Van leesclub tot boekenbattle Acht praktijkvoorbeelden van leesplezier in het mbo
1
Colofon Van leesclub tot boekenbattle Acht praktijkvoorbeelden van leesplezier in het mbo In opdracht van Steunpunt Taal en Rekenen mbo Samenstelling Tessa van Velzen, Marieke Hanekamp, Mirella Verspiek en Paul Steehouder Eindredactie Redactiebureau Schelfhout Vormgeving Evert van de Biezen (CINOP) De voorbeelden in deze publicatie zijn afkomstig van docenten en bibliotheek medewerkers, werkzaam bij Aventus, ROC Friese Poort, Rijn IJssel, ROC A12, ROC van Amsterdam, ROC ID College, ROC Rivor, Deltion College, ROC van Twente, ROC Midden Nederland, ROC Nijmegen, Bibliotheek Velp, Bibliotheek Hoorn
CINOP Februari 2014 Postbus 1585 5200 BP ’sHertogenbosch Tel: 0736800800 Fax: 0736123425 www.cinop.nl
2
© CINOP 2014 Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, op welke andere wijze dan ook, zonder vooraf schriftelijke toestemming van de uitgever.
Inhoudsopgave Inleiding
4
1
De leesclub
6
2
De bibliotheek in school
10
3
Fictie in de opleiding
14
4
Leesstrategieën
18
5
Beroep en lezen
22
6
Vrij lezen
26
7
Leesmotivatie
30
8
Boekenbattle
34
Tot slot
38
3
4
Inleiding Uit verschillende onderzoeken blijkt dat lezen een bijdrage kan leveren aan woordenschat ontwikkeling, tekstbegrip, een grotere verbeeldingskracht, schoolsucces, vakmanschap en maatschappelijk succes. In het beroepsonderwijs is echter over het algemeen te weinig aandacht voor lezen, waardoor studenten weinig leeskilometers maken. Het programma Nederlands zit vaak al vol met de verplichte examenonderdelen, zoals schrijfvaardigheid en grammatica. Het lezen blijft meestal beperkt tot het lezen van zakelijke teksten, die ook in het examen voorkomen. Ook in andere vakken is minimale aandacht voor het beter leren lezen en begrijpen van teksten. Fictie lezen, wat geen verplicht examenonderdeel is, komt bijna helemaal niet voor in het beroepsonderwijs. Hoe kun je binnen het beroepsonderwijs toch meer aandacht aan lezen besteden? Wat kun je doen om studenten, die niet gemotiveerd zijn, te
prikkelen en te stimuleren meer te gaan lezen? Hoe zorg je ervoor dat studenten goed voorbereid zijn op het centrale examen lezen op 2F of 3F? En hoe verhoog je leesplezier, zodat studenten meer leeskilometers maken? In deze brochure staan acht voorbeelden beschreven van activiteiten en projecten waarin mbo-docenten aandacht besteden aan lezen en leesplezier in beroepsopleidingen. Van leesclub tot boekenbattle! Zo kun je inspiratie opdoen over hoe lezen geïntegreerd kan worden in de opleiding, welke plaats lezen in het curriculum kan hebben, welke meerwaarde een goede samenwerking met de bibliotheek kan hebben, hoe je studenten kunt motiveren en hoe lezen aan kan sluiten bij de beroepscompetenties. Wij wensen je veel leesplezier en inspiratie voor je eigen leesonderwijs! Steunpunt Taal en Rekenen mbo en CINOP
5
1
De leesclub
6
De leesclub voor mbo-studenten op ROC van Amsterdam
Leesplezier door 50 Cent Hoe kun je studenten plezier in lezen laten ervaren? Gedreven door deze vraag startte Eveline Polter, projectleider taal en rekenen op het MBO College Zuid van het ROC van Amsterdam, vorig jaar de leesclub. Hiermee wil zij bereiken dat studenten plezier in lezen ervaren, meer in aanraking komen met andere werelden en hun leesvaardigheid verbeteren. De directeur van het college stond achter dit plan en maakte budget vrij, ook om te laten zien dat het mbo geen leerfabriek is en levendig kan zijn. Zes studenten van de opleiding Juridisch medewerker en de Jeans school (niveau 4) deden in het schooljaar 20122013 enthousiast mee met de leesclub onder begeleiding van twee bevlogen ouddocenten. Begin 2014 startten twee leesclubs bij de opleiding Mode en twee leesclubs bij de opleiding Haarverzorging.
Inhoud Om studenten te enthousiasmeren voor de leesclub, vroeg Eveline docenten Nederlands om tijdens hun lessen fragmenten uit het boek Slagveld van de bekende rapper 50 Cent voor te lezen. Een goede keuze, omdat dit boek aansluit bij onderwerpen die spelen bij jongvolwassenen, zoals uitgaan, de ouderkindrelatie en verleidingen als roken, drugs en drank. Na afloop van deze voorleessessies inventariseerden de docenten welke studenten wilden deelnemen aan de leesclub. In zes bijeenkomsten kwamen de vrijwillige deelnemers van de leesclub buiten de lessen om bijeen. Vóór elke bijeenkomst lazen zij thuis de boeken die zij gratis hadden gekregen. Twee
enthousiaste ouddocenten begeleidden de bijeenkomsten. Zij woonden ter voorbereiding een workshop bij van een leesclubvereniging, waarin zij leerden hoe je een boek kunt analyseren. Daarbij kregen zij handvatten aangereikt om goede vragen aan studenten te stellen om samen een boek te bespreken. In de leesclub werden leeservaringen over het boek Slagveld van rapper 50 Cent uitgewisseld. De begeleiders spraken met de studenten over de inhoud (boodschap, hoofdpersonen) en maakten de verbinding met de eigen leefwereld van de studenten. Ook kwamen thema’s als maatschappelijk werk, therapie, homoseksualiteit en de rol van kleding voor jongeren ter sprake. Daarnaast was er ruimte om studenten individueel te begeleiden, bijvoorbeeld bij leesmotivatie (hoe
Twee enthousiaste oud-docenten begeleidden de bijeenkomsten. krijg ik een boek uit?) en leesvaardigheid (wat wordt er met deze tekst bedoeld? Hoe lees je een boek?). Ervaringen De ervaringen met de leesclub zijn positief. Studenten en begeleiders hebben ondervonden dat het voeren van een gesprek over een boek meerwaarde heeft. Niet alleen motiveert het om verder te lezen, maar het geeft ook de mogelijkheid een keer aandacht te besteden aan persoonlijke en maatschappelijke onderwerpen en interesses buiten de opleiding. Een succesfactor was de keuze van het boek Slagveld. Het interesseert de studenten, is 7
bij de studenten. Zij kenden immers elkaar en de begeleiders niet goed. Later bleek de kruisbestuiving tussen verschillende studenten waardevol. Tijdens de bijeenkomsten was namelijk ruimte om over de opleidingen uit te wisselen. Ook bleek dat studenten met een andere bril naar sommige fragmenten uit het boek keken. De studenten van de Jeans school konden het thema mode in een ander perspectief plaatsen en hier de studenten van de juridische opleiding over vertellen. Er waren ook knelpunten. Het was door de roosters niet altijd haalbaar om studenten uit verschillende opleidingen samen te brengen. Daarnaast was de samenwerking tussen de initiatiefnemer en de docenten Nederlands niet optimaal. Het programma Nederlands zit vol met de verplichte examenonderdelen. Niet alle docenten Nederlands waren enthousiast om in hun lessen voor te lezen. Het blijft een uitdaging om in de drukte van alledag een succesvol initiatief op te zetten. Evelien hield de docenten op de hoogte van de leesclub, maar andere verbindingen kwamen nog niet tot stand. makkelijk leesbaar en behandelt thema’s die studenten aangrepen zoals de problematische vaderzoonrelatie. Het is een boek dat aanknopingspunten biedt om verbinding te maken met persoonlijke meningen en ervaringen van studenten. Een andere succesfactor was de inzet van de begeleiders. Zij zijn werkzaam geweest op het mbo en bekend met de doelgroep. Het was voor hen een leuke mogelijkheid om met de studenten informeel in contact te blijven. Het enthousiasme van de begeleiders en de informele vertrouwde sfeer die zij creëerden, had een positief effect op de studenten. De samenstelling van de groep studenten (jongens, meisjes, verschillende opleidingen) zorgde eerst voor wat terughoudendheid 8
Hoe verder? De leesclub wordt in 2014 weer georganiseerd. Op basis van de leerpunten is de opzet aangepast. Zo is de leesclub gekoppeld aan een opleiding, zodat studenten elkaar kennen. Ook is het zo beter in te passen in de roosters en kan tijdens de boekbespreking dieper ingegaan worden op de relaties tussen het boek en de opleiding. Een tweede aanpassing is dat de begeleiders in een eerder staium kennismaken met de studenten, zodat zij niet helemaal onbekend zijn voor hen. Aanbevelingen • Denk goed na over de werving. Hoe enthousiasmeer je studenten om deel te nemen? Hoe maak je een leesclub interessant voor studenten?
• Maak duidelijke afspraken over de waardering; doen studenten het puur voor zichzelf, wordt het opgenomen in een portfolio of wordt deelname anders gewaardeerd? • Betrek enthousiaste vrijwilligers die affiniteit hebben met lezen en de doelgroep en flexibel zijn in tijd. • Betrek de docenten Nederlands bij het initiatief van de leesclub. Docenten Nederlands kunnen aanmoedigen, begeleiden en ruimte maken tijdens hun lessen om terug te komen op wat studenten in de leesclub hebben gedaan. • Zoek in samenspraak met de studenten passende boeken waarin aansprekende thema’s naar voren komen. Zoek actuele boeken die aansluiten bij de leefwereld van de studenten en waar je goede vragen over kunt stellen. Probeer een link te leggen tussen thema’s in het boek en de opleiding die de studenten volgen. • Zet tijdens de bijeenkomsten in op uitwisseling tussen studenten, bedenk leuke vragen
en geef studenten ruimte om elkaar te enthousiasmeren. De ervaring bij het ROC van Amsterdam leert dat studenten geïnspireerd raken wanneer een medestudent enthousiast over een boek vertelt. • Zorg er tot slot voor dat je mogelijke obstakels beperkt; geef studenten een boek cadeau en creëer een ontspannen sfeer. Tijd
Zes bijeenkomsten van 1,5 uur.
Kosten
Kosten voor de aan te schaffen boeken. Eventueel een vergoeding voor de begeleiders.
Tips
50 Cent & Moser, L. (2012). Slagveld, het bijna ware verhaal van een ex-pester. Amsterdam: Pimento.
Contact
Evelien Polter (
[email protected]), Loes de Jong (
[email protected]), Wiske Hagedoren (
[email protected])
9
2
De bibliotheek in school
10
ROC A12 en Deltion College halen de bibliotheek in huis
Een kruisbestuiving Bibliotheken werken vaak structureel samen met het primair en voortgezet onderwijs. De samenwerking tussen mbo en bibliotheek komt veel minder voor. Hoe kun je samen werken en hoe kan dit bijdragen aan leesplezier van mbostudenten? Op ROC A12 en Deltion College is een goede basis gelegd voor zo’n samenwerking. Bij ROC A12 is de bibliotheek gevestigd in het schoolgebouw en bij Deltion College zijn de bronnen van de bibliotheek gekoppeld aan de elektronische leeromgeving van de school. Thea Nabring, docente Nederlands bij ROC A12 en AnneMarie Versloot, manager Media Informatie Leren & ICT (MICT) bij Deltion College, vertellen hoe de bibliotheek en de school samenwerken en welke meerwaarde dit heeft.
Inhoud Op ROC A12 en Deltion College is de samenwerking geïntensiveerd door het verkleinen van de afstand. ROC A12 De bibliotheek is sinds september 2013 gevestigd in de kelder van het schoolgebouw van het roc. Het plan hiervoor ontstond ten tijde van een renovatie op het roc en financiële problemen bij de bibliotheek. Beide partijen zagen de gezamenlijke huisvesting als een winwinsituatie. Het samenwonen zou immers kunnen zorgen voor een kruisbestuiving: studenten leren de bibliotheek kennen en bewoners uit Velp en medewerkers van de bibliotheek leren het mbo beter kennen. Die interactie wordt ook bevorderd door het transparante gebouw. Je kijkt vanuit de school
de bibliotheek in en andersom. Midden in de bibliotheek is het openleercentrum voor de studenten. Zij werken hier dagelijks aan opdrachten die zij op de computer uitvoeren. Door een deel van het onderwijs in de bibliotheek te organiseren, komen studenten vaker in de bibliotheek. Zij kunnen altijd binnenlopen om een boek te lenen. De bibliotheek en de school onderzoeken nu op welke manier de samenwerking verder vorm kan krijgen. Een voorbeeld van een samenwerkingsverband dat al is opgezet, is het project Kinderboeken binnen de opleiding Pedagogisch Werk. Voor de afronding van de Kinderboekenweek moeten studenten een
Zorg dat er geen barrières zijn voor studenten om boeken te lenen. kinderboek maken. Thea Nabring heeft binnen dit project op verschillende manieren met de bibliotheek samengewerkt: de studenten moeten vooraf inspiratie opdoen in de peuterhoek van de bibliotheek, vervolgens hun boek voorlezen op de stageplekken en tot slot zijn de mooiste boeken tentoongesteld in de bibliotheek. Naar vergelijkbare samenwerking met andere opleidingen wordt nog gezocht. Deltion College Bij Deltion College in Zwolle is de afstand tussen school en bibliotheek door middel van het digitaal systeem Fiducia verkleind. Fiducia is een vindservice, ook wel Biebsearch1 genoemd, waarin de bronnen van de bibliotheek zijn gekoppeld aan de elektronische leeromgeving waarin de
1 Biebsearch is de naam van een samenwerkingsproject tussen het voortgezet onderwijs, mbo’s en de bibliotheek (http://www.biebsearch.nl/).
11
student werkt. Fiducia wordt aangestuurd door één centrale afdeling, het Media Informatie Centrum. Dit centrum onderhoudt contacten met de bibliotheek en neemt onder andere alle organisatie rondom het lenen en samenstellen van collecties op zich. Op deze wijze slaat het centrum een brug tussen docent, student en bibliotheek en wordt de afstand verkleind. Wanneer een student een boek in het systeem opzoekt, kan hij naast de materialen van Deltion College ook de collecties van de bibliotheek bekijken. Boeken die hij leent van de bibliotheek, worden vervolgens op school afgeleverd. Daarnaast is de schoolpas tegelijkertijd ook bibliotheekpas waarmee studenten van alle opleidingen boeken kunnen lenen als zij zelf naar de bibliotheek in Zwolle en omgeving gaan. Ervaringen Bij ROC A12 ervaren zowel de school als de medewerkers van de bibliotheek het ‘samenwonen’ als positief. De interactie die 12
ontstaat doordat medewerkers, bezoekers, studenten en docenten dicht bij elkaar zijn, zorgt voor nieuwsgierigheid en nieuwe contacten. Doordat de bibliotheek en school fysiek dicht bij elkaar zijn, is het contact tussen de bibliotheek en de school gemakkelijk. De studenten kunnen eenvoudig boeken lenen en hebben altijd een rustige plek om zich terug te trekken. Docenten lopen zo binnen voor overleg over collecties of themakisten. De bibliotheek heeft op haar beurt een levendige sfeer door het open leercentrum. Daarnaast kan de bibliotheek andere ruimtes van ROC A12 benutten voor bijeenkomsten. De bibliothecaris en Thea geven aan dat de situatie nog pril is en dat zij samen gaan onderzoeken hoe de samenwerking kan worden uitgebreid. Zo blijkt dat tot nu toe vooral de ‘talige’ opleidingen de meerwaarde van de bibliotheek in school benutten. Ook zijn er nog logistieke belemmeringen. Tijdens de Kinderboekenweek wilde de bibliotheek dat studenten zouden helpen bij de start. Dit bleek door de roosters niet
uitvoerbaar. De bibliotheek wil haar zichtbaarheid naar het brede publiek verbeteren. Nu de bibliotheek ín de school is gevestigd en uit het centrum van de stad is verdwenen, is zij minder zichtbaar voor de bewoners van Velp. De bibliotheek en de school zijn in gesprek over wat ze nog meer voor elkaar kunnen betekenen. Ook bij Deltion College zijn betrokkenen tevreden over de samenwerking met de bibliotheek. De digitale koppeling van bronnen aan het vindsysteem Fiducia, zorgt ervoor dat boekcollecties dichter bij de student staan. Hoewel voor een groot deel vakgerelateerde boeken worden geleend, neemt het lenen van fictieboeken ook steeds meer toe. Het project Vrij lezen, zoals beschreven in voorbeeld zes van deze brochure, is binnen het Deltion College een katalysator. Wat als prettig wordt ervaren, is de centrale organisatie vanuit het Media Informatie Centrum. De docent kan bijvoorbeeld met wensen voor een bepaalde wisselcollectie aankloppen bij het Mediacentrum, dat vervolgens in samenwerking met de bibliotheek een collectie samenstelt. De docent is hierdoor niet belast met deze organisatie. Als intermediair tussen de bibliotheek en docent kan het centrum vraaggericht werken. Medewerkers van het Mediacentrum zien het als uitdaging alle opleidingen te enthousiasmeren over de mogelijkheden van Fiducia. Zij proberen goede ervaringen in school te verspreiden en
hebben per sector gesprekken om docenten te informeren en te motiveren over het vindsysteem. Hoe verder? ROC A12 zou graag het lidmaatschap bij de bibliotheek koppelen aan het schoolpasje, om belemmeringen voor studenten te beperken. Ook zou er structureel overleg moeten komen tussen bibliotheekmedewerkers en docenten om de samenwerking verder vorm te geven. Het Mediacentrum binnen het Deltion College blijft het gebruik van Fiducia en de verdere inzet van informatiebronnen in het onderwijs van Deltion College stimuleren. Aanbevelingen • Zorg dat er geen barrières zijn voor studenten om boeken te lenen. Dus koppel het lidmaatschap van de bibliotheek aan het school pasje, integreer de bronnen van de bibliotheek aan de elektronische leeromgeving of zorg dat (een onderdeel van) de bibliotheek is gevestigd in de school. • Denk aan wederzijdse belangen; waarom heeft de school een bibliotheek nodig? En hoe is het roc van meerwaarde voor de bibliotheek? • Organiseer het onderwijs in de bibliotheek. • Integreer het gebruik van informatiebronnen zo veel mogelijk in het onderwijs en niet naast het onderwijs.
Contact
Thea Nabring, ROC A12 (
[email protected]) AnneMarie Versloot, Deltion College (
[email protected])
Links
http://www.debibliotheekopschool.nl http://www.biebsearch.nl
13
3
Fictie in de opleiding
14
Beroepsgerelateerd fictie lezen bij Rijn IJssel en ROC Friese Poort
Nieuwsgierigheid en verbeeldingskracht prikkelen Yldau Holwerda, docente Nederlands bij de Politietoeleidingstrajecten bij ROC Friese Poort en Leontine Stutterheim, docente Nederlands bij de opleidingen Maatschappelijke zorg en Jeugdzorg bij Rijn IJssel, constateerden dat er te weinig aandacht was voor het lezen van fictie. Het programma Nederlands was voor een groot deel gericht op (verplichte) onderdelen als grammatica en schrijfvaardigheid. Meer aandacht voor fictie lezen was volgens de docenten belangrijk om leesplezier te verhogen, maar ook de verbeeldingskracht van mbostudenten te bevorderen. In een poging fictie lezen een duidelijkere plek in de opleiding te geven, hebben beide docenten een lesprogramma ontwikkeld. Yldau heeft tevens een actiegericht onderzoek naar de effecten van het programma uitgevoerd. Hoewel de lesprogramma’s verschillen, hebben ze allebei als uitgangspunt dat lezen inhoudelijk gekoppeld moet zijn aan de opleiding. Door te lezen over thema’s die te maken hebben met hun toekomstige beroep, zien studenten meer de relevantie van onderdelen van de opleiding. Daarnaast heeft Leontine het lezen gekoppeld aan het verplichte examenonderdeel spreekvaardigheid.
Inhoud Leontine heeft een lessencyclus Presenteren ontwikkeld, waarbij het lezen van fictie (wat geen exameneis is) wordt verbonden aan het geven van een presentatie (wat wel een verplicht onderdeel is). De opzet van het lesprogramma is dat studenten een presentatie geven over een gelezen boek. Uitgangspunt is dat het boek aansluit bij de thema’s Jeugdzorg en Maatschappelijke Zorg. Studenten lenen hun boek zelf bij de bibliotheek. Tijdens de presentatie geven studenten hun mening over het boek, vertellen ze er inhoudelijk wat over en poneren zij een stelling over een thema uit het boek. Studenten discussiëren hier met elkaar over. Ze worden beoordeeld op spreekvaardigheid.
15
In het programma van Yldau lezen studenten gedurende vijf weken een boek in de lessen Nederlands. In de klas is een aantrekkelijke leesomgeving gecreëerd, door onder andere de tafels in een andere opstelling te zetten en thee en koffie te verzorgen. Het thema van het boek sluit aan bij de politiewereld. Studenten lenen het boek bij de bibliotheek, die meedenkt bij het aanbieden van Young Adult boeken. In de tussenliggende periode krijgen studenten verschillende verwerkingsopdrachten, zoals het enthousiasmeren van een buurman/vrouw voor het boek, het maken van een filmscript of het bedenken van een alternatief slot. De verwerkingsopdrachten worden met een cijfer beoordeeld. De lessenserie wordt afgesloten met een bijeenkomst. In de bijeenkomst die Yldau
16
heeft georganiseerd, ging Marc Jacobs, commissaris van de politie in Leeuwarden en auteur van verschillende misdaadromans, in gesprek met de studenten. Ervaringen Het lezen over beroepsgerelateerde onderwerpen wordt positief ervaren. De thema’s in de boeken leveren input voor het gesprek over relevante onderwerpen. Bij de politieopleiding leerden studenten hoe agenten zaken aanpakken, maar ook dat agenten in hun beroep veel moeten lezen. De studenten van de Politietoeleidingstrajecten, een vooropleiding voor de politieacademie, hebben de lessenreeks als leuk ervaren. Uit het onderzoek van Yldau blijkt dat interesse voor lezen is gestegen. Studenten geven aan vaker een boek
aandacht voor het project vast te houden, omdat veel tijd bij Nederlands wordt besteed aan de verplichte examenonderdelen. De lessenscyclus Presenteren heeft een vaste plaats in het curriculum van de opleidingen Maatschappelijke zorg en Jeugdzorg en wordt ieder jaar uitgevoerd.
te willen lenen. Een andere positieve ervaring bij ROC Friese Poort is de samenwerking met de bibliotheek. Zo heeft de bibliotheek meegedacht over passende boeken en konden studenten voor een symbolisch bedrag van tien cent een boek gedurende een lange periode lenen. Studenten van Rijn IJssel hebben de lessencyclus Presenteren als leuk ervaren. Door het geven van presentaties en het voeren van een discussie, werden studenten nieuwsgierig naar elkaars boek. Knelpunten waren meer praktisch van aard. Veel studenten gaven aan niet lid te zijn van de bibliotheek. Voor sommige studenten was bol.com een oplossing.
Aanbevelingen • Koppel fictie lezen aan het toekomstige beroep van de studenten. • Koppel het lezen aan een verplicht onderdeel van Nederlands dat wel wordt geëxamineerd of aan een beroepsgericht thema. • Houd aandacht voor het leren lezen van een breed aanbod aan tekstsoorten: functionele zakelijke teksten, korte verhalen, tijdschrift artikelen, langere fictionele teksten. • Zoek samenwerking met de bibliotheek. De bibliotheek kan helpen bij de keuze van boeken, het aanleggen van een boekencollectie. • Zoek een collega om het project samen op te pakken en uit te voeren.
Het lezen over beroepsgerelateerde onderwerpen wordt positief ervaren. Hoe verder? Het programma van Yldau wordt in het voorjaar 2014 opnieuw bij politietoeleidingstrajecten uitgevoerd. Uitdaging is om het te verbreden naar andere sectoren. Het blijft wel belangrijk om de Contact
Yldau Holwerda, ROC Friese Poort (
[email protected]) Leontine Stutterheim, Rijn IJssel (
[email protected])
Bronnen
Holwerda, Y. (2012). Literair lezen op het mbo; een go or no go. Leeuwarden: Noordelijke hogeschool Leeuwarden.
17
4
Leesstrategieën
18
Een brug slaan tussen wat moet en wat kan
Teksten lezen, hoe doe je dat? Een gevorderde lezer zal automatisch leesstrategieën gebruiken om een tekst te begrijpen, bijvoorbeeld om snel de hoofdgedachte uit een tekst te halen. Studenten in het beroepsonderwijs hebben vaker moeite met het begrijpen van complexe teksten en hebben niet altijd deze strategieën paraat om teksten aan te pakken. Ingrid de Koning, docente Nederlands op ROC ID College, ontwikkelde daarom de bundel ‘Teksten lezen, hoe doe je dat?’ met het doel de leesvaardigheid van mbostudenten te vergroten. Dit lesmateriaal heeft een vakoverstijgend belang, namelijk dat studenten weten hóe zij een tekst moeten lezen en welke strategieën zij bij verschillende tekstsoorten kunnen inzetten. Inhoud Het lesmateriaal sluit aan bij het niveau en het profiel van de studenten Handel niveau 2. Zo is er gezorgd voor een variatie in theorie en praktische opdrachten en een grote variëteit aan tekstsoorten en samenwerkingsopdrachten. Om studenten te motiveren, zijn teksten uitgekozen die ook aansluiten bij de leefwereld en het toekomstige vakgebied van de studenten. De teksten gericht op het vakgebied handel zijn reclameteksten en krantenartikelen over detailhandel. Dit zijn teksten die ook aan bod komen in andere vakken. Op deze manier wordt de brug geslagen tussen lezen in het vak Nederlands en het lezen van andere teksten in de opleiding. De bundel bestaat uit vijf hoofdstukken waarin de vaardigheden oriënterend lezen, begrijpend
lezen, informatie verwerken en reflecteren aan bod komen. Elk hoofdstuk heeft een deel uitleg of theorie en een of meer actieve verwerkingsopdrachten. Zo begint het hoofdstuk Begrijpend lezen met uitleg over een stappenplan, waarmee studenten leren voorkennis te activeren en de inhoud van de tekst te voorspellen. Vervolgens licht de docent het belang daarvan toe; Wat heb je eraan om voorkennis te activeren? Waar let je dan precies op als je een tekst bekijkt? Hierna krijgen de studenten een aantal verwerkingsopdrachten waarmee zij dit oefenen. Een voorbeeld daarvan: OPDRACHT 6 Voor deze opdracht krijg je eerst alleen de titel van de tekst. Deze titel luidt: ‘Winkelpersoneel wil ook wel eens bij de kinderen zijn’ Ga elkaar in duo’s interviewen over dit onderwerp. Wat weet je er al van en wat wil je er nog meer van weten? Schrijf één vraag met betrekking tot het onderwerp op. Hierna lees je de tekst die je uitgereikt krijgt van je docent. Krijg je in de tekst antwoord op je vraag en zo ja, wat is dat antwoord?
Bovenstaande opdracht is gebaseerd op een tekst met een actueel onderwerp dat past bij de context van de opleiding. Het is een opdracht die 19
studenten uitdaagt na te denken over de tekst (door alleen de titel weg te geven en een vraag te laten formuleren). Het gaat uit van samenwerken en met elkaar tot een antwoord op de vragen komen. Doel van de opdracht is studenten bewust te maken van het belang van voorkennis activeren en leestaken formuleren. Een ander voorbeeld van een tekst waarbij studenten leesstrategieën moeten inzetten, is onderstaande opdracht over een reclametekst:
Ervaringen Het lesmateriaal is gedurende twee jaar gebruikt bij 160 studenten Verkoper A en B en Logistiek medewerker. Het materiaal is ingezet als aanvulling op de methode Nederlands. De ervaringen met het materiaal zijn positief. Docenten zien de meerwaarde van het materiaal in, omdat het materiaal een brug slaat tussen lezen voor het vak Nederlands en lezen in de opleiding voor het toekomstige beroep. Studenten leren strategieën die zij ook bij andere
• Waar gaat de reclame over? • Wat is het doel van de reclame? (informatie geven/ overtuigen/amuseren/tot kopen aanzetten) • Wat is de doelgroep/publiek van de reclame? • Wat doet deze reclame met je? • Is de tekst of slogan/slagzin die ze gebruiken overtuigend? Hoe komt dat? • Bedenk zelf een nieuwe slogan/slagzin bij de reclame. Vergelijk de slagzin met een ander duo en kies daarna de beste slagzin uit voor de reclame. • Zou jij het product willen kopen of naar het bedrijf toegaan na het horen van de reclame? Waarom wel/niet?
De opdracht bij de tekst leert de studenten zich te oriënteren op de tekst, de inhoud te verkennen, te reflecteren op de tekst en de informatie te verwerken. De leesstrategieën die de studenten zich eigen maken, kunnen zij vervolgens toepassen bij zaakteksten die zij voor de opleiding moeten lezen.
20
(vak)teksten kunnen toepassen. De theorie en de opdrachten verduidelijken de manier waarop je een tekst kunt lezen. Ook studenten geven aan dat zij daar profijt van hebben in andere vakken dan Nederlands. Zo leren zij dat het lezen van een inhoudsopgave helpt een tekst efficiënter te lezen. De opzet van het materiaal wordt als prettig en effectief ervaren, omdat het goed aansluit bij de leefwereld van de student. De teksten sluiten inhoudelijk aan bij de opleiding of het interessegebied van de studenten. Daarnaast
is door de diversiteit aan werkvormen en de variatie aan tekstsoorten ingespeeld op de leerstijl van de meeste studenten. De studenten, veelal doeners, zijn actief aan de slag met de verwerkingsopdrachten. Een opdracht die bijvoorbeeld als succesvol wordt ervaren is de woordenboekopdracht waarbij studenten moeten samenwerken, verschillende rollen en verantwoordelijkheden hebben, plezier ervaren in het maken van de opdracht en leren een woordenboek effectief te gebruiken. Het lesmateriaal ‘Teksten lezen, hoe doe je dat?’ wordt nu gebruikt tijdens extra lesuren Nederlands in de opleiding Handel niveau 2, maar kan breder worden ingezet bij andere opleidingen. Belangrijk is dat het lesmateriaal dan wordt aangevuld met beroepsgerichte teksten en opdrachten vanuit die andere opleidingen. De relatie met teksten in zaakvakken moet worden gelegd, zodat studenten inzien dat zij de geleerde strategieën ook kunnen gebruiken om teksten in de opleiding aan te pakken.
• Zet naast het werken aan prestaties van studenten ook in op de relatie met studenten. Heb aandacht voor wat hen beweegt en interesseert en zoek hier teksten bij. • Neem voldoende tijd voor het werken aan leesstrategieën.
Zo leren zij dat het lezen van een inhoudsopgave helpt een tekst efficiënter te lezen. Aanbevelingen • Zoek passende teksten bij het vakgebied en het uitstroomprofiel van de studenten. • Benadruk regelmatig dat de leesstrategieën nuttig zijn bij allerlei soorten teksten, vakteksten maar ook teksten voor het centraal examen lezen. Materialen en middelen
Voor meer informatie over de bundel Teksten lezen, hoe doe je dat? kun je terecht bij Ingrid de Koning.
Contactinformatie
Ingrid de Koning (
[email protected])
Bronnen
Gebruikt ter inspiratie: Nederlands in de onderbouw van Helge Bonset e.a.
21
22
5
Beroep en lezen
Studenten OA en PW aan de slag met leesbevordering
Twee vliegen in één klap Een belangrijke beroepscompetentie voor de student Onderwijsassistent en Pedagogisch Werk is het stimuleren van lezen bij jonge kinderen. Zo moeten onderwijsassistenten en werkers in de kinderopvang competent zijn in voorlezen van (prenten)boeken, lezen kunnen bevorderen bij jonge kinderen en helpen bij leren lezen. Hoewel de studenten veel met lezen te maken krijgen in hun toekomstige beroep, lezen zij zelf niet altijd voor hun plezier. In de opleidingen is met name aandacht voor de beroepscompetentie leesbevordering en minder voor het leesplezier van de studenten zelf. Hoe kun je twee vliegen in één klap slaan? ROC van Twente en de Bibliotheek Hoorn hebben allebei een instrument ontwikkeld waarmee gelijktijdig aan de beroepscompetentie én aan het leesplezier van de studenten zelf wordt gewerkt. ROC van Twente en de Vertelkar ROC van Twente constateerde dat veel studenten Onderwijsassistent de opleiding voortijdig stoppen, omdat het vereiste taalniveau 3F niet
haalbaar is of omdat zij geen voorliefde hebben voor lezen, voorlezen en het vertellen van verhalen. Omdat deze vaardigheden noodzakelijk zijn voor het uitvoeren van het toekomstige beroep, is ROC van Twente gestart met het initiatief De Vertelkar. De Vertelkar is een onderdeel van de proeve van bekwaamheid die uit drie thema’s bestaat: voorlezen, het vertellen van een verhaal en het opvoeren van een musical. Voor het vertellen van een verhaal gaan studenten, als het ware als rederijkers, met de Vertelkar naar basisscholen in de regio. Zij vertellen kinderen een verhaal of maken een toneelstuk. De Vertelkar is dus letterlijk een kar, gemaakt door studenten van de opleiding Bouwkunde van ROC van Twente. De Vertelkar is zo gemaakt dat door middel van decorstukken de kar per verhaal kan worden aangepast. In de voorbereiding op de proeve werken studenten bij verschillende vakken in kleine groepjes aan hun eigen productie. Ze kiezen bij Nederlands een verhaal uit (passend bij het thema van de Kinderboekenweek), maken hier een eigen variant op en bewerken dit tot een script bij het vak drama. Bij muziek schrijven ze hun eigen liedjes en bij beeldende vorming werken ze aan het decor. Na twintig weken is de productie klaar en gaan de studenten naar basisscholen in de buurt. Tijdens het hele proces worden de studenten door meerdere docenten, ieder vanuit hun eigen expertise, begeleid. Hans Oude Luttikhuis, docent op ROC van Twente, bedacht samen met collega’s deze Vertelkar met als idee dat studenten via plezier in de opdrachten voorlezen en vertellen zelf plezier in lezen ervaren. Het streven van Hans is om dit concept uit te bouwen en op den duur een parade op de parkeerplaats te organiseren. Alle basisscholen in 23
de buurt zouden welkom zijn en kunnen genieten van doorlopende voorstellingen van de studenten. Bibliotheek Hoorn en de Stagetrolley Miranda Corbière van de bibliotheek Hoorn zag dat mbostudenten nauwelijks in de bibliotheek komen en niet op de hoogte zijn van wat de bibliotheek hen te bieden heeft. Om hier verandering in te brengen en om studenten op een leuke manier in aanraking te laten komen met lezen en voorlezen, heeft Miranda een stage voor mbostudenten Onderwijsassisstent en zorg en welzijnsopleidingen opgezet in de bijzondere jeugdafdeling van de centrale bibliotheek. Deze afdeling, Babel genaamd, is geïnspireerd op de ‘Bibliotheek van 100 talenten’, waarbij kinderen vanuit hun eigen intelligentie dingen kunnen beleven.
Om deze stages goed te begeleiden, heeft Miranda met behulp van subsidie van het Fonds MaS stagebieders de Stagetrolley ontwikkeld. De Stagetrolley is een verrijdbare en uitklapbare kast, met daarin materialen die te kwetsbaar of te klein zijn om regulier in de bibliotheek aan te bieden. Er zitten knutselmaterialen, spellen, bouwmaterialen en ontdekmaterialen in de kast.
Zo kunnen alle kinderen, ook de kinderen die niet zo van lezen houden, iets vinden dat aansluit bij hun interesse. Studenten kunnen aan de hand van de materialen activiteiten aanbieden aan de aanwezige kinderen in de bibliotheek. Door middel van de stage en de inzet van de Stagetrolley leren studenten wat de waarde van de bibliotheek is en het belang van boeken en lezen. Ook werken zij aan competenties om met kinderen te werken. Op deze manier slaat de Stagetrolley twee vliegen in één klap. Daarnaast is de Stagetrolley een instrument waarmee studenten zelfstandig leren werken. Zo moeten de studenten vooraf, tijdens en na afloop
De meerwaarde van beide instrumenten is dat studenten op een originele en aantrekkelijke manier met lezen bezig zijn. van de activiteit de activiteitenwijzer invullen. Deze bestaat uit de onderdelen bedenken, voorbereiden, uitvoeren en afsluiten van de activiteit. De planner geeft de begeleider inzicht in de keuzes die zelfstandig door de student zijn gemaakt en hoe de activiteit is gegaan. Na afloop van de activiteit vult de student een evaluatie formulier en een observatieformulier in. Het evaluatieformulier is gericht op het evalueren van de activiteit, het observatieformulier leert de stagiair om de kinderen te observeren: hoe speelt een kind en waarom doet een kind dat eigenlijk? Ervaringen met de instrumenten Bij ROC van Twente zijn 75 tweedejaars studenten Onderwijsassistent en vijf docenten met de Vertelkar aan het werk. De ervaringen met het uitvoeren van een proeve van bekwaamheid in de vorm van een productie zijn goed. Studenten ervaren plezier in de opdracht. Het plezier in de opdracht kan plezier in het lezen zelf
24
aanwakkeren. Ervaringen met de Vertelkar worden in het schooljaar 20142015 opgedaan. De meerwaarde van beide instrumenten is dat studenten op een originele en aantrekkelijke manier met lezen bezig zijn. Zowel bij de Vertelkar als de Stagetrolley zijn studenten zelfstandig en creatief met voorlezen en andere leesactiviteiten bezig. Het plezier dat zij daarin ervaren en de ruimte voor eigen inbreng heeft effect op hun houding tegenover lezen en verhalen vertellen.
drama, muziek en beeldende vorming aan het project werken. • Maak een flexibel instrument, zodat studenten hun eigen creativiteit kwijt kunnen (in het geval van de Vertelkar kunnen studenten het decor zelf aanpassen, bij de Stagetrolley kunnen studenten zelf materialen kiezen en activiteiten bedenken). • Spreek gedragsregels af voor als de studenten in de bibliotheek zijn.
Aanbevelingen • Geef studenten ruimte voor eigen inbreng en creativiteit. • Zet in op het plezier wat de studenten ervaren. Maak het lezen en voorlezen vooral leuk. • Betrek verschillende vakken (en docenten) bij het instrument. • Ontwikkel integrale opdrachten. Laat studenten dus zowel bij Nederlands als bij onderwijskunde,
Materialen en middelen
Bouwketen, materialen om decorstukken mee te maken.
Tijdsinvestering
2 x 10 weken.
Kosten
De school heeft de karren gekregen. Per kar is een budget van 2.500 euro uitgetrokken voor het verbouwen. Dit wordt gedaan door studenten van bouwopleidingen.
Contact
Hans Oude Luttikhuis (
[email protected]).
Materialen en middelen
Kast, materialen voor in de kast, observatieformulieren, evaluatieformulieren.
Tijdsinvestering
Studenten kunnen zowel een korte als een lange stage volgen. Tijdens de stage kunnen ze de Stagetrolley gebruiken wanneer en hoelang ze willen (mits er voldoende kinderen in de bibliotheek zijn).
Kosten
2.000 tot 2.500 euro voor de kast met inhoud.
Contact
Wil je dat jouw studenten ook de kans krijgen om stage te lopen in de bibliotheek met behulp van de Stagetrolley? Neem dan contact op met de lokale bibliotheek en laat ze dit artikel lezen. Zij kunnen vervolgens contact opnemen met Miranda Corbière van de bibliotheek Hoorn via
[email protected] of 0229285788. De activiteiten wijzer en de planner zijn gratis verkrijgbaar.
25
6
Vrij lezen
26
Drie instellingen creëren ruimte in het curriculum voor vrij lezen
Hoe organiseer je vrij lezen? Studenten in het mbo lezen te weinig. Ze lezen niet voor hun plezier. Dat is zonde, want leesplezier draagt bij aan woordenschat, tekstbegrip, kennis van de wereld en inlevingsvermogen. Maar hoe stimuleer je jongeren tussen de 16 en 25 om meer te lezen? Is het mogelijk om binnen de onderwijstijd studenten ruimte te geven voor het lezen van een boek? Hoe integreer je dit in het curriculum? ROC Rivor, ROC Aventus en START.Deltion hebben vrij lezen in het curriculum ingebouwd. Ieder op een andere manier zorgen ze ervoor dat studenten, binnen schooltijd, tijd krijgen om vrij te lezen. Het doel is om studenten gelegenheid te bieden om meer leeservaring op te doen en leesplezier te ontwikkelen. Uitgangspunten bij de drie initiatieven zijn dat studenten zélf hun boek mogen kiezen en in kleine groepen lezen. Daarbij is goed nagedacht over het lokaal of de plek op school wat een aantrekkelijke leesomgeving moet zijn. Daarnaast zijn alle docenten aanwezig tijdens de momenten dat er gelezen wordt én lezen zij zelf mee. Aventus Martine Henning, docente Nederlands bij Aventus, ontwikkelde voor haar masterstudie Leren en Innoveren de module Lekker Lezen. In deze module ontdekken studenten welke boeken zij leuk vinden en ervaren zij leesplezier. De module Lekker Lezen is begonnen als pilot van zes weken, maar is inmiddels uitgegroeid tot een volwaardig vak en heeft binnen een jaar een vaste plek in het
curriculum gekregen. Op dit moment is Lekker Lezen in het curriculum opgenomen binnen het coach-uur voor alle eerstejaarsstudenten van de opleiding Onderwijsassistent. In de toekomst wordt geprobeerd om het vak Lekker Lezen uit te breiden naar twee keer per week, voor álle studenten. Het vak Lekker Lezen is opgebouwd uit zes stappen. Deze structuur helpt studenten bij het kiezen van een boek en het verwerken van de informatie. Stap 1
Studenten starten met het uitzoeken van een boek. Om erachter te komen welke boeken aansluiten bij hun interesse, vullen de studenten een interessewerkblad in. Daarnaast helpt de docent bij het maken van een keuze door bij de start van het vak Lekker Lezen stukjes uit boeken voor te lezen, te vertellen over boeken en trailers van boekverfilmingen te laten zien.
Stap 2
De school schaft de gekozen boeken aan. De boeken blijven in bezit van de school, zodat er een boekencollectie wordt opgebouwd.
Stap 3
Iedere maandagochtend lezen de studenten na afloop van een coachuur in kleine groepen een half uur uit het door hen gekozen boek. De docent die daarbij aanwezig is, leest zelf ook.
Stap 4
Eens per twee weken worden de laatste vijf minuten van de les besteed aan het uitwisselen van ervaringen en het maken van kleine verwerkingsopdrachten.
27
Stap 5
Stap 6
Als studenten het boek uit hebben, vullen ze de lees-interesse-waaier in. Op de interesse-waaier beschrijven zij hun ervaringen met het boek, zodat nieuwe studenten input hebben bij het uitzoeken van een boek. Studenten kiezen een nieuw boek, mede op basis van de interessewaaier.
ROC Rivor Jenny Rose, docente Academie voor Zorg en Welzijn bij ROC Rivor heeft samen met collega’s de lessenserie Boeken en media voor de opleiding Pedagogisch Werk en Onderwijsassistent ontwikkeld. In deze lessenserie wordt zowel gewerkt aan de ontwikkeling van de beroeps competenties als aan het bevorderen van de leesvaardigheid van studenten. Iedere les start met een half uur vrij lezen, waarna overgegaan wordt op kennisoverdracht over één van de thema’s: voorlezen, fases in leesvaardigheid of digitale prentenboeken. Het vrij lezen wordt net als Lekker Lezen van Aventus systematisch opgebouwd, in stappen die geïnspireerd zijn op de 5-stappenaanpak van Marzano. Stap 1
28
Studenten verwoorden hun interesses: lezen ze graag thrillers/romantische boeken enzovoort. De docent helpt de studenten met het kiezen van een boek door een aantal Lijsters (jeugdboeken) middels een powerpointpresentatie toe te lichten. Ook geven studenten zelf presentaties over hun lievelingsboek.
Stap 2
Studenten kiezen leesmateriaal dat aansluit bij hun interesses. Ze nemen zelf een boek mee of kiezen een Lijster uit.
Stap 3
Studenten hebben tijd om ongestoord te kunnen lezen. Een half uur aan het begin van iedere les.
Stap 4
Studenten leggen hun reactie op het leeswerk vast. De leerlingen vullen een verwerkingsopdracht over het boek in.
Stap 5
Studenten gaan interactief aan de slag met de informatie. Er wordt gesproken over de boeken. Wat speelt er zich af in het verhaal? Vinden de leerlingen de boeken boeiend?
START.Deltion Frank Schaafsma is initiatiefnemer van het Vrij lezen-project bij START.Deltion, waarbij alle studenten en docenten van de Entreeopleiding twee tot vier keer per week een half uur voor zichzelf lezen. Het doel van project is dat studenten in aanraking komen met boeken en hun wereld daardoor verbreden. Ze maken wekelijks leeskilometers, zien veelvuldig zinconstructies, maken kennis met uitdrukkingen en werken op deze manier aan hun gehele taalontwikkeling. In samenwerking met de bibliotheek is een boekencollectie uitgezocht waaruit de studenten een boek kunnen kiezen. De bibliotheek in Zwolle heeft een nauwe samenwerking met START.Deltion en heeft een collectie Young Adult boeken, die goed passen bij de leefwereld van de jongeren. Studenten kiezen een boek en lezen dan gedurende het hele schooljaar twee keer per week een half uur. Niet alleen de studenten, maar ook de docenten en de conciërge lezen tijdens het half uur. Iedere docent, dus ook de vakdocent, is rolmodel en geeft de studenten het goede voorbeeld door zelf ook te lezen. Hogeschool Windesheim en Stichting Lezen doen sinds 2012 onderzoek naar het Vrij Lezen bij START.Deltion.
Bij START.Deltion wordt het project Vrij lezen ervaren als een succes. Het Vrij lezen, in 2011 gestart als een los project, is inmiddels geïmplementeerd in de opleiding. Docenten geven aan dat het lezen een routine is geworden. Studenten ervaren het lezen als een moment van rust in de hectiek van school. Binnenkort wordt er gestart met een experiment met e-readers en hybridelezen voor de moeilijke lezers (zie hiervoor www.karaokelezen.nl). Ervaringen Bij Aventus hebben 60 studenten en 4 docenten het afgelopen jaar gewerkt aan het project Lekker Lezen. De docenten en coaches zijn enthousiast en vinden het belangrijk dat de studenten tijd krijgen om plezier in lezen te krijgen en leeskilometers te maken. De meeste studenten ervaren het als prettig dat ze zelf een boek uit mogen kiezen en geven aan het lezen op school als een rustmoment te ervaren. Ook bij ROC Rivor, waar 80 studenten deelnamen aan de lessenserie, zijn de ervaringen positief. Benadrukt wordt dat de link met de beroeps competentie belangrijk is. De beroeps competentie leesbevordering en het eigen leesplezier beïnvloeden elkaar. Meer plezier in lezen maakt studenten vaardiger om kinderen aan te zetten tot lezen. Wat ook positief wordt gevonden, zijn de systematische stappen waaruit de lessenserie is opgebouwd. Studenten worden bij iedere stap goed begeleid, van het kiezen van een boek, het verwerken van de informatie tot het beoordelen van het boek. Onervaren lezers worden zo aangemoedigd.
Aanbevelingen Belangrijk is dat vrij lezen goed ingebed en op een systematische manier wordt aangeboden. De volgende aanbevelingen zijn daarbij te noemen: • Laat de studenten zelf een boek kiezen wat zij interessant vinden; hiermee motiveer je studenten. • Plaats de collectie boeken zichtbaar in school. • Creëer een prettige leesomgeving en geef studenten de vrijheid waar zij in de ruimte of het lokaal gaan zitten. • Beperk belemmeringen om een boek te lenen. Zorg voor een goed uitleensysteem. • Blijf studenten uitdagen en neem hen mee in de wereld van boeken. Toon studenten bijvoorbeeld de verschillende genres die zij kunnen lezen. • Reken minimaal op een half uur tijd per week. • Denk goed na over de rol van de docent tijdens het vrij lezen. De docent kan een rolmodel zijn, een begeleider voor studenten die moeite hebben met lezen of een coach.
Materialen en middelen
ROC Rivor: https://www.lijsters.nl/wps/portal/thuis/boeken/lijsters/lijsters/grotelijster kun je zogeheten ‘Grote Lijsters (16 jaar >) bestellen. De kosten voor 5 boeken bedragen € 20,95. Er staat een filmpje op You tube over het Vrij Lezen bij START.Deltion: www.youtube.com/watch?v=gC3z5Ku-p7E
Contact
ROC Rivor: Jenny Rose (
[email protected]), Aventus: Martine Henning (m.henning@ aventus.nl), START.Deltion: Franks Schaafsma (
[email protected]).
29
7
Leesmotivatie
30
Hoe maak je secretaresses in opleiding bewust van het nut van lezen?
Lezen, leuk én nuttig Lezen is een belangrijke vaardigheid voor secretaresses in opleiding. In hun toekomstige werk moeten deze studenten veel lezen én is adequaatheid in taalgebruik essentieel. Gabi te Riele, docente Nederlands bij ROC Midden Nederland, constateerde echter dat de studenten in de secretariële opleiding weinig lezen en vaak een negatieve leesattitude hebben. Geïnspireerd door het onderzoek van Lucia Fiori naar lezen in het vmbo, startte zij daarom een project om de secretaresses in opleiding aan het lezen te krijgen. Tijdens het project monitort zij de resultaten en reflecteert zij op de gekozen aanpak. Het project is bedoeld als een eerste stap naar een meerjarenplan vrij lezen. Inhoud In het project krijgen studenten fictieteksten, zoals teksten uit de Co-assistent, De Importbruid en Ken je me nog te lezen. Studenten maken er vervolgens verwerkingsopdrachten bij. Door middel van de verwerkingsopdrachten, individuele en samenwerkingsopdrachten, denken studenten na over de gelezen teksten. Ook worden zij uitgedaagd hierover een mening te vormen, bijvoorbeeld door het schrijven van een recensie. De docent gaat vervolgens aan de hand van verschillende werkvormen in gesprek met de studenten over het nut van het lezen. Bij de secretariële opleidingen gaat het bijvoorbeeld om de invloed van lezen op het foutloos schrijven, een belangrijke competentie voor secretaresses. Studenten krijgen uitgelegd dat zij hun woordenschat vergroten en hun woordbeeld verbeteren door meer te lezen. In het project worden met opzet fictieteksten gebruikt in plaats van functionele zakelijke
teksten. Hiervoor is gekozen, omdat bleek dat de teksten die studenten bij Nederlands aangeboden kregen onvoldoende bij hun leefwereld aansloten. Door te kiezen voor teksten uit populaire romans, is geprobeerd meer in te spelen op de interesses van studenten. Omdat het belang van passend leesmateriaal groot is, heeft Gabi bij het samenstellen van de teksten contact gehad met een educatief medewerker van de Bibliotheek Utrecht. Deze heeft advies gegeven over leesmaterialen en stelde leeskisten beschikbaar met boeken, tijdschriften en andere materialen. Ervaringen Voor, tijdens en na het project heeft Gabi in samenwerking met Marloes van de Berg, student literatuurwetenschap, een onderzoek uitgevoerd naar het leesgedrag en de leesmotivatie van de studenten. De centrale vraag daarbij was of de gekozen aanpak effect had op de leesmotivatie. Een van de punten die uit het onderzoek komt, is de waardering voor de fictieteksten. De studenten
31
32
geven aan het leuk te vinden om eens andere teksten te lezen dan de nieuwsberichten en teksten die in hun opleiding aan bod komen. De fictieteksten sluiten daarnaast meer aan bij hun leefwereld. Het waargebeurde verhaal in De Importbruid vonden de meeste studenten interessant, omdat het een beeld geeft van het
Door de verwerkingsopdrachten en de gesprekken met de docent kregen de studenten meer inzicht in het belang van lezen. De brug van fictieteksten naar beroepscompetenties is in het project benadrukt. Uit het onderzoek komt naar voren dat de studenten na afloop van het project
leven van een jongere in een heel andere situatie. Dat teksten niet functioneel waren, maar vooral vermakelijk, was een heel andere insteek dan de studenten gewend waren. Een andere succesfactor van het project zijn de verwerkingsopdrachten. Studenten vonden het interessant de gelezen fragmenten te bespreken.
gemotiveerder waren om te lezen. Het project wordt gezien als een impuls om meer aandacht aan lezen te besteden in het onderwijs. Het project is op dit moment nog niet geborgd in het curriculum van de secretariële opleiding. Om het lezen een meer structurele plek in het onderwijs te geven, ontwikkelt Gabi met andere docenten
een meerjarenplan voor vrij lezen. Ook zet Gabi in op draagvlak voor haar plannen bij andere docenten en opleidingsmanager. Dit doet zij
De studenten geven aan het leuk te vinden om eens andere teksten te lezen dan de nieuwsberichten en teksten die in hun opleiding aan bod komen. door de plannen en onderzoeksresultaten onder de aandacht te brengen en wetenschappelijke inzichten over leesattitude te delen met collega’s.
• Zorg dat je aansluit bij wat de studenten voor het beroep moeten kennen en kunnen. Voor secretaresses is foutloos schrijven belangrijk. Veel lezen draagt daaraan bij, onder meer doordat je een goed woordbeeld ontwikkelt bij veel lezen. Door deze zaken expliciet te maken, begrijpen studenten het nut van het leesproject en is de kans groter dat ze zich er goed voor inzetten. • Zorg voor een aanbod van aantrekkelijke teksten. Kijk naar de website www.boekenzoeker.org of www.leesplein.nl om op de hoogte te blijven van het aanbod.
Aanbevelingen • Maak collegadocenten enthousiast voor lezen in de opleiding. Investeren in draagvlak en het uitdragen van een duidelijke visie zijn van belang om activiteiten op te zetten en te borgen. • Verras studenten door boeken uit te kiezen die zij normaal gesproken zelf niet tegenkomen of uitzoeken, maar die wel aansluiten bij hun interesses. • Maak gebruik van de expertise en mogelijkheden van de bibliotheek bij het zoeken naar passende boeken en andere materialen. Neem bijvoorbeeld contact op met de educatief medewerker die kan adviseren over het boekenaanbod.
Materialen en middelen
Boeken die in de interessesfeer van de studenten liggen. Bijvoorbeeld boeken uit de Slashserie of waargebeurde verhalen zoals de Importbruid.
Kosten
Aanschaf van boeken, een bibliotheekabonnement of het lenen van leeskisten.
Contact:
Gabi te Riele (
[email protected]).
Achtergrond informatie
Onderzoek van Lucia Fiori via www.cps.nl. Methode van Kelly Gallagher (2003): Reading Reasons - Motivational Mini-Lessons for Middle and High School. Portland: Stenhouse Publishers.
33
8
Boekenbattle
34
Leescampagne De Weddenschap
Reader Development Hoe daag je studenten uit tot het lezen van boeken? ‘Vrij lezen’ is geen vanzelf sprekendheid op het mbo, terwijl het heel wat kan opleveren: meer leesplezier, meer leeskilometers en een betere leesvaardigheid. Eén van de mogelijkheden om studenten uit te dagen een boek te lezen is via leescampagne De Weddenschap, geïnitieerd door Stichting Lezen. De Weddenschap heeft tot doel om juist de nietlezers, de aarzelende, zwakkere lezers tot lezen aan te zetten en daarmee hun leesmotivatie te vergroten en leesplezier te laten ervaren. Tweehonderd studenten en docenten van verschillende mbo-instellingen nemen in school jaar 2013-2014 deel aan deze campagne. Anoushka van Bemmel, docente Nederlands bij het Johan Cruyff College van ROC Nijmegen, is één van die docenten. Inhoud Anoushka laat haar studenten jaarlijks verplicht een boek lezen. Leescampagne De Weddenschap ziet zij als een kans om de studenten meer dan één boek per jaar te laten lezen en een impuls te geven aan de leesmotivatie van studenten. In het schooljaar 2013-2014 nemen alle eerstejaarsstudenten van de opleiding Marketing & Communicatie deel aan De Weddenschap. De Weddenschap is gebaseerd op het idee van Reader development, waarbij het draait om het opdoen van positieve leeservaringen. De lezer staat centraal, niet zozeer het boek of de auteur. Het motto van De Weddenschap luidt: “Wat je leest, ben je zelf!”. Daarmee wordt bedoeld dat er voor iedereen geschikte boeken zijn te vinden. De vraag ‘Wat vind jij interessant/leuk/mooi/
boeiend/spannend…?’ is het uitgangspunt. De uitdaging is om studenten in een half jaar tijd drie boeken te laten lezen. Studenten krijgen na afloop van De Weddenschap een certificaat en maken kans op prijzen. Drie bekende Nederlanders fungeren als boegbeeld van de campagne en vertellen op de website www.deweddenschap.nl welke boeken zij van plan zijn om te gaan lezen. Nadat De Weddenschap officieel van start is gegaan, verschijnen op de website met zekere regelmaat filmpjes van de BN’ers waarin zij vertellen wat zij van hun, inmiddels gelezen, boeken vonden. Door deze website en betrokkenheid van BN’ers worden studenten verleid ook te gaan lezen. De Weddenschap maakt gebruik van social media die jongeren vaak meer aanspreken dan een tekst op papier; een mooie manier om plezier in lezen te bevorderen. Op de Facebookpagina van De Weddenschap komt regelmatig een quiz voorbij waarmee studenten een boek kunnen winnen. Anoushka maakte zelf een pinterestpagina voor haar studenten waarop ze de boekentips van de sporters uit haar klas verzamelde. Ook maakte zij een filmpje van een interview met schrijver Edward van den Endel. Studenten kunnen deelnemen aan De Weddenschap in klassenverband of individueel.
35
Juist in het mbo is het slim om met de hele klas mee te doen, of beter nog met meerdere klassen. Vrij lezen (fictie en nonfictie lezen) staat niet op het programma, en heeft nodig dat een docent enthousiast is en er ruimte voor maakt in de lessen. Voordeel van meedoen met de klas is dat het competitieelement beter kan worden benut. Het helpt als je weet dat medestudenten zich ook
inzetten om die drie boeken te lezen. Van Bemmel heeft voor het aanmelden voor De Weddenschap een opdracht ontwikkeld om De Weddenschap op die manier deel uit te laten maken van het reguliere programma. Ervaringen In schooljaar 2013/2014 doen 200 mbostudenten mee aan de weddenschap. Aanmeldingen komen vanuit opleidingen in de sector Welzijn, opleidingen Handel en Economie, Sport en Bewegen en Elektrotechniek. Een succesfactor van De Weddenschap is de keuzevrijheid die studenten hebben in het kiezen van fictie of nonfictieboeken. Studenten 36
Marketing & Communicatie vinden het prettig dat zij zelf mogen bepalen wat zij lezen. Zij worden ook verleid om nonfictieboeken te lezen die aansluiten bij hun interesses. Het boek dat Pierre Wind, een bekende Nederlandse kok, leest voor De Weddenschap is een mooi voorbeeld: Apps maken voor de Iphone. Ook richt de Weddenschap zich op boeken die specifiek voor jongvolwassenen zijn, de Young Adult boeken, bijvoorbeeld de boeken uit de Slashserie.
Anoushka vertelt dat het nog zoeken is hoe De Weddenschap het beste ingepast kan worden in de lessen. Een draaiboek voor de uitvoering en inbedding van De Weddenschap is wenselijk. Op dit moment is het succes van De Weddenschap nog te veel afhankelijk van een docent die tijd en ruimte creëert in het programma. Voor het slagen van de leescampagne is het enthousiasme van de studenten en van de docent cruciaal. Een docent die ervan doordrongen is dat leesplezier van studenten telt, veel lezen van belang is voor de leesvaardigheid en voor schoolloopbaan, een docent die zelf óók leest als de studenten lezen, is een motiverende factor. Het mooiste is als er meerdere docenten van een school met hun klassen meedoen. Aanbevelingen • Denk voorafgaand aan het project goed na over de inbedding van De Weddenschap in het onderwijs: Welke klassen doen mee? In welk vak ga je aan de slag met de campagne? Combineer je De Weddenschap met een project voor vrij lezen in de klas? • Maak een plan van aanpak: In welke periode start je? Hoe geef je de aftrap en de afsluiting vorm? Welke docenten zijn betrokken? • Betrek andere docenten bij het project. Verdeel bijvoorbeeld de taken (opening en afsluiting, lesideeën enzovoort).
• Betrek social media bij het vrij lezen. • Praat met studenten over de boeken. Geef aan welke boeken je aanbeveelt. Kijk daarbij goed naar de interesses van de studenten. Sporters lopen bijvoorbeeld vaak warm voor sportboeken. Waargebeurde verhalen spreken jongvolwassenen vaak ook aan. • Zorg voor een passende collectie. Heb je als school de beschikking over een collectie boeken die is afgestemd op interesses van de studenten?
Zowel fictie als nonfictie? • Zoek samenwerking met de lokale bibliotheek. Studenten kunnen (soms gratis) een abonnement krijgen. De bibliotheek heeft grote expertise in het aanbieden van passende boeken én een grote collectie in huis. Verder
kan de bibliotheek een mooie plek zijn voor een feestelijke opening of afsluiting van De Weddenschap. • Maak gebruik van de volgende websites als je studenten wilt adviseren bij hun boekenkeuze: boekenzoeker.org, jongerenliteratuurplein.nl, lezenvoordelijst.nl.
Studenten worden ook verleid om non-fictieboeken te lezen die aansluiten bij hun interesses.
Materialen en middelen:
De Weddenschap stelt campagnemateriaal beschikbaar voor deelnemende scholen: een campagneposter, een leerlingbrochure, lessuggesties voor docenten en certificaten voor deelnemende studenten. Daarnaast komen er regelmatig nieuwsbrieven uit voor docenten en is er achtergrondinformatie van Stichting Lezen: de uitgave “Meer lezen beter in taal – vmbo” bijvoorbeeld.
Tijdsinvestering:
De Weddenschap voltrekt zich in een half jaar tijd. Inschrijven kan ieder jaar vanaf medio september. Half maart loopt de campagne weer af.
Kosten:
Een budget voor de aanschaf van boeken voor jongvolwassenen en/of voor het lenen van boeken uit de bibliotheek is handig. Deelname aan De Weddenschap is gratis en ook de materialen worden gratis (tegen verzendkosten) aan de scholen verstrekt. De Weddenschap wordt bekostigd door Stichting Lezen.
Contact:
www.deweddenschap.nl Stichting Lezen, Peter van Duijvenboden:
[email protected] ROC Nijmegen, Anoushka van Bemmel: a.vanbemmel@rocnijmegen.nl
Link:
Meer lezen, beter in taal vmbo (http://issuu.com/kunstvanlezen/docs/meer_lezen_vmbo_ lr?e=0). Resultaten PISAonderzoek: leesattitude van 15jarigen en de invloed op leesvaardigheid (http://www.leesmonitor.nu/page/10004/invloedleesattitude). What is reader development? (http://www.leesmonitor.nu/page/10004/invloedleesattitude). Wie leest, heeft de wereld binnen handbereik – behoefteonderzoek onder vmbodocenten Nederlands over het bevorderen van lezen (http://taalunieversum.org/onderwijs/onderzoek/ publicatie/3357/wie_leest_heeft_de_wereld_binnen_handbereik). http://www.pinterest.com/avbmedia/sportboeken/
37
38
Tot slot Bekend is dat studenten in het mbo weinig lezen (Fouarge, Houtkoop, Van de Velden, 2011; OECD, 2011, leesmonitor.nu). We weten ook dat veel lezen juist van grote waarde is voor taalontwikkeling, inlevingsvermogen en schoolsucces (OECD, 2011). Wat kun je doen om mbo-studenten te motiveren en het plezier in lezen laten ervaren? Hoe geef je het lezen, wat veelal als een extra en impopulaire activiteit wordt gezien, een passende plek in het mbo? Kun je activiteiten of lessen inbouwen in bestaande programma’s, zodat studenten anders en meer gaan lezen? Wat vragen die activiteiten van docenten en van instellingen? In de voorbeelden uit deze brochure krijgen activiteiten die leesplezier en leesvaardigheid bevorderen een plek in het onderwijs. Lezen krijgt hierdoor meer aandacht, zodat studenten meer en anders leren lezen. Hoewel de insteek en aanpak per activiteit verschillen, is het doel van de projecten en activiteiten gelijk: Een structurele plek in het onderwijs inbouwen voor lezen, zodat studenten anders en meer lezen en daarmee hun leesmotivatie, leesplezier en leesvaardigheid vergroten. In deze nabeschouwing worden de belangrijkste uitgangspunten en aanbevelingen om dit doel te bereiken besproken. Het motiveren van studenten Hoe verleid je studenten die niet voor hun plezier een boek lezen? Uit onderzoek blijkt dat jongeren gemotiveerder zijn om te lezen wanneer zij lezen over hun eigen interesses. Boeken en teksten worden dus meer gelezen wanneer deze inhoudelijk aansluiten bij de leefwereld van de studenten. De projecten geven hier een
eigen invulling aan: ROC Friese Poort koppelt het lezen aan het beroep (studenten van het Politietoeleidingstraject lezen politieromans of detectives), ROC ID College laat studenten teksten lezen die aansluiten bij de detailhandel en bij de projecten ‘vrij lezen’ van Aventus, ROC Rivor en START.Deltion mogen studenten zelf een boek kiezen. Variatie aan tekstsoorten Motivatie kun je ook bevorderen door een variatie aan tekstsoorten aan te bieden. Volgens het PISA onderzoek helpt het als studenten verschillende tekstsoorten lezen, van boeken tot kranten- en tijdschriftartikelen. Een grote diversiteit aan leesmateriaal verhoogt de leesprestaties (Gille, Loijens, Noijons & Zwitser, 2010). Studenten leren verschillende uitdrukkingen en vergroten hun woordenschat en wereldbeeld. Bij het project van ROC ID College wordt gebruik gemaakt van verschillende tekstsoorten. Bij andere projecten zien we minder dat studenten een diversiteit aan teksten te lezen krijgen. Ook wordt in de projecten nog weinig gebruikgemaakt van digitale teksten, zoals teksten op websites, blogs, lezen van een e-reader of teksten in apps. Leesplezier Uit de onderzoeken waarover de leesmonitor (www.leesmonitor.nu) informeert, blijkt daarnaast dat leesplezier en leesvaardigheid elkaar over en weer beïnvloeden. Vaardige lezers beleven meer plezier aan het lezen van boeken waardoor ze vaker lezen. Dat zorgt er weer voor dat hun woordenschat en tekstbegrip toenemen (Mullis, Martin, Foy & Drucker, 2012). Ook bij het Mattheuseffect zien we dit: goede lezers worden steeds beter doordat ze lezen en zwakke lezers 39
bewust van gemaakt dat meer lezen bijdraagt aan adequaat taalgebruik, een belangrijke competentie voor secretaresses. Ook bij de projecten gericht op de opleidingen Onderwijsassistent en Pedagogisch Werk, zoals de Vertelkar, de Stagetrolley en de vrij lezen initiatieven van ROC Rivor en Aventus, worden studenten gemotiveerd om te lezen, omdat dit bijdraagt aan hun beroepscompetentie. Zélf goed en veel lezen heeft immers invloed op de beroepscompetentie leesbevordering (het aanmoedigen van leesplezier bij kinderen en begeleiden bij het leren lezen). steeds zwakker doordat ze niet lezen (Stanovich, 1986). Om leesvaardigheid te verbeteren is het dus belangrijk om na te denken over hoe je plezier aan lezen kunt beleven. Met de Vertelkar en de Stagetrolley proberen ROC van Twente en de Bibliotheek Hoorn bewust met een leuke creatieve opdracht studenten te verleiden om met boeken en met lezen aan de slag te gaan. In de leesclub van ROC van Amsterdam gaat het om het stimuleren van leesplezier door lezen te verbinden met eigen ervaringen. Wat moet en wat kan Leesonderwijs in het mbo is op dit moment vooral gericht op het centraal ontwikkelde examen leesvaardigheid. Op zichzelf is dat een logisch gevolg van de niveaueisen die worden gesteld aan de studenten. We weten dat lezen meer inhoudt dan wat getoetst en geëxamineerd wordt. Studenten en docenten hebben dit niet altijd in beeld. Om studenten te motiveren om meer en soms andere teksten te lezen, is het nodig dat studenten en docenten ervaren wat lezen kan betekenen. Bij het initiatief bij ROC Midden Nederland leren studenten via verwerkingsopdrachten en in gesprek met de docent hoe lezen kan bijdragen aan hun beroepscompetenties als secretaresse. Studenten en docenten worden er in het project namelijk 40
Inbedden in het curriculum Hoe krijgt aandacht voor leesmotivatie en leesplezier een structurele plek in het curriculum? Een reden waarom activiteiten die gericht zijn op meer en anders lezen nog niet zijn opgenomen in het curriculum, is omdat het lezen van fictie geen examenonderdeel is. Het programma Nederlands zit meestal vol met wél verplichte examenonderdelen als schrijven en grammatica. Vrij lezen en het lezen van fictie worden gezien als extra activiteiten bovenop het volle programma. Om activiteiten rond leesmotivatie en leesplezier geen losstaande en extra onderdelen te laten zijn, zien we dat die activiteiten gekoppeld worden aan examenonderdelen Nederlands, aan beroepscompetenties of gelinkt worden aan thema’s uit het beroep. Op deze manier wordt de relevantie om te lezen en extra aandacht te besteden aan lezen onderbouwd en geborgd. Lezen wordt op die manier gebruikt als input voor een presentatie of om te leren over het toekomstige beroep. Door het integreren van leesactiviteiten in de opleiding of te combineren met examenonderdelen, kunnen ze ingebed worden in het curriculum. Als de extra leesactiviteiten wél losgekoppeld worden van het reguliere curriculum en tijd voor vrij lezen in de opleiding wordt vrijgemaakt, is
het van belang structuur en regelmaat aan te bieden. Uit onderzoekt blijkt dat een prettige leesomgeving en een vrije keuze aan boeken voorwaarden zijn voor succes zijn bij het vrij lezen. We zien de structuur en regelmaat terug bij START.Deltion waar studenten iedere week een heel schooljaar een paar keer per week lezen met studenten én docenten. Bij ROC Rivor en Aventus wordt vrij lezen systematisch opgebouwd, zodat studenten niet alleen lezen, maar ook leren een boek uit te zoeken en de informatie te verwerken. Tips en adviezen Als je een activiteit of project opzet om leesplezier en leesvaardigheid te bevorderen, hoe pak je dat leesproject dan aan? Wanneer is een project succesvol? Hoe past het bij het mbo en wat vraagt
dat van docenten? Uit de beschreven voorbeelden zijn de volgende tips en adviezen te halen: • Zorg voor draagvlak onder docenten Nederlands en onder vakdocenten. • Zorg dat management en directie het initiatief ondersteunen. • Monitor de resultaten; wat is effectief? Wat sluit aan? • Begin het project klein en bouw vanuit daar uit. • Denk na over de rol van de docent; is een docent rolmodel, coach, begeleider? • Benut de mogelijkheden van de bibliotheek; zoek naar wederzijdse belangen en mogelijkheden. • Beperk belemmeringen om boeken te lenen; zorg bijvoorbeeld voor een goed uitleensysteem of schaf de boeken voor de studenten aan.
41
• Maak het belang of de betekenis van lezen voor de ontwikkeling van studenten in vakmanschap én in maatschappelijk functioneren duidelijk. • Koppel lezen aan het beroep; sla je twee vliegen in één klap? • Betrek verschillende actoren bij het lezen; gastsprekers, docenten, bibliotheek, medestudenten, schrijvers. • Spreid verantwoordelijkheden, werk samen met collega’s. • Zet in op het effect van een olievlek. Deel goede resultaten met collega’s, met andere opleidingen in je eigen instelling. • Plan niet alleen tijd in om te lezen, maar besteed aandacht aan de verschillende fases van lezen; hoe kies je een boek? Wat is er nodig om geconcentreerd te kunnen lezen, welke leesstrategieën heb je bij lezen nodig? En hoe verwerk je de informatie? Uit de voorbeelden in dit boekje blijkt dat activiteiten gericht op leesmotivatie en leesplezier, goed ondergebracht kunnen worden in het curriculum. Daarvoor heb je een lange adem én creativiteit nodig, en is het belangrijk te blijven zoeken naar verbindingen. We wensen je veel succes en creativiteit!
42
Bronnen Fouarge, D., Houtkoop, W. & Velden, R. van der (2011). Laaggeletterdheid in Nederland. Resultaten van de Adult Literacy and Life Skills Survey (ALL). Utrecht: Expertisecentrum Beroepsonderwijs. Gille, E., Loijens C., Noijons, J. & Zwitser, R. (2010). Resultaten PISA-2009, Praktische kennis en vaardigheden van 15-jarigen. Arnhem: Cito. Kordes, J., Bolsinova, M., Limpens, G. & Stolwijk, R. (2013). Resultaten PISA-2012, Praktische kennis en vaardigheden van 15-jarigen. Arnhem: Cito. Mullis, I.V.S., Martin, M.O., Foy, P. & Drucker, K.T. (2012). PIRLS 2011 international results in reading. Chestnut Hill, MA: Boston College. OECD (2011), Education at a Glance 2011: OECD Indicators. OECD Publishing. www.leesmonitor.nu
43
44