Zuiderzeeland heeft ook een eigen Energiestrategie vastgesteld, waarin staat dat het waterschap voor energie in 2035 zelfs voor 100% zelfvoorzienend wil zijn. Meerdere partijen in de Algemene Vergadering hebben al diverse malen gesteld dat Zuiderzeeland te weinig aan duurzaamheid doet. De belangrijkste vraag die nu voorligt, is: Wat mag duurzaamheid kosten? Voor de zonneweide op de AWZI Dronten gaat het, vertaald naar de lasten, om 0,02%, ofwel iets meer dan € 0,01 koststijging bovenop het v.e.-tarief per inwoner per jaar. De vraag is of de Algemene Vergadering dit acceptabel vindt. De heer Van der Kooij geeft aan dat Water, Wonen en Natuur instemt met dit voorstel. En wel om de volgende redenen. De fractie heeft zich gecommitteerd aan de doelstellingen om in 2030 voor 35 tot 4 5 % de behoefte van eigen energie op te wekken. Uiteraard moet dit op een kostenbewuste wijze gebeuren. Het feit dat de energieprijs op het ogenblik laag is, mag geen reden zijn om van onze ambitie af te zien. De heer Van der Kooij citeert graag Corné van Zeijl (hij houdt zelf wel van beleggen en volgt de nodige beleggingsadviseurs) en zijn reactie op de lage olieprijs is als volgt: "Het milieu is de grote verliezer. Met dit soort olieprijzen loont het helaas niet meer de moeite om te investeren in duurzame bronnen. Op langere termijn zal het wel terugkomen, maar deze daling is een majeure setback. Dat is jammer, want als het milieu verliest, verliezen we allemaal." Als de heer Van der Kooij het voorstel ziet, kan het waterschap tegen zeer geringe meerkosten de productie van duurzame energie flink verhogen. De AWZI Dronten zal straks voor 9 0 % in zijn eigen energie kunnen voorzien. Water, Wonen en Natuur heeft nog wel een paar vragen. Over hoeveel subsidie gaat het? Wat zijn, als de subsidie wel wordt toegekend, de consequenties voor het zuiveringstarief? De fractie begrijpt niet waarom de omgevingsvergunning niet is aangevraagd. Het project gaat door, ongeacht of er wel of niet subsidie wordt verkregen. Dat zou dus geen ondoelmatige activiteit zijn geweest. Op blz. 2 van het voorstel wordt gesteld dat grootschalige toepassing van zonnepanelen als zonneweide relatief nieuw is. Er is toch al heel lang ervaring met zonneweides. Hier in Lelystad is zelfs het praktijkcentrum ACCRES. De fractie adviseert de organisatie zich niet alleen door het werkveld te laten leiden, maar zelf ook expertise op te bouwen, of dit te doen samen met andere waterschappen. Halverwege blz. 6 staat dat het tarief voor elektriciteit eerder zal stijgen dan dalen als in Nederland meer duurzame energie opgewekt zal moeten worden. Dat begrijpt de heer Van der Kooij niet helemaal. Als er meer duurzame energie wordt opgewekt, daalt de vraag naar olie. Als consequentie daarvan zal de energieprijs dalen. Hij denkt dat de olieprijs In de toekomst weldegelijk weer zal gaan stijgen, maar dan meer omdat de wereldwijde economische groei zal toenemen. Dat lijkt hem een beter argument. Ten slotte wil de heer Van der Kooij de Algemene Vergadering eraan herinneren dat ze in de vorige vergadering blijkbaar geen moeite had met een investering van € 1 miljoen, die nooit terugverdiend wordt en slechts ten gunste is van een aantal boeren. Hij kan zich niet voorstellen dat de Algemene Vergadering nu wel moeite heeft met een investering van € 800.000,— die grotendeels terugverdiend wordt en ten gunste is van de hele mensheid. De heer Zwaaf merkt op dat de Algemene Waterschapspartij, bij monde van de heer Oosterom, in de AV-vergadering van 18 december 2012, naar aanleiding 438417
6 / 3 6
van een discussie over de renovatie en uitbreiding van de AWZI Dronten een amendement heeft ingediend, inzake onder meer die zonnepanelen. Het college zal zich dat herinneren, het was de laatste bijdrage van de heer Oosterom als actief lid van deze vergadering. De heer Oosterom gaf toen aan dat de Algemene Waterschapspartij het voorstel zoals het er lag niet zou willen overnemen. Het oorspronkelijke voorstel bestond toen uit een drietal varianten voor de upgrade en renovatie van de AWZI Dronten, kleine investeringen om de situatie bij het zuiveringsslib van de AWZI Zeewolde terug te verdienen vanwege het weinig succesvol blijken van het Cannibalproject. Daarbij kostte renovatie als standaardvariant zo'n € 10,6 miljoen. De Algemene Waterschapspartij pleitte ervoor niet akkoord te gaan met voorstel 2, waarin het college een principekeuze bepleitte voor een zonneweide. Hoewel het investeringsbedrag daarvoor relatief beperkt leek (zo'n € 700.000,—), constateerde de Algemene Waterschapspartij enkele addertjes onder het gras. Ten eerste had de aanleg van een zonneweide geen directe relatie met de kerntaken van het waterschap. Ten tweede had het ook geen directie relatie met de AWZI Dronten. Met andere woorden, die zonneweide kan dus ook op het dak van het Waterschapshuis worden aangebracht en ook op het parkeerterrein, als j e dat zou willen, maar het kan in ieder geval altijd als separaat voorstel worden ingebracht. Daarom was het voor de fractie ongewenst om dit als koppelverkoop aan de renovatie van de AWZI voor te leggen aan de Algemene Vergadering. Het college deed toen vrij gemakkelijk over de prognoses van de terugverdientijd. Bij de informatie die het college gaf, bleek toen al dat het vanwege de economische crisis en andere factoren in de komende jaren nog maar de vraag is wat die energieprijzen in feiten gingen doen. Er werd van uitgegaan dat de energieprijzen altijd stijgen, dat het uiteindelijk economisch zeer rendabel zou worden om zonnepanelen aan te schaffen. Nu, twee jaar verder, is te zien dat dit geenszins het geval is. Iets wat Water, Wonen en Natuur en ook de Algemene Waterschapspartij betreurt. Want als de grijze stroom zo goedkoop blijft, is het moeilijk om te investeren in nieuwe elementen. De heer Van der Kooij sprak over beleggen, maar op deze manier zou de heer Zwaaf niet graag willen beleggen, dat kost hem dan alleen maar geld. Verder was het in 2012 onduidelijk waarom de variabele opstelling zoveel minder energie opwekt dan de vaste opstelling. Die vraag staat er in feite nog steeds en die wordt ook in dit verhaal niet beantwoord. Uiteindelijk leidde het tot een amendement, dat in deze Algemene Vergadering breed werd gedragen. Het amendement luidde onder meer: "Te besluiten om in het verlengde van de nog vast te stellen energiestrategie verdergaande maatregelen tot energieneutraliteit voor de AWZI Dronten nader uit te werken. Hier uiterlijk 2014 een definitief besluit over te nemen en ten behoeve hiervan een richtbedrag van € 700.000 op te nemen in het investeringsplan 2014-2017." Als de heer Zwaaf heemraad mevrouw Schelwald hoort, lijkt het erop alsof het voorliggende collegevoorstel past in wat in dat amendement staat. Maar als de Algemene Vergadering goed kijkt, met name naar wat in de energienota staat, denkt de heer Zwaaf dat er ook nog andere voorwaarden worden vermeld waarom het wel of niet gedaan moet worden. De Algemene Waterschapspartij zit in ieder geval met het probleem dat ze wel graag zonnepanelen wil zien, maar niet op dit voorstel. Het lijkt er een beetje op dat, omdat de Algemene Vergadering graag het doel wil halen, ze het er maar voor over moet hebben. De heer Zwaaf vraagt zich echter af of de burger bereid is om meer belasting te betalen omdat het waterschap op een andere manier energie gaat opwekken. Daarbij vraagt hij zich af of het gebruik van zonnepanelen nu wel zo duurzaam is. Is het afnemen van groene stroom niet precies hetzelfde? Heeft het college daarnaar gekeken? Als groene stroom steeds maar weer goedkoper wordt, waarom dan zelf investeren in een moeizame situatie zoals een zonneweide? Met die zonneweide als zodanig is het waterschap er natuurlijk nog niet. Er moet ook bewaking komen, de heer Zwaaf heeft begrepen dat er hekken omheen moeten komen. Er moet een vergunning voor worden aangevraagd. Als het waterschap er een machine neerzet om energie op te wekken, moet het daar dan ook een vergunning voor aanvragen? De gemeente Dronten is wat lastig met het afgeven van een 438417
7 / 3 6
vergunning heeft de fractie begrepen, zelfs voor het flyeren, en de gemeente zal voor die vergunning geld willen zien. Het college stelt dat de zonneweide een relatief nieuwe ontwikkeling is. De heer Zwaaf is het eens met de heer Van der Kooij dat dit nog maar de vraag is. Misschien is het zelfs achterhaald. Er worden flinke prijsfluctuaties verwacht. Daarom is gekozen voor een maximale investering van € 800.000,--, een bedrag dat het eerder genoemde en vastgestelde bedrag met € 100.000,— te boven gaat. En terwijl het college stelt dat het gaat om energieneutraliteit, haalt het college dat niet in onderhavig voorstel, er wordt 9 0 % gehaald. Dat is dus 10% tekort en dus geen energieneutraliteit. In feite geldt het alleen maar voor de eerste jaren. De vraag rijst hoe het verloop van de opbrengst is, lezende dat het jaarlijks minder wordt. Uiteindelijk gaat het waterschap met deze panelen na zoveel jaren 2 0 % minder opbrengst halen, dus misschien zit het na vijftien jaar nog maar op 7 0 % van de oorspronkelijke doelstelling. Klopt deze aanname? Kan het college daar een reactie op geven? Dan de installatie zelf. Gepraat wordt over 365.000 kWh per jaar en als referentie wordt gesteld dat dit gelijk is aan honderd gezinnen. Maar dan moeten gezinnen van slechts twee personen genomen worden, anders haal je dat niet. Op dit moment bedragen de kosten voor een particulier gemiddeld € 1,50 per Wp (Wattpiek), want om 365.000 kWh te halen, moet 430.000 Wp gehaald worden. Klopt dat? Of is 365.000 het maximum vermogen? Staat kWh inderdaad voor kWh of zijn het Wp's? Als het € 1,50 is dan praat je over een bedrag van € 645.000,—. Met een gemiddelde prijs van € 0,22 p/kWh (wat huishoudens betalen) verdien je dat terug in 6,5 jaar, met een prijs van € 0,08 (wat het waterschap kennelijk betaalt) komt het uit op 17,5 jaar. Klopt deze berekening? Heeft het college het feit meegenomen dat de omvormers, die relatief duur zijn, tussentijds vervangen moeten worden? Dat werkt door in de aanschafprijs. De Algemene Waterschapspartij is het eens met de conclusie dat Zuiderzeeland als waterschap weinig zelfvoorzienend is. Maar als een dergelijke investering in Dronten zich slechts beperkt tot een stijging van 5% tot 7%, raakt de fractie niet erg onder de indruk. Dat is zelfs zo weinig dat de vraag gerechtvaardigd is of deze inspanning wel te verdedigen is. Temeer omdat diezelfde investering niet binnen de 25 terugverdiend wordt en met de subsidie maar ternauwernood. Daarnaast vindt de fractie in zijn algemeenheid dat de vraag gerechtvaardigd is of het doel (energieneutraliteit) op deze manier op een verdedigbare wijze wordt gehaald. Ontwikkelingen met zonne-energie gaan echter snel. Dat de keuze die nu moet worden gemaakt en dat de kosten die daarmee zijn gemoeid niet opwegen tegen het te behalen rendement, is duidelijk; noch economisch, noch technisch. Het waterschap bespaart helemaal niets, geeft gewoon hetzelfde geldbedrag uit aan een andere manier van elektriciteitsopwekking. De ontwikkelingen gaan snel, er kunnen zelfs al huizen worden gebouwd waar de zonnepanelen in de vensters zitten. Misschien moet de Algemene Vergadering zeggen dat een jaar of twee jaar gewacht moet worden, omdat dan misschien wel een rendement gehaald kan worden dat opweegt tegen de kosten die gemaakt moeten worden. Kortom, volgens de Algemene Waterschapspartij is de installatie te duur. En komt het voorstel ook niet overeen met de uitkomst van de energienota waarin staat dat de bedrijfsvoering weldegelijk een rol moet spelen. Mede daardoor is het voorstel economisch gezien niet interessant. Daarom meent de fractie dat niet aan de voorwaarden van het amendement, zoals dat toentertijd is ingediend, is voldaan. Zoals het er nu voorligt, zal de Algemene Waterschapspartij het voorstel niet steunen. De heer Leijten geeft aan dat het CDA onverkort de inzet van het college steunt om de energie-efficiëntie te verbeteren. Ook voor het CDA dienen de vastgestelde ambities daarover het doel te zijn bij de te ondernemen stappen. De fractie tekent daarbij wel aan dat de richttijd 2030 tot 2035 is en dat er met betrekking tot energie en energieterugwinning allerlei ontwikkelingen zijn en nog zullen komen die de mogelijkheden daarvoor verder zullen vergroten. Een punt dat de Algemene Vergadering daarbij duidelijk in het oog moet houden, is dat ze begrotingstechnisch zo lang als mogelijk is uit moet gaan van de laagst mogelijke maatschappelijke kosten. Dat betekent dat wanneer andere partijen duurzame producten kunnen aanbieden die op een goedkopere 438417
8 / 3 6
wijze geproduceerd zijn dan wanneer het waterschap dat zelf had gedaan, eerst gekeken moeten worden of het niet verstandiger is om die producten via de markt te kopen. Volgens de heer Leijten past dat ook binnen de kaders die de Algemene Vergadering heeft vastgesteld in de Energiestrategie. De fractie onderschrijft dus punt 1 van het collegevoorstel. Het CDA is het ook eens met punt 2 van het voorstel, alleen vraagt de fractie zich af waarom het vooralsnog fout gegaan is met het maximaal gebruikmaken van de subsidiemogelijkheden bij het voorstel van de zonneweide in Dronten. Het lijkt een beetje klungelig dat er verschil van interpretatie is over een intentieverklaring of een feitelijke omgevingsvergunning, terwijl er nota bene vooraf overleg over is geweest. Wel vindt de heer Leijten het zelf ook raar dat het waterschap eerst allerlei kosten moet maken alvorens er een toewijzing is over subsidie. Met andere regelingen bij de overheid gaat het vaak zo dat er eerst een voorlopige toewijzing is op basis van geraamde kosten, dat daarna de realisatie wordt uitgewerkt en de subsidievaststelling plaatsvindt op basis van de werkelijke kosten. Hier gaat het kennelijk anders. Wel is het zo dat SDE-subsidie op basis van de regeling 2014 van essentieel belang is om een dergelijk project financieel interessant te realiseren. Bij een dergelijke omvang kan de bijdrage in 15 jaar oplopen tot meer dan een half miljoen. Het CDA vraagt het college dan ook om alles uit de kast te halen om alsnog in aanmerking te komen voor SDE-subsidie uit de regeling 2014. Normaal gesproken zou het waterschap geen enkele kans hebben, maar gezien het voortraject is het wel de moeite waard. Een nieuwe subsidieaanvraag op basis van een nieuwe regeling 2015 zal qua omvang van de te ontvangen bedragen nog niet in de schaduw staan van de regeling 2014. Waarschijnlijk is het amper een vergoeding ter hoogte van de kosten van een nieuwe omgevingsvergunning. Wel verbaast het de heer Leijten dat er een omgevingsvergunning nodig is, en dat daarvoor een bestemmingsplanwijziging moet plaatsvinden. Kan het college daarover nog nadere duidelijkheid verschaffen? Een ander punt is de mogelijkheid om het project met meerdere partners op te starten. De heer Leijten heeft het dan over punt drie van het voorstel. De omvang van het project zal dan veel groter moeten zijn, maar de ruimte daarvoor is aanwezig. Schaalgrootte heeft ongetwijfeld een drukkend effect op de kosten per opgewekte kWh en lijkt dan ook interessant. Waarom heeft het college deze mogelijkheid niet verder uitgewerkt alvorens met dit voorstel te komen? Wat punt 4 van het voorstel betreft vraagt het CDA zich af of het verstandig is om op dit moment over te gaan tot het beschikbaar stellen van € 800.000,— ten behoeve van de realisatie van een zonneweide op de AWZI in Dronten. Het is financieel gezien onverstandig om voor een dergelijk bedrag 365.000 kWh op te wekken. De heer Leijten weet wel dat zonnepanelen op daken niet vergelijkbaar zijn met een opstelling van een zonneweide, maar bedrijven laten grote projecten all-in realiseren voor een bedrag van € 0,80 per kWh, terwijl het waterschap nota bene € 2,25 kwijt is. Hij kan zich wat vergissen in het aantal kWh per uur en de Wp, maar dat is maar een procentuele afwijking en niet meer dan dat. Bij de aanbesteding zal het bedrag mogelijk kunnen meevallen, omdat de praktijk bij zonneweides rekent met investeringsbedragen die minimaal 2 0 % lager liggen. Daarentegen is het uitgaan van een technische levensduur van 25 jaar is wel erg ambitieus. De heer Leijten sluit aan bij de opmerking van de heer Zwaaf met betrekking tot de omvormers. In het voorstel gaat het college niet nader in op het leggen van zonnepanelen op onze gebouwen terwijl dat in de studies van Tauw wel is meegenomen. Komt het college op dat punt nog met nieuwe voorstellen? Het CDA kan instemmen met de eerste drie punten van het collegevoorstel en vraagt het college om het vierde punt terug te nemen. Eerst wanneer er meer duidelijk is over de SDE-subsidie en een mogelijke bredere aanpak met meerdere partners, kan het college met een nieuw voorstel bij de Algemene Vergadering komen. Het college heeft dan ook de tijd om nog eens naar de scherpte van de financiële onderbouwing te kijken, en tegelijkertijd een voorstel te doen met betrekking tot panelen op onze gebouwen. De heer De Raad is het eens met wat twee sprekers voor hem hebben gezegd. Hij kan niet zover gaan als de heer Van der Kooij, hij kan absoluut nog niet instemmen met het voorstel. 438417
9 / 3 6
Heemraad Schelwald heeft een aantal vragen die de VVD had al beantwoord. In de kern komt het erop neer dat duurzaamheid wat mag kosten, zei de heemraad. Hier kost het € 0,01 stijging. Het is nu verkiezingstijd en partijen roepen dat ze voor lagere kosten zijn, of voor het gelijk houden van de tariefstelling. Net voor de verkiezingen in deze vergadering zeggen dat het wel een centje meer mag kosten, staat daar haaks op. En dan is ook nog onduidelijk of het een centje meer gaat kosten, daarover is een aantal wezenlijke opmerkingen gemaakt. In die zin sluit de VVD aan bij wat de heer Leijten al zei, namelijk het laatste punt van het voorstel aanhouden. De VVD heeft kennisgenomen van de andere stukken en de vragen die de fractie daarover had, zijn al over tafel gegaan. De heer De Graaf merkt op dat er een paar jaar geleden, in 2012, een mooi voorstel lag met alternatieven voor de verbouwing van de AWZI in Dronten. Er viel toen wat te kiezen en dat beviel de fractie Christenunie goed. Als spin-off van dat voorstel ging het college ook de mogelijkheden onderzoeken om de energieneutraliteit te verhogen, een nobel streven. De Christenunie is een partij die dit soort initiatieven graag wil steunen. Maar dit voorstel maakt de fractie niet gelukkig. Al lezend krijgt de fractie het gevoel dat het nog niet af is; veel onzekerheden, veel losse einden. De Algemene Vergadering wordt gevraagd € 800.000,— ter beschikking te stellen om van 5% naar 7 % energieneutraliteit te komen, dat is per procent een investering van € 400.000,—. Het waterschap moet op zijn minst naar 3 5 % energieneutraliteit; dus doorrekenend nog 30 maal € 400.000,— is € 12 miljoen investeren. Dat is de Christenunie veel te veel als het zo weinig oplevert. Sterker nog, het kost het waterschap € 10.000,- per procentpunt, dus het tekort is dan € 3 0 0 . 0 0 0 , - per jaar. Het rendement is negatief en ook het verkrijgen van subsidie is allerminst zeker. Als de subsidie niet doorgaat, valt het waterschap mogelijk in een lager regiem met daardoor hogere netto lasten, waardoor de terugverdientijd spectaculair toeneemt. Er wordt ook niet meer gekeken naar alternatieven. Windenergie mag niet, waterkracht en restwarmte zijn niet haalbaar. Wat dan wel? De fractie Christenunie stelt voor nader onderzoek te doen ook buiten het terrein van de AWZI Dronten. Leg eerst maar eens zonnepanelen op de daken van de gebouwen van het waterschap, zodat het waterschap energie terug kan leveren, dat rendement is in ieder geval hoger. De technologische ontwikkelingen staan niet stil. De Christenunie wil nog wachten met de investering. Beter ten halve gekeerd dan ten hele gedwaald. Het lijkt de fractie verreweg het beste als het college punt 4 van het voorstel terugneemt in afwachting van betere tijden. De Christenunie zal het voorstel vandaag niet steunen. De heer Van Olst geeft aan dat de fractie Natuurterreinbeheerders van plan is om in te stemmen met het voorstel. De fractie heeft daarvoor de volgende argumenten. In het verleden heeft Zuiderzeeland zich gecommitteerd aan landelijke afspraken rond energie-efficiency. Daarvoor wil de Algemene Vergadering in 2030 een groot deel van de energiebehoefte van het waterschap zelf opwekken. Op dit moment is dat slechts 5% en er is dus nog een heel eind te gaan wil het waterschap de doelstelling te halen om in 2030 gemiddeld 4 0 % van de eigen energiebehoefte op te wekken. De heer Van Olst tekent daarbij aan dat de afvalwaterketen 100% zelfvoorzienend dient te zijn en dat de Algemene Vergadering met dit voorstel te maken heeft met een element in die afvalwaterketen. Hij stelt voor dit geval op zichzelf te bekijken, want op deze voorziening kan de Algemene Vergadering op dit moment streven naar een (ongeveer) energiedekkende behoefte. Uiteraard moet de Algemene Vergadering dit soort investeringen doen op een kostenbewuste wijze. Wat het voorstel nekt, is dat de energieprijzen nu zo laag zijn. Dat is echter zo op dit moment. Op andere locaties heeft het waterschap daarvan ook, op basis van fossiele energie-inzet, voordelen. Die kostenbesparing kan juist ingezet worden ten behoeve van energiebesparingen elders of alternatieve energieopwekking. De heer Van Olst heeft dat nog niet eerder voorbij horen komen. De Algemene Vergadering rekent zich dus slechts rijk, maar ze stapt makkelijk over de vastgestelde doelstellingen heen. Mogelijk
438417
1 0 / 3 6
heeft dat wat te maken met verkiezingsretoriek. Die voorzet gaf de heer De Raad al. De fractie Natuurterreinbeheerders is niet van dat soort. Een ander belangrijk element is dat, als de Algemene Vergadering niet investeert in duurzame energieopwekking, het waterschap die fossiele energie blijft benutten. Dan draagt Zuiderzeeland bij aan de negatieve effecten van fossiele energieaanwending. Ook de afhankelijkheid blijft te groot. Vandaag of morgen kantelt het mogelijk en dat is het te laat. Het is dus van belang om alternatieven aan te wenden en de mogelijkheden daarvoor doen zich op dit moment voor op de AWZI in Dronten. Het klinkt overigens ook niet goed dat de Algemene Vergadering slechts op kosten zou afwegen. Vanwege het grootverbruikerschap krijgt het waterschap grote kortingen. De prijsverhouding is 1:3 ten opzichte van particulieren. Dus daarom maar niet investeren, zou een slecht argument zijn. Zeker als het waterschap dat als overheid ook nog eens een keer voorbeeldstellend zou willen doen. De heer Van Olst wil daar nog iets bovenop zetten. Alle fracties in de Algemene Vergadering zeggen dat het begint, maar ook eindigt bij veiligheid. In dat kader benoemen ze dat het natuurlijk heel erg goed is om de aspecten van klimaatverandering in de keuzes mee te laten wegen. Als de Algemene Vergadering blijft inzetten op fossiele aanwending, rijdt ze zichzelf in de wielen. Nogmaals, van dat soort is de heer Van Olst niet. Daar komt bij dat een belangrijk deel van de lasten die voorzien zijn voor de opwekking al zijn verwerkt in het zuiveringstarief. Inderdaad, het kost een cent extra. Daarnaast heeft het waterschap in het kader van het MVO-beleid en van de Energiestrategie gekozen voor deze route. De heer Van Olst is dan ook een beetje beduusd over de mededeling van het college dat, indien subsidiemogelijkheden of kansen voor samenwerking niet mogelijk zijn, het college dit voorstel dan toch acceptabel vindt. Hij wil het wat scherper stellen. De fractie Natuurterreinbeheerders vindt dat het een noodzaak is en vraagt daarvoor een steviger positionering van het college. De slogan die het college aanvoert "zuiveren met zon" en "dat heeft toekomst" vindt de heer Van Olst zeer passend. Uit het voorstel blijkt dat, indien er geen subsidie wordt verkregen, de productie van duurzame energie tegen zeer geringe meerkosten flink verhoogd kan worden. 2 % vinden andere fracties niet veel, maar het is wel 4 0 % extra ten opzichte van de huidige taakstelling. De eer Van Olst vraagt de AV-leden dat ook mee te nemen in hun besluitvorming. Een aantal punten is de heer Van Olst niet duidelijk. Over welke subsidiebijdrage kan het gaan? Hij heeft het rapport van Tauw gelezen en heeft gezien dat een kWh op dit moment ongeveer € 0,08 kost. In het kader van SDE krijgt het waterschap, als die subsidie toegekend wordt, ongeveer € 0,095 terug. Het college stelt zijn besluit afhankelijk van het toekennen van die subsidie. De heer Van Olst wil verdergaan, mogelijkerwijs ligt er een financieel rendement in de toekomst, dus gewoon doen. De kosten (zoals blijkt uit de tabel op blz. 8) begrijpt de heer Van Olst niet. Er staat een post lagere energiebesparing. Kan het college toelichten wat met die post wordt bedoeld? Het waterschap bespaart nu toch energie als de Algemene Vergadering instemt met dit voorstel. Of is er sprake van een ingecalculeerd aspect van energiebesparing op de hoge exploitatielasten van dit moment, die dan niet meer gerealiseerd worden? Of mag de heer Van Olst het zo lezen, en dat hoopt hij, dat er eerder sprake is van een opbrengst dan van een kostenpost. Dus in plaats van € 6.000,— meerkosten op jaarbasis, € 5.000,— min € 1 . 0 0 0 , - is € 4.000. Bij energieprojecten hebben we het over een terugverdientijd. Dat is acceptabel, het waterschap hoort kostenbewust om te gaan met de taakuitoefening. Raar is dan wel dat bij andere trajecten waarin geïnvesteerd wordt, slechts wordt gesproken over exploitatielasten en geen enkel rendement anders dan belastingopbrengsten wordt meegeteld. Als voorbeeld noemt de heer Van Olst specifieke investeringen ten behoeve van bepaalde bedrijfsuitoefening. Deze dienen een belang aan de opbrengstenkant van die bedrijven. De hevels zijn eerder al genoemd. Van die rendementen ziet de fractie niets terug, alleen tevreden glimlachende boeren. Daar is niets mis mee, dat is een belangrijke score, maar hoe gaat het college daarmee om bij andere projecten? 438417
1 1 / 3 6
De heer Van Olst vat samen dat de fractie Natuurterreinbeheerders instemt met het voorstel al heeft de fractie nog een paar vragen. Ook andere AV-leden hebben nog belangrijke vragen gesteld en hij is benieuwd naar de beantwoording daarvan. De fractie wil inzetten op het verkrijgen van de subsidie, dan is de Algemene Vergadering duurzaam bezig, bespaart het waterschap energie en bespaart op de lange termijn ook nog geld. De heer Bos heeft al veel argumenten en cijfers gehoord. Sommige begrijpt hij wel en andere niet helemaal. Hij heeft gehoord dat het maar € 0,01 per persoon kost, maar volgens hem kost het bij elkaar ongeveer een half miljoen. Gedeeld door de inwoners is dat + € 1,— per persoon over de hele periode. De fractie Ongebouwd heeft met verbazing kennisgenomen van het voorstel van het college een start te maken met de aanleg van een zonneweide bij de AWZI Dronten. Het was voor de fractie een onaangename verrassing dat het college de investering ook verdedigt als die zichzelf niet terugverdient. Dat is geen voorbeeld van maatschappelijke verantwoord ondernemen. Met enige regelmaat heeft de Algemene Vergadering de laatste jaren stevige debatten gevoerd over MVO, waarbij van lieverlee emotie en ratio elkaar gingen omarmen. De heer Bos denkt dat de AV-leden met zijn allen zijn toegegroeid naar een opvatting dat MVO ook mag, misschien wel moet betekenen dat investeringen geld opleveren. Niet omdat geld alles bepalend is, maar het biedt de mogelijkheid om het terugverdiende geld weer in te zetten voor nog interessantere investeringen. En wat je niet terugverdient, kun je ook niet meer inzetten. Maar het college heeft de strijdbijl weer opgegraven. Het subsidieverzoek is afgewezen, de investering terugverdienen is onmogelijk en toch vindt het college het een goede stap (de fractie noemt het een stapje) om de doelstellingen van het Klimaatakkoord in beeld te krijgen. Zonnepanelen dragen volgens het college bij aan de zichtbaarheid van het waterschap. Daar zou de fractie onder deze omstandigheden niet zo trots op zijn, niet als je het hele verhaal vertelt. De fractie denkt dat het verstandiger is de rust te bewaren. Ze wil de weg naar eigen energieopwekking niet barricaderen, maar juist plaveien voor interessante ontwikkelingen, die zich ongetwijfeld op enig moment zullen voordoen. Net zoals het college dat soms ook doet. In de bijlage benoemt het college voor de toekomst de kansen voor Thermische Druk Hydrolyse (TDH) en voor de productie van CNG en LNG. Dat wordt nu nog niet gedaan, omdat het college dat nu nog niet aantrekkelijk vindt. Heel goed! Zo moet het college zonnepanelen ook bezien. Doen als het aantrekkelijk lijkt en rust bewaren en kansen afwachten. De energie- en de zonnepanelenmarkt bepalen samen met subsidiegelden de mogelijkheden. Op enig moment is de markt gunstig en is een instap echt maatschappelijk verantwoord. Dan ben je als een kind zo blij datje geduld hebt beoefend. De fractie Ongebouwd stelt het college voor dit voorstel terug te trekken en eerst al het mogelijke te doen om subsidie aan te trekken. Ook bij andere trajecten hanteert de Algemene Vergadering die werkwijze. Het versneld aanleggen van duurzame en natuurvriendelijke oevers is indertijd ook afhankelijk gemaakt van de subsidieverkrijging. De heer Veenink merkt op dat het "zuiveren met zon" de afgelopen dagen voldoende gespreksstof heeft opgeleverd binnen de fractie Werk aan Water alsook daarbuiten. Het hoogstwaarschijnlijk mislopen van de SDE+-subsidie over 2014 en het vooruitzicht op een lagere eventueel aan te vragen SDE+subsidie over 2015 verstoort de businesscase behoorlijk. Het is in dit geval spijtig te lezen dat vele anderen dezelfde ideeën hebben / gehad hebben over zonne-energie en massaal de SDE-subsidie aangevraagd hebben. Het lijkt dat mede daardoor Zuiderzeeland nu achter het net vist. Geconstateerd moet echter worden dat met de SDE-subsidie de terugverdientijd ook nog wel 20 jaar duurt. Een behoorlijk dilemma: een negatieve businesscase over dit onderwerp, maar tegelijkertijd een positieve maatschappelijke meerwaarde. Of met andere woorden wel duurzame stroom, maar geen duurzame exploitatie. De kaders die bij dit agendapunt worden genoemd, waaronder het MVOstatement en de Energiestrategie, bieden volgens het college voldoende houvast om de Algemene Vergadering voor te stellen om, ondanks een negatieve exploitatie, toch door te gaan met het project. De Algemene Vergadering heeft indertijd immers met deze kaders ingestemd. Volgens de fractie is echter nooit een project voorbijgekomen waarbij zo nadrukkelijk naar 438417
1 2 / 3 6
de kaders moest worden gekeken om de investering te rechtvaardigen. Het lijkt erop dat de Algemene Vergadering genoodzaakt is ja te zeggen omdat de vastgestelde kaders dit aangegeven. De fractie vraagt zich af of met de kennis van vandaag niet opnieuw nog eens naar de kaders moet worden gekeken. Zeker wanneer in ogenschouw wordt genomen dat de zonneweide op de AWZI nog maar het begin is van een lang duurzaamheidstraject dat over 15 jaar beoogt dat 4 0 % in de eigen energiebehoefte wordt voorzien. Als het project de zonneweide een voorbeeld moet zijn van wat nog komen gaat, dan lijkt dit de fractie op voorhand al een valse start. Werk aan Water heeft zich in het verleden vaak kritisch uitgelaten als het ging over eigen Zuiderzeeland-ambities met betrekking tot energieopwekking, het oprekken van afschrijftermijnen, innovatie en energieneutraliteit. De rode lijn in deze kritische houding is altijd geweest dat het belang voor de bewoners in het beheersgebied van Zuiderzeeland voorop moet staan en dat niet koste wat kost duurzame ambities ingevuld moeten worden. Het moet niet zo zijn dat bij deze investering het pad van kostenefficiëntie wordt verlaten. Er moet wat de fractie betreft zicht op zijn dat de burger er beter van wordt. Jammer genoeg kost het zonneweideproject de inwoners van Flevoland circa 25 jaar lang € 20.000,— per jaar. Als het gaat om het duurzaamheidsimago van dit waterschap lijkt de fractie deze € 20.000,— op jaarbasis geen goede uitstraling geven naar de omgeving en zullen niet veel inwoners hieraan een voorbeeldfunctie herleiden. Omgerekend naar de inwoners van ons beheersgebied is de lastenverhoging erg gering, maar deze verdunning rechtvaardigt het wat de fractie betreft niet in te stemmen met het project. Dit geldt ook voor de gekozen verruiming in de afschrijvingsjaren. Werk aan Water vraagt zich af of met de keuze voor de langere afschrijftermijn voldoende is afgewogen dat reeds in korte tijd betere zonnepanelen op de markt kunnen komen. Volgens de fractie is juist daarom de technische levensduur geen logische keuze. Het lijkt misschien dat Werk aan Water een tegenstander is van duurzame energie, maar dat is geenszins het geval. Voor de Algemene Vergadering staat iemand die behoorlijk ervaring heeft met het investeren in duurzame energie, maar die daarbij wel keer op keer de afweging heeft gemaakt of het project rendeert. Voor de fractie prefereert in dit geval de kostenefficiëntie boven de maatschappelijke meerwaarde. Wanneer op een of andere manier de energieneutraliteit van de AWZI is rond te rekenen met een positieve financiële toegevoegde waarde, kan de fractie instemmen. De heer Veenink geeft aan dat de fractie nog een aantal vragen heeft. Die heeft ze bewust niet vooraf heeft gesteld omdat de antwoorden volgens de fractie een bestuurlijke afweging hebben. Mevrouw Schelwald heeft inmiddels de vraag over het hanteren van de bovenkant van de € 800.000,—, terwijl Tauw een bandbreedte van € 700.000,tot € 800.000,— hanteert, beantwoord. 1. Het is voor de fractie onduidelijk hoe zinvol het is bezwaar aan te tekenen tegen het besluit van de Rijksdienst Voor Ondernemers (RVO) over de SDE 2014. Vaak vermeldt de RVO dat tegen de beslissing geen bezwaar of beroep kan worden aangetekend. De heer Veenink weet dat uit eigen ervaring. Graag verneemt de fractie hoe kansrijk het college deze procedure inschat. 2. Wordt voor de eventuele aanvraag van de SDE 2015 op een andere wijze met een omgevingsvergunning omgegaan? Of komt daarbij de extra investering van € 50.000,— opnieuw in beeld? 3. De variantenstudie van bureau Tauw laat zien dat windenergie een aanmerkelijk lagere investering per kWh kent dan zonne-energie. Tauw concludeert dat windenergie niet op de AWZI zelf kan worden gerealiseerd en dat daardoor deze vorm van energie afvalt. Dit alles ook vanwege de kaders die de Algemene Vergadering heeft vastgesteld. Moet Waterschap Zuiderzeeland door deze berekeningen van Tauw niet nog eens opnieuw kijken of windenergie buiten de eigen locaties tot de mogelijkheden kan behoren? Bijvoorbeeld participeren in Flevolandse windmolenparken. Kaders moeten dan misschien worden aangepast. Investeren in windenergie is in de berekeningen van Tauw meer dan 1/3 goedkoper per kWh. Over duurzaamheid gesproken! 4. Op de regiokantoren is sprake van een zogenaamde 3x63A-aansluiting. Beide kantoren hebben een zogenaamde zakelijk kleinverbruikaansluiting. De berekende zonnepanelenproductie kan waarschijnlijk jaarlijks worden gesaldeerd, dit in tegenstelling tot de aansluiting op de AWZI in Dronten. 438417
1 3 / 3 6
Waarom is juist dit niet eerder opgepakt, of wordt dit opgepakt? Dat is volgens de fractie sneller rendabel. Ook laat Tauw hier zien dat er geen bandbreedte is in de investering. De fractie is benieuwd naar de antwoorden op de vragen en de bijdragen vanuit de andere fracties. Mevrouw Marcusse stelt dat de fractie Bedrijfsgebouwd achter het beleid staat dat gericht is op het vergroten van de energieneutraliteit. In eerdere besluitvorming over dit onderwerp zijn doelstellingen en ambities geformuleerd. De fractie ondersteunt dit beleid en deelt ook van harte de mening van het college dat het waterschap maximaal gebruik moet maken van subsidiemogelijkheden en mogelijkheden tot samenwerking bij innovatieve projecten. Dit zijn de belangrijke voorwaarden om op dit moment op dit terrein te komen tot maatschappelijk verantwoorde investeringen. De technologische ontwikkeling gaat hard, de volgende generatie zonnepanelen staat bij wijze van spreken voor de deur. Dus het moment van besluit tot realisering van dit project is heel belangrijk om de lasten voor de belastingbetaler te beperken. Het verkrijgen van subsidie en het verkennen van mogelijkheden voor samenwerking vindt de fractie daarom heel belangrijk in relatie tot dit voorstel. Daarom over deze twee onderwerpen een aantal vragen in eerste termijn. Helaas is de subsidieaanvraag van afgelopen najaar afgewezen, omdat deze niet als compleet werd beschouwd. Wat is de verwachting van het college ten aanzien van de hoogte van het subsidiebedrag in de lopende aanvraag waartegen bezwaar wordt aangetekend op de te verwachten investering van € 800.000,--? Het college geeft aan dat bij een nieuwe aanvraag in 2015 het subsidiebedrag lager zal zijn. Waarom is dat zo en hoeveel lager is dat? Wat is de verwachting? Het vooruitlopen op een project kan ook de toekenning van subsidie blokkeren omdat de subsidieverlener het project dan als opgestart beschouwt. Met andere woorden, het project gaat dus ook zonder subsidie door. Besluitvorming vandaag over realisering van de zonneweide kan mogelijk als zodanig worden opgevat. In het voorstel (blz. 7) staat immers letterlijk dat, als alle pogingen om subsidie te verkrijgen mislukken, de kosten dan toch acceptabel zouden zijn. Hoe tegen het college kijkt dit risico aan? Zeker in het geval van een negatief resultaat op het bezwaar en er een nieuwe aanvraag moet worden ingediend. Het college spreekt op blz. 2 van het voorstel van samenwerking met partijen. Aan welke partijen wordt gedacht en met welke motivatie is die samenwerking dan wederzijds? Graag een toelichting. De voorzitter schorst de vergadering. De voorzitter heropent de vergadering. Heemraad mevrouw Schelwald wil als eerste de heer Van der Kooij bedanken die namens Water, Wonen en Natuur een warm pleidooi hield voor dit voorstel. Ze bedankt ook de heer Van Olst die namens de Natuurterreinbeheerders zei dat het waterschap in dezen een voorbeeldfunctie heeft. Ze begrijpt de gevoelens van de partijen die om diverse redenen nog moeite hebben met dit voorstel. Uiteraard had het college op dit moment ook graag de SDE-subsidie al in de zak gehad. Dan was er waarschijnlijk geen discussie meer nodig en was het vandaag gewoon een feestje geworden. Helaas is het anders gelopen. Er bleek namelijk sprake van een aanzienlijke overtekening (2,5 maal) en dan worden aanvragen die niet exact aan de randvoorwaarden voldoen al snel terzijde gelegd. Ondanks dat het waterschap de aanvraag vooraf heeft besproken met het ministerie van Economische Zaken (waaronder RVO ressorteert die de SDE-subsidies uitgeeft) en dat het ministerie van mening was dat de aanvraag ook zonder omgevingsvergunning ingediend kon worden. Het waterschap had ook een intentieverklaring gekregen van de gemeente Dronten, maar uiteindelijk bleek dat niet voldoende, of lag die er niet naast op het moment dat de aanvraag werd afgewezen. Het college was van plan tegen de afwijzing bezwaar te maken. Vanochtend is daarover juridisch advies ontvangen. Daarin wordt gesteld dat de kans zo klein is dat bezwaar maken geen zin heeft en dat het beter is alsnog de vergunning
438417
1 4 / 3 6
aan te vragen met een bestemmingsplanwijziging en de subsidieaanvraag dan opnieuw in te dienen. Dat lijkt nog steeds wel kansrijk. Daaraan zijn wel kosten verbonden, maximaal € 50.000,-- voor de vergunningaanvraag en de bestemmingsplanwijziging. Niet in alle gevallen brengen gemeenten voor de vergunning leges in rekening. Bij een wijziging van het bestemmingsplan is dat meestal wel zo als daarvoor onderzoek nodig is. De kosten daarvoor (circa € 25.00,--) zijn voor de initiatiefnemer. Het waterschap zal daarover nogmaals spreken met de gemeente Dronten, maar vooralsnog wordt er rekening mee gehouden dat het waterschap die kosten wel moet betalen. De AWZI ligt op een industrieterrein en voor het aanleggen van een zonneweide is een vergunning nodig. Volgens het bestemmingsplan is het terrein niet bedoeld voor energieopwekking, ook niet als de energie voor de AWZI zelf zou zijn. Gevraagd is hoeveel subsidiegeld er is en wat Zuiderzeeland kan verwachten. Heemraad mevrouw Schelwald geeft aan dat er geruchten zijn dat de SDE-pot voor 2015 weliswaar goed gevuld is, maar dat er veel aanvragen zullen komen. Er zijn veel windprojecten in voorbereiding. Op de site van RVO is te zien wat een aanvrager dit jaar per opgewekte kWh aan subsidie kan verwachten. Dat neemt toe naarmate het jaar vordert. Dan wordt de kans dat je de subsidie krijgt meestal ook wat kleiner omdat veel indieners wachten op net iets meer subsidie. Het wordt per maand ongeveer een eurocent meer. Als de aanvraag al in juni ingediend kan worden, moet uitgegaan worden van € 0,10 per opgewekte kWh. Op jaarbasis wordt 365.000 kWh opgewekt, dus een bedrag van € 36.500,--. De maximale subsidietermijn is vijftien jaar en Zuiderzeeland kan dus maximaal € 547.500,-- aan subsidie krijgen. Als de aanvraag in augustus ingediend wordt, wat een redelijke termijn lijkt omdat de vergunning nog aangevraagd moet worden, is het bedrag € 0,12 per kWh. Daarmee wordt het ineens een heel positieve businesscase. Een andere vraag was waarom het niet gecombineerd wordt met zonnepanelen op de gebouwen van het waterschap. Daarvoor is mogelijk wel subsidie beschikbaar. Heemraad mevrouw Schelwald antwoordt dat het oorspronkelijke idee was een gecombineerd voorstel voor te leggen voor zonnepanelen op de AWZI Dronten en op de daken van het Waterschapshuis.en de regiokantoren. Het college heeft toch gemeend dat te moeten splitsen. Er komt nog een verbouwing van het Waterschapshuis aan en het is goed daarbij te kijken wat een opportuun moment is om dat te gaan doen. Vorige week is bericht ontvangen dat de SDE-subsidie voor het plaatsen van zonnepanelen op het dak van het Waterschapshuis toegekend is; dat is een bedrag van € 97.335,—. Voor de regiokantoren krijgt Zuiderzeeland geen subsidie omdat zonnepanelen daar te weinig energie zouden opwekken. Als het gecombineerd wordt, zou dus ongeveer de helft van de kosten gesubsidieerd worden. In de loop van dit jaar, op het moment dat er meer duidelijkheid is over de verbouwing van het Waterschapshuis, kan de Algemene Vergadering daarover een voorstel verwachten. Waarom voorlopig niet gewoon duurzame energie inkopen, is gevraagd. Dat doet Zuiderzeeland al. Het waterschap koopt energie in die vanuit Noorwegen vergroend is met certificaten van waterkracht. Het niet zo dat duurzaam inkopen hetzelfde is als zelfvoorzienend worden. Alle waterschappen hebben de doelstelling dit jaar al 100% duurzame inkoop te hebben, maar ook om in 2020 zelf 4 0 % energie op te gaan wekken. Het alternatief windenergie laat het college met dit voorstel zeker niet vallen. Voor de AWZI Dronten is windenergie geen optie, daar kan geen windmolen geplaatst worden. Om die doelstelling van 100% in 2035 te bereiken, zijn alle opties nodig en dan is ook windenergie hard nodig. Ook daar oriënteert het waterschap zich verder op. Wat het college heeft voorgelegd is het worst-case-scenario, alle kosten van begeleiding, bouwrijp maken van het terrein, het hekwerk eromheen, een laag energietarief zijn erin meegenomen. Ook de omvormers zijn in het voorstel meegenomen. Rekening is gehouden met de kosten van vervanging over 15 jaar (€ 1 0 0 . 0 0 0 , - ) ; dat zit in die € 8 0 0 . 0 0 , - . Vandaar dat gezegd wordt dat het alleen maar goedkoper kan uitvallen als straks werkelijk aanbesteed zal worden. Zelf expertise opbouwen vindt ook het college van belang, dat kan met dit project op het gebied van zonne-energie.
438417
1 5 / 3 6
De technische vragen van de Algemene Waterschapspartij over piekbelasting kan mevrouw Schelwald op dit moment niet beantwoorden. Als de vraag eerder ingediend was, had de organisatie ernaar kunnen kijken. Het antwoord kan altijd nog achteraf gegeven worden. De heer Zwaaf reageert dat het prima is als dat antwoord later komt. Maar wellicht kan de heemraad wel ingaan op de energieneutraliteit. Die 9 0 % is op de AWZI Dronten al niet haalbaar. Het rendement loopt terug gedurende de jaren. Het college geeft aan dat het gaat om de energieneutraliteit en voor de heer Zwaaf is dat 100%. Die wordt al niet gehaald. En gezien de huidige stand van de techniek wordt het sowieso niet gehaald, wordt het percentage in de loop van de jaren zelfs minder. Heemraad mevrouw Schelwald begrijpt niet dat het minder zou worden. Het is inderdaad zo dat met de zonnepanelen die 100% nog niet gehaald wordt, maar er gebeurt nog meer. Er wordt nu al slib vergist op de AWZI Dronten en ook dat telt mee. Via de WKK wekt de zuivering al een deel de eigen energie op. Slib vanuit Zeewolde wordt naar Dronten gebracht om te worden vergist, waardoor het wel richting de 100% gaat. De heer Okkerse brengt in dat hij aanneemt dat het streven naar energieneutraliteit niet betekent dat de heer Zwaaf uitsluitend met maatregelen akkoord zal gaan waarbij die 100% wordt bereikt. Dat schiet lekker op. De heer Zwaaf reageert dat dit van hem mag. Maar als het college zegt dat energieneutraliteit het streven is, gaat hij ervan uit dat dit ook een voorwaarde is. Heemraad mevrouw Schelwald gaat nog in op de opmerking van mevrouw Marcusse dat het doorgaan van het project zonder dat de subsidie is toegekend, de kans op het verkrijgen van de subsidie verkleint. Het kan zijn dat de subsidieverstrekker denkt dat het toch wel doorgaat zonder subsidie. Aan de andere kant wil de subsidieverstrekker ook zekerheid. Het grootste risico dat een subsidieverstrekker zelf kan lopen, is dat het geld dat hij beschikt heeft niet benut wordt voor datgene waarvoor het beoogd was. Juist daarom is het belangrijk dat er al een bestemmingsplan is en een vergunningsaanvraag, dan heeft de verstrekker die zekerheid. En ook een besluit van de Algemene Vergadering kan heel positief werken. De heer Veenink heeft nog een verduidelijkende vraag. Heemraad Schelwald ging in op de SDE-subsidie, maar volgens de heer Veenink vergelijkt ze appels met peren. Als gepraat wordt over de SDEsubsidie 2014, gaat het om een bedrag van € 0,095 (€ 0,14 min € 0,045); dat was in de laatste fase aan de orde. Als mevrouw Schelwald nu het subsidiebedrag noemt dat mogelijkerwijs met SDE-subsidie 2015 kan worden verkregen, mag ze wat de heer Veenink betreft niet die € 0,10 noemen, maar € 0,10 min € 0,045 = € 0,055. Dat is correcte informatie. De RVO heeft een lijst samengesteld voor SDE-subsidie 2015 en die geeft deze bedragen exact aan. De lijst 2015 is bijna identiek aan die van 2014, met dit verschil dat de ruimte voor mogelijkheden om mee te doen ook geldt voor de kolencentrales in Nederland. De verwachting is dat die massaal gaan intekenen op deze subsidie en dat in korte tijd deze SDE-subsidie is vergeven. Heemraad mevrouw Schelwald reageert dat zij is uitgegaan van de getallen die ze vanuit de organisatie heeft gekregen op basis van een print van de site van de RVO. Het klopt dat ook de grote partijen als GDF Suez gaan meedoen. De heer Veenink geeft aan dat de kolencentrales de mogelijkheid hebben om biomassa mee te verstoken. Dat vereist aanpassingen aan de centrales en daarvoor kunnen zij SDE-subsidie aanvragen. Heemraad mevrouw Schelwald vervolgt dat het voordelig kan zijn om met andere partijen samen te werken die al van plan zijn zonneparken aan te leggen. In Flevoland zijn dat er steeds meer. In de Noordoostpolder komen bijvoorbeeld 2400 panelen. Als dat samengevoegd kan worden, levert dat mogelijk kostenbesparing op door schaalvoordeel. Het college wil bestuurlijk ook nog eens met de gemeente Dronten om tafel. In de omgeving van de AWZI zijn meerdere terreinen die daar wellicht voor in aanmerking komen. Voor lokale initiatieven is er ook de Postcoderoos vanuit de overheid. Gekeken kan worden of een combinatie met particuliere opwekking mogelijk is, waardoor de tarieven gunstiger worden. Het waterschap is ook al in gesprek geweest met DE-on om te kijken welke andere kansrijke initiatieven er nog zijn waarmee Zuiderzeeland samen kan optrekken. 438417
1 6 / 3 6
Heemraad mevrouw Schelwald wil wat meer inkleuring geven aan punt 4 van het voorstel. Alles gehoord hebbend, gaat het college ervan uit dat alle partijen in de Algemene Vergadering nog steeds de ambitie ondersteunen die destijds met elkaar is afgesproken. Geen enkele partij heeft gezegd niet meer te geloven in duurzame energie. Het college wil de Algemene Vergadering laten weten dat het zijn uiterste best gaat doen om die subsidie alsnog binnen te halen. Dat het college daarvoor alles uit de kast zal trekken. Daarnaast wil het college ook kostenvoordeel realiseren via samenwerking met andere partijen. Mocht dat allemaal niet lukken, dan vindt het college het nog steeds gerechtvaardigd deze investering van € 800.000,— te doen. Gezien de doelstellingen die Zuiderzeeland heeft, de maatschappelijke verantwoordelijkheid en de voorbeeldfunctie die het waterschap wil vervullen, wil het college er dan nog steeds voor gaan. Als de Algemene Vergadering daar aanvullende voorwaarden aan wil stellen, hoort het college dit graag in de tweede termijn. De heer Okkerse vraagt de voorzitter de vergadering kort te schorsen. De voorzitter schorst de vergadering. De voorzitter heropent de vergadering. tweede termijn De heer Van der Kooij wil reageren op enkele opmerkingen die hij gehoord heeft. Als eerste afwachten op nieuwe en betere ontwikkelingen. De spreuk is "Wie steeds op de wolken ziet, zal nimmer meer zaaien". Het waterschap heeft een voorbeeldfunctie. De heer Veenink zei dat de Algemene Vergadering richting de burgers ook de verantwoordelijkheid heeft het goed te doen. Dat is zo, maar er zijn meer verantwoordelijkheden, zoals op milieugebied. En in die rol van voorbeeldfunctie pakt het waterschap door hiermee aan de slag te gaan en aan de burger te laten zien dat het waterschap op een milieuverantwoordelijke wijze bezig is. Verder is opgemerkt dat het geen kerntaak is. Dat klopt, maar het is wel een doelstelling. De Algemene Vergadering .heeft voor veel zaken afgesproken aan welke doelstellingen voldaan moet worden. Dat is net zo belangrijk als een kerntaak. Het verbaast de heer Van der Kooij dan toch steeds weer dat de discussie anders gevoerd wordt dan over investeringen in het watersysteem. Er is opgemerkt dat er een geringe besparing zou zijn. Alles is echter relatief. Als de heer Van der Kooij zonnepanelen op zijn dak zet, is dat gezien op landelijk of wereldniveau ook een geringe besparing. Maar bij de AWZI gaat het weldegelijk om 2 % en dat is weer een stap in de richting waar het waterschap naartoe moet. Natuurlijk gaat Zuiderzeeland dat niet in één keer doen, zoals de heer De Graaf al zei, er wordt niet in één keer € 12 miljoen geïnvesteerd om maar aan die 4 0 % te komen. Er worden vervolgstappen gezet, het waterschap gaat expertise opdoen, gaat steeds weer een stap verder om uiteindelijke het doel te bereiken. De fractie Water, Wonen en Natuur komt met een amendement. De heer Okkerse voegt toe dat dit amendement later komt. Daarbij zal de fractie tot uitdrukking brengen dat ze vindt dat, onder de opschortende voorwaarde van subsidieverlening SDE 2015, de Algemene Vergadering nu dat besluit kan nemen. De voorzitter geeft aan dat amendementen in de tweede termijn ingediend moeten worden. De heer Okkerse reageert dat de heer Van der Kooij de andere sprekers niet voor de voeten wilde lopen. Het amendement zal in de tweede termijn worden ingediend. De heer De Raad stelt voor dat Water, Wonen en Natuur het amendement nu indient, zodat de andere fracties erop kunnen reageren in deze tweede termijn. De heer Okkerse dient het amendement in dat betrekking heeft op het vierde punt van het voorstel: "Aan punt 4 van het voorstel (instemmen met het realiseren van een zonneweide op AWZI Dronten en hiervoor een krediet beschikbaar te stellen van € 800.000) voor het bedrag het woord "maximaal" te zetten en toe te voegen: onder de opschortende voorwaarde dat de in 2015 aan te vragen SDEsubsidie substantieel wordt toegekend. En tevens in te stemmen met het
438417
1 7 / 3 6
nemen van de initiatieven die nodig zijn om tot subsidietoekenning te geraken." Daarvoor moet bijvoorbeeld de omgevingsvergunning worden aangevraagd. De voorzitter begrijpt dat de fractie Water, Wonen en Natuur het krediet dat beschikbaar wordt gesteld op € 800.000,— laat staan. De heer Okkerse antwoordt dat dit maximaal het bedrag is, maar dat daar die substantiële subsidie van afgaat. Heemraad mevrouw Schelwald vraagt de heer Okkerse of, als de subsidie niet wordt toegekend maar het college wel via samenwerking of opschaling nog substantieel voordeel in de zin van kostenbesparing weet te behalen, het dan ook niet kan doorgaan. De heer Okkerse antwoordt dat het wat hem betreft dan wel door kan gaan, maar dat het dan verstandig is het opnieuw voor te leggen aan de Algemene Vergadering. Hiermee wordt wel een intentie uitgesproken. Water, Wonen en Natuur voelt dat een meerderheid van de Algemene Vergadering het te veel van het goede vindt die € 800.000,— zo neer te leggen bij de burger. De fractie zou verder willen gaan, maar is bereid deze stap te zetten. Er moet dus een substantiële bijdrage komen en in het amendement is die SDE-subsidie geformuleerd. Als die bijdrage op een andere manier te realiseren is, zal dat een heel verhaal zijn en komt het college daarmee terug bij de Algemene Vergadering. De voorzitter stelt vast dat het amendement daarmee is ingediend. Mevrouw Marcusse komt terug op reactie van het college op de opmerking van de fractie Bedrijfsgebouwd dat er een risico is dat, als een project al is opgestart, de subsidie niet meer wordt toegekend. Heemraad Schelwald gaf aan dat een besluit van de Algemene Vergadering positief kan werken. Vaak is het bij subsidieregelingen zo dat gewoon hard in de voorwaarden staat dat het project nog niet gestart mag zijn. Staan in de voorwaarden van deze subsidieregeling regels over het al dan niet opgestart zijn van een project en de bijbehorende definities? Het waterschap vraagt tenslotte aan een andere overheid subsidie en het is van belang dat op een correcte wijze te doen. De fractie vindt dat het subsidiebedrag substantieel moet zijn. De bedragen en getallen vliegen de AV-leden vanmiddag om de oren. Heemraad Schelwald rekende zojuist voor dat als de aanvraag in juni ingediend kan worden het bedrag circa € 540.000,— kan zijn. De fractie vindt dat verantwoord en vindt daarom die subsidie voorwaardelijk voor dit voorstel. Daarom heeft de fractie het amendement meeondertekend. Vervolgens heeft de heer Veenink voorgerekend dat het wellicht de helft is. Dat zou dan ongeveer € 270.000,— zijn. Het is op dit moment ingewikkeld om er bedragen aan te hangen. De fractie Bedrijfsgebouwd verstaat onder substantieel echter ook echt substantieel. Dat betekent dus een nieuwe subsidieaanvraag en alle noodzakelijke procedures afronden. En voor de toekomst qua besluitvorming stap voor stap op weg naar energieneutraliteit. De heer Van Olst merkt op dat het hem opvalt dat duurzaamheid veel zeer energie kost in de AV-vergaderingen. Hij zou die energie graag op een andere manier willen aanwenden. Wat opvalt, is dat het MVO-beleid schijnbaar alleen uitgevoerd kan worden als het geld oplevert. Wat hem betreft is dat geen MVO, dan is hij geen onderdeel van de besluitvorming in deze Algemene Vergadering op dit soort thema's. Hij geeft de Algemene Vergadering mee dat hij heel anders in MVO zit. De heer Van Olst voelt zich wat geremd om een voorbeeld naar voren te halen, maar heeft besloten dat toch te doen. Hij brengt in herinnering dat in de vorige AV-vergadering een besluit is genomen over de hevels. Een belangrijk aspect daarin was, zoals in het voorstel stond: bestuurlijke betrouwbaarheid. Waterschap Zuiderzeeland heeft een Energiestrategie, heeft MVO-beleid en alle partijen in de Algemene Vergadering hebben vol vuur verklaard dat ze gaan voor duurzaamheid. De heer Van Olst voelt dat niet echt op dit thema. Hij stelt de volgende vraag: Vindt de Algemene Vergadering dat bestuurlijk betrouwbaar? Het is aan de Algemene Vergadering daar wat van te vinden. Nogmaals wil hij een punt heel scherp aanstippen. Het blijven gebruiken van fossiele energie, heeft een effect op klimaatreacties. Klimaat staat wat de heer Van Olst betreft synoniem voor veiligheid. En veiligheid is voor alle partijen een belangrijk punt. Nu is er dus een kans is om over te gaan naar duurzame energie.
438417
1 8 / 3 6
Hij heeft er behoefte aan de cijfers nog eens scherp onder woorden te brengen en haalt de cijfers terug uit het voorstel voor de hevels. De kapitaallasten voor de hevels bedragen € 75.000,— jaarlijks, 30 jaar lang. Exploitatielasten waren niet meegenomen in dat voorstel, maar ze zijn er ongetwijfeld. Voor het voorliggende voorstel bedragen de kapitaallasten op jaarbasis € 46.000,—. Bij de hevels is er geen rendement, althans niet voor het waterschap. Bij dit voorstel voor de zonnepanelen, waarbij de inzet van subsidiegelden niet is meegenomen, is er sprake van een jaarlijks rendement van € 26.000,— in de exploitatie. Per saldo blijft er een jaarlijkse exploitatielast over van € 20.000,—. De heer Leijten interrumpeert dat hij de wending die de discussie nu gaat krijgen heel vreemd vindt, een discussie over wel of geen hevels en een zonneweide of stroom aankopen. De hevels hebben, net als gemalen en veel andere zaken, te maken met een watersysteem waarin het waterschap investeringen moet doen om dat systeem optimaal te laten functioneren. Dat is het waterschap verplicht vanuit zijn taakstelling. Hoe kunnen dat soort zaken worden vergeleken met energie aankopen of energie zelf opwekken? Het is zeer verwrongen om die zaken met elkaar te vergelijken. De heer Van Olst reageert dat het hem er niet om gaat dat hij per definitie het een met het ander wil vergelijken, maar dat hij de behoefte heeft de exploitatielasten tegen elkaar af te zetten. Hij komt niet terug op de besluitvorming over de hevels, dat bes;uit heeft de Algemene Vergadering genomen en daar staat hij voor als AV-lid. Hij heeft het nu over besluitvorming op dit onderwerp en hij vindt dat de Algemene Vergadering ook bestuurlijk betrouwbaar moet zijn op basis van beleid uit het verleden. De heer Van Olst ondersteunt het amendement. Hij verzoekt heemraad mevrouw Schelwald nog in te gaan op zijn vraag over de tabel op blz. 8 van het voorstel (lagere energiebesparing) en sluit af met een knipoog: de zon schijnt, vang hem! De heer Van Olst verlaat de vergadering. De heer Veenink geeft aan dat de fractie Werk aan Water Flevoland blij is met de opmerking over zonnepanelen aanleggen op gebouwen, zoals Tauw dat al heeft doorgerekend. Er is al langer bekend dat er gesaldeerd kan worden. Dat betekent dat, als je 50.000 kWh kan produceren met zonnepanelen en je op . het net ook 50.000 kWh onttrekt, het uitkomt op nul. Hij is benieuwd of dat ook voor deze drie gebouwen kan; het Waterschapshuis niet. Waarom is dat niet al veel eerder opgepakt? Het is een systeem dat allang bekend is en waar kennelijk ook al weer een einddatum voor vastgelegd wordt, want minister Kamp is voornemens om in 2020 het systeem van salderen weer te verlaten. Als de Algemene Vergadering iets wil, is dus actie vereist. Hij is het helemaal eens met de opmerkingen van de heer Van Olst dat het waterschap een bijdrage moet leveren aan de C02-reductie, maar de vraag of het waterschap dat zelf moet doen, of het dat moet doen door duurzaam in te kopen, of dat het waterschap kan kijken naar andere mogelijkheden van duurzame energieopwekking, eventueel met andere partners, blijft overeind. De vergelijking van de heer Van Olst gaat volgens de heer Veenink een beetje mank, het waterschap hoeft dat niet allemaal zelf te doen. Kijkend naar de kaders die de Algemene Vergadering heeft vastgelegd, moet dat wel. Maar de fractie heeft gesteld dat het wellicht nu tijd is om, ondanks dat de inkt hier en daar nog vers is, als Algemene Vergadering opnieuw naar die afgesproken kaders te kijken. Dit is de eerste case die voorbijkomt. Heel duidelijk is dat hierover met elkaar discussie is. Volgens de heer Veenink was dat nu net niet de bedoeling van alle kaders die de Algemene Vergadering heeft vastgesteld. Kennelijk doet het ertoe dat de opmerkingen die bij de vaststelling van de kaders zijn gemaakt, toch voor de nodige discussie zorgen. Vanmiddag is dat ook gewisseld. De fractie Werk aan Water Flevoland is er voorstander van nog eens opnieuw te kijken of de Algemene Vergadering met de kaders die afgesproken zijn niet te strak in het pak zit. Of er niet meer ruimte is om duurzame energie in te vullen. De heer Veenink aarzelt om de beslissing van vorige maand over de hevels naar voren te brengen, maar doet dat toch. De keuze om te investeren in de onafhankelijkheid van de energiebehoefte van het waterschap is volgens de fractie een andere afweging dan investeren in bijvoorbeeld de verbeteringen van het oppervlaktewater met hevels. De energiemarkt wordt elke dag gedomineerd door vraag en aanbod, ook de markt van de duurzame energie. 438417
1 9 / 3 6
Wanneer behoorlijke keuzes gemaakt worden om als waterschap daarin zelf iets te ondernemen, moet volgens de fractie iedere keer afgewogen worden of het waterschap daarin verstandig bezig is. Elk moment moet het waterschap zich afvragen of het zijn duurzaamheidstreven behaalt voor de laagst mogelijke kosten. Er is ieder moment van de dag een vergelijking mogelijk. Kennelijk is op dit moment het voorstel gewoon te duur. Verbeteren van de kwaliteit van het oppervlaktewater in de Noordoostpolder berustte op afspraken die hierover in het verleden zijn gemaakt. Daarnaast heeft de verbetering een duidelijk voordeel voor de omgeving gehad, zeker voor de teelt van bloemen, bollen voorop. Dat de agrariërs hier een belang hebben, is duidelijk. Maar het waterbelastingsysteem geeft niet de ruimte om sec deze groep hoger aan te slaan. Wanneer er mogelijkheden waren geweest om de verbeteringen van het oppervlaktewater goedkoper te laten uitvoeren, was dat vorige maand ook gewisseld in de AV-vergadering. De fractie heeft begrepen dat dit het systeem is dat de aanpassing kon geven. De heer Veenink hoorde heemraad mevrouw Schelwald zeggen dat het college zich maximaal gaat inzetten voor de subsidie SDE 2015. Wat Werk aan Water betreft is met dat maximaal inzetten op de SDE 2015 nog geen duurzame exploitatie geborgd. Dat blijft in het ongewisse, zeker met de opmerking dat, als dat niet lukt, het college het toch gaat doen. Daar gaat de fractie zeker niet mee akkoord. Dan komt het uit op waar de Algemene Vergadering de hele middag al over spreekt en waarover diverse fracties zich volgens de heer Veenink al duidelijk hebben uitgelaten, namelijk dat ze dat niet willen. Hij gaat in op het voorstel van Water, Wonen en Natuur. Het kernwoord in het amendement is "substantieel". Werk aan Water Flevoland heeft daar moeite mee, substantieel blijft voor de fractie een subjectief begrip. Daar is een bepaalde bandbreedte en die brandbreedte maakt het heel goed mogelijk dat substantieel ertoe leidt dat de SDE-subsidie toch te gering is. Voor de fractie is kostenefficiency, de positieve financiële toegevoegde waarde in dit project, bepalend. De fractie kan het amendement niet ondersteunen. Werk aan Water verzoekt het college de eerste drie punten van het voorstel aan te houden en het vierde voorstel terug te trekken. De voorzitter neemt aan dat de heer Veenink met aanhouden bedoelt dat de fractie uitvoering wil geven aan die eerste drie punten. De heer Veenink bevestigt dat. De voorzitter geeft aan dat de heer Veenink, met het voorstel punt 4 van het collegevoorstel te schrappen, een amendement verwoordt. Ze stelt vast dat de heer Van Olst zich weer bij de vergadering gevoegd heeft. De heer Bos merkt op dat de Algemene Vergadering al een paar keer gesproken heeft over terugverdienen; op het inlaten van zoet water bij de Noordoostpolder en op de investering waarover deze middag wordt gepraat. Elk jaar geeft de Algemene Vergadering ongeveer € 70 miljoen uit waarbij ze nooit praat over terugverdienen; € 70 miljoen die gewoon besteed wordt omdat het nodig is die in te zetten. Het is heel simpel waarom de Algemene Vergadering daar nu wel over spreekt, er is namelijk een keuze tussen inkopen of zelf gaan doen. Dan krijg je automatisch de vraag op tafel: Wat gaat dat kosten, wat kost het meer of minder? Die vraag is gerechtvaardigd. Daarom wordt hij gesteld. Hoe de Algemene Vergadering omgaat met het antwoord is een ander verhaal. In de eerste termijn heeft de fractie Ongebouwd voorgesteld af te wachten hoe de gesprekken over de subsidies aflopen. Komt er subsidie of niet? Het amendement stelt voor de subsidie een opschortende voorwaarde te laten zijn en spreekt over een substantiële subsidie. Maar wat is substantieel? Uiteindelijk gaat het erom dat er een businesscase is die in de buurt van nul ligt. Of dat nu subsidie wordt, of doordat er een goedkopere inschrijving is, of door het vinden van een goedkopere oplossing door samen te werken met andere partijen, het is allemaal prima. De fractie Ongebouwd stelt voor de tekst van het amendement iets aan te passen, zodat het niet alleen afhankelijk is van de subsidie en dat die substantieel moet zijn, maar dat er uiteindelijk een businesscase is die in de buurt van nul uitkomt. Waardoor of door wie het op nul uitkomt, wordt in het midden gelaten. De businesscase moet interessant zijn, daadwerkelijk minder dan die € 0,5 miljoen meerkosten.
438417
2 0 / 3 6
De heer De Raad hoort de heer Bos spreken over een businesscase in de buurt van nul. Gaat de fractie Ongebouwd niet zo ver dat ze zegt dat het moet leiden tot een positieve businesscase? De heer Bos antwoordt dat er nu een businesscase ligt van ongeveer - / - € 0,5 miljoen. Er kan niet geknipt worden, je kunt niet zeggen als het € 100.000,negatief is dan mag het nog. Het is aan het volgende bestuur daarnaar te kijken. Er moet in ieder geval gewerkt worden aan een businesscase in de buurt van de nul. In VVD-kringen moet het altijd een plusje zijn, dat is prima. Maar het voorstel van Ongebouwd is dat de businesscase ligt in de buurt van nul. Al is ook dat rekbaar, misschien net zo rekbaar als substantieel. De voorzitter komt terug op het het argument van mevrouw Marcusse. Die zei dat de Algemene Vergadering nu vooral geen besluit moet nemen om het project in ieder geval door te laten gaan omdat daarmee de subsidietoekenning in gevaar kan komen. Stelt de heer Bos wellicht eerder een volgtijdelijkheid voor? Stelt hij voor de besluitvorming rond een eventuele positieve businesscase los te koppelen van wat nu voorligt? De heer Bos antwoordt dat als de Algemene Vergadering het amendement aanneemt, daarmee dus instemt met het voorstel als het een businesscase wordt die in de buurt van nul ligt, de subsidieverlener nog kan denken dat het aan de subsidieverstrekker ligt er iets positiefs van te maken. Volgens hem is dat niet problematisch. Heemraad mevrouw Schelwald stelt vast dat het een aanvullende voorwaarde kan zijn. De voorzitter geeft aan dat er dan een heldere vraag ligt voor de indieners van het amendement. De heer Okkerse reageert dat Water, Wonen en Natuur blijft bij de tekst zoals die met het amendement ingediend is. Het kan natuurlijk mooi, mooier, mooist gemaakt worden, hij heeft als suggestie ook al "positieve businesscase" gehoord. In het amendement staat maximaal € 800.000,— onder de opschortende voorwaarde dat de in 2015 aan te vragen SDE-subsidie substantieel wordt toegekend. De voorzitter vraagt of de heer Bos nog apart een amendement wil indienen met de positieve businesscase. De heer Bos denkt dat het voor Water, Wonen en Natuur alleen maar interessanter is de mogelijkheden iets ruimer te omschrijven dan alleen maar afkomstig van subsidie. Eeen samenwerking kan ook geld opleveren. De heer Okkerse brengt in dat hij toegelicht heeft dat Water, Wonen en Natuur erop vertrouwt dat het college er alles aan zal doen om het zo optimaal mogelijk te maken. Dat heeft heemraad Schelwald ook gezegd. In het amendement is een grens gesteld wanneer het project verder kan. De heer Okkerse kan zich niet voorstellen dat, als het college naar de Algemene Vergadering terugkomt met een ander model dat tot hetzelfde resultaat leidt, de Algemene Vergadering daarmee niet zal instemmen. Maar er nu andere voorwaarden aan verbinden, maakt het alleen maar ingewikkelder. De heer Bos verzoekt de voorzitter de vergadering kort te schorsen. De heer Leijten vraagt de voorzitter of het niet verstandig is dat ieder eerst zijn tweede termijn doet en dat de voorzitter daarna de vergadering schorst. De voorzitter antwoordt dat bij Water, Wonen en Natuur ook is gezegd dat een amendement dat een fractie wil indienen tijdens die bijdrage in tweede termijn ingediend moet worden. De heer Bos verzoekt nu om een schorsing om een besluit te nemen of de fractie Ongebouwd een amendement wil indienen. Die gelegenheid wil ze graag geven. Om recht te doen aan de procedures leest ze het amendement voor dat de heer Okkerse heeft ingediend: De Algemene Vergadering van Waterschap Zuiderzeeland, in vergadering bijeen op 10 maart 2015 Agendapunt 7.a Vergroten energieneutraliteit waterschap door toepassing van zonnepanelen Ondergetekenden stellen het volgende amendement voor: • Beslispunt 4 als volgt te wijzigen:
438417
2 1 / 3 6
•
O het woord "maximaal" toe te voegen en te plaatsen voor "€ 800.000,-" ("instemmen met het realiseren van een zonneweide op AWZI Dronten en hiervoor een krediet beschikbaar te stellen van maximaal € 800.000"); O de volgende passage wordt toegevoegd aan het einde van lid 4 : ", onder de opschortende voorwaarde dat de in 2015 aan te vragen SDE-subsidie substantieel wordt toegekend". Een vijfde beslispunt toe te voegen: "in te stemmen met het nemen van de initiatieven die nodig zijn om tot subsidietoekenning te geraken."
Het amendement is ondertekend door de heer Okkerse, mevrouw Marcusse en de heer Van Olst. De voorzitter stelt vast dat het amendement ( A l ) correct is ingediend en daarmee deel uitmaakt van de beraadslagingen. De voorzitter schorst de vergadering. De voorzitter heropent de vergadering. De heer Bos geeft aan dat de fracties Ongebouwd, Werk aan Water Flevoland, Christenunie, VVD en CDA besloten hebben een subamendement in te dienen dat een aanpassing voorstelt van het amendement ( A l ) van Water, Wonen en Natuur. In amendement A l staat dat het krediet maximaal € 800.000,— mag zijn. Dat laten de indieners van het subamendement los en ze vervangen die tekst door: "zodat dit leidt tot een sluitende businesscase". De heer Zwaaf komt terug op de basis waarop de Algemene Waterschapspartij haar standpunt heeft verkondigd. Een paar keer is gerefereerd aan de Energiestrategie. In de nota die de Algemene Vergadering op 28 mei 2013 heeft vastgesteld, stonden opmerkingen over het doel van de Energiestrategie en de rol van het waterschap. Het gaat de fractie vooral om de kaders van verduurzaming. Richting de inbreng die vanuit het Bosschap kwam, reageert hij dat verduurzaming ruim genomen moet worden. Verduurzaming wordt voor alles gebruikt. Zo langzamerhand weer hij ook niet meer wat wel duurzaam is en wat niet. In de toelichting op dat voorstel van 28 mei 2013 staat wel duidelijk beschreven dat de activiteiten binnen de rol van het waterschap moeten passen, binnen de grenzen van de waterschapstaak. En dat activiteiten niet mogen leiden tot een structurele kostenverhoging. De heer Zwaaf vindt dat de Algemene Vergadering zich daar ook min of meer aan moet houden. Dat hier en daar wat uitstapjes worden gemaakt als dat zo uitkomt, is oké, maar de Algemene Vergadering moet heel dicht bij de waterschapstaak gaan zitten en niet zomaar, daar waar dat de Algemene Vergadering uitkomt, in brede zin kijken of het waterschap aan het verduurzamen kan slaan, met de kosten die daarmee gemoeid zijn. Uiteraard is het zo dat zonnepanelen een ideaal alternatief zijn. De heer Zwaaf heeft ze inmiddels zelf op het dak staan en dat gaat heel goed, misschien komt hij dit jaar zelfs energieneutraal uit. Maar dat betekent wel dat hij over zes jaar uit de kosten is en dat hij op het moment dat het gaat kosten weer geld heeft om te gaan verbeteren. Als het over een langere termijn gaat, vraag je om moeilijkheden. Dat is feite de reden waarom de Algemene Waterschapspartij zo inschiet op dit voorstel. Als de heer Zwaaf beluistert wat mevrouw Marcusse zei, dat het substantieel minder, wellicht zelfs de helft van de kosten kan worden, wordt in principe ook de terugverdientijd de helft. En als hij hoort wat heemraad Schelwald zegt, dat er nog aanvullende dingen komen, dat het aanzienlijk minder wordt, heeft hij de neiging dat allemaal wel te geloven. Maar iets besluiten dat je gelooft, is een ander verhaal. Dan ziet de heer Zwaaf op dat punt liever een daadwerkelijk voorstel; wat wordt genoemd de businesscase. Die businesscase kan worden voorgelegd aan de Algemene Vergadering, uiteraard nadat vandaag gekeken is naar de besluitvorming. Er ligt nu een amendement van Water, Wonen en Natuur. De stap die deze fractie nu in de richting van de Algemene Vergadering maakt met betrekking tot die opschortende voorwaarde, komt bij de heer Zwaaf heel sympathiek over. De fractie Algemene Waterschapspartij zal dat amendement steunen. Met betrekking tot het toevoegen van het vijfde beslispunt merkt de heer Zwaaf op dat, ook al krijgt Zuiderzeeland geen subsidie maar alle voorwaarden die heemraad Schelwald heeft genoemd leiden tot eenzelfde bedrag, hij het daarmee eens is. Dan hoeft er wat hem betreft geen amendement voor te 438417
2 2 / 3 6
komen. Het zou voldoende zijn als het college toezegt dat, mocht die subsidie niet toegekend worden, er een businesscase gemaakt wordt die ertoe leidt dat met al die aanvullende voorwaarden de kosten niet veel hoger zijn dan het bedrag van die subsidie. Daarmee zou de Algemene Waterschapspartij prima kunnen leven. Een toezegging is voor de fractie meer dan genoeg, dat hoeft niet per se vastgelegd te worden in een amendement. De heer Leijten bedankt het college voor het beantwoorden van de vragen in eerste termijn gesteld. Hij wil niet terugkomen op de discussie die plaatsvond waarbij zaken met elkaar werden vergeleken. De heer Van der Kooij maakte de opmerking: "We staan toch allemaal nog achter de doelstellingen die met elkaar afgesproken zijn." De heer Leijten concludeert dat dit inderdaad waar is. De Algemene Vergadering staat nog altijd achter de afspraken die gemaakt zijn in het kader van energieneutraliteit en MVO, maar misschien is het weieens goed als het nieuwe bestuur er straks weer eens naar kijkt om te zien of alle partijen in de Algemene Vergadering er allemaal hetzelfde mee bedoelen. De heer Okkerse verweet de heer Leijten dat hij zo verschilde van zijn fractiegenote die op dit punt heemraad is. De heer Leijten reageert dat ze op dit punt op zich niet zo veel van elkaar verschillen, maar dat het erom gaat hoe ver j e wilt gaan. Wil je dat openeind? Heemraad Schelwald zei dat, als dat openeind er blijft, het college er dan toch voor gaat. Wil je dat op dit moment met elkaar afspreken of is dat nu net een stap te ver? Dat verschil zit erin. De heer Leijten waardeert de gedrevenheid waarmee heemraad Schelwald dit voorstel verdedigt in de Algemene Vergadering. Wat is nieuw in de beantwoording van het college? Ten eerste dat de SDEsubsidie 2014 niet meer aan de orde is. Dat is een tegenvaller Het college gaat niet in beroep tegen die beslissing. Nieuw is ook dat er een voorstel komt met betrekking tot zonnepanelen op het Waterschapshuis. De fractie is blij te horen dat daarvoor subsidie beschikbaar is en dat daarvoor een separaat voorstel wordt voorgelegd. Het grote probleem van het voorliggende voorstel is wat te doen als het niet lukt die subsidie binnen te halen. Er liggen nu twee amendement voor. Het amendement van Water, Wonen en Natuur noemt het prachtige woord substantieel zonder dat dit nader ingevuld wordt. Dat is een openeind. In feite is de Algemene Vergadering dan geen stap verder in vergelijking met het collegevoorstel. Het subamendement dat daarop volgt legt het woord substantieel zo uit dat het moet leiden tot een businesscase die minimaal sluitend is. Dan spreek je wat uit, dan zeg je tegen elkaar dat je op dat punt verdergaat. Het voordeel van deze manier van besturen is dat het college nu verder kan gaan met de aanvraag van de SDE-subsidie. Dat kan niet als een meerderheid van deze Algemene Vergadering het voorstel van het college gaat verwerpen. Als het voorstel aangenomen wordt met het subamendement dat de heer Bos ingediend heeft, kan het college wel verder en de CDA-fractie zal dat subamendement steunen. De heer De Raad begrijpt dat de Algemene Vergadering te maken heeft met twee amendementen. Voor de VVD is het heel belangrijk dat er een sluitende businesscase is. Een businesscase waarbij de fractie het gevoel heeft dat die duurzaam is, ook in economische zin. De hele Algemene Vergadering staat achter duurzaamheid, maar hier en daar hoor je de vraag stellen of het ook duurzaam is als het geld gaat kosten. De VVD wil naar de burgers en de bedrijven uitleggen dat duurzaamheid kan. Het amendement dat de heer Bos heeft ingediend biedt een zoekruimte naast de subsidie (waarvan nog niet zeker is dat het waterschap die krijgt), geeft ruimte voor andere activiteiten zoals heemraad Schelwald die al aangekondigd heeft. Die activiteiten tezamen zullen moeten leiden tot een businesscase die positief is. Dan krijgt dit voorstel de instemming van de VVD-fractie. Dat betekent dat het collegevoorstel voor de VVD niet acceptabel is op punt 4. Water, Wonen en Natuur heeft een amendement ingediend dat spreekt over substantiële subsidie. Substantieel blijft altijd een punt van discussie. De VVD heeft het subamendement dat is ingediend door de heer Bos meeondertekend. Dat geeft duidelijk aan waarvoor en hoe de VVD duurzaamheid wil vertalen. De heer De Graaf merkt op dat heemraad Schelwald in haar beantwoording zei dat het fijn is dat de fracties de ambities ondersteunen. Dat is ook zo, dat doen alle fracties. Zij gaat haar uiterste best doen de subsidie binnen te halen, ze 438417
2 3 / 3 6
gaat de samenwerking opzoeken, maar toen kwam ze tot de uitspraak waarover meerdere fracties gevallen zijn: zo niet, dan toch ... De heer Leijten heeft uitstekend uitgelegd hoe dan de stapjes worden gezet. De heer De Graaf wil het amendement van Water, Wonen en Natuur van harte ondersteunen, maar de Christenunie bleef zitten met dat substantiële deel. Wat is een substantiële subsidie? Kijkend naar het voorstel met het amendement dacht de heer De Graaf: zodra er een sluitende businesscase is, hebben we het verhaal goed gesloten met elkaar. Het maakt de Christenunie niet uit of dat sluitend zijn nu zit in de kostenbeheersing of in de subsidie. Voor de Christenunie hoeft die businesscase ook niet positief te zijn (zoals de W D graag wil), hij mag ook neutraal zijn, als de businesscase ten minste maar op nul uitkomt. De heer De Graaf bedankt iedereen voor de mooie discussie, volgens hem is het voorstel er zo veel beter van geworden. De voorzitter leest het subamendement voor: De Algemene Vergadering van Waterschap Zuiderzeeland, in vergadering bijeen op 10 maart 2015 Agendapunt 7.a Vergroten energieneutraliteit waterschap door toepassing van zonnepanelen Ondergetekenden stellen het volgende subamendement op amendement A l voor: Aan de passage van amendement A l : ", onder de opschortende voorwaarde dat de in 2015 aan te vragen SDE-subsidie substantieel wordt toegekend", wordt de volgende passage toegevoegd: ", zodat dit leidt tot een sluitende businesscase". Het amendement is ondertekend door de heren Bos, De Raad, De Graaf, Veenink en Leijten. De voorzitter schorst de vergadering. De voorzitter heropent de vergadering. Ze geeft aan dat de heer Van Olst de vergadering inmiddels heeft verlaten. Heemraad mevrouw Schelwald bedankt nogmaals voor de adhesiebetuigingen. Ze gaat in op de vragen die in tweede termijn zijn gesteld. Mevrouw Marcusse heeft gevraagd hoe het zit met regels over het al dan niet opgestart zijn van een project. Heemraad mevrouw Schelwald antwoordt dat in de subsidievoorwaarden staat dat, op het moment dat het waterschap de subsidie beschikt krijgt, het project binnen drie jaar gestart moet zijn. Andere voorwaarden kent ze op dit moment niet en ook de organisatie kent die niet. De heer Van Olst had een vraag over de lagere energiebesparing in de tabel op blz. 8. Er is al rekening gehouden met een energiebesparing van € 27.000,— per jaar. Inmiddels liggen de energieprijzen lager waardoor de besparing op dit moment € 2 6 . 0 0 0 , - is. De heer Veenink gaf aan dat de energiemarkt heel dynamisch is en dat het heel belangrijk is daar met verstand mee om te gaan. Heemraad mevrouw Schelwald wil in dat verband een compliment maken aan de organisatie. De organisatie zit daar al jaren bovenop en heeft in 2015 door energiezuiniger te worden, maar ook door slim in te kopen via collectieven e.d., ten opzichte van 2011 zelfs 3 0 % minder energiekosten op de zuivering weten te halen. Gevraagd is of salderen mogelijk is. Dat kan voor de kantoren. Er is een amendement ingediend en daarop een subamendement. Heemraad mevrouw Schelwald geeft aan dat een meerderheid van het college het amendement van de fracties Water, Wonen en Natuur, Bedrijfsgebouwd en Natuurterreinbeheerders steunt omdat dit het dichtst bij het collegevoorstel ligt. Dat laat onverlet dat het college zich maximaal zal inspannen om die subsidie binnen te halen en er daarnaast ook alles aan zal doen om op andere manieren de kosten nog te verlagen.
438417
2 4 / 3 6
De heer Zwaaf is blij met deze verklaring, maar het is nog niet voldoende. Hij ziet graag dat de woorden van mevrouw Schelwald worden gevolgd door de woorden dat het in de vorm van een businesscase komt. Dat is voor hem de voorwaarde om akkoord te gaan met dit amendement. Heemraad mevrouw Schelwald antwoordt dat de heer Zwaaf haar woorden "dat het college ermee aan de slag gaat" een businesscase mag noemen. De heer Okkerse brengt in dat dit een toezegging van de heemraad is. Het amendement dat de steun van het college heeft, is een amendement dat erop neerkomt dat het ook iets mag kosten. In het andere amendement (het subamendement dat verstrekkender is) staat dat het niets mag kosten. De heer De Raad merkt op dat het hem onduidelijk is wat heemraad Schelwald bedoelt met haar reactie op de vraag van de heer Zwaaf. Wellicht kan ze die zin herhalen. Het gaat om een amendement dat mogelijk ingetrokken kan worden. Het is goed te weten wat het college nu precies wil. Heemraad mevrouw Schelwald geeft aan dat ze gezegd heeft dat een meerderheid van het college het amendement van de fracties Water, Wonen en Natuur, Bedrijfsgebouwd en Natuurterreinbeheerders ondersteunt. Het college gaat zorgen dat maximaal een substantiële subsidie binnengehaald wordt. Dat laat onverlet dat het college parallel daaraan zijn uiterste best gaat doen om te proberen op andere manieren, via samenwerking, schaalvergroting of anderszins, de kosten nog verder te verlagen. De heer De Raad merkt op dat het voor het college niet uitmaakt als de uitkomst van dat geheel, van al die inspanningen, wordt vertaald in "de businesscase". De voorzitter reageert dat heemraad Schelwald heeft gezegd dat het college het amendement van de fracties Water, Wonen en Natuur, Bedrijfsgebouwd en Natuurterreinbeheerders onverkort steunt. Daarbij heeft het college het streven (zoals in de punten 1 tot en met 3 van het voorliggende besluit staat) alles uit de kast te trekken om de kosten verder terug te dringen. Het college doet geen uitspraak over een businesscase. De heer Zwaaf is in verwarring. Het amendement is een goede stap, maar hij wil van het college de toezegging dat het gaat in de vorm van een businesscase, zodat de Algemene Vergadering zich ervan kan vergewissen dat het ook gaat zoals beloofd is. De heer Okkerse verstaat de woorden van de heemraad en de voorzitter zo dat de heemraad aan de slag gaat om er nog meer van te maken dan in het amendement staat. Die toezegging is er. De Algemene Waterschapspartij wil dat nog zien. Die fractie wil terugzien wat daarvan gemaakt is, hoe dat model eruitziet en wat dat uiteindelijk betekent. Het mag geld kosten. Heemraad mevrouw Schelwald kan toezeggen dat het college de Algemene Vergadering daarover rapporteert. De heer Zwaaf wil niet zo ver gaan dat het geld mag kosten. De Algemene Waterschapspartij gaat ervan uit dat er een substantiële bijdrage komt vanuit de subsidie. Stel dat de subsidie op het bedrag zit dat mevrouw Marcusse noemde, dan kan de fractie daarmee leven, dan is de afschrijvingstermijn minimaal gehalveerd. Qua bedrijfsvoering is dat te verdedigen. Maar als dat niet lukt, vindt de Algemene Waterschapspartij dat het college, zoals in feite ook toegezegd is, er alles aan moet doen om die kosten toch terug te brengen. Die kansen zijn ook heel groot. De heer Zwaaf stelt als voorwaarde dat het college dan ook in een soort businesscase aangeeft hoe het college dat gaat doen en dat de Algemene Vergadering een mogelijkheid heeft daarop te reageren. De voorzitter wil het als volgt duiden. Het standpunt van het college is dat het college het amendement van Water, Wonen en Natuur, Bedrijfsgebouwd en Natuurterreinbeheerders ondersteunt. Daarnaast staat in het collegevoorstel dat het college er alles aan zal doen om de kosten zo veel als mogelijk is te reduceren. Het college zal daarover terugrapporteren aan de Algemene Vergadering. De heer Okkerse merkt op dat de Algemene Waterschapspartij daaraan toevoegt dat, als die substantiële subsidie er niet komt, het college wordt gevraagd terug te komen met een businesscase. De heer Leijten stelt dat in het amendement dat de heer Okkerse ingediend heeft ook de voorwaarde genoemd staat dat de SDE-subsidie toegekend moet worden.
438417
2 5 / 3 6
De heer Zwaaf neemt het amendement letterlijk: geen subsidie, geen besluit. En als het college het toch wil, komt er een businesscase en een voorstel. De heer Bos brengt in dat in het amendement staat dat, enkel onder voorwaarde van toekenning van substantiële subsidie, wordt ingestemd met punt 4 van het collegevoorstel. In het subamendement is wat meer ruimte gegeven, daarin staat dat er een sluitende businesscase moet komen. Of dat nu bespaard wordt op kosten, op een goedkopere inschrijving of door een substantiële subsidieverlening, het mag allemaal als het maar leidt tot een sluitende businesscase. De voorzitter reageert dat het subamendement een toevoeging is op het amendement. Dat betekent dat, zoals het er letterlijk staat: "onder de opschortende voorwaarde dat de in 2015 aan te vragen SDE-subsidie substantieel wordt toegekend" de volgende passage wordt toegevoegd: ", zodat dit leidt tot een sluitende businesscase." Dus ook in het subamendement blijft staan dat de SDE-subsidie moet worden toegekend. De heer Bos geeft aan dat daarmee het substantiële belang wel minder substantieel is dan in het amendement. De voorzitter geeft aan dat het reglement aangeeft als eerste het subamendement in stemming wordt gebracht. Heemraad de heer Naaktgeboren wil een stemverklaring afleggen. Hij steunt het subamendement. De voorzitter brengt het subamendement in stemming. Ze constateert dat tien stemmen voor het subamendement worden uitgebracht en twaalf stemmen tegen. Daarmee is het subamendement verworpen. De voorzitter brengt het amendement in stemming. Ze stelt vast dat dertien stemmen voor en negen tegen worden uitgebracht. Daarmee is het amendement aangenomen. De voorzitter stelt vast dat de Algemene Vergadering: 1. kennis heeft genomen van het voorstel om de energieneutraliteit van AWZI Dronten te vergroten met behulp van zonnepanelen; 2. kennis heeft genomen van de intentie (van het waterschap) om maximaal gebruik te maken van de subsidiemogelijkheden voor dit project; 3. kennis heeft genomen van de intentie (van het waterschap) om mogelijkheden van samenwerking te verkennen om de lasten van dit project te verlagen; 4. instemt met het realiseren van een zonneweide op AWZI Dronten en hiervoor een krediet van maximaal € 800.000,— beschikbaar stelt, onder de opschortende voorwaarde dat de in 2015 aan te vragen SDE-subsidie substantieel wordt toegekend; 5. instemt met het nemen van de initiatieven die nodig zijn om t o t subsidietoekenning te geraken. De heer Zwaaf meldt dat hij de vergadering moet verlaten.
7.B WIJZIGING REGLEMENT VAN ORDE VOOR DE VERGADERINGEN VAN DE ALGEMENE VERGADERING
De heer Rehorst stelt dat de Algemene Waterschapspartij over het geheel genomen tevreden is over dit voorstel. Het reglement is een stap vooruit, het verbetert het democratisch gehalte van het waterschap. De fractie ondersteunt het openbaar verklaren van de thematische bijeenkomsten en ze kan zich vinden in de nieuwe bepaling rond de integriteit. In artikel 1 wordt het Bosschap genoemd als instantie die een geborgde zetel kan aanwijzen. Als hij het woord Bosschap opzoekt in Wikipedia staat er: "Het Bosschap is op 17 februari 1954 gestart als bedrijfschap voor de bosbouw en de houtteelt en later overgegaan in het bedrijfschap voor bos en natuur. Het Bosschap zal, net als de andere bedrijfschappen, op 1 januari 2015 worden opgeheven. In verband met het wegvallen van het Bosschap zijn de Vereniging van Bos- en Natuurterreineigenaren (VBNE) en de Stichting Kwaliteit Bos-, Natuur- en Landschapswerk (SBKNL) opgericht die als particuliere organisaties taken van het schap hebben overgenomen." Welke organisatie wijst nu die geborgde zetel aan? Is het niet handig dat nu al op te nemen in de verordening? In artikel 5 lid 1 wordt voorgesteld het woord " k a n " te laten vervallen. Er komt dan te staan: "De Algemene Vergadering besluit t o t het instellen van een voorzittersoverleg." De heer Rehorst heeft hier moeite mee. Is het aan deze 438417
2 6 / 3 6
Algemene Vergadering om de nieuwe Algemene Vergadering te vertellen dat ze iets moeten besluiten? Is het niet verstandiger het hele lid 1 van artikel 5 te schrappen? Dan is op grond van het reglement van orde het voorzittersoverleg ingesteld en hoeft het niet meer te worden besloten. De heer Okkerse meldt dat het belangrijkste deel van dit reglement gaat over de wijze van vergaderen en over integriteit. Nieuw is dat de thematische vergaderingen openbaar worden. Toen hij op zoek ging naar de tekst hierover, kon hij aanvankelijk de tekst over de openbare vergadering niet eens vinden. Er is wel een hoofdstuk Besloten vergadering, maar geen hoofdstuk Openbare vergadering. In het hoofdstuk Besloten vergadering staat het artikel waarin staat dat de algemene vergadering openbaar is. Wat echter niet in de tekst staat, is dat de thematische vergadering openbaar is. De thematische vergadering is volgens de definitie geen algemene vergadering, maar een themabijeenkomst. Een openbare bijeenkomst van de Algemene Vergadering valt daarmee niet vanzelf onder het artikel dat over de openbare vergadering van de Algemene Vergadering gaat. Dat moet gecorrigeerd worden door aan artikel 13a lid 2 achter "16" toe te voegen "artikel 42a de leden 1 tot en met 3". Daarmee is de thematische vergadering een openbare vergadering geworden. Naast een aantal kleinere punten wil de heer Okkerse het nog hebben over de wijze waarop de Algemene Vergadering het debat gaat voeren. In artikel 20 lid 3 staat nu: "Een lid mag in een termijn niet meer dan één maal het woord voeren ..." Dat betekent dat er geen debat bij interruptie gevoerd kan worden. Dat is niet de bedoeling en daarom stelt hij voor om aan de laatste zin toe te voegen: ", daargelaten interrupties, passend in het debat, naar het oordeel van de voorzitter." De rest van de punten van Water, Wonen en Natuur zijn: - artikel 1 sub b: "Bosschap" vervangen door "Vereniging van Bos- en Natuurterreineigenaren (VBNE)"; - artikel 1 sub j : De passage "een thema" te vervangen door "één of meerdere thema's"; - artikel 5 lid 3: De zin "Daarnaast wordt in voorkomende gevallen het functioneren van het algemeen bestuur en het dagelijks bestuur besproken." te vervangen door: "Daarnaast kan in voorkomende gevallen het functioneren van het algemeen bestuur en het dagelijks bestuur worden besproken."; - artikel 13 lid 1 : De passage "op de voor afkondigingen in het waterschap gebruikelijke wijze" vervangen door "in huis-aan-huis-bladen"; - artikel 13a lid 2: Het woord "en" schrappen en vervangen door een komma; - artikel 19a: "een fractie" vervangen door "één fractie"; - artikel 35 lid 3: "daar" vervangen door "door"; - titel hoofdstuk 7: "Besloten vergadering" vervangen door "Openbaarheid en beslotenheid van vergadering". De fractie Water, Wonen en Natuur dient daarvoor een amendement in. De voorzitter leest het amendement voor: Amendement Reglement van Orde voor de vergaderingen van de Algemene vergadering 2015. De Algemene Vergadering van Waterschap Zuiderzeeland, in vergadering bijeen op 10 maart 2015. Agendapunt: agendapunt 7.b Wijziging Reglement van Orde vergaderingen Algemene Vergadering Ondergetekenden stellen het volgende amendement voor: •
Artikel 1 sub b: "Bosschap" vervangen door "Vereniging van Bos- en Natuurterreineigenaren (VBNE)"
• Artikel 1 sub j : •
De passage "een thema" te vervangen door "één of meerdere thema's".
Artikel 5 lid 3:
De zin "Daarnaast wordt in voorkomende gevallen het functioneren van het 438417
2 7 / 3 6
algemeen bestuur en het dagelijks bestuur besproken." te vervangen door: "Daarnaast kan in voorkomende gevallen het functioneren van het algemeen bestuur en het dagelijks bestuur worden besproken."
•
Artikel 13 lid 1: De passage "op de voor afkondigingen in het waterschap gebruikelijke wijze" vervangen door "in huis-aan-huis-bladen".
•
Artikel 13a lid 2:
•
Artikel 19a:
Het woord "en" schrappen en vervangen door een komma.
• •
"een fractie" vervangen door "één fractie".
Artikel 35 lid 3:
"daar" vervangen door "door". Titel hoofdstuk 7: "Besloten vergadering" vervangen door "Openbaarheid en beslotenheid van vergadering"
Het amendement is ondertekend door de heer Okkerse, mevrouw Dijksma en de heer Van de Geijn." De heer Van den Noort reageert op het voorstel. In de fractie Bedrijven en het voorzittersoverleg is dit onderwerp uitvoerig besproken, daarnaast is er in de vorige vergadering opiniërend over gesproken. Het is handig in de stukken van deze vergadering terug te kunnen lezen wat de vorige keer is gezegd. Het is nu enige tijd later en er kan een goede afweging worden gemaakt. Grosso modo vindt de factie nu hetzelfde als toen. OP blz. 2 van de toelichting staat: "Over het karakter van de themabijeenkomsten was de vergadering niet eenduidig." Dat klopt. Over de andere punten was de fractie al content en het standpunt over de themabijeenkomsten is de vorige vergadering al toegelicht. Het is j a m m e r dat het toch vooruitgeschoven wordt. Het duurt al gauw driekwart jaar voor de nieuwe Algemene Vergadering in de gelegenheid is hiervan op basis van haar ervaring iets te vinden. De voorzitter vraagt een verduidelijking. De heer Van den Noort stelt dat het mooi verwoord staat in het resumé: "Een themabijeenkomst is met name geschikt om informatie uit te wisselen tussen het college en het algemeen bestuur in een informele setting." De fractie vindt dat de uitwisseling in informele setting het best tijdens workshops kan plaatsvinden. De fractie is voor openbaarheid en vindt dat openbare thematische onderwerpen het best opiniërend behandeld kunnen worden in de Algemene Vergadering. Het vorige agendapunt was daar een goed voorbeeld van. Er was een buitengewoon levendige discussie met een goede uitwisseling van standpunten. Hierdoor duurt de vergadering echter wel erg lang. Als het vorige agendapunt eerst opiniërend was behandeld, was er voor het college meer ruimte geweest kennis te nemen van posities en standpunten en had er voorwerk gedaan kunnen worden. Dan was de Algemene Vergadering sneller tot besluitvorming gekomen. Hij herhaalt dat er geen eenduidigheid was over het karakter van de themabijeenkomsten. De fractie heeft er begrip voor dat het wordt weggeschoven naar de nieuwe Algemene Vergadering, maar het is j a m m e r dat het nog driekwart jaar gaat duren eer de positionering wellicht gaat veranderen. Hij denkt dat deze Algemene Vergadering daar gezien de feiten behoefte aan heeft. Dat betekent echter niet dat de fractie niet met het voorstel akkoord kan gaan. De fractie Bedrijven kan instemmen met het amendement. Het is echter jammer dat ook artikel 13 lid 1 daarin staat. Hij gaat ervan uit dat "op de voor afkondigingen in het waterschap gebruikelijke wijze" meer dan genoeg is. De huis-aan-huisbladen zijn immers op sterven na dood. De heer Riemens reageert namens de fracties Ongebouwd en Werk aan Water op het gewijzigde reglement van orde. Als dit gewijzigde reglement vandaag vastgesteld wordt zoals nu is beschreven, is de fractie Ongebouwd vanaf dat moment geen fractie meer. Op blz. 4 wordt de fractie Ongebouwd niet meer genoemd in artikel l . b . Ook in de toelichting van de artikelen komt de heer Riemens de fractie Ongebouwd nergens meer tegen.
438417
2 8 / 3 6
De fractie stelt in een mondeling amendement voor genoemd artikel aan te passen. Datzelfde geldt ook voor artikel 14 lid 1 : "De leden die ter vergadering komen dienen voor aanvang van de vergadering de presentielijst te tekenen. Zonder voorgaande tekening van deze lijst kan een lid niet aan de stemming deelnemen." Vandaag was het duidelijk hoe belangrijk het soms is aan de stemming deel te kunnen nemen. De fracties Ongebouwd en Werk aan Water stellen voor de tekst "voor aanvang van de vergadering" te schrappen. Als de presentielijst maar getekend is, mogen de AV-leden stemmen. Dat is tot nu toe ook altijd zo geweest. Voorgesteld wordt de thematische vergaderingen aan te merken als openbare vergadering. Tijdens de opiniërende beschouwingen heeft de heer Veenink al gezegd dat het behoud van de thematische vergaderingen voor de fracties Ongebouwd en Werk aan Water erg belangrijk is. Beide fracties hechten aan de informele setting, maar ook aan openbaarheid. De thematische onderwerpen komen uitgebreid in de openbare vergadering van de Algemene Vergadering aan de orde en dat is voor de fracties openbaar genoeg. De fracties kunnen toch instemmen met het voorstel, omdat ze van mening zijn dat een reglement van orde breed gedragen moet worden. Een evaluatie na een jaar met het nieuwe bestuur vinden beide fracties wel heel belangrijk. Als alles zo openbaar moet, stelt de heer Riemens voor de schriftelijke vragen (zoals de fracties die het afgelopen jaar voor de Algemene Vergadering konden stellen) zo technisch mogelijk te houden. Schriftelijke beleidsmatige vragen en antwoorden zijn niet openbaar en dat is jammer. Hij vraagt of de genoemde punten via een mondeling amendement ingediend kunnen worden. De voorzitter geeft aan dat dit kan. Ze dankt de aanwezigen voor hun bijdrage, met name de heer Okkerse die de vraag van de heer Rehorst over het Bosschap heeft opgelost. Ze gaat in op de opmerking van de heer Rehorst dat hij moeite heeft met het voorstel om in artikel 5 lid 1 het woord " k a n " te laten vervallen en dat hij het raar vindt nu vast te stellen wat de volgende Algemene Vergadering moet doen. Het vaststellen van het reglement van orde is echter het vastleggen van hoe er gewerkt wordt in de Algemene Vergadering. Nu wordt de bestaande praktijk, zoals die er al jaren is, vastgelegd. De ervaring leert dat een fractievoorzittersoverleg een must is. Deze bepaling sluit dus goed aan bij de huidige praktijk. De volgende Algemene Vergadering kan aangeven of ze daarmee uit de voeten kan of niet en het eventueel wijzigen. De heer Rehorst vindt het hele eerste lid overbodig. Als dat weggelaten wordt, is er een voorzittersoverleg en hoeft er geen nader besluit over te worden genomen. Hij is voorstander van het voorzittersoverleg. De voorzitter reageert dat het om het even is of het er expliciet in staat of niet. Ze gaat in op de woorden van de heer Van den Noort over wegschuiven naar een volgende bestuursperiode. Het enige dat overgelaten wordt aan een volgende Algemene Vergadering is de invulling van de informele setting. Het feit dat thematische vergaderingen openbaar zijn, wordt door het college niet ter discussie gesteld. Het college vindt belangrijk dat de levendige discussie in de openbaarheid wordt gevoerd. Een informele setting hoeft die levendigheid niet in de weg te staan. Ze interpreteert zijn opmerking als: "waak ervoor dat de informele setting waarin tot nu toe gewerkt is ook gewaarborgd wordt in een volgende bestuursperiode". Het college ondersteunt de mondelinge amendementen van de heer Riemens van harte. Op blz. 4 wordt aan artikel l.b de fractie Ongebouwd toegevoegd. Wat betreft artikel 14 lid 1 is het essentieel dat er getekend is alvorens er meegestemd kan worden. Hiervoor moet een goede formulering worden gevonden. Duidelijk moet zijn dat de presentielijst getekend dient te zijn alvorens meegedaan kan worden aan een stemming. Dat heeft alles te maken met het bepalen van de volgordelijkheid bij hoofdelijke stemming. De heer Okkerse stelt dat de suggestie van de heer Riemens dat afdekt. "De leden die ter vergadering komen, dienen de presentielijst te tekenen. Zonder voorafgaande tekening kan aan een stemming niet deel worden genomen." De voorzitter stelt dat het er om gaat dat de laatkomers meteen tekenen om te kunnen stemmen. Als er niet getekend is, kunnen ze niet stemmen. Het is in ieders belang dat er meteen getekend wordt. Voorafgaand aan deelname moet er getekend zijn.
438417
2 9 / 3 6
Wat betreft het evalueren geeft ze aan dat een reglement van orde met enige regelmaat geüpdatet wordt. Ze stelt voor iets langer dan een jaar te nemen, alvorens te evalueren. Na anderhalfjaar kan worden geëvalueerd en kunnen eventuele aanpassingen worden aangebracht. De heer Riemens kan zich daarin vinden. De heer Leijten meldt, conform het reglement van orde, dat de heer De Raad hem gevraagd heeft de voorzitter te melden dat hij de vergadering heeft verlaten. De voorzitter concludeert dat er nu twintig AV-leden aanwezig zijn. Ze brengt het amendement van de fractie Water, Wonen en Natuur in stemming en constateert dat het amendement unaniem wordt aangenomen. Ze concludeert dat de Algemene Vergadering het gewijzigde Reglement van Orde voor de vergaderingen van de Algemene vergadering 2015 vaststelt, conform bijgevoegd ontwerp en met inachtneming van de mondelinge en schriftelijke amendementen. Zoals afgesproken wordt het reglement binnen anderhalfjaar geëvalueerd en zal het college eventueel met voorstellen voor aanpassing komen. 8. Besluitvormend, hamerstukken 8.A I N S T E L L E N C O M M I S S I E G E L O O F S B R I E V E N De voorzitter constateert dat de Algemene Vergadering: 1. op voordracht van de voorzitter een commissie instelt die de geloofsbrieven van de nieuwe AV-leden en het proces-verbaal van het hoofdstembureau onderzoekt; 2. de volgende AV-leden hiervoor benoemt: a. mevrouw M.L.C. Blom-Gommers; b. de heer W. van der Kooij; c. de heer W. van den Noort. Namens de hele Algemene Vergadering wenst ze de leden van deze commissie veel succes toe. 8.B V A S T S T E L L E N F R A C T I E V E R G O E D I N G E N 2 0 1 4 De voorzitter constateert dat de Algemene Vergadering de bedragen vaststelt van: 1. de voor vergoeding in aanmerking komende uitgaven van de desbetreffende fracties; 2. de wijziging van de reserve; 3. de resterende reserve; 4. de verrekening tussen de in onderdeel 1 genoemde uitgaven en het ontvangen voorschot, en voor zover van toepassing de hoogte van de terugvordering van de ontvangen voorschotten. 8.C
FACILITEREN FRACTIEONDERSTEUNERS BIJ DIGITAAL VERGADEREN De voorzitter stelt vast dat de Algemene Vergadering instemt met het faciliteren van maximaal twee fractieondersteuners per fractie bij het digitaal vergaderen door de Algemene Vergadering. 8.D
I N V E S T E R I N G S K R E D I E T R E N O V A T I E RIOOLGEMAAL BREMERBERGWEG De voorzitter constateert dat de Algemene Vergadering akkoord gaat met de herziening van het investeringskrediet van € 300.000,— n a a r € 500.000,- en het krediet voteert.
8.E L O C A T I E V O O R S T E L AANLEG DUURZAME O E V E R S 2 0 1 6 - 2 0 2 1 Mevrouw Blom merkt op dat de fracties Werk aan Water en Ongebouwd allereerst willen aangeven positief verrast te zijn dat reeds dit jaar drie van de acht waterlichamen boven de gestelde norm van 4 0 % duurzame oevers uitkomen, sommige zelfs ruim daarboven uitkomen. Dit heugelijke feit had best al in een eerder stadium met de Algemene Vergadering gedeeld mogen worden. De fracties kunnen instemmen met de drie genoemde voorstellen, zeker omdat in de voorstellen de nodige realistische voorzichtigheid is ingebouwd dat, als mocht blijken dat bepaalde subsidies niet of gewijzigd toegekend worden, dan opnieuw besluitvorming gevraagd wordt. De fracties hopen dat alles volgens 438417
3 0 / 3 6
plan uitgevoerd kan worden en Zuiderzeeland eind 2021 kan voldoen aan de gestelde KRW-doelstelling en het waterschap lagere oeveronderhoudskosten en een grotere waterbergingscapaciteit heeft. Mevrouw Dijksma geeft aan dat Water, Wonen en Natuur met veel genoegen kan kijken naar tabel 1 op blz. 4 van het voorstel. In 2021 zal Zuiderzeeland, eerder dan verwacht, de KRW-doelstelling van 4 0 % duurzame oevers per waterlichaam hebben bereikt. De afgelopen jaren heeft de fractie zich daarvoor ingezet en het is mooi deze bestuursperiode in dezen zo positief te kunnen beëindigen. Wat eventueel in de toekomst nog problemen kan opleveren, is de vraag of de POP3-subsidies uit Brussel ook bij het waterschap ingezet kunnen worden. Wellicht is dit te ondervangen door nog eens met de agrariërs om de tafel te gaan zitten om te bezien of een verplichting om 5% van hun areaal in te zetten voor natuur gerealiseerd kan worden via de duurzame oevers. Dan hoeft er geen grondverwerving vanwege het waterschap plaats te vinden. Mocht in een later stadium blijken dat deze verplichting van 5% geen doorgang kan hebben, kan overeengekomen worden dat het waterschap dan alsnog tot verwerving overgaat. De heer Rehorst stelt dat het voorstel wordt gepresenteerd als een locatievoorstel. De Algemene Waterschapspartij constateert dat inderdaad locaties in het voorstel worden aangegeven. Het college vraagt de Algemene Vergadering echter niet om over de locaties te besluiten. Het college vraagt zelfs niet om kennis te nemen van de voorgestelde locaties. Neen, het college vraagt de Algemene Vergadering slechts om kennis te nemen van de planning en dat die kan worden aangepast aan de omstandigheden. Daarnaast vraagt het college instemming met het oppakken van de voorbereidingen, inclusief het verwerven van grond, ondanks dat er geen duidelijkheid is over de POP3financiering. Terwijl ook wordt gemeld dat het college niet verwacht dat de verplichtingen die voor het afkomen van de subsidie aangegaan zijn, subsidiabel zijn. De fractie heeft moeite met deze gang van zaken. Kan het college de fractie informeren over de omvang van het risico dat het waterschap loopt? Kan het college de fractie tevens informeren over welk bedrag nietsubsidiabel zal zijn omdat de verplichtingen reeds zijn aangegaan voor de datum van het subsidiebesluit? De Algemene Waterschapspartij vindt het prima dat het college voorbereidingen treft, maar het aangaan van onherroepelijke verplichtingen kan wat de fractie betreft pas als de POP3-subsidie Is afgegeven en er duidelijkheid bestaat over de voorwaarden. Heemraad de heer Naaktgeboren bedankt voor de complimenten. Hij heeft tussen de middag afscheid genomen van de grote groep medewerkers die betrokken is bij het project versnelling aanleg duurzame oevers. De groep heeft dit heel enthousiast aangepakt en na een moeizame start is het heel voortreffelijk gelopen. Er is goed draagvlak in het gebied. De manier waarop dit gedaan is, is te prijzen. Er komt heel veel bij kijken, het is niet alleen een oevertje optrekken, er moet met mensen onderhandeld worden, grond worden verworven, geregistreerd worden, communicatief moeten de medewerkers aan de gang, het moet in de legger verwerkt worden, er is een ecoloog bij betrokken. Dat alles is met een flink team op een correcte wijze opgepakt. Hij is daar trots op. Richting mevrouw Dijksma geeft hij aan dat het er eerst helemaal niet op leek dat de duurzame oevers helemaal onder POP3 zouden vallen. Nu wordt er in Brussel weer wat over gesproken, maar het zijn nog steeds dagkoersen. Het lijkt erop dat de subsidie wel binnenkomt, maar het is pas honderd procent zeker als die toegekend is. Toch moet het waterschap nu doorgaan met verwerven. Dit jaar wordt het oude project afgerond. Als Zuiderzeeland volgend jaar verder wil met de oevers, moet het waterschap nu al aan de gang met verwerven. De mensen waar het waterschap op het land komt, moeten dat weten omdat ze dan ze een deel niet moeten betelen. Heemraad de heer Naaktgeboren antwoordt de heer Rehorst dat hij het risico heel gering acht. Er is geld voor water beschikbaar en er zijn allerlei aanwijzingen dat de subsidie er komt. Maar omdat het nog niet honderd procent zeker is, wordt dat als risico ingebouwd. Als het waterschap oevers aanlegt, zijn ze gewoon ook nodig. Er kan niet meer gewerkt worden met een harde oeverscheiding. Om te beginnen is dat te duur en ten tweede verbiedt de wet behandeld hout te gebruiken. 438417
3 1 / 3 6
Het klopt dat de Algemene Vergadering de planning te zien krijgt. De organisatie heeft die planning nodig om het gebied in te gaan. Als het waterschap ergens aan de gang gaat, wordt voor de plek waar dat zal gebeuren een projectvoorstel voorgelegd aan het college. Na het besluit van het college wordt dat projectvoorstel gepubliceerd. Tweede termijn De heer Rehorst vraagt of hij goed begrijpt dat heemraad Naaktgeboren zegt dat het college dit, subsidie of geen subsidie, zonder meer gaat doen. Heemraad de heer Naaktgeboren antwoordt dat de kans dat Zuiderzeeland helemaal geen subsidie krijgt bijna nihil is. Als dat het geval is, komt er een andere situatie in beeld. Dan zal het tempo wellicht veranderen. Op dit moment is dat niet aan de orde. De voorzitter stelt vast dat de Algemene Vergadering kennis heeft genomen van de in dit locatievoorstel gepresenteerde planning en van het feit dat onvoorziene of locatiespecifieke omstandigheden aanleiding kunnen zijn o m , binnen de gestelde kaders en de financiële ruimte die voor dit project beschikbaar is, aanpassingen op dit locatie voorstel te doen. De Algemene Vergadering stemt in met het oppakken van de voorbereiding van de uitvoeringsprojecten in 2015 ondanks de onzekerheden rondom de POP3-financiering en stemt in met de financiële consequenties van het locatievoorstel. 9 S T U K K E N T E R KENNISNAME 9.A STAND VAN ZAKEN D I S C R E P A N T I E O N D E R Z O E K E N De heer Van den Noort vindt het fijn dat de Algemene Vergadering inzicht heeft gekregen in de stand van zaken. De fractie Bedrijfsgebouwd is wel geschrokken van de constateringen op blz. 2: gemiddeld 2 1 , 8 % en in de tabel voor Zeewolde bijna een derde. Dat is weldegelijk substantieel. De fractie heeft gelezen welke stappen in gang zijn gezet en wat er nu verder wordt gedaan. Het belangrijke punt is de lasten daar te laten landen waar ze thuishoren. Het is nu bijna aan het eind van het eerste kwartaal. Op blz. 4 staat per kwartaal een opsomming van wat dan plaatsvindt. Is er al iets te zeggen over de stand van zaken? Heemraad de heer Maenhout antwoordt dat discrepantie geen makkelijke materie is. Het vraagt heel veel inzet om daarvoor een goede methodiek te bedenken, bijna uit te vinden. Zuiderzeeland doet dat in samenwerking met Waterkracht. Dat helpt om het onderzoek in een breder kader te doen. In de tabel op blz. 2 kan de Algemene Vergadering zien dat, als die nieuwe methode wordt toegepast, er verschillen zijn van - 2 0 % tot + 3 4 , 6 % discrepantie. Als case wordt met name Zeewolde gebruikt, zodat daar meer inzicht komt. Wat de stand van zaken over het eerste kwartaal is, kan hij de Algemene Vergadering nog niet zeggen. Het kwartaal is nog niet afgelopen en voordat het college de gegevens krijgt, vindt eerst onderzoek plaats. Hij kan de Algemene Vergadering verzekeren dat het college zijn uiterste best doet om te zorgen dat er eind 2015 iets is gedaan aan de grote discrepantie op Zeewolde. En dat het waterschap daarmee de methode die ook toegepast kan worden op andere zuiveringen goed in de vingers krijgt. De voorzitter stelt vast dat de Algemene Vergadering kennis heeft genomen van de huidige stand van zaken van het discrepantieonderzoek. 9.B
B E G R O T I N G 2 0 1 5 VAN G E M E E N S C H A P P E L I J K E R E G E L I N G N I E U W LAND ERFGOEDCENTRUM ( N L E ) De heer Veenink merkt op dat het de fracties Ongebouwd en Werk aan Water Flevoland opvalt dat de zes gemeenten in Flevoland in de begroting van de GR NLE hun bijdragen voor 2015 met 1 0 % korten. In de toelichting staat dat deze bezuiniging zonder slag of stoot wordt overgenomen en dat er geen redenen genoemd worden. Het gaat over een bedrag van € 32.000,-- minder aan inkomsten. Dat is niet onoverkoombaar, maar waarom is dit gebeurd? Waarom heeft Waterschap Zuiderzeeland die 10%-regeling niet toegepast? Ofschoon het voor het waterschap slechts om € 1.400,-- ging. Heemraad de heer Maenhout reageert dat het echt niet zonder slag of stoot is gegaan. Het ging om vijf gemeenten (Zeewolde, Lelystad, Noordoostpolder, Dronten en Urk), Almere doet niet mee. Het kostte jarenlange discussie. De 438417
3 2 / 3 6
gemeenten zeiden dat zij voortdurend zelf in eigen huis moesten bezuinigen en ze wilden dat de gemeenschappelijke regelingen waaraan ze deelnemen dat ook doen. De Algemene Vergadering weet dat NLE zich in zwaar weer bevindt. Er vindt een reorganisatie plaats, een uitsplitsing van de archieffunctie en de museale functie naar Batavialand. Uiteindelijk is met elkaar afgesproken voor 2015 deze stap te zetten. Er wordt toch opnieuw berekend wat elke organisatie moet gaan bijdragen, wat de kosten zijn voor die organisaties. In de discussies over die berekeningen werd vooral de vinger gelegd bij de bijdrage van Zuiderzeeland. Het waterschap betaalde € 10.000,-- tot € 12.000,-- en in sommige berekeningen over de werkelijke activiteiten die NLE voor het waterschap doet, kwam de bijdrage van Zuiderzeeland veel en veel hoger uit. Voorlopig is de verhoging beperkt, zit de bijdrage rond de € 14.000,-- per jaar. In het kader van de ontvlechting voor de gemeenten, voor Zuiderzeeland, voor de provincie en voor het rijksarchief zal opnieuw scherp gekeken worden naar wat nu de werkelijke kosten zijn die NLE heeft aan de archieffunctie. Die werkelijke kosten moeten natuurlijk ook betaald worden. De heer Veenink vraagt of dit inhoudt dat Zuiderzeeland in de toekomst misschien een verhoging in de bijdrage tegemoet kan zien. Heemraad de heer Maenhout antwoordt dat dit risico er is. De Algemene Vergadering zal begrijpen dat het college zijn uiterste best doet te zorgen dat de bijdrage niet omhooggaat en richting NLE zal inbrengen dat het nooit zo kan zijn dat Zuiderzeeland meer moet betalen dat de provincie Flevoland. De gemeenten blijven ongeveer op dit niveau zitten. De voorzitter constateert dat de Algemene Vergadering kennis heeft genomen van de begroting 2015 van Nieuw Land Erfgoedcentrum en van de door het college van DenH daarop verzonden reactie. 9.C U I T K R A B B E N DUURZAME O E V E R S Mevrouw Dijksma wil een paar kanttekeningen maken bij het uitkrabben van duurzame oever. Natuur en ook de waterkwaliteit zijn gebaat bij variatie. Uit de tekst en de afbeeldingen krijgt Water, Wonen en Natuur de indruk dat alles weer keurig recht en regelmatig wordt afgewerkt, zodat overal hetzelfde gebeurt. Graag ziet de fractie veel meer variatie in het beheer van de duurzame oevers. Sommige gedeeltes zouden minder frequent uitgekrabd kunnen worden en bij andere delen mogen best hier en daar kleine stukjes overgeslagen worden, zodat er meer structuurdiversiteit ontstaat. Daarnaast wil de fractie aandringen op aanvullend onderzoek naar de mogelijkheden van biomassaproductie. De fractie begrijpt uit de resultaten van dit eerste onderzoek dat de huidige biomassaproductie gering is. Ze ziet graag meer onderzoek naar nog verdere extensivering van het onderhoud van de duurzame oevers in combinatie met gerichte biomassaproductie in de vorm van houtige gewassen. De heer Riemens geeft aan dat de fracties Ongebouwd en Werk aan Water blij zijn met dit voorstel o m , aanvullend op het reguliere onderhoud, eens per tien jaar de piasberm uit te krabben. De piasberm is niet alleen veel beter geschikt voor vissen om te paaien, maar als het niet wordt gedaan, gaat het riet steeds verder de tocht in groeien. Op de lange duur beperkt het riet dan de goede doorstroming. Voor wat betreft de verruiging van de taluds heeft hij in de AV-vergadering van november 2014, bij de algemene beschouwingen, de suggestie gedaan ook eens te kijken naar het tijdstip van maaien. Als je riet groen maait, dan blijft er inderdaad een enorme massa achter. Dat geeft veel verruiging. Het onderzoek geeft aan dat dit geen groot probleem meer is, maar in die vergadering in november vond het college het nog wel een heel groot probleem. Het is niet nodig dat er zo'n grote massa blijft liggen. Als er geklepeld wordt als het riet is afgestorven, blijft er bijna niets over. Februari of maart is dan een heel goed tijdstip. Het is goedkoper, het waterschap kan veel sneller werken en van verruiging is dan geen sprake meer. De heer Riemens heeft graag dat daar nog eens naar gekeken wordt. Heemraad de heer Naaktgeboren antwoordt dat de oevers zich heel goed ontwikkelen. Maar net zoals haar af en toe geknipt moet worden, zo moet er af en toe ook iets gebeuren aan de oevers.
438417
3 3 / 3 6
Het waterschap zit met dat plasdrasdeel. Als daar niets aan gedaan wordt, verlandt dat. Dan groeit niet alleen het riet de tocht in, maar is er op een gegeven moment geen water meer over, wordt het gewoon weer grond. Dat op orde houden (het uitkrabben) gebeurt af en toe en keer, de planning is om de zeven tot veertien jaar, afhankelijk van hoe het zich ontwikkelt. Bij het verzamelen van biomassa is de logistiek het allergrootste probleem. Het waterschap moet dan achterlangs bij kavels van boeren. Bij de ene boer staat er een gewas dat in september geoogst wordt, bij de ander een gewas dat in oktober geoogst wordt en bij de volgende wordt pas in december geoogst. Het is niet zo dat het waterschap die biomassa niet zou willen laten composteren. Dat kost wel geld. Maar het zit vast op de logistiek. Het onderzoek laat zien dat de verruiging van de oever na drie maanden nogal meevalt. Als die massa drie maanden op de oever ligt, is er weinig meer van te zien. De brandnetels zijn dan wat onderdrukt en het riet komt er weer door. De heer Riemens stelt voor het riet veel droger te maaien, dan is er minder massa. Heemraad Naaktgeboren reageert dat de hoeveelheid droge stof natuurlijk wel hetzelfde blijft. Een probleem is dat het waterschap wel rekening moet houden met de Flora- en faunawet. Het waterschap komt ook op kavels die bewerkt worden of geploegd liggen en de medewerkers kunnen met dat materiaal niet over het geploegde land heen. In de thematische bespreking is een aantal ideeën aangedragen voor wat er nu nog gedaan kan worden om een bestemming te vinden voor die oevers. De organisatie kijkt daarnaar. Mevrouw Dijksma hoort de heemraad zeggen dat als het waterschap niets doet de tocht dichtgroeit, die verzandt. Water, Wonen en Natuur pleit er niet voor om niets te doen, de fractie bepleit er wat meer variatie in aan te brengen. Dus niet zeven of tien jaar alles doen en dan weer een hele tijd niets, maar variatie. Heemraad de heer Naaktgeboren antwoordt dat het waterschap het liefst zo efficiënt mogelijk wil werken. Je kunt niet een stukje wel en een stukje niet doen. Dat werkt niet. Mevrouw Dijksma reageert dat eerst de ene kant gedaan kan worden en de volgende keer de andere kant. Heemraad de heer Naaktgeboren antwoordt dat dit niet nieuw is, dat gebeurt nu ook al. Het werk wordt door het gebied heen in fases uitgevoerd. Om de flora en fauna meer ruimte te geven, gebeurt het maaien en onderhouden van de oevers om de twee jaar, de ene keer de noordkant en de andere keer de zuidkant. De oever is ook beschutting voor het wild. De voorzitter constateert dat de Algemene Vergadering kennis heeft genomen van de resultaten van het praktijkonderzoek naar verruiging op het talud en het uitkrabben van piasbermen en de consequenties hiervan op het oeveronderhoud. 9.D A F W E G I N G S K A D E R ' Z E L F DOEN OF U I T B E S T E D E N ' De heer Okkerse merkt op dat deze informatie qua inzicht een grote stap vooruit is. Water, Wonen en Natuur bedankt het college voor het voorstel en het afwegingskader, er heeft aardig wat werk in gezeten. Hij gaat ervan uit dat de Algemene Vergadering, volgens de systematiek die inmiddels is afgesproken, in het personeelsplan voortschrijdend geïnformeerd over deze materie. Verrassend is dat er behoorlijk wat inhuur plaatsvindt, gemiddeld 15%. Dat betekent dat 1 op de 6 tot 7 mensen is ingehuurd. Terwijl de belangrijkste redenen daarvoor zijn piekbelasting en ziekte. De Algemene Vergadering heeft een aantal jaren geleden een motie aangenomen over het aantal personeelsleden, een formatieomvang van 250 fte's. Is er inzicht of die verhouding destijds hetzelfde was of dat die ingrijpend is gewijzigd? Zijn daarvan gegevens bekend? Is daar onderzoek naar gedaan? De fractie wil graag de ontwikkelingen in de P&C-cyclus kunnen volgen. Heemraad de heer Maenhout antwoordt dat niet alleen de Algemene Vergadering maar ook het college heel blij is met deze notitie die goed gestructureerd, helder en duidelijk inzicht geeft in hoe het zit met zelf doen en uitbesteden. Het heeft heel veel tijd gekost om tot dit inzicht te komen, maar nu is het zover. Hij kan toezeggen dat dit jaarlijks in de P&C-cyclus en ook bij de Berap en de personeelsplannen meegenomen zal worden. Die € 3,3 miljoen aan inhuur is een gegeven, dat stond ook al in de vorige stukken. In percentages lijkt het veel, 1 op de 6/7 mensen. Heemraad 438417
3 4 / 3 6
Maenhout denkt dat het hier gaat over het jaar waarin de reorganisatie Water Werkt plaatsvond en daarvoor extra mensen nodig waren. Naar zijn gevoel was het percentage het jaar daarop een stuk minder. In de motie is destijds een vaste formatie afgesproken van 250 fte's. Of die verhouding veranderd is, kan hij op dit moment niet zeggen. Die gegevens zullen in de Bestuursrapportage meegenomen worden. De voorzitter stelt vast dat de Algemene Vergadering kennis heeft genomen van het afwegingskader 'zelf doen of uitbesteden' en van de relatie tussen inhuur, uitbesteding, adviesdiensten en de post overig en de vaste formatie per programma. 9.E ONDERHANDSE AANBESTEDINGEN De voorzitter constateert dat de Algemene Vergadering kennis heeft genomen van de evaluatie rondom onderhandse aanbestedingen. 9.F
PROGRAMMA N I E U W E NATUUR, B E S L U I T P R O V I N C I A L E S T A T E N , B E T R O K K E N H E I D W A T E R S C H A P 2015 Mevrouw Dekker geeft aan dat de fractie Werk aan Water Flevoland kennis heeft genomen van beide voorstellen. In de toelichting stelt het college dat de projecten nu in een uitvoerende fase komen en dat hiermee de betrokkenheid van de Algemene Vergadering wordt afgesloten. Tegelijkertijd leest de fractie dat, vanwege het strategische belang, de betrokkenheid van Zuiderzeeland een intensiever karakter heeft gekregen bij de projecten Schokland en Noorderwold. Beide projecten komen regelmatig langs in de Algemene Vergadering. Mevrouw Dekker stelt dat de Algemene Vergadering graag blijvend meegenomen zal willen worden in de consequenties van deze projecten. Heemraad de heer Nieuwenhuis kan dat toezeggen. Hij denkt echter dat hier alleen maar bedoeld is te zeggen dat het etiket Nieuwe Natuur er niet meer aanhangt. Het college zal de Algemene Vergadering meenemen in projecten die Zuiderzeeland passen en waar het waterschap een eigen taakopgave heeft voor het oplossen van de wateropgave voor de lange termijn. Dat zal niet veranderen. De voorzitter constateert dat de Algemene Vergadering kennis heeft genomen van de stand van zaken van het Programma Nieuwe Natuur van de provincie Flevoland en van het besluit van Provinciale Staten over de ingediende projectvoorstellen. 9.G T O T A A L O V E R Z I C H T B E G R O T I N G S W I J Z I G I N G E N Het totaaloverzicht begrotingswijzigingen wordt voor kennisgeving aangenomen. 9. H A C T I E P U N T E N L I J S T De voorzitter geeft aan dat de Algemene Vergadering twee besluiten heeft genomen met inachtneming van de amendementen die daarbij zijn ingediend. De toezeggingen zijn verwerkt in het besluit. Ze stelt voor die niet apart op te nemen op de actiepuntenlijst. 9.1 SAMENWERKING MUSKUSRATTENBEHEER De voorzitter stelt vast dat de Algemene Vergadering kennis heeft genomen van de acties die zijn ondernomen naar aanleiding van de AV-motie van 25 november 2010. 10 INGEKOMEN STUKKEN 10. A M E D E D E L I N G VOORTGANG ONDERZOEK R K C 10. B R E A C T I E O N T W E R P PARTIËLE H E R Z I E N I N G O M G E V I N G S P L A N FLEVOLAND EN W A T E R B E H E E R P L A N N E N AANGRENZENDE WATERSCHAPPEN De voorzitter constateert dat de Algemene Vergadering kennis heeft genomen van de ingekomen stukken. 11. RONDVRAAG Mevrouw Dekker merkt op dat mensen uit de regio haar gevraagd hebben wanneer de verkiezingskrant wordt rondgebracht.
438417
3 5 / 3 6
De voorzitter antwoordt dat de verkiezingskrant 10 maart 2015 op de deurmat moet vallen. Mevrouw Blom wil iets vragen over de muizenplaag. In Friesland is de plaag alweer over de top heen, maar de muizen hebben heel wat holen gegraven in de kades, ze hebben de beschermlaag van de dijken beschadigd, ze vreten wortels van graszoden zodat er kale plekken ontstaan. Ze weet dat Wetterskip Fryslan samen met anderen onderzoek doet, het resultaat daarvan wordt in juli verwacht. Bekend is dat de muizen inmiddels ook in groten getale in de Noordoostpolder aanwezig zijn. Hoe is het met onze dijken, eventueel onze slootkanten, de taluds? Is er overleg met Friesland en Overijssel? Heemraad de heer Naaktgeboren kan niet zoveel zeggen over de muizen. Vanuit de ambtelijke dienst hebben hem geen klachten bereikt. Het gaat erom of het onbeheersbaar is of dat er iets aan te doen is. Hij weet dat er in de Noordoostpolder muizen zitten en dat ze ook wel in de dijk zitten. Het heeft wel invloed op de toetsing omdat De zode is beschadigd, maar dat is echter een momentopname. Als het niet zo erg is, kan het gras zich enorm herstellen. Mevrouw Blom reageert dat de veehouders bij haar in de buurt wel een probleem hebben. Ze kan zich bijna niet voorstellen dat er geen probleem is bij de dijken die ook nog wat hoger liggen. De voorzitter geeft aan dat de medewerkers van het waterschap waakzaam zijn. 12. SLUITING Niets meer aan de orde zijnde, sluit de voorzitter de vergadering.
Aldus vastgesteld in de vergadering van 28 april 2015
de voorzitter.
de secretaris-directeur.
438417
36/36