Uitgewerkte interviews voortgezet onderwijs Schaersvoorde Op deze school wordt de methode “Stepping stones” gebruikt. De methode begint zeker niet op nul. Over het algemeen doen methodes dit niet. Het vak Engels op het basisonderwijs is er gekomen, zodat de vo scholen hierop verder kunnen en de leerlingen op een hoger niveau komen. Alles wordt over het algemeen wel behandeld in de methode, maar een aantal dingen komen zo weinig terug dat je niet van het nul niveau uit kunt gaan. De leerlingen moeten hier dus al kennis mee hebben gemaakt. De achterstand die ontstaat, moet thuis ingehaald worden. Anders vergaat de reguliere lestijd. In de elo van de school is alles terug te lezen. Voor leerlingen op niveau, is het haalbaar om alles in te halen zo lang de leerlingen hier wel energie, veel tijd en moeite in steken. In het eerste jaar worden er 3 x 50 minuten besteedt aan het vak Engels. Hiernaast hebben de leerlingen ook nog keuzewerktijd. Dit houdt in dat de leerlingen zelf kiezen voor welk vak ze extra aan de slag gaan op school. Hier kunnen ze dus ook bezig met het huiswerk voor Engels. In de lessen is de voertaal in principe Engels. In de eerste klas is dit meestal de korte instructie en dit breidt zich elk jaar verder uit. Het verschilt ook per klas, welke klas kan dit wel aan en welke klas niet. De methode wordt gevolgd door de leerkrachten. Er worden voor de leerlingen hieruit telkens weektaken geformuleerd. Het werk wordt kort gecontroleerd in de lessen en voor de rest bestaat de tijd telkens uit een gedeelte luisteren en spreken. In de elo staan altijd extra lees-‐, luister-‐ en spreekopdrachten. In het eerste jaar wordt er schriftelijk getoetst, hier komen onder andere “stones” naar voren. Dit zijn grammatica zinnetjes. De leerlingen krijgen ook een lees-‐ en luistertoets. In geen enkel jaar wordt er een mondeling afgenomen. Dit is omdat het moeilijk is om hier een cijfer aan te koppelen. De leerlingen hoeven in principe thuis niet veel te doen. De eventuele achterstand wordt hier ingehaald en het leerwerk gebeurt thuis. Soms is er een opdracht die thuis gemaakt moet worden, bijvoorbeeld het opzoeken van informatie of lezen. Voor het basisonderwijs is het belangrijk om les te geven in het vak Engels. De leerlingen hebben over het algemeen te weinig kennis en het niveau daalt. Het vo wordt het “slachtoffer” van basisscholen die geen of weinig Engels les geven. Echter is niet alleen de methode belangrijk, maar ook hoe je met de methode omgaat als school en leerkracht. Het is fijn voor zowel leerkracht van vo als voor de leerlingen om al in aanraking gekomen te zijn met een aantal aspecten van het vak Engels. Het tempo is namelijk redelijk hoog. Zo is het handig als ze al iets over zichzelf en hen omgeving kunnen vertellen, de kleuren, maanden en dagen te kennen en kunnen klok kijken. Ook is het fijn dat ze “to be” en “him, her, we etc.” kennen en begrijpen.
Rietveld Op deze school wordt sinds dit jaar de methode ‘stepping stones’ gebruikt. Ze beginnen bij nul met de leerlingen. De leerlingen hoeven in principe dus geen voorkennis te hebben omtrent het vak Engels. Dit doet de school omdat ze merken dat de kennis van de leerlingen heel erg verschilt zodra ze van de basisschool af komen. Hoe de lessen Engels worden gegeven verschilt per docent. Iedere docent probeert in ieder geval wel simpele zinnen in het Engels te doen, zoals “close the door, please” en “look at page ten” etc. Op de school is één native speaker en één docent met Engels als tweede taal. De leerlingen krijgen geen huiswerk mee voor het vak Engels, mits alles klaar is in de lessen. Het enige wat ze wel thuis moeten doen is het voorbereiden op de spreekbeurt of boekbespreking. Elk jaar is er een taaldorp. Hier krijgen de leerlingen de kans om ook te oefenen met het spreken van de taal. Ook moeten ze oefenen met voorlezen in het Engels. Tip voor basisscholen: schaf de methodes af en probeer lef te ontwikkelen bij de leerlingen.
Marianum Op deze school wordt de methode ‘stepping stones’ gebruikt. De school vindt dat deze methode heel handig is voor het extra oefenen voor de leerlingen, omdat er een uitgebreide digitale kant bij zit. De school legt ook uit dat de methode en zij zeker niet bij nul beginnen: alles wordt zeker behandeld en besproken, maar ze gaan er in een redelijk vlot tempo doorheen. Dit betekent dat leerlingen met een lager niveau m.b.t. het vak Engels hierdoor achter kunnen raken. De school biedt uiteindelijk wel genoeg ruimte voor de meeste leerlingen om alles in te halen. De leerkrachten doen zoveel mogelijk in het Engels. Ook wordt gestimuleerd dat de leerlingen in het Engels antwoorden, maar dit wordt nog niet verwacht van ze. De grammatica wordt wel in het Nederlands uitgelegd door de leerkracht. De les is als volgt opgebouwd: overhoren van vorige les – uitleggen nieuwe stof – aan het werk. Hierdoor worden veel werkvormen afgewisseld. De school is met name bezig met de schriftelijke kant. Luisteren, lezen en spreken komen ook voor in de les, maar veel minder. De leerkracht geeft aan dat ze het belangrijk vinden dat de leerlingen alles kunnen schrijven en de rest komt later vanzelf wel (vanwege het niveau van de leerlingen). Op het leren na gebeurt in principe alles op school. Het enige huiswerk wat de leerlingen wel meekrijgen zijn de wat creatievere opdrachten. Zo wordt er soms bijvoorbeeld een uitgebreide stamboom geschreven en geknutseld. Plaatjes e.d. die de leerlingen hiervoor willen hebben, moeten thuis worden opgezocht. Voor het voortgezet onderwijs is het handig als de volgende dingen al besproken zijn in het basisonderwijs: -‐ persoonlijk voornaamwoord -‐ bezittelijk voornaamwoord -‐ hebben, zijn en kunnen -‐ tellen, dagen en maanden -‐ zichzelf voorstellen, hobby’s benoemen
Ludger Op deze school wordt de methode ‘new interface’ gebruikt. De leerkracht geeft eigenlijk direct aan dat het handig is als alle basisscholen zoveel mogelijk een lijn hebben m.b.t. het vak Engels. Op dit moment is er heel erg veel verschil tussen de leerlingen en dit is niet handig. De school gaat er vanuit dat alle leerlingen Engels hebben gehad en beginnen dus zeker niet op nul. Ze hopen dat de leerlingen al redelijk wat woorden weten in het Engels en ook al een beetje grammatica (he, she it en to be). De methode biedt wel veel herhaling, dus over het algemeen komen de leerlingen er wel. Er wordt niet gewerkt aan differentiatie. Dit wordt op zich opgelost door de methode: “catch up” en “get ahead” na de zelftoets. De school heeft het ‘Anglia project’. Dit is naast de 3 x 50 minuten nog een extra 50 minuten Engels in de week. Alle vaardigheden komen elke les terug (lezen, spreken, schrijven, luisteren). De leerkracht doet bijna alles in het Engels, behalve de uitleg van de grammatica. Vanuit de leerlingen willen ze graag wel meer spreekvaardigheid gaan invoeren, dit is echter wel moeilijk te toetsen. Ze hebben dan ook geen mondeling toetsen op deze school. De basale grammaticale dingen moeten behandeld worden in het basisonderwijs. Ook is het fijn als de leerlingen zich kunnen voorstellen. * docentenhandleiding wordt gemaild
Metzo college 1. Welke methode wordt op deze school gebruikt voor de lessen Engels? Sinds dit jaar een nieuwe methode voor klas 1,2,3: Allright. Bij deze methode ligt de nadruk op vaardigheden. 2. Van welke beginsituatie gaat deze school/de methode uit? Welke kennis moeten de eerstejaars al hebben? Voor oktober wordt er een Cito instaptoets afgenomen om te kijken wat het niveau is van de kinderen. Deze toets bestaat uit teksten met vragen en ze moeten een aantal woordjes vertalen. Er wordt verwacht dat de kinderen al wel wat woordenschat hebben opgebouwd. Qua grammatica beginnen ze bij nul. 3. Welke stof wordt er allemaal behandeld in het eerste jaar? In de methode is elk hoofdstuk verbonden aan een thema. Er zijn thema’s zoals reizen, dokters, school. In het eerste jaar komt het volgende aan bod: woordjes en zinnen; werkwoord be; tegenwoordige tijd; lidwoorden; this, that, these en those. 4. Is er een grote kans op achterstand als de leerlingen niet aan de beginsituatie voldoen zodra ze op deze school komen? Of is er in het eerste jaar veel ruimte en tijd om op het gewenste niveau te komen? Je begint op nul, dus kinderen beginnen zonder achterstand. Bij de eerste instaptoets zijn er 5 van de 26 die een flinke onvoldoende scoren. De leerlingen schrikken wel altijd van de hoeveelheid die ze moeten doen. Ze moeten 100-‐150 woordjes per toets kennen. 5. Hoeveel tijd in de week wordt er besteed aan Engels op deze school? 3 lessen van 50 minuten per week. 6. Hoe zien die lessen Engels eruit? Spreekt de leerkracht continu Engels of wordt er veel in het Nederlands toegelicht? De les begint met het herhalen van eerder geleerde stof. Daarna worden opdrachten in het werkboek doorgenomen en gemaakt. De les wordt afgerond met een opdracht. Dit is elke keer weer verschillend. Kan bijvoorbeeld een filmpje zijn. Alle vaardigheden komen aan bod. Er wordt tijdens de les geen Engels gepraat. Alleen worden er standaardzinnen gebruikt. 7. Wat wordt er van de leerlingen verwacht aan het eind van het eerste jaar? De basisgrammatica en woordenschat. Aan het eind van elk leerjaar wordt er een toets van Cito afgenomen om te kijken hoe ver ze gegroeid zijn. 8. Welke stof wordt behandeld in de volgende jaren? Verleden tijd, present perfect, past continuous, zinsopbouw en tijden. 9. Hoeveel leerkrachten Engels zijn er op deze school? Er zijn 7 leerkrachten Engels. Op het Lwo zijn er ook mentoren die hun eigen klas Engels geven. Er is ook 1 native speaker. 10. Wat wordt er getoetst bij de leerlingen voor Engels? Alleen maar schriftelijk of ook mondeling? Er worden schriftelijke, schrijf-‐, luister-‐ en leestoetsen afgenomen. Daarnaast moeten de leerlingen een spreekbeurt houden en een leesdossier maken. 11. Moeten de leerlingen veel thuis doen voor het vak Engels (werkstukken, spreekbeurten, verslagen e.d.)? Ja, de leerlingen moeten veel leren thuis. Er is een website bij de methode. Daar kunnen ze zichzelf overhoren met de grammaticatrainer en spelletjes doen. Daarnaast krijgen ze af en toe huiswerk mee. 12. Wat is het niveau van de leerkrachten Engels? Spreken en schrijven zij vloeiend Engels, is Engels hun moedertaal of tweede taal? Ze spreken allemaal vloeiend Engels. De vaste Engels docenten zijn bevoegd. De mentoren zijn vaak pabostudenten. 13. Wat zijn de eisen van deze school voor de leerkrachten Engels? Weinig. Ze moeten de vereiste diploma’s op zak hebben. e 14. Hoe is het gemiddelde niveau van de leerlingen als in het 1 jaar van het voortgezet onderwijs binnenkomen? De leerlingen kunnen: -‐ zich voorstellen -‐ ik woon.. ik ben.. jaar. -‐ tellen tot 20 -‐ Standaardwoordjes De leerlingen maken nog wel veel schrijffouten. e 15. Wordt er gedifferentieerd in het 1 jaar en hoe dan? Differentiatie per leerkracht verschillend. De sterke leerlingen krijgen extra opdrachten van een hoger niveau. De docenten moeten zich houden aan PTA met vaste toetsmomenten.
16. Kunnen jullie benoemen wat basisscholen zouden moeten doen om een goede aansluiting te vinden met het VO? De leerlingen moeten een redelijke woordenschat opbouwen en kennismaken met de werkwoorden zijn en hebben. Daarnaast zouden de leerlingen meer moeten schrijven.
AOC-‐oost (vmbo-‐basis) 1. Welke methode wordt op deze school gebruikt voor de lessen Engels? Stepping stones. Bij het Groen lyceum is de methode volledig digitaal. 2. Van welke beginsituatie gaat deze school/de methode uit? Welke kennis moeten de eerstejaars al hebben? Vanuit het Eibo moeten de leerlingen minimaal 600 woorden kennen. Kaderniveau, is veel verschil van 0 tot heel hoog. De achterstand blijft al die jaren. Vaak halen ze het examen Engels niet. De docent laat de leerlingen zelf de toetsen inplannen. Bij ander docenten gaat dit anders. Dit niveau kan vergeleken worden met het speciaal basisonderwijs. 3. Welke stof wordt er allemaal behandeld in het eerste jaar? Wat behandelt wordt in de methode. 4. Is er een grote kans op achterstand als de leerlingen niet aan de beginsituatie voldoen zodra ze op deze school komen? Of is er in het eerste jaar veel ruimte en tijd om op het gewenste niveau te komen? Ja, enorm! Schoolsysteem moet veranderen. Het leesonderwijs moet gepromoot worden, hierdoor krijgen leerlingen meer taalgevoel. Ze moeten de taal begrijpen. Wel weinig motivatie in vo. 5. Hoeveel tijd in de week wordt er besteed aan Engels op deze school? Klas 1,2 en 3: drie x 50 minuten. Klas 4: vier x 50 minuten. 6. Hoe zien die lessen Engels eruit? Spreekt de leerkracht continu Engels of wordt er veel in het Nederlands toegelicht? Er is een afspraak gemaakt op school dat er 70% Engels gepraat wordt in de les. Dit gebeurt niet altijd. Methode wordt veelal gevolgd. Ook wordt er met weektaken gewerkt, dit is alleen bij Engels docenten en niet bij mentoren. 7. Wat wordt er van de leerlingen verwacht aan het eind van het eerste jaar? Toetsen moeten gehaald worden. Ze mogen wel een aantal onvoldoendes hebben. 8. Welke stof wordt behandeld in de volgende jaren? Vanuit methode. 9. Hoeveel leerkrachten Engels zijn er op deze school? Vijf docenten Engels. Negen mentoren die engels geven. 10. Wat wordt er getoetst bij de leerlingen voor Engels? Alleen maar schriftelijk of ook mondeling? Allemaal schriftelijk. Lees, luister, vocabulair/grammar toetsen. Stonestoets met zinnen. 11. Moeten de leerlingen veel thuis doen voor het vak Engels (werkstukken, spreekbeurten, verslagen e.d.)? De leerlingen hoeven weinig huiswerk te maken. Vooral kleine dingen, zoals voorbereidingsgesprekjes. 12. Wat is het niveau van de leerkrachten Engels? Spreken en schrijven zij vloeiend Engels, is Engels hun moedertaal of tweede taal? Engels docenten spreken en schrijven goed Engels. Het niveau en de didactiek wisselt wel. 13. Wat zijn de eisen van deze school voor de leerkrachten Engels? e Hbo geschoold. Bevoegdheid 2 graads voor pabo. e 14. Hoe is het gemiddelde niveau van de leerlingen als in het 1 jaar van het voortgezet onderwijs binnenkomen? Het gemiddelde niveau is ok, maar er zijn wel veel uitschieters naar boven en naar beneden. e 15. Wordt er gedifferentieerd in het 1 jaar en hoe dan? In dit schoolsysteem is er weinig ruimte voor differentiatie. Verschillen tussen kinderen hangt van veel factoren af: spelling, dyslexie, motivatie, ontbreken van vaardigheden, achterstanden, wel/geen Engelse les gehad, thuissituatie en omgevingsfactoren. 16. Kunnen jullie benoemen wat basisscholen zouden moeten doen om een goede aansluiting te vinden met het VO? -‐ Geen methode uitkiezen. -‐ Docenten inzetten die Engels kunnen. -‐ Kleuren, dagen van de week, omgeving, vervoersmiddelen, klasomgeving, maanden, dagelijkse omgeving. -‐ Actiewerkwoorden: walk, talk, sits, ask, drinks, takes. -‐ Tegenstellingen: warm/koud, arm/rijk. Belangrijk: www.rong-‐chang.nl graded reader met engelse opdrachten TPR en TPRS
Almende Bluemers 1. Welke methode wordt op deze school gebruikt voor de lessen Engels? Stepping stones. 2. Van welke beginsituatie gaat deze school/de methode uit? Welke kennis moeten de eerstejaars al hebben? Gaan van 0 uit m.b.t. tot de beginsituatie. Maar verschillen zijn merkbaar. Frustrerend voor leerlingen die weinig weten, maar motiverend voor de goede leerlingen. Ook eigen kennis opgebouwd door games, computer en tv. 3. Welke stof wordt er allemaal behandeld in het eerste jaar? Wat in de methode aan bod komt. Vaardigheden en gespreksoefeningen in de methode. 4. Is er een grote kans op achterstand als de leerlingen niet aan de beginsituatie voldoen zodra ze op deze school komen? Of is er in het eerste jaar veel ruimte en tijd om op het gewenste niveau te komen? Nee, geen achterstand. Het is moeilijk te achterhalen of het te maken heeft met wel/geen Engels op het basisonderwijs. 5. Hoeveel tijd in de week wordt er besteed aan Engels op deze school? 2x 50 minuten op vmbo en 3x 50 minuten op havo. 6. Hoe zien die lessen Engels eruit? Spreekt de leerkracht continu Engels of wordt er veel in het Nederlands toegelicht? Dat is afhankelijk van de docent en leerlingen. Tijdens de uitleg van de grammatica wordt er Nederlands gepraat. Korte instructies wel in het Engels. Geen vaste opbouw van lessen. Er komt vaak uitleg/instructie, oefenen, luisteropdrachten, huiswerk aan bod. 7. Wat wordt er van de leerlingen verwacht aan het eind van het eerste jaar? Kerndoelen die in de methode verweven zijn. Europees referentiekader: Er is een toets om het niveau te bepalen. 8. Welke stof wordt behandeld in de volgende jaren? Vanuit methode. 9. Hoeveel leerkrachten Engels zijn er op deze school? Vier docenten Engels en een onbevoegd. 10. Wat wordt er getoetst bij de leerlingen voor Engels? Alleen maar schriftelijk of ook mondeling? Kijk/luistertoetsen, leestoetsen worden allemaal schriftelijk afgenomen. 11. Moeten de leerlingen veel thuis doen voor het vak Engels (werkstukken, spreekbeurten, verslagen e.d.)? Vooral het leerwerk moet thuis gedaan worden. Huiswerk kan in de les gemaakt worden. Voor het taaldorp moet er thuis geoefend worden. Lokalen zijn ingericht als het dagelijks leven zoals winkels, sport, dokter, enz. Daar moeten ze gesprekjes houden. 12. Wat is het niveau van de leerkrachten Engels? Spreken en schrijven zij vloeiend Engels, is Engels hun moedertaal of tweede taal? e 2 graads docenten. 13. Wat zijn de eisen van deze school voor de leerkrachten Engels? Diploma behaald. Ze moeten vakbekwaam zijn. Er wordt gelet op pedagogisch, didactisch, samenwerkings kwaliteiten. e 14. Hoe is het gemiddelde niveau van de leerlingen als in het 1 jaar van het voortgezet onderwijs binnenkomen? Dat is verschillend. Erg moeilijk om te zeggen. e 15. Wordt er gedifferentieerd in het 1 jaar en hoe dan? In de methode zit extra ondersteuning. 16. Kunnen jullie benoemen wat basisscholen zouden moeten doen om een goede aansluiting te vinden met het VO? Er wordt van 0 uitgegaan, dus moeilijk te zeggen.