Verklaring inzake de beleggingsbeginselen
van Stichting Bedrijfspensioenfonds AVH
1. Introductie 1.1 Inleiding Deze verklaring inzake de beleggingsbeginselen geeft beknopt de uitgangspunten weer van het beleggingsbeleid van Stichting Bedrijfspensioenfonds AVH. Deze uitgangspunten worden door het bestuur vastgesteld. 1.2 Doelstelling beleggingsbeleid De doelstelling van het beleggingsbeleid is het behalen van een hoog en stabiel lange termijn rendement, binnen de door het bestuur vastgestelde risico-parameters en rekening houdend met de lang- en kortlopende verplichtingen van het pensioenfonds, de solvabiliteitseisen die aan haar worden gesteld en de wenselijkheid van een stabiel premiebeleid. 1.3 Wijzigen van de verklaring De verklaring inzake de beleggingsbeginselen wordt minimaal eens in de drie jaar herzien. Indien tussentijds belangrijke wijzigingen optreden in het beleggingsbeleid wordt de verklaring tussentijds herzien.
2. Organisatie 2.1 Het pensioenfonds De Stichting Bedrijfspensioenfonds AVH is het pensioenfonds voor de Groothandel in Aardappelen, Groenten, Fruit, Kaas en Eieren. De Stichting Bedrijfspensioenfonds AVH (hierna: het pensioenfonds) beschermt de belangen bij het pensioenfonds van de (gewezen) deelnemers, pensioengerechtigden en hun nabestaanden. Het pensioenfonds heeft ten doel het treffen van voorzieningen ten behoeve van de oude dag, arbeidsongeschiktheid en overlijden. Het pensioenfonds belegt en beheert het pensioenvermogen in het belang van de (gewezen) deelnemers en gepensioneerden van het fonds.
2.2 Het bestuur Het bestuur van het pensioenfonds bestaat uit 12 leden. Het bestuur is eindverantwoordelijk voor alle activiteiten, inclusief het beleggingsbeleid, van het pensioenfonds. Het bestuur stelt het beleid van het pensioenfonds vast. Het bestuur is verantwoordelijk voor het beleggen van de beschikbare gelden in overeenstemming met de beleggingsbeginselen zoals omschreven in deze verklaring inzake de beleggingsbeginselen.
2.3 Directie Het bestuur benoemt de directie van het pensioenfonds. De directie is belast met de dagelijkse leiding van het pensioenfonds, advisering aan het bestuur en de uitvoering van de beleids- en beheersbeslissingen van het bestuur. De directie legt verantwoording af over zijn handelen aan het bestuur. 2.4 Beleggingscommissie Het pensioenfonds voert een actief en solide beleid in het vermogensbeheer. Een beleggingscommissie, die bestaat uit 4 bestuursleden en 1 externe adviseur adviseert over de beleggingsaangelegenheden in brede zin. Dit betreft zowel advies over het algemene beleggingsbeleid als over meer specifieke zaken. Daarnaast geeft de beleggingscommissie uitvoering aan strategisch- en tactisch beleggingsbeleid.
Blad 1
2.5 Deskundigheid medewerkers Het pensioenfonds zorgt ervoor dat zij in alle fasen van het beleggingsproces beschikt over de juiste deskundigheid die vereist is voor: - een optimaal beleggingsresultaat; - een correct beheer van de beleggingen - een goede beheersing van de aan de beleggingen verbonden risico’s. 2.6 Scheiding van belangen Het pensioenfonds zorgt ervoor dat bij de personen die belast zijn met (de uitvoering van) het beleggingsbeleid geen sprake is van belangenverstrengeling of tegenstrijdige belangen. De personen die belast zijn met (de uitvoering van) het beleggingsbeleid zijn gebonden aan de door het pensioenfonds opgestelde gedragscode. Deze gedragscode voldoet aan de eisen die De Nederlandsche Bank en de Autoriteit Financiële Markten hieraan stelt.
3. Uitvoering 3.1 Uitbesteding Het pensioenfonds kan zelf de beleggingen uitvoeren; het pensioenfonds kan ook de beleggingen uitbesteden aan een daartoe gecontracteerde derde partij. Of het pensioenfonds de beleggingen uitbesteedt aan een derde partij is afhankelijk van de beschikbare deskundigheid die het pensioenfonds zelf heeft, de schaalvoordelen die behaald kunnen worden door uitbesteding van de beleggingen en de flexibiliteit die de uitbesteding met zich mee brengt. De selectie van een eventuele derde partij vindt plaats op basis van objectieve criteria en wordt uitgevoerd door de beleggingscommissie. 3.2 Strategisch beleggingsplan Als uitgangspunt van het strategisch beleggingsplan geldt de relatie tussen de bezittingen en de verplichtingen van het pensioenfonds. Het bevat de belangrijkste beleggingskeuzes die gemaakt moeten worden: • De gewenste vermogenssamenstelling naar beleggingscategorieën. Het risicoprofiel van deze vermogenssamenstelling wordt geanalyseerd in het licht van alle rechten en verplichtingen van het pensioenfonds, zowel op korte als op lange termijn; • De rendementsdoelstelling per beleggingscategorie, tot uitdrukking gebracht in een of meer vergelijkingsmaatstaven; • In hoeverre het pensioenfonds bereid is de feitelijke beleggingsportefeuille (tijdelijk) te laten afwijken van de strategisch gewenste portefeuille; • Het valutabeleid; • Het beleid inzake risicobeheersing (valuta, rente etc.). 3.3 Algemene uitgangspunten beleggingsbeginselen Bij de uitvoering van het strategisch beleggingsplan staat de ‘prudent person’ regel centraal. Deze regel heeft de onderstaande uitgangspunten: • Het pensioenfonds doet de beleggingen in het belang van de (gewezen) deelnemers en gepensioneerden. • Met betrekking tot belegging van de activa gelden de onderstaande voorschriften: De activa worden zodanig belegd dat de kwaliteit, veiligheid, liquiditeit en het rendement van de portefeuille als geheel zijn gewaarborgd. De activa die ter dekking van de technische voorzieningen worden aangehouden, worden zoveel mogelijk op gereglementeerde markten belegd op een wijze die strookt met de aard en duur van de verwachte toekomstige pensioenuitkeringen. De activa worden naar behoren gediversifieerd.
Blad 2
•
Het pensioenfonds belegt alleen in derivaten voor zover deze bijdragen tot een vermindering van het beleggingsrisico of een doeltreffend portefeuillebeheer vergemakkelijken.
3.4 Beleggingen De te beleggen gelden zijn verdeeld over de diverse beleggingscategorieën zoals aandelen, obligaties (private loans), indirect niet beursgenoteerd onroerend goed, commodities, hedge funds en private equity. De beleggingen worden gewaardeerd tegen actuele waarde. Het pensioenfonds beoordeelt elke belegging op basis van risico- en rendementsoverwegingen en het totale effect op de beleggingsportefeuille in samenhang met de totale verplichtingenstructuur. 3.5 Grenzen aan beleggingsbeslissingen Het pensioenfonds onthoudt zich, of werkt niet mee aan een beleggingstransactie die: • verboden is, bijvoorbeeld op grond van het internationale recht; • in onmiddellijk verband staat met een schending van mensenrechten en/of de fundamentele vrijheden. 3.6 Risicobeheersing Het beleggingsbeleid wordt driejaarlijks, met een jaarlijkse tussentijdse beoordeling, geanalyseerd. Belangrijk analyse instrument hierbij is het Asset Liability Management, waarbij ontwikkelingen in de beleggingen en verplichtingen in hun onderlinge samenhang worden beoordeeld. De uitkomsten worden weergegeven in een nota, op basis waarvan het bestuur van het pensioenfonds vervolgens de beleidsuitgangspunten voor het premie-, indexatie en beleggingsbeleid vaststelt.
4. Financiële sturingsmiddelen Het bestuur van het pensioenfonds heeft een aantal sturingsmiddelen voorhanden die worden ingezet als de financiële positie van het pensioenfonds daartoe aanleiding geeft. De financiële sturingsmiddelen zijn: • premiebeleid; • hoogte van toe te kennen toeslagen; • verandering van het (strategisch) beleggingsbeleid; • vermindering van pensioenaanspraken.
5. Aanvullende bepalingen 5.1 Stembeleid Bpf AVH investeert ongeveer 20% van het totaal belegd vermogen in aandelen. De aandelen portefeuille is ondergebracht bij State Street Global Advisors (SSGA). Bij SSGA is er sprake van een participatie in aandelenfondsen. In principe kan Bpf AVH geen stemrecht uitoefenen vanwege de participatie in aandelenfondsen, zoals het geval is bij SSGA. Echter Bpf AVH heeft het stembeleid van haar manager onderzocht en kan die onderschrijven. Het stembeleid van SSGA is vermeld op de website van Bpf AVH (www.bfpavh.nl/thema-corporategovernance.htm). 5.2 Verantwoord beleggen Het bestuur van Bpf AVH is van mening dat zij ook bij het beleggen rekening dient te houden met haar maatschappelijke functie, daarom heeft Bpf AVH de Principles for Responsible Investments (PRI) van de Verenigde Naties ondertekend. Bpf AVH zal zich inspannen om ook de bestaande en nieuwe vermogensbeheerders die voor Bpf AVH een deel van het vermogen beheren de PRI te laten ondertekenen. Het bestuur van Bpf AVH heeft de
Blad 3
volgende onderwerpen geformuleerd waar rekening dient te worden gehouden bij het investeringsproces: - Dierenwelzijn; - Milieu prestaties; - Mensenrechten; - Werknemersverhoudingen; - Wapenindustrie en in het bijzonder, Landmijnen en clusterbommen. Gezien het feit dat het bestuur van Bpf AVH van mening is dat landmijnen en clusterbommen verwerpelijk wapentuig zijn, wordt investering in bedrijven die landmijnen en clusterbommen produceren uitgesloten van investeringen. De andere onderwerpen (dierenwelzijn, milieu prestaties, mensenrechten, wapenindustrie en werknemersverhoudingen) zullen via dialoog (engagement) met bedrijven aan de orde worden gebracht. Gezien het feit dat Bpf AVH voornamelijk belegd in zogenaamde index beleggingsfondsen, zal de uitsluiting van landmijnen en clusterbommen plaatsvinden door short te gaan. Per kwartaal zal verantwoording worden afgelegd over het toepassen van criteria voor verantwoord beleggen. Deze rapportage zal geplaatst worden op de website (www.bpfavh.nl)
Blad 4