Uitvoeringsnotitie Gewoon Opvoeden en Opgroeien September 2014
INLEIDING
De Nederlandse jeugd behoort tot de gelukkigste jeugd van de wereld. Dit geldt ook voor de jeugd in Leeuwarden. Met het allergrootste deel van de jeugd gaat het goed en dit willen we ook zo houden en het liefst uitbreiden. De ambitie van het jeugdbeleid valt samen met de ambitie voor Zorg voor Jeugd, namelijk: kinderen en jongeren groeien gezond, veilig en wel op en kunnen zich naar vermogen ontwikkelen tot zelfbewuste (jong) volwassenen. In de eerste plaats is dit een verantwoordelijkheid van de ouders, het is echter niet een zaak van opvoeders alleen. Een belangrijk concept in de transitie en transformatie van de zorg voor jeugd is de pedagogische civil society. Dit houdt in dat de samenleving als geheel verantwoordelijk is voor kinderen en hun opvoeding Positief jeugdbeleid is nodig om het gewone opvoeden en opgroeien te versterken1. Ook in het omvormingsplan Jeugdzorg Friesland wordt het belang van investeren in preventie benadrukt: Nu de gemeenten dagelijks in beslag worden genomen door de nieuwe taken op het gebied van jeugdhulp waarvoor zij vanaf 2015 verantwoordelijk zijn, is het zinvol (en tegelijkertijd een open deur) om nogmaals te benadrukken dat preventie een sleutelwoord blijft om ernstiger leed te voorkomen (normaliseren). Ook in de vernieuwing/transformatie is preventie cruciaal. Preventie behoort al sinds jaren tot de kernactiviteiten van gemeenten. Het blijven investeren in de (pedagogische) civiel society (onderwijs, muziek, sport, speelplekken, veilige schoolroutes, gezondheidszorg; kortom meedoen) is een belangrijke investering om duurdere specialistische hulp te voorkomen. Ook zijn deze onderdelen in het dagelijkse leven van kinderen die toch zijn aangewezen op een vorm van specialistische hulp, onontbeerlijk. Deze activiteiten kunnen ook bijdragen bij aan ‘normaliseren’ en ontzorgen. Preventie is ook een basispijler in het “Koersdocument hervorming sociaal domein, transformaties rond jeugd, zorg en participatie” dat de gemeenteraad op 28 mei 2014 heeft vastgesteld. Dit document schetst de kaders voor het sociale domein en de complexe opgaven waar de gemeente vanaf 2015 voor staat. Centraal staat het Leeuwarder model dat berust op de sporen zelf- en samenredzaamheid, basisondersteuning en sociale wijkteams en aanvullende ondersteuning. In het deel Zorg voor jeugd is dit uitgewerkt in het Leeuwarder model Zorg voor jeugd. De sporen daarin zijn:
1
Spoor 1 Gewoon opvoeden: een sterke samenleving Spoor 2 Basisondersteuning: steun waar nodig Spoor 3 Aanvullende ondersteuning: speciaal waar het moet
Kinderen, mij een zorg: betekenis en grenzen van de pedagogische civil society. A. van Dijke & L. Terpstra, 2013
De notitie ‘Gewoon opvoeden en opgroeien is een uitwerking van spoor 1 van het koersdocument. In het koersdocument is ook het ordeningsprincipe van Kind in Fryslân opgenomen dat vragen op het gebied van opvoeden en opgroeien ordent naar welk type ondersteuning nodig is. Figuur 1: Ordeningsprincipe Kind in Fryslân
De notitie richt zich hoofdzakelijk op de eerste twee kwadranten van opvoedvragen en opvoedingsspanning. Het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG)2 en het jongerenwerk zijn hierin twee hele belangrijke pilaren. Het CJG is in 2008 in Leeuwarden van start gegaan en richt zich op het geven van informatie en advies, een aanbod op het gebied van opvoeden en opgroeien, vroegsignalering, deskundigheidsbevordering en netwerken per wijk van instellingen als de jeugdgezondheidszorg (JGZ), kinderopvang, IKC, scholen en MEE Friesland. Doelgroep zijn nu vooral ouders met kinderen in de leeftijd van 0 – 12 jaar. Door de transitie van de jeugdzorg en de transformatie van het jeugdbeleid krijgt het CJG een andere rol en een andere naam met als werktitel de Opvoedkade. In hoofdstuk 1 is dit verder uitgewerkt. Hierin komt ook de inrichting van het stedelijk opvoedpunt aan de orde dat toegezegd is aan de raad tijdens de bespreking van het Koersdocument. In 2009 heeft de gemeenteraad de beleidsnotitie jongerenwerk vastgesteld waarin het jongerenwerk is uitgesplitst in een aantal functies: tienerwerk, jongerenparticipatie (Jongeren advies raad), jongerensozen, jongerenwerk op school, jongerencoach en het outreachend jongerenwerk. Het jongerenwerk heeft zich de afgelopen jaren aangepast aan ontwikkelingen als sociale media, andere groepen jongeren, de herindeling van de gemeente 2
Bijlage 1 bevat een begrippen- en afkortingenlijst
Leeuwarden en nieuw gemeentelijk beleid. In hoofdstuk 2 komt het Jongerenwerk Nieuwe Stijl aan bod. Hierin is ook de uitwerking van de motie van de raad over ‘het inlooppunt jongeren twaalf plus’ opgenomen. Ouders en en Jongeren kunnen met hun vragen ook terecht bij het gemeentelijk Klantcontactcentrum, de huisarts, IKC, Onderwijs, JGZ en uiteraard bij de sociale wijkteams, de jeugd- en gezinsteams. Als opvoeden en opgroeien niet meer zo gewoon is en ouders, kinderen en jongeren er zelf of met het eigen netwerk van vrienden of familie niet meer uitkomen dan zijn er diverse soorten toegang. Hoofdstuk 3 omschrijft deze diverse soorten toegang. (kwadrant 2 en 3) Het vierde kwadrant ‘opvoedcrisis’ komt niet aan de orde omdat dit buiten het kader van ‘gewoon opvoeden en opgroeien’ valt. De notitie sluit af met een financieel hoofdstuk.
Inhoudsopgave Inleiding Samenvatting Gewoon opvoeden en opgroeien
1
1 Gewoon opvoeden 1.1. Huidige CJG 1.2. CJG 0-12 jaar 1.3. CJG 12+ 1.4. Resultaten 1.5. Evaluatie CJG 1.6. Het CJG 'nieuwe stijl' 1.7. Borging CJG netwerken in de sociale wijkteams 1.8. Het CJG 'nieuwe stijl' 1.9 De verwijsindex
3 3 3 5 5 5 6 6 7 8
2 Gewoon opgroeien 2.1. Inleiding 2.2. Aanleiding 2.3. Doelstelling en doelgroep 2.4. Jongerenwerk 'Nieuwe stijl' 2.5. Stedelijk inlooppunt: Jimmy's in Leeuwarden 2.6. Overgang naar nieuwe werkwijze 2.7. Evaluatie 2.8. Verbinding met andere partijen
10 10 10 10 12 14 16 16 17
3 Toegang 3.1. Inleiding 3.2. Basisondersteuning
19 19 19
4 Financiën 4.1. Financiën Gewoon Opvoeden 4.2. Financiën Gewoon Opgroeien
21 21 22
Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage
23 25 28 29 30 31
1. Begrippen/afkortingenlijst 2. Algemeen preventief aanbod 3. De taken van de JGZ 4. Consequenties Gewoon opvoeden voor CJG 5. Motie inlooppunt jongeren 12+ 6. Consequenties Gewoon opgroeien voor jongerenwerk
Samenvatting Gewoon Opvoeden en Opgroeien Het Huidige CJG:
Doelstelling Het CJG Leeuwarden is een 1 netwerkorganisatie die lokale functies en taken op het gebied van opvoeden, opgroeien en gezondheid bundelt, vroegtijdige problemen signaleert en samenwerking tussen deelnemende organisaties verbetert.
Huidige functies: 11 CJG netwerken gericht op vroegsignalering/preventie/ deskundigheidsbevordering CJG online: website/facebook/twitter CJG telefoon Ouderklankboardgroep Verwijsindex Procesmanager Organiseren van de Week van de opvoeding Algemeen Preventief aanbod Activiteiten opvoedingsondersteuning
Voor Wie? Jeugdgezondheidszorg Welzijn Centraal Mee Friesland Kinderopvang Primair Onderwijs Humanitas (vrijwilligerswerk) BJZ (als adviesfunctie)
Waarom een nieuwe positie van het CJG: Aanleiding Transitie jeugdzorg Ontwikkeling Amaryllis (sociale wijkteams) Pilot jeugd- en gezinsteams Evaluatie CJG Passend Onderwijs Integrale Kindcentra
Knelpunten huidige werkwijze Te weinig (naams)bekendheid van het CJG onder ouders/jongeren. Het ontbreken van een fysiek inlooppunt voor ouders/jongeren Een netwerkorganisatie is vrijblijvend aangezien het geen eenduidige aansturing heeft Het CJG werkt te weinig vraaggericht
Het CJG van de toekomst: Hoe?
Door de CJG netwerken te borgen en te vervlechten met de sociale wijkteams. Daardoor werken de CJG kernpartners die al gedeeltelijk in de wijkteams werkzaam zijn samen. Door de naam CJG te laten vervallen Het inrichten van een Opvoedkade gericht op het stimuleren van het opvoedklimaat gericht op ouders Door het inrichten van een Opvoedkade waarin de CJG producten geborgd worden
Conclusie
11 CJG netwerken vervlochten met de sociale wijkteams. Dit gebeurt in een opdracht aan de coöperatie van de sociale wijkteams. De procesmanager zal het proces van de integratie van het CJG in 2014 binnen de sociale wijkteams borgen. Per 2015 vervalt deze functie. De verwijsindex blijft bij Partoer. Er komt een Opvoedpunt met als werktitel Opvoedkade waarbij de volgende zaken gebundeld worden: 1. Digitale en fysiek opvoedpunt gepositioneerd bijde GGD voor opvoed- en opgroei informatie voor ouders en opvoeders. 2. De CJG telefoon gaat per 2015 weer onder de JGZ vallen en wordt in de Opvoedkade geborgd. 3. De organisatie van de week van de opvoeding. 4. Het organiseren van activiteiten voor ouders gericht op opvoedingsondersteuning. 5. Het aanbod vanuit de gemeente Leeuwarden gericht op opvoedingsondersteuning wordt gebundeld. 6. Vanuit het opvoedpunt wordt ook de schakel gelegd met de vindplaatsen van ouders en professionals om zo vraaggericht te werken. 7. De Ouderklankbordgroep.
1
Het jongerenwerk
Doelstelling: Het bevorderen van het opgroeien van jongeren tot volwaardige burgers in onze maatschappij. Het omvat het bevorderen van participatie van jongeren in de lokale samenleving en de maatschappij als geheel en het begeleiden van jongeren bij het groeiproces naar volwassenheid.
Huidige functies: Tienerwerk Jongerenwerk op school Ontmoeting in de stad Jongerenparticipatie Jongerencoach Ambulant jongerenwerk
Voor wie: Jongeren in de leeftijd van 10 tot 23 jaar woonachtig in de gemeente Leeuwarden, ongeacht afkomst, etniciteit of religieuze achtergrond.
Waarom een nieuwe werkwijze jongerenwerk:
Aanleiding Transitie jeugdzorg Ontwikkeling Amaryllis (sociale wijkteams) Pilot jeugd- en gezinsteams motie Stedelijk inlooppunt jongeren 12+
Knelpunten huidige werkwijze Richt zich teveel op de risico jongeren Werkt aanbodgericht Activiteiten door professionals uitgevoerd
Het jongerenwerk van de toekomst Jongerenwerk nieuwe stijl Vraaggericht Flexibel Outreachend Vindplaatsgericht Eigen kracht
Stedelijk inlooppunt
Informatie en advies Talentontwikkeling Jongerenparticipatie Uitvalsbasis Ambulant jongerenwerk Uitvalsbasis jongerenwerkers
Conclusie
-
Activiteiten worden door jongeren, vrijwilligers, stagiaires uitgevoerd met ondersteuning door het jongerenwerk. Ambulant jongerenwerk blijft zich inzetten op jongerenoverlast en maakt onderdeel uit van de taskforce jeugdoverlast Het begeleiden van jongeren richting/bij een zakgeldbaantje is onderdeel van het regulier jongerenwerk Jongerenwerkers zijn aansluitfunctionaris bij de sociale wijkteams en Jeugd- en gezinsteams Er komt een stedelijk inlooppunt voor jongeren van 12+. De principes van Jimmy’s zijn daarbij leidend Het stedelijk inlooppunt is de uitvalsbasis voor het (ambulante) jongerenwerk Er is een faciliteringsbudget beschikbaar voor het uitvoeren van activiteiten Jongerenparticipatie wordt op een andere manier vormgegeven. Afhankelijk van de vraag of het onderwerp kan via het stedelijk inlooppunt een groep jongeren benaderd worden. De vorm waarin dat gebeurd kan per onderwerp/vraag verschillen. De overgang naar het nieuwe beleid zal in 2015 en 2016 geleidelijk plaatsvinden.
2
1
GEWOON OPVOEDEN
1.1 Huidige CJG Het huidige CJG is een centraal punt waar sinds 2008 ouders, kinderen en jongeren terecht kunnen voor vragen over opvoeden en opgroeien. Het CJG geeft advies, biedt lichte ondersteuning en regelt de coördinatie van meer intensieve ondersteuning. Elke gemeente heeft sinds 2011 minimaal één CJG. Het CJG Leeuwarden is een netwerkorganisatie die lokale functies en taken op het gebied van opvoeden, opgroeien en gezondheid bundelt, vroegtijdig problemen signaleert en samenwerking tussen de deelnemende organisaties verbetert. Het is geen gebouw maar een netwerk van professionals die elkaar kennen en samenwerken. De jeugdgezondheidszorg (JGZ), Welzijn Centraal, MEE Friesland, Sinne Kinderopvang en het Primair Onderwijs (PO) zijn de kernpartners van het CJG, Bureau Jeugdzorg (BJZ) heeft een advies functies. Bij al deze instellingen kunnen ouders, jongeren en professionals terecht met vragen. Bijvoorbeeld bij de pedagogische medewerker van de kinderopvang, de leerkracht, de verpleegkundige op het consultatiebureau of de jongerenwerker. Zij zorgen ervoor dat er antwoord of ondersteuning geboden wordt, die passend is bij de situatie of vraag. De instellingen die kernpartners zijn van het CJG hebben allemaal een preventief aanbod, dit kan individueel maar ook een collectief programma zijn. Doelstelling CJG Zo vroeg mogelijk advies geven en de juiste ondersteuning bieden op het gebied van opvoeden en opgroeien, zodat kinderen/jongeren optimaal kunnen ontwikkelen en voorkomen wordt dat kinderen/jongeren in zwaardere vormen van zorg terecht komen. De nadruk ligt op preventie. De doelgroep van het CJG: Het CJG bedient vier doelgroepen: o Kinderen 0-12 o Jongeren tot 23 jaar o (Aanstaande) ouders/verzorgers o Professionals De kerntaken van het CJG: 1. Signaleren, analyseren en indien nodig toe leiden naar (gespecialiseerde) ondersteuning 2. Ondersteuning en dienstverlening: voorlichting, advies en informatie en ondersteuning 3. Integrale zorg organiseren 4. Monitoren, screenen en vaccineren Het CJG speelt een belangrijke rol bij het zo vroeg mogelijk advies geven en de juiste ondersteuning bieden op het gebied van opvoeden en opgroeien, de nadruk ligt op preventie. Gezien de transitie Jeugdzorg, Sociale wijkteams, pilot Jeugd en gezinsteam, passend onderwijs en de IKC ontwikkeling is het van belang om te kijken naar de positie van het CJG. Daarbij staat de volgende vraag centraal: Wat voor positie krijgt het CJG binnen Zorg voor Jeugd? 3
1.2 CJG 0-12 jaar Het CJG is de afgelopen jaren vormgegeven voor met name 0-12 jaar. Daaronder vallen de volgende producten: Figuur 2: Producten CJG3
3
In bijlage 2 wordt een uitgebreid overzicht van het algemeen preventief aanbod gegeven.Dit is het door de gemeente gesubsidieerde aanbod. Het aanbod van de JGZ is te vinden in bijlage 3.
4
1.3 CJG 12+ Het CJG heeft zich de afgelopen jaren met name gericht op de doelgroep 0- 12 jaar. De volgende onderdelen hebben zich de afgelopen jaren wel gericht op de doelgroep 12+: Aanbod CJG 12+ o CJG website/facebook is ook toegankelijk voor opvoed- en opgroeivraagstukken o CJG telefoon o De voorlichtingsavonden voor ouders van pubers over bijvoorbeeld alcoholdrugsgebruik, pesten en geld. o Het maatjesproject Support Fryslân (zie bijlage 2) 1.4 Resultaten -
-
-
-
-
In 11 wijken zijn CJG-netwerken gevormd en zijn de professionals getraind in (vroeg)signaleren, handelen, communiceren en samenwerken bij zorgelijke opvoedsituaties. Doordat de kernpartners elkaar regelmatig treffen, is door middel van intervisie, afspraken over werkprocessen en scholing, de samenwerking tussen de beroepskrachten verbeterd; Afgelopen jaren is de Tipkrant breed verspreid onder ouders en beroepskrachten, met als doel het onder de aandacht brengen van Positief Opvoeden. In de Tipkrant komen ouders en pedagogen aan het woord over situaties die voor elke ouder herkenbaar zijn (oplage 48.000 exemplaren). De scholen voor Primair Onderwijs in de wijken Heechterp/Schieringen, Oud Oost en Valeriuskwartier hebben subsidie voor (school)maatschappelijk werk gekregen. In 2014 wordt gewerkt aan het borgen van (school) maatschappelijk door de werkers binnen het sociaal wijkteam. Over het jaar 2012 tot en met augustus 2013 zijn er 69 kinderen besproken. De rol van de procesmanager wordt benut bij het oplossen van knelpunten in de samenwerking, het vlottrekken van het werkproces bij stagnatie van casussen en het meedenken over vervolgstappen. Met verloskundigen, kraamzorg, jeugdgezondheidszorg en maatschappelijk werk zijn afspraken gemaakt over de vroegsignalering van jonge ouders. Deze werkgroep heeft als doel het zo vroeg mogelijk signaleren en in beeld brengen van aanstaande (risicovolle) jonge moeders in de leeftijd >23 jaar. Er zijn diverse activiteiten gericht op opvoedingsondersteuning voor ouders georganiseerd. Daarnaast heeft elke CJG kernpartner ook nog een preventief aanbod Er zijn provinciale afspraken gemaakt rond de communicatie over het CJG.
1.5 Evaluatie CJG In diverse gremia heeft evaluatie van het huidige CJG plaatsgevonden zoals de LEJA, 11 CJG netwerken, de ouderklankboardgroep en de projectgroep CJG 12-. Hier kwamen de volgende knelpunten en aanbevelingen uit naar voren:
-
Het CJG is vaak nog onbekend bij de meeste ouders , ouders en professionals zien scholen en kinderopvang niet als een CJG. Het CJG zou een onderdeel van de sociale wijkteams moeten zijn om zo een plek te hebben waar ouders binnen kunnen lopen voor al hun vragen. Een ontmoetingsplek voor ouders moet een gezellige en laagdrempelige plek zijn Per wijk bekijken wat het preventieve aanbod moet zijn. Als het CJG niet zo bekend is, is het van belang om een goede naam te bedenken voor zowel de sociale wijkteams als het CJG. Door preventief te werken kan er bezuinigd worden. Een netwerkorganisatie is vrijblijvend aangezien het geen eenduidige aansturing heeft. Activiteiten gericht op opvoedingsondersteuning voor ouders worden relatief weinig bezocht. Het CJG werkt te weinig vraaggericht. 5
Er is er ook landelijk onderzoek gedaan door de Algemene Rekenkamer 4 dat de volgende knelpunten opleverde: o De bekendheid van het CJG onder kinderen/jongeren en hun ouders blijkt in veel gemeenten nog onvoldoende; o Verbeterpunten die naar voren kwamen betreffen de risico signalering (het tijdig vaststellen dat een kind problemen heeft) en de zorg coördinatie (het afstemmen van de zorg tussen de diverse hulpverleners); o Veel CJG’s hebben nog te veel het karakter van een bedrijfsverzamelgebouw, waarin elke ondersteuningverlener denkt en handelt vanuit zijn eigen organisatie of zorgdomein. Een gezamenlijke ‘CJG-identiteit’ is er over het algemeen niet. 1.6 Het CJG ‘nieuwe stijl’ Op basis van de ontwikkelingen, de resultaten en de evaluaties krijgt het CJG een nieuwe positie. In de paragrafen 1.7 en 1.8 en 1.9 staat de uitwerking hiervan. In bijlage 4 is aangegeven van de consequenties zijn van CJG nieuwe stijl voor de verschillende onderdelen van het CJG. De JGZ is een hele belangrijke partner als het gaat om preventie, ze hebben een groot bereik en zien dus (bijna) alle kinderen en hun ouders. Zij hebben een belangrijke signalerende functie. De JGZ voert het basistakenpakket aangevuld met een maatwerkdeel uit. Beide vallen onder de Wet Publieke Gezondheid (WPG) en kunnen alleen uitgevoerd worden door iemand met een BIG-registratie, voortvloeiend uit de Wet BIG (Wet op beroepen in de Individuele Gezondheidszorg). Met het maatwerkdeel kunnen individuele gemeenten interventies inzetten die passend zijn bij de behoefte van de desbetreffende gemeente. Zie bijlage 3 voor een overzicht van de producten die we als gemeente Leeuwarden afnemen. Voor de taken van de JGZ is € €2.612.000,-- beschikbaar. Daarnaast is er nog een budget van € 347.000,-- beschikbaar voor het algemeen preventief aanbod (zie hoofdstuk 4). 1.7 Borging CJG netwerken in de sociale wijkteams: De jeugdgezondheidszorg (JGZ), Welzijn Centraal, MEE Friesland, Sinne Kinderopvang en het Primair Onderwijs (PO) zijn de kernpartners van het CJG 12-. Deze netwerken Komen die 3 keer per jaar bijelkaar richten zich met name op vroegsignalering, intervisie en afspraken over werkprocessen. Deze CJG netwerken worden vervlochten met de sociale wijkteams. Dit heeft de volgende voordelen: 1. Een aantal kernpartners van de CJG netwerken waaronder Welzijn Centraal en Mee zijn al onderdeel van de sociale wijkteams, vervlechting met de sociale wijkteams is hiermee een logisch vervolg. 2. Vanuit de CJG netwerken is er een grote behoefte om samen te werken met de sociale wijkteams omdat op deze manier vraaggerichter gewerkt kan worden. Daarnaast kan er door de CJG teams specifieke expertise op het gebied van jeugd, vroegsignalering en preventie ingebracht worden. 3. Het werken in een integraal team biedt meer mogelijkheden tot afstemming en samenwerking en het gebruik maken van elkaars deskundigheid. Daarbij is het werken volgens de methode 1 gezin, 1 plan en 1 sociaal werker het uitgangspunt. De kinderopvang en de basisscholen (ketenpartners van de CJG netwerken) hebben geen zitting in de sociale wijkteams. Een aantal sociale wijkteams werkt al nauw samen met kinderopvang en primair onderwijs. De vervlechting van de CJG netwerken met de sociale wijkteams/jeugd- en gezinsteams komt de samenwerking met kinderopvang en scholen alleen maar ten goede. 4
6
www.rekenkamer.nl
Het is van belang om randvoorwaarden te stellen aan de vervlechting van de cjg netwerken die geborgd worden via de sociale wijkteams; dit om de verbinding met de organisaties te behouden die niet binnen een sociaal wijkteam werkzaam zijn. Om dit proces te begeleiden zijn de volgende randvoorwaarden van belang en zullen in opdracht naar de coöperatie van de wijkteams gaan: -
De 11 CJG netwerken worden geborgd in de sociale wijkteams De sociaal werkers zijn zichtbaar aanwezig op de vindplaatsen (bijvoorbeeld: op school en de kinderopvang) Er is een blijvend aanbod van deskundigheidsbevordering op het gebied van opvoeden en opgroeien binnen de Amaryllisacademie.
De procesmanager draagt zorg voor het borgen van de CJG netwerken in de sociale wijkteams in 2014. Met de borging vervallen de taken van de procesmanager per 2015. 1.8 Het CJG ‘nieuwe stijl’ Ouders kunnen met hun vragen over opvoeden en opgroeien terecht bij de sociale wijkteams. Echter: niet alle ouders gaan voor vragen naar het wijkteam. Zij kiezen andere wegen. Daarom is het van belang om naast de vervlechting van de 11 CJG netwerken met de sociale wijkteams de overige functies van het CJG goed te borgen. De gemeente Leeuwarden wil het opvoedklimaat onder alle ouders versterken zodat de eigen kracht vergroot wordt en er minder gebruik wordt gemaakt van specialistische hulpverlening. De verantwoordelijkheid van opvoeden ligt bij ouders en de omgeving. Hoe ouders, jeugd en buurtbewoners met elkaar omgaan kan niet georganiseerd worden door de overheid. Wel kunnen er activiteiten georganiseerd worden die uitnodigen tot kennismaking, dialoog en het ontwikkelen en uitvoeren van eigen initiatieven. Om dit te faciliteren richten we een Opvoedkade (werktitel) in met als doel:
Het stimuleren van het opvoedklimaat gericht op ouders met kinderen in de leeftijd van 0-18 jaar
Uitgangspunten: Er moet opvoedingsondersteuning zijn voor alle ouders Ouders moeten toegang hebben tot informatie over opvoeden in de leeftijd van 0-18 jaar. Er is blijvend aandacht voor preventie op het gebied van gewoon opvoeden en opgroeien nodig. Zoals aangegeven zijn er diverse vormen van toegang. Uit verschillende onderzoeken blijkt dat het natuurlijk netwerk voor ouders de eerst informatiebron is als het gaat om opvoedvragen5. Hiermee wordt familie, andere ouders, of school bedoeld. Daarna volgen objectieve opvoedsites, consultatiebureaus en de huisarts. Met name de consultatiebureaus van de JGZ zijn een natuurlijk plek waar ouders met een kind in de leeftijd van 0-4 jaar al komen. Ouders met kinderen in de leeftijd van 0-4 jaar krijgen via het consultatiebureau veel informatie aangeboden. Tijdens de reguliere bezoeken op het consultatiebureau kunnen ouders terecht met alle opvoed- en opgroeivragen. Als het kind eenmaal 4 jaar is geworden zijn er nog contactmomenten
5
7
VNG, JGZ portaal
vanuit de JGZ op school. Deze contacten met ouders en kind zijn niet meer intensief. Ook in deze periode zijn er vaak vele vragen bij ouders omtrent opvoeden en opgroeien. Binnen de Opvoedkade zijn de volgende functies geborgd: 1. Het aanbieden van informatie en advies op het gebied van opvoedingsondersteuning; Dit kan zowel digitaal, mondeling als fysiek zijn. Hieronder valt de JGZ telefoon waarin consultatie en advies wordt gegeven aan ouders. De huidige website (die blijft bestaan) biedt digitale opvoed- en opgroei informatie voor ouders. 2. Opvoedingsondersteuning voor alle ouders en kinderen tot 18 jaar. Hier valt onder het organiseren van: themabijeenkomsten, oudercafe’s en het organiseren van de week van de opvoeding. 3. Het bundelen van vraag en aanbod op het gebied van opvoedingsondersteuning. Er worden vanuit het CJG diverse programma’s op het gebied van opvoedingsondersteuning ingezet. Het is van belang dit inzichtelijke voor alle ouders te maken. Op die manier is het voor alle ouders duidelijk wat het aanbod van de gemeente Leeuwarden is op het gebied van opvoedingsondersteuning. Daarnaast wordt het huidige algemene preventieve aanbod geëvalueerd om te bepalen of dit nog past bij de vraag en om de overlap er uit te halen. 4. Vanuit de Opvoedkade is er contact met de extere partijen en uiteraard met ouders. Het is van belang om te weten wat voor vragen bij ouders spelen zodat er vraaggericht gewerkt kan worden. Het onderwijs/ IKC hebben hier een belangrijke rol in. Vanuit de Opvoedkade moet verbinding zijn met zowel de professionals als de vindplaatsen van ouders. 5. De ouderklankbordgroep verzorgt input voor beleid. Locatie De Opvoedkade wordt in verbinding met de taken van de wijkteams gepositioneerd bij de JGZ. Op die manier kan er nadat het kind 4 jaar is geworden een doorlopende lijn worden ingezet om ouders toegang te geven tot opvoedingsondersteuning. In Leeuwarden hebben we 3 consultatiebureaus, te weten: 1. Leeuwarden –Zuid 2. Leeuwarden –Noord 3. Grou Om bovenstaande functies uit te kunnen voeren worden er 2 medewerkers aangesteld waarvan 1 pedagoog en 1 PR medewerker. Deze worden aan de 3 consultatiebureaus toegevoegd. Voor de Opvoedkade is een budget beschikbaar van € 200.000. 1.9 De Verwijsindex De verwijsindex blijft een belangrijk wettelijk instrument en is onderdeel van de jeugdwet. Het technisch beheer blijft bij Partoer. De regie voor de uitvoering van de verwijsindex blijft bij de gemeente.
8
Figuur 3: Opvoedkade
Consultatie bureau Noord Consultatie bureau Zuid
9
Consultatie bureau Grou
1 Pedagoog Informatie en advies (fysiek, digitaal en telefonisch) Schakel tussen vindplaats en professionals Opvoedondersteuning onder de aandacht brengen Zorgen voor laagdrempelig inlooppunt
1 PR medewerker Website beheer Analyseren vragen om zo vraaggericht te kunnen werken Organiseren van activiteiten gericht op opvoedondersteuning (bijv. Puberavonden) Aanbod opvoedondersteuning bundelen en actief (via de website) onder de aandacht brengen Week van de Opvoeding organiseren Stimuleren van ouderbetrokkenheid Zorgdragen voor een laagdrempelig inlooppunt
2 GEWOON OPGROEIEN
2.1 Inleiding In Hoofdstuk 1 is ingegaan op het versterken van het gewoon opvoeden. In dit hoofdstuk komt het versterken van het gewoon opgroeien aan bod. Het ondersteunen bij het gewoon opgroeien gebeurt op heel veel plekken zoals op school, in de buurt of op de sportvereniging.Het jongerenwelzijnswerk heeft hier een belangrijke rol in. 2.2 Aanleiding In 2008 heeft een visitatie onderzoek plaatsgevonden naar het jongerenwerk in de gemeente Leeuwarden. Naar aanleiding van dit onderzoek is de beleidsnotitie ‘Jongerenwerk voor iedere jongere’ opgesteld en door de gemeenteraad vastgesteld op 23 november 2009. Met deze beleidsnotitie is een eerste stap gezet in de richting van Jongerenwerk Nieuwe Stijl. Jongerenwerk wordt daarin gesteld als een basisvoorziening voor iedere jongere waarbij de nadruk ligt op participatie. Vanaf 2015 krijgt de gemeente te maken met grote veranderingen binnen het sociale domein. Het jongerenwerk maakt onderdeel uit van het sociaal domein en levert een bijdrage in het versterken van de eigen kracht, zelfredzaamheid en participatie van jongeren. De richting die we zijn ingeslagen en het advies van de visitatiecommissie sluiten bij deze ontwikkelingen aan maar moeten verder uitgewerkt en ontwikkeld worden. Het herijken van de uitvoering van het jongerenwerk is gezien bovenstaande ontwikkelingen dan ook wenselijk. 2.3 Doelstelling en doelgroep De doelstellingen van de beleidsnotitie ‘Jongerenwerk voor iedere jongere’ zijn nog steeds van toepassing. Doelstelling:
Het bevorderen van het opgroeien van jongeren tot volwaardige burgers in onze maatschappij. Het omvat het bevorderen van participatie van jongeren in de lokale samenleving en de maatschappij als geheel en het begeleiden van jongeren bij het groeiproces naar volwassenheid.
Mensen zijn volwaardige burgers als ze zelfredzaam zijn (in eigen onderhoud voorzien, weten waar ze terecht kunnen met (ondersteunings)vragen etc.) en meedoen (naar vermogen) aan de samenleving. Meedoen aan de samenleving hoeft niet uitsluitend meedoen door werk te betekenen, ook op andere manieren kunnen mensen meedoen aan de maatschappij.
10
Bijvoorbeeld meedoen door: re-integratie dienstverlening arbeidsparticipatie in de wijk, in de school of de buren helpen inburgering werk in de sociale werkvoorziening educatie en persoonlijke ontwikkeling . het verrichten van mantelzorg of vrijwilligerswerk Vrijetijdsbesteding Wanneer jongeren naar vermogen participeren, biedt dat mogelijkheden voor de toekomst en wordt er gewerkt aan integratie en emancipatie. Het geeft jongeren een gevoel van eigenwaarde. Ouders zijn primair verantwoordelijk voor het bieden van voldoende kansen aan hun kinderen om zich te ontwikkelen tot zelfredzame burgers die meedoen in de huidige complexe maatschappij. Het jongerenwerk, maar ook onderwijs, sport, cultuur, wijkorganisaties etc. dragen daar aan bij. Het jongerenwerk doet dit door jongeren op een positieve manier actief te laten participeren in de samenleving. Doelgroep: Het jongerenwerk richt zich van oudsher op jongeren die een groter risico lopen op uitval of problemen. Voor de ontwikkeling van kinderen, tieners en jongeren is het echter belangrijk dat kansrijke en kansarme jeugd met elkaar optrekken 6. Het jongerenwerk wordt meer gezien als basisvoorziening die beschikbaar is voor jongeren ongeacht of zij behoren tot de risicogroep. De doelgroep zoals die beschreven staat in de beleidsnotitie ‘Jongerenwerk voor iedere jongere’ hanteert de leeftijdsgrens van 18 jaar. In de praktijk blijkt echter dat ook jongeren tussen de 18 en 23 jaar hun weg vinden naar het jongerenwerk. De doelgroep wordt omschreven als:
Jongeren in de leeftijd van 10 tot 23 jaar woonachtig in de gemeente Leeuwarden, ongeacht afkomst, etniciteit, religieuze achtergrond of cognitief vermogen.
Deze definitie laat geen ruimte voor het voeren van specifiek doelgroepenbeleid binnen het jongerenwerk. Er wordt in uitzonderingssituaties soepel met de leeftijdsgrens omgegaan.
6
NJI: De waarde van jeugdwelzijnswerk 2011
11
2.4 Jongerenwerk Nieuwe Stijl
Jongerenwerk Kernbegrippen van het nieuwe jongerenwerk zijn: Vraaggericht Flexibel Outreachend Vindplaatsgericht Eigen kracht De jongerenwerkers worden vraaggericht en flexibel ingezet in de wijken, dorpen en op scholen. Hierdoor kan snel en makkelijk extra ingezet worden in de wijken en dorpen waar een vraag ontstaat en daarentegen kan de inzet geminimaliseerd worden in de gebieden waar het (tijdelijk) minder nodig is. Uit de ervaring weten wij dat er een golfbeweging is in de vraag op verschillende gebieden. De jongeren zijn mobiel en bewegen zich makkelijk door de stad. Het jongerenwerk wordt stedelijk ingericht en werkt daar waar de jongeren zijn, met jongeren. De nadruk komt te liggen op vindplaatsgericht jongerenwerk. Voor de doelgroep jongeren van 10-14 jaar is de vindplaats primair de wijk en/of school en voor de jongeren van 15 – 23 jaar zijn dit de school (VO/MBO) en ontmoetingsplekken in de stad. De jongerenwerkers werken outreachend op de verschillende vindplekken (in de wijk, op straat, tijdens activiteiten en op school volgens de methode van SAV/SAW) en hebben een taak in het vroegsignaleren en het begeleiden van jongeren bij het opgroeien (ook als dit niet vanzelf gaat). Het is bekend dat ouders maar zeker ook jongeren met vragen rond opvoeden en opgroeien eerst aankloppen bij mensen uit de directe leefomgeving. Door de contacten die het jongerenwerk heeft met jongeren in het vrijetijdsdomein behoren ze tot deze directe leefomgeving en zijn ze voor jongeren een laagdrempelige vorm van ‘hulpverlening’. Naast bovenstaande is het jongerenwerk erop gericht samen met kinderen en jongeren te ontdekken wat ze willen doen of leren, waaraan ze zouden willen meedoen; wat ze kunnen doen om dat te bereiken en wie ze daarin kan bijstaan. De activiteiten worden vraaggericht georganiseerd, uitgaande van de eigen kracht van de jongeren. De collectieve jongerenactiviteiten in de wijken zullen zo veel mogelijk uitgevoerd worden door de jongeren zelf, door studenten en waar mogelijk door vrijwilligers. De jongerenwerkers kunnen ondersteuning bieden bij het opzetten en uitvoeren van de activiteiten en kunnen de vrijwilligers coachen en ondersteunen. De activiteiten zijn een middel om in contact te komen met jongeren. Door beschikbaar/present te zijn kan de jongerenwerker een band opbouwen van waaruit vertrouwen en steun geboden kan worden. De contacten tussen jongeren onderling en tussen jongeren en andere burgers worden versterkt waardoor de sociale steun vergroot wordt7 Het jongerenwerk is de verbinding tussen de tieners en jongeren en de wijk/dorp. De taak van het jongerenwerk is om te zorgen dat de jongeren zich als een onderdeel van de samenleving voelen, betrokken blijven en eigen verantwoordelijkheid dragen.
7
Jongerenwerk Present: visitatie jongerenwerk Leeuwarden. 2008
12
Voor het uitvoeren van dit onderdeel van het jongerenwerk is €580.000 beschikbaar. Dit budget is beschikbaar voor de gehele gemeente Leeuwarden (inclusief de dorpen). Ook de werkzaamheden van de sociale wijkteams/Jeugd en Gezinsteams, scholenteams en begeleiden naar een zakgeldbaantje maken hier deel van uit. Zakgeldproject Het zakgeldproject heeft bewezen dat er behoefte is aan laagdrempelige begeleiding en ondersteuning naar een bijbaan.Dit geldt vooral voor jongeren in de leeftijd van 14-18 jaar die niet meteen als ideale kandidaten overkomen. De huidige vorm van het zakgeldproject is echter meer aanbodgericht dan vraaggericht. Het is tijd voor een vernieuwing. Hierbij wordt de naam ‘zakgeldproject’ loslaten. Het jongerenwerk gaat voor toeleiding naar een bijbaan voor alle jongeren in Leeuwarden. Individuele jongeren worden ondersteund bij het zoeken van een (bij)baan, worden gecoacht in (werknemers)vaardigheden die ze nodig hebben en geholpen bij het schrijven van een sollicitatiebrief. Dit behoort tot de reguliere werkzaamheden van het jongerenwerk. Naar behoefte kunnen er vanuit het stedelijk inlooppunt(zie paragraaf 2.5) collectieve sollicitatietrainingen of andere trainingen georganiseerd worden, gericht en op maat voor de doelgroep. De eerste periode bij de nieuwe werkgever kan spannend zijn en voor sommige jongeren is het niet vanzelfsprekend dat je elke dag op tijd aanwezig moet zijn en je afspraken moet nakomen. Jongerenwerkers kunnen de jongeren deze eerste periode coachen waardoor de kans op het behoud van de baan groter wordt. Deze ondersteuning van buitenaf kan ook een extra motivatie zijn voor een werkgever om een jongere aan te nemen. Ambulant jongerenwerk De inzet van ambulant jongerenwerk bij jeugdoverlast blijft bestaan. Jeugdoverlast vindt vooral plaats in de avond uren. Bij de inzet van ambulant jongerenwerk wordt hier rekening mee gehouden. De ambulante jongerenwerkers werken samen met Gemeente Leeuwarden, Politie, Eenheid stadstoezicht en VNN aan het bestrijden van jeugdoverlast. De Gemeente Leeuwarden heeft een Taskforce Jeugdoverlast in het leven geroepen om alle jeugdoverlast meldingen te bespreken en op te pakken. Het ambulant jongerenwerk maakt onderdeel van de Taskforce. Door de gezamenlijke inzet zijn snelle en preventieve interventies mogelijk en kunnen grotere incidenten voorkomen worden. Het ambulant jongerenwerk kan ingezet worden in de overlastsituaties als gedragsverandering van jongeren gewenst is en waar dit nog mogelijk is. De kracht van het ambulant jongerenwerk is het bestaande contact en relatie met de jongeren. Vanuit deze relatie kan het ambulant jongerenwerk de gewenste gedragsverandering stimuleren en op gang helpen. Het zoeken naar duurzame oplossingen is het uitgangspunt. Het is belangrijk om er achter te komen waarom iemand overlast veroorzaakt. Het ambulant jongerenwerk kan langdurige relatie met de groep aangaan en kan een plan van aanpak voor projectmatige aanpak ontwikkelen. Door de preventieve functie kan het ambulante jongerenwerk contact leggen met een groep jongeren al voordat er overlast ervaren wordt. Door alternatieven aan te bieden (toeleiding naar jongerenwerk, andere vrijetijdsbesteding etc.) kan in sommige gevallen de overlast voorkomen worden. Bij bestaande overlast kan het ambulant jongerenwerk de groepen in kaart brengen en groepsanalyse maken (wie zijn de leiders/meelopers, waar komen ze vandaan, welke school etc.) Het ambulant jongerenwerk is een belangrijke informatiebron en vervult een brugfunctie als het gaat om het leggen van contact met jongeren, om kennis over te dragen over de leefwereld en over de manier waarop jongeren kunnen worden bereikt.
13
Bij overlastsituaties hebben de klachten betrekking op twee partijen; jongeren en de klagers. In deze situaties heeft het ambulant jongerenwerk een bemiddelende taak in de verhouding tussen jongeren, ouders en buurtbewoners. Hiermee wordt er niet alleen een beroep gedaan op de jongere maar evenzo op de melder. De jongerenwerker richt zich op het op gang brengen van een dialoog tussen de jongere en wijkbewoners met als doel een situatie te creëren waarbinnen partijen zelf tot een oplossing komen. De kosten voor het ambulant jongerenwerk wordt geschat op € 108.000. 2.5 Stedelijk inlooppunt: Jimmy’s in Leeuwarden Op 28 mei 2014 heeft de gemeenteraad de motie: Stedelijk inlooppunt 12+ aangenomen (zie bijlage 5). Met de motie heeft het college de opdracht gekregen om de principes van Jimmy’s zoals die al op meerdere plekken actief zijn, gestalte te geven. Een Jimmy is een plek waar: Jongeren fysiek en online terecht kunnen met al hun vragen en ideeën. Jongeren kunnen samenwerken en uitgedaagd worden hun talenten te ontdekken en verder te ontwikkelen. De focus ligt op talentontwikkeling, netwerkversterking, organiseren van ontmoeting en stimuleren van ondernemendheid 8. Een preventieve aanpak zorgt voor een lage drempel om (lichte) ondersteuning te vragen en die in veel gevallen voorkomt dat zwaardere trajecten nodig zijn. Jimmy’s is er voor en door jongeren. Jongeren maken het, trekken andere jongeren aan, bedenken mét professionals hoe zij informatie en advies het beste over kunnen dragen. Jongeren weten zelf heel goed wat zij belangrijk vinden. Het eigenaarschap wat jongeren voelen zorgt voor verantwoordelijkheidsgevoel, motivatie en leergierigheid. Ze worden serieus genomen en nemen anderen serieus. Door bij het stedelijk inlooppunt door en voor jongeren te werken zorgen zij zelf voor die lage drempel die van levensbelang is voor het creëren van een laagdrempelige en veilige plek waar elke jongere terecht kan voor alles wat je wilt weten en doen. Jongeren kunnen er terecht voor advies en ondersteuning, een gesprek of gewoon om andere jongeren te ontmoeten. Het is een inspirerende plek waar de jongere zijn talent kan ontdekken en ontwikkelen op het gebied van muziek, dans en toneel in de brede zin. Een plek waar jongere kan oefenen met activiteiten organiseren, meepraten. We realiseren een inlooppunt volgens het Jimmy’s Manifest. Het wordt van 'onderop georganiseerd' in een co- productie van jongeren en professionals en maakt onderdeel uit van het landelijk netwerk van Jimmy'sNL. De lokale Jimmy’s wordt franchisenemer van Jimmy’sNL ten behoeve van kwaliteitswaarborg en doorontwikkeling. Vanuit het inlooppunt kunnen diverse producten/projecten op maat georganiseerd worden.Deze kunnen zowel in de wijk, dorp of op school plaats vinden. Een voorbeeld hiervan is de afstemming met het onderwijs inzake de maatschappelijke stages. Het stedelijk inlooppunt wordt ondersteund door een pro-actieve professional die de verbinding kan leggen met het preventieve veld. Het inlooppunt is de uitvalsbasis voor de (ambulant) jongerenwerkers die werkzaam zijn in de wijken/dorpen of op scholen en komt op een voor jongeren zichtbaar en attractieve plek in de stad. De kosten voor het stedelijk inlooppunt worden geschat op €260.000. Het budget wordt ingezet voor onder andere een fulltime begeleider, huisvesting, activiteiten die vanuit het stedelijk inlooppunt georganiseerd worden en PR.
8
Jimmy’s NL: www.jimmysnl.nl.
14
Facilitering activiteiten Belangrijk uitgangspunt voor het jongerenwerk nieuwe stijl is eigen kracht. Activiteiten worden niet meer door professionele jongerenwerkers georganiseerd. De activiteiten/initiatieven, zoals bijvoorbeeld een jeugdsoos en activiteiten voor tieners, moeten zoveel mogelijk door de jongeren zelf, vrijwilligers en studenten georganiseerd en bekostigd worden. De jongerenwerkers kunnen begeleiding en ondersteuning bieden bij het opzetten en organiseren van activiteiten. Concreet betekent dit dat de jeugdsozen en tieneractiviteiten die tot op heden door professionale jongerenwerkers gedraaid worden stoppen. Wanneer er binnen een wijk/school/dorp vraag is naar dergelijke activeiten zullen ze zoveel mogelijk op basis van eigen kracht uitgevoerd en bekostigd moeten worden. Om de jongeren, vrijwilligers etc. tegemoet te komen in de (structurele) kosten die voortvloeien uit de activiteiten/initiatieven kan er een beroep gedaan worden op het faciliteringsbudget dat het jongerenwerk tot zijn beschikking heeft. Daarmee wordt voorkomen dat initiatieven stranden omdat er geen financiele middelen zijn om bijvoorbeeld de huur kosten te betalen. Om in aanmerking te komen voor een tegemoetkoming moet in elk geval voldaan worden aan de volgende criteria: De activiteit wordt uitgevoerd door vrijwilligers (jongeren, studenten of andere vrijwilligers); De activiteit is gericht op jongeren in de leeftijd van 10-23 jaar uit de gemeente Leeuwarden; De activiteit is gericht op ontmoeting en onderling contact Er is onder de doelgroep voldoende draagvlak voor de activiteit Er is ondersteuning van het jongerenwerk; De hoogte van het beschikbaar gesteld bedrag is afhankelijk van het aantal kinderen/jongeren dat deelneemt aan de activiteit. De tegemoet koming mag alleen gebruikt worden als dekking van een tekort Het faciliteringsbudget wordt zoals aangegeven door het jongerenwerk beheerd. Vanaf 2016 zal dit door het stedelijk inlooppunt uitgevoerd worden. Er is hiervoor € 50.000 beschikbaar voor het faciliteren van activiteiten. Waar mogelijk wordt verbindig gelegd met het Mienskipsfonds. Jongerenparticipatie In het collegeprogramma 2014-2018 heeft de gemeente het voornemen vastgesteld om te komen tot een nieuwe vorm van (cliënt)participatie voor de doelgroepen in het sociale domein voor de aandachtsgebieden Jeugd, Zorg en Werk. Jongeren vormen ook een van deze doelgroepen. In het ‘Koersdocument hervorming sociaal domein’ wordt een onderscheid gemaakt tussen advisering/toetsing en inhoudelijk meepraten over beleidsvorming en ontwikkelingen. Tot nu toe werd jongerenparticipatie vormgegeven door de Jongeren Advies Raad (JAR). De JAR bestaat uit 10-15 jongeren die gevraagd en ongevraagd advies uit kan brengen aan de gemeente. De ervaring van de JAR leert dat jongeren met name input willen leveren voor het opstellen van beleid.Het toetsen van beleidsnotities past minder bij de doelgroep jongeren. De JAR geeft aan dat het de afgelopen jaren lastig is gebleken om voldoende enthousiaste leden te vinden die zich een jaar lang in willen zetten voor de JAR en over elk onderwerp input willen en kunnen leveren.
15
Op basis van deze ervaringen wordt jongerenparticipatie op een andere manier vorm gegeven. Het in stand houden van een raad wordt losgelaten. Afhankelijk van de vraag of het onderwerp kan via het stedelijk inlooppunt een groep jongeren benaderd worden. De vorm waarin dat gebeurt kan per onderwerp/vraag verschillen (bijvoorbeeld: het afnemen van een enquête onder jongeren, benaderen van een groep jongeren via social media of het organiseren van een groepsbijeenkomst). Samen met de begeleider van het stedelijk inlooppunt (en eventueel andere jongerenwerkers) kan gekeken worden wat de meest passende vorm is, hoeveel en welke jongeren benader kunnen worden. De groep jongeren die gevraagd wordt op input te leveren kan dus per onderwerp verschillen. De kosten voor begeleiding etc. maken onderdeel uit van de werkzaamheden van de begeleider van het stedelijk inlooppunt. 2.6 Overgang naar nieuwe werkwijze De overgang naar de nieuwe werkwijze zal in 2015 en 2016 geleidelijk plaatsvinden. Bij de invoering zal gekeken worden naar de aanwezigheid van vrijwilligers, stagiaires etc. Als die in voldoende mate aanwezig zijn en ondersteund kunnen worden door het jongerenwerk zal de activiteit door het jongerenwerk overgedragen worden. Bij nieuw op te zetten activiteiten zal de nieuwe werkwijze gelijk geimplementeerd worden. Uitgangspunt is dat eind 2016 elke activiteit door vrijwilligers en/ of stagiaires gedraaid worden. 2.7 Evaluatie In 2016 zal er een tussenevaluatie plaatsvinden van het jongerenwerk. Bij deze evaluatie zal met name gekeken worden naar de gebieden waar het nieuwe beleid geimplementeerd is en naar de samenwerking van de jongerenwerkers met de sociale wijkteam/ jeugd- en gezinsteams. De uitkomsten van de evaluatie kunnen al dan niet leiden tot bijstelling van de uitvoering en verdere implementatie.
16
Figuur 4: Gewoon opgroeien9
Wijk Dorp School Straat
Wijk Dorp School Straat Wijk Dorp School Straat
Wijk Dorp School Straat Stedelijk inlooppunt
Wijk Dorp School Straat
Informatie en advies Talentontwikkeling Jongerenparticipatie Uitvalsbasis Ambulant jongerenwerk Uitvalsbasis ‘jongerenwerkers’
2.8 Verbinding met andere partijen Wanneer het opgroeien niet meer gewoon gaat, komen er andere spelers en projecten in beeld. Het jongerenwerk kan hierbij ook een rol spelen. In deze paragraaf komen deze spelers en projecten en de rol van het jongerenwerk kort aan bod (zie ook hoofdstuk 3). Sociale wijkteams/ Jeugd en Gezinsteams Jongeren staan meestal niet op zichzelf. Het is van belang ook de ouders erbij te betrekken en daarmee de verbinding te leggen met de sociaal werkers in de wijk. Jongerenwerkers zijn aansluitfunctionaris bij de sociale wijkteams en de Jeugd en Gezinsteams. Dit betekent dat ze deelnemen aan briefings, jongeren waar ze zorgen over hebben inbrengen, etc. Er is een flexwerkplek voor de jongerenwerkers bij de wijkteams en bij het dorpenteam zodat de samenwerking optimaal benut kan worden. Het jongerenwerk kan de wijkteams ondersteunen wanneer er een vraag is naar een jongerenactiviteit, wanneer er contact gelegd moet worden met groepen jongeren op straat of er overlast ervaren wordt. Het jongerenwerk kan de wijkteams ondersteunen als er jongeren zijn met wie de contact moeizaam loopt. Het stedelijke inlooppunt (zie paragraaf 2.4) is een plek waar de wijkteams jongeren kunnen toeleiden naar talentontwikkeling en andere activiteiten. Scholenteams Op het Voortgezet Onderwijs en het MBO vinden verschillende projecten plaats in het kader van het terugdringen van (ziekte)verzuim, voortijdig schoolverlaten en aanvullende 9
In bijlage 6 is een overzicht gegeven van de consequenties van Gewoon opgroeien voor de verschillende functies van het jongerenwerk zoals die er tot en met 2014 zijn
17
ondersteuning. Het jongerenwerk neemt deel aan deze projecten. De bijdrage en de werkwijze van het jongerenwerk is hierin essentieel. Jongerenwerkers kennen veel jongeren al vanuit het wijkgericht jongerenwerk en leggen makkelijk contact met jongeren. Jongerenwerk VNN en Zienn VNN en Zienn bieden ambulante ondersteuning voor jongeren. De jongerenwerkers van VNN richten zich met name op voorlichting over alcohol en drugsgebruik en het begeleiden van groepen overlast gevende jongeren waarbij sprake is van middelen gebruik. De jongerenwerkers van Zienn begeleiden jongeren die dak-en/of thuisloos zijn of dreigen te worden. In 2015 wordt gekeken op welke manier de verschillende vormen van jongerenwerk elkaar kunnen versterken.
18
3 TOEGANG
3.1 Inleiding De hoofdstukken Gewoon Opvoeden en Gewoon Opgroeien richten zich op alle burgers. Het vormt een basisstructuur waar elke inwoner van de gemeente gebruik van kan maken. Als opvoeden en opgroeien niet meer zo gewoon is en ouders, kinderen en jongeren er zelf of met het eigen netwerk van vrienden of familie niet meer uitkomen dan zijn er diverse soorten toegang. Hieronder wordt een omschrijving gegeven van diverse soorten toegang voor ouders en jongeren. 3.2 Basisondersteuning In Leeuwarden krijgt de basisondersteuning vorm en inhoud door de sociale wijkteams en de jeugd- en gezinsteams. Deze teams bieden ondersteuning aan gezinnen en jongeren op de vindplaatsen, namelijk de wijk, het dorp en de school. En zij kunnen indien nodig aanvullende ondersteuning regelen. De gemeente Leeuwarden heeft besloten om naast de sociale wijkteams een experiment te starten met jeugd- en gezinsteams. Het gaat dan om Een apart jeugd- en gezinsteam in Leeuwarden Zuidoost Een geïntegreerd sociaal wijkteam/jeugd- en gezinsteam in Leeuwarden Noord De scholenteams in het VO en MBO Het jeugdteam in Zuidoost richt zich alleen op gezinnen met kinderen tot en met 18 jaar. Het sociale wijkteam in Zuidoost richt zich op de andere bewoners in dit gebied. Doel van de jeugd- en gezinsteams is ouders en kinderen zo vroeg mogelijk de juiste ondersteuning te bieden en te voorkomen dat specialistische ondersteuning nodig is. De werkers zijn daarnaast alert op een gezonde en veilige ontwikkeling van de kinderen in het gezin. Vanuit dit vertrekpunt bieden de werkers informatie en advies en ondersteunen de werkers –indien nodig- de ouders/opvoeders. Preventief werken is erg belangrijk door onder meer vroegsignalering. De jeugd- en gezinsteams richten zich op de volgende resultaten: Het JG-team draagt bij aan het gezond, veilig en wel opgroeien van kinderen/jongeren; Het JG-team versterkt het zelf oplossend vermogen van ouders (en jongeren); Het JG-team brengt in kaart welke problemen op welke leefgebieden er zijn; Het JG-team draagt bij aan het versterken van het pedagogisch klimaat; Het JG-team zet tijdig de juiste ondersteuning in. De jeugd- en gezinsteams zijn gestart in mei 2014 en bestaan uit sociaal werkers en specialisten op het gebied van jeugdzorg, jeugd-ggz en jeugdigen met een licht verstandelijke beperking. De pilot duurt twee jaar en wordt geevalueerd aan de hand
19
van het beoordelingskader sociale wijkteams (zie de bijlage in het Koersdocument hervorming sociaal domein). Het gaat dan zowel om de werkwijze als de resultaten; en wat zijn de verschillen tussen de jeugd- en de gezinsteams en de sociale wijkteams. Op basis hiervan neemt de raad een besluit over het vervolg. Scholenteams De scholenteams omvatten in feite vier pilots die al langere tijd operationeel zijn. Het gaat op het VO en de Friese poort om School als Vindplaats, op het Friesland College om School als Werkplaats en op het Nordwin College en een deel van de Friese Poort om het S-team. De scholenteams zijn allen gericht op het verminderen van (ziekte)verzuim, het voortijdig schoolverlaten en het verhogen van het diploma/startkwalificatie rendement. Van belang is ook of door de aanwezigheid van scholenteams het beroep op aanvullende ondersteuning en de duur daarvan afneemt. Kern van de methodiek van de scholenteams is dat de werkers op school –de vindplaatsaanwezig zijn en dus direct benaderbaar en aanspreekbaar voor leerlingen en docenten als er vragen zijn of meer nodig is. De school als vindplaats teams bestaan uit een aantal sociaal werkers met een kern van specialisten erom heen. School als Werkplaats heeft een team bestaande uit sociaal werkers en specialisten en het S-team bestaat uit een kern van studenten-stagiaires en specialisten er om heen. De eerste resultaten van de pilots zijn bemoedigend: zo is op het Friesland College VSV afgenomen en wordt sneller de juiste ondersteuning ingezet en docenten worden ‘ontzorgd’. De pilots lopen medio 2015 af. Op basis van de resultaten besluit de gemeente over het vervolg van de scholenteams. Huisarts Gezinnen en jongeren kunnen behalve bij de wijkteams en de jeugd- en gezinsteams ook bij de huisarts terecht voor vragen, advies en ondersteuning op het gebied van opvoeden en opgroeien. Inwoners van Leeuwarden zijn vrij in hun keuze bij wie ze hiervoor aan willen kloppen (toegang). De huisarts kan ook -indien nodig- doorverwijzen naar aanvullende ondersteuning. Dit geldt ook voor de jeugdarts van de GGD en de medisch specialist. Ze zijn een belangrijke spil in de toeleiding naar alle vormen van aanvullende ondersteuning, in het bijzonder de jeugd GGZ. Deze bevoegdheid hebben zij op basis van de Jeugdwet. De gemeente financiert deze aanvullende ondersteuning. Om dit in goede banen te leiden komen er samenwerkingsafspraken met verzekeraars en artsen en zal er gestart worden met een experiment rond getrapte diagnostiek.
Signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling
Alle professionals die werkzaam zijn binnen de Opvoedkade, de (ambulante) jongerenwerkers, de sociale wijkteams en de jeugd- en gezinsteams hebben een rol als het gaat om het voorkomen en stoppen van huiselijk geweld en kindermishandeling. In hun werk hebben zij zicht op risicofactoren die kunnen leiden tot geweld of hebben ze een gevoel of aanwijzing dat er sprake is van huiselijk geweld of kindermishandeling. De organisaties waar deze professionals werken zijn sinds juli 2013 verplicht de meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling toe te passen en het gebruik ervan te bevorderen. Een meldcode bestaat uit een stappenplan voor professionals. De stappen leiden de professionals door het proces waarin zij tot een besluit komen om al dan niet een melding te doen bij Veilig Thuis Friesland (AMHK). De GGD, Fier Fryslân en Bureau Jeugdzorg hebben een gezamenlijk trainingsaanbod als het gaat om het toepassen van de meldcode waar organisaties een beroep op kunnen doen. Niet alleen voor het doen van een officiële melding kunnen professionals terecht bij het advies en meldpunt huiselijk geweld en kindermishandeling, maar juist ook voor advies en vragen. Vaak is er bij professionals, maar ook bij burgers sprake van
20
handelingsverlegenheid. Daarom is het advies en meldpunt een laagdrempelige voorziening in Friesland waar je terecht kunt met al je vragen als het gaat over geweld in afhankelijkheidsrelaties.
4 FINANCIËN
Wat betekent het uitwerken van de notitie ‘Gewoon opvoeden en opgroeien’ in financieel opzicht? In dit hoofdstuk wordt het financiële plaatje uitgewerkt. 4.1 Financiën ‘Gewoon Opvoeden’ In 2015 is er in totaal €3.159.000,-- te besteden voor Gewoon Opvoeden. Dit bedrag bestaat uit een decentralisatie uitkering en gemeentelijke middelen JGZ en CJG. Tabel 1: Begroting Gewoon opvoeden met ingang van 2015 Beschikbare € budget Decentralisatieuitkering Centra voor Jeugd en Gezin (CJG) 2.103.000 Gemeentelijke middelen Jeugdgezondheidszorg en CJG 1.056.000
€
3.159.000 Kosten
Jeugdgezondheidszorg10 Algemeen preventief aanbod11 Opvoedkade12 Totaal
10
2.612.000 347.000 200.000 3.159.000
De Jeugdgezondheidszorg is een wettelijke regeling en staat toegelicht in bijlage 4. Het algemeen preventief aanbod is te vinden in bijlage 3. 12 De Opvoedkade staat toegelicht in hoofdstuk 3 en past binnen de bestaande middelen. 11
21
4.2 Financiën ‘Gewoon Opgroeien’ Voor jongerenbeleid is er een budget beschikbaar van € 1.063.000,-. Tabel 3: Begroting gewoon opgroeien met ingang van 2015 Beschikbare budget Jongeren Jongeren Kosten Jongerenwerk Nieuwe Stijl13 Ambulant jongerenwerk Stedelijk inlooppunt14 Faciliteringsbudget PM
€
€ 1.063.000
580.000 108.000 260.000 50.000 65.000 1.063.000
Saldo
-
13
Betreft kosten voor: outreachend werken in de wijken/dorpen en op (VO/MBO) scholen en ‘jongeren opbouwwerk’ 14 Betreft o.a. kosten voor: begeleiding, huisvesting, PR, activiteiten en ontwikkeling
22
BIJLAGEN
CJG
Bijlage 1 Begrippen-/Afkortingenlijst Centrum voor Jeugd en Gezin
SAV
School als vindplaats
SAW
School als werkplaats
KVO
Kinderen van verslaafde ouders
KOP
Kinderen van ouders met psychiatrische problematiek
IKC
Integraal kind centra
ZAT
Zorg advies team
Amaryllis
Onder deze noemer wordt nieuw sociaal beleid gevormd. Hier vloeien onder andere de sociale wijkteams uit voort
Verwijsindex
Landelijk digitaal systeem waarin hulpverleners meldingen kunnen doen over jongeren tot 23 jaar met problemen
JGZ
Jeugdgezondheidszorg
Kind in Fryslân
Project in de provincie Fryslân dat gericht is op een betere samenwerking tussen de 1e en 2e lijn op het gebied van jeugd
BJZ
Bureau jeugdzorg
J/G teams
Jeugd- en gezinsteams
VNN
Verslavingszorg Noord Nederland
GGZ
Geestelijke gezondheidszorg
RMC
Regionaal Meld en Coördinatie functie (voortijdig schoolverlaters
PO
Primair Onderwijs
VO
Voortgezet onderwijs
MBO
Middelbaar beroepsonderwijs
BOR
Begeleide omgangsregeling (Humanitas)
WPG
Wet Publieke Gezondheid
23
BIG
Wet op Beroepen in de Individuele Gezondheidszorg
JAR
Jongeren Advies Raad
VSV
Voortijdig School Verlaters
GGD Fryslân
Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst Fryslân
KIES
Kinderen In Echtscheiding Situaties
MOL
Meldpunt Overlast Leeuwarden
24
Bijlage 2 Algemeen preventief aanbod dat de gemeente subsidieert: Project: Maatjesproject Support Fryslân
Omschrijving Support Fryslân koppelt vrijwilligers (maatjes) aan jongeren tussen de 12 en 27 jaar die om uiteenlopende redenen extra aandacht en een steuntje in de rug kunnen gebruiken.
Eigenkracht Conferenties vanuit de eigenkracht Centrale
De 'Eigen Kracht-conferentie' is een bijeenkomst waarin een gezin samen met zijn sociaal netwerk een plan opstelt om problemen op te lossen. Het gezin nodigt mensen uit die betrokken zijn bij het gezin en die een rol willen spelen in het oplossen van de problemen. Hulpverleners zijn niet betrokken bij de plannen die gezinnen maken. Het kan wel zijn dat de verwijzer de plannen dient goed te keuren, bijvoorbeeld omdat de veiligheid van het kind in het geding is
Trajecten gericht op jonge moeders: Jonge moedersgroep welzijn centraal/Ontmoetingscentrum Jonge Ouders (OJO)
Welzijn Centraal en het Ontmoetingscentrum Jonge Ouders (OJO) hebben een samenwerking gericht op het ondersteunen van jonge ouders; Het is een laagdrempelig inlooppunt voor jonge ouders gericht op preventie en signalering. Het biedt advies en lichte ondersteuning en verwijst waar nodig naar de eerste-of tweedelijnsvoorzieningen.
Het Buro Saris : Trotse Ouders:
Het project spoort jonge moeders en vaders op, die door de bestaande hulpverlening niet worden bereikt en informeert die jonge ouders over het bestaande aanbod. Verder is er aandacht voor de maatschappelijke activering van jonge moeders en jonge vaders.
KVO provinciaal
Projecten gericht op begeleiding van kinderen van verslaafde ouders, dit wordt uitgevoerd door de VNN
Trainingen voor kinderen van gescheiden ouders (KIES) (Jeugdhulp)
Bij een echtscheiding worden alle juridische banden die de partners met elkaar hebben verbroken. In de meeste situaties gaat het voor de kinderen om een enorm ingrijpende gebeurtenis. Onderzoeken tonen aan dat kinderen vaak nadelige gevolgen ondervinden van een scheiding van hun ouders. Niet alleen op het moment dat ze nog kind zijn, maar ook op na een aantal jaren en zelfs tot op latere leeftijd. Om veel problemen voor kind, ouders en maatschappij te voorkomen is er KIES. Dit is training gericht op kinderen van gescheiden ouders.
25
Humanitas: Homestart
Homestart ondersteunt ouders bij de opvoeding van hun kinderen. Ervaren en getrainde vrijwilligers bieden ondersteuning, praktische hulp en vriendschap aan ouders met ten minste één kind tot zeven jaar. De gezinnen geven zélf aan op welke gebieden zij steun wensen: hun vragen staan centraal. Home-Start wil met het programma het zelfvertrouwen van ouders vergroten en hun sociale relaties versterken.
Doorstart
Doorstart richt zich op gezinnen die de opvoeding van hun kinderen niet op eigen kracht aankunnen en weinig steun uit hun omgeving krijgen. De vrijwilligers van doorstart ondersteunen ouders en kinderen, maar lossen de opvoedingsvraagstukken in het gezin niet op. Wel stimuleren ze de ouders om zelf oplossingen te vinden. Zo neemt het zelfvertrouwen van ouders en kinderen toe. Het doel is om door de ondersteuning van doorstart zware problemen in het gezin te voorkomen. Op die manier wordt ook geld uitgespaard: doorstart voorkomt dat gezinnen zwaardere – en duurdere – vormen van hulpverlening nodig hebben.
Begeleide omgangsregeling
BOR is een omgangsregeling waarbij een vrijwilliger van Humanitas als begeleider aanwezig is bij de bezoeken van kinderen aan de ouder die niet de dagelijkse zorg voor hen heeft. De begeleiding die wordt geboden is veelal praktisch van aard. Zo wordt ondersteuning geboden bij het maken van afspraken tussen de ouders, wordt de overgang van de ene ouder naar de andere versoepeld, etc.
Sinne Kinderopvang: Instapje
Opstapje
26
Instapje richt zich op laagopgeleide ouders met een kind tussen 1 en 2 jaar. De moeders worden hierbij begeleid door een Instapje-medewerkster. Deze medewerkers gaat bij het gezin thuis spelen met kind en moeder. Ook krijgt de moeder informatie en advies over ontwikkeling en opvoeding van haar kind.
Opstapje is een tweejarig gezinsprogramma voor kinderen van 2 tot 4 jaar met laagopgeleide ouders. De kinderen oriënteren zich spelenderwijs op groep 1 van de basisschool, waarbij tegelijkertijd de interactie tussen ouder en kind wordt bevorderd. De ouder wordt thuis bezocht door een 'contactmedewerkster', die idealiter dezelfde taal
spreekt als het gezin en een speciale Opstapjetraining heeft gevolgd. Zij begeleidt de ouder bij het uitvoeren van de speelse activiteiten met haar kind. Daarbij gebruikt ze werkmaterialen die aansluiten bij de kennis en vaardigheden die kinderen nodig hebben voor een goede start in groep 1. Opstap
27
Opstap is een tweejarig gezinsgericht stimuleringsprogramma voor kinderen van 4 tot 6 jaar met laagopgeleide ouders. Met een groot aantal werkmaterialen en leesboekjes oriënteren kinderen zich spelenderwijs op het lezen, schrijven en rekenen in groep.
Bijlage 3 De taken van de JGZ Jeugdgezondheidszorg (basistaken)
De JGZ voert het basistakenpakket uit gericht op: -monitoren -vaccineren -screenen -preventie -signalering Dit is gebaseerd op de Wet Publieke Gezondheid (WPG) en zit in een gemeenschappelijke regeling met alle Friese gemeenten
(Maatwerkdeel)
28
Elke gemeente kan naar het wettelijke basistaken pakket ook een maatwerk gerichte interventies inkopen. Dit ziet er jaarlijks als volgt uit: individuele leefstijl gesprekken
leefstijlgesprekken voorlichting bij zwangerschapscursus jonge moeders
pedagogische thuisbegeleiding 0-12 jaar
Lentekriebels observatie pedagoog peuterspeelzaal/kinderdagverblijf
prenatale voorlichting stevig ouderschap prenataal
stevig ouderschap alcoholvoorlichting in het basisonderwijs
toeleiding VVE extra contactmomenten in het onderwijs voor 14+
voorlichtingen voor ouders (b.v positief opvoeden)
gezonde school
monitoring speelleergroepen
Bijlage 4: Consequenties Gewoon opvoeden voor producten CJG CJG product Consequentie CJG netwerken
Tijdspad
Sociale wijkteams De CJG netwerken komen 2 keer per jaar bij elkaar waarbij de sociale werkers aanschuiven. Dit om ook de contacten met de CJG partners die niet in de sociale wijkteams zitten te bevorderen. De sociale wijkteamleiders worden trekker van dit overleg. De procesmanager borgt de overdracht geheel 2014. Wordt geborgd binnen de Amaryllisacademie. De Opvoedkade (werktitel) Borging CJG telefoon: uit analyse blijkt dat de opvoed- en opgroeivragen aan de CJG telefoon vooral gaan over kinderen in de leeftijd van 0-4 jaar. Deze vragen worden al standaard beantwoord door de JGZ.
December 2014 afgerond
De verwijsindex blijft tot 2016 voor beheer bij Partoer. De regie blijft bij de gemeente. Het blijft een belangrijk wettelijk instrument dat ook genoemd staat in de Jeugdwet
Doorlopend
Procesmanager
Borgt de 11 CJG netwerken binnen de sociale wijkteams in 2014. Per 1 januari 2015 stopt deze functie
Stopt per 1 januari 2015
Naam CJG
Krijgt als werkitel de Opvoedkade Het aanbod wordt geëvalueerd om te bepalen of dit nog past bij de vraag en om de overlap er uit te halen
Per 1 januari 2015
Deskundigheidsbevordering/ vroegsignalering CJG telefoon Week van de opvoeding Website Voorlichtingsactiviteiten Ouderklankboardgroep Verwijsindex
Algemeen preventief aanbod CJG
29
Geborgd per 1 januari 2015 Starten per januari 2015
Doorlopend
Bijlage 5: Motie Inlooppunt jongeren twaalf plus De gemeenteraad van Leeuwarden in vergadering bijeen op 28 mei 2014 Overwegende dat;
Bij de drie decentralisaties de nadruk voornamelijk ligt bij een wijkgerichte aanpak Bij de drie decentralisaties er drie sporen zijn van ondersteuning, waarbij wordt ingezet op het verminderen van de zware zorgvraag door meer lichte ondersteuning te bieden Jongeren boven de twaalf jaar niet echt aan een wijk gebonden zijn Jongeren behoefte hebben aan een eigen plek in de stad Jongeren met vragen kunnen rondlopen die hun functioneren thuis, op school en in de samenleving kunnen belemmeren en hun ontwikkeling kunnen remmen Het jongerenwerk en de participatie van jongeren in de transitie voor de jeugd geen eigen plek heeft gekregen De jongerenadviesraad (JAR) aan geeft dat er behoefte is aan een stedelijke voorziening voor jongeren Jongeren behoefte hebben aan verschillende vormen van toegang die past bij de vraag en de situatie waarin de jongere zich bevind Deze toegang soms via school, soms via jeugd- en gezinsteams en soms via een stedelijk inlooppunt gewenst is Met een voor jongeren laagdrempelige voorziening zij vroegtijdig hun problemen bespreekbaar kunnen maken, waardoor het beroep op zware zorg afneemt In de stad Groningen het stedelijk punt voor jongeren -Jimmy's- succesvol is in het bereiken van jongeren op gebieden, zoals school, huiswerk, het organiseren van jongerenactiviteiten, financiën, stage en seksualiteit, maar het ook gewoon een plek is om elkaar te kunnen ontmoeten Innovatie een belangrijke rol speelt binnen de decentralisaties en het principe van Jimmy’s zeker vernieuwend is
Verzoekt het college;
Om binnen de decentralisaties voor de jeugd het principe van Jimmy's gestalte te geven De uitwerking hiervan in september aan de raad voor te leggen.
En gaat over tot de orde van de dag. CDA
Gea dames
Pal groenlinks.
Evert Stellingwerf
VVD
Serge Hollander
30
Bijlage 6: Consequenties functies jongeren binnen Gewoon opgroeien Functie Tienerwerk/ meidenwerk
Positionering Jongerenwerk nieuwe stijl/ faciliteringsbudget
Jongerenwerk op school
Jongerenwerk nieuwe stijl
Ontmoeting in de stad (jeugdsoos)
Jongerenwerk nieuwe stijl/ Stedelijk inlooppunt/ faciliteringsbudget
Participatie/JAR Overlast (Ambulant jongerenwerk)
Stedelijk inlooppunt Ambulant jongerenwerk
Zorg (Jongerencoach)
Jongerenwerk nieuwe stijl
Stedelijke activiteiten Overig
faciliteringsbudget faciliteringsbudget
31
Waarom Activiteiten voor tieners vraaggericht organiseren vanuit de Eigen kracht gedachte met ondersteuning van jongerenwerk nieuwe stijl Jongerenwerkers zijn medewerkers van de teams van SAV/SAW. En werken outreachend op de vindplekken (dus ook op scholen) Ontmoeting voor jongeren vraaggericht organiseren vanuit de Eigen kracht gedachte met ondersteuning van jongerenwerk nieuwe stijl. Er is 1 stedelijke ontmoetingsplek: Jimmy’s Leeuwarden Is onderdeel van de taskforce jeugdoverlast, samenwerking van politie, MOL, Gemeente en VNN. Per jeugdgroep wordt er een plan van aanpak gemaakt. Jongeren waar ernstige zorgen over zijn, worden in zorgmaat-overleggen in het Veiligheidshuis besproken.) Jongerenwerkers nieuwe stijl werken outreachend op de vindplekken en coachend/begeleiden jongeren bij eenvoudige opgroei vragen