eyeline vakblad voor de OPTICIEN, zomer 2016
Wij hebben oog voor uw totaaloplossing MIDO 2016 ALLE TRENDS BIJ ELKAAR
voor de optiekbranche. Een wereldmerk met sterke focus op kwaliteit, gebruiksgemak en innovatie. Dit betekent een verademing voor uw workflow en een directe meerwaarde voor u én uw klanten. O’Max instruments levert een geïntegreerde totaalopossing met een compleet programma van innovatieve instrumenten, software en bijpassend meubilair.
Kijk op www.omax.nl voor meer informatie.
Innovatieve & High-Tech instrumenten
Multifunctionele refractieunits
Software oplossingen & koppelingen
Hoogwaardige service
(remote) Helpdesk
Online registratie instrumenten
O’Max Instruments BV
O’Max Instruments BV • Pasteurstraat 2, 2811 DX Reeuwijk Marconistraat 9, 6902 PC Zevenaar • Telefoon: +31 (0)88 - 0888160
• www.omax.nl Telefoon: 0182 61AC 11,Zevenaar Fax: 0182 39 91
[email protected] 39 • E-mail:
[email protected] • E-mail: • Internet: www.omax.nl Postbus 102,39 6900
an Essilor Company
vakblad voor de opticien, zomer 2016 www.eyeline-magazine.nl
O’Max Instruments is exclusief distributeur van Topcon kwaliteitsinstrumenten
PRACHTIGE REIS CHARMANT
TERUGBLIK NCC
DUB B ELDI K ZOM ERNUMME R
ARE YOU IN CHARGE NOW? op 13 en 14 maart 2016 vond het 6e nederlandse contactlens congres plaats met als thema 'get in charge', mede mogelijk gemaakt door de nac en het anvc. wat in 2006 als een nationaal congres startte, is anno 2016 uitgegroeid tot een toonaangevend internationaal congres. de lat werd dit jaar door de organisatie weer een stukje hoger gelegd. geweldig, het hoge aantal unieke bezoekers, de internationale sprekers en het programma dat met veel zorg werd samengesteld door de sprekerscommissie. Enkele hoogtepunten die onderstrepen hoe bijzonder het NCC eigenlijk is... en dat wij daar als Nederland zeer trots op mogen zijn! • meer dan 1800 ingeschreven deelnemers • deelnemers uit meer dan 20 verschillende landen • 31 exposanten • 250 personen deden mee aan NCC Doing Research 'To Flip or Not to Flip' • 17 Free Paper Presentations • 63 nationale en internationale sprekers • 1.500 kroketten en worstenbroodjes
De organisatie van het NCC 2016 wil u graag bedanken voor uw deelname en positieve instelling. “Het NCC zou nooit een succes zijn geworden zonder uw bijdrage. Dat is onze motivatie om zoveel tijd en energie in het congres te steken! Wij hebben reeds de nodige feedback ontvangen, die ons als organisatie inspireert. We nemen dit mee naar het NCC 2018, dat gepland staat voor zondag 11 en maandag 12 maart. Noteer deze data alvast in uw agenda!”
‘Dit raakt aan de intrinsieke vraag in onderwijsland: moet educatie leidend (of volgend) zijn?’ eef van der worp
KLAS(SIFICATIE) het ncc 2016 bevatte weer veel stof dat tot nadenken stemde. een van de aspecten die ruim aan bod kwamen in nederlandse en buitenlandse lezingen was de huidige manier van lens aanpassen met betrekking tot zachte lenzen. en de vraag is: moeten we ons onderwijssysteem hierop aanpassen? aansluitend daaraan was een andere discussie op het ncc onder leiding van ruud van ’t pad bosch en henri eek, en onder de vlag van de international association of contact lens educators (iacle) of het niet eens tijd wordt dat we ons onderwijssysteem aanpassen aan de nieuwe inzichten op ons vakgebied? dit raakt aan de intrinsieke vraag in onderwijsland: ‘moet educatie leidend (of volgend) zijn? TEKST Eef van der Worp BEELD Pieter Bas Kampmeinert Terug naar de klas Even terug naar de klas, en naar de basis. Waar gaat het om bij het aanpassen van zachte lenzen, en bij het aanpassen van lenzen in het algemeen? Dat je een lens aanpast of zoekt, die zorgt voor comfortabel dragen gedurende de hele dag, met een optimaal optisch resultaat en die de integriteit van het oculaire oppervlak zo min mogelijk aantast. Met andere woorden, die geen nadelig effect heeft op de fysiologie van het oog of topografische veranderingen teweegbrengt. Bij vormstabiele lenzen, en bij zachte lenzen in het verleden, wordt daarom gewerkt met een passet, een term die vrij letterlijk moet worden genomen. Bij vormstabiele lenzen kan op basis van centrale keratometerwaarden in eerste instantie een goede inschatting worden gemaakt van de pasvorm, waarna fluoresceïne helpt om met een behoorlijke mate van nauwkeurigheid vast te stellen of een lens 0.1 of zelfs 0.05mm vlakker of dieper moet. Bij zachte lenzen ligt het wat anders, en helaas tot onze ergernis, moeten we vaststellen dat we een stuk beperkter zijn. Ten eerste zijn centrale keratometerwaarden niet erg zinvol om de eerste paslens te bepalen. Dat gebeurt dus eigenlijk ‘at random’: gewoon willekeurig dus. Vervolgens gaan we dan net als bij vormstabiele lenzen op het oog kijken wat we van de passing vinden, met die beperking dat de meettechniek daarvoor – het beoordelen van de bewe-
ging en centratie – subjectief en nauwelijks te kwantificeren is. In het verleden waren er dan in ieder geval, mochten we niet tevreden zijn met de passing, een aantal alternatieven binnen hetzelfde lensontwerp (diameter, sagitta of kromming) om een vlakker of dieper exemplaar te proberen; opnieuw op trial-and-error basis. Een beetje passet bij zachte lenzen kon derhalve uit in ieder geval 3, tot wel 6 of 8 lenzen bestaan. Pashokje Waar we bij zachte lenzen op de eerste beperkingen (meettechniek van het oculaire oppervlak en beoordeling van de lens op het oog) niet zo snel vat krijgen, was het laatste (de variatie in lenzen) in ieder geval een manier om ons vak uit te oefenen en onze kennis en kunde te exploiteren: middels het ‘pashokjes’-principe dus. Echter, laat dat nu juist hetgeen zijn waar we in de laatste jaren fors op hebben moeten inleveren. In plaats van diverse alternatieve lenzen voor de paslens op het oog, hebben we er hoogstens één (of vaak géén) alternatief binnen hetzelfde lensontwerp. De reden hiervoor is even begrijpelijk als logisch: om te voldoen aan de zeer welkome eis van snellere vervangingssystemen, moest de parameter range worden ingeperkt. Zelfs met maar twee ‘krommingen’ is het aantal lensopties voor bijvoorbeeld een torische variant al enorm. Daarnaast voldoen de passets, zoals vroeger gebruikt, geheel niet meer aan de hygiënische eisen die we vandaag de dag stellen aan de verzorging van lenzen.
eyeline
19
Op het NCC werd de vraag gesteld: hoe kunnen we dit nu beter aanpakken? Laten we zachte lenzen eerst eens onderverdelen in een aantal subcategorieën, even klassificeren dus. Matthew Lampa en Mark André deelden in 2011 zachte lenzen in, in drie groepen. De voorraadlenzen (stock lenses), de buitenstandaard lenzen (out-of-standard lenses) en de custom-made lens. Voorraadlenzen De eerste categorie, de voorraad- of standaardlens, bestaat uit wat we nu zien als een lens voor snelle vervanging: disposable lenzen die we op de plank hebben liggen met een vaste geometrie en met een vaste diameter. In principe komt het erop neer dat de contactlensaanpasser een oog zoekt dat past bij een gegeven lens die diegene in zijn arsenaal heeft. Hoe meer variatie er in deze standaardlenzen is, hoe groter de kans dat er een lens is die een ‘match’ is met een gegeven oog. Een beetje als speeddaten. De grootste kans op succes binnen deze categorie, is als we te maken hebben met een ‘normaal’ oog. Wat normaal is, is echter niet gedefinieerd en zoals eerder beschreven hebben we nauwelijks middelen om dit ‘normale oog’ op te sporen. Het is dus een beetje een gok of het werkt. Maar de aanname is, als we te maken hebben met een normaal oog, de kans dat deze standaardlens past vrij groot is. Binnen deze categorie zou het adagium ‘one-sizefits-all’ dus best kunnen kloppen, tot op zekere hoogte. Het grote voordeel is dat deze lenzen met cast-molding kunnen worden gemaakt: met malletjes dus, en in enorme hoeveelheden desgewenst. Buitenstandaard lenzen In de tweede categorie vinden we de lenzen die in principe wel een vaste geometrie hebben (of mogelijk een aantal geometrieën). Er kan niet vrijelijk worden gevarieerd met het lensontwerp: die is vast gedefinieerd. Echter, ze hebben wel een veel bredere parameter range die verder gaat dan de standaardlenzen die allemaal ‘rond het midden’ bivakkeren. Uit onderzoek blijkt dat een normaal oog een variatie in sagittahoogte heeft van ongeveer 900 micron (het verschil tussen het ‘vlakste’ en het ‘diepste’ oog dus in een normale populatie). We zien ook dat binnen het silicone hydrogel maand- en tweewekelijkse vervangingssegment de variatie tussen de vlakste en de diepste lens ongeveer 300 micron is. Een stuk beperkter dus, maar volledig gericht op de top van de ‘bell-curve’ (ook wel de gauss- of normaalverdeling genoemd). Buitenstandaard lenzen kunnen dus een groter bereik aan, in principe onbeperkt, door bijvoorbeeld de diameter te variëren, of afwijkende krommingen te gebruiken. Tevens is er een groot bereik aan hoge sterkten, cylinders, cylinderassen etc. Maar deze lenzen kunnen wel gewoon in
maandvervanging worden gemaakt. Een van de fabrikanten die werken volgens dit principe, zegt op deze manier 1 miljard mogelijkheden te hebben als je alle parameters (tot en met torische multifocale lenzen) combineert. In principe worden deze lenzen op dit moment op een draaibank gefabriceerd. Wel wordt er ook gewerkt aan een combinatie: hierbij wordt de voorkant bijvoorbeeld gedraaid, terwijl de achterkant volgens het cast-molding principe wordt gemaakt. Dit om de efficiëntie van fabricage te verhogen. Custom-made lenzen De naam spreekt voor zich: hier wordt op individuele basis een lens gemaakt die geschikt is voor een bepaald oog, als een maatpak. Hierbij zijn er letterlijk geen grenzen aan de parameters zowel qua geometrie, als qua optiek. De geometrie wordt beperkt door de meetapparatuur die de data moet verschaffen om de lens zo goed mogelijk bij het oogoppervlak te laten aansluiten. Qua optische correctie is het niet zozeer de meetapparatuur op dit moment (wavefront aberrometers kunnen minutieus de optiek van het oog in kaart brengen). Het probleem zit ‘m erin dat een lens beweegt, dat die doorbuigt en vooral dat een lens roteert op het oog (tenzij deze met stabilisatie in positie wordt gehouden). Met betrekking tot materiaal heeft de aanpasser veel vrijheid in deze ‘klasse’. Niet alle draaibanken kunnen alle materialen aan, maar er is een ruime keuze uit zowel silicone hydrogel, als conventionele materialen die gedraaid kunnen worden, zoals dat in jargon wordt genoemd. Maar los van de beperkingen van meten en fysieke kenmerken van de lens en fabricage geldt hier ‘the sky is the limit’. Maatpak Je moet bij de voorraadlenzen toch het meest denken aan een kledingzaak waar ze maar één of hoogstens een paar maten hebben (en past dat niet, dan is er misschien nog wel een T-shirt van een ander merk dat past). Maar ben je erg lang, kort, dun of dik: dan gaat het ‘m niet worden. Misschien dat voor die mensen een buitenstandaard kledingstuk wel kan passen: dan kom je uit bij een zaak waar ze in ieder geval van elke spijkerbroek een hele trits maten hebben, liefst zowel voor de taille als binnenbeenlengte. Maar zoek je bijvoorbeeld een pak, dat perfect aansluit bij je lichaam, en elk lijf is uniek uiteindelijk, dan kom je uit bij een maatpak. Maar daar is de prijs ook naar natuurlijk: die moet worden opgemeten, en aangemeten. Binnen ons vakgebied spreekt dat laatste ons veelal het meest aan, zeker omdat we daar ook ons vakmanschap het meest in kwijt kunnen. Of het altijd het beste is, en of het altijd nodig is om een maatpak te laten aanmeten, dat is een vraag. Hierbij spelen tevens individuele en subjectieve beoordeling mee (sommi-
eyeline
21
gen houden simpelweg van een maatpak, maar niet iedereen). En de prijs speelt hier zeker een rol: wat als dit maatpak voor een vergelijkbare prijs kan worden aangeboden? Dan kiezen veel mensen ineens wel voor het maatpak, in plaats van de confectiemaat.
Sommige fabrikanten werken bijvoorbeeld met een aantal perifere tangentiale hoeken: een standaard periferie aan de zachte lens, een optie met een vlakkere hoek (voor een lossere passing) en een met een steilere hoek, voor een diepere passing.
Aanpak Maatpak prima, maar wat is nu het plan van aanpak? Het is niet logisch dat er één oplossing is voor alles: het is waarschijnlijk beter dit per categorie te bekijken. Maatwerk dus ook. Voor de eerste groep, de voorraadlenzen, is het eerst en vooral wenselijk dat er apparatuur komt die in kan schatten of het oog in kwestie waar we een lens bij willen aanpassen in de ‘normaal’ categorie valt. Wat vervolgens dan wel nog even moet gebeuren, is dat we vaststellen wat de criteria zijn voor een ‘normaal oog’. Indien dat is vastgesteld zouden we met de standaard cast-mold lenzen die we tot onze beschikking hebben waarschijnlijk een goede passing kunnen creëren.
Heilige Graal De Heilige Graal voor veel aanpassers en een deel van de lensdragers die we in onze praktijk tegenkomen is om een lens precies aan te laten sluiten bij het oogoppervlak. Dat wil zeggen: de mate van precisie is door de aanpassers te bepalen. Er zijn fabrikanten die werken met een ‘multiple sagitta’ principe. Eerst wordt de centrale sagitta bepaald op basis van de corneagegevens. Vervolgens een perifere sagitta op basis van het cornea-sclerale profiel, gevolgd door een randsagitta waarbij de scleravorm kan worden meegenomen. Of, in lijn met de 3D print technologie: er wordt een scan van het oog en een complete custom-made lens gemaakt. Beperking is wel dat de lens rotatie-symmetrisch moet zijn: dus concentrisch zal een gemiddelde genomen moeten worden.
Het ligt in de lijn der verwachting dat er betere apparatuur komt die het oog kan meten, en dat we dan ook meer kennis krijgen over de lenspassing. Graeme Young had hier op het NCC 2016 een fascinerende lezing over, betreffende ‘edge strain’. Deze edge strain kan berekend worden op basis van de exacte parameters van een oog, in combinatie met de precieze geometrie gegevens van een gegeven lens. Wat hier bijvoorbeeld nieuw aan is – is dat de overgang van cornea naar sclera helemaal niet zo abrupt verloopt als altijd werd gedacht: deze overgang is doorgaans voor het gemiddelde oog best geleidelijk, ofwel: een tangentiaal limbus profiel. Deze mathematische methode om de edge strain te berekenen kan ons helpen het gemiddelde oog beter in kaart te brengen, en de gemiddelde lens daar beter op te laten aansluiten. Stappenplan En zo ontrolt zich, min of meer organisch, een stappenplan. Stap twee zou kunnen zijn, als is vastgesteld dat een oog niet tot de top van de genoemde bell-curve behoort – met een afwijkende parameter de juiste aansluiting te vinden. In het geval van de eerder genoemde afwijkende sagittahoogte, zou een lens kunnen worden gekozen die zich qua sagitta links of rechts van het midden in het spectrum bevindt. Dit zou ook een afwijkende diameter kunnen zijn: met twee of drie diameters zou een veel groter bereik aan ogen kunnen worden aangepast dan nu het geval is. Diameter is derhalve eigenlijk een betere parameter om mee te werken dan basiscurve radius. Een andere methode zou kunnen zijn om met corneatopografen de perifere hoek te meten op de cornea. Als deze hoek wordt doorgetrokken – middels het gegeven van de tangentiale periferie – kan dit gegeven gebruikt worden om een lens aan te passen.
ReCreating Perfect Vision®
It is all about Optics We begonnen dit artikel met vast te stellen wat er komt kijken bij een succesvolle passing. Naast comfort en pasvorm werd daarbij de optiek genoemd. Maar het één kan niet los worden gezien van het ander. Als een lens veel te diep op een oog wordt aangepast, dan zal deze doorbuigen op dat oog. Wat doet dat met de optiek van die lens? Best veel eigenlijk, afhankelijk van de grootte van het verschil tussen lens en oog. Maar dat verschil weten we niet want dat kunnen we nu niet meten. Voor een sferisch lensje van -3D zal dit niet zo’n drama zijn. Maar voor complexe optiek zoals een multifocale lens, een myopia control zachte lens of een wavefront gecorrigeerde lens is dit wel essentieel. Om de optiek dan goed te krijgen, moeten we dus eerst weten hoeveel de lens gaat doorbuigen. En dan komen we weer uit bij het stappenplan: dan moeten we eerst weten wat we aanpassen, en op welk oppervlak. Zeker bij myopiebeheersing, waar sowieso geldt ‘It is all about Optics’, zou dit wel eens een prominente rol kunnen spelen. Klasse En daarmee is de cirkel weer rond, dan zijn we weer bij het begin: de aanpassing. En daar kunnen we onze klasse tonen, want daar gaat het om: ons beroep als contactlensaanpasser is in het geding. En om antwoord te geven op de eerder gestelde vraag: ‘wat moeten we met het onderwijs?’ Wat mij betreft begint het daarmee. De kennis en de kunde moeten er zijn om het oog goed te meten. Maar het begint met het begrijpen wat we doen en waaróm we dat doen. Het klassificatiesysteem kan daarbij helpen. Maar het begint in de klas.
eyeline
23
GEWELDIG NCC2016 Bedankt!
de organisatie van ncc2016 heeft meer dan haar uiterste best gedaan. wat een presentaties, speeches, workshops, paneldiscussies en lezingen. de koningshof in velhoven barstte beide dagen bijna uit zijn voegen. dat het ncc2016 zo professioneel is opgezet, zelfs bcla zocht een samenwerking, is mede te danken aan het nac en alle andere standhouders. wij vroegen hen om een reactie op het tweedaagse congres. BEELD Loek Peters
Pas de lens aan op het oog in plaats van het oog op de lens. Bij Soft lenses fitting 'It's all about diameters. It's all about mark'ennovy'. Volgens Eef van der Worp: 'It's all about 'Sags'. Quess what: That's us, mark'ennovy!
,, Een succesvolle introductie van ZEISS van hun nieuwste OCT: de PRIMUS 200. Met dit toestel bent u weer volledig 'in charge' voor de oogzorg van uw consumenten.
,,
Voldaan kijken wij terug op een succesvol en gezellig NCC. Vooral de enthousiaste reacties op onze nieuwste Nachtlenzen®-campagne en het nog steeds groeiende succes van Nachtlenzen® zijn ongekend. 24
eyeline
,,
,, Een kleurrijk en gezellig samenzijn bij Oté Optics: met bier en Happy Bitterballen! "Het NCC wordt steeds professioneler, ieder jaar wordt er weer meer aandacht besteed aan standbouw, techniek en details. Ook internationaal komt het NCC steeds beter op de kaart. Belangrijk is dat opticiens en contactlensspecialisten enthousiast blijven over het NCC. Dit was zeker het geval op het NCC2016!"
,,
SiHy is inderdaad ook bij daglenzen het materiaal van de toekomst, leuke gesprekken hierover op de beurs!
,,
Procornea Nederland uitgeroepen tot branchewinnaar 2016 'Meest toonaangevende onderneming in contactlensbranche'.
eyeline
25
NCC 2016
VEELZIJDIG, BOEIEND EN VOORAL OOK GEZELLIG
ron beerten voert de spanning op
28
eyeline
Get in Charge, bezoekers nemen het heft in handen ‘de tijd is gekomen om het heft in handen te nemen’, schreef één van organisatoren in een voorbeschouwing. en dat gebeurt nadrukkelijk op dit tweejaarlijkse, tweedaagse contactlenscongres. het is de zesde uitvoering van het ncc en met 1800 unieke bezoekers is het nu ook het grootste ter wereld. twee dagen luisteren, meekijken en vooral ook meedoen, ‘met elkaar aan de knoppen zitten van de toekomst van ons vak’. De tribunes van de arena zitten zo goed als vol als zondagmorgen om 8.41 de als, elektromonteur verklede, medeorganisator Ron Beertens de stroom erop zet en daarmee de spanning voor het congres verder opvoert. Eef van der Worp en Marco van Beusekom betreden daarna om de beurt het podium. Ze spreken over het thema ‘Get in charge’ en leggen het programma van de komende twee dagen uit. Marco: “We hebben een prachtig vak. We kunnen mensen met irregulaire cornea’s een acceptabele visus geven, we kunnen een alternatief bieden voor een bril en bij kinderen met bijziendheid kunnen we voor minder bijziendheid zorgen”. Eef vertelt over het thema myopia control waar we in 2006 allemaal voor klaar zaten: ”En nu weten we het nog niet. Hoewel we wel een stuk verder zijn en we er op dit congres weer wat meer over horen”. Ze vertellen over de stappen die we hebben gemaakt met silicone hydrogel, over de nieuwe manier van meten, de radius die zijn langste tijd gehad heeft en het proces van de keratometer naar topograaf. “Ook de OCT heeft een toekomst bij het aanmeten van contactlenzen”.
Efron: “Het is onethisch wanneer we alle jonge mensen geen myopia control voorschrijven. Iedereen, alle kinderen moeten onderzocht worden”. Caroline: “Ik vind dat grote nonsens. Het is beter alleen de kinderen te begeleiden waar myopie in de familie voorkomt”. Keuze uit vele zalen Wanneer je voor de zesde keer op het NCC komt, is de entourage geen verrassing meer. Maar het blijft indrukwekkend. De grote hal waar je steeds in terugkomt en waar je de leveranciers kan vinden. Daar omheen de andere zalen, duidelijk via borden aangeven. Je hebt de hele dag de keus. Je kunt in de main lecture room blijven zitten dan krijg je de ‘grote sprekers’. Maar je kunt ook naar de iets kleinere Brabant zaal, vaak vinden daar de sponsorlezingen plaats of de korte Nederlandse sessies. En wat dieper in het gebouw zijn nog meer zalen waar constant presentaties zijn. Nieuw is het Xperience center waar een echt onderzoek wordt gedaan. Soms is de keuze moeilijk.
Kelly Anna Camphuis is er voor de eerste keer en is overrompeld door de grootsheid van het event en de hoeveelheid bezoekers: ‘NCC 2016 is heus Olympic speakers debat georganiseerd. Strakke planning en De eerste ‘charge’ die de zaal krijgt is marco van beusekom goed in elkaar gezet. Je zorgen mahet mogen stemmen op de sprekers. ken dat je honger of dorst zal krijgen Deze stellen zich met een korte presentatie voor en de zaal bepaalt dan welke presentatie in de is niet nodig daar je perfect verzorgd wordt. Een verrukkelijk buffet en goede koffies ontbreken niet. Logistiek zit het grote main lecture room mag. Gedurende het congres zijn er meer, ‘Get in charge‘ keuze goed in elkaar, er zijn nogal wat zalen en ruimtes en veel semomenten waardoor de betrokkenheid van de bezoekers minars en dat was allemaal heel overzichtelijk uitgewerkt gegarandeerd is. Bijvoorbeeld bij het Olympic speakers de- in een map. Een map waar zelfs een handvat in zat zodat je bat. In totaal doen daar acht sprekers aan mee. Per debat niet zo onhandig een plattegrond vast hoeft te houden. Het strijden twee sprekers om de publiekspunten, de winnaar personeel van de organisatie is, als je er dan toch niet hegaat naar de volgende ronde. Het publiek bepaalt ook het lemaal uitkwam, ontzettend behulpzaam en erg proactief’. onderwerp en de debaters hebben ongeveer vijf minuten om zich voor te bereiden. Het kan zijn dat een debater door Lowlands in charge, een hoogtepunt de keuze van het publiek iets moet verdedigen waar hij het Nadat er een aantal jaren spectaculaire veranderingen in de praktijk juist mee oneens is. Het is vooral fun, leuk om waren zoals het staining debat, silicone hydrogel en myote zien. Vuurwerk is het wanneer de ervaren rotten Nathan pia control is het nu voor veel bezoekers zoeken naar het nieuws, iets nieuws. Maar wie zijn best doet kan zeker geEfron en Patrick Caroline tegenover elkaar staan.
eyeline
29
noeg vinden. In trek zijn altijd de korte blokken van de Nederlandse sprekers, dit jaar met de aangepaste titel ‘Lowlands in charge’. Een rij van sprekers, die in het kort een interessante casus of onderzoek met de zaal wil delen. Kees Broos, die laat zien hoe hij mini scerale lenzen aanmeet bij DSAEK. Cretien Frembach, die het record sheets per minuut neer zet en dan ook nog de zaal boeit met een pseudo keratoconus, waar zelfs de oogarts ‘intrapte’. Josien Zeeman, wat een makkelijke spreker is zij. Een talent, die het in principe saaie verhaal over omega vetzuren overduidelijk en boeiend bij de zaal laat binnenkomen.
nathan efron
patrick caroline
sander van nkl
patrick caroline en danielle robertson tijdens het champions debat
30
eyeline
In het auditorium is op zondagmiddag een boeiende workshop over de invloed van voeding op de gezondheid van de mens en op de ogen in het bijzonder. Onder andere geeft Kim Driesen een aantal praktijk voorbeelden hoe zij als optometrist haar klanten een stapje bewuster kan maken van gezond en gevarieerd eten. Bij ‘Get in charge of research papers’ zitten te weinig mensen. Mogelijk verwacht je door de titel en het onderwerp een saaie lezing. Maar het is o zo nuttig als je beter begrijpt wanneer een door een fabrikant gebracht onderzoek echt zuiver is. Hoe goed is die nieuwe vloeistof nu echt? Wel erg gewild is, en druk bezocht zijn, de sponsorlezingen. Dit jaar ook de ‘get in charge’ vorm. Bij NKL kon de zaal kiezen uit presentaties over de harde, zachte of nachtlenzen, of topografie. Met zijn allen op de knop van je smartphone drukken en Fokke en Sander pakken het gekozen onderwerp op. Ze deden het in zo’n tempo dat drie van de vier onderwerpen behandeld konden worden. NCC Doing Research, ‘To Flip or Not to Flip’ ‘1,5- 0,5’ klinkt het als ik er even bij sta. Het ooglid wordt omgeklapt en de persoon die door de spleetlamp kijkt roept zijn bevindingen. Op een scherm kijkt een tweede persoon mee en als ze het eens zijn wordt het genoteerd. ‘Mee eens, 1,5?” , ‘Jazeker, maar het lijkt wel wat ruw”. In het x-perience center staan vijf tafels opgesteld met een spleetlamp en een beeldscherm. “Ik krijg nu veel beter inzicht”, geeft een leerling aan: ”Op school krijgen we dit theoretisch en natuurlijk klappen we daar ook wel eens een ooglid om, maar zoveel achter elkaar en dan gelijk met overleg is echt perfect”. Het doel is om te laten zien dat het doen van onderzoek niet gecompliceerd hoeft te zijn. Bovendien is het een prachtige gelegenheid om in twee dagen een enorme hoeveelheid data te verzamelen en daarmee meer inzicht te krijgen. Nienke Soeters, die het met collega’s coördineert: ‘We zitten nu al op nummer 222 en daar zullen er zeker nog bijkomen. Voor ons is het een bijzonder geslaagde research methode”. De resultaten worden uitgewerkt en vanzelfsprekend gepubliceerd. Grote hal, het ontmoetingspunt De leveranciers zijn tevreden over de aandacht die ze krijgen. De pauzes zijn lang en talrijk genoeg voor de bezoekers om de stand op te zoeken die ze willen. Bij NKL praat men iedereen die langskomt bij over de nieuwe campagne: “We
willen de nachtlens beter promoten. De opticien weet het wel, maar het is nog steeds relatief onbekend bij de consument. We gaan het groots aanpakken met adverteren in de Linda, op abri’s op NS stations en in radio spots. Met de opticiens die mee willen doen gaan we een omzet doelstelling creëren en wanneer dat gehaald wordt nodigen we die opticien uit voor een dag dierentuin in Emmen”. Procornea heeft een eigen plein gemaakt met een bankje. Ze promoten op het NCC vooral de nieuwe dreamlite multi. Alex Lamse: “Voor de opticien ligt er een enorme potentiele markt. De ortho-k lenzendrager, maar ook de dragers van zachte lenzen willen graag een goed werkende multifocale lens. En dat is deze lens. De ervaring leert ons dat de vorm waarin we deze lens gemaakt hebben voor minder halo’s zorgt”. Bij Oté is het altijd al druk, maar nu het aan het eind van de dag nog drukker omdat er dan bitterballen geserveerd worden. Soms is klantenbinding zo eenvoudig. En een praatje maken over de producten is met een volle mond toegestaan.
Danielle Robertson wint debat Aan het eind van het congres wordt de finale van het Championsdebat gewonnen door Danielle Robertson. Ze verslaat Patrick Caroline door in de laatste minuut een dringend beroep op de vrouwen in de zaal te doen om toch maar op haar te stemmen. Patrick Caroline toont zich een charmante verliezer. Lyndon Jones zet in zijn slotwoord heel terecht de organisatie in het zonnetje: “Het grootste congres ter wereld en dan op deze manier georganiseerd. Mijn complimenten en een voorrecht dat ik er weer bij mocht zijn”. Hij krijgt van Ron, Marco en Eef een paar rood-wit-blauw gekleurde klompen en mag zich vanaf nu, wegens zijn verdienste voor het congres, pseudoNederlander voelen. De microfoon staat nog aan, en het geeft hilariteit in de zaal wanneer we horen met welke woorden hij de eerste stappen op klompen verslaat. De laatste woorden van het congres zijn traditioneel voor een slotspreker die een boodschap voor komende dagen mee mag geven. ‘‘The shorter is better”, hoorde ik langskomen tijdens een presentatie, “Ik zal mijn best doen”. Aan het woord is Jan van Setten, auteur, management coach en een veel gevraagd spreker. Van Setten geeft een presentatie, of beter een show van bijna een half uur, dat de zaal boeit vanaf de eerste minuut: “Stel vragen en beantwoord de vragen van de klant met een wedervraag. Houd geen afstand maar maak contact. Ga dansen met de klant. De klant ziet HOE je het doet en veel minder wat je doet. Fijne terugreis”.
Het zijn ook deze momenten, de breaks tussen de lezingen in een perfect ingerichte grote hal die het zo gezellig maken. Wil je rustig praten dan ga je om de hoek op een bankje zitten. De mensen die rond lopen zie je constant bekenden tegenkomen. En dat willen de meeste. Arthur Alberts is tevreden over het NCC: “Mijn stokpaardje is Myopia Control en ik heb weer veel kunnen leren”. Richard Hoogeveen uit Marum vond het programma van te voren er matig uitzien maar komt toch helemaal aan zijn trekken Kelly Anna Camphuis was tevrebij de korte scene lezingen. Voor den na haar eerste congres: ‘Mooi Simone Stad zijn er veel ontwikom te zien dat zo veel mensen kelingen te zien: ”Het zijn geen passie voor het vak hebben en iegrote stappen dit jaar, maar er dereen geboeid was door al wat zit genoeg interessants tussen zich af speelde. De intelligentie organisatie ncc voor mij”. In totaal zijn er 23 navan de verschillende sprekers was tionaliteiten. België is na Nederduidelijk merkbaar. Sommige onland een goede tweede. Voor Marleen Van Den Driessche derwerpen gingen mijn pet nog wat te boven. Des te meer uit Rouselare is het alweer het vierde NCC: ”Ik heb vooral heeft het in mij los gemaakt om me meer te verdiepen in de veel geleerd op het gebied van multifocale lenzen en ook onderwerpen. weet ik nu dat ik door de lezing ‘Corneal & Scleral topography dat ik de cornea topografie meer moet gaan gebruiken in Het hele onderwerp multifocale lens heeft me nog het meest de praktijk. En de feestavond was weer gezellig”. geboeid. Dit zou toch ook wel een grote rol kunnen gaan spelen voor de toekomst. De seminar over zachte contactlens aanOp de feestavond is de ruimte naast de grote hal in een korte passingen was ook interessant, er zitten veel veranderingen tijd omgetoverd tot dé feestzaal. Honderden mensen lopen aan te komen in de manier waarop dit nu gebeurt en wellicht langs het buffet en de dansvloer is bijna te klein wanneer ook anders kan. Daarbij zal te zijner tijd ook de contactlens oud-judoër Dennis van de Geest in charge is. De feestavond opleiding en manier van educatie zich evolueren. Verandering lijkt iedere keer verder uit te groeien tot the place to be. is vaak niet makkelijk, edoch goed dat het gebeurt. Het NCC heeft me geprikkeld en weer goed aan het denken gezet, de volgende keer ben ik er weer bij!
32
eyeline
De ontwikkeling van de daglens
NEDERLAND,
GRIJP JE KANS ver weg van de drukte van grote zalen was er op de tweede dag van het ncc gelegenheid drie, door coopervision uitgenodigde, sprekers te ontmoeten. nathan efron gaf tijdens het congres een lezing met de titel ‘rethinking contact aftercare’, pete kollbaum over ‘digital eyestrain of our patients‘ en arthur black verzorgde een algemene lezing over myopia control. TEKST Riens Gort BEELD Loek Peters Ze zitten er ontspannen bij in dit kleine zaaltje, alledrie met een ‘kom maar op met de vragen’- blik. Ook voor deze mannen is het relaxed om even weg te zijn uit de drukte. Echte zenuwen voor een presentatie hebben ze niet meer maar toch, deze keer was het anders. Ze zijn het er alledrie over eens: ”Het NCC is vooral een innovatiecongres, zowel voor wat betreft de inhoud, als de manier van presenteren. Het feit dat je in de arena niet alleen mensen voor je hebt maar aan alle kanten om je heen, maakt het zeer dynamisch. Voor een onervaren spreker is dat wellicht moeilijk, maar je ziet dat alle sprekers het tot nu toe voortreffelijk doen”. “Voor het debat in deze nieuwe vorm waren zelfs ervaren sprekers als wij nerveus”, vertelt Nathan Efron. “We zijn wel gewend om een presentatie te geven, maar nu moeten we ineens improviseren tegenover een collega. We krijgen het onderwerp te horen dat gekozen is en vijf minuten later moeten we er iets intelligents over zeggen. Maar het is vooral ook heel leuk om te doen”. Arthur Black en Pete Kollbaum vallen hem bij: ”Het thema is ‘Get in charge’ en dat betekent dat we in de rede gevallen kunnen worden. En dat is goed, op die manier hebben we een directer contact met het publiek. Het was grappig om iedereen te zien stemmen. Maar behalve dat dit ‘fun’ is, zorgt het er ook voor dat de meest geliefde presentatie plaatsvindt in de grootste zaal”. De mannen erkennen wel dat het publiek dit jaar niet de grote, spectaculaire veranderingen en nieuwtjes te zien krijgt zoals andere jaren vaak het geval was. Nathan Efron: ”Na de discussie rond staining, de onderzoeken naar myopia control en de introductie van silicone hydrogel hebben we nu niet die grote veranderingen. Dat kan ook niet elk jaar. Maar het is ook erg belangrijk om met elkaar over veranderingen
38
eyeline
van het ‘tweede level’ te praten. Over de parameters veranderingen, de vorm van de lenzen en, zoals bij CooperVision, het introduceren van de Clariti daglens in silicone hydrogel materiaal. Pete Kollbaum geeft een voorbeeld van hoe je met elkaar dieper in de materie kan duiken: ”Wij hebben onderzoek gedaan naar hoe lensdragers over de ervaring van hun lens communiceren. Het blijkt voor de drager lastig om het gevoel te differentiëren. Twee aspecten, waar we tijdens een controle goed door moeten vragen, zijn de visus sensatie en hoe het oog het lensmateriaal ervaart. De klant kan het in zijn algemeenheid uitdrukken in spanning op het oog, maar wat is het precies?” Pete Kollbaum adviseert om de klanten te categoriseren: “De ene klant vindt het draagcomfort het belangrijkste, de ander juist de visus. Arthur Black ziet kansen voor de industrie om een bijdrage te leveren aan het verder ontwikkelen van het vertragen van de myopie: ”Uit de gegevens van vele landen blijkt een aanzienlijke toename in bijziendheid. Daar moeten we met z’n allen wat aan doen. Het is nu bekend dat het haalbaar is om de toename van myopie met optische, farmaceutische en omgevingsinterventies te vertragen. Het is een uitdaging om dit allemaal beschikbaar te stellen aan de (beginnende) myopen. Op het NCC hebben we daar ook uitgebreid over kunnen praten”. Op de vraag wat men de boeiendste ontwikkeling van dit moment vindt in de contactlensindustrie antwoordt Nathan Efron op zijn bekende enthousiaste wijze: “De ontwikkeling van de daglens. CooperVision levert nu daglenzen in silicone hydrogel in alle mogelijke varianten: torisch en multifocaal. Je ziet de andere fabrikanten hier achteraan hollen, zij gaan het ook snel in de markt zetten. Jullie lopen hier achter wat betreft de aantallen daglenzen, dus: grijp je kans”.
NCC VOORAL INNOVATIECONGRES NATHAN EFRON, PETE KOLLBAUM EN ARTHUR BLACK
VOOR DE EERSTE KEER NAAR HET NCC WAT VONDEN ZE ERVAN voor het ncc vroegen we een aantal mensen naar wat ze verwachten van hun eerste ncc. na afloop hebben we ze weer benaderd en vertelden ze hun ervaring TEKST Riens Gort De les van maandag 21 maart vond niet in het Da Vinci klaslokaal plaats maar op het NCC. “Overweldigend toen we binnenkwamen, wat een hal, wat een mensen en wat gezellig”. Wilbert Hermenet en eigenlijk de meeste anderen hadden soms moeite met het Engels. “Soms ben je nog bezig met vertalen en dan zijn ze alweer drie zinnen verder”, vult Joost van den Berg aan. Inez de Jonge had zelfs bij Lowlands in charge moeite met de gebruikte termen: ”Terwijl dat Nederlands was”. Ook Rianne van Holland vond het niveau hoog, beetje op optometristen niveau. Maar ze heeft ook veel geleerd: ”De slotbijeenkomst was erg praktijk gericht, daar stak ik veel van op. Afgelopen weekend zag ik bij een café een bordje staan waarop stond wanneer het gesloten was in plaats van dat ze de openingstijden vermelden. Ik moest gelijk aan die presentatie denken en wilde bijna even naar binnengaan”. Iedereen vond ‘Lowlands in charge’ de boeiendste sessie“. “Heel erg leuk om mee te maken“, vond ook Aranka, ”We hebben nu gezien hoe het is en als we twee jaar verder zijn zullen we ongetwijfeld nog meer kennis opdoen”. Allemaal vonden ze de opstelling in de grote hal geweldig: “Gelukkig geen opdringerige vertegenwoordigers, we konden gewoon even rondkijken”. Maar de stand waar ze het eerste naar toe gingen was die van de ANVC: ”Want daar was onze docente te vinden”, klinkt het plagerig. “Wie weet gaan we de volgende keer twee dagen en dan ook naar het feest”.
52
eyeline
Kimberley Luijten en Nicole Ridderhof vonden het allebei een boeiend congres. Ze zijn met een paar collega’s gegaan en hebben veel geleerd. “Het is prettig dat je zelf kan bepalen naar welke lezing je wilt gaan’’, vertelt Kimberley: ”Daarnaast waren de stands ook de moeite waard om langs te gaan, je zag de nieuwste producten. Leuk dat er ook zoveel buitenlanders waren”. Nicole heeft een hoop geleerd in het Xperience Centre met het omklappen van de oogleden en het beoordelen daarvan: “Verder vind Ik het echt een aanrader om als opticien naar dit congres te gaan”. Beide zijn benieuwd hoe het over twee jaar is als ze hun opleiding afgerond hebben. “Ik heb het NCC als inspirerend ervaren, leuk om met zoveel vakgenoten met elkaar te luisteren naar de nieuwste feiten op het gebied van contactlenzen”, Marlies van Nimwegen wordt weer enthousiast als ze er over praat: “Ook leuk dat er niet alleen bezoekers uit Nederland waren, maar ook uit België. Het was even groot als dat ik had verwacht en het was tot in de puntjes goed geregeld, zoals het prachtige uitgewerkte programmaboekje, dat bovendien ook nog handig mee te sjouwen was. Ik ga zeker de volgende keer weer”. Alain de Bie is student aan de Hogeschool: “De lezingen over nachtlenzen en corneaproblemen vond ik interessant. Presentaties met alleen maar cijfertjes boeien me niet zo. Het meeste dat hij geleerd heeft, is dat hij nog veel moet leren: ”Ook merk ik dat het goed is dat ik als optometrist meer achtergrond kennis heb als ik binnenkort lenzen aan ga meten”. “En ja, over twee jaar ga ik graag weer”.