utrecht vleuten
notitie inspraak
opdrachtgever nummer datum
: : :
gemeente Utrecht 214.12358.00 11 juni 2008
opdrachtleider auteur(s)
: :
mw. ir. K.M.A. Hoogenboezem-Lanslots N. Andzic MSc.
Inhoud
1
Inhoud
2
1. Inleiding
4
2. Inspraakreacties
6
2.1. 2.2.
Schriftelijke reacties Mondelinge reacties
3. Wijkraad
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
6 21
24
214.12358.00
Inhoud
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
3
214.12358.00
1.
4
Inleiding
Het voorontwerpbestemmingsplan Vleuten heeft in het kader van de gemeentelijke inspraakverordening, vanaf 22 november t/m 19 december 2007 ter visie gelegen. In deze notitie wordt verslag gedaan van de ingekomen inspraakreacties en van de wijze waarop daaraan al dan niet een vervolg is gegeven. In hoofdstuk 2 zijn de inspraakreacties geordend, samengevat en voorzien van een antwoord. De uit deze notitie voortvloeiende aanpassingen aan de toelichting, voorschriften of plankaart zijn in het ontwerpbestemmingsplan verwerkt.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
214.12358.00
Inleiding
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
5
214.12358.00
6
2. Inspraakreacties
Naar aanleiding van de terinzagelegging van het voorontwerpbestemmingsplan Vleuten in het kader van inspraak, hebben belanghebbenden gedurende zes weken hun inspraakreactie kenbaar kunnen maken. In dit hoofdstuk zijn de opmerkingen per inspraakreactie samengevat en afzonderlijk beantwoord. Van de mogelijkheid om binnen de gestelde termijn een schriftelijke inspraakreactie kenbaar te maken, is gebruikgemaakt door: 1. C.E. Voogd, Albert Schweitzerlaan 14, 3451 EC Vleuten 2. A.C.P. Stokkermans, Albert Schweitzerlaan 22, 3451 EC Vleuten 3. G.C. Kuiper, Lange Meent 3, 4101 BG Culemborg 4. C.J.F. Kuiper, Haarpad 1, 3451 AZ Vleuten 5. P.F. Klein Obbink, Haarpad 5, 3451 AZ Vleuten 6. J. Westra, Haarpad 7, 3451 AZ Vleuten 7. A. van Breukelen, Prof. Bronkhorstlaan 1, 3451 ER Vleuten 8. M.J. de Rooij en E.A.G. van Blokland, Schoolstraat 42, 3451 AE Vleuten 9. B. de Vaal, Kleine Hof 43, 3451 LN Vleuten 10. I. Vernooij en F. de Jong, Kapittelhof 11, 3481 KG Vleuten 11. A.H. Hullegien en Y.M. van Wijk, Dorpsstraat 11, 3451 BH Vleuten 12. J. Kooijman, Hindersteinlaan 36, 3451 EZ Vleuten 13. E. Jansen, Hol & Molenhoek Woningmakelaars, Nachtegaalstraat 31, 3508 AA Utrecht 14. M.J. Valk, De Wolffshoek 7, 3603 EJ Maarssen 15. Dhr. en mevr. de la Mar, Stationsstraat 41, 3451 BW Vleuten 16. R.M. Post, ORIO architecten bna, Pauwenkamp 45, 3607 GC Maarssen 17. J. Doornekamp, Zuileveld 8, 3451 LB Vleuten 18. M.P.J. van Delft, Dr. Oolderslaan 6, 3451 EE Vleuten 19. Wijkbewonersvereniging De Kern Vleuten namens de Werkgroep Infrastructuur 20. Fortis Vastgoed Van de mogelijkheid om mondelinge inspraakreactie kenbaar te maken, is gebruikgemaakt door: 21. M.T. van Zuijlen, Dorpsstraat 18, 3451 BK Vleuten 22. Dhr. Van Zoeren, Schoolstraat 84, 3451 BG Vleuten 23. Dhr. P. Griffioen, Rubenslaan 4, 3451 JL Vleuten 24. Dhr. J. Fokker, Dorpsstraat 32, 3451 DL Vleuten 25. Dhr. A.G.J. Miltenburg, Multatulistraat 79, 3451 AR Vleuten 26. Dhr. A. van Rooijen, Dorpsstraat 34, 3451 DL Vleuten
2.1. Schriftelijke reacties 1. C.E. Voogd, Albert Schweitzerlaan 14, Vleuten Samenvatting 1. Grondwaterpeil Inspreker geeft aan dat veel panden in Vleuten niet goed onderhouden zijn en dat de fundering in een aantal opzichten niet voldoende is. Inspreker geeft aan dat het grondwaterpeil vrijwel constant moet blijven om verzakkingen te voorkomen Bij variabele grondwaterstanden vindt frequent aantasting plaats bij houten heipalen. Volgens de inspreker komt dit aspect niet of in onvoldoende mate aan de orde en dient het plan te worden aangepast. 2. Onduidelijkheid verkeersintensiteit Schoolstraat Inspreker geeft aan dat op een eerder moment is aangekondigd dat de verkeersintensiteit in de Schoolstraat door de toekomstige afsluiting bij de A2 aanzienlijk achteruit zou gaan. Uit de hui-
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
214.12358.00
Inspraakreacties
7
dige schattingen van de verkeersintensiteit blijkt echter juist het tegenovergestelde. Inspreker verzoekt om de verkeersintensiteiten te herberekenen.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
214.12358.00
Inspraakreacties
8
3. Honden uitlaatplaatsen Inspreker geeft aan dat er geen hondenuitlaatplaatsen zijn aangegeven in het plan. Dit is gevaarlijk (gezondheid) en onhygiënisch. Inspreker verzoekt om grasvelden niet als hondenuitlaatplaatsen te gebruiken. 4. Benzinetankstations (waterstof) Inspreker verzoekt om bij benzinetankstations ook voorzieningen te treffen om waterstof te tanken. Indiener geeft aan dat als dit op de juiste wijze gebeurt dit niet gevaarlijker hoeft te zijn dan het tanken van lpg. 5. Leidsche Rijnpark Inspreker verzoekt om duidelijk vast te leggen dat de ruimte, omsloten door de pastoor Ohllaan, de Hindersteinlaan en de spoorlijn, niet zal worden bebouwd en deel zal uitmaken van het Leidsche Rijnpark. Inspreker geeft aan dat het J.P. Thijsse-lint nog moet worden aangegeven. 6. Luchtkwaliteit Inspreker geeft aan dat de luchtkwaliteit door de ligging bij de autosnelweg een heikel punt is, vooral bij oostelijke wind. Inspreker benadrukt dat het deeltjes van 1 en 2 micrometer betreft en niet 10 micrometer, omdat eerdergenoemde deeltjes in longblaasjes terecht komen en de deeltjes van 10 micrometer in de trachea en dus door het trilhaarepitheel worden afgevoerd. 7. Geluidsoverlast Inspreker verzoekt om de berekeningen van de geluidsoverlast van de A2, aangezien deze in Vleuten ook als hinderlijk wordt ervaren. 8. Fietsverbinding Inspreker geeft aan dat de verbinding voor fietsers naar het centrum van Utrecht onduidelijk is. Daarnaast geeft de inspreker aan dat De Hof ter Weide weg al reeds in het verleden als hoofdfietsroute is aangegeven. 9. Station Vleuten Inspreker vindt dat bij het nieuwe station Vleuten 2.000 fietsen vrij moeten kunnen worden gestald en niet in fietskluizen.
1.
2.
3. 4.
5.
6.
Beantwoording Het bestemmingsplan is grotendeels consoliderend van aard, wel vinden binnen het plangebied drie kleinschalige ontwikkelingen plaats. Deze ontwikkelingen, waarvan er al een aantal zijn gerealiseerd, hebben geen waterhuishoudkundige gevolgen. Dienovereenkomstig zullen de grondwaterstanden in de toekomstige situatie niet wijzigen. Het plan zal niet worden aangepast naar aanleiding van deze inspraakreactie. Dit bestemmingsplan legt overwegend de bestaande situatie vast. Wel maakt het bestemmingsplan een drietal kleinschalige ontwikkelingen mogelijk. Deze drie ontwikkelingen hebben op zichzelf niet veel invloed op de verkeersintensiteiten. Daarnaast is het beleid er op gericht om het doorgaand verkeer uit het gebied te weren. De beperkte ontwikkelingen die in dit bestemmingsplan zijn opgenomen geven geen aanleiding om de verkeersgegevens aan te passen. In een bestemmingsplan worden de ruimtelijke relevante aspecten van een gebied geregeld. Het uitlaten van honden maakt hier geen onderdeel van uit. Het treffen van voorzieningen teneinde het tanken van waterstof in de toekomst mogelijk te maken is nog geen issue binnen de gemeente, Wanneer dit eventueel in de toekomst in het plangebied aan de orde komt zal het plan te zijner tijd en mits noodzakelijk worden aangepast. De Hindersteinlocatie is in de toelichting opgenomen als een mogelijke ontwikkelingslocatie. Thans zijn deze plannen onvoldoende concreet om daarover zaken vast te leggen in het bestemmingsplan. Voor een mogelijke toekomstige ontwikkeling zal te zijner tijd een afzonderlijke planologisch-juridische procedure gevolgd worden. Ten tijde van het opstellen van het bestemmingsplan bestaat er nog geen wettelijk kader waarin geregeld wordt op welke wijze de effecten van ontwikkelingen voor extra fijn stof
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
214.12358.00
Inspraakreacties
7.
8. 9.
9
berekend moeten worden. Er is dus nog geen wettelijk kader om aan te toetsen. De grenswaarde voor extra fijn stof (PM 2,5) is pas geldig vanaf 2015. Er zijn nog geen rekenprogramma’s voor extra fijn stof. In het kader van de Wet geluidhinder dient de geluidsbelasting aan de gevels van nieuwe geluidsgevoelige bestemmingen te worden bepaald. In het bestemmingsplan Vleuten worden echter geen nieuwe geluidsgevoelige bestemmingen mogelijk gemaakt. De woningen in het plangebied zijn bestaande woningen. Voor deze woningen hoeft dan ook geen akoestisch onderzoek plaats te vinden. Tevens is het plangebied buiten de 600 m brede geluidszone van de A2 gelegen. Recentelijk zijn er in de ogen van de gemeente goede routes voor langzaam verkeer van Vleuten naar het centrum van Utrecht gerealiseerd. Van oudsher waren deze routes overigens ook al aanwezig. Het station Vleuten maakt geen onderdeel uit van het bestemmingsplan. Voor het station Vleuten is gekozen voor fietskluizen om te zorgen dat de fietsers de mogelijkheid hebben gebruik te maken van een bewaakte stalling. Daarnaast zijn op dit station locaties aangewezen waar de fietsen in het openbaar gebied geplaatst kunnen worden.
Conclusie Deze inspraakreactie heeft niet geleid tot aanpassing van het bestemmingsplan.
2. A.C.P. Stokkermans, Albert Schweitzerlaan 22, Vleuten 1.
2.
Samenvatting Inspreker geeft aan dat de op 1 september 1972 aangekochte kavels (toen kadastraal beschreven onder de nummers sectie 1639 t/m 1643) na de tervisielegging van het voorontwerpbestemmingsplan Vleuten geheel of gedeeltelijk als bedrijfsterrein zijn aangegeven. De percelen 1641, 1642 en 1643 hebben reeds in 1972 de bestemming "Tuin" gehad. Inspreker wijst erop dat de bestemming "Bedrijfsterrein" ten tijde van de ter tervisielegging van het ontwerpbestemmingsplan Vleuten zowel schriftelijk als op de plankaarten niet als zodanig was opgenomen en vindt de huidig opgelegde bestemming "Bedrijfsterrein" onrechtmatig. De argumenten van de inspreker zijn: - overlast door uitlaatgassen en andere milieuaspecten; - waardedaling door bestemmingswijziging; inspreker acht een planschade procedure kansvol; - aantasting van het woongenot met de bijbehorende OZB waardedaling. Inspreker wijst erop dat bij de aanslag "Waterschapsheffingen" de percelen 1427 en 1641 zijn samengevoegd tot een kadastraal geheel onder nummer 5741. Dit is tevens het geval voor de percelen 1426 en 1642 die zijn samengevoegd tot nummer 5742. Inspreker wijst erop dat het pand en de grond aan de Schoolstraat 45, 3451 AB te Vleuten, kadastraal sectie F nummer 1089, de bestemming "Wonen" heeft en niet de plaatsing van automobielen of andere bedrijfsmatige doeleinden. Inspreker geeft aan dat dit zeer ontsierend en milieuonvriendelijk is en verzoekt om strikt de hand te houden aan de vigerende bestemming als "Woonhuis".
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
214.12358.00
Inspraakreacties
1.
2.
10
Beantwoording In het vigerende bestemmingsplan Vleuten Noord hebben de betreffende gronden de bestemming "Tuinen". Het bestemmingsplan Vleuten is gericht op het vastleggen van de bestaande situatie. De gronden zijn voor een groot deel tevens in gebruik als groen. Gelet op het vigerende plan, zal het bestemmingsplan worden aangepast en wordt dit perceel bestemd tot "Wonen" (bijbehorend erf). Alleen het pand aan de Schoolstraat 47 heeft de bestemming "Bedrijf" gekregen. Het naastgelegen pand Schoolstraat 45 heeft de bestemming "Wonen".
Conclusie Deze inspraakreactie heeft geleid tot aanpassing van de plankaart van het bestemmingsplan.
3. G.C. Kuiper, Lange Meent 3, Culemborg Samenvatting Inspreker tekent bezwaar aan tegen de voorgenomen wijziging van de bestemming Tuin naar bestemming Bedrijven. Het gaat om sectie F nummer 1643 dat op naam staat van autobedrijf Van Hees. Inspreker geeft aan dat het bestaande groen in de woonwijk en binnen een omgeving van privétuinen, zou worden opgeofferd ten gunste van een bedrijfsbestemming, waarbij tegelijkertijd de kans op overlast veroorzakende activiteiten zeer groot en zeer reëel is. Beantwoording Verwezen wordt naar het antwoord bij reactie 2.2. Conclusie Deze inspraakreactie heeft geleid tot aanpassing van de plankaart van het bestemmingsplan.
4. J. Westra, Haarpad 7, Vleuten 1.
2.
1.
Samenvatting Inspreker geeft aan dat zijn perceel (Haarpad 1) in het voorontwerpbestemmingsplan is bestemd als W1 (e2). In artikel 13.2.1 is in het voorontwerpbestemmingsplan bepaald is dat de gezamenlijke oppervlakte van het hoofdgebouw en de bij het hoofdgebouw behorende aan- en uitbouwen en bijgebouwen niet meer dan 25% van het bouwperceel mogen bedragen met een maximum van 150 m², met dien verstande dat de bijgebouwen aan het hoofdgebouw worden gebouwd. Dit komt echter niet overeen met de werkelijke situatie. Het bebouwde oppervlak bedraagt in de huidige situatie circa 200 m² en de totale perceeloppervlakte bedraagt 630 m². Inspreker geeft aan dat de bebouwde oppervlakte niet voldoet aan beide eisen die gesteld zijn in het voorontwerpbestemmingsplan Vleuten. De bebouwde oppervlakte is meer dan 25% van de perceelgrootte en bedraagt meer dan 150 m². Inspreker geeft aan dat in artikel 13.2.1. onder g. bepaald is dat de onderlinge afstand tussen de hoofdbebouwing niet minder dan 4 m mag bedragen dan wel aaneengesloten bebouwd mag zijn indien de aaneengesloten bebouwing al bestaat ten tijde van het terinzageleggen van de ontwerpnota van dit plan. Inspreker geeft aan dat zijn garage op de perceelsgrens staat. De mogelijkheid tot een opbouw op de garage voor bijvoorbeeld een studeer- of slaapkamer was in de vigerende plannen of in een op basis van die plannen geëffectueerde wijziging mogelijk. Aangezien de bepaling in artikel 13.2.1.g de realisering van een opbouw op de garage belemmert, maakt inspreker hier bezwaar tegen. Beantwoording In artikel 13 lid 13.2.1 onder i is opgenomen dat hoofdgebouwen die bestaan ten tijde van het terinzagelegging van het ontwerp van dit plan en die niet voldoen aan de in artikel 13.2.1 genoemde bepalingen, mogen worden gehandhaafd en vernieuwd, maar niet vergroot. Dit betekent dat de bestaande bebouwing mogelijk is gemaakt in het bestemmingsplan.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
214.12358.00
Inspraakreacties
2.
11
Er mag inderdaad geen opbouw op de garage worden gerealiseerd. In artikel 13.2.2.n wordt namelijk aangegeven dat de (bouw)hoogte van een aan- en uitbouw niet meer mag bedragen dan de hoogte van de eerste bouwlaag van het hoofdgebouw, vermeerderd met 0,25 m. Het in de inspraakreactie aangeduide plan waar een bouwvergunning voor verleend is betreft vermoedelijk het Haarpad 5. Deze uitbreiding/dakopbouw is gerealiseerd met een vrijstelling ex artikel 19 lid 2 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening. De veronderstelling dat dit binnenplans is verleend is onjuist, want op basis van het vigerende bestemmingsplan Nieuwe Vaart west, 1e herziening was dit eveneens niet mogelijk.
Conclusie Deze inspraakreactie heeft niet geleid tot aanpassing van het bestemmingsplan.
5. C.J.F. Kuiper, Haarpad 1, Vleuten Samenvatting Inspreker geeft aan dat zijn perceel (Haarpad 1) in het voorontwerpbestemmingsplan W1 (e2) als bestemming gekregen. In artikel 13.2.1 is in het voorontwerp bepaald is dat de gezamenlijke oppervlakte van het hoofdgebouw en de bij het hoofdgebouw behorende aan- en uitbouwen en bijgebouwen, niet meer dan 25% van het bouwperceel mogen bedragen met een maximum van 150 m², met dien verstande dat de bijgebouwen aan het hoofdgebouw worden gebouwd. Dit komt echter niet overeen met de werkelijke situatie. Het bebouwde oppervlak is circa 200 m² en de totale perceeloppervlakte bedraagt 630 m². De inspreker geeft aan dat de bebouwde oppervlakte niet voldoet aan beide eisen die gesteld zijn in het voorontwerpbestemmingsplan Vleuten. De bebouwde oppervlakte is meer dan 25% van de perceelgrootte en bedraagt meer dan 150 m². Beantwoording Verwezen wordt naar het antwoord bij reactie 4 onder punt 1. Conclusie Deze inspraakreactie heeft niet geleid tot aanpassing van het bestemmingsplan.
6. P.F. Klein Obbink, Haarpad 5, Vleuten Samenvatting Verwezen wordt naar de reactie onder punt 2.4. Beantwoording Verwezen wordt naar het antwoord bij reactie 2.4. Conclusie Deze inspraakreactie heeft niet geleid tot aanpassing van het bestemmingsplan.
7. A. van Breukelen, Prof. Bronkhorstlaan 1, Vleuten 1.
2.
Samenvatting Inspreker geeft aan dat tussen de Esso en zijn perceel aan de Prof. Bronkhorstlaan 1 op de plankaart een (gemeentelijke) groenstrook staat ingetekend. Echter kadastraal gezien grenzen de percelen direct aan elkaar, zonder gemeentelijk eigendom ertussen. Inspreker verzoekt om de plankaart aan te passen zodat het overeenkomt met de werkelijke (huidige) situatie. Inspreker geeft aan dat hij op de hoogte is dat de gemeente Utrecht met de Esso in overleg is voor verwerving van grond om het reeds half aangelegde fietspad (vanaf Poortland tot aan de Esso) door te kunnen trekken. Dit project loopt echter al meer dan 10 jaar en
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
214.12358.00
Inspraakreacties
3.
1.
2.
3.
12
vooralsnog is er geen zicht op of en wanneer hierover overeenstemming zal zijn. Inspreker verzoekt de gemeente om een standpunt in te nemen over het wel of niet doortrekken van het fietspad, zodat er op korte termijn hierover duidelijkheid ontstaat. De inspreker verzoekt om de bestemming van het gehele (nu gedeeltelijk) perceel Prof. Bronkhorstlaan 1 "Gemengd" toe te kennen. Inspreker geeft aan dat de panden met huisnummers 1 t/m 5 van origine ook opgezet zijn als praktijkpanden en een bestemming "Gemengd" hebben. Beantwoording De aanwezige groenstrook tussen het perceel aan de Prof. Bronkhorstlaan 1 en het Esso tankstation hoort kadastraal gezien bij het Esso tankstation. De plankaart zal in overeenstemming gebracht worden met de kadastrale situatie. Hiertoe zal de bedrijfsbestemming worden uitgebreid. De gemeente heeft de doortrekking van het fietspad opgenomen in het Wijkverkeersplan. De realisatie is alleen mogelijk indien de gronden verworven kunnen worden. Echter, de onderhandelingen zijn nog niet met een bevredigend resultaat afgerond. De plannen met betrekking tot de bedoelde locatie zijn nog onvoldoende concreet en dienovereenkomstig niet opgenomen in het bestemmingsplan. Voor de Prof. Bronckhorstlaan 1 zal een gemengde doeleindenbestemming GD(-b) opgenomen worden. De bestemming komt dan overeen met het huidige bestemmingsplan. Het sluit aan bij het gemeentelijk beleid om daar waar mogelijk werkbestemmingen te combineren met het wonen.
Conclusie Deze inspraakreactie heeft geleid tot aanpassing van de plankaart van het bestemmingsplan.
8. M.J. de Rooij en E.A.G. van Blokland, Schoolstraat 42, Vleuten 1.
2.
1.
2.
Samenvatting Inspreker geeft aan dat hun woning is bestemd als Wonen met 1 bouwlaag. Inspreker gaat hiermee niet akkoord omdat in de huidige situatie de kap ongeveer halverwege de eerste verdieping begint. Hierdoor is op de eerste verdieping slechts gedeeltelijk de schuine kap aanwezig. Op de tweede verdieping van de woning bevindt zich de zolder. Inspreker verzoekt dan ook om uit te gaan van 2 bouwlagen in plaats van 1 bouwlaag. Inspreker geeft aan dat in artikel 12.2.1 "hoofdgebouwen" onder punt c aangegeven is dat de onderlinge afstand tussen de hoofdbebouwing niet minder mag bedragen dan 5 m. Voor de inspreker is het echter onduidelijk of de tussengelegen aanbouw(en) hierin wel of niet worden meegerekend. De buren van inspreker hebben namelijk in de huidige situatie een aanbouw aan de zijkant van de hoofdbebouwing. De onderlinge afstand tussen de woning (hoofdgebouw) van de inspreker en de aanbouw van de buren bedraagt minder dan 5 m. Beantwoording Een bouwlaag is volgens de begripsbepaling "een doorlopend gedeelte van een gebouw dat door op (nagenoeg) gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd, zulks met inbegrip van de begane grond en met uitsluiting van onderbouw en zolder". In casu is op de eerste verdieping geen sprake van op gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen. Deze verdieping kan derhalve niet als bouwlaag aangemerkt worden. Uit de begripsbepaling blijkt ook dat de zolder niet als bouwlaag meegerekend mag worden. Onder een "kap" wordt conform de definitie uit de voorschriften het volgende gezien; "een gesloten en (gedeeltelijk) hellende bovenbeëindiging van een bouwwerk". Het betreft in onderhavig geval een gedeeltelijk hellende bovenbeëindiging en kan dus aangemerkt worden als "dak". Gezien het vorenstaande is de bestemming Wonen met 1 bouwlaag een juiste. Lid 12.2.1 geeft de bouwvoorschriften voor hoofdgebouwen. Deze 5 m geldt daarom ten aanzien van de hoofdgebouwen. De tussengelegen aanbouwen worden niet meegerekend.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
214.12358.00
Inspraakreacties
13
Conclusie Deze inspraakreactie heeft niet geleid tot aanpassing van het bestemmingsplan.
9. B. de Vaal, Kleine Hof 43, Vleuten 1. a. b. c. d. e. f. g. h. 2.
a. b.
c. d. e. f. g. h.
Samenvatting Inspreker heeft een aantal op- en aanmerkingen over de plankaart: Kleine Hof 41: aanbouw welke niet aan de voorkant zit, maar aan de achterkant; Kleine Hof 21 t/m 43: schuurtjes welke complete bouwwerken zijn met afmetingen van 3,5 mx2 mx3 m; Kleine Hof 31 en 41: meerdere voorgevels op dakterrassen welke naar voren zijn gehaald; Kleine Hof 44: opbouw op een garage met uitbouw naar de achtertuin welk het formaat heeft van een flink woonhuis; Konings Hof beide zijden: het onmogelijk maken van een eventueel toch nog op te bouwen derde woonlaag; de derde woonlaag is al reeds op een aantal plaatsen toegepast; Kleine Hof 19: derde woonlaag is reeds aanwezig maar is niet getekend op de plankaart; Nobel Hoeve: het aanwezig zijn van een aantal derde woonlagen welke niet getekend zijn op de plankaart; De uitbouw van Nobelhoeve 9 is niet op de plankaart aangegeven. Inspreker verzoekt tot uitbouw van de woning op het dakterras ten behoeve van meer werkruimte. Inspreker geeft aan dat in de huidige situatie de werkkamer een afmeting heeft van 2 mx2,5 m. De bedoeling is om de werkkamer te vergroten tot 2,5 mx5 m. Inspreker geeft aan dat de buren ook hebben uitgebouwd op het dakterras door de voorpui naar voren te halen (dit staat ook niet op de plankaart aangegeven). Inspreker geeft aan dat een dergelijke constructie voor hem niet mogelijk is aangezien er een overloop is naar het washok en volgende slaapkamer. Inspreker vraagt zich af of uitbreiding van de bestaande schuur mogelijk is en in welke richting uitgebreid mag worden. Beantwoording Aan de voorzijde van Kleine hof 41 is op de ondergrond van de bestemmingsplankaart bebouwing aangegeven. Een aanbouw is niet aanwezig op die plek. In zijn algemeenheid geldt dat de voorzijde van de woningen zoveel mogelijk vrij dient te blijven van bijgebouwen. In dit geval is echter sprake van een bijzonder gebiedje waar aan de voorzijde van de woningen een berging met een oppervlakte van 15 m² reeds aanwezig is. Bijgebouwen van een dergelijke bescheiden omvang mogen blijven. In het bestemmingsplan zal daarom een regeling worden opgenomen dat aan de voorzijde van de woningen één bijgebouw is toegestaan van maximaal 15 m². Een uitbreiding van hetgeen is toegestaan achten wij echter niet gewenst. De voorgevels bij de dakterrassen zijn naar voren gehaald. Op de plankaart zal de scheidingslijn tussen het gedeelte waar bouwen in 2 lagen en waar bouwen in 3 lagen is toegestaan worden aangepast. De plankaart zal worden aangepast. Daar waar het bouwen in 2 bouwlagen niet op bezwaren stuit, zal dit mogelijk worden gemaakt. Een derde bouwlaag wordt in vergelijkbare situatie mogelijk gemaakt. Op de plankaart staat aangegeven dat deels een derde bouwlaag is toegestaan. Op de plankaart staat aangegeven dat deels een derde bouwlaag is toegestaan. De uitbouw van Nobelhoeve 9 is niet op de plankaart aangegeven. Niet de ondergrond van de feitelijke situatie is bepalend, maar hetgeen is toegestaan op basis van de voorschriften. Binnen de voorschriften is geregeld dat aanbouwen zijn toestaan.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
214.12358.00
Inspraakreacties
2.
14
Voorgaande inspraakreactie is gegrond. De bestaande schuur mag in alle windrichtingen uitgebreid worden tot maximaal 10 m². Op de plankaart zal tevens de scheidingslijn tussen het gedeelte waar bouwen in 2 lagen en waar bouwen in 3 lagen is toegestaan worden aangepast, zodat duidelijk wordt waar binnen de bestemming uitgebreid mag worden.
Conclusie Deze inspraakreactie heeft geleid tot aanpassing van het bestemmingsplan.
10. I. Vernooij en F. de Jong, Kapittelhof 11, Vleuten Samenvatting Inspreker geeft aan dat er een tekort is aan kinderdagverblijflocaties in wijk 9 en wijk 10. Inspreker heeft het voornemen om het perceel Multatulistraat 33 (hoekwoning met garage en carport) aan te kopen met als doel om hier een kinderdagverblijf te vestigen op de begane grond en de verdieping als woning te gebruiken. Het gaat om een kinderdagverblijf voor maximaal 16 kinderen. Inspreker geeft aan dat er voldoende buitenruimte is (perceelgrootte circa 560 m²) en dat er voldoende parkeergelegenheid voor de deur aanwezig is. Beantwoording Het perceel Multatulistraat 33 heeft de bestemming Wonen (ew). Onder de in artikel 12 lid 3 genoemde voorwaarden is hier een aan-huis-verbonden beroep of bedrijf mogelijk. Conform het algemene gemeentelijke beleid wordt een kinderdagverbijf van maximaal 4 kinderen passend geacht binnen een woonomgeving. Hieruit volgt dat een dagverblijf dat plaats biedt aan maximaal 16 kinderen niet wenselijk is op de betreffende locatie. Verder wordt opgemerkt dat de locaties die voor de functie van kinderdagverblijf in aanmerking komen zijn gesitueerd binnen de bestemming "Maatschappelijke doeleinden". Conclusie Deze inspraakreactie heeft niet geleid tot aanpassing van het bestemmingsplan.
11. A.H. Hullegien en Y.M. van Wijk, Dorpsstraat 11, Vleuten Samenvatting Insprekers geven aan dat het stuk grond dat zich tussen hun woning (Dorpsstraat 11) en het Raadhuis bevindt op de plankaart als "Maatschappelijk" is bestemd. Volgens insprekers is de huidige bestemming Groen. Momenteel zijn er parkeerplaatsen en een fietsenstalling gevestigd ten behoeve van de politiepost, maar hier is een tijdelijke vrijstelling voor verleend. Insprekers vragen zich af of het bestemmen van de betreffende grond als Maatschappelijk een bewuste keuze is geweest, of dat dit een fout is die per ongeluk in het plan terecht is gekomen. In beide gevallen zijn de insprekers het er niet mee eens en willen dat het stuk grond als Groen bestemd blijft. Beantwoording De bestemming Maatschappelijk is een bewuste keuze. Het bestemmen van de gronden als Maatschappelijk is in overeenstemming met het feitelijk gebruik. Dit is momenteel geregeld middels een tijdelijk vrijstelling. In het toekomstige plan wordt het feitelijke gebruik juridisch geregeld waarbij het functioneren van het politiebureau als uitgangspunt is genomen. Ter plaatse van de Dorpsstraat kan de bestemming Maatschappelijk als passend worden geacht. Daarbij is eventuele groenvoorziening wel mogelijk binnen de bestemming "Maatschappelijk". Conclusie Deze inspraakreactie heeft niet geleid tot aanpassing van het bestemmingsplan.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
214.12358.00
Inspraakreacties
15
12. J. Kooijman, Hindersteinlaan 36, Vleuten Samenvatting Inspreker verzoekt om de bestemming op zijn terrein te wijzigen zoals dat ook op het terrein van Spes Nostra is gebeurd en hem de mogelijkheid te bieden hier een nieuw gebouw te realiseren. Inspreker heeft afgelopen zomer een principeaanvraag gedaan voor een woning ter vervanging van een bestaande vervallen schuur. Hierop is een negatief advies uitgebracht, omdat bijgebouwen ruimtelijk en functioneel onderdeel zijn van het ensemble en niet mogen worden gesloopt. Inspreker benadrukt dat de desbetreffende schuur in een vervallen staat verkeert en als er geen onderhoud gepleegd wordt zal van samenhang van gebouwen in de toekomst geen sprake zijn. Daarnaast verzoekt de inspreker om als belanghebbende/aanwonende op de hoogte te worden gehouden van alle nieuwe ontwikkelingen in dit gebied. Indien op korte termijn niet mogelijk is om aan het verzoek van de inspreker te voldoen, verzoekt inspreker om zijn bouwlocatie mee te nemen in de ontwikkeling van terrein Spes Nostra zodat hij later, als er bouwwerkzaamheden gaan plaatsvinden, alsnog een bouwvergunning kan krijgen. Beantwoording Een tweede woning op dit perceel betekent een verdichting van de Hindersteinlaan en dit is momenteel vanuit stedenbouwkundig oogpunt ongewenst. Echter, de suggestie van de inspreker is een goede. Wanneer de beoogde (her)ontwikkeling van het Spes Nostra-terrein in een verder gevorderd stadium komt, zal opnieuw worden bezien in hoeverre de ontwikkeling van een woning op de Hindersteinlaan 36 wenselijk is vanuit stedenbouwkundig oogpunt. Conclusie Deze inspraakreactie heeft niet geleid tot aanpassing van het bestemmingsplan.
13. E. Jansen, Hol & Molenhoek Woningmakelaars, Nachtegaalstraat 31, Utrecht Samenvatting Inspreker geeft aan dat de open strook grond tussen de woningen Kloosterweide 9 en Kloosterweide 12 in het huidige bestemmingsplan de bestemming Woondoeleinden heeft. In het voorontwerpbestemmingsplan wordt deze bestemming echter aangepast naar de bestemming Groen zonder verdere onderbouwing. Inspreker geeft aan dat het betreffende perceel is gelegen binnen een strook grond, bestemd voor de bouw van 13 woningen. In een akte van ruiling tussen de gemeente Vleuten-De Meern (1 juni 1994) en de inspreker is deze strook en het aantal te bouwen woningen expliciet benoemd en aangeduid als onderdeel van de overeenkomst. Beantwoording De vigerende planologische situatie is inderdaad niet juist overgenomen in het ontwerp van het bestemmingsplan. Dit zal in overeenstemming worden gebracht met het vigerende bestemmingsplan "De Tol". Conclusie Deze inspraakreactie heeft geleid tot aanpassing van het bestemmingsplan.
14. M.J. Valk, De Wolffshoek 7, Maarssen Samenvatting Inspreker verzoekt om toestemming van uitbreiding van het kerkgebouw aan de achterzijde. Inspreker geeft aan dat de ruimten in het kerkgebouw tekortschieten in aantal, omvang en gebruiksmogelijkheden waardoor uitbreiding dringend gewenst is. Er is een plan in ontwikkeling dat uitgaat van een uitbreiding naar achteren met circa 5 meter, in twee lagen, over de breedte van de bestaande achterbouw. De uitbreiding zal ruimschoots binnen de grens van het
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
214.12358.00
Inspraakreacties
16
grondeigendom plaatsvinden. Inspreker verzoekt om het bestemmingsplan zodanig aan te passen dat genoemde uitbreiding mogelijk blijft. Beantwoording Het is niet duidelijk welke kerk wordt bedoeld. Om het verzoek te kunnen beoordelen is een concreet plan nodig met daarop aangegeven op welke locatie uitbreiding noodzakelijk is. Overigens geldt voor de kerken in het gebied dat de oude planologische situatie meer uitbreidingsruimte biedt dan de ruimte die nieuwe bestemmingsplan Vleuten biedt. Het bestemmingsplan zal in overeenstemming worden gebracht met de oude regeling. Conclusie Deze inspraakreactie heeft niet geleid tot aanpassing van het bestemmingsplan.
15. Dhr. en mevr. de la Mar, Stationsstraat 41, Vleuten Samenvatting Insprekers geven aan dat ze op hun aanbouw een verdieping willen bouwen waarin De Leertuin (praktijk voor remedial teaching en psychosociale hulpverlening) gehuisvest zou worden. De praktijk is een eenmansbedrijf. Insprekers geven aan dat de uitbreiding van de praktijkruimte noodzakelijk is omdat de dienstverlening beperkt wordt door de huidige huisvesting. De bepalingen in het bestemmingsplan laten deze mogelijkheden echter niet toe. Als alternatief stellen de insprekers voor om hun garage, die verbonden is via muren aan het woonhuis, als praktijkruimte te gebruiken. Aangezien de garage dan geheel leeggemaakt moet worden voor de bedrijfshuisvesting, verzoeken de insprekers om toestemming om een alternatieve berging te bouwen op hun perceel. Insprekers verzoeken de gemeente om een persoonlijk gesprek om hun plannen en ideeën nader toe te lichten aangezien het een complexe situatie betreft. Beantwoording Stationsstraat 41 heeft de bestemming Wonen (lb2).De bouwhoogte van aan- en bijgebouwen mag hier niet meer bedragen dan de hoogte van de eerste bouwlaag, vermeerderd met 0,25 m (artikel 12.2.2). Dit betekent dat een verdieping op de aanbouw derhalve niet mogelijk is. De bedrijfsruimte voor beroep-aan-huis mag maximaal 40 m² bedragen (artikel 12.3). Als de praktijkruimte groter wordt is een vrijstellingsprocedure nodig. De plannen zijn echter nog niet concreet genoeg om aan te kunnen geven of de gemeente hiervoor een vrijstellingsprocedure wil volgen. Uiteraard kan dit in overleg nader bekeken worden. Conclusie Deze inspraakreactie heeft niet geleid tot aanpassing van het bestemmingsplan.
16. R.M. Post, ORIO architecten bna, Pauwenkamp 45, Maarssen Samenvatting Inspreker geeft aan dat de eigenaar van de woning aan de Schoolstraat 65 een erker aan de voorzijde van de woning wil bouwen. Inspreker is verbaasd dat het nieuwe bestemmingsplan geen ruimte laat voor verbouwingen aan de voorzijde van de woning, vooral omdat in de huidige situatie meerdere woonhuizen met erkers aanwezig zijn in de Schoolstraat. Inspreker geeft aan dat de bouwgrens (op de plankaart) op een dusdanige manier is getrokken dat sommige woonhuizen wel erkers zouden mogen bouwen en andere niet. Daarnaast vallen sommige bestaande erkers binnen de bouwgrens en andere weer niet. Inspreker verzoekt de gemeente om hier nader naar te kijken voordat het nieuwe bestemmingsplan van kracht wordt.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
214.12358.00
Inspraakreacties
17
Beantwoording Schoolstraat 65 heeft de bestemming Wonen (lb1). Het bouwvlak is zo neergelegd dat de voorzijde van de woningen één lijn vormen. Geen één van de woningen in het rijtje van inspreker heeft reeds een erker. Daarnaast is in artikel 2.3.b. (Overschrijding bouwgrenzen) van de voorschriften aangegeven dat bouwgrenzen in afwijking van de plankaart en het bepaalde in de voorschriften mogen worden overschreden door tot gebouwen behorende erkers en serres, mits de overschrijding niet meer dan 2 m bedraagt. Voor alle woningen is dan ook een erker toegestaan. Conclusie Deze inspraakreactie heeft niet geleid tot aanpassing van het bestemmingsplan.
17. J. Doornekamp, Zuileveld 8, Vleuten Samenvatting Inspreker geeft aan dat zijn woning een inpandige garage heeft die te klein en ongeschikt is om een auto in te stallen. Zo is er een directe verbinding tussen hal en garage waardoor uitlaatgassen gemakkelijk in de woning zouden komen. Inspreker wil om deze reden de mogelijkheid hebben om toegang tot de garage te overkappen zodat een carport ontstaat. Inspreker geeft aan dat het voor hem onduidelijk is of het voorontwerp de bouw van een carport voor zijn woning uitsluit, dan wel toestaat (zie artikel 12.2.2 lid f, g en m) en verzoekt de gemeente om dit nader uit te zoeken. In het geval dat de bepalingen de bouw van een carport uitsluiten, maakt inspreker hier bezwaar tegen. Beantwoording De carport waar de inspreker op duidt is voor de voorgevel gepland. Hier zijn echter alleen bouwwerken, geen gebouwen zijnde, toegestaan. Een carport valt hier niet onder en zal dan ook in het toekomstige bestemmingsplan niet worden toegestaan. Conclusie Deze inspraakreactie heeft niet geleid tot aanpassing van het bestemmingsplan.
18. M.P.J. van Delft, Dr. Oolderslaan 6 Vleuten Samenvatting Inspreker geeft aan dat de aanvoerroutes van de vrachtwagens van Dirkson niet realistisch zijn. Inspreker geeft aan dat er maar één mogelijkheid is voor de vrachtwagens om bij de Dirkson te lossen en dat is via de Bronckhorstlaan en de Dr. Oolderslaan omdat de rest van de straten niet haalbaar is in verband met de draaicirkel van de vrachtwagens. Inspreker geeft aan dat de aanvoerroutes onacceptabel zijn gezien de ligging van de scholen en de kinderspeelplaats in de buurt. Beantwoording Er is kennis genomen van het feit dat de inspreker van mening is dat de aanvoerroutes van de vrachtwagens niet realistisch zijn. In de plannen is de toelevering door vrachtverkeer zo goed mogelijk ingepast, waarbij zoveel mogelijk rekening is gehouden met de omgeving. Dit sluit echter niet uit dat in sommige gevallen de aanvoerroutes niet optimaal zijn. Conclusie Deze inspraakreactie heeft niet geleid tot aanpassing van het bestemmingsplan.
19. Wijkbewonersvereniging De Kern Vleuten namens de Werkgroep Infrastructuur 1. Verkeer
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
214.12358.00
Inspraakreacties
18
De Wijkbewonersvereniging geeft aan zeer bezorgd te zijn over de plannen die het projectteam in het Centrumplan heeft uitgewerkt ten aanzien van de verkeerscirculatie. De leden van het projectteam Centrumplan hebben een voorstel gedaan om het huidige eenrichtingsgedeelte van de Pastoor Ohllaan in tweerichting verkeer te wijzingen. De bewoners van Vleuten vinden dit een slechte oplossing mede in verband met de ligging van scholen aan dit weggedeelte. 2. Verkeersintensiteiten De Pastoor Ohllaan is niet opgenomen met cijfers bij de invoergegevens van CAR II. De invoergegevens Autonoom en Toekomst vertonen grote verschillen tussen de aantallen in kolom verkeersintensiteit op de Hindersteinlaan west en Hindersteinlaan oost. De werkgroep Infrastructuur vermoedt dat een groot deel van het verschil in de vermelde verkeersintensiteit tussen oost en west (oplopend tot circa 10.000 eenheden per etmaal) sluipverkeer is dat via de route Haarrijnsche Rading-Hindersteinlaan oost- Past. Ohllaan- Bottensteinweg Wilhelminalaan, Europaweg zijn weg zoekt naar andere wijken c.q. snelwegen. 3. Veilig fietsen In de toelichting staat dat volgens het concept Duurzaam Veilig inrichting als 30kilometergebied wenselijk is voor het langzaam verkeer. De wijkbewonersvereniging vindt dat dit schijnveiligheid biedt. Voor het afdwingen van de naleving is immers te weinig capaciteit of sancties worden niet opgelegd. 4. Spoorgeluid De geluidszone is uitgebreid sinds de start van het project spoorverdubbeling op het traject Utrecht-Woerden (trajectnr. 580) van 300 m naar 500 m. De geplande geluidsschermhoogte voor bestaande bebouwing aan het spoor is niet aan nieuwe inzichten aangepast en zijn lager dan de schermen voor de nieuwbouw wijken. De Werkgroep Infrastructuur constateert een aantal zaken die zijn vergeten of niet volledig zijn genoemd met betrekking tot trajectnr. 580. In de brief wordt nader ingegaan op de verschillende onderwerpen (o.a. M.E.R.-onderzoek en akoestisch onderzoek). 5. Gevolgen voor bewoners in het gebied De Wijkbewonersvereniging De Kern Vleuten geeft aan dat door de verhoogde intensiteiten (augustus 2003 en maart 2004) een ander geluidsplaatje geldt dan datgene is voorgehouden in voorlichtingscampagnes. De huidige geluidsoverlast door 2 sporen wordt door bewoners van panden rond de Hamtoren nu al als zeer hinderlijk ervaren. Voor dit traject zijn bovendien 200.000 extra goederentreinbewegingen voor 2008. 6. Wetgeving Spoorgeluid De werkgroep Infrastructuur constateert dat er een tekortkoming is in de wetgeving op het gebied van spoorgeluid. Indien de maximumsnelheid van de treinen met 20% of meer toeneemt, dan moet er een nieuw geluidsonderzoek in de spoorzone plaatsvinden. Het is voor ProRail technisch gezien niet mogelijk om in een keer een snelheidsverhoging van 20% door te voeren. Dit gebeurt echter wel geleidelijk aan met enige kilometers per uur en dan over meerdere jaren gespreid, zodat het minder opvalt. Dit heeft tot gevolg dat het leefklimaat achteruit gaat. 7. Spoor en milieu De cijfers uit 1998 die voor het onderzoek externe veiligheid zijn gebruikt zijn verouderd. In het rapport staat dat het groepsrisico niet noemenswaardig is voor de dichtbevolkte wijken rond de spoorlijn. In het M.E.R.-onderzoek de Haar wordt wel gesproken over een groepsrisico. Volgens onderzoek uit 2000 passeren er op de spoordriehoek bij Harmelen (2 km afstand tot Vleuten) aanzienlijke aantallen tanks, waarin giftige en vluchtige stoffen zijn opgeslagen. 8. Spoor en P+R De Werkgroep Infrastructuur constateert overlast in de wijk Odenvelt door onvoldoende parkeercapaciteit aan de zuidkant van het spoor. Het verzoek om meer capaciteit P+R aan de zuidzijde bij Vleuten wordt niet gehonoreerd, terwijl de minister van Verkeer en Waterstaat,
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
214.12358.00
Inspraakreacties
19
gemeentes en ProRail juist oproept om meer parkeergelegenheid P+R bij RSS-stations te faciliteren. Beantwoording 1. Verkeer Met waardering wordt kennis genomen van de suggesties voor wat betreft de verkeersveiligheid in Vleuten. Het bestemmingsplan regelt alleen de bestemming, maar niet de concrete inrichting van het gebied. Ook verkeersmaatregelen maken geen onderdeel uit van het bestemmingsplan. In het bestemmingsplan staat wel in hoofdlijnen beschreven wat er mogelijk gaat veranderen op het gebied van de infrastructuur. De Pastor Ohllaan is een 30 km/h-weg en zal ingericht worden volgens het concept "Duurzaam Veilig". Binnen “Duurzaam Veilig’ is juist veel aandacht voor de voetgangers en fietsers op de openbare weg. Tevens zullen de plannen voor de centrumontwikkeling van Vleuten, tezamen met de nieuwe ontsluitingsstructuren rondom Vleuten, ervoor moeten zorgen dat de kern meer autoluw wordt. Doorgaand verkeer zal zoveel als mogelijk worden voorkomen. Ten slotte is er voor gekozen om de Pastoor Ohllaan volledig geschikt te maken voor tweerichtingsverkeer. Dit is om de herkenbare route van het lint te versterken en de duidelijke routering te behouden. 2. Verkeersintensiteiten Dit bestemmingsplan legt overwegend de bestaande situatie vast. Daarnaast maakt dit bestemmingsplan drie kleinschalige ontwikkelingen mogelijk. Voor deze nieuwe ontwikkelingen is het onderzoek luchtkwaliteit uitgevoerd. Hierbij is gebruik gemaakt van deze verkeersgegevens. De constateringen van de werkgroep over de verschillen nemen wij ter kennisname aan. Relevant voor het onderzoek luchtkwaliteit, waar de verkeersgegevens voor gebruikt zijn, is dat de drie nieuwe ontwikkelingen op zichzelf niet veel invloed hebben op de verkeersintensiteiten en dus niet op de luchtkwaliteit. 3. Veilig fietsen In het bestemmingsplan worden de bestemmingen van de gronden geregeld. De verkeersveiligheid en nadere inrichting van de wegen die een eventuele handhaving van de maximale snelheid opgelegd wordt in beginsel niet geregeld in het bestemmingsplan. De inrichting zal wijzigen ten opzichte van de huidige situatie. Dit houdt in dat het geasfalteerde wegdek wordt vervangen door klinkerbestrating om het dorpse karakter te benadrukken. Daarnaast zullen, in overleg met de busvervoerder, op de meest voorname plaatsen snelheidsremmende plateaus worden toegepast. 4. Spoorgeluid Binnen de 500 m-geluidszone worden geen geluidsgevoelige bestemmingen mogelijk gemaakt. De bestaande bebouwing hoeft niet getoetst te worden aan de normen van de Wet geluidhinder met betrekking tot spoorweglawaai. Akoestisch onderzoek in onderhavig bestemmingsplan kan dan ook achterwege blijven. 5. Gevolgen voor bewoners in het gebied De bestaande bebouwing hoeft niet getoetst te worden aan de normen van de Wet geluidhinder met betrekking tot spoorweglawaai. Dit bestemmingsplan legt met name de bestaande situatie vast. Vandaar dat het aspect spoorgeluid binnen dit bestemmingsplan niet speelt. 6. Wetgeving Spoorgeluid De constatering van de bewoners is juist dat de wetgever deze zaken niet heeft geregeld. Voor het overige wordt verwezen naar de beantwoording van reactie 25 onder punt 4. 7. Spoor en milieu Voor het onderzoek zijn de gegevens gebruikt uit de Risicoatlas Spoor 2001. Sindsdien is het gevaarlijk vervoer over deze spoorbaan nauwelijks toegenomen zodat de gegevens nog steeds representatief zijn. Ook in de toekomst wordt weinig tot geen groei van het aantal gevaarlijke transporten verwacht.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
214.12358.00
Inspraakreacties
20
In Anker "veilig op weg" (V&W 2005) is uitgegaan van de meest recente realisatiecijfers voor vervoer uit 2002. Uit dit onderzoek blijkt dat zowel in de huidige als in de toekomstige situatie geen knelpunten zijn op het gebied van externe veiligheid. 8. Spoor en P+R Het spoor en het station bevinden zich buiten het plangebied van onderhavig bestemmingsplan. Conclusie Deze inspraakreactie heeft niet geleid tot aanpassing van het bestemmingsplan.
20. Fortis Vastgoed Ontwikkeling Samenvatting Gedurende de periode van 2006 en 2007 heeft Fortis vele gesprekken gevoerd met de gemeente over de door Fortis voorgestelde ontwikkeling van een gedeelte van de locatie Spes Nostra. Inmiddels heeft Fortis het eigendom van het desbetreffende gedeelte van de locatie verworven. Begin 2008 wordt gestart met verdere planontwikkeling. Fortis geeft aan dat de vigerende bestemming gedeeltelijk voldoende is om deze ontwikkeling mogelijk te maken. Een gedeelte van deze ontwikkeling, de grondgebonden woningen, past binnen de huidige bestemming. Het appartementencomplex past niet binnen de huidige bestemming, te weten Bijzondere doeleinden. Hiervoor is een wijziging van of vrijstelling op het plan noodzakelijk. In het nieuwe bestemmingsplan krijgt de locatie de bestemming Maatschappelijk. Fortis verzoekt om de bestaande woonbestemming te handhaven en dat het vigerende plan zodanig gewijzigd wordt dat de voorgestelde ontwikkeling mogelijk wordt gemaakt wordt. Beantwoording In de toelichting van het bestemmingsplan is opgenomen dat de plannen op de locatie Spes Nostra nog niet concreet genoeg zijn om in het bestemmingsplan op te nemen (pag. 52). Het is wel mogelijk om de bestaande vigerende regeling uit het bestemmingsplan "De Tol" op te nemen. Conclusie Deze inspraakreactie heeft geleid tot aanpassing van het bestemmingsplan.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
214.12358.00
Inspraakreacties
21
2.2. Mondelinge reacties 21. M.T. van Zuijlen, Dorpsstraat 18, Vleuten Samenvatting Inspreker vraagt of het mogelijk is om op zijn pand (Dorpsstraat 16-18) een gebroken kap te bouwen binnen het bestemmingsplan. Indien dit niet toegestaan is, maakt inspreker hier bezwaar tegen. Beantwoording De definitie van "kap" die in het bestemmingsplan wordt gehanteerd is de volgende: "een gesloten en (gedeeltelijk) hellende bovenbeëindiging van een bouwwerk". Het ligt in de lijn der verwachting dat de door de inspreker bedoelde "gebroken kap" gewoon valt binnen deze definitie en past binnen de mogelijkheden die het bestemmingsplan biedt. Indien sprake is van een monument mag de kapvorm overigens niet zomaar aangepast worden. Conclusie Deze inspraakreactie heeft niet geleid tot aanpassing van het bestemmingsplan.
22. Dhr. Van Zoeren, Schoolstraat 84, Vleuten Samenvatting Inspreker geeft aan dat de zuidwestkant van de pastoor Ohllaan en de Dorpsstraat (vanaf bakkerij Akkermans tot en met verfhandel van de Tempel) conform de voorgaande informatie een woon-winkelbestemming zou krijgen. Nu blijkt echter dat alleen bestaande winkels mogen blijven en dat er geen nieuwe winkels meer bij mogen komen. Beantwoording De percelen Pastoor Ohllaan 39 t/m Dorpsstraat 18 C zijn bestemd als Gemengd. Binnen deze bestemming is op de met (dh) aangegeven plaatsen detailhandel toegestaan. Hiermee is de huidige detailhandel aangegeven. Door middel van de wijzigingsbevoegdheid in artikel 5 lid 5 onder a is het mogelijk het plan te wijzigen. Hiermee kunnen 2 nieuwe detailhandelsbedrijven worden toegestaan. Het door inspreker gestelde dat er geen nieuwe winkels meer bij mogen is derhalve onjuist. Conclusie Deze inspraakreactie heeft niet geleid tot aanpassing van het bestemmingsplan.
23. Dhr. P. Griffioen, Rubenslaan 4, Vleuten Samenvatting Inspreker geeft aan dat het gebruik van de kerk steeds groter wordt en dat ze daarom de begane grondvloer van de kerk een stuk willen uitbreiden. Met name ouderen maken gebruik van de zaal op de begane grond. De andere verdiepingen zijn voor ouderen moeilijk bereikbaar. Beantwoording Verwezen wordt naar de beantwoording onder reactie 14. Conclusie Deze inspraakreactie heeft niet geleid tot aanpassing van het bestemmingsplan.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
214.12358.00
Inspraakreacties
22
24. Dhr. J. Fokker, Dorpsstraat 32, Vleuten Samenvatting Inspreker verzoekt om het pand Dorpsstraat 32, dat nu op plankaart 1 uitsluitend als woonbestemming staat aangegeven, te wijzigen naar de oude bestemming winkel/ woonhuis en magazijn. Het magazijn wordt nu gebruikt voor de rijdende winkel. Inspreker geeft aan dat het niet uitgesloten is dat het pand in de toekomst weer intensief gebruikt gaat worden. Inspreker is het er niet mee eens dat het bestemmingsplan zonder overleg gewijzigd is. Inspreker geeft aan dat het de bedoeling is dat deze informatie wordt vernomen in het wijkbericht, maar dit wordt niet altijd goed bezorgd. Beantwoording De inspraakreactie is gegrond. Conform het vigerende bestemmingsplan liggen op het perceel de bestemmingen "W 1" en "W 2". Deze zijn bestemd voor een "bedrijfsruimte" en zijn respectievelijk 1 en 2 bouwlagen toegestaan, hierbij is het realiseren van een winkel mogelijk. In het toekomstig bestemmingsplan zal een bestemming Gemengd met de aanduiding "dh" (detailhandel) opgenomen worden. Conclusie Deze inspraakreactie heeft geleid tot aanpassing van het bestemmingsplan.
25. Dhr. A. van Rooijen, Dorpsstraat 34, Vleuten Samenvatting Inspreker verzoekt om het pand Dorpsstraat 34, dat nu op plankaart 1 uitsluitend als woonbestemming staat aangegeven, te wijzigen naar de oude bestemming smederij/opslag/drukkerij. Het pand is nu in gebruik als opslag van de drukkerij die aan de Odenveltlaan gevestigd is. Inspreker geeft aan dat het niet uitgesloten is dat het pand in de toekomst weer intensief gebruikt gaat worden. Inspreker geeft aan dat hij het er niet mee eens is dat het bestemmingsplan zonder overleg gewijzigd is. Het is de bedoeling is dat deze informatie wordt vernomen uit het wijkbericht, maar dit wordt niet altijd goed bezorgd. Beantwoording In het vigerende bestemmingsplan Vleuten Zuid van de gemeente Vleuten-De Meern is Dorpsstraat 34 bestemd als "E2_G, eengezinshuizen". De constatering van de inspreker dat het de bestemming "smederij/opslag/drukkerij" betreft is dus onjuist. Het is ongewenst om laatstgenoemde bestemming op te nemen in het bestemmingsplan aangezien dit niet in overeenstemming is met het huidige gebruik. Conclusie Deze inspraakreactie heeft niet geleid tot aanpassing van het bestemmingsplan.
26. Dhr. A.G.J. Miltenburg, Multatulistraat 79, Vleuten Samenvatting Inspreker geeft aan dat op plankaart 1 op het perceel achter nr. 79 een streepje met een knik staat aangegeven. Inspreker vraagt zich af of dit de eigendomsgrens is. Inspreker huurt sinds 1967 een deel van het perceel naast zijn huis. Tegelijkertijd heeft inspreker sinds 2000 een aanvraag lopen om de helft van het perceel dat hij huurt te kopen. Er is reeds een vergunning voor het tuinhuisje dat op het perceel staat. Dit huisje wil inspreker verplaatsen tot naast de garage. Inspreker wil het perceel tot aan de knik kopen (2 m) of tot aan de grens met de garages.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
214.12358.00
Inspraakreacties
23
Beantwoording Dit streepje zit in de ondergrond die als basis heeft gediend om de plankaart op te stellen en heeft geen planologische betekenis. Op een bestemmingsplankaart worden geen eigendomsgrenzen aangegeven. Alleen de grenzen van de verschillende bestemmingen en de bouwvlakken zijn aangegeven. Multatulistraat 79 en het ernaast gelegen perceel hebben beide de bestemming Wonen. Het huidige gebruik van de grond als tuin door de eigenaar is binnen deze bestemming toegestaan. De verplaatsing van het tuinhuisje is gelet op voorgaande waarschijnlijk geen probleem. Conclusie Deze inspraakreactie heeft niet geleid tot aanpassing van het bestemmingsplan.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
214.12358.00
3. Wijkraad 1.
24
De wijkraad heeft geadviseerd inzake het voorontwerpbestemmingsplan en geeft de volgende adviezen: Samenvatting
1. Nieuwe ontwikkelingen De Wijkraad beveelt aan om het hele centrumplan op te nemen in het nieuwe bestemmingsplan of om een apart bestemmingsplan voor het centrum te maken van het centrumgebied uit het bestemmingsplan te laten. Mocht dit niet mogelijk zijn, dan verzoekt de Wijkraad om alle opgenomen uitspraken over het nog te realiseren centrumplan te heroverwegen om verwarring over de status van het centrumplan te voorkomen. 2. Tweerichtingsverkeer Pastor Ohllaan De Wijkraad geeft aan dat deze ontwikkeling niet gewenst is vanwege de te verwachten overlast voor de aan de Pastoor Ohllaan gelegen Willibrordschool. 3. Herinrichting Hindersteinlaan De herinrichting van de Hindersteinlaan is niet gewenst in verband met de overlast die zal ontstaan op de Pastoor Ohllaan. Als alternatief suggereert de Wijkraad om op de Hindersteinlaan in westelijke richting doorgaand verkeer mogelijk te maken om daarmee de verkeerstromen te verdelen over de Pastoor Ohllaan en de Hindersteinlaan. 4.Nieuwbouw Willibrordschool De Wijkraad vraagt zich af in hoeverre er binnen het bestemmingsplan voldaan wordt aan de randvoorwaarden voor deze bestemming in het bijzonder voor wat betreft de het geluid. De school ligt binnen de invloedsfeer van het spoor. 5. Spoor De Wijkraad wijst er op dat er slechts minimale geluidswering is voorzien langs het spoor aan de Vleutense zijde. De verwachting is dat de overlast in het bestemmingsgebied toeneemt door het hogere geluidsscherm dat aan de Vleuterweidense zijde van het spoor geplaatst is. De Wijkraad verzoekt om de situatie nader te onderzoeken en noodzakelijke maatregelen te nemen alvorens het bestemmingsplan te bekrachtigen. 6. Verkeersintensiteit De Wijkraad stelt vraagtekens bij de verkeersintensiteit als vermeld in bijlage 3 van de luchtrapportage. De beleving in de wijk is dat de verkeersdruk anno 2007 reeds veel hoger ligt, en daarmee de geluids- en milieubelasting. Tevens mist de Wijkraad de invloed van de geplande uitbreidingswijken Haarrijn en Haarzicht op de genoemde getallen. 7. Spoorweglawaai In tegenstelling tot het gesuggereerde valt de nieuwe locatie van de Willibrordschool binnen de 500 m-zone. 8. Koelbedrijf Wieman Koelbedrijf Wieman viel in het raamwerk bestemmingsplan nog binnen het bestemmingsplan, maar is er nu buiten gelaten. De Wijkraad vraagt om uitleg waarom de begrenzing van het bestemmingsplan hier aangepast is. 9. Uitbreiding bestaande woningen De planbeschrijving beperkt de uitbouwmogelijkheden van woningen ten opzichte van wat er tot op heden gerealiseerd is. In het plangebied zijn op diverse plekken aan de binnenkant van en tussen bouwblokken aanbouwen gerealiseerd van twee bouwlagen. Het is onduidelijk waarom
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
214.12358.00
Wijkraad
25
het bestemmingsplan de bewoners van het plangebied in deze wil beperken. De Wijkraad ziet dan ook geen reden voor het vastleggen van het aantal bouwlagen op voorgenoemde plekken. Beantwoording 1. Nieuwe ontwikkelingen Het is juist dat in het bestemmingsplan Vleuten de centrumontwikkelingen zelf juridisch nog niet zijn opgenomen op de plankaart en voorschriften. Dat is nog niet mogelijk, omdat de voorbereidingen nog niet zijn afgerond. In de toelichting dient echter wel aangegeven te worden welke ontwikkelingen te voorzien zijn in het plangebied. De plannen rondom het centrum zijn in hoofdlijnen bekend en mogen daarom niet ontbreken in de toelichting. In de toelichting staat aangegeven welke ontwikkelingen concreet zijn en daarom opgenomen zijn in het bestemmingsplan en welke ontwikkelingen nog niet concreet zijn. Aangezien het centrumplan een belangrijke ontwikkeling is voor de kern Vleuten, is in de toelichting het totaal beeld van dit plan opgenomen. 2. Tweerichtingsverkeer Pastor Ohllaan Verwezen wordt naar het antwoord bij reactie 25 onder punt 1. 3. Herinrichting Hindersteinlaan Er is door de gemeente voor gekozen om de Hindersteinlaan opnieuw in te richten teneinde de verblijfskwaliteit van het aanwezige winkelplein te verbeteren. Dit heeft tot gevolg dat de Hindersteinlaan voor een groot deel de doorgaande functie van en naar de Dorpsstraat verliest. Wanneer de plannen integraal worden bezien blijkt dat de plannen voor de centrumontwikkeling van Vleuten, tezamen met de nieuwe ontsluitingsstructuren rondom Vleuten, ervoor moeten zorgen dat de kern meer autoluw wordt. Doorgaand verkeer zal zoveel als mogelijk worden voorkomen. Kortom, door deze maatregelen worden geen verkeersproblemen verwacht op de Pastoor Ohllaan. 4.Nieuwbouw Willibrordschool De vergunning voor de school is reeds verleend. De uitbreiding van de school past binnen het vigerende bestemmingsplan. Er is geen akoestisch onderzoek naar verkeerslawaai vereist. Aangezien de school past binnen de vigerende bestemming is eveneens geen akoestisch onderzoek naar spoorweglawaai vereist voor de school. 5. Spoor Verwezen wordt naar het antwoord bij reactie 25 onder 4 en onder 7. 6. Verkeersintensiteit Verwezen wordt naar het antwoord bij reactie 25 onder 6. 7. Spoorweglawaai Volgens de Wet geluidhinder dient de geluidsbelasting aan de gevel van nieuwe geluidsgevoelige bestemmingen aan bepaalde normen te voldoen. De Willibrordschool wordt niet als nieuwe ontwikkeling in het bestemmingsplan meegenomen, toetsing aan de normen van de Wet geluidhinder met betrekking tot spoorweglawaai is derhalve niet noodzakelijk. 8. Koelbedrijf Wieman De begrenzingen van het vigerende bestemmingsplan zijn overgenomen in het toekomstige plan. Dit is in overeenstemming met de kadernota. De plangrenzen zijn niet aangepast. 9 Uitbreiding bestaande woningen In de nota "Extra woonruimte in een groene buurt (2005)" (zie ook paragraaf 4.1 voorontwerpbestemmingsplan) is een beleidskader uitgezet waarbij uitbouwmogelijkheden van woningen in Vleuten en De Meern zijn onderzocht. In deze nota is aangegeven dat het stedenbouwkundig gezien niet gewenst is om aan de binnenkant van de bouwblokken aanbouwen in twee bouwlagen te realiseren. Hierdoor wordt de karakteristiek van de open bouwblokverkaveling
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
214.12358.00
Wijkraad
26
aangetast. Ook binnen de regels van het vergunningsvrij bouwen is het niet toegestaan aanbouwen in twee bouwlagen te realiseren. Conclusie Het advies van de Wijkraad heeft niet geleid tot aanpassing van het bestemmingsplan.
.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
214.12358.00