verpleegkunde en vroedkunde masteropleiding
2013 2013
uantwerpen.be
1|
|2
Inhoud Welkom 3 Waarom studeren aan de Universiteit Antwerpen?
4
Verpleegkunde en vroedkunde binnen de Universiteit Antwerpen
5
De opleiding verpleegkunde en vroedkunde
6
Doelgroep en toelatingsvoorwaarden
6
Loopbaanperspectieven 7 Schakelprogramma 8 Opleidingsonderdelen van het schakelprogramma
9
Masterprogramma 15 Opleidingsonderdelen van het masterprogramma
16
Nuttige info over je studietraject
21
Studiebegeleiding 22 Studeren in het buitenland
24
Infomomenten 24 Nuttige websites
25
Nuttige contactgegevens
26
Welkom Je hebt de weg naar de Universiteit Antwerpen gevonden. Misschien is dit je eerste kennismaking met onze universiteit. Misschien heb je hier je bacheloropleiding voltooid. In elk geval word je masterstudent en wil je informatie over onze masteropleidingen. Hopelijk helpt dit boekje je een stap vooruit in je keuzeproces. Aan de Universiteit Antwerpen studeren zo’n 15 000 studenten in de meest uiteenlopende vakgebieden. In heel Antwerpen zijn er dat nog veel meer. Daarom werken we nauw samen met de Antwerpse hogescholen binnen de Associatie Universiteit & Hogescholen Antwerpen. Onze universiteit stelt alles in het werk om je studietijd zo aangenaam mogelijk te maken en de kwaliteit van de opleidingen op topniveau te houden. Daarom worden onze opleidingen geregeld bijgestuurd en aangepast aan de maatschappelijke evolutie. Als je naar een van onze informatiedagen komt, zal je merken dat het prettig studeren is aan de Universiteit Antwerpen. We nodigen je alvast uit op onze open campusdagen op zaterdagen 23 maart en 27 april en op de infomarkt op woensdag 4 september. Prof. dr. Alain Verschoren Rector Universiteit Antwerpen
Waarom studeren aan de Universiteit Antwerpen? Prof en student staan dicht bij elkaar De Universiteit Antwerpen staat voor studentgerichtheid. Dit betekent bijvoorbeeld dat je zo veel mogelijk les volgt in kleine groepen. Dat maakt een vlotte interactie met je proffen mogelijk: je kan rechtstreeks bij hen terecht met vragen en problemen. De communicatie tussen docenten, assistenten en studenten wordt mee ondersteund door de digitale leeromgeving Blackboard. De Universiteit Antwerpen is bekend voor haar goede studentenbegeleiding en -ondersteuning. Je staat er dus nooit alleen voor. We spelen zo veel mogelijk in op jouw individuele noden. Bovendien nodigen we jou uit om actief deel te nemen aan het beleid: in verschillende adviesorganen en raden zijn onze studenten vertegenwoordigd. Academische opleidingen op topniveau De Universiteit Antwerpen biedt innoverende academische opleidingen, die oog hebben voor theorie én voor praktijk. De opleidingen zijn stevig verankerd in sterk wetenschappelijk onderzoek dat ook internationale faam geniet. De ‘ivoren’ academische toren werd al lang geleden gesloopt. Academici hechten veel belang aan een voortdurende uitwisseling met de steeds evoluerende samenleving. Tijdens je opleiding aan de Universiteit Antwerpen staat niet het memoriseren van feitenkennis centraal, maar bouw je kennis en vaardigheden op die je nodig hebt om beroepsrelevante opdrachten en problemen op te lossen. De bachelor-masterstructuur schept ruimte voor vernieuwing en verbetering. Daardoor kunnen we voortdurend inspelen op maatschappelijke uitdagingen. Door nieuwe opleidingen in te voeren en door keuzemogelijkheden binnen bestaande opleidingen te verruimen. Een moderne leeromgeving We omringen jou met de meest moderne infrastructuur: goed uitgeruste les- en computerlokalen, laboratoria, bibliotheken en studielandschappen. In alle publieke ruimten zijn er hotspots waar je draadloos kan surfen. Momenteel heeft de universiteit vier campussen. Eentje in hartje Antwerpen, drie in de zuidelijke stadsrand. Met de komst van een aantal nieuwe opleidingen, die vanaf volgend academiejaar integreren in de Universiteit Antwerpen, komen er nog locaties bij. Om het toenemend aantal studenten op te vangen en jou een aangename leeromgeving te bieden, investeren we op grote schaal in nieuwe gebouwen. Enkele staan er al. Voor andere liggen de plannen op tafel. |4
Meer dan een opleiding We willen jou niet alleen een opleiding, maar ook een brede vorming aanbieden: jou helpen opgroeien tot een professional met een kritische ingesteldheid, een tolerante en constructieve houding. De Universiteit Antwerpen kiest resoluut voor pluralisme en verwelkomt diversiteit bij personeel en studenten, en in haar studieprogramma’s. Antwerpen Studeren is niet alleen met je neus in de boeken zitten. Wie in Antwerpen komt studeren, kiest voor een studentenstad die meer is dan de universiteit en de hogescholen: het is een bruisende metropool met een uniek cultuurhistorisch aanbod, een wereldhaven, een overvloed aan cafés en restaurants, gezellige pleintjes, cultuur, architectuur, mode, sportinfrastructuur, ... Kort samengevat: een stad waarin Antwerpenaars, bezoekers en studenten zich thuisvoelen.
Verpleegkunde en vroedkunde binnen de Universiteit Antwerpen De Universiteit Antwerpen heeft zeven faculteiten en vier campussen. De master in de verpleegkunde en de vroedkunde is een opleiding binnen de Faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen en wordt in hoofdzaak georganiseerd op Campus Drie Eiken. De master in de verpleegkunde en de vroedkunde biedt een academische bovenbouw op de professionele bachelor in de verpleegkunde of de vroedkunde van de hogescholen. De academische vervolmaking vindt plaats aan de Universiteit Antwerpen, maar gebeurt in samenwerking met de Artesis Hogeschool Antwerpen, de Karel de Grote-Hogeschool en de Hogeschool Zeeland. Deze samenwerking binnen de Associatie Universiteit en Hogescholen Antwerpen (AUHA) en met een internationale partner opent het vizier voor een innovatieve benadering van deze jonge opleiding.
5|
De opleiding verpleegkunde en vroedkunde Opbouw van de opleiding Om het diploma van master in de verpleegkunde en de vroedkunde te behalen, moet je een schakel- en een masterprogramma van elk 60 studiepunten volgen. De opleiding omvat vier leerdomeinen, opgedeeld in opleidingsonderdelen, die refereren naar vier rollen uit het beroepsprofiel en die de rode draad vormen doorheen de opleiding: • klinische vorming • management en innovatie • wetenschappelijk onderzoek • academische vorming. Er wordt gewerkt met conceptuele, vaardigheids- en integrale leerlijnen, aangevuld met studieloopbaanbegeleiding en ondersteuning bij het verwerven van professionele ervaring. Door het gebruik van verschillende leervormen is het aantal ‘klassieke’ lesuren beperkt tot 12 uur per week. De lesdagen in het schakeljaar zijn dinsdag van 14 tot 21 uur en donderdag van 15 tot 22 uur. Doel van de opleiding De opleiding beoogt je de volgende competenties bij te brengen: • wetenschappelijke disciplinaire competenties • algemene competenties voor het beheersen van managementtaken in de zorgsector en het kunnen functioneren in een multidisciplinaire context in de zorgverlening • algemeen wetenschappelijke competenties • competenties als beginnend onderzoeker.
Doelgroep en toelatingsvoorwaarden Instroom via een schakelprogramma • professionele bachelor in de verpleegkunde of de vroedkunde
|6
Loopbaanperspectieven Als verpleegkundige of vroedkundige met een academisch diploma kan je op academisch niveau werken met vraagstukken op het gebied van interventie en innovatie- en implementatieprocessen in de gezondheidszorg. Je kan terecht in een breed werkveld: in ziekenhuizen, gezondheidscentra, thuiszorgorganisaties, ziektekostenverzekeraars, overheidsinstellingen op het gebied van de gezondheidszorg en onderzoeksinstituten. Je werkterrein kan onder meer de coördinatie van zorgvernieuwing, het kwaliteitsmanagement in de zorg, het gezondheidszorgbeleid, adviesfuncties in de zorg en zorg onderzoek omvatten. Je kan je werkterrein verder uitdiepen in één van de vier rollen waarop de opleiding jou voorbereidt: clinical leader, onderzoeker, evidence based deskundige en academicus. Wanneer je verdergaat als clinical leader zal je management en innovatie in complexe zorgsituaties ontwikkelen en aansturen. Hierbij kan je denken aan leidinggeven aan een organisatorische unit, maar ook aan onderzoek naar organisatorische interventies en naar organisatiecultuur. Tevens kan je leidinggevende en onderzoeksmatige aspecten van bepaalde zorgsituaties als expert ontwikkelen. In de rol van onderzoeker kies je voor een onderzoekscarrière. Je participeert in onderzoeken en onderzoeksnetwerken van de universiteit of een hogeschool, een gezondheidsinstelling, de overheid of een andere organisatie. Voor deze rol biedt de Universiteit Antwerpen je de mogelijkheid om een doctoraat te behalen in nieuwe domeinen eigen aan deze disciplines. Wanneer je je verder wil verdiepen in de inhoud van het vak verpleegkunde of vroedkunde en de interventies die daarbinnen uitgevoerd worden, kies je voor de rol van evidence based deskundige. In deze rol bouw je expertise op die je als consultant deelt met anderen. Je ontwikkelt de best passende zorgprogramma’s en interventies steunend op evidence uit goed wetenschappelijk onderzoek en beheert de kwaliteit van de zorg in de breedste zin. In alle bovenstaande rollen werk je als master in de verpleegkunde en de vroedkunde als academisch zorgverlener. Deze rol komt vooral tot uiting in de attitude waarmee je bovenstaande rollen uitvoert. De houding van levenslang leren staat hierbij centraal, maar ook ondernemerschap, objectiviteit en een kritische onderzoekende houding zijn belangrijke onderdelen. De verpleegkunde en de vroedkunde zijn beide wetenschappen in volle ontwikkeling. Naast de ‘cure’ vraagt de bevolking meer en meer ‘care’ op het vlak van basiszorg en gespecialiseerde, hoogtechnologische en chronische zorg. Door de interdisciplinaire samenwerking in de gezondheidsdiensten biedt de master in de verpleegkunde en de vroedkunde hiervoor een toegevoegde waarde. 7|
Schakelprogramma Leerdomeinen
con.
vaa.
and. sem.
sp.
Inleiding op management en innovatie in de gezondheidszorg
14
10
3
1
5
De ondernemer in de gezondheidszorg
14
6
3
1
5
Beleidsontwikkelingen in de gezondheidszorg in nationaal en internationaal perspectief
12
8
2
2
5
22
32
7
1
10
12
28
2
2
7
6
14
0
2
3
Verpleegkundige modellen en theorievorming, klinische aspecten van een zorgprogramma
15
6
4
1-2
5
Homeostase en chronische zorg Bloedsomloop en acute zorg Zenuwstelsel, gedrag en ouderenzorg
13 22 13
8 0 5
3 0 3
1 2 2
5 5 5
0
0
14
1-2
5
143
117
41
Management en innovatie
Wetenschappelijk onderzoek Epidemiologisch onderzoek en statistiek: dataverzameling, dataordening en rapporteren van data Inleiding onderzoek en statistiek: databewerking Inleiding onderzoek en statistiek: ontwerp van onderzoeksdesign Klinische vorming
Academische vorming Implementatie van duurzame veranderingen Totaal
60
De indeling in uren theorie (con.), vaardigheden (vaa.) en andere (and.) is in werkelijkheid niet altijd even scherp als hier weergegeven. Sommige opleidingsonderdelen bieden een mengvorm van klassieke lessen, zelfstudie en praktisch werk. De studiepunten (sp.) geven een goed beeld van de relatieve tijdsbesteding die verwacht wordt voor elk opleidingsonderdeel.
|8
Opleidingsonderdelen van het schakelprogramma Management en innovatie Inleiding op management en innovatie in de gezondheidszorg Het doel van dit opleidingsonderdeel is het verkrijgen en ontwikkelen van kennis, vaardigheden en persoonskenmerken (attitudes) die nodig zijn om deze taken te verrichten: • construeren, aansturen, uitvoeren en evalueren van projecten • leidinggeven aan een organisatorische eenheid. De ondernemer in de gezondheidszorg Het doel van dit opleidingsonderdeel is het verkrijgen en ontwikkelen van kennis, vaardigheden en persoonskenmerken (attitudes) die nodig zijn om deze taken te verrichten: • aanbod van zorgvoorzieningen hanteren bij het ontwikkelen en aansturen van zorgprocessen • opereren als een ondernemer binnen budgettaire en commerciële kaders • leidinggeven aan een organisatorische eenheid. Beleidsontwikkelingen in de gezondheidszorg in nationaal en internationaal perspectief Het doel van dit opleidingsonderdeel is het verkrijgen en ontwikkelen van kennis, vaardigheden en persoonskenmerken (attitudes) die nodig zijn om deze taken te verrichten: • de geldende wet- en regelgeving toepassen in de beroepsuitoefening • participeren in beleidsontwikkeling en -uitvoering • de actuele beroepsuitoefening plaatsen in een nationaal en Europees perspectief • beoordelen van nationale en internationale beleidsvoornemens op hun consequenties voor de dagelijkse praktijkvoering.
Wetenschappelijk onderzoek Epidemiologisch onderzoek en statistiek: dataverzameling, dataordening en rapporteren van data Dit opleidingsonderdeel behandelt de volgende onderwerpen: • introductie wetenschappelijk onderzoek en literatuur • Blackboard en ICT • gebruik van de bibliotheek • opzoeken van literatuur • onderzoeksmethoden • van vraagstelling tot dataverzameling • opstellen onderzoeksprotocol en ontwerpen vragenlijst leeronderzoek • Excel als werkinstrument • data en databanken 9|
• • • • • •
inleiding tot SPSS continue variabelen: vaardigheden/RIDIT discontinue variabelen verschil tussen gemiddelden en percentages: significantie en P-waarde grafische voorstelling onderzoeksgegevens: wetenschappelijke rapportering peer review leeronderzoek.
Inleiding onderzoek en statistiek: databewerking Dit opleidingsonderdeel behandelt de volgende onderwerpen: • regressieanalyse en correlaties • risicoberekeningen en multivariantie-analyse • survival analyse • niet-parametrische statistiek • de basis van evidence based werken: peer review, meta-analyses, guidelines. Inleiding onderzoek en statistiek: ontwerp van onderzoeksdesign In dit opleidingsonderdeel over kwalitatieve onderzoeksmethoden komen de volgende onderwerpen aan bod: • algemene inleiding kwalitatief onderzoek • de tradities in kwalitatief onderzoek • een stappenplan voor het opzetten van kwalitatief onderzoek • de verschillende methodologieën in kwalitatief onderzoek • de verschillende dataverzamelingstechnieken.
Klinische vorming Verpleegkundige modellen en theorievorming, klinische aspecten van een zorgprogramma In dit opleidingsonderdeel worden aspecten van conceptualiseren en redeneren, begrippenkaders en theorieën bestudeerd. Volgende onderwerpen komen aan bod: 1. verpleegkunde en vroedkunde als wetenschappelijke praktijkdiscipline 2. conceptualiseren in verpleegkunde en vroedkunde 3. het verpleegkundig proces 4. zorgprogramma’s en klinische paden 5. verpleegkundige theorieën en modellen 6. het gebruik van verpleegkundige theorieën en modellen: kritische reflectie 7. shift van ‘proces’ naar ‘outcome’ 8. verpleegkundige diagnostiek 9. gezondheidsvoorlichting en -opvoeding 10. informatie en communicatietechnologie in verpleegkunde en vroedkunde. | 10
Homeostase en chronische zorg In dit opleidingsonderdeel worden verschillende aspecten van de homeostase van het menselijk lichaam bestudeerd. Daarnaast wordt ook ingegaan op de impact van een falend homeostatisch mechanisme op de patiënt en de daardoor veroorzaakte nood – vaak multidisciplinair – aan zorg. Er wordt vooral gefocust op chronische ziektetoestanden en hun nood aan zorg. Volgende onderwerpen komen aan bod: 1. water- en natriumhuishouding: regelingsmechanismen en pathologische toestanden 2. zuur-base- en kaliumhuishouding: regelingsmechanismen en pathologische toestanden 3. lever: fysiologische functies, fysiopathologische mechanismen en ziektetoestanden 4. voeding: algemene principes, diagnostiek van onder-/overvoeding, beginselen van dieetleer 5. diabetes: fysiopathologie, diagnostiek, behandeling van de twee types diabetes 6. chronische nierinsufficiëntie: functionele anatomie van de nier, fysiopathologische processen en hun gevolgen voor de patiënt 7. chronisch ziek zijn: psychosociale aspecten 8. dialyse: beschrijving van de verschillende technieken, hun (contra-)indicaties, vooren nadelen, organisatorische aspecten 9. immuniteit en infecties: basisbegrippen 10. transplantatie: niertransplantatie als voorbeeld om begrippen van allo-immuniteit, organisatie na transplantatie, gebruik van immunosuppressiva bij te brengen 11. basisbegrippen van farmacologie: kinetiek, geneesmiddeleninteracties (om tot een rationeel gebruik van medicaties te komen). In de vaardighedenlessen wordt een aantal van deze onderwerpen verder uitgewerkt aan de hand van cases, oefeningen, interactieve lessen met referentie-verpleegkundigen en het bestuderen van literatuur. Ten slotte krijg je ook (in groepen) de opdracht om gedurende het academiejaar te werken aan een zorgproject dat aansluit bij thema’s uit de opleidingsonderdelen klinische vorming. Bloedsomloop en acute zorg 1. Atherosclerose/coronair ischemisch hartlijden Naast een korte epidemiologische uiteenzetting die illustreert hoe coronair ischemisch hartlijden (CIHL) de laatste decennia de voornaamste doodsoorzaak in de westerse wereld geworden is, wordt uitgebreid ingegaan op de risicofactoren voor atherosclerose en CIHL. Hierdoor wordt duidelijk dat zowel primaire als secundaire preventie een multidisciplinaire aanpak behoeven. De klassieke klinische manifestaties van CIHL worden uitgebreid toegelicht. Hierbij gaat ook aandacht naar medicamenteuze therapie, interventies en aanpak van complicaties. 11 |
2. Chronisch hartfalen Chronisch hartfalen (CHF) is een aandoening die een belangrijke impact heeft op de westerse gezondheidszorg, zowel op gezondheidseconomisch vlak als voor de individuele patiënt. Patiënten met CHF hebben een slechte levenskwaliteit, worden vaak gehospitaliseerd en hebben een slechte prognose. Ze zullen in de toekomst meer en meer opgenomen worden in zogenaamde ‘disease management programmes’; daarom leent de aandoening zich ertoe in de opleiding toegelicht te worden. De behandeling bestaat niet alleen uit medicamenteuze therapie: dankzij educatie en verpleegkundige begeleiding kan de patiënt zelf een actieve rol spelen (flexibiliteit in therapie, symptoomherkenning, zelfzorg enzovoort). De rol van doorgedreven technologische interventies in de behandeling van hartfalen (interne defibrillator, biventriculaire pacing, kunsthart, transplantatie) zal worden toegelicht. In een gastcollege zal de economische impact van hart- en vaatdoeningen, en meer bepaald van CHF, voorgesteld worden. 3. Ritmestoornissen Plotse dood is een belangwekkende vorm van overlijden. De oorzaken van deze ingrijpende gebeurtenis zijn zeer divers en een heel scala aan onderliggende aandoeningen kan hiervoor verantwoordelijk zijn. We bespreken zowel fysiopathologische inzichten als maatregelen die in deze levensbedreigende situatie getroffen moeten worden. Ruime aandacht gaat naar de elektrische behandeling van ventrikelfibrillatie en de impact die AED’s (automatische externe defibrillators) hebben (of zouden kunnen hebben). 4. Casuïstiek Naast theoretische uiteenzettingen wordt ruimschoots ingegaan op de daadwerkelijke implementering van deze kennis en worden op een interactieve manier patiënten uit de dagdagelijkse praktijk voorgesteld. Hieruit moet onder meer blijken hoe de navolging van richtlijnen gemodificeerd kan worden in functie van de beschikbaarheid van middelen, personeel en specifieke omstandigheden. 5. Rol van de verpleegkundige De rol van de ‘advanced nurse practioner’ en onderzoeker in de cardiologie wordt onder meer geïllustreerd aan de hand van volgende uiteenzettingen: • hartfalen verpleegkundige • CPU (chest pain unit) verpleegkundige.
| 12
Zenuwstelsel, gedrag en ouderenzorg 1. Gedragsneurologie Dit onderdeel toont hoe onze inzichten in de werking van de hersenen continu veranderen door klinisch en fundamenteel wetenschappelijk onderzoek en illustreert eveneens de noodzaak ervan. Op basis van recente onderzoeksgegevens wordt getracht een overzicht te geven van de functie van verschillende hersenstructuren (met nadruk op gedragsbeïnvloeding). We bespreken de hersenstam, het limbisch systeem, de thalamus en het cerebellum. Steeds wordt de link naar de pathologie gelegd en worden gedragsneurologische aspecten geïllustreerd met casuïstiek. 2. Pathofysiologie van neurologische aandoeningen Wetenschappelijk onderzoek vergroot het inzicht in de pathofysiologie van hersenaandoeningen. Dit leidt tot nieuwe en meer accurate diagnostische instrumenten en op termijn ook tot nieuwe en betere behandelingsmogelijkheden. Klinisch-wetenschappelijk onderzoek en klinische studies slaan de brug tussen wetenschap en evidence-based care. Volgende aandoeningen komen aan bod: dementie, stroke en meningitis. 3. De gerontologische patiënt Evidence-based care in een gekantelde (ziekenhuis)organisatie impliceert onder meer dat alle zorgverstrekkers (verpleegkundigen, artsen, ...) (interdisciplinair!) samenwerken om de belangen van de patiënt te behartigen. In dit onderdeel wordt geïllustreerd wat de rol van de verpleegkundige kan zijn in een interdisciplinair gerontologisch team dat instaat voor evidence-based care. Volgende onderwerpen komen aan bod: • verpleegkundige observatie en diagnostiek • implementatie van verpleegkundige aanpak op een geronto-psychiatrische afdeling. 4. Behandeling: evidence-based care Hoe verzorgen of behandelen we hersenaandoeningen? Heeft passieve mobilisatie van een hemipleeg lidmaat bij een CVA-patiënt zin? Bij evidence-based care laten we ons leiden door de resultaten van degelijk klinisch-wetenschappelijk onderzoek. We bespreken neuropsychofarmacologie (gedragsbeïnvloeding door farmaca) en herstel na hersenbeschadiging (revalidatie). 5. Workshop In het vijfde onderdeel worden twee workshops georganiseerd: • voorstelling van lopend verpleegkundig gerontologisch en neurologisch onderzoek • voorstelling door studenten van neurologische casuïstiek uit de eigen werksituatie (met paneldiscussie).
13 |
Academische vorming Implementatie van duurzame veranderingen In dit opleidingsonderdeel leer je hoe je volgende deeltaken kan uitvoeren: • implementeren van nieuwe ontwikkelingen; • traditie-overstijgende (niet-evidente) benaderingen ontwikkelen en toepassen voor een praktijkgerelateerde situatie. Volgende onderwerpen komen daarbij aan bod: • opzetten en uitvoeren persoonlijk ontwikkelplan • academisch schrijven • kenmerken van innovaties • ontstaan, verspreiding en adoptie van innovaties • implementatie van innovaties • innovaties en onderzoek.
| 14
Masterprogramma Leerdomeinen
con.
vaa.
and. sem.
sp.
Management en innovatie De clinical leader als regisseur van directe zorg De clinical leader als regisseur van zorgprocessen De clinical leader als coach van teamprocessen
13 2 11
5 4 5
6 40 6
1 1-2 2
5 5 5
Wetenschappelijk onderzoek Systematisch literatuuronderzoek
15
6
1
1
5
Toepassen van kwantitatieve onderzoeks methoden en statistiek
10
10
8
2
5
Toepassen van kwalitatieve onderzoeks methoden
12
10
6
2
5
Klinische vorming De expert in het evidence based zorgproces Transmurale zorgverlening De professional als beheerder van kwaliteitszorg
13 15 13
5 7 9
4 0 0
1 1-2 2
5 5 5
Academische vorming Masterproef: wetenschappelijk publicatie Masterproef: verdediging
0 0
13 0
11 20
1-2 2
12 3
104
74
102
Totaal
60
De indeling in uren theorie (con.), vaardigheden (vaa.) en andere (and.) is in werkelijkheid niet altijd even scherp als hier weergegeven. Sommige opleidingsonderdelen bieden een mengvorm van klassieke lessen, zelfstudie en praktisch werk. De studiepunten (sp.) geven een goed beeld van de relatieve tijdsbesteding die verwacht wordt voor elk opleidingsonderdeel.
15 |
Opleidingsonderdelen van het masterprogramma Management en innovatie
Dit leerdomein is gericht op het ontwikkelen van managementvaardigheden vanuit acht paradoxale managementrollen, gestoeld op het theoretisch model van de concurrerende waarden van Robert Quin et al. De clinical leader als regisseur van directe zorg Dit opleidingsonderdeel is gebaseerd op het aanbieden van managementvaardigheden vanuit 4 managementmodellen gestoeld op het theoretisch model van het concurrerend waardenkader van Robert Quinn. Binnen dit waardenkader staat de verticale as flexibileit versus beheersing en de horizontale as interne gerichtheid versus externe gerichtheid met 4 paradoxale kwadranten als resultaat waarin de volgende managementmodellen gepositioneerd worden: (1) betrokkenheid en samenhang, (2) stabiliteit en continuïteit, (3) productiviteit en rentabiliteit en (4) veranderingen en aanpassingsvermogen. Deze paradoxale opdrachten worden besproken in de context van de eisen die gesteld (zullen) worden aan Clinical Leadership in de regie van directie zorg met een aantal vaardigheden per model . Tenslotte wordt de integratie en de mate van de te bereiken gedragscomplexiteit van de vaardigheden binnen de 4 managementmodellen belicht als een continu streven naar meesterschap. De nadruk van deze module ligt bij theoretische kennis en kennis van vaardigheden. De clinical leader als regisseur van zorgprocessen Dit opleidingsonderdeel is gebaseerd op het aanbieden van managementvaardigheden vanuit 8 paradoxale managementrollen gestoeld op het theoretisch model van de concurrerende waarden van Robert Quin et al. De hoorcolleges worden verzorgd door gastdocenten uit verschillende domeinen in de gezondheidszorg. De studenten krijgen de gelegenheid om in discussie te gaan met deze experten op basis van de aangeboden leerstof en oefeningen. Daarnaast krijgt de student de kans om op basis van eigen casuastiek vaardigheden in de context van interprofessioneel samenwerken met andere zorgverleners te oefenen. De clinical leader als coach van teamprocessen Het opstarten, evalueren en bijsturen van interventies in het kader van de wetenschappelijk kennis en inzichten omtrent menselijke factoren in interactie met de werkomgeving in het kader van zorgresultaten. Hoe het leren en vernieuwen stimuleren en concreet inbedden om deze nieuwe kennis en inzichten toe te passen. Nieuwe kennis en inzichten implementeren met betrekking tot medicatiezorg en infectiepreventie en in de context van verschillende praktijksituaties uit diverse gezondheidszorgdomeinen. Er worden enkele master classes aangeboden rond nieuwe relevant topics. | 16
Wetenschappelijk onderzoek Systematisch literatuuronderzoek Dit opleidingsonderdeel behandelt de volgende onderwerpen: • academisch schrijven • poster, abstracts en ranking van journals • principes van literatuurstudie • oefeningen in literatuurstudie • gebruik van een citation manager • systematische review en meta-analyse: opdracht literatuurstudie • zoekprofielen literatuurstudie • ontwikkelen van meetinstrumenten uit literatuur • validiteit en omgaan met meetinstrumenten. Toepassen van kwantitatieve onderzoeksmethoden en statistiek Dit opleidingsonderdeel behandelt de volgende onderwerpen: • statistiek: globale benadering • ontwikkelen van statistische vaardigheden: groepsopdracht 1 • peer review: groepsopdracht 1 • multivariantieanalyse: theoretische verdieping • statistiek: groepsopdracht 2 • peer review: groepsopdracht 2 • opstellen van een analyseplan. Toepassen van kwalitatieve onderzoeksmethoden In dit opleidingsonderdeel wordt uitgelegd en ingeoefend hoe je, vertrekkende vanuit een onderzoeksvraag, interviewvragen kan opstellen, hoe een goed kwalitatief interview verloopt en hoe een interview wordt geanalyseerd. Daarnaast wordt er een demonstratie gegeven van de analysesoftware NVivo8.
Klinische vorming De expert in het evidence based zorgproces Dit opleidingsonderdeel stelt Evidence Based Health Care voor en legt de belangrijkste begrippen ervan uit. De nodige vaardigheden worden aangeleerd om een probleem uit de dagelijkse praktijk om te zetten tot onderzoekbare PICO-vragen, de nodige evidence op te zoeken, deze te beoordelen, verschillende bronnen van evidence onderling te vergelijken en deze ook te implementeren in de zorg of in de organisatie van de zorg. Enkele voorbeelden van de implementatie van evidence based health care in het ziekenhuis, in de eerstelijnsgezondheidszorg en in de gerontologische zorg worden voorgesteld.
17 |
Transmurale zorgverlening Om transmurale zorg te kunnen verstrekken, te organiseren, te ondersteunen of te evalueren is een grondige kennis nodig van de verschillende lijnen in de gezondheidszorg. De meeste verpleegkundigen hebben alleen kennis en voeling met de hospitaal- of de instellingsgeneeskunde. Daarom bespreken we in dit opleidingsonderdeel de eerstelijnsgezondheidszorg en de thuisgezondheidszorg wat betreft inhoud en verschillen met de andere lijnen in de gezondheidszorg. Wettelijke en organisatorische aspecten van eerstelijnsgezondheidszorg op federaal en regionaal beleidsniveau in België komen daarbij aan bod. De eerstelijnsgezondheidszorg wordt bovendien in een internationaal perspectief bestudeerd. Ook de bejaardenzorg in RVT/ROB en serviceflats komt aan bod. Daarbij gaan we in op de schalen voor de beperkingen van de zelfzorgmogelijkheden. Tevens belichten we de rol van het OCMW binnen de gezondheidszorg, evenals de rol van zelfhulpgroepen, palliatieve netwerken en mantelzorg. We bespreken definitie, modellen, organisatie, implementatie en verankering van transmurale zorg. We besteden ook aandacht aan de problematiek van de chronische en complexe zorg: epidemiologie, organisatie en modellen van complexe chronische zorg. Tevens belichten we specifieke psychologische problemen waarmee hulpverleners en personen met een chronische ziekte te maken hebben. Bij de begeleiding van personen met een chronisch en/of complex zorgprobleem neemt Therapeutische Patiënten Educatie een belangrijke plaats in: therapietrouw (adherence-concordance) en empowerment zijn hiervan enkele voorbeelden. De professional als beheerder van kwaliteitszorg Algemene inzichten over kwaliteit worden aangeboden met specifieke aandacht voor de kwaliteit in de gezondszorg nationaal en internationaal. Hoe kwaliteit in de zorg meten, evalueren en bijsturen in de directe en de brede context van de verschillende gezonheidszorgdomeinen? Daarnaast worden recente kwaliteitsprojecten toegelicht met hun doelstellingen, aanpak en effecten. De interactie tussen menselijke factoren en de werkomgeving worden bestudeerd in het kader van zorgresultaten. Op welke wijze kan veiligheidsrapportering en incidentmelding georganiseerd en gestimuleerd worden met inzichten in vermijdbare schade en hoe vermijdbare schade analyseren en bijsturen door middel van verschillende methodieken.
Academische vorming
Vanuit de verschillende domeinen word je als kandidaat-master in de verpleegkunde en de vroedkunde gestimuleerd in je academische ontwikkeling. Een kritische houding | 18
waarbij steeds de nodige ruimte is voor zelfreflectie en persoonlijke ontwikkeling wordt nagestreefd. Door de aangeboden leermomenten wordt van jou verwacht dat je als gelijkwaardige partner academische bevindingen kan communiceren. Specifiek gaan de lessen en de begeleiding binnen dit domein in op het uitwerken van een persoonlijk ontwikkelingsplan (POP) en een persoonlijk actieplan (PAP), het academisch schrijven en mogelijkheden tot academische communicatie. Masterproef: wetenschappelijke publicatie en verdeding Wetenschappelijke publicatie Het tot stand komen van je masterproef gebeurt in verschillende stappen: • kritische bespreking van vragenlijsten • ontwerpen van meetinstrumenten: toepassing masterproef • constructie-database: toepassing masterproef • uitwerken van een analyseplan voor de masterproef • data-analyse en interactief overleg met betrekking tot de masterproef • schrijven van een wetenschappelijke publicatie: toepassing masterproef. Verdediging Tijdens interactieve leermomenten presenteer je in groepsverband de bevindingen van je masterproef. De openbare presentatie (peer review) en de verdediging van je masterproef voor een jury vormen de evaluatie. Enkele trajecten van persoonlijke verdiepingen Het onderwijsaanbod creëert de mogelijkheid om persoonlijk te verdiepen via de verschillende opdrachten. Als voorbeeld enkele trajecten van afgestudeerde studenten met hun ervaring en werkzaamheden tijdens de opleiding en de huidige activiteit: NG is bachelor vroedkundige drie jaar werkervaring in een materniteit thans weten schappelijk onderzoeker: 1. Management en innovatie zorgproject: Invoeren van Baby Friendly Initiative richtlijnen in een materniteit 2. Academische vorming paper: De implementatie van roomservice in het ZNA 3. Management & innovatie paper: Uitwerking van een verbetertraject om twee materniteiten te fusioneren. 4. Klinische vorming paper: Adoptiemoeders en borstvoeding 5. Wetenschappelijk onderzoek systematic review: Redenen voor vroegtijdig stoppen met borstvoeding bij westerse vrouwen. 6. Academische vorming masterproef: Onderzoek naar de invloed van inductie op borstvoeding 19 |
SDS bachelor verpleegkundige twee jaar werkzaam op een spoedafdeling thans wetenschappelijk onderzoeker: 1. Management & innovatie: Suïcidepreventie in een algemeen ziekenhuis met een PAAZ 2. Academische vorming paper: Innovatie op spoedgevallen – een triageverpleegkundige 3. Klinische vorming paper: Leidt therapeutische hypothermie na een out-of-hospital cardiaal arrest bij een volwassenen tot beter neurologisch herstel dan wanneer geen postreanimatiezorg wordt toegediend? 4. Management & innovatie paper: Implementatie van standing orders voor prehospitaalzorg op een spoedgevallendienst 5. Wetenschappelijk onderzoek systematic review: Wat is het effect van triage op de ligduur van patiënten op spoedgevallen? 6. Academische vorming masterproef: Psychiatrische urgenties op spoedgevallen studie naar prevalentie, zorgvraag en professioneel gedrag van verpleegkundigen. YVC afgestudeerd bachelor verpleegkunde en voltijds student thans doctoraatstudent 1. Management & innovatie zorgproject: Zorg voor het dialyseacces in een chronisch hemodialysecentrum 2. Academische vorming paper: Implementatie van hartfalenrobot (LUCAS) op de spoedafdeling 3. Klinische vorming paper: Preoperatief ontharingsmateriaal om postoperatieve wondinfecties te herleiden 4. Management & innovatie paper: Zorgproject compliance in een dialysecentrum 5. Wetenschappelijk onderzoek systematic review: Het effect van verpleegkundige interventies op de therapietrouw van chronische zieken 6. Academische vorming masterproef : Therapietrouw aan fosfaatbinders bij dialyse patiënten: verpleegkundige interventie RW verpleegkundige werkzaam sinds 5 jaar in een psychiatrische ziekenhuis thans verpleegkundig specialist 1. Management & innovatie zorgproject: Een multidisciplinair, ambulant zorgpad voor volwassenen met een lichte tot matige depressie 2. Academische vorming paper: Flexibilisering van psychiatrische pleegzorg gekatalyseerd door een integrale rehabilitatievisie te OPZ Geel 3. Klinische vorming paper: Evidentie omtrent het effect van adherencetherapie op medicatietrouw bij volwassenen met schizofrenie 4. Management & innovatie paper: Het klaarstomen van de organisatie voor de implementatie van Artikel 107: een uitdaging beschouwd vanuit managementperspectief 5. Wetenschappelijk onderzoek systematic review: Burnout en persoonlijke bekwaamheid bij psychiatrische zorgverleners.
| 20
6. Academische vorming masterproef: Het effect van werkomgeving, werkbelasting en werkbeleving op kwaliteit van zorg en jobgerelateerde uitkomsten: een onderzoek bij psychiatrische zorgverleners JDP bachelor verpleegkundige 5 jaar ervaring intensieve zorgen thans hoofdverpleegkundige intensieve zorgen: 1. Management & innovatie zorgproject: Invoeren van Modiefied Early Warning System in een acuut ziekenhuis 2. Academische vorming paper: De implementatie van een nieuwe maaltijdensysteem in een acuut ziekenhuis 3. Klinische vorming paper: Endotracheale aspiratie bij langdurig beademde patiënten op IZ; Is kwantiteit gelijk aan kwaliteit? 4. Management en innovatie paper: De acht managementrollen toegepast op IPSIG (interprofesioneel samenwerken in de gezondheidszorg 5. Wetenschappelijk onderzoek systematic review: De invloed van de persoonskenmerken op patiënttevredenheid met verpleegkundige zorg 6. Academische vorming masterproef: Patiënttevredenheid in een cultureel diverse setting
Nuttige info over je studietraject Masteropleidingen binnen de bachelor-masterstructuur Om te kunnen inschrijven voor een masteropleiding, moet je in het bezit zijn van een professioneel of een academisch bachelordiploma. Afhankelijk van het diploma dat je reeds op zak hebt, kan je: • rechtstreeks instromen in een masteropleiding • eerst een schakelprogramma volgen (na een professionele bacheloropleiding) • eerst een voorbereidingsprogramma volgen (na een academische bacheloropleiding)
academische bachelor professionele bachelor
à
rechtstreekse instroom
à
à
voorbereidingsprogramma
à
à
schakelprogramma
à
academische master
Dankzij de bachelor-masterstructuur heb je als student vaak keuzemogelijkheden bij het invullen van je studieprogramma. In elke faculteit adviseren studietrajectbegeleiders je over de samenstelling van je programma en over de aangeboden keuzemogelijkheden.
21 |
Leerkrediet Het is belangrijk dat je voldoende studievoortgang boekt in je studietraject: als je studiepunten opneemt is het de bedoeling dat je ze opnieuw verwerft door te slagen voor je examens. Om je studievoortgang te bewaken, is het leerkrediet in het leven geroepen. Alle info over het leerkrediet vind je op www.ua.ac.be/studiepunten. Als je geen studievoortgang boekt en op een negatief leerkrediet strandt, is het te laat. Daarom heeft de Universiteit Antwerpen een systeem van studievoortgangsbewaking en -begeleiding opgezet: de faculteit zal je studieprestaties volgen en kan je bindende voorwaarden opleggen wanneer je niet de helft van de studiepunten van je studieprogramma hebt behaald.
Studiebegeleiding Studieadvies en studentenbegeleiding De Dienst voor Studieadvies en Studentenbegeleiding is er om je te helpen vanaf het moment dat je je voor het eerst inschrijft tot aan het moment waarop je je diploma in handen krijgt. •
Informatie en advies over studeren in het hoger onderwijs Stel ons al je vragen over opleidingen binnen en buiten de Universiteit Antwerpen, het onderwijs- en examenreglement, het leerkrediet…
•
Begeleiding bij het maken van je studiekeuze en bij twijfel over je studierichting Weten wat je wilt, is soms makkelijker gezegd dan gedaan. Samen met een studentenbegeleider kan je aan de hand van gesprekken meer zicht krijgen op je persoonlijkheid, capaciteiten, interesses en de opleidingen die daarbij passen, al dan niet in het kader van heroriëntering. Oefeningen uit het werkboek ‘Kijk op kiezen: stappenplan voor studie- en beroepskeuze’ kunnen jou hierbij helpen.
•
Erkenning van eerder verworven competenties (EVC) Contacteer de EVC-coördinator voor informatie, een adviesgesprek en het opstarten van de procedure. Meer info vind je op www.ua.ac.be/evc.
•
Begeleiding omtrent studievaardigheden, studieplanning en uitstelgedrag Een studentenbegeleider kan je begeleiden in het aanscherpen van je studievaardigheden. Hoe verwerk je grote hoeveelheden leerstof? Hoe maak je een schema? Hoe maak je goede nota’s? We helpen je ook realistische planningen te maken en doen oefeningen om uitstelgedrag tegen te gaan.
| 22
•
Psychologische begeleiding en psychotherapie Ook wanneer je kampt met persoonlijke problemen die je studies belemmeren (faalangst, rouwverwerking, relatieproblemen, …) kan je terecht bij een studentenbegeleider die samen met jou nagaat welke hulp je het best kan gebruiken.
•
Begeleiding van studenten met een functiebeperking Heb je een functiebeperking zoals een fysieke handicap, chronische ziekte, leer probleem, concentratieprobleem, stoornis binnen het autismespectrum of psychisch probleem? Ook dan kan je bij ons terecht voor begeleiding. Als je beschikt over een geldig attest kan je ook bijzondere faciliteiten aanvragen voor onderwijs en/of examens. Dien je aanvraag tijdig in via www.ua.ac.be/functiebeperking.
•
Begeleiding van studenten met een topsport- of kunstbeoefening Beoefen je sport of kunst op een hoog niveau, dan kan je eveneens bijzondere faciliteiten aanvragen voor onderwijs en/of examens. De Sportcommissie beoordeelt aanvragen van topsporters, de Commissie Cultuur die van kunstbeoefenaars. Meer info vind je op www.ua.ac.be/sportenkunst.
•
Afstudeerbegeleiding Tot slot kan je bij ons terecht voor hulp in je zoektocht naar jobs die passen bij je persoonlijkheid, capaciteiten en interesses en voor informatie over verdere studies.
Informatie en afspraken verlopen verder steeds via het Studenteninformatiepunt (STIP): • info: T +32 3 265 48 72 of stip.ua.ac.be • afspraken: enkel telefonisch: T +32 3 265 48 72 Neem ook een kijkje op www.ua.ac.be/studentenbegeleiding. Studietrajectbegeleiding Voor specifieke vragen over je individuele studieprogramma en vrijstellingen kan je terecht bij de studietrajectbegeleider van je faculteit. Contactgegevens vind je op www.ua.ac.be/contactpersonenslb. Taalbegeleiding: academisch Nederlands Bij het ‘Monitoraat op maat’ kan je terecht voor gratis taalondersteuning academisch Nederlands. Tijdens individuele sessies helpen taaldocenten je met je taalvragen. Voor ondersteuning bij o.a. het schrijven van een academische paper of het lezen van wetenschappelijke teksten, organiseren ze contactmomenten in kleine groep. De ondersteuning sluit aan bij je eigen werkstukken en studiemateriaal. Meer informatie vind je op www.ua.ac.be/monitoraatopmaat.
23 |
Studeren in het buitenland De Universiteit Antwerpen neemt actief deel aan Europese uitwisselingsprogramma’s zoals Erasmus. Elk jaar studeert een aanzienlijk grote groep studenten één semester aan een buitenlandse universiteit. In het kader van het Erasmusprogramma heeft de Universiteit Antwerpen samenwerkingsakkoorden gesloten met heel wat universiteiten in West- en Centraal-Europa. Maar we kijken verder dan Europa: op bilaterale basis (buiten het kader van Erasmus) werden wereldwijd uitwisselingsprogramma’s uitgewerkt. In het kader van internationale ontwikkelingssamenwerking kan je met een beurs een aantal maanden in een ontwikkelingsland studeren. Je studieperiode aan één van de buitenlandse partneruniversiteiten wordt erkend als onderdeel van je studie aan de Universiteit Antwerpen. Heb je interesse in een buitenlandse studie-ervaring? Meer info vind je op de website van de Dienst Internationale Samenwerking: www.ua.ac.be/dis.
Infomomenten Nog vragen? Kom ze ons persoonlijk stellen. Een overzicht van alle infodagen en masterbeurzen in 2013 vind je op www.ua.ac.be/infomomenten. Open campusdagen Op 23 maart en 27 april ben je welkom op onze open campusdagen. Dé gelegenheid om alle informatie uit de eerste hand te krijgen. Babbel met proffen, studenten en studenten begeleiders. Bezoek bib, aula en labo. Kortom: snuif de sfeer aan de Universiteit Antwerpen op. www.ua.ac.be/opencampusdagen Infomarkt Twijfel je in september nog over je studiekeuze? Of wil je graag bevestiging van je keuze? Kom dan naar de infomarkt op 4 september: alle infostanden van alle opleidingen op één plaats. Laatste kans om vragen te stellen, cursussen te doorbladeren en brochures mee naar huis te nemen. www.ua.ac.be/infomarkt
| 24
Nuttige websites Opleidingsaanbod Op www.ua.ac.be/studiekiezer vind je uitgebreide informatie over alle opleidingen die de Universiteit Antwerpen aanbiedt. Inschrijven Een (master)opleiding gekozen? Alle praktische informatie over inschrijven vind je op www.ua.ac.be/inschrijven. Blackboard Na je inschrijving krijg je toegang tot de digitale leeromgeving Blackboard. Je vindt er niet alleen aanvullingen op je cursussen, maar ook je webmail, de academische kalender, informatie over financiering van je studies, huisvesting, studentenjobs ... Inloggen kan via https://blackboard.ua.ac.be. Campussen Op www.ua.ac.be/route vind je campusplannetjes en de wegbeschrijvingen naar onze campussen.
25 |
Nuttige contactgegevens Faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen Campus Drie Eiken, gebouw S Universiteitsplein 1 2610 Wilrijk (Antwerpen) Voorzitter Vakgroep Prof. dr. Peter Van Bogaert Voorzitter Onderwijscommissie Prof. dr. Bart Van Rompaey Contactpersoon Ann Van de Mieroop T +32 3 265 25 04, F +32 3 265 25 01
[email protected] www.ua.ac.be/geneeskunde
| 26
27 |
| 28
29 |
| 30
31 |
| 32