WITTE OF ZWARTE ROOK Adviesnota: optimale brandveiligheid voor cliënten
… Veiligheidsfunctionaris April 2006
Inhoudsopgave Inleiding...........................................................................................................................................................3 Huidige situatie ...............................................................................................................................................4 Wettelijke eisen ..........................................................................................................................................4 Knelpunten in de praktijk ...........................................................................................................................4 Analyse .......................................................................................................................................................5 Aanbevelingen................................................................................................................................................6 A. Organisatie, taken en verantwoordelijkheden ..................................................................................7 B. Opleiding van medewerkers ..............................................................................................................7 C. Bedrijfsbrandweer ombouwen naar oproepbare BHV-organisatie ...............................................10 D. Beleid vaststellen .............................................................................................................................11 E. Inhaalslag Gebruiksvergunningen...................................................................................................11 Samenvatting................................................................................................................................................12 Implementatieplan en Kostenindicatie ........................................................................................................13
2
INLEIDING Bij de recente brand op … stond de eerste verdieping binnen één minuut letterlijk zwart van de rook. Dat hierbij zelfs geen gewonden zijn gevallen is enkel te danken aan het zeer snelle en moedige optreden van het aanwezige personeel. Gelukkig liep hun dienst uit, anders was het beslist anders afgelopen. De vragen die hierbij opkomen zijn: kunnen we voorkomen dat een verdieping binnen één minuut onder de rook staat, kunnen we garanderen dat de bedrijfshulpverlening altijd adequaat reageert en kunnen we altijd de vluchtmogelijkheden garanderen? Kortom is de brandveiligheid voor onze cliënten optimaal geregeld en voldoen we aan de wettelijke eisen? Hoe verkrijgen we witte rook voordat hij zwart wordt? Het antwoord op deze vraag is op dit moment dat de brandveiligheid binnen … niet optimaal geregeld is. Gebruiksvergunningen ontbreken soms of vereiste aanpassingen worden niet volledig uitgevoerd. Vanwege zorgvragen worden soms wettelijke eisen geweld aangedaan. Brandmeldinstallaties voldoen niet overal aan de normering. En de bedrijfshulpverlening is op externe locaties niet voldoende geregeld en is op de beide hoofdlocaties niet conform alle wettelijke eisen georganiseerd. Met de huidige organisatievorm lukt het niet om optimale brandveiligheid te garanderen. Herziening van taken en verantwoordelijkheden en een samenhangend beleid zijn nodig om te voorkomen dat we onnodig risico lopen.
3
HUIDIGE SITUATIE
WETTELIJKE EISEN Voor bijna al onze gebouwen is een gebruiksvergunning wettelijk verplicht. Een gebruiksvergunning is onder andere verplicht indien aan meer dan vier, of afhankelijk van de gemeente, tien personen in het kader van verzorging woon- en/of nachtverblijf zal worden geboden. En is verplicht als aan meer dan tien lichamelijke en/of geestelijk gehandicapten dagverblijf zal worden verschaft. Een gebruiksvergunning heeft als doel voor specifieke gebruikersgroepen de brandveiligheid te verhogen. Hiertoe worden onder andere eisen gesteld aan (brandmeld-)installaties, inrichting, interne organisatie, ontruimingsplan, controle en toezicht. De gebruiksvergunning wordt geregeld middels de gemeentelijke bouwverordening en de brandweer ziet toe op naleving. Daarnaast verplicht de Arbeidsomstandighedenwet de werkgever tot het aanwijzen van bedrijfshulpverleners (BHV). De BHV-ers moeten in staat zijn tot: - het verlenen van eerste hulp bij ongevallen; - het beperken en bestrijden van brand; - het alarmeren en evacueren in noodsituaties; - het kunnen samenwerken met hulpverleningsorganisaties. Aanvullende eisen zijn dat de BHV-er binnen enkele minuten ter plaatse moet kunnen zijn, dat er op elke locatie altijd minimaal één BHV-er aanwezig moet zijn en dat de opleiding voldoet aan de eisen zoals beschreven in het Brandveiligheidsconcept Bedrijfshulpverlening. KNELPUNTEN IN DE PRAKTIJK Onder medewerkers en verwanten leven veel vragen omtrent veiligheid. Onder een deel van hen bestaan gevoelens van onveiligheid. Tijdens ouderavonden op bijvoorbeeld … en … heeft een aantal verwanten nadrukkelijk hun ongerustheid uitgesproken, met name over de getraindheid van het personeel en het ontbreken van ontruimingsplannen en gebruiksvergunningen. In veel woningen ontbreekt nog een geldige gebruiksvergunning. De afgelopen jaren zijn enkele nieuwbouw locaties in gebruik genomen in afwachting van een geldige gebruiksvergunning. Het traject om te komen tot een gebruiksvergunning (initieel of na een herkeuring) loopt vaak te lang. Oorzaak ligt in de onduidelijkheid rond verantwoordelijkheden, taakverdeling en bevoegdheden. Toezicht op de brandveiligheid en handhaving van de gebruiksvergunning is op de meeste locaties niet helder geregeld. Hierdoor ontstaan knelpunten zoals: - Te weinig controle op de vluchtwegen en de noodverlichting. Vluchtwegen zijn hierdoor soms geblokkeerd, er staan brandbare materialen in of deuren functioneren niet als brandscheiding. - Ontruimingsplannen ontbreken nogal eens. - Personeel is te weinig getraind in brandveiligheid. In geval van brand weten niet alle medewerkers wat ze moeten doen en ontbreekt vaak kennis van de brandmeldinstallatie. - Op de externe locaties zijn nauwelijks bevoegde BHV-ers. Ook zitten er knelpunten tussen de bouwwetgeving en de praktijk van onze zorg hetgeen uitvoering van de wet in de letterlijke zin bemoeilijkt. - Teammanagers nemen maatregelen ten behoeve van de zorg waarbij te weinig rekening wordt gehouden met de brandveiligheid. Zoals het opheffen van een slaapwacht bij niet-zelfredzame bewoners, afsluiten van kamers bij brandgevaarlijke bewoners en het aanbrengen van haken op brandwerende deuren. In het beste geval worden dan aanvullende technische maatregelen getroffen. - En teammanagers laten bouwkundige aanpassingen uitvoeren of veranderen gebruiksfuncties, die niet in overeenstemming zijn met de gebruiksvergunning. De bedrijfsbrandweer voldoet op beide locaties niet geheel aan de gestelde eisen.
4
-
In … voldoen de bevelvoerders van de bedrijfsbrandweer niet allemaal aan de nieuwe opleidingseisen en ontbreekt een brandweercommandant. - In … is de inzetcapaciteit van de bedrijfsbrandweer onvoldoende. Indien bij inzet van het korps letsel ontstaat zal dit zeker in de aansprakelijkheid meegewogen worden. Voor beide hoofdlocaties geldt dat met een steeds kleinere doelgroep een gelijkblijvend brandweerkorps in stand moet worden gehouden. Daarnaast kan je als directie afvragen of een bedrijfsbrandweer in de visie van … past en of we de extra risico’s die brandweerlieden lopen, zelf willen dragen. Algemene conclusie is dat … op vele fronten niet voldoet aan alle wettelijke eisen. Het risico op brand dient verder teruggedrongen te worden (preventief), en in geval van brand moeten alle medewerkers adequaat kunnen handelen (repressief), zodat de veiligheid voor onze cliënten en medewerkers gewaarborgd wordt. De oorzaak ligt in het onvoldoende geregeld zijn van de gebruiksvergunningen en de BHVorganisatie. ANALYSE Onze gebruiksvergunningen zijn vaak niet in orde doordat we de relaties en de taakverdeling tussen betrokken partijen onvoldoende regelen. De betrokken partijen zijn de opdrachtgever (regiomanager), de gebruiker (teammanager), de uitvoerder (het bouwbureau), afdeling Techniek en de veiligheidsfunctionaris. De opdrachtgever (regiomanager) is onvoldoende op de hoogte van de wettelijke eisen en de mogelijke risico’s indien niet aan de gebruiksvergunning voldaan wordt. - Vanuit de zorgvraag worden eisen gesteld die slechts tegen hoge kosten gerealiseerd kunnen worden. - Zorgvragen worden ook tijdens of na de bouw aangepast waardoor er een spanningsveld ontstaat bij het verkrijgen of handhaven van een gebruiksvergunning. De gebruiker (teammanager) is onvoldoende op de hoogte van de wettelijke eisen en de mogelijke risico’s indien niet aan de gebruiksvergunning voldaan wordt. - Hij neemt gebouwen in gebruik terwijl er nog geen geldige gebruiksvergunningen zijn. - Hij laat wijzigingen aanbrengen in het gebouw die in strijd zijn met de gebruiksvergunning. - Hij ziet niet toe op de vereiste BHV-organisatie en handhaving van de gebruiksvergunning. Het bouwbureau levert gebouwen op terwijl de vereiste gebruiksvergunningen nog niet afgegeven zijn. Afdeling techniek heeft niet de middelen om aanpassingen en onderhoud conform de GV uit te voeren. Veiligheidsfunctionaris besteed veel tijd aan de uitvoering van de gebruiksvergunningen. Hij heeft niet de verantwoordelijkheden en de bevoegdheden om voor de tegenstrijdige belangen van zorgvragen en gebruiksvergunningen beleid vast te stellen en uitvoering af te dwingen.
5
AANBEVELINGEN De aanbevelingen bestaan uit vijf punten en moeten gezien worden als één samenhangend pakket. Op deze manier kunnen we met een goede organisatie en met beperkte inzet van middelen voldoen aan de geest van de wet en tegelijk een hoog veiligheidsniveau bereiken. Waarom niet aan de letterlijke tekst van de wet? De arbowet stelt dat op elke locatie te allen tijde tenminste één bevoegde BHV-er aanwezig moet zijn. In de praktijk betekent dit dat voor met name de woonvoorzieningen alle medewerkers een BHVopleiding zouden moeten volgen en dat ze om het jaar een herhalingscursus zouden moeten doen. De kosten van een BHV-cursus liggen tussen de € 250,- en € 300,- per cursist. Uitgaande van zo’n 2200 medewerkers in de directe zorg zouden de kosten voor … minimaal € 275.000,- per jaar bedragen. Dit is exclusief verletkosten. Tegelijk is het door o.a. verloop van personeel, niet mogelijk om op ieder moment een BHV-er op locatie te hebben. Kortom het is financieel en organisatorisch zeer moeilijk om in de letterlijke zin aan de arbowet te voldoen. Alle vergelijkbare zorginstellingen kampen met ditzelfde probleem en de minister erkent dit. Met het hier beschreven BHV voorstel voldoen we wel aan de geest van de wet en naar redelijkheid aan de veiligheidseisen. In mijn ogen is door het permanente niveau van preventie en organisatie zelfs een hoger veiligheidsniveau te bereiken. En dat met minder middelen. Brandweercommandanten en preventiemedewerkers uit betrokken gemeentes hebben inmiddels aangegeven dat ze met de hier geschetste opzet van de BHV-organisatie de veiligheid gewaarborgd achten. De vijf aanbevelingen moeten gezien worden als één samenhangend pakket omdat de bedrijfsbrandweer pas omgebouwd kan worden als de organisatie op locatie goed geregeld is en de medewerkers op de locaties pas adequaat kunnen handelen als de gebruiksvergunningen gehandhaafd worden. Het is daarom van groot belang dat management en directie eerst instemmen met het gehele plan voordat tot uitvoering wordt overgegaan. Achterliggende doelstellingen zijn: - het realiseren en instandhouden van veilige omstandigheden; - het vergroten van het gevoel van veiligheid bij cliënten, medewerkers en derden; - op preventie van calamiteiten; - het voldoen aan de wettelijke eisen; - en het adequaat handelen van medewerkers bij een calamiteit. Hieronder volgen de aanbevelingen op vijf hoofdpunten. A. Kies voor duidelijke taakafspraken passend bij de visie van integraal management. - Maak regiomanagers integraal verantwoordelijk voor het hebben en handhaven van gebruiksvergunning en de bedrijfshulpverlening. - Zorg voor goede ondersteuning van regio- en teammanagers door bedrijfshulpverleners op locatie en zorg voor ondersteuning van de bedrijfshulpverleners door de veiligheidsfunctionaris. - Stel service level agreements op met het bouwbureau en de afdeling techniek. - Maak de veiligheidsfunctionaris verantwoordelijk voor signalering, rapportering, ondersteuning en voorbereiding van beleid. B. Zorg voor een goede opleiding van medewerkers zodat de bedrijfshulpverlening optimaal gegarandeerd is. - Benoem BHV-locatieverantwoordelijke met als hoofdtaken preventie en ondersteuning van de teammanagers. - Zorg voor BHV-gecertificeerde voor de buitenlocaties met dezelfde taken als de BHVlocatieverantwoordelijke.
6
-
Geef alle medewerkers een Basis Brand Training zodat altijd adequaat gehandeld kan worden in geval van een calamiteit. C. Bouw de bedrijfsbrandweer om tot een oproepbare bedrijfshulpverleningsorganisatie en geef de nachtzorg ook BHV-taken. D. Stel beleid vast daar waar de zorgpraktijk knelpunten veroorzaakt met de wettelijke eisen. E. Plan een inhaalslag om de gebruiksvergunningen en brandmeldinstallaties aan de wettelijk gestelde eisen te laten voldoen. Onderstaand worden deze vijf aanbevelingen verder toegelicht. AANBEVELING A. ORGANISATIE, TAKEN EN VERANTWOORDELIJKHEDEN Conform het uitgangspunt dat verantwoordelijkheden voor de uitvoering van beleid en richtlijnen bij de sectie/resultaatverantwoordelijke eenheid liggen, moet de eindverantwoordelijkheid meer bij de managers en op de woningen/locaties zelf komen te liggen. Regiomanagers beslissen of en hoe een gebouw gebruikt wordt en zij beheren de budgetten. Daarom moeten zij eindverantwoordelijk worden voor de gebruiksvergunning, de handhaving hiervan en de bedrijfshulpverleningsorganisatie. Teammanagers krijgen gedelegeerde verantwoordelijkheid voor hun locatie en worden daarbij ondersteund door een BHV-verantwoordelijke. Taken en verantwoordelijkheden kunnen in de functiebeschrijving worden opgenomen. Afdeling Bouwbureau of Techniek draagt er zorg voor dat opdrachten van de regiomanagers voor nieuw-, verbouw en onderhoud uitgevoerd worden conform wettelijke eisen. Zij beheren het centraal archief en voorzien managers van informatie en technische ondersteuning. In geval van nieuwbouw verzorgt het Bouwbureau de gebruiksvergunning conform het programma van eisen zoals opgesteld door de regiomanagers. De relatie kan vastgelegd worden in service level agreements (leveringsafspraken) en in programma’s van eisen voor nieuwbouw. De veiligheidsfunctionaris faciliteert alle betrokkenen en houdt toezicht op het functioneren van de BHV-organisatie, gebruiksvergunningen en de brandmeldinstallaties. Hij voorziet betrokkenen van informatie en logboeken. Hij draagt zorg voor een terugkoppelingsmechanisme om knelpunten te signaleren en houdt steekproefsgewijs inspecties. En hij rapporteert en adviseert hierover aan team- en regiomanagers. Terugkoppeling kan gebeuren volgens het accountmanagement zoals uitgewerkt door Facilitair, door overleg met BHV-verantwoordelijke en middels inspectierondes. Taken, verantwoordelijkheden en procedures kunnen zoveel mogelijk worden vastgelegd in functiebeschrijvingen en HKZ-procedures. Binnen Facilitair zijn de procedures brandmeldinstallaties en gebruiksvergunning in voorbereiding. Taken en verantwoordelijkheden in geval van een calamiteit worden nader uitgewerkt in een HKZprocedure. AANBEVELING B. OPLEIDING VAN MEDEWERKERS De hieronder vermelde opleidingen vormen een samenhangend geheel. Brandpreventietaken liggen bij de BHV-locatieverantwoordelijke of voor de buitenlocaties bij de BHVgecertificeerde. Alle overige medewerkers krijgen ontruimingstaken en worden hiervoor opgeleid middels een (korte) Basis Brand Training. Op beide hoofdlocaties komt er een oproepbare BHV-organisatie om ondersteuning te bieden tijdens een calamiteit.
7
Opleidingsmodel hoofdlocaties (… en …): Woning/pand
Woning/pand
Alle medewerkers Basis Brand Training
Per cluster van woningen/panden:
Alle medewerkers Basis Brand Training
BHV-locatieverantwoordelijke: brandpreventietaken Woning/pand Alle medewerkers Basis Brand Training
Voor het gehele instellingsterrein op de hoofdlocaties: Oproepbare BHV-organisatie (o.a. nachtzorg) Deels BHV-gecertificeerde en deels Basis Brand Training
Opleidingsmodel buitenlocaties, sociowoningen en andere externe locaties:
Woning/pand
Woning/pand
Alle medewerkers Basis Brand Training
Per cluster van woningen/panden: BHV-gecertificeerde: brandpreventietaken
Woning/pand Alle medewerkers Basis Brand Training
8
Alle medewerkers Basis Brand Training
BHV-locatieverantwoordelijke voor de hoofdlocaties. Toezicht op de brandveiligheid en handhaving van de gebruiksvergunning is op de meeste locaties niet helder geregeld. Daarom moet per locatie of cluster van woningen een BHV-verantwoordelijke benoemd en opgeleid worden. Deze ziet toe op de preventie en levert zo een belangrijke bijdrage aan de brandveiligheid. De rol en de werkzaamheden van de BHV-verantwoordelijke zijn gericht op: - adequate signalering, registratie en controle van technische en bouwkundige veiligheidseisen - en op oefening en instrueren van personeel. De taken zijn: - bijhouden technische en bouwkundige staat zoals noodverlichting, vluchtwegen, deuren, blussers, etc.; - het doorgeven van gebreken aan Techniek; - het maandelijkse controleren van de brandmeldcentrale; - het maken en het oefenen van een ontruimingsplan; - het bijhouden en actualiseren van alle benodigde gegevens; - het vastleggen van een verslag in een logboek; - en het bespreken van BHV-zaken op locatieniveau. De randvoorwaarden zijn: - minimaal één BHV-verantwoordelijke per locatie of cluster van woningen; - een goede opleiding van deze medewerkers; - eindverantwoordelijkheid bij de teammanager; - geldige gebruiksvergunningen inclusief gecertificeerde brandmeldinstallaties; - een goede instructie en begeleiding door de veiligheidsfunctionaris. Cursusduur is ongeveer 6 uur. Indien we de opleiding intern geven kunnen de kosten tot een minimum beperkt blijven. Tijdsinvestering voor de BHV-locatieverantwoordelijke is 3 uur per maand. Tijdsinvestering voor de veiligheidsfunctionaris is 14 dagen per jaar. Dit is inclusief voorbereidingen en terugkoppeling. Hiermee kunnen de ongeveer 100 medewerkers voor beide hoofdlocaties tezamen opgeleid worden. De kosten voor 2006 zijn begroot op € 500,- en zijn opgenomen in de begroting van Facilitair. De verletkosten voor 100 cursisten / 800 uur, zijn geschat op € 13.440,-. De hiervoor aangevraagde ESF subsidie zal niet worden verleend.
BHV-gecertificeerde voor de buitenlocaties. Op de meeste buitenlocaties ontbreekt naast het toezicht op de brandveiligheid en de handhaving van de gebruiksvergunning de wettelijk vereiste BHV-organisatie. Met het aanstellen van BHV-ers die opgeleid zijn conform de eisen gesteld in het brandveiligheidbesluit voldoen we aan deze wettelijke eis. Taken van de BHV-gecertificeerde zijn dezelfde als die van de BHV-locatieveranwoordelijke. Ze zijn gericht op het toezien op en preventie van de brandveiligheid en de het handhaven van de gebruiksvergunning. (zie BHV-locatieverantwoordelijke) Veiligheidsfunctionaris zal net als bij de BHV-verantwoordelijke ondersteuning bieden bij invulling en uitvoering van de taken. Cursusduur is 2 dagen. De cursus dient gegeven te worden door een bevoegde instantie. Kosten bedragen per cursist ongeveer € 280,-. In totaal zullen ongeveer 50 medewerkers opgeleid moeten worden. De kosten voor 2006 zijn begroot op € 13.100 en zijn opgenomen in de begroting van Facilitair. De verletkosten voor 50 cursisten / 800 uur, zijn geschat op € 13.440,-. De hiervoor aangevraagde ESF subsidie zal niet worden verleend.
9
Basis brandtraining voor alle medewerkers. Op veel locaties weten medewerkers niet hoe te handelen in geval van brand. Personeel is niet op de hoogte van brandcompartimentering, vluchtwegen en blusmiddelen. Hierdoor kan paniek ontstaan bij brand met mogelijk zeer ernstige gevolgen. Doel van de Basis Brand Training (BBT) is dat alle medewerkers kennis hebben van brandveiligheid en de eigen rol daarin en praktische vaardigheden hebben om te kunnen handelen in geval van calamiteit of brand. Deze kennis en vaardigheden zullen gekoppeld worden aan de praktijksituatie. Resultaat hiervan zal zijn dat er permanent een hogere veiligheid geboden kan worden aan onze cliënten. De cursusinhoud is deels theoretisch en deels praktisch en zal bestaan uit drie hoofdonderdelen: a. Preventie. Bouwtechnisch: gebruiksvergunning, naleving en andere materialen. Alarmapparatuur: Pve en Bmi. b. Repressie Snelle alarmering: Werking Bmi, handbrandmelders, verstrekken informatie. Voorkomen verspreiding Blussen en blusmiddelen Ontruimen c. Nazorg Opvang Teammanagers hebben aangegeven dat ze voorkeur hebben voor een open inschrijving, een locatie buiten de eigen voorziening en cursustijden die in overleg vastgesteld kunnen worden. Dit kan het beste gerealiseerd worden door de cursus incompany te geven. Ook de wens van dagbesteding om de studiedagen te gebruiken kan binnen deze opzet gerealiseerd worden. Overige voordelen van een incompany cursus zijn de lagere kosten, een grotere flexibiliteit bij het inroosteren van medewerkers en de grotere continuïteit over de jaren. De afdeling opleiding heeft aangegeven dat ze organisatorische zaken kunnen regelen zoals inschrijving, locatie en meedenken over cursusopzet en inhoud. Een cursus zal 3 uur gaan duren en verplicht worden voor alle medewerkers. Uitgaande van 12 tot 14 personen per cursus zijn voor de locatie Westerhonk 35 cursussen en voor Willem van de Bergh 80 cursussen per jaar nodig. Alle medewerkers krijgen dan om het jaar een opleiding. Voor een opleiding incompany is de opzet om minimaal 2 medewerkers op te leiden om de cursus te geven, op beide hoofdlocaties één. Deze kunnen hiervoor een deelcontract krijgen en gaan werken op vaste dagdelen. De kosten voor 2006 zijn begroot op € 16.500 voor de personele kosten en € 29.500,- voor de materiele kosten. Beide posten zijn opgenomen in de begroting van Facilitair. De verletkosten voor 1500 cursisten / 4500 uur, zijn geschat op € 75.600,-. De hiervoor aangevraagde ESF subsidie zal niet worden verleend.
AANBEVELING C. BEDRIJFSBRANDWEER OMBOUWEN NAAR OPROEPBARE BHV-ORGANISATIE De bedrijfsbrandweer voldoet op beide locaties niet meer aan de wettelijk gestelde eisen. De bedrijfsbrandweer kan in twee jaar tijd omgebouwd worden naar een oproepbare BHV-organisatie. Taken worden meer gericht op ontruiming, ondersteuning van de gemeentelijke brandweer en assisteren bij opschaling van een calamiteit. Voor beide locaties zijn ongeveer 20 BHV-ers nodig om een permanente inzet te kunnen garanderen. Omdat de opzet vergelijkbaar is met de huidige bedrijfsbrandweer zijn de personele consequenties minimaal. Honorering, mensen en bijvoorbeeld communicatieapparatuur kunnen overgenomen worden, alleen de taakomschrijving en de frequentie van oefeningen zullen veranderen. De bedrijfsbrandweer kan pas omgebouwd worden naar een oproepbare BHV-organisatie als de gebruiksvergunningen overal actueel zijn en de medewerkers op de locatie opgeleid zijn. Hiermee zorgen we dat brand minder snel ontstaat en uitbreid en creëren we zo permanente passieve veiligheid. Een andere reden is het aantal valse meldingen. Bij het huidige aantal valse meldingen zal de gemeentelijke brandweer deze uitrukken zeker in rekening gaan brengen. Met een betere organisatie op locatieniveau zal dit aantal afnemen.
10
Cursusduur is 2 dagen. De cursus dient gegeven te worden door een bevoegde instantie. Kosten bedragen per cursist ongeveer € 280,-. In totaal zullen ongeveer 40 medewerkers opgeleid moeten worden, waarvan 20 in 2006. De kosten voor 2006 zijn begroot op € 10.400 en zijn opgenomen in de begroting van Facilitair. De verletkosten voor 20 cursisten / 320 uur, zijn geschat op € 5.376,-. Hiervoor is géén ESF subsidie-aanvraag ingediend. Deze kosten zijn in mindering gebracht op de opleidingskosten van de bedrijfsbrandweer.
De avond- en nachtzorg Om ook in de avond en nachturen aan de wettelijke eis te kunnen voldoen moet de avond- en nachtzorg opgeleid worden en ontruimingstaken krijgen. Alle medewerkers dienen dan minimaal een BBT te krijgen. Inmiddels heeft de brandweer geëist dat er ’s nachts te allen tijden gecertificeerde BHV-ers aanwezig moeten zijn. Hierdoor zal een deel als BHV-gecertificeerde opgeleid moet worden. Cursusduur is 2 dagen. De cursus dient gegeven te worden door een bevoegde instantie. Kosten bedragen per cursist ongeveer € 280,-. In totaal zullen ongeveer 40 medewerkers opgeleid moeten worden, allemaal in 2006. De kosten voor 2006 voor 15 cursisten kunnen uit de begroting van de oproepbare BHV-organisatie gehaald worden. Voor 25 cursisten is geen geld gereserveerd in de begroting van Facilitair, dit betreft een bedrag van € 7.000,-. De verletkosten voor 25 cursisten / 400 uur, zijn geschat op € 6.720,-. Deze kosten zijn niet begroot en worden niet vergoed middels een ESF-subsidie.
AANBEVELING D. BELEID VASTSTELLEN De huidige impasse tussen wetgeving en zorgpraktijk moet doorbroken worden, omdat hierdoor gevaarlijke situaties blijven bestaan en we niet aan de wettelijke eisen voldoen. Er zal in overleg met betrokken partijen beleid gemaakt moeten worden voor bijvoorbeeld het afsluiten van kamerdeuren en het opheffen van slaapwachten. Beleidsvoorstellen kunnen voorbereid worden door de veiligheidsfunctionaris in overleg met betrokkenen en eisende partijen. En zullen moeten worden vastgesteld door de directeur/bestuurder. Bijvoorbeeld De wet stelt dat vluchtdeuren ten alle tijden zonder hulp van een los voorwerp van binnen uit te openen moeten zijn. Dit kan echter voor sommige cliënten juist gevaarlijk zijn. Voor deze situaties zullen we (i.o.m. de brandweer) vervangende maatregelen moeten nemen en deze vastleggen in beleid. In een bestaande sociowoning kan de doelgroep veranderen van zelfredzame cliënten in minder zelfredzame. Om problemen met de gebruiksvergunning te voorkomen, kan hierom voor nieuwbouw een programma van eisen opgesteld worden, waarbij maatregelen in aanleg aanwezig zijn.
AANBEVELING E. INHAALSLAG GEBRUIKSVERGUNNINGEN. De inhaalslag gebruiksvergunningen kan pas starten als op basis van bovenvermeld beleid praktijkrichtlijnen zijn vastgesteld. Hierna kan een inventarisatie, een kostenraming en een planning worden gemaakt. Facilitair heeft hier voor in de meldingen een bedrag van € 75.000 voor de Willem van de Bergh en € 100.000 voor het Westerhonk voor 2006 opgenomen. Genoemde bedragen zijn echter geen indicatie voor de totale kosten. Totale kosten kunnen pas geschat worden na een zorgvuldige inventarisatie (gepland eerste kwartaal 2006).
11
SAMENVATTING … kan niet garanderen dat de brandveiligheid van onze cliënten optimaal geregeld is en voldoet niet aan de wettelijke eisen. Om dit te bereiken moeten de volgende stappen ondernomen worden: - instemmen met het totale pakket van aanbevelingen; - verantwoordelijkheden en taakafspraken voor gebruiksvergunningen aanpassen volgens de visie van het integraal management; - opleiden van medewerkers op locatie in het kader van de bedrijfshulpverlening; - ombouwen van de bedrijfsbrandweer naar een oproepbare BHV-organisatie; - brandveiligheidsbeleid vaststellen voor bestaande knelpunten; - inhaalslag plannen voor gebruiksvergunningen en brandmeldinstallaties. Nogmaals wil ik benadrukken dat het een totaalpakket is. Met dit voorstel behalen we een hoog niveau van preventie door de combinatie van een goede organisatie, goede preventie en opleiding van medewerkers in de geest van de wet. Uitvoering van enkele onderdelen of beknibbeling op onderdelen kan leiden tot de eis dat alle medewerkers in de letterlijke zin van de wet worden opgeleid. In mijn ogen zal dit leiden tot minder veiligheid en hogere kosten.
12
IMPLEMENTATIEPLAN EN KOSTENINDICATIE Planning
Kosten 2006
Trekker
A. Organisatie, taken en verantwoordelijkheden vaststellen Instemming adviesnota Calamiteitenplan
april ‘06 april ‘06
Geen Geen
Manager facilitair Multi-disciplinair
april ‘06 mei ‘06 mei ‘06 mei ‘06
Geen
Veiligheidsfunct. Veiligheidsfunct. Veiligheidsfunct. Veiligheidsfunct.
B. Opleiding medewerkers Voorbereiding, aanbesteding, etc. Start BHV-verantwoordelijke (eigen beheer) Start BHV-gecertificeerde (extern) Start BBT-opleiding (incompany)
500,13.100,46.000,Verletkosten: geen subsidie
C. Bedrijfsbrandweer / Oproepbare BHV Start opleiding BHV-ers Ombouwen tot BHV-oproepbare organisatie
’06 t/m ‘07 okt. ‘06
10.400,Verletkosten: geen subsidie
Externe instantie Veiligheidsfunct.
Op peil houden huidige inzetbaarheid
tot eind ‘07
n.v.t.
Brandweercommandant Veiligheidsfunct.
Opleiding nachtzorg BHV en BBT
april ‘06
*7.000,-
D. Vaststellen beleid voor knelpunten Intern beleid ontwikkelen iom. betrokkenen Beleid vaststellen
Jan/maart. ‘06 april ‘06
Geen Geen
Veiligheidsfunct. Manager Facilitair
F. Inhaalslag Gebruiksvergunningen Inventarisatie, kostenindicatie en planning maken Inhaalslag maken
april ‘06 ’06-‘07
** **
Bouwbureau Bouwbureau
** Facilitair heeft hier voor in de meldingen 2006 een bedrag van € 75.000 voor … en € 100.000 voor … opgenomen. Genoemde bedragen zijn echter geen indicatie voor de totale kosten. Totale kosten kunnen pas e geschat worden na een zorgvuldige inventarisatie (gepland voor 1 kwartaal 2006). * niet begroot voor 2006.
13