VCLB De Wissel – Antwerpen Vrij Centrum voor Leerlingenbegeleiding www.vclbdewisselantwerpen.be Campus Centrum
Campus Noord
Campus Noord
Campus Oost
Campus Zuid
Hallershofstraat 7 2100 Deurne Tel. (03) 285 34 50 Fax (03) 285 34 51
Markt 3 2180 Ekeren Tel. (03) 542 21 55 Fax (03) 542 26 66
Gagelveldenstraat 54 2170 Merksem Tel. (03) 640 38 90 Fax (03) 646 81 44
Hallershofstraat 7 2100 Deurne Tel. (03) 637 50 60 Fax (03) 637 50 69
Leopoldlei 96 2660 Hoboken Tel. (03) 216 29 38 Fax (03) 238 78 31
TOELICHTING GEMOTIVEERD VERSLAG DYSCALCULIE 1. Visie Het doel van een gemotiveerd verslag is tweeledig: - de diagnose dyscalculie meedelen en verantwoorden - aanbevelingen voor effectieve ondersteuning in het lager onderwijs of bij de start in het secundair onderwijs te geven, door de onderwijs- en opvoedingsbehoeften van de leerling met dyscalculie in kaart brengen. Naar gelang het zorgbeleid op school, de vraag van de ouders en de ernst van de problemen kan er al in de loop van het lager onderwijs een attest dyscalculie en gemotiveerd verslag opgemaakt worden om een goede begeleiding te verzekeren. 2. Handelingsgericht werken Bij het maken van een gemotiveerd verslag doorloop je zoals bij elke andere hulpvraag, de fasen van handelingsgerichte diagnostiek. Je start steeds met een intakegesprek met de ouders en de school. In de strategiefase beslis je of verder onderzoek nodig is om voldoende zicht te krijgen op de onderwijs- en opvoedingsbehoeften van het kind. Mogelijk ga je onmiddellijk over naar de indiceringsfase waarin je een aantal ondersteunende maatregelen in kaart brengt. In de adviesfase bespreek je met de leerling, ouders en school welke interventievoorstellen zullen opgenomen worden in het gemotiveerd verslag. 3. Positieve kenmerken en protectieve factoren Dit belangrijke uitgangspunt van handelingsgericht werken verdient ook voldoende aandacht in het gemotiveerd verslag: bv. een goede werkhouding, een goede motivatie, sterke cognitieve vaardigheden, positieve ondersteuning thuis, ... 4. Toelichting bij de rubrieken In een gemotiveerd verslag dyscalculie opgemaakt door het VCLB De WisselAntwerpen komen volgende rubrieken aan bod. Het verslag wordt meegegeven met de ouders zodat ze ook bij de start in een secundaire school over voldoende gegevens beschikken. Vertrouwelijk, enkel gebruiken in kader van jeugdhulpverlening x02.235 toelicht.GemotivVerslagDyscal BaO-Wi
Vademecum secundair onderwijs oktober 2012
1
1.
Doel gemotiveerd verslag
Het gemotiveerd verslag geeft informatie over de ernst en de hardnekkigheid van de rekenproblemen en verantwoordt waarom de diagnose dyscalculie werd gesteld. Er worden aanbevelingen geformuleerd voor een effectieve ondersteuning van de leerling. We hopen dat dit verslag een bijdrage kan leveren aan het verder zetten van een gepaste aanpak en begeleiding. 2.
Definitie dyscalculie
Dyscalculie is een stoornis die gekenmerkt wordt door hardnekkige problemen met het vlot/accuraat oproepen van rekenfeiten en /of het leren en vlot/accuraat toepassen van rekenprocedures. De diagnose dyscalculie gebeurt aan de hand van de volgende criteria: 1. Er is een ernstige achterstand op een gestandaardiseerde rekentest (score beneden percentiel 10) voor het vaardigheidsniveau van rekenen ten aanzien van een relevante vergelijkingsgroep. De leerling presteert significant lager dan wat gevraagd wordt van het individu, gegeven diens leeftijd en omstandigheden (achterstandscriterium) 2. en de achterstand, in kaart gebracht door metingen op minimum twee momenten, blijft bestaan ook wanneer voorzien is in een periode van adequate remediërende instructie en oefening van minstens 3 tot 6 maand (criterium van didactische resistentie/hardnekkigheid) Denk hierbij ook aan het begrip ‘respons to instruction’: voldoende kwaliteitsvolle ondersteuning op niveau van basiszorg, verhoogde zorg en uitbreiding van zorg. 3. én er is geen afdoende alternatieve verklaring voor de ernstige achterstand en de didactische resistentie, zoals: langdurige ziekte, tekorten in de methode, verandering van school, …(exclusiviteitcriterium) De kernkenmerken van dyscalculie hebben betrekking op: o o o o o o
telhandelingen getallen lezen en schrijven hoofdrekenen tot 10: optellen, aftrekken en splitsen; ook toepassing in groter getalbereik maal- en deeltafels; ook toepassing in groter getalbereik kennis getalopbouw elementaire wiskundeprocedures: hoofdrekenen, cijferen, klok lezen, breuken en % berekenen, ...
Hoe meer kernkenmerken aanwezig zijn, hoe meer evidentie we hebben voor de diagnose dyscalculie. (Definitie en criteria volgens Protocol rekenproblemen en vermoeden dyscalculie, oktober 2010/ kernkenmerken: Traject bij vermoeden dyscalculie. VCLB Service, 2008) Vertrouwelijk, enkel gebruiken in kader van jeugdhulpverlening x02.235 toelicht.GemotivVerslagDyscal BaO-Wi
Vademecum secundair onderwijs oktober 2012
2
3.
Verloop ontwikkeling wiskunde
De hardnekkigheid en ernst van het probleem moet blijken uit deze gegevens: - Hoe verliep het verwerven van wiskundige vaardigheden? Sinds wanneer is er sprake van een achterstand? In welke wiskundedomeinen? Vinden we problemen bij de kernkenmerken? - Hoe groot was de achterstand op verschillende meetmomenten. Voor deze informatie doen we in de eerste plaats beroep op het leerlingvolgdossier van de school, ev. aangevuld met gegevens van (vroeger) testonderzoek die de diagnose dyscalculie verantwoorden. - Gegevens over de geboden hulp (duur, frequentie, aard, inhouden) moeten de hardnekkigheid aantonen (didactische resistentie: goede basiszorg, verhoogde zorg en uitbreiding van zorg op school, ondersteuning door ouders, logopedie…).
-
3.1 Relevante anamnesegegevens familiaal voorkomen positieve kenmerken bijkomende risicofactoren of problemen/ co-morbiditeit schoolverloop gegevens over voorbereidende rekenvaardigheden kleuterschool: zie o.a. lijst ‘Early Markers’ in ‘Traject bij vermoeden dyscalculie’ 3.2 Gegevens ontwikkeling wiskundeprestaties LVS VCLB wiskunde: totaalscores (schoolgegevens) Percentiel
Zone
Beoordeling
Begin 1 Midden 1 Einde 1/ Begin 2 Midden 2 Einde 2/ Begin 3 Midden 3 Einde 3/ Begin 4 Midden 4 Einde 4/ Begin 5 Midden 5 Einde 5/ Begin 6 Vertrouwelijk, enkel gebruiken in kader van jeugdhulpverlening x02.235 toelicht.GemotivVerslagDyscal BaO-Wi
Vademecum secundair onderwijs oktober 2012
3
Midden 6 percentiel = % leerlingen dat dezelfde of lagere uitslag behaalt
Toelichting: Je kan ook het volgrooster uit het LVS gebruiken. Bespreek de evolutie. Ev. heb je nog bijkomende informatie van andere algemene wiskundetoetsen Ev. kan je opvallende trends i.v.m. onderdelen wiskunde (wat lukt er wel goed?) weergeven die je terugvindt in de individuele analysebladen van het LVS. LVS VCLB wiskunde: parate kennis hoofdrekenen (schoolgegevens) splitsen Einde 1/ Begin 2
optellen
aftrekken
tot 10
tot 10
tot 10
optellen & aftrekken
maaltafels
maal- en deeltafels
totaal HR
tot 100 zonder brug
Midden 2 Einde 2/ Begin 3
tot 20
tot 20
tot 100
Midden 3 Einde 3/ Begin 4
tot 100
Midden 4 Einde 4/ Begin 5 Midden 5 Einde 5/ Begin 6
tot 1000
uitbreiding
tot 1000
uitbreiding
tot 1000
uitbreiding
tot 10 000
Midden 6
tot 10 000
uitbreiding
uitbreiding
Uitbreiding maal-/deeltafels M4/E4/B5/M5: xT, x15, x25, delen met rest Uitbreiding maal-/deeltafels E5/B6/M6: tot 10 000, delen met rest pc = percentiel = % leerlingen dat dezelfde of lagere uitslag behaalt zones: A (pc 75 – 100) zeer goed, B (pc 50 – 70) goed, C (pc 25 – 45) voldoende, D (pc 15 – 20) zwak, E (pc 1 – 10) zeer zwak Vertrouwelijk, enkel gebruiken in kader van jeugdhulpverlening x02.235 toelicht.GemotivVerslagDyscal BaO-Wi
Vademecum secundair onderwijs oktober 2012
4
Toelichting: Deze informatie moet je verzamelen vanuit de individuele analysebladeren LVS. Ev. heb je nog bijkomende informatie van andere tempotoetsen hoofdrekenen 3.3 Geboden hulp en effect
4.
Actueel niveau wiskunde
We baseren ons op recente, gestandaardiseerde en objectieve testgegevens en observatiegegevens, verkregen vanuit het diagnostisch onderzoek door school, CLB of externe hulpverlener. Algemeen wiskundeniveau Zie ‘Traject bij vermoeden van dyscalculie’: overzicht onderzoeksinstrumenten: keuze uit totaaluitslag LVS VCLB, KRT-R, SIBOtoetsen Dudal, Analytische toetsen Dudal, Signaleringstoetsen Goessaert, CDR Analyse Kernkenmerken Zie ‘Traject bij vermoeden van dyscalculie’: keuze uit lijsten analyse-instrumenten kernkenmerken per graad Je kan het individueel analyseblad van de LVS-toets gebruiken en/of informatie van bijkomende toetsen. diagnostisch interview interview leerkracht interview ouders en/of kind o o o o o o
Telhandelingen Getallen lezen en schrijven Hoofdrekenen tot 10 Maal- en deeltafels Kennis getalopbouw Elementaire wiskundeprocedures
Andere wiskundedomeinen o o
Verbaal geformuleerde rekenopdrachten, rekentaal en vraagstukken Metend rekenen, meetkunde en ruimtelijke oriëntatie, gebruik rekenmateriaal en schematische voorstellingen
in deze domeinen kan je ev. ook aangeven of het gaat om moeilijkheden met rekenfeiten en/of - procedures (bv. symbolen en voorstellingswijzen, specifieke rekenterminologie, omzetting van meeteenheden) of dat het gaat om meer inzichtelijke aspecten. Vertrouwelijk, enkel gebruiken in kader van jeugdhulpverlening x02.235 toelicht.GemotivVerslagDyscal BaO-Wi
Vademecum secundair onderwijs oktober 2012
5
5.
Aanvullende recente relevante informatie
Hier kunnen positieve kenmerken en problemen van de leerling gemeld worden zoals bv.: o invloed dyscalculie op ander schoolvakken o intelligentie/ CHC-profielanalyse cognitieve vaardigheden: visuele informatieverwerking, korte termijn geheugen, ... o taalvaardigheid o werkhouding o competentiebeleving, motivatie, faalangst,... o co-morbide stoornissen: ADHD, dyslexie, DCD, ... Er kan ook aandacht besteed worden aan protectieve omgevingsfactoren (ondersteuning door ouders bij huiswerk, aanvaarding van de problematiek door de ouders, …) en risicofactoren. Zie ‘Traject bij vermoeden van dyscalculie’, p. 28 6.
Besluit
Diagnostische conclusie Effectieve ondersteunende maatregelen Je geeft aan welke remediërende en compenserende maatregelen momenteel een positief effect hebben op de leerling. Advies In overleg met school, ouders en leerling kan bekeken worden welke remediërende en ondersteunende maatregelen kunnen gerealiseerd worden. Voor de compenserende en ev. dispenserende maatregelen kan na overleg een keuze gemaakt worden uit de lijst in bijlage.
Naam Campus
Vertrouwelijk, enkel gebruiken in kader van jeugdhulpverlening x02.235 toelicht.GemotivVerslagDyscal BaO-Wi
Vademecum secundair onderwijs oktober 2012
6
Sticordi-maatregelen Uit: Traject bij vermoeden dyscalculie Bijkomende voorbeelden: zie protocol diagnostiek bij rekenproblemen, bijlage 2. www.prodiagnostiek.be Zie ook FICHE W3.13, LVS VCLB Wiskunde: Analyse en Handelen: Wat met zwakke rekenaars vanaf het 4e leerjaar?
De verschillende maatregelen die in de school kunnen genomen worden, noemen we STICORDI-maatregelen. Dit is de afkorting van: STImuleren: het ondersteunen van de affectieve component. Begrip tonen en het probleem (h)erkennen COmpenseren: aanreiken van middelen die hulp bieden bij de stoornis Remediëren: bepaalde vaardigheden door specifieke training verbeteren DIspenseren: vrijstellen van bepaalde opdrachten of bepaalde leerplandoelen. Dit laatste noemt men ook curriculumdifferentiatie. Het is belangrijk om bij elke leerling met dyscalculie te analyseren wat zijn sterktes en zwaktes zijn. Zo kan een leerling met problemen met hoofdrekenen baat hebben bij een rekenmachine. Een andere leerling die moeite heeft met de kennis van rekenfeiten dit compenseren door sterk logisch inzicht. Maatregelen die voor de ene leerling nuttig zijn, kunnen dus misschien voor een andere weinig zin hebben of niet nodig zijn. Sticordi-maatregelen stel je steeds samen op maat van de individuele leerling! Mogelijke sticordi-maatregelen zijn: Stimuleren
laat de leerling nooit onverwacht een oefening aan het bord oplossen geef een extra compliment als de leerling een som goed heeft opgelost. stuur de aandacht van de leerling (bijvoorbeeld: moet je oppervlakte of omtrek berekenen? Welke formule ga je gebruiken?) leer de leerling hulp vragen als het nodig is leg in de klas uit wat dyscalculie is (als de leerling dit wil) vraag niet ‘heb je wel geleerd?’, maar ‘hoe heb je het geleerd?’
Compenseren
geef de leerling meer tijd bij taken in de klas, bij toetsen of examens. geef gemakkelijkere, minder complexe sommen met minder taal laat een rekenmachine gebruiken bij toepassingen. Hier staat inzicht in de toepassing en de oplossingsmethode voorop en niet het correct kunnen uitrekenen. geef fiches met rekenprocedures en rekenkennis (bijv. tafelkaart, cijferprocedures, formule voor oppervlakteberekening van een driehoek, …) Vertrouwelijk, enkel gebruiken in kader van jeugdhulpverlening
x02.235 toelicht.GemotivVerslagDyscal BaO-Wi
Vademecum secundair onderwijs oktober 2012
7
maak duidelijke onthoudbladen met basisleerstof laat tussenuitkomsten noteren, eventueel op een kladblad zet bij vraagstukken de wiskundige bewerkingen in fluo, zowel bij het aanleren van de leerstof als bij toetssituaties. gebruik geen complexe getallen (met nullen en komma’s) of brugoefeningen om inzicht na te gaan (bijvoorbeeld bij vergelijking met 2 onbekenden) reken bij toepassingen reken- of telfouten niet altijd of minder zwaar aan laat schema’s gebruiken (bijvoorbeeld bij metend rekenen) laat toe dat de leerling regels kan opzoeken (op onthoudbladen, vergeetmenietjes, formuleboekjes, …) verwacht geen letterlijke definities. Leerlingen met dyscalculie kunnen het vaak wel in hun eigen woorden zeggen. De leerlingen krijgen invuldefinities en mogen op het examen mondeling toelichten hoe ze tot de uitkomst kwamen. gebruik positieschema’s en ruitjespapier bij cijferen vertel in welke opdracht irrelevante informatie zit zodat de leerling weet dat hij niet elk cijfer in de opgave moet gebruiken preteaching rekenfouten worden niet in de beoordeling van niet-wiskundevakken (geschiedenis, aardrijkskunde, technologische opvoeding, …) beoordeeld; ze worden wel aangeduid.
Remediëren Goede remediëring bestaat uit een combinatie van directe instructie van strategieën en reflectie op strategiegebruik. 10 krachtlijnen waarop het handelen steunt : 1. taakgericht handelen 2. het handelingsplan als leidraad 3. sturende didactiek 4. streven naar inzicht 5. complete instructie, aansluitend bij de voorkennis 6. de centrale rol van het vraagstuk 7. metacognitie 8. concrete materialen: met mate en wanneer nodig 9. automatiseren 10. de hulp op elkaar afstemmen. Leerprincipes (ook wel remediëringsprincipes of orthodidactische principes genoemd) 1. Isoleren a. oriënteren b. herhalen c. verkorten d. versnellen e. leren identificeren f. integreren g. generaliseren 2. Integreren 3. Generaliseren
Vertrouwelijk, enkel gebruiken in kader van jeugdhulpverlening x02.235 toelicht.GemotivVerslagDyscal BaO-Wi
Vademecum secundair onderwijs oktober 2012
8
Dispenseren en curriculumdifferentiatie Stel de leerling vrij van rekentaken of leerplandoelen die niet noodzakelijk zijn voor het bereiken van de eindtermen. Bijvoorbeeld: stel de leerling vrij van hoofdrekenen met moeilijke getallen. Zie ook ‘basisdoelen leerplan wiskunde’ VVKBaO (zie fiche W 3.13, LVS VCLB Wiskunde: Analyse en handelen, p. 26)
Vertrouwelijk, enkel gebruiken in kader van jeugdhulpverlening x02.235 toelicht.GemotivVerslagDyscal BaO-Wi
Vademecum secundair onderwijs oktober 2012
9