versie DEF 27 juni 2012
PRESTATIEOVEREENKOMST GEMEENTE VLISSINGEN L’ESCAUT EN WOONBURG
2012 - 2015 -1-
versie DEF 27 juni 2012
Colofon Kenmerk: Prestatieafspraken Gemeente Vlissingen – l’escaut – Woonburg 2012-2015 Auteur(s): Ronald Post, Maaike Tamboer-van Drimmelen, Ron Studulski, Erwin van Egmond en Marco Herrmann. Eindredactie : Erwin van Egmond & Marco Herrmann Controle : Janeck Janmaat Datum: 27 juni 2012 Bestandsnaam: PRESTATIEAFSPRAKEN 2012-2015 DEF 20120627.doc Versie: Definitief (raadsbesluit 31 mei 2012) Bronvermelding en beeldrechten: Foto’s omslag: Ruben Oreel Luchtfoto's zijn afkomstig van Ruben Oreel en Sky Pictures. Alle rechten voorbehouden: Vlissingen © 2012 Zonder voorafgaande, schriftelijke toestemming van de Gemeente Vlissingen is het niet toegestaan deze uitgave of delen ervan te vermenigvuldigen of op enigerlei wijze openbaar te maken.
-2-
versie DEF 27 juni 2012
Inhoudsopgave 1. Inleiding ............................................................................................................................. 4 1.1 Vlissingen, stad aan zee ............................................................................................. 4 1.2 Toekomstige ontwikkelingen en veranderende omstandigheden ................................... 5 1.3 Doelstellingen .......................................................................................................... 6 1.4 Totstandkoming ....................................................................................................... 6 1.5 Communicatie .......................................................................................................... 6 2. Samenwerkingsovereenkomst ........................................................................................... 7 PARTIJEN................................................................................................................................. 9 1. ROLLEN EN VERANTWOORDELIJKHEDEN........................................................................... 11 2. LEEFBAARHEID VAN WIJKEN EN BUURTEN ........................................................................ 15 3. DIENSTVERLENING.......................................................................................................... 17 4. VASTGOED EN OMGEVING .............................................................................................. 19 5. FINANCIEN..................................................................................................................... 25 6. DUUR, VOORTGANG, COMMUNICATIE, EVALUATIE EN GESCHILLEN..................................... 27 BIJLAGEN .............................................................................................................................. 29 Bijlage 1 – Wijkindeling........................................................................................................... 30 Bijlage 2 - Format monitor Vlissingse woningmarkt .................................................................... 31 Bijlage 3 – Gedefinieerde projecten.......................................................................................... 33 Bijlage 4 – Actuele woningbouwplanning (concept december 2011) ............................................ 34 Bijlage 5 – Kwaliteitsinvesteringen bestaande woningvoorraad ................................................... 35 Bijlage 6 – Te verkopen woningen ............................................................................................ 36 Bijlage 7 – Toelichting woonruimteverdeling Woonburg en l’escaut............................................. 37
-3-
versie DEF 27 juni 2012
1. Inleiding 1.1
Vlissingen, stad aan zee
Vlissingen is de stad van havens, industrie en boulevards. Het heeft een stedelijk karakter en een stedelijke dynamiek. Het is een stad voor strandtoeristen en om uit te waaien. Daarnaast is het ook studentenstad voor middelbaar en hoger onderwijs en telde per 1 januari 2012 44.549 inwoners verdeeld over de kernen Vlissingen, Souburg en Ritthem. Geruime tijd wordt er door de gemeente samengewerkt met de corporaties aan (de verdere ontwikkeling van) Vlissingen. De woningbouwcorporaties l’escaut en Woonburg bezitten gezamenlijk ca. 1/3 van het totale woningbestand van ca. 21.000 woningen binnen Vlissingen, Souburg en Ritthem. Ze zijn hierbij een zeer belangrijke partij in het beheer en onderhoud van de gebouwde omgeving in de gemeente Vlissingen. In onderstaande illustratie is het bezit van l’escaut (in blauw) en Woonburg (in groen) weergegeven. De cijfers geven de verschillende buurten aan, zoals deze ook in de woonvisie zijn onderscheiden.
Afbeelding 1: woningbezit corporaties in Vlissingen. Blauw is eigendom l’escaut, groen is eigendom Woonburg.
l’escaut is de grootste corporatie binnen de gemeente Vlissingen met diverse woningen verspreid over met name Vlissingen en Souburg. Het motto van l’escaut is ‘samen werken aan wonen’: “Onze klanten vragen goede, toegankelijke en betaalbare woningen. Die bieden we en daarbij zijn kwaliteit en keuzes voor ons principes die er werkelijk toe doen. Ook zorgen we, met inzet van betrokkenheid en deskundigheid, samen met andere bewoners, de gemeente en andere instanties voor leefbare, vitale wijken. We zijn een steun in de rug voor mensen die vanwege hun inkomenspositie of vanwege andere beperkingen zonder hulp geen geschikte woning en woonomgeving kunnen vinden of niet zelfstandig kunnen wonen.” l’escaut is actief in de Vlissingse samenleving en is in staat om binnen de financiële kaders ten behoeve van de continuïteit van de bedrijfsvoering en rekening houdend met de toekomstige woonbehoeften de vereiste maatschappelijke prestaties te leveren. Woonburg is met name actief op Walcheren in de gemeente Veere en binnen de gemeente Vlissingen in Souburg en Ritthem. De missie van Woonburg is om “een bijdrage te leveren aan een goed thuis in een prettige woonomgeving. Woonburg is een maatschappelijke onderneming die haar kennis, energie en vermogen inzet in -4-
versie DEF 27 juni 2012
de volgende speerpunten: leefbaarheid in buurten en kernen, mensen met een kwetsbare positie op de woningmarkt, voldoende betaalbare goede woningen, de wens van de individuele klant.” Woonburg is actief in de Vlissingse samenleving en is in staat om binnen de financiële kaders ten behoeve van de continuïteit van de bedrijfsvoering en rekening houdend met de toekomstige woonbehoeften de vereiste maatschappelijke prestaties te leveren. De corporaties en de gemeente werken, ieder vanuit de eigen verantwoordelijkheid, samen aan diverse projecten. Als recente voorbeelden van de samenwerking zijn hierbij onder meer te noemen: • de structuur- en woonvisie uit 2009, die in nauw overleg met o.a. de corporaties tot stand is gekomen • de samenwerking l’escaut-gemeente binnen de prioriteringsgebieden en herstructureringsopgaven uit de woonvisie (Groote Markt, Middengebied en President Rooseveltlaan e.o.) • de samenwerking met Woonburg-gemeente in Souburg en Ritthem (Het Kroonjuweel, project ’t Zwaantje, zoeklocatie woningbouw Ritthem, Bachtenpoorte) • de betrokkenheid van corporaties bij de ontwikkelingsvisie Scheldekwartier (2011) • het gezamenlijk realiseren van twee brede scholen in het Middengebied (met l’escaut) en in Souburg (met Woonburg) • regulier 2-maandelijks bestuurlijk overleg tussen gemeente en corporaties • gezamenlijke uitvoering Lemon onderzoek naar de beleving van de woonomgeving • afstemming over beheer van de openbare ruimte; algemeen en op basis van ontwikkelingen/vragen • aansluiting bij de burgerschouwen die de gemeente uitvoert; zodat een gezamenlijk beeld ontstaat • overleg over leefbaarheid en burgerschap in buurten en wijken • containerdagen (opruim– en opschoon dag) in de wijken worden gezamenlijk uitgevoerd Vanuit de drie partijen bestaat de wens om wederzijds afspraken te maken om de ingezette beleidsdoelstellingen vanuit Gemeente en Corporaties te realiseren. Uitgangspunt hierbij is nu af te spreken wat concreet is (smart prestaties), en waar dit niet mogelijk is procesafspraken of agenderende afspraken vast te leggen. Partijen zijn er van overtuigd dat met deze overeenkomst de samenwerking tussen de gemeente Vlissingen en de corporaties verder wordt versterkt en dat juist deze versterking leidt tot het bereiken van de benoemde resultaten. 1.2 Toekomstige ontwikkelingen en veranderende omstandigheden De onzekerheid over de economische ontwikkelingen in de komende jaren is groot. Dat geldt ook voor de wijze waarop in het rijksbeleid wordt gereageerd op deze economische ontwikkelingen. In het regeerakkoord worden maatregelen aangekondigd die gevolgen kunnen hebben voor gemeenten en corporaties. Per 1 januari 2011 geldt nieuwe regelgeving omtrent staatssteun voor woningcorporaties naar aanleiding van een beschikking van de Europese Commissie. De Woningwet wordt naar aanleiding hiervan aangepast. De gevolgen van dergelijke externe ontwikkelingen op de woningmarkt in Vlissingen en het woonbeleid van gemeente en corporaties laten zich niet altijd voorspellen. Door het Rijk wordt een herziening van de Huisvestingswet voorbereid. De verwachting is dat in de loop van 2012 deze herziening in werking zal treden. Eén van de wijzigingen in het ontwerp van de wet betreft het woonruimteverdelingssysteem. In het ontwerp wordt een actievere rol voor de gemeente voorzien in het woonruimteverdelingssysteem. De besluitvorming hieromtrent wordt afgewacht. In het sociale domein voltrekken zich de komende jaren grote veranderingen. Met de invoering van de Wet maatschappelijke ondersteuning in 2007 is ingezet op een toenemende verantwoordelijk van de gemeente om inwoners zo lang mogelijk zelfstandig te kunnen laten wonen. Met de zogenaamde ‘Bestuursafspraken’ van 2011 wordt deze trend versterkt. Tussen 2012 en 2016 gaat de AWBZ-functie begeleiding over naar de Wmo en daarmee naar de gemeenten. Het gaat daarbij vooral om kwetsbare personen die niet zelfredzaam zijn zonder verblijfsindicatie. Daarnaast worden de gemeenten verantwoordelijk voor de volledige jeugdzorg (inclusief de jeugdbescherming en de jeugdreclassering). Verder zijn er belangrijke ontwikkelingen zoals het scheiden van wonen en zorg en de invoering van de Wet Werken naar Vermogen. Deze ontwikkelingen gaan gepaard met substantiële kortingen op budgetten. Mede gezien demografische ontwikkelingen vraagt dit een omslag van burgers (het meer uitgaan van eigen krachten) maar ook van gemeenten en corporaties. Het spreekt voor zich dat deze ontwikkelingen de relevantie van het leggen van verbindingen tussen het fysieke en het sociale domein versterken. Samen met de gemeenten Middelburg en Veere wordt gewerkt aan een sociaal perspectief 2020. In deze overeenkomst wordt waar mogelijk op de veranderingen ingegaan. -5-
versie DEF 27 juni 2012
Betaalbaarheidsheffing. Vanaf 2014 is de regering voornemens om een Betaalbaarheidsheffing op te leggen aan woningcorporaties. l'escaut en Woonburg betalen dan vanaf 2014 jaarlijks een bedrag van € 2 miljoen aan de Rijksoverheid. Dit zal gevolgen hebben voor de investeringscapaciteit van de woningcorporaties. Dit geldt met name voor de mogelijkheid om onrendabel te investeren in betaalbare huurwoningen. Corporaties voornemen tot fusie per 1-1-2013. Onder meer om de gevolgen van de betaalbaarheidsheffing te kunnen opvangen zijn de 3 Walcherse corporaties van plan om te fuseren en besparingen te organiseren op hun bedrijfslasten. De consequentie van dit voornemen is dat de derde woningcorporatie zal moeten worden geïnformeerd over het aangaan van deze prestatieafspraken. Woonburg en l'escaut verzorgen de informatie en besluitvorming over deze afspraken in samenspraak met Woongoed Middelburg. Gemeente en corporaties zijn zich er van bewust dat de genoemde ontwikkelingen kunnen leiden tot niet-voorziene situaties die aanpassing van deze overeenkomst wenselijk maken. Op het moment dat een van de partijen meent dat door het Rijksbeleid of andere externe oorzaken zodanige wijzigingen optreden dat deze gevolgen hebben voor de prestatieafspraken, wordt dit besproken in het bestuurlijk overleg tussen de gemeente en de corporaties. Daarbij geldt dat het uitgangspunt van deze overeenkomst is redelijkheid en billijkheid jegens elkaar, met inachtneming van elkaars gerechtvaardigde belangen. 1.3 Doelstellingen Doelstellingen van de prestatieafspraken tussen de gemeente en de corporaties zijn: a. een middel om integraal de verschillende beleidsterreinen in beeld te brengen en de onderlinge samenhang inzichtelijk te maken (communicatie); b. concrete afspraken te maken per beleidsterrein over de inzet van middelen (tijd, geld en personeel) voor projecten en diensten gedurende de looptijd van de prestatieafspraken (smart prestaties); c. vastleggen van procesafspraken of agenderende afspraken, waar concrete afspraken niet mogelijk zijn. 1.4
Totstandkoming
Deze prestatieafspraken komen volgens onderstaand proces tot stand.
Stap 1
Inventarisatie SWOT
Stap 2
Bepalen doelen en uitgangspunten
Stap 4
Stap 3
Concept Prestatie Afspraken
Bespreking College, Raad, RvC, Huurders vereniging etc
Stap 5
Vaststelling
SWOT: Strenghts (sterke punten), Weaknesses (zwakke punten), Opportunities (kansen), Threats (bedreigingen) Na een analyse van de beleidsplannen bij gemeente en corporaties, een inventarisatie van de sterke en zwakke punten, de kansen en de bedreigingen alsmede de bestaande plannen zijn in enkele workshops en bestuurlijke sessies de doelen en uitgangspunten van de prestatieafspraken bepaald. Het voorliggende concept wordt in januari 2012 tegelijkertijd besproken met diverse externe betrokkenen (huurdersverenigingen) en in de besluitvorming gebracht. In geval van ontwikkelingen die leiden tot nietvoorziene situaties die aanpassing van deze overeenkomst wenselijk maken, worden deze tevens besproken met externe betrokkenen (huurdersverenigingen) en vervolgens in de besluitvorming gebracht. 1.5 Communicatie Inhoudelijk staat in de prestatieafspraken beschreven dat partijen gezamenlijk de communicatie over Vlissingen en projecten vorm zullen geven. Aan deze prestatieafspraken wordt derhalve geen apart communicatietraject verbonden naast een persbericht. Per project en/of initiatief wordt apart een communicatietraject bepaald met de relevante partijen. -6-
versie DEF 27 juni 2012
2. Samenwerkingsovereenkomst Leeswijzer Onderliggend document, genaamd “Prestatieafspraken Gemeente Vlissingen – l’escaut – Woonburg 20122015” bevat de prestatieafspraken tussen de gemeente Vlissingen en de corporaties l’escaut en Woonburg voor de periode 2012 tot en met 2015. Hierbij worden de volgende hoofdthema’s onderscheiden: 1. Rollen en verantwoordelijkheden 2. Leefbaarheid van wijken en buurten 3. Dienstverlening 4. Vastgoed en omgeving 5. Financiën 6. Slotparagraaf Deze thema’s zijn door de gemeente en de corporaties zoveel mogelijk uitgewerkt tot concrete, uitvoeringsgerichte en meetbare prestatieafspraken. Waar dat niet goed mogelijk is, zijn de afspraken in ieder geval procedureel of agenderend van aard. De concrete afspraken zijn realistisch want getoetst op uitvoeringsaspecten zoals kennis, organisatie, tijd en geld. Procedurele afspraken leggen het moment van besluitvorming vast en de minimale inhoud van het besluit. Agenderende afspraken geven aan over welke onderwerpen partijen nader overleggen en op welk moment. De samenwerkingsovereenkomst is opgebouwd uit een linker pagina, met een toelichting en achtergronden en een rechterpagina: de feitelijke overeenkomst. De in de overeenkomst toegelichte begrippen zijn vetgedrukt weergegeven.
-7-
versie DEF 27 juni 2012
TOELICHTING Structuurvisie (vastgesteld 2009): De structuurvisie “Vlissingen, stad aan zee … een zee aan ruimte” is de integrale, samenbindende nota voor wat betreft de toekomstige ruimtelijke ontwikkelingen uit deze beleidsdocumenten. De structuurvisie geeft hiermee het kader voor de ruimtelijke ontwikkeling. De structuurvisie is een paraplu voor de reeds ingezette planvorming. De visie omvat geen grote veranderingen, maar legt vast wat goed is in de huidige notities, daarnaast wordt ingezoomd op gebieden zoals de Boulevards en de Buitenhaven. Er wordt ook een kader geschetst voor bestaande masterplannen zoals Kenniswerf en Scheldekwartier. Sectoraal wordt de structuurvisie verdiept, zoals met de woonvisie voor het thema wonen en de Toeristische nota en de visie boulevard voor het thema toerisme. Woonvisie (vastgesteld 2009): De gemeente Vlissingen zet met zijn woonbeleid in op kwaliteit boven kwantiteit. De focus van het beleid ligt op de bestaande woningvoorraad en de woonomgeving. Vlissingen zet in op de integrale wijkaanpak om Vlissingers, Souburgers en Ritthemers te laten stijgen op de woonladder. Kwalitatief goede huisvesting voor de verschillende doelgroepen is hierbij onmisbaar. De nieuwbouw die Vlissingen ontwikkelt is aanvullend op de bestaande woningtypen en woonmilieus. Binnen de regio zoekt Vlissingen vervolgens actief naar complementariteit en samenwerking om zowel de Vlissingse als regionale woningmarkt zich ten volle te kunnen laten ontwikkelen. Dit doen we niet alleen maar samen met de corporaties en andere maatschappelijke partners. De gemeente kiest hierbij voor de integrale wijkaanpak om de kwaliteitsverbetering te realiseren. Samen met haar maatschappelijke partners wordt vanuit fysiek en sociaal perspectief gewerkt aan de versterking van de leefbaarheid van de buurten. Met de integrale wijkaanpak zet de gemeente in op het benutten van kwaliteiten en het creëren van kansen van en voor de bewoners en de buurt. De rol en inbreng van de bewoners van een buurt is hierbij vanzelfsprekend van groot belang. Nota Grondbeleid Vlissingen (vastgesteld 2009): de nota dient als leidraad voor het handelen van de gemeente met betrekking tot grondbeleid. Daarnaast vormt deze nota het kader voor de sturing en verantwoording ten aanzien van het grondbeleid. Afhankelijk van de gewenste regievorm en de risico’s wordt gekozen voor een actief dan wel passief grondbeleid. In de periode 2000-2005 lag het accent sterk op het actieve grondbeleid. De laatste jaren ligt het accent op het passieve grondbeleid. Gemeentelijke programmabegrotingen: jaarlijks worden in de Gemeenteraad in november de integrale programmabegrotingen vastgesteld. Leefbaarheid: over de factoren die van invloed zijn op de leefbaarheid worden met de corporatie(s) afspraken gemaakt waar deze een gezamenlijke verantwoordelijkheid raken. De factoren die samen de “leefbaarheid’’ bepalen zijn: 1. Inkomen, 2. Mobiliteit, 3. Gezondheid, 4. Sociale integratie en collectieve redzaamheid 5. Veiligheid, 6. Wonen, 7. Woonomgeving, 8. Kwaliteit van voorzieningen. Deze hebben o.a. hun plek als indicator in het LEMON-onderzoek. Besluit Beheer Sociale Huursector (BBSH): In het BBSH zijn de spelregels voor woningcorporaties uitgewerkt. Het BBSH bevat onder meer informatie over toelating, wijziging van de statuten en fusies, werkzaamheden, beleidsvoorbereiding, verslaglegging van de wijzigingen in het toezicht, het intrekken van de toelating door minister en het betrekken van bewoners bij beleid en beheer. Portefeuillestrategie (SVB): Op strategisch, tactisch en operationeel niveau worden per complex van het hele woningbezit de toekomstplannen bepaald. Dit kan zijn renovatie, samenvoeging, sloop etc. Tijdelijke regeling diensten van economisch belang toegelaten instellingen: deze regeling is een uitwerking van een besluit van de Europese Commissie rondom bestaande en nieuwe staatssteun aan woningcorporaties. De regeling loopt vooruit op een herzieningswet voor woningcorporaties. In de kern bepaalt de regeling voor welke activiteiten van woningcorporaties staatssteun mogelijk is, in welke vorm staatssteun dan mag plaatsvinden en aan welke voorwaarden woningcorporaties moeten voldoen om als toegelaten instelling die staatssteun met recht te mogen ontvangen. -8-
versie DEF 27 juni 2012
PARTIJEN •
De gemeente Vlissingen, vertegenwoordigd door haar burgemeester, dhr. R.H. Roep, hierna te noemen: “De gemeente”.
en • l’escaut woonservice, vertegenwoordigd door haar directeurbestuurder, dhr. J. van Beekhuizen, hierna te noemen: “l’escaut”. en • Woonburg, vertegenwoordigd door haar directeurbestuurder, dhr. M. van der Wel, hierna te noemen: “Woonburg”.
OVERWEGENDE 1.
Dat de gemeente, l’escaut en Woonburg ieder een belangrijke verantwoordelijkheid hebben ten aanzien van het wonen en de leefbaarheid in de gemeente Vlissingen.
2.
Dat de gemeente en de corporaties l’escaut en Woonburg ernaar streven in een goede onderlinge samenwerking, op basis van onderling vertrouwen en met behoud van de eigen taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden, te komen tot een afstemming en realisatie van ieders volkshuisvestelijke doelstellingen.
3.
Dat de gemeente haar ambities rondom het thema wonen heeft vastgelegd in de Woonvisie 2010-2020 en dat l’escaut en Woonburg deze ambities onderschrijven. Dit betekent primair een keuze voor kwaliteitsverbetering van de bestaande woningvoorraad. Dit is tevens vertaald in de strategische voorraad beheerplannen van de corporaties.
4.
Dat partijen willen investeren in een goed sociaal-economisch evenwicht in de stad. De gemeente zet hiertoe diverse middelen in, zoals vastgelegd in de programmabegroting. Het woonbeleid is een onderdeel van de programmabegroting. Om dit woonbeleid te kunnen realiseren, beschouwen gemeente en corporaties elkaar als strategische partners die elkaar wederzijds betrekken bij de totstandkoming van beleid en de uitvoering van projecten.
5.
Dat de gemeente, l’escaut en Woonburg in dat kader gezamenlijke doelen nastreven en prestatieafspraken als een goed instrument zien om deze doelen te realiseren en de ambities kracht bij te zetten.
6.
Dat partijen als uitgangspunt hebben voor deze prestatieafspraken om rollen, taken en verantwoordelijkheden eenduidig vast te leggen, concrete afspraken te maken, en waar dit niet mogelijk is om procesafspraken te maken.
7.
Dat de beleidskaders op het beleidsterrein Wonen vastgelegd zijn in de volgende documenten van de betrokken partijen: a. Besluit Beheer Sociale Huursector (BBSH); b. Tijdelijke regeling diensten van economisch belang toegelaten instellingen; c. Nota Wonen, Zorg en Welzijn; d. Provinciale Woonvisie Zeeland; e. Structuurvisie 2020; f. Woonvisie 2010-2020; g. Gemeentelijke programmabegrotingen; h. Nota Grondbeleid Vlissingen; i. Ondernemingsplan 2009-2012 l’escaut; j. Ondernemingsplan 2009-2012 Woonburg; k. Strategisch Voorraad Beheer l’escaut; l. Strategisch Voorraad Beheer Woonburg. m. WMO plan
8.
Dat partijen zich realiseren dat wonen verder gaat dan alleen ‘stenen’ en dat onder de paraplu van leefbaarheid ook zorg, welzijn, veiligheid en beheer in dit kader van groot belang zijn.
KOMEN HET VOLGENDE OVEREEN -9-
versie DEF 27 juni 2012
TOELICHTING Regulier overleg: vaste agendapunten voor dit overleg: • voortgang prestatieafspraken • voortgang lopende projecten & beleidsstukken • nieuwe initiatieven: oppakken en rolverdeling • monitoring rapportage woningmarkt en stand van zaken wijken Vlissingen • communicatie Corporatie taken: de taken en verantwoordelijkheden van woningcorporaties zijn vastgelegd in het Besluit Beheer Sociale Huursector (BBSH). De Rijksoverheid stelt spelregels op voor woningcorporaties en houdt toezicht op hun activiteiten. Woningcorporaties zijn daarmee private organisaties met een wettelijke opdracht in het publieke domein. Vanuit die opdracht maar ook vanuit de eigen missie en visie zijn de corporaties aan het werk ten behoeve van de inwoners in de gemeente. De corporaties maken dit in de gemeente zichtbaar door de verhuur van betaalbare huurwoningen, het technisch en functioneel verbeteren van bestaande huurwoningen, de ontwikkeling van nieuwe huur- en koopwoningen en door het actief herstructureren van wijken, het bijdragen aan leefbaarheidsvraagstukken in de wijken en het ontwikkelen van huisvesting voor ouderen, gehandicapten en zorgbehoevenden. Gezamenlijke taken: op gebieden waar het wonen en volkshuisvestingbeleid raakt aan de sociale huurmarkt hebben gemeente en corporaties een gezamenlijke verantwoordelijkheid. Welzijn Nieuwe Stijl: in 2010 is het landelijke programma ‘Welzijn Nieuwe Stijl’ (WNS) gelanceerd voor het in de volle breedte benutten van de ruimte die de Wmo biedt voor maatwerk, verbinden en integraliteit. Het stimuleringsprogramma kent de volgende hoofddoelstellingen: • Gemeenschappelijker, uitgaande van een ‘maatschappelijke agenda’ die tot stand komt door een dialoog met maatschappelijke instellingen en het lokaal bestuur. • Professioneler/effectiever, het welzijnsaanbod is afgestemd op de visie van de gemeente en de vraag van de burger waarbij gestuurd wordt op resultaten en waar mogelijk op maatschappelijke effecten. • Efficiënter: de vraag naar duurdere voorzieningen wordt uitgesteld en het welzijnswerk is gericht op het versterken van het zelfregelend vermogen van de burger en het betrekken van de eigen sociale omgeving bij de ondersteuning. In het najaar van 2011 heeft de gemeenteraad de Startnotitie Welzijn Nieuwe Stijl Vlissingen vastgesteld. Met deze nota wordt ingezet op een andere organisatorische opzet van het Vlissingse welzijnswerk uitgaande van de pijlers ouderenwerk, jeugd- en jongerenwerk en leefbaarheid. Afgesproken is om deze pijlers in 2012 nader uit te werken, onder andere in samenspraak met de corporaties. Veiligheid & leefbaarheid: er is sprake van een actieve inzet van de buurtbemiddeling; dit kan in samenspraak met de corporatie worden ingezet per buurt of wijk waar dit nodig is. Ook is een samenwerkingsovereenkomst gesloten: “Ketenaanpak Woonoverlast Vlissingen van Politie, Gemeente en Woningcorporaties”. In 2012 wordt het programma ‘sociale veiligheid” uitgevoerd. Woonomgeving: er wordt ook in 2012 ingestoken op de thema’s: schoon heel en veilig. Een goede fysieke leefomgeving en burgerschap (Rapport Minister Donner) draagt bij aan de sociale cohesie. De corporatie sluit aan bij de burgerschouw die de gemeente al uitvoert. Ook worden schoonmaakacties en containerdagen weer samen uitgevoerd. Accenten zijn de participatietrajecten en het zelfbeheer in de openbare ruimte. Tussenrapportage uitvoering structuur- en woonvisie: de huidige structuur- en woonvisie 2020 zijn in december 2009 door de Raad vastgesteld. Onderdeel van deze visies is een uitvoeringsprogramma 2010-2015. e In de 2 helft van 2012 zal de stand van zaken met betrekking tot de uitvoeringsprogramma’s worden opgemaakt en zal worden bezien of een gedeeltelijke bijstelling nodig is. Huisvestingsverordening: momenteel wordt door de gemeente de huisvestingsverordening geactualiseerd. Doelstelling is om deze te actualiseren op basis van vernieuwde wetgeving en een betere basis te creëren voor de handhaving. De Huisvestingsverordening gaat in op het gebruik van woonruimte (omzetten, onttrekken, splitsen en samenvoegen) en vervangt de huidige Huisvestingsverordening 2006 en de Verordening Recreatiewoningen 1994. Planning is om deze medio 2012 vast te stellen.
-10-
versie DEF 27 juni 2012
1.
ROLLEN EN VERANTWOORDELIJKHEDEN
1.1
Overlegstructuren
1.2
a.
Op bestuurlijk niveau vindt er tweemaandelijks regulier overleg plaats tussen de gemeente en de beide corporaties gezamenlijk. De gemeente voert het secretariaat van deze overleggen. Eens per jaar heeft dit overleg het karakter van een overleg als bedoeld in artikel 25e van het BBSH (over voorgenomen corporatieactiviteiten in enig jaar).
b.
Per project, zoals beschreven in bijlage 3 vindt bestuurlijk en ambtelijk overleg plaats tussen gemeente en de betreffende corporatie. De frequentie, verschijningsvorm en secretariaatvoering van het projectoverleg wordt beschreven in het betreffende projectplan.
Verantwoordelijkheden a.
Gemeente i. ii. iii. iv. v.
b.
c.
1.3
Huisvesting van inwoners Opstellen integraal woonbeleid Verantwoordelijk voor aanleg, beheer en onderhoud van de openbare ruimte Signalerende en uitvoerende rol met betrekking tot de leefbaarheid Publiekrechtelijke rol bij opstellen van beleid en de begeleiding en toetsing van bouwplannen vi. Handhaving Corporatie i. Het betrekken van bewoners bij het beleid en beheer van de corporatie ii. Het waarborgen van de financiële continuïteit van de corporatie iii. Huisvest bij voorrang personen die door hun inkomen of door andere omstandigheden moeilijkheden ondervinden bij het vinden van passende huisvesting iv. Zet haar middelen voor het bouwen, beheren en verbeteren van woningen en woonomgeving zondanig in dat zoveel mogelijk wordt voldaan aan de eisen die ter plaatse in het belang van de huisvesting van de bevolking redelijkerwijs kunnen worden gesteld aan de kwaliteit van woongelegenheden. v. Draagt bij aan de leefbaarheid in de buurten en wijken waar haar woongelegenheden gelegen zijn. vi. Draagt bij aan het volgens redelijke wensen tot stand brengen van huisvesting voor ouderen, gehandicapten en personen die zorg of begeleiding behoeven. Gezamenlijk i. Partijen betrekken elkaar tijdig vóór vaststelling bij de wederzijdse (beleid)documenten. ii. Huisvesten statushouders.
Reguliere taken en onderzoek a.
Gemeentelijke reguliere taken en onderzoeken: i. formuleren beleid wonen-zorg-welzijn in het nieuwe WMO-beleidsplan (2012) ii. tussenrapportage uitvoering structuur- en woonvisie (2012) iii. opstellen nieuwe huisvestingsverordening (2012) iv. woningbouwprogrammering actualiseren (jaarlijks) v. afstemming in programmering in regio (jaarlijks) vi. actualisatie woonvisie in 2015
b.
Reguliere taken en onderzoeken van de corporaties: i. woningen verhuren ii. woningen verkopen iii. woningen onderhouden iv. woningtoewijzing aan primaire doelgroep en bijzondere doelgroepen v. leefbaarheidsmaatregelen en -activiteiten vi. woningmarktonderzoek (woningbehoefte)
-11-
versie DEF 27 juni 2012
TOELICHTING Wijkplan: kern van een wijkplan is dat kort en bondig per wijk staat weergegeven een analyse (wat is de staat van een wijk zowel in sociaal opzicht/beleving als fysiek met als bronnen zowel LEMON als wijkschouw als klachten/meldingen als inspectie riolering/wegen), en wat zijn de concrete projecten (sociaal/fysiek) voor de looptijd van een wijkplan.
Signaalfunctie: om vorm en inhoud te geven aan de signaalfunctie is een samenwerkingsovereenkomst gesloten : “Ketenaanpak Woonoverlast Vlissingen van Politie, Gemeente en Woningcorporaties”. Zowel de buurtbemiddeling als de ketenaanpak zijn al vergaande invulling van de samenwerking op het gebied van veiligheid en leefbaarheid in de wijken. Om de informatie uitwisseling te optimaliseren zal periodiek schriftelijk worden gerapporteerd. Hierbij worden aan de hand van de concrete ernstige overlast meldingen (klachten) de ervaringen uitgewisseld. Primair gebeurt dit tussen de gemeentelijke wijkcoördinator en de medewerkers wijkontwikkeling & beheer l’escaut) en de woonconsulenten (Woonburg). Deze rapportages per wijk zullen ter beschikking worden gesteld in het regulier overleg tussen gemeente en corporaties zodat inzichtelijk wordt gemaakt wat er speelt en kan tijdig worden geanticipeerd op ontwikkelingen. Ketenaanpak extreme woonoverlast: vaak is woonoverlast lastig te bewijzen. Het is lang niet altijd zodanig dat er strafbare feiten worden gepleegd, zodat er aangifte kan worden gedaan. Ook durven buren soms geen aangifte te doen of te getuigen als het tot een rechtszaak komt. Bovendien worden klachten over overlast de ene keer gemeld bij de corporatie en dan weer bij de politie of gemeente. Daardoor heeft geen van de partijen een compleet dossier om de complexe, extreme overlast (juridisch) te kunnen aanpakken. Door de voor de deelnemende partijen geldende privacywetgeving (o.a. Wet politiegegevens en Wet bescherming persoonsgegevens), kunnen de afzonderlijke dossiers niet zomaar gekoppeld worden. Omdat samenwerking op dit terrein, zeker bij extreme woonoverlast, duidelijk een toegevoegde waarde heeft, is onderzocht hoe de krachten kunnen worden gebundeld. Dit heeft die uiteindelijk uitgemond in de ondertekening van het “Convenant en Besluit informatie-uitwisseling in het kader van het samenwerkingsverband Woonoverlast Vlissingen”, door de samenwerkende partijen. De samenwerkende partijen zijn Woonburg, l'escaut, Politie Zeeland en gemeente Vlissingen en buurtbemiddeling. De samenwerking geschiedt onder de naam “ketenaanpak extreme woonoverlast huurders Vlissingen”. Voor de aanpak van woonoverlast hebben de betrokken instanties een aantal middelen tot hun beschikking. In de ketenaanpak extreme woonoverlast staat hoe deze instanties individueel de woonoverlast aanpakken, voordat de casus eventueel in behandeling komt bij de ketenaanpak extreme woonoverlast. Het gaat bij extreme overlast in de regel om een voortdurende en ernstige verstoring van het woongenot van derden. Het betreft woonoverlast die met reguliere instrumenten van de individuele organisaties niet kan worden opgelost. Om met succes extreme woonoverlast aan te pakken is het van het grootste belang om in ieder geval de afzonderlijke dossiers van gemeente, politie en Woonburg, l'escaut en buurtbemiddeling aan elkaar te koppelen. Dat kan door afspraken te maken in het kader van de ketenaanpak extreme woonoverlast huurders Vlissingen zoals beschreven in deze aanpak. Extreme woonoverlast wordt veroorzaakt waarbij sprake is van woonoverlast, waarvan door aard en/of frequentie een zodanige dreiging uitgaat dat het welzijn, de gezondheid, de veiligheid en/of leefbaarheid van omwonenden ernstig wordt aangetast. Deze overlast is meestal gerelateerd aan ernstige psychiatrische problematiek, psychische problematiek, psychosociale problematiek, alcohol- of drugsgebruik, drugshandel, criminaliteit, asociaal gedrag en intimidatie of een combinatie van deze factoren bij de veroorzaker.
-12-
versie DEF 27 juni 2012
c.
Gezamenlijke reguliere taken en onderzoeken: i. monitoren van de ontwikkelingen in de bestaande woningvoorraad (te koop, mutaties, leegstand, etc.). Op te nemen als vast agendapunt in het onder 1.1 genoemde regulier overleg. Format monitor volgens bijlage 1. ii. verdere invulling geven aan de implementatie van zelfbeheer in buurt en wijk iii. Partijen onderzoeken de mogelijkheid om te komen tot een convenant op het
gebied van ernstige overlastzaken samen met politie. iv. 2 jaarlijks onderzoek aandachtsgroep en beschikbare voorraad v. 2 jaarlijks LEMON-onderzoek naar de beleving van de buurt door haar bewoners. vi. invulling geven aan de Vlissingse implementatie van Welzijn Nieuwe Stijl. 1.4.
Wijkgericht werken a.
De Gemeente en de Corporaties staan een werkwijze voor waarin de wijkgerichte aanpak centraal staat.
b.
Binnen de wijkgerichte aanpak fungeert de Gemeente als wijkregisseur.
c.
De wijkregisseur stelt per wijk een wijkplan op, waarin op integrale wijze de wijk wordt geanalyseerd (sociaal en fysiek), de problemen worden benoemd en hoe en met welke organisaties deze problemen worden aangepakt.
-13-
versie DEF 27 juni 2012
TOELICHTING Wijkgericht werken: de wijkgerichte benadering overstijgt sectoren en afzonderlijke organisaties, het streven is een integrale aanpak waarbij de verschillende organisaties in de wijk samenwerken. Om dit te kunnen laten werken is een wijkregisseur noodzakelijk. Deze persoon/organisatie is de verbindende schakel tussen ruimtelijke ontwikkelingen in het openbaar gebied en het vastgoed, de sociaal-maatschappelijke ontwikkelingen en de bewoners en gebruikers van de wijken. Daarnaast zijn er veel organisaties die door hun veelvuldige en laagdrempelige aanwezigheid in de wijken fungeren als ogen en oren voor de wijkgerichte aanpak. De corporatie is één van deze organisaties. Zowel de gemeente als de corporaties hebben een werkwijze gericht op een wijk- en buurtgerichte benadering van hun werk: i. CtC-preventieplan Middengebied: samen met de actieve maatschappelijke partners uit het Middengebied wordt voor de wijk een preventieplan opgesteld volgens de CtC-methode. Deze is erop gericht op wetenschappelijke basis risicofactoren in de wijk te minimaliseren en beschermende factoren te activeren. De werkwijze resulteert in een uitvoeringsprogramma 2012-2013 voor de wijk, waaraan de maatschappelijke organisaties en de gemeente zich committeren. De gemeente heeft de regie over de totstandkoming en uitvoering van het preventieplan. Het uitvoeringsprogramma wordt opgesteld in overleg tussen gemeente en organisaties in wisselwerking met de jaarplannen. ii. Schoon, Heel & Veilig: met het wijk-en buurtgericht werken Schoon, Heel & Veilig is vijf jaar geleden een werkwijze geïmplementeerd waarbij activiteiten op het gebied van beheer en onderhoud en handhaving (APV) in de wijk op elkaar worden afgestemd. Dit is onderdeel van de reguliere werkzaamheden. Voor die zaken die buiten de reguliere werken vallen, is er voor de inwoners een aanspreekpunt georganiseerd in de vorm van een wijkcoördinator. Er is een indeling gemaakt in vijf wijken: Binnenstad/Scheldebuurt, Middengebied; Pauwenburg en Boulevards: Groot Lammerenburg en Souburg/Ritthem. LEMON-onderzoek: Leefbaarheid is een breed begrip waar zowel fysieke- en veiligheids - als welzijnsaspecten een rol spelen. Iedereen kan er zich wel iets bij voorstellen, met name omdat het hier gaat om de eigen beleving. Maar hoe meet en weet je hoe het ermee staat? Hoe verhoudt de leefbaarheid in de ene wijk zich tot die in een andere? En hoe volg je de ontwikkeling ervan in de tijd? Lemon ®, de leefbaarheidmonitor van RIGO, maakt het oordeel van bewoners over de leefbaarheid zichtbaar, meetbaar en vergelijkbaar. Leefbaarheid omvat uiteenlopende onderwerpen als veiligheid, voorzieningenniveau, rommel op straat, contact met de buren en woonplezier. Bewoners hebben over al die aspecten een oordeel. Lemon meet dat oordeel door bewoners dertien vragen voor te leggen. Elke vraag gaat over een specifiek aspect van leefbaarheid. De vragen bestrijken vier clusters die samen bepalend zijn voor de beleving van leefbaarheid: fysieke omgevingsaspecten, sociale omgevingsaspecten, criminaliteit en veiligheid, ‘dissatisfiers’. Burgerschouw: de gemeente voert dit een aantal keren per jaar uit in de diverse wijken en buurten. Een schouw is een georganiseerde rondgang door de wijk of buurt om de kwaliteit en de staat van onderhoud van de voorzieningen (huizen, winkels, gebouwen, groen, wegen, paden, watergangen, speelgelegenheden) “objectief” te beoordelen. Er zijn vaste meetinstrumenten voor ontwikkeld en de inwoners die hieraan mee doen leren op instructiemiddagen hoe er goed kan worden geschouwd, Met deze uitkomsten kunnen dan ook vergelijkingen per wijk en buurt worden gedaan omdat ze volgens de standaard zijn uitgevoerd onder begeleiding. Het doel is om aandachtspunten vast te stellen, die objectief gezien nodig moeten worden verbeterd en/of waar in de beleving van de inwoners de gemeente of corporatie nog wat zou kunnen verbeteren in het openbaar gebied. De resultaten vormen een belangrijke bouwsteen voor het opstellen van een wijkontwikkelplan. De burgerschouw wordt periodiek uitgevoerd. Er zijn reeds operationele afspraken gemaakt over de wijze van samenwerking op dit terrein.
-14-
versie DEF 27 juni 2012
2.
LEEFBAARHEID VAN WIJKEN EN BUURTEN a.
Uitgangspunt van het beleid van gemeente en corporaties is het wijk- en buurt gericht werken; maar ook per thema en activiteit wordt vanuit de gemeente ingezet op doelgroepen..
b.
De uitvoering van het Schoon, Heel & Veilig beleid wordt door de corporaties waar mogelijk ondersteund en operationele samenwerking gezocht. Dit wordt bewaakt door de gesprekspartners van de afdeling beheer leefomgeving, die als aanspreekpunt fungeren voor de inzet door de buitendiensten.
c.
De gemeente organiseert gemeentebreed een herkenbaar en toegankelijk fysiek beheer van de openbare ruimte teneinde deze schoon en heel te houden. Hetzelfde geldt voor een herkenbaar en toegankelijk sociaal beheer teneinde de openbare ruimte veilig te houden.
d.
Momenteel wordt de Startnotitie Welzijn Nieuwe Stijl door de gemeente uitgewerkt aan de hand van de pijlers ouderenwerk, jeugd- en jongerenwerk en leefbaarheid. De corporaties worden bij dit traject betrokken. Medio 2012 zal binnen het College van B&W hierover besluitvorming plaatsvinden.
e.
De corporaties investeren ieder jaarlijks in het kader van Welzijn Nieuwe Stijl. De bijdrage van de corporaties en de inzet van deze middelen wordt in gezamenlijk overleg bepaald.
f.
De woningbouwcorporaties, de politie en de gemeente hebben uitgesproken structureel een keer in de twee jaar een gezamenlijke monitoring (breed LEMONonderzoek) te doen naar de leefbaarheid en veiligheid binnen de gemeentegrenzen. Aan de hand van de resultaten van deze monitoring zal elke partner een eigen actieplan opstellen om de leefbaar- c.q. veiligheid in de gemeente daadwerkelijk te verbeteren en deze afgestemd met elkaar uit te voeren. De kosten hiervoor worden naar rato verdeeld (zie artikel 5.f).
g.
L’escaut, Woonburg en de gemeente stellen elkaar op de hoogte van hun beheeractiviteiten met betrekking tot de woningen en de woonomgeving, om activiteiten waar wenselijk, mogelijk en redelijk op elkaar af te stemmen en het effect van die activiteiten te optimaliseren. De gemeente (wijkcoördinator) organiseert hiertoe regelmatig een wijkbeheeroverleg.
h.
De gemeente heeft meetinstrumenten ontwikkeld voor een georganiseerde rondgang door de wijk of buurt om de kwaliteit en de staat van onderhoud van de voorzieningen “objectief” te beoordelen. Eénmaal per jaar worden voor deze reguliere rondgangen L’escaut, Woonburg , de betrokken huurdersverenigingen HVL en de huurdersvertegenwoordiging van Woonburg en leden van dorpsraden c.q. wijkplatforms uitgenodigd voor een burgerschouw . De gemeente, in casu het aanspreekpunt van de afdeling beheer leefomgeving, neemt hiertoe het initiatief.
i.
De uit de periodieke schouw voortkomende aandachtspunten voor verbetering worden voor zover mogelijk en redelijk ingepast in de reguliere beheeractiviteiten van l’escaut, Woonburg en de gemeente. Na elke schouw worden de resultaten gepubliceerd via internet, waar de leden van de betrokken dorpsraden c.q. wijkplatforms en de huurdersverenigingen en alle inwoners dit kunnen lezen.
j.
L’escaut en Woonburg stimuleren en faciliteren in alle woon(zorg)complexen een bewonerscommissie en/of klankbordgroep.
k.
Vier jaar na vaststelling van een wijkplan wordt bekeken of actualisatie van een wijkplan benodigd is.
l.
Planning wijkplannen: Middengebied en Groot Lammerenburg vaststelling in 2012; Souburg/Ritthem en Binnenstad/Scheldebuurt vaststelling in 2013; Paauwenburg/Boulevards vaststelling in 2014. Zie bijlage 1 voor de aanduiding van de begrenzingen.
m. De corporaties hebben binnen de totale wijkgerichte aanpak een belangrijke signalerende functie in de wijk. n.
De corporaties en de wijkcoördinatoren rapporteren elkaar per kwartaal schriftelijk over de stand van zaken in de wijken (zie bijlage 2). -15-
versie DEF 27 juni 2012
TOELICHTING Buurtbemiddeling: Buurtbemiddeling is een methode, die in het Nederlandse opbouwwerk gehanteerd wordt
om de leefbaarheid in de buurt te vergroten. Bij buurtbemiddeling worden de problemen tussen buurtbewoners aangepakt door middel van inschakeling van vrijwilligers in de buurt, die vooraf getraind zijn in conflictbemiddeling. In veel gevallen gaat het daarbij om problemen, die veroorzaakt worden door als hinderlijk ervaren gedrag van buurtgenoten. Buurtbemiddeling wordt niet toegepast als er lichamelijk geweld is gebruikt of wanneer een partij niet aanspreekbaar is. In die gevallen wordt hetzij de politie, hetzij de geestelijke gezondheidszorg ingeschakeld. Als voordeel van buurtbemiddeling wordt gezien, dat problemen tussen buren minder snel escaleren. Na een experimentele start in enkele Nederlandse gemeenten wordt deze methode nu verspreid over het hele land toegepast. Het initiatief voor buurtbemiddeling wordt genomen door gemeente, politie, woningcorporatie, welzijnsorganisatie en/of het Openbaar Ministerie. Buurtbemiddeling Vlissingen is een gezamenlijk initiatief van gemeente Vlissingen, Politie Zeeland, L’escaut woonservice, Woonburg en Stichting Welzijn Middelburg. Voor de financiering van buurtbemiddeling geldt dat de gemeente de helft van de totale kosten op zich neemt; de andere helft wordt naar rato van het aantal VHE’s verdeeld onder de twee corporaties. Schuldhulpverlening: partijen streven naar maximale hulp voor bewoners die in betalingsproblemen komen. De corporaties hebben hiervoor een streng, maar klantgericht incassobeleid en een gematigd deurwaarders- en ontruimingsbeleid. L’escaut en Woonburg zijn hiertoe voornemens in de eerste helft van 2012 een “Convenant Schuldhulpverlening” met Orionis te sluiten om huurders met huurschuld te begeleiden en woningontruiming te voorkomen bij degenen die bereid zijn betalingsafspraken te maken en die ook nakomen. Woonherkansen: woonherkansen biedt cliënten, die intramuraal uitbehandeld zijn en zelfstandig willen gaan wonen, hulp bij die nieuwe kans. Het betreft cliënten, waarvan verwacht wordt dat ze meer begeleiding nodig hebben buiten de reguliere nazorg. Doelstelling is om marginalisering te voorkomen na verblijf op Emergis. Aanmeldingen komen vanuit alle sectoren. Vanuit de sector verslavingszorg, maar ook vanuit volwassenzorg en langdurig zorg en wonen. Er wordt per traject afgerekend. ‘Woon(her)kansen Walcheren; De keten in beeld’ (dec. 2009/feb. 2011): “De centrumgemeente, de woningcorporaties en de gemeenten op Walcheren hebben zich bereid verklaard Woon(her)kansen structureel te financieren met ingang van 2010. De Walcherse corporaties hebben toegezegd de loonkosten voor coördinatie ad € 1.000,-- per traject op zich te nemen, waarbij de betrokken woningcorporatie per traject inkoopt en afrekent. Deze coördinatiekosten maken deel uit van de totale trajectprijs ad € 4.000,--. Voor de wooncorporaties geldt ook voor 2011 de afgesproken trajectprijs van € 1.240,- per traject. Het resterende bedrag per traject (€ 4.000,- - € 1.000,- - € 1.240,- = € 1.760,-) wordt door de gemeente (WMO) bijgedragen. Deze constructie geldt tot en met 2012.
Starterslening: De gemeente Vlissingen maakt gebruik van het instrument Starterslening. De starterslening is bedoeld om het verschil te overbruggen tussen de totale aankoopkosten van een woning en het maximale bedrag dat de aanvrager (op basis van het inkomen en volgens de normen van de Nationale Hypotheek Garantie) bij de bank kan lenen. Het is een speciale lening via het Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederland, die de eerste drie jaar aflossingsvrij en renteloos is. Groeit het inkomen na verloop van tijd, dan gaat het betalen van rente en aflossing hiermee in de pas lopen. De starterslening is bestemd voor nieuwbouw woningen én bestaande woningen. De gemeente Vlissingen heeft een verordening starterslening waarin de voorwaarden (o.a. maximaal te lenen € 30.000,-) staan waaraan u moet voldoen om voor een starterslening in aanmerking te komen. Het karakter van dit fonds is revolverend. De omvang van het fonds varieert. Het college is voornemens de beschikbare middelen te verruimen (zie ook www.vlissingen.nl/starterslening). Kopen naar Wens: Kopen naar Wens is een koopvorm, waarbij een korting wordt geboden op de getaxeerde verkoopwaarde. Woonburg hanteert het bedrag van € 30.000 als korting. De korting heeft de vorm van een uitgestelde betaling. De betaling is opeisbaar, zodra de koper zijn/haar woning zelf opnieuw verkoopt. De woningcorporatie heeft geen terugkoopplicht, maar mag wel terugkopen. De korting van € 30.000 wordt gekoppeld aan de Prijsindex Bestaande Woningen (PBW). Als de index verandert wordt het nog te betalen bedrag hiervoor gecorrigeerd. Een waardevermeerdering door verbouwing/verbetering komt geheel aan de koper toe.
-16-
versie DEF 27 juni 2012
3.
DIENSTVERLENING a.
L’escaut en Woonburg hebben de inspanningsverplichting dat op jaarbasis > 65 % van de vrijkomende woningen voor verhuur worden toegewezen aan reguliere woningzoekenden.
b.
L’escaut en Woonburg hebben afspraken gemaakt met Orionis Walcheren over schuldhulpverlening bij hun huurders, vast te leggen in 2012 in het “Convenant Schuldhulpverlening”.
c.
De corporaties voeren een sociaal uitzettingsbeleid. Bij overlast door huurders wordt door de corporaties snel en kordaat ingezet op buurtbemiddeling, woonherkansing en de ketenaanpak woonoverlast. Indien dit geen soelaas biedt, steunt de gemeente de corporaties bij ontruimingsprocedures.
d.
De centrumgemeente, de woningcorporaties en de gemeenten op Walcheren hebben zich bereid verklaard Woon(her)kansen structureel te financieren. Hierover zijn concrete afspraken vastgelegd tot en met 2012. Partijen zetten zich in om deze constructie na 2012 te continueren.
e.
Gemeente en corporaties passen instrumenten toe om starters op de koopmarkt in Vlissingen te ondersteunen:
1. 2.
3.
De gemeente zet gedurende de looptijd van de prestatieafspraken de regeling voor de zogenaamde starterslening voort. De woningcorporaties hebben diverse instrumenten beschikbaar om starters op de woningmarkt het kopen te vergemakkelijken. l’escaut middels verkoop van het woningbezit, de kluswoningen in de Engelse Wijk (ook voor niet-starters). Woonburg middels Kopen naar Wens, verkoop van het woningbezit en de kluswoningen in Souburg-Zuid (ook voor niet-starters) gedurende de looptijd van de prestatieafspraken. Het is niet mogelijk om de ‘starterslening’ van de gemeente te combineren met de ‘Koopgarantregeling’.
f.
De gemeente garandeert voldoende projectbegeleidingscapaciteit (projectleiding, stedenbouwkundige randvoorwaarden, RO-begeleiding, vergunningen) voor de projecten opgenomen in bijlage 3 en zoals geconcretiseerd in de projectplannen voor deze projecten. Dit wordt ook als zodanig vastgelegd in de samenwerkingsovereenkomst van dat project.
g.
L’escaut en Woonburg garanderen voldoende projectbegeleidingscapaciteit (projectleiding, architecten, onderzoeken, vergunningen, uitvoering) voor de projecten opgenomen in de bijlage 3 en zoals geconcretiseerd in de projectplannen voor deze projecten. Dit wordt ook als zodanig vastgelegd in de samenwerkingsovereenkomst van dat project.
h.
Gemeente, Woonburg en l'escaut sluiten in 2012 een samenwerkingsovereenkomst ten behoeve van woningaanpassingen voor mindervaliden. Hiermee wordt vastgelegd hoe de WMO op dit gebied wordt uitgevoerd. Gemeente bepaalt de noodzaak van voorzieningen o.b.v indicatie van de aanvragers en corporaties voeren de voorzieningen uit in hun woningen.
-17-
versie DEF 27 juni 2012
TOELICHTING Primaire doelgroep: L’escaut en Woonburg richten zich in principe op de hele woningmarkt van Vlissingen. Kerntaak van de corporaties ligt bij de primaire doelgroep die in Vlissingen bestaat uit ongeveer 7.100 huishoudens (maximaal belastbaar inkomen op jaarbasis van € 34.085,- per 1-1-2012). 1.280 daarvan hebben een koopwoning en vallen dus buiten de doelgroep van de sociale verhuurders. Vlissingen heeft momenteel ongeveer 7.200 huurwoningen in de goedkope en betaalbare prijsklasse. Ca. 1.100 mensen uit de aandachtsgroep hebben geen behoefte aan een zelfstandige woning (zoals studenten en zorgvragers). Voor de resterende aandachtgroep van 7.100 – 1.100 – 1.280 = 4.720 huishoudens zijn hiermee voldoende betaalbare woningen in de voorraad aanwezig.1. Van die groep maken ongeveer 3.600 huishoudens gebruik van huurtoeslag2. De corporaties bedienen daarnaast in beperkte mate ook de overige huishoudens met hogere inkomens. Taakstelling huisvesting statushouders: de taakstelling per gemeente wordt jaarlijks bepaald door het Rijk, gebaseerd op de verwachte instroom van asielzoekers. De taakstelling huisvesting statushouders voor 2012 bedraagt 30.
Kwantiteit: de totale woningvoorraad van Vlissingen omvat 22.055 woningen (1 januari 2011). Hiervan zijn 9.565 huurwoningen (43%). De corporaties hebben hiervan 8.450 woningen in bezit. Van deze voorraad zit nu ongeveer 7.200 woningen in de categorie goedkoop en betaalbaar. Goedkope en betaalbare woningvoorraad: Goedkope voorraad: huurwoningen met een huurprijs tot maximaal € 366,37 (prijspeil 2012) Betaalbare voorraad: huurwoningen met een huurprijs van € 366,38 tot maximaal € 561,98 (prijspeil 2012) Spreiding: l’escaut, Woonburg en de gemeente vinden het wenselijk dat er een evenwichtige spreiding van de kernvoorraad over de diverse stadswijken en dorpen is. Kwaliteit: kwaliteitsverbetering is een primair uitgangspunt van de Woonvisie. De Gemeente is hierbij primair verantwoordelijk voor het openbaar gebied (woonomgeving) en de corporaties voor het vastgoed. Partijen willen de woningvoorraad in de stad meer diversiteit en een kwaliteitsimpuls geven. Dat betekent bijvoorbeeld dat er meer huurwoningen zullen worden toegevoegd aan de bovenkant van de woningvoorraad. Partijen zetten zich ook in voor de bevordering van de doorstroming op de woningmarkt. In dat kader zal de komende jaren ook fors geïnvesteerd worden in de bestaande sociale woningvoorraad. Een substantieel deel van de sociale woningvoorraad zal de komende jaren worden vernieuwd om te kunnen voldoen aan de veranderde kwaliteitsvraag van de bewoners van Vlissingen. Daarom zullen er ook nieuwe betaalbare huurwoningen worden toegevoegd aan de voorraad, om specifieke doelgroepen van het beleid te kunnen bedienen. WMO: wet maatschappelijke ondersteuning; regelt een samenhangend aanbod van zorg- en welzijnsvoorzieningen die gemeenten verstrekken aan mensen die zorg nodig hebben, bijvoorbeeld huishoudelijke verzorging, woningaanpassingen of vervoer naar dagactiviteiten; gericht op het bevorderen van maatschappelijke participatie en civil society. De gemeente is verplicht iedere vier jaar een beleidsplan in het kader van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) vast te stellen. In dit plan worden de voornemens vastgelegd met betrekking tot onder andere het bevorderen van sociale samenhang en leefbaarheid, ondersteuning jeugd, deelname van burgers aan het maatschappelijk verkeer en de zorg voor kwetsbare groepen. De Wmo gaat uit van het versterken van de leefomgeving. De relatie met het woonbeleid en de leefbaarheid is dus belangrijk. Het eerste plan had betrekking op de periode 2007 – 2011 en was vooral gericht op de invoering van de wet en de nieuwe taken (met name de verantwoordelijkheid voor de hulp bij het huishouden). In 2012 zal een nieuw plan opgesteld worden voor de periode 2012 – 2015. Daarbij zal de relatie wonen, zorg en welzijn nadrukkelijker voor het voetlicht komen. Dit mede gezien de decentralisaties die op de gemeente afkomen.
1 2
Bron: Woonvisie 2010-2020 gemeente Vlissingen Bron: Stadsmonitor 2006 -18-
versie DEF 27 juni 2012
4.
VASTGOED EN OMGEVING
Doelgroepen
a.
L’escaut en Woonburg garanderen voldoende betaalbare woningen beschikbaar te hebben voor het huisvesten van de primaire doelgroep. L’escaut en Woonburg streven naar een minimale slaagkans van 10% voor het verkrijgen van een gewenste woning (zie blz 32 voor de definitie van slaagkans). De effectieve slagingskans is sterk afhankelijk van het gewenste woningtype, de kwaliteit en de locatie.
b.
L’escaut en Woonburg garanderen daarnaast: 1. de beschikbaarheid van de gemeentelijke taakstelling met betrekking tot de huisvesting van vergunninghouders (gemiddeld 35 woningen/jaar, gelijkmatig over het jaar aangeboden) 2. de beschikbaarheid van voldoende woningen voor mensen met een functiebeperking. 3. huisvesting voor uitstroom uit de daklozenopvang en vrouwenopvang in samenwerking met de gemeente (Wmo). De huisvesting van de uitstroom uit bijzondere woonvoorzieningen is bepaald op maximaal 30 woningen per jaar, waarbij woningcorporaties en instellingen aantallen woningen met elkaar afspreken voor toewijzing aan (ex-) cliënten.
c.
De Walcherse corporaties hebben een regionaal woonruimteverdelingbeleid. Dit beleid is geaccordeerd door de drie Walcherse gemeenten. Bij voorgenomen veranderingen van het toewijzingsbeleid informeren l’escaut en Woonburg de gemeente vooraf.
d.
Partijen bezitten de volgende instrumenten om de doorstroming te bevorderen: 1) Voldoende passend aanbod om mensen te verleiden door te stromen (passende woningen van goede kwaliteit in aantrekkelijke woonomgeving). In dit kader voeren partijen de programma’s ten aanzien van nieuwbouw, woningverbetering, herstructurering en samenvoeging, verkoop en sloop uit, zoals opgenomen in de gemeentelijke woonvisie en de SvB’s van de corporaties. 2) De inzet van Kopen naar Wens door Woonburg. 3) De inzet van de Starterslening door de gemeente.
Bestaande voorraad: kwantiteit e.
De corporaties garanderen dat de omvang van de voorraad in de prijscategorie ‘goedkoop en betaalbaar’ ten minste 5.400 woningen bedraagt (3.600 + een veiligheidsmarge van 50%).
f.
De evenwichtige spreiding van de kernvoorraad over de diverse stadswijken en dorpen wordt meegenomen in de herstructurerings- en wijkplannen.
g.
L’escaut en Woonburg faciliteren, in nauw overleg met de betrokken instellingen en binnen de kaders van het gemeentelijke beleid, voorzieningen voor maatschappelijke opvang en woningen voor bijzondere doelgroepen. Over de aard en omvang worden in het overleg, zoals bedoeld in artikel 1.1a concrete afspraken gemaakt.
Bestaande voorraad: kwaliteit h.
Kwaliteitsinvesteringen bestaande voorraad 1. L’escaut pleegt investeringen in haar bezit conform haar portefeuillestrategie 2012 (zie bijlage 5) 2. Woonburg pleegt investeringen in haar bezit conform haar portefeuillestrategie 2012 (zie bijlage 5) 3. De voortgang van de uitvoering van de portefeuillestrategie van de corporaties komt aan de orde in het overleg zoals beschreven in artikel 1.1a van deze prestatieovereenkomst.
-19-
versie DEF 27 juni 2012
TOELICHTING Zeeuws Convenant Integrale Woonkwaliteit: dit convenant uit 2002 is de opvolger van het "Zeeuws convenant Duurzaam Bouwen". Zij heeft zich daarmee verplicht om bij het bouwproces zoveel mogelijk rekening te houden met milieu-aspecten. Deze milieu-aspecten staan vermeld in het zogenaamde "Nationaal Pakket". Hierin zijn 46 milieumaatregelen opgenomen, waarvan circa 11 vaste. Deelnemers aan het convenant nemen deze 11 maatregelen mee in het bouwproces. Subsidies DPW: de Provincie Zeeland heeft een stimuleringsfonds 'Duurzame Particuliere Woningverbetering' (DPW) ingesteld met een totaal budget van 3 miljoen euro. De Provincie heeft het budget ondergebracht bij het Stimuleringsfonds Volkshuisvesting (SVn). De stimuleringslening DPW kan gebruikt worden om gebreken aan het casco van een huis te laten repareren, om het water- en energieverbruik van een woning terug te brengen, om een huis beter te isoleren, en om een woning levensloopbestendig te maken zodat deze langer gebruikt kan blijven. Ook kan met maximaal 30% van het geleende bedrag de badkamer en/of keuken vernieuwd worden. De lening heeft de volgende voorwaarden: • de woning van de leningaanvrager heeft een maximale WOZ-waarde van € 170.000,• de hoofdsom van de stimuleringslening bedraagt maximaal € 30.000,- en minimaal € 5.000,• het rentepercentage is 1 procent • de maximale looptijd van de lening is 20 jaar en de voorlopige einddatum voor het aanvragen van de lening is 31-12-2013. • maximaal 30 procent van het geleende bedrag mag worden gebruikt voor het vernieuwen van een badkamer en keuken • er dient zoveel als mogelijk gebruik te worden gemaakt van duurzaam geproduceerde bouwmaterialen. Convenant Energiebesparing Corporatiesector: dit is een convenant uit 2008 ondertekend door Aedes, het vm. Ministerie van VROM en de Nederlandse Woonbond met een looptijd tot 2020. Voor de bestaande bouw is het de bedoeling in de komende 10 jaar ten minste 20 procent te besparen op het gasverbruik (ten opzichte van het referentiejaar 2008). Voor nieuwbouw is de doelstelling het energieverbruik per 1 januari 2011 te verlagen met 25 procent. Vanaf 1 januari 2015 moet dat 50 procent zijn. Woningbouwafspraken: op Walchers schaalniveau zijn afspraken gemaakt over de woningbouwprogrammering en herstructurering voor de periode 2010-2020. Binnen Walcheren is het Scheldekwartier hierbij topprioriteit. Woonkeur: begin jaren negentig introduceerden de ouderenbonden het begrip 'levensloopbestendig bouwen'. De eisen hiervoor werden uitgewerkt in het Handboek Seniorenlabel, later grotendeels overgenomen in het Handboek WoonKeur. In 1998 werden tevens eisen voor bezoekbaarheid en aanpasbaarheid opgenomen in het handboek, dat daarmee verschillende eisenpakketten combineerde (eisen voor aanpasbaar bouwen uit het Handboek voor toegankelijkheid, Seniorenlabel, Politiekeurmerk veilig wonen en het Handboek Woningkwaliteit van de vrouwenadviescommissies). Verdunningsopgave: de geformuleerde verdunningsopgave heeft een direct verband met de toevoeging van sociale (huur)woningen op het Scheldeterrein en de totale woningbehoefte in Vlissingen. Dit staat verder beschreven in de gemeentelijke woonvisie.
-20-
versie DEF 27 juni 2012
i.
Waar mogelijk zullen alle nieuw te bouwen woningen en woongebouwen voldoen aan de eisen uit het Zeeuws convenant integrale woonkwaliteit.
j.
De gemeente continueert voor de periode van deze prestatieafspraken het instrument Duurzame Particuliere Woningverbetering (DPW) onder de voorwaarde dat de Provincie Zeeland dit instrument continueert.
Wijzigingen in duurzaamheid De corporaties hebben het Convenant Energiebesparing Corporatiesector ondertekend. k.
Feitelijke uitvoering van dit convenant is vastgelegd in de SvB’s van de corporaties. Nieuwbouw doelstelling is cf. wettelijk geldende normen bouwbesluit. l. l’escaut heeft de ambitie om in 2020 haar woningbezit op gemiddeld een energielabel C te brengen. l’escaut realiseert uiterlijk in 2015 een kleinschalig pilotproject als onderdeel van het Middengebied 3e fase met als doelstelling een CO2-neutraal project te realiseren. m. Woonburg heeft de ambitie om in 2020 haar woningbezit op gemiddeld een energielabel B te brengen. Wijzigingen op de voorraad Sloop, nieuwbouw, verkoop en samenvoeging/onttrekking, herstructurering en woningverbetering n.
Herstructurering en verdunning 1. Het definiëren van nieuwe herstructureringprojecten vindt plaats in overleg tussen gemeente en corporaties, met de woonvisie en portefeuillestrategieën als onderlegger. Op basis van de doelstellingen van de woonvisie wordt gezamenlijk een nieuwbouwprogramma opgesteld. 2. Partijen hebben een verdunningsopgave van 320 woningen in de herstructureringsprojecten tot 2020. De verdunning dienen te worden gerealiseerd in de buurten: Bonedijkestraat e.o., Scheldestraat e.o., Oude Binnenstad, Hercules Segherslaan en Bloemenlaan e.o. 3. Per herstructureringslocatie zullen vooraf afspraken worden gemaakt over het te realiseren programma:
o.
De gemeente heeft een woningbouwprogrammering 2012-2021 vastgesteld (zie bijlage 4). Deze wordt jaarlijks geactualiseerd. In deze planning zijn de maximale aantallen te realiseren woningen opgenomen. De gemeente spant zich in om hierover in regionaal en provinciaal verband woningbouwafspraken te maken met andere overheden.
p.
De gemeente is in het kader van de WMO verantwoordelijk voor de individuele aanpassingen achter de voordeur.
q.
Nieuwbouw zorg: 1) De gemeente is in het kader van de WMO verantwoordelijk voor de individuele aanpassingen achter de voordeur 2) In de bouw- en verbouwplanning van de corporaties in de periode van deze prestatieafspraken zijn geen projecten aan de orde waarbij bestaande woningen geschikt gemaakt zullen worden voor senioren. Mocht zich dit in de planperiode toch voordoen, dan wordt uitgegaan van Woonkeur.
-21-
versie DEF 27 juni 2012
TOELICHTING
-22-
versie DEF 27 juni 2012
r.
De gemeente investeert in het openbaar gebied voor de projecten zoals beschreven in bijlage 3 vanuit de Rijksmiddelen van het ISV en haar eigen stadsvernieuwingsmiddelen in de prioritaire gebieden zoals deze zijn vastgelegd in de woonvisie.
s.
Nieuwbouw 1. Partijen komen overeen dat de Walcherse corporaties gezamenlijk op het terrein van het Scheldeterrein een bijdrage leveren aan de doelstelling in de ontwikkelingsvisie Scheldekwartier 2011 om binnen de planning van de Ontwikkelingsvisie 330 sociale huur- of koopwoningen te ontwikkelen cq over te nemen van derden (in het geval van sociale huur).
t.
Portefeuillestrategieën 1. L’escaut: Investeringsprogramma SVB l’escaut 2012 - 2015 e (aantallen afgerond en exclusief Scheldekwartier, inclusief plannen herstructurering Middengebied 3 fase, Groote Markt, Verkuyl Quakkelaarstraat) Nieuwbouw 2012 – 2015: totaal 175 woningen, waarvan: 20 grondgebonden koopwoningen 85 grondgebonden huurwoningen 70 appartementen met lift Renovatie (zie bijlage 5) L’escaut voert geen ‘renovatie’ projecten uit (waarbij renovatie = herstellen en wanneer nodig gedeeltelijk vernieuwen van een bestaand pand, waardoor het weer bruikbaar wordt naar de huidige maatstaven en normen). Wel zijn er meerdere complexen waar forse investeringen staan gepland. Het betreft hier werkzaamheden aan de schil van een woning (bijvoorbeeld herstellen van voegwerk, vervangen dak etc). In een aantal gevallen worden deze werkzaamheden eerst uitgevoerd voordat deze woningen in de verkoop gaan. Sloop 2012 – 2015: totaal 230, waarvan: 20 grondgebonden woningen 210 etagewoningen zonder lift Verkoop: prognose 2012 – 2015: 151 woningen -
2.
Woonburg:
Investeringsprogramma SVB Woonburg 2012 - 2015 (aantallen afgerond en exclusief Scheldekwartier)
Nieuwbouw 2012-2015: totaal 45 woningen (EGW en seniorenwoningen), waarvan: -
30 huurwoningen 15 koopwoningen
Renovatie: Sloop:
2012-2015: 74 (eengezinswoningen) zie bijlage 5 2012-2015: 52 (eengezinswoningen)
Verkoop: aangeboden uit de woningvoorraad 129 - aan huurders in Vlissingen: 99 - na renovatie het Zwaantje: 30
-23-
versie DEF 27 juni 2012
TOELICHTING Investeringen in duurzaamheid: uit de portefeuillestrategie 2011 gaat l’escaut tot 2020 vooralsnog uit van een investeringsbedrag van 13 miljoen om de ambitie in het kader van de energiemaatregelen (gemiddeld label C) te behalen. Uit de portefeuillestrategie 2011 gaat Woonburg tot 2020 vooralsnog uit van een investeringsbedrag van 4 miljoen om de ambitie in het kader van de energiemaatregelen (gemiddeld label B) te behalen. Achtervang: het betreft hier heel Vlissingen en betreft ook herfinancieringen van bestaande leningen. Voor de corporaties heeft dit als voordeel dat leningen goedkoper kunnen worden aangegaan, waarmee extra investeringsruimte ontstaat voor Vlissingen. Voor de gemeente Vlissingen leidt dit primair niet tot een grotere schuldpositie.
-24-
versie DEF 27 juni 2012
5.
FINANCIEN a.
Per herstructureringslocatie worden vooraf afspraken gemaakt over het te realiseren programma, het financieel kader en de planning..
b.
L’escaut en Woonburg zijn verantwoordelijk voor de investeringen die gemoeid zijn met het programma zoals benoemd in artikel 4 en brengen de onrendabele investeringen in principe ten laste van hun bedrijfsreserves. L’escaut en Woonburg hanteren hierbij het jaarlijks door het Centraal Fonds voor de Volkshuisvesting (de toezichthouder van de corporatiesector) bepaalde risicoprofiel +5% als ondergrens. Als de uitvoering van het overeengekomen programma in gevaar komt door het bereiken van deze ondergrens, zoeken de partijen gezamenlijk naar een oplossing.
c.
L’escaut en Woonburg zijn bereid om te investeren in maatschappelijk onroerend goed als dit in het gemeentelijke beleid past, voor zover er een relatie ligt met de kernactiviteiten van de corporaties en voor zover het de projecten betreft zoals genoemd in bijlage 3.
d.
Partijen sluiten bij nieuwbouw per project een overeenkomst over de grondprijzen (voor bouw- en woonrijpe grond).
e.
De gemeente is bereid om voor de duur van deze prestatieafspraken een generieke achtervangpositie met het Waarborgfonds Sociale Woningbouw aan te gaan in het kader van de borging van de (her)financiering van investeringen die gericht zijn op het aankopen, bouwen en verbeteren van materiële vaste activa met bestemming wonen of activa die een maatschappelijke functie hebben. Bovengenoemde doelen moeten binnen de door het ministerie van BZK en VNG goedgekeurde bestedingsdoelen van het Waarborgfonds Sociale Woningbouw vallen.
f.
Kosten voortkomend uit de uitvoering van artikel 2f uit deze overeenkomst worden naar rato gemeente/l’escaut/Woonburg volgens een verhouding 50/40/10 verdeeld.
g.
De gemeente geeft toestemming voor de verkoop van de huurwoningen zoals genoemd in bijlage 6 teneinde middelen te genereren die ten goede komen aan de (kwaliteit van) de Vlissingse woningvoorraad.
-25-
versie DEF 27 juni 2012
TOELICHTING DNA: samen met de inwoners, bedrijven en organisaties wil het gemeentebestuur Vlissingen beter op de kaart zetten. Daarom wordt Vlissingen vanuit de identiteit, het DNA, gepromoot. De trefwoorden in het DNA-boek zijn: ongepolijst, kleurrijk, no-nonsense, maritiem, kunst & festival en internationaal. De slogan is meteen een stukje DNA: Vlissingen, stad aan zee. “Het DNA-boek biedt inspiratie, het is de basis voor onze citymarketing. Het is geen brochure van Vlissingen. Het boek laat ons inzien dat we op een andere manier tegen promotie kunnen aankijken. Dus niet meer reclameachtig denken, maar gewoon laten zien wat er is en wie we zijn.”
-26-
versie DEF 27 juni 2012
6.
DUUR, VOORTGANG, COMMUNICATIE, EVALUATIE EN GESCHILLEN a.
Deze overeenkomst treedt in werking op de dag van ondertekening door alle partijen en eindigt, behoudens een eventuele door alle partijen geaccordeerde schriftelijke verlenging, op 31 december 2015.
b.
Met de ondertekening van deze overeenkomst vervalt het herstructureringsconvenant 2001-2012 “Kwaliteitssprong woningvoorraad in Vlissingen” van 19 juli 2001.
c.
De gemeente evalueert en actualiseert, samen met de corporaties, de gemeentelijke Woonvisie in 2015. Aan de hand van de gemeentelijke Woonvisie actualiseren l’escaut en Woonburg hun portefeuillestrategie.
d.
In het kader van de transparantie zullen de corporaties elk jaar de goedkeurende financiële beoordelingen van het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW), het Centraal Fonds voor de Volkshuisvesting (CFV) en het ministerie van BZK overleggen aan de gemeente. Deze beoordelingen zullen worden geagendeerd in het in artikel 1.1a genoemde bestuurlijke overleg. 3
e.
Jaarlijks zullen partijen gezamenlijk over de voortgang van de realisatie van de diverse taakstellingen uit deze overeenkomst schriftelijk rapporteren aan de gemeenteraad resp. aan de Raden van Commissarissen c.q. Toezicht. Het primaat voor deze rapportage ligt bij de gemeente.
f.
De partijen ontwikkelen een gezamenlijke communicatiestrategie (mede gebaseerd op het Vlissingse DNA, inclusief gebruik nieuwe media) die integraal onderdeel uit maakt van deze prestatieafspraken. Hierin worden ondermeer afspraken gemaakt over wie, wanneer en waarover naar buiten treedt en de branding van projecten, ook in onderlinge samenhang. Uitgangspunt is een pro-actieve informatievoorziening. Het primaat voor deze strategie ligt bij de corporaties. De strategie wordt in 2012 vastgesteld door alle partijen.
g.
Bij constatering dat afspraken niet, niet tijdig of niet correct worden nagekomen of prestaties niet worden gehaald, zal/zullen de desbetreffende partij(en) de andere partij(en) daarover aanschrijven, met een concrete aanduiding van hetgeen zij van de ander(en) verwacht(en) en met een redelijke termijn om daaraan te voldoen. De andere partijen(en) laat/laten binnen een maand na de dagtekening van de aanschrijving schriftelijk weten of zij aan de aanschrijving zal/zullen voldoen. Bij tegengestelde meningen treden partijen in overleg om tot een oplossing te komen. Hierover zal de gemeenteraad worden geïnformeerd.
h.
Als de betrokken partijen er onderling binnen twee maanden na de start van het in punt g bedoelde overleg niet uitkomen, dan leggen zij het geschil ter beslechting voor aan een bindend adviescommissie die de instemming heeft van de betrokken partijen. De bindend adviescommissie bestaat regulier uit drie leden. De partijen die een geschil hebben wijzen ieder een lid aan en de twee aangewezen leden vervolgens samen het derde, die de rol van voorzitter krijgt. Indien het geschil alledrie de partijen betreft, waarbij zij alledrie verschillende standpunten hebben, wijzen zij alledrie een lid aan, die vervolgens twee andere leden aanwijzen, waarvan één de rol van voorzitter krijgt. De bindend adviescommissie stelt zelf haar procesorde vast. In ieder geval zullen de betrokken partijen gelegenheid krijgen schriftelijk (in één ronde) hun standpunt naar voren te brengen en deze in een zitting, in aanwezigheid van de andere partij(en), mondeling toe te lichten. Het oordeel van deze commissie is bindend. De commissie doet ook een uitspraak over de verdeling van de kosten van de bindend adviesprocedure. Indien binnen drie maanden na de start van het in punt g bedoelde overleg nog steeds geen bindend adviescommissie is samengesteld, staat het de meest gerede partij vrij de president van de rechtbank te Middelburg te vragen de bindend adviescommissie te benoemen.
i.
3
De genoteerde bedragen zijn gebaseerd op prijspeil januari 2012, tenzij anders vermeld. Voor indexering wordt gebruik gemaakt van het CBS prijsindexcijfer voor gezinshuishoudens.
Het gaat om het ‘prestatieoordeel Toegelaten instellingen’ van het ministerie van BZK, de ‘Uitslag herbeoordeling financiële
positie’ van het WSW en de ‘Beoordeling financiële positie’ van het CFV.
-27-
versie DEF 27 juni 2012
Aldus in drievoud opgemaakt en overeengekomen te Vlissingen d.d. 27 juni 2012
Namens gemeente Vlissingen:
Namens L’escaut woonservice:
Namens Woonburg:
Burgemeester R.H. Roep
Directeur-bestuurder J. van Beekhuizen
Directeur-bestuurder M. van der Wel
-28-
versie DEF 27 juni 2012
BIJLAGEN
-29-
versie DEF 27 juni 2012
Bijlage 1 – Wijkindeling
-30-
versie DEF 27 juni 2012
Bijlage 2 - Format monitor Vlissingse woningmarkt Per kwartaal te actualiseren
Bijzonderheden/incidenten ……………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………… -31-
versie DEF 27 juni 2012
TOELICHTING
Actief woningzoekenden Het aantal actief woningzoekenden is het aantal unieke woningzoekenden dat binnen een opgevraagde categorie en binnen de opgegeven termijn minimaal 1 keer op een woning heeft gereageerd. De datum die wordt gebruikt voor de afbakening van de periode is de datum dat de reactie in het systeem is ingevoerd. Advertenties Het aantal advertenties is het aantal advertenties dat in de gevraagde periode is gepubliceerd. De datum die wordt gebruikt voor de afbakening van de periode is de datum dat de woning in het systeem is ingevoerd. Leegmeldingen Het aantal leegmeldingen is het aantal woningen dat in de gevraagde periode in het systeem is ingevoerd. Een woning kan meerdere malen worden ingevoerd. De datum die wordt gebruikt voor de afbakening van de periode is de datum dat de woning in het systeem is ingevoerd. Reacties Het aantal reacties is het aantal passende en niet-passende reacties dat in de gevraagde periode in de gevraagde categorie is ingevoerd. De datum die wordt gebruikt voor de afbakening van de periode is de datum dat de reactie in het systeem is ingevoerd. Reacties per advertentie Het aantal reacties per advertentie wordt gevormd door het aantal geadverteerde woningen in de gevraagde periode en het aantal reacties op deze woningen. De datum die wordt gebruikt voor de afbakening van de periode is de datum dat de stap ‘huurcontract getekend’ in het systeem is doorgevoerd. Alleen verhuurde woningen die via het aanbodmodel verhuurd zijn tellen mee. Slaagkans De slaagkans wordt gevormd door het aantal verhuringen te delen door het aantal actief woningzoekenden. De slaagkans is een maat voor het aandeel actief woningzoekenden dat in de gevraagde periode een woning heeft gevonden. Verhuringen Een verhuring is een woning waarvan in het WBS is vastgelegd dat het huurcontract getekend is. De datum die wordt gebruikt voor de afbakening van de periode is de datum dat de stap ‘huurcontract getekend’ in het systeem is doorgevoerd. Deze datum betreft een systeemdatum en kan dus niet door de gebruiker aangepast worden. Hierdoor is het mogelijk om meteen na het einde van een periode een juist aantal verhuringen in de periode te produceren. Weigeringen Het aantal weigeringen is het aantal keren dat een woning door een kandidaat is geweigerd in de gevraagde periode. Hierbij tellen in het systeem ingevoerde weigeringen bij groepsaanbiedingen niet mee.
-32-
versie DEF 27 juni 2012
Bijlage 3 – Gedefinieerde projecten gezamenlijk: • Scheldekwartier (nieuwbouw + school) l’escaut: • Herstructurering Groote Markt • Herstructurering Middengebied • Herstructurering Pr. Rooseveltlaan Woonburg: • Herstructurering Souburg • Ritthem
-33-
soort locatie
-34-
U I
I 1CS/2BC
Souburg/Ritthem Souburg-Noord: fase 1+2+3 t Zwaantje
Diversen
Toevoegingen Sloop/nieuwbouw
Totaal gemeente
U U
West-Souburg Tuindorp fase 2 Vrijburg West
3GS 3GS
3GS 3GS
2BC 2BC 2BC 2BC 2BC 2BC 2BC 2BC
I I I I I I I I
1CS 1CS 1CS 1CS 1CS 1CS
1CS 1CS 1CS 1CS 1CS
Middengebied Baskensburg 3.1 Baskensburg 3.2 Baskensburg 3.3 Engelse wijk Verlengde Bonedijkestraat Beatrixlaan Middengebied fase 3 Middengebied fase 4
I i I i I
6
I I I I I I
5
woonmilieu
Groote Markt Kleine markt HKPD Brittannia Spuikom HZ/ROC
Centrum / Boulevards Scheldekwartier Bestevaer A+ Bestevaer blok B Bestevaer blok C Bestevaer blok D
1
Wijk en project of plan
(rest)cap. v/h plan, per 1-1-2009 Totaal
3.192
100
245 45
250 72
54 21 66 127 15 22 43
88 10 14 52 144 47
1.777
7
:
H
702
51
52
172 32
H H
88
307
10
H
H
sloop
april 2012
sloop/onttrekkingen
Datum
117
-
16 43
58
a
-
woningtype (indicatief)
eengezins huur
:
-
8
16
-
16
b
meergezins huur
:
eengezins koop -
512
-
136
154 24
37 21 66 53 15 6
c
meergezins koop -
410
-
40
52
17
10 14 52 144 47
34
d
goedkoop -
69
-
10
16 43
a
419
80
86 24
12 6
50 13 66
72
10
9 b
-
prijsklasse (indicatief)
duur -
366
56
68 42
3
4 8
14 52 72 47
c
51 83
134
83
51
67 88
155
10
10
44 15 19
13
44
158 81
239
18 25
2 12
54 4 14
44 10 14
12
30
2012 2013 2014
cf 1e herziening GREXEN 2012
middel duur < € 350.000,-- (NHG)
Gemeente
263 33
296
10
30 20
2
1 13
4 11
175 30
2015
267 18
285
10
8
4 34
18
13
34
136 28
2016
350
350
10
30
40 42
14
52
162
2017
235
235
10
43
14
47
121
2018
198
198
10
30
17
141
2019
167
167
10
48
109
2020
Woningen opgeleverd in:
168
168
10
30
128
2021
totaal
1.924 303
2.227
80
156 45
154 76
54 21 66 127 15 22 43
47
88 10 14 52
972 88 51 34 12
2012 t/m 2021
cbs gem. code
2012-2021 In/uitbreiding+Transformatie 1.924
80
156
154 76
15 22
54 21 66
47
10 14 52
972 88 51 34 12
2012-2021 Herstructurering 303
45
43
127
88
702
51
52
172 32
307
88
versie DEF 27 juni 2012
Bijlage 4 – Actuele woningbouwplanning dd april 2012 (ter kennisname) sloop/onttrekkingen
Herstructurering
versie DEF 27 juni 2012
Bijlage 5 – Kwaliteitsinvesteringen bestaande woningvoorraad l’escaut Uitvoer kwaliteitsslag (vervangen keuken + sanitair en CV-ketel) 2012 - 2015: 710 woningen begroot. Uitvoer energiemaatregelen (periode 2011 – 2020): • In complexen met een verwachte (woon)technische levensduur langer dan 15 jaar (vanaf 2025) wordt – waar mogelijk – het volledige energie investeringspakket (energie-investering “hoog”) uitgevoerd (uitvoering 2011 t/m 2020); de energieverbeterende maatregelen betreffen dan: a. HR combi ketel b. Enkel glas vervangen door HR++ glas c. Dakisolatie d. Paneelisolatie e. Kierdichting f. Spouwisolatie g. Vloerisolatie • In complexen met een verwachte (woon)technische levensduur tussen de 10 en 15 jaar (tussen 2020 t/m 2025) wordt – waar mogelijk – het volledige energieinvesteringspakket exclusief vloer- en spouwisolatie uitgevoerd (energie-investering ‘midden’; uitvoering 2011-2020); • In complexen met een verwachte (woon)technische levensduur korter dan 10 jaar (t/m 2020) worden geen energieverbeterende maatregelen uitgevoerd; • In complexen met een verkoopstrategie worden geen energie-investeringen uitgevoerd; • Energie investeringen worden niet doorbelast aan zittende bewoners. Deze energie investeringen resulteren eind 2020 voor het gehele bezit in een gemiddeld energielabel C met een index van 1,48. De totale investering van het energiebeleid omvat een bedrag van € 13 miljoen (t/m 2020). Woonburg • Woonburg investeert voor alle woningen in het Politie Keurmerk Veilige Woning (hang-en sluitwerk, buitenverlichting, brandmelders, doorklimbeveiliging bij raampjes). Dit investeringsprogramma is geïntegreerd in het planmatig onderhoud. • Woonburg investeert in het realiseren van een energiezuinige woning (label B). Tot 2020 krijgen alle huurders hiertoe een aanbod. De investering wordt kostendekkend in de huurprijs verrekend. Bij woningen waarvan de huurder niet meedoet wordt de investering bij mutaties alsnog • uitgevoerd. Dit investeringsprogramma maakt deel uit van het Strategisch Voorraad Beleid. • In complex 1 en 3 in Souburg zuid vindt herstructurering plaats: 80 woningen worden gerenoveerd, 52 woningen worden gesloopt en 45 nieuwe woningen worden hier teruggebouwd. Na de renovatie hebben de woningen van complex 1 het A label; een verbeterde badkamer en een hele serie kleine verbeteringen van de woninguitrusting naar keuze van de bewoners. • In Westerzicht is in 3 fases aan groot onderhoud gewerkt met als resultaat: woningen op Clabel, vernieuwde badkamers, toiletten en keukens. De vierde en laatste fase is in 2012 • Bomenbuurt in Souburg krijgt een vergelijkbare ingreep als Westerzicht in 2012 en 2013 met een B-label als uitkomst.
-35-
versie DEF 27 juni 2012
Bijlage 6 – Te verkopen woningen Woningen (complexen) die door l’escaut zijn aangewezen voor verkoop* (per 01/01/2012): *verkoop aan zittende huurders danwel bij mutatie
Aantal vhe 2
•
Huidige verkoopcomplexen (01-01-2012) Van Dishoeckstraat 155-157
•
Calandstraat/ Leeghwaterstraat
•
Hendrick de Keijserstraat/ President Rooseveltlaan/ Schuitvaartgracht
21
•
Gerrit Rietveldstraat/ Pieter Poststraat
15
•
H. Berckmanstraat e.o.
48
•
Bosjeslaan/ Korenbloemlaan/ Leliënlaan/ Papaverlaan e.o.
47
•
Beatrixlaan/ Jozef Israelslaan
•
Breitnerlaan/ Tooroplaan
•
G. Borgesiusstraat/ De Vissersstraat/ Paauwenburgweg
9
•
Van Hogendorpweg
4
•
Abraham Kuyperstraat/ Colijnstraat/ Troelstraweg/ Van Hogendorpweg
40
•
Westerzicht (duplexwoningen)
20
•
Batenburg/ Blikkenburg/ Sandenburg/ Toutenburg (eengezinswoningen)
33
•
Batenburg/ Blikkenburg/ Bonenburg/ Sterkenburg/ Toutenburg (etagewoningen)
25
•
Pieter Louwersestraat 19
1
•
Kromwegesingel/ Putwijkstraat
9
•
Burg. Stemerdinglaan/ Henri Dunantstraat/ Molenweg e.o.
52
•
Scheldepoortstraat/ Sloehavenstraat/ Zeeburgstraat (Nieuw en St. Joosland)
32
50
8 29
445 + Verkoop vanaf medio 2012 •
Callenfelstraat 24-30, 38, 4 woningen Winkelmanstraat
•
Schaepmanstraat 1-191
96
9
•
Rooie buurt: V. Quakkelaarstr./ Beckerstraat/ N. Honinghstraat/ Van Hoorn van Burghstraat/ Callenfellstraat/ Lammenstraat (30 twee-onder-een-kap woningen)
30 135
+ Verkoop vanaf 2012/2013 •
Albert Cuyplaan/ Beatrixlaan/ Jan van Goyenlaan
95 95
+ Verkoop vanaf 2014/2015 •
Zeewijksingel/ P. Louwersestraat/ Padweg
66 66
Totaal
741
Woonburg Overzicht van te verkopen woningen: * in renovatieproject Souburg zuid worden na renovatie 30 van de 80 woningen verkocht. * Westerzicht 215-289 ( 38 vhe) * Westerscheldestraat/Merwedestraat/Maasstraat ( 22 vhe) * Haaksbergenstraat1-23;2-28 ( 26 vhe) * Koopmansvoetpad 1-19;16-24 ( 15 vhe) Totaal: 101 woningen. De huurders hebben hun woningen al te koop aangeboden gekregen; vrijwel niemand heeft gekocht, dus verkoop is na mutatie. -36-
versie DEF 27 juni 2012
Bijlage 7 – Toelichting woonruimteverdeling Woonburg en l’escaut
Woonruimteverdeling Via de website www.hurenopwalcheren.nl kunnen mensen zich (gratis) inschrijven als woningzoekende en reageren op woningen van Woongoed, Woonburg en l’escaut. Bij de toewijzing van woningen geldt ‘inschrijfduur’ als belangrijkste criterium. Het moment dat iemand zich inschrijft op deze website geldt hierbij als startdatum. Hoe langer iemand zoekt, des te meer kans hij/zij maakt op een woning. Per week kan een woningzoekende op maximaal drie woningen reageren; het maakt niet uit wie de verhuurder van de woningen is. Daarnaast kunnen – afhankelijk van welke woning het betreft – bij de aangeboden woningen voorwaarden geformuleerd zijn over gezinsgrootte, inkomen en leeftijd. Uiteraard moet een woningzoekende aan die voorwaarden voldoen om voor de woning van zijn/haar keuze in aanmerking te komen. Het maakt in het systeem niet uit waar de woningzoekende nu woont. Economische binding speelt geen rol. Wel hebben kandidaten met een medische of sociale urgentie voorrang.
Urgentie Er is vanaf 1995 een Regionale Urgentiecommissie, waarin de vier Walcherse woningbouwcorporaties zijn vertegenwoordigd. Woningzoekenden in de regio Walcheren kunnen een urgentieverklaring aanvragen. De Regionale Urgentiecommissie neemt beslissingen over het verlenen van urgenties. Met een urgentieverklaring krijgt de woningzoekende voorrang op andere woningzoekenden voor een huurwoning van één van de woningcorporaties op Walcheren. Er zijn verschillende soorten urgenties: sociale urgentie medische urgentie overige urgenties (calamiteiten en sloopurgenties)
Sociale urgentie Om een aanvraag in te dienen moet een woningzoekende aan de volgende voorwaarden voldoen: 1. *a. De aanvrager woont ten minste één jaar aansluitend op Walcheren, óf 1. *b. De aanvrager is niet langer dan één jaar van Walcheren weggeweest en u heeft eerder minimaal 5 jaar aaneengesloten op Walcheren gewoond; 2. De aanvrager is minimaal 18 jaar, én 3. De aanvrager beschikt over een geldig verblijfsdocument. * Bij punt 1 moet de aanvrager voldoen aan tenminste a of b. Daarnaast moet de aanvrager voldoen aan 2 en 3. Voldoet de aanvrager aan alle drie de voorwaarden dan mag deze een aanvraag indienen.
Een woningzoekende/aanvrager krijgt geen sociale urgentieverklaring bij de volgende situaties: • moeilijke thuissituatie zoals generatieconflict • overlastsituaties • te klein of te groot wonen • inwoning bij familie/vrienden • afstand tussen wonen en werken • terugkeer naar Walcheren in verband met sociale binding • te duur wonen • gezinsvorming/-uitbreiding/-hereniging • vocht in de huidige woning • alleenstaande woningzoekenden die buiten de huisvestingsvraag niet in een levensbedreigende of noodsituatie verkeren • alleenstaande woningzoekenden in echtscheiding die geen hoofdverzorgende zijn voor minderjarige kinderen krijgen in de regel geen urgentie • samenwoning niet > dan 2 jaar Als de aanvrager een urgentieverklaring krijgt, dan krijgt deze binnen twee maanden een passende woning op Walcheren van één van de Walcherse corporaties aangeboden. Het streven is dat de aanvrager na de urgentietoekenningsdatum uiterlijk binnen drie maanden in de nieuwe woning kan gaan wonen. Bij het aanbod van een woning houden de corporaties – indien mogelijk – rekening met de voorkeur van de woningzoekende om in de huidige woonplaats te blijven wonen of juist niet. Aanvragers met minderjarige kinderen mogen daarnaast ook een voorkeur uitspreken voor een eengezinswoning of een etagewoning. Het aanbod van de woningen is eenmalig. Als de aanvrager de aangeboden woning weigert, dan vervalt de urgentieverklaring en mag de woningzoekende het eerstkomende jaar geen urgentie meer aanvragen.
-37-
versie DEF 27 juni 2012
Medische urgentie Als een woningzoekende om medische redenen van lichamelijke aard (onder de huidige omstandigheden) niet meer in zijn/haar huidige woning blijven wonen, dan kan hij/zij een medische urgentie aanvragen. De MO-zaak (www.mozaak.nl) beoordeelt de medische noodzaak om te verhuizen. Het schriftelijke MO-zaakadvies kan de aanvrager vervolgens indienen bij het secretariaat van de Regionale Urgentiecommissie Walcheren. De aanvrager dient wel minimaal een jaar op Walcheren te wonen voordat de MO-zaakindicatie wordt omgezet in een medische urgentie. Ergonomische belemmeringen in de woning geven recht op een medische urgentie. Aan een medische urgentieaanvraag zijn geen kosten verbonden. Als de Regionale Urgentiecommissie akkoord is, ontvangt de aanvrager een urgentieverklaring (voor de duur van een jaar) voor een passende woning; alleen voor dat type kan de woningzoekende voorrang krijgen (bijvoorbeeld een makkelijk toegankelijke woning). Vervolgens kan de woningzoekende zelf via de site reageren op (geschikte) vrijkomende woningen; hierbij krijgt hij/zij automatisch voorrang op andere woningzoekenden.
Overige urgenties Naast medische en sociale urgenties kennen de corporaties ook calamiteiten- en sloopurgenties. Woningzoekenden krijgen deze urgenties toegewezen door de corporaties en kunnen deze dus niet zelf aanvragen.
-38-