BESTEK ZIEKENWAGENS 112 / TYPE C
Bestek inzake de levering van ziekenwagens van het type C volgens de norm NBN EN 1789+A1 Medische voertuigen en hun uitrusting – Ambulances. 1. Voorwerp en aard van de opdracht. De onderhavige opdracht betreft de levering van ziekenwagens van het type C van de norm NBN EN 1789+A1 met betrekking tot Medische voertuigen en hun uitrusting – Ambulances. Hiervoor wordt de procedure van de algemene offerteaanvraag gekozen. Deze opdracht omvat één enkel perceel. Dit is een opdracht volgens prijslijst (K.B. 8 januari 1996, art. 86). De hoeveelheden vermeld in punt 4 hieronder zijn vermoedelijke hoeveelheden. De bestellingen worden gericht aan de inschrijver. De opdracht vangt aan de eerste kalenderdag na de dag waarop de leverancier de kennisgeving van de gunning van de opdracht heeft ontvangen en duurt tot op het ogenblik dat de opdracht volledig is uitgevoerd, en wordt afgesloten voor een duur van één jaar en kan twee keer bij wijze van stilzwijgende verlenging worden voortgezet. Elke partij kan er echter een einde aan stellen bij het verstrijken van het eerste of tweede jaar, op voorwaarde dat de betekening daarvan gebeurt bij aangetekend schrijven, minstens drie maanden voor het verstrijken van het eerste of het tweede jaar, naargelang van het geval. 2. Indienen en openen van de offertes. 2.1.
Opening van de offertes
Op ...................., om...... uur, zal in ..........................................................straat te ............(plaats), zonder afroeping van de prijzen worden overgegaan tot de openbare opening van de offertes die zijn ingediend met het oog op bovengenoemde opdracht. De omslagen met de offertes neergelegd bij..........................................................., evenals de binnenste omslagen van de offertes die per post zijn verstuurd, dragen de volgende vermelding: "Lokaal : ............... .......de verdieping" "Offerte ingediend krachtens het bestek................................................................." » "Opening op.............................................om...........uur.............." » Alle bladzijden en bijlagen die de offerte zelf uitmaken, zijn derwijze gepagineerd dat elke pagina één nummer draagt. De inschrijvers zijn ertoe gehouden de volgorde van de technische voorschriften te volgen voor de beschrijving van het voorgestelde voertuig. 1
2.2. Eventuele annulering van de procedure Onder toepassing van artikel 18 van de wet van 24 december 1993 behoudt de Administratie zich het recht voor om de opdracht niet toe te wijzen; de Administratie kan ofwel aan de gunning van de opdracht verzaken, ofwel desnoods de procedure herbeginnen op een andere manier dan de algemene offerteoproep. Deze verzaking zal moeten worden gemotiveerd. 3. Leidende dienst - leidend ambtenaar De leidende dienst in de zin van artikelen 1 en 2 van het KB van 26 september 1996 van de algemene aannemingsvoorwaarden, is................................................. ................................................................ is de Administratie die exclusief is aangewezen voor de controle en het toezicht op de opdracht, en voor het nemen van elke beslissing Bijgevolg dient alle briefwisseling in verband met de uitvoering van de opdracht (o.a. prijswijzigingen, wijziging van uitvoeringstermijnen, enz.) aan ..................................................................... aan te worden gericht. De leidend ambtenaar zal worden aangeduid op het ogenblik van de betekening van de opdracht. 4. Beschrijving van de uit te voeren leveringen - hoevelheeden 4.1. De opdracht betreft de levering van ambulances Zonder verbintenis vanwege de Administratie om deze cijfers te behalen of te overtreffen, wordt de te leveren hoeveelheid geraamd op....... voertuigen per jaar; De hoeveelheden worden informatief opgegeven en zijn gebaseerd op de behoeften van voorgaande jaren. De te leveren hoeveelheden kunnen hoger of lager liggen dan de ramingen vermeld in dit bestek; een vermeerdering of vermindering van de hoeveelheden kan tot geen enkele schadeloosstelling aanleiding geven. De inschrijvers dienen hun offerte in voor het meest recente voertuig dat op de markt voorhanden is en dat minstens beantwoordt aan de kenmerken opgelegd door het bestek, en dit op het ogenblik van de opening van de offertes. Om de klemtoon te leggen op de kwaliteit van wat ze bieden, moeten de inschrijvers in hun offerte de voordelen of de technische vooruitgang beschrijven, alsook de kenmerken die volgens hen de voordelen of de verbeteringen uitmaken. De inschrijvers hebben er dus alle belang bij om bij hun offerte een zo volledig mogelijk beschrijvend en verklarend document te voegen van het aangeboden voertuig of ten minste van de essentiële onderdelen, de uitrusting en bijzondere toebehoren waarmee het uitgerust zal zijn. De inschrijvers mogen verbeteringen voorstellen die zij nuttig of nodig achten voor het goede gebruik, de instandhouding of het eventuele herstel van het voertuig alsook voor het onderhoudsgemak. Zij verzaken eraan systemen, montages en stukken voor te stellen die hun deugdelijkheid niet bewezen hebben en waarvan zij in eer en geweten niet absoluut zeker zijn van een goed rendement en van een normale werkingsduur. 2
De voertuigen moeten beantwoorden aan de minimale voorwaarden opgelegd door de technische nota (bijlage nr. 3). Het onderhoudscontract moet minstens beantwoorden aan voornoemde technisch nota en aan de voorwaarden van het onderhoudscontract ( bijlage nr. 4). 4.2 De inschrijvers moeten de inlichtingen verstrekken die nodig zijn voor de uitvoering van de opdracht voor alle producten waarop de opdracht betrekking heeft, en dit via elektronische weg (e-mail) of op optische schijf. Deze inlichtingen zijn: • De artikelcode, de benaming in beide landstalen, informatie betreffende de verpakking, de prijs, de leveringstermijn en eventueel bijkomende beschrijvende gegevens zoals afmetingen, kleuren, versies enz. (tekstgegevens of grafische gegevens). • Eventueel een dossier ‘afbeeldingen’ verstrekken van de producten, met hiervoor de referentie van de betreffende producten. Deze inlichtingen worden elektronisch aan de klant bezorgd vanaf de betekening van de gunning van de opdracht, en worden permanent geüpdatet indien nodig, eveneens via elektronische weg (e-mail) of op een optische schijf in Excel of Access formaat. 5. Documenten van toepassing op de opdracht 5.1 Reglementering • • •
•
De wet van 24 december 1993 betreffende de overheidsopdrachten en sommige opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten Het koninklijk besluit van 8 januari 1996 betreffende de overheidsopdrachten van werken, leveringen en diensten en de concessies van openbare werken Het koninklijk besluit van 26 september 1996 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken + bijlage : algemene aannemingsvoorwaarden voor de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en voor de concessies voor openbare werken Alle wijzigingen aan de wet en de voormelde besluiten die van toepassing zijn op de dag van de opening van de offertes.
5.2. Documenten eigen aan deze opdracht Onderhavig bestek; Het offerteformulier in bijlage nr. 2; De technische nota in bijlage nr. 3. Het onderhoudscontract in bijlage nr. 4.
3
6. OFFERTE De aandacht van de inschrijver wordt gevestigd op artikel 10 van de wet van 24 december 1993 betreffende de onverenigbaarheden. 6.1. Indienen der offertes De offertes worden opgemaakt in drie exemplaren (een origineel en 2 kopijen). De kopieën dragen duidelijk leesbaar de vermelding “kopie” De aandacht van de inschrijvers wordt gevestigd op artikel 10 van de wet van 24 december 1993 en artikel 78 van het koninklijk besluit van 8 januari 1996 in verband met de onverenigbaarheden. De inschrijver is verplicht het bij het onderhavig bestek gevoegde offerteformulier te gebruiken. Indien toch andere documenten worden gebruikt, is hij verplicht om op elk document de conformiteit met het bij het bestek gevoegde offerteformulier te attesteren (Art. 89 van het KB van 8 januari 1996). De offerte en de bijlagen gevoegd bij het offerteformulier worden opgesteld in het Nederlands of het Frans. Door een offerte in te dienen, ziet de inschrijver automatisch af van zijn algemene of bijzondere verkoopsvoorwaarden, zelfs als die in de een of andere bijlage van de offerte zijn vermeld. De inschrijver duidt in zijn offerte duidelijk aan welke informatie vertrouwelijk is en/of betrekking heeft op technische of commerciële geheimen en dus niet mag bekendgemaakt worden door de aanbestedende overheid. Het offerteformulier is in ..... aantal exemplaren bij het bestek gevoegd. De volgende inlichtingen zullen worden vermeld in de offerte: - de eenheidsprijs/eenheidsprijzen in letters en in cijfers (excl. BTW); - het totaal bedrag van de offerte in letters en in cijfers (excl. BTW); - het bedrag van de BTW; - de handtekening van de persoon bevoegd om de offerte te ondertekenen - de hoedanigheid van de persoon die de offerte ondertekent; - de datum waarop voormelde persoon de offerte heeft ondertekend - het volledige inschrijvingsnummer van de inschrijver bij de Kruispuntbank voor Ondernemingen ;. Doorhalingen, overschrijvingen, aanvullingen of wijzigingen, zowel in de offerte als in de bijlagen, die de essentiële voorwaarden van de opdracht zoals prijzen, termijnen, technische specificaties kunnen beïnvloeden, moeten eveneens door de inschrijver of zijn gemachtigde ondertekend worden. 6.2. Toe te voegen documenten en stalen De inschrijvers voegen bij hun offerte(s) de onderstaande documenten, die voor de administratie onmisbaar kunnen zijn om de waarde van deze offerte(s) in te schatten.
4
6.2.1. Op technisch vlak: a) alle stukken vereist in de technische nota; b) de technische kenmerken van het/de voorgestelde voertuig(en) (elke waarde of uitrusting vermeld in de offerte moet ook op basis van deze documenten zijn nagekeken); c) de gedetailleerde beschrijving van de voordelen die de voertuigen of sommige van deze systemen of toebehoren, volgens de inschrijver op technisch of op praktisch vlak te bieden hebben; d) de lijst met de oorspronkelijk bij de voertuigen geleverde gereedschappen; e) kopie van het P.V.G 6.2.2. Op administratief vlak: a) de lijst met de onderaannemers en leveranciers van het materiaal. Voor elk daarvan, de exacte benaming van het werk of materiaal, de naam, het adres en het telefoonnummer; b) de lijst met garages die de garantie moeten instaan voor de waarborg en/of het onderhoud van het voertuig en de naverkoopdienst; c) de aard, de omvang van de garantie en de eventuele uitbreiding van de garantietermijn waardoor het voertuig is gedekt; d) Het RSZ-attest (zie selectiecriteria) (zie 9.1. a § I en § 2); e) Uittreksel uit het Staatsblad met de bevoegdheidsdelegaties (zie 9.1. f.); t) Attesten van de directe belastingen (zie 9.l.b.); g) BTW attest (zie 9.l.c.); h) De laatste goedgekeurde balans (zie punt 9.1. § 3.d.). 6.3. Geldigheid der offertes De inschrijvers blijven gebonden aan hun offerte(s) gedurende 120 kalenderdagen vanaf de dag van de opening van de offertes(A.R. du 08.01.1996). 7. Prijzen. 7.1 De forfaitaire eenheidsprijzen worden aangegeven in cijfers en in letters in de offerte(s). De offerte(s) geven de eenheidsprijs exclusief BTW aan van het volledig uitgeruste voertuig, alsook het bedrag van de BTW. 7.2 Prijsherziening (art. 13 §2- algemene aannemingsvoorwaarden) 7.2.1 Voor de cabine Indien in de loop van de opdracht de prijzen van de aangeboden voertuigen wijzigingen ondergaan, en, in geval van stijging van de catalogusprijs, voor zover deze toegestaan werden door de Prijzencommissie van de FOD Economie, dan laten de inschrijvers via aangetekend schrijven de nieuwe catalogusprijzen voor deze voertuigen weten aan de klant. Deze nieuwe prijzen mogen niet hoger zijn dan de prijzen berekend volgens de formule : Tabel catalogusprijs (exclusief BTW) x prijs bij de inschrijving (excl. BTW) Oude catalogusprijs (excl. BTW) De datum van de bestelling is echter bepalend voor de vaststelling van de prijs. Elke latere prijswijziging van het bestelde voertuig wordt geweigerd, ongeacht de leveringstermijn. 5
7.2.2 Voor het sanitaire cel Op vraag van de opdrachtnemer kan gebeurlijk een prijsherziening worden gevraagd, overeenkomstig de volgende bepalingen: 7.2.2.1.
Lonen
De inschrijver wordt geacht het bedrag van zijn offerte te hebben bepaald door zich voor de waarde van de werkuren te baseren op het minimumloon van de arbeider in de metaalnijverheid, verhoogd met de patronale sociale lasten verschuldigd aan de R.S.Z, en met de verzekeringen die gekoppeld zijn aan het loon.Dat loon is het loon dat geldt 10 dagen voor de opening van de offertes en dat is vastgesteld door het Nationale Paritair Comité van de metaalfabrikatennijverheid. Een prijsherziening (gedeelte “loon”) vindt plaats telkens de lonen worden aangepast tijdens de periode gaande van 10 dagen voor de opening van de offertes tot aan de theoretische leveringsdatum (of reële leveringsdatum indien deze daaraan voorafgaat). 7.2.2.2
Materialen
Een ondernemer wordt geacht het bedrag van zijn offerte te hebben bepaald door zich voor de waarde van de ferro- en niet-ferrometalen te baseren op de referentieprijzen die gelden de maand voorafgaand aan de opening van de offertes, en vastgesteld door de Mercuriale commissie bij het Ministerie van Economische Zaken. Een prijsherziening (per materiaal) kan enkel gebeuren op het moment dat er een bestelbon wordt opgemaakt en voor zover dat er een prijsaanpassing plaatsvindt tussen de dag die 10 dagen aan de opening van de offertes voorafgaat en de dag die 45 dagen na op de betekening van de bestelling valt. De inschrijvers vermelden in hun offerte de percentages met betrekking tot de diverse materialen die in de vervaardiging van de goederen worden gebruikt, zodanig dat dit percentage gelijk is aan 35 % van de ingediende prijs, met dien verstande dat de prijs van het chassis in mindering is gebracht. Enkel de materialen vermeld in de offerte worden aanvaard voor de prijsherziening. De herzieningen worden berekend aan de hand van de volgende formules : x= (0,40 x S/So+ 0,35 x M /Mo +0,25)=Z Z = te factureren prijs(chassis niet meegeteld) X = het bedrag van de bestelbon opgesteld op basis van de prijzen van de offerte, verminderd met de waarde van het chassis. So = loon l0 dagen voor opening van de offertes S = loon op datum van levering Mo = referentieprijs 10 dagen voor de opening van de offertes M = referentieprijs maximum 45 dagen na bestelling 7.2.3 Voor het onderhoudscontract Herzieningsformule onderhoudscontract (So, Pro, A2, B, C, D, E, A, te vermelden in de offerte) P = Po (0,3 S/So + 0,5 Pr/Pro + 0,2) P = geactualiseerde prijs 6
Po = Prijs van de inschrijving S = loon op het ogenblik van de herziening So = loon een maand voor de opening van de offertes Pr = niveau van de prijzen van de wisselstukken bij de inschrijver op het ogenblik van de herziening Pro = niveau van de prijzen van de wisselstukken bij de leverancier een maand voor de opening van de offertes Het gemiddelde van de lonen in de barema’s en functiebeschrijving in de paritaire commissie 112 gepubliceerd door Fegarbel voor de volgende functies: A2 = niet gekwalificeerd arbeider B = gekwalificeerd 3de klasse C = gekwalificeerd 2de klasse D = gekwalificeerd 1ste klasse E = buiten categorie A1 = niet gekwalificeerd “dienst” Elke prijsherziening is pas van toepassing 30 kalenderdagen na de aanvraag, en heeft geen enkele invloed op de reeds geplaatste bestellingen 8.
Waarborg en naverkoopdienst
De waarborg loopt minstens twee jaar vanaf de volledige (voorlopige) oplevering. De anticorrosiewaarborg loopt minstens 6 jaar. Elk nieuw vervangingsproduct gaat gepaard met een waarborgperiode zoals voorzien in de basisofferte. De inschrijvers kunnen een langere waarborgperiode voorstellen. De definitieve oplevering wordt stilzwijgend verleend op het einde van de waarborgperiode, geeft aanleiding tot geen enkele formaliteit voor zover de geleverde goederen geen enkel probleem hebben opgeleverd. 9.
Selectiecriteria - Regelmatigheid van de offertes - Gunningscriteria. 9.1. Uitsluitingscriteria
De inschrijvers worden getoetst aan de hiernavolgende selectiecriteria. Enkel de offertes van de inschrijvers die aan deze evaluatie zullen hebben voldaan, worden met elkaar vergeleken voor de gunning van de opdracht volgens de regels beschreven onder het onderstaande punt, in de mate dat hun offertes regelmatig zijn. a) Uitsluitingscriterium betreffende de verplichtingen van de inschrijver ten aanzien van de sociale zekerheid: §.l. De Belgische inschrijver die personeel tewerkstelt dat is onderworpen aan de wet van 27 juni 1969 houdende herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de sociale zekerheid van de werknemers, moet bij zijn offerte in open procedure een attest van de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid voegen waaruit blijkt dat hij in regel is wat de sociale zekerheidsbijdragen betreft, of dit attest aan de aanbestedende overheid voorleggen voor de uiterste datum voor de ontvangst van de offertes.
7
De leverancier heeft voor de toepassing van het huidig artikel voldaan aan de voorschriften indien hij ten laatste daags voor de uiterste datum van ontvangst van de offertes in open procedure: 1° aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid al de vereiste aangiften heeft toegezonden, tot en met diegene die slaan op het voorlaatste afgelopen kalenderkwartaal voor de ontvangst van de offertes en 2° op deze aangiften geen verschuldigde bijdragen van meer dan 2500 € moet vereffenen, tenzij hij voor die schuld uitstel van betaling heeft verkregen waarvan hij de termijnen strikt in acht neemt. Evenwel zelfs wanneer de schuld aan bijdragen groter is dan 2500 € zal de leverancier in orde beschouwd worden indien hij, alvorens de beslissing tot het gunnen van de opdracht wordt genomen, aantoont dat hij, de dag waarop het attest zijn toestand bepaalt, op de aanbestedende overheid in de zin van artikel 4, §1 en 2, 1° tot 8° en 10°, van de wet of op een overheidsbedrijf in de zin van artikel 26 van die wet, één of meer schuldvorderingen bezit die zeker, opeisbaar zijn en vrij van elke verbintenis tegenover derden zijn en waarvan het bedrag op 2500 € na, ten minste gelijk is aan de achterstallige bijdragen. § 2.Voor de uiterste datum voor de ontvangst van de offertes moet de buitenlandse leverancier bij zijn offerte in openbare procedure toevoegen of aan de aanbestedende overheid voorleggen: 1°een attest dat uitgereikt werd door de bevoegde overheid en waarin bevestigd wordt dat hij, volgens de rekening die ten laatste daags voor de uiterste datum voor de ontvangst van de offertes, voldaan heeft op die datum aan de verplichtingen inzake betaling van de bijdragen voor de sociale zekerheid, overeenkomstig de wettelijke bepalingen van het land waar hij gevestigd is. Indien een dergelijk document niet uitgereikt wordt in het betrokken land, kan het vervangen worden door een verklaring onder eed of een plechtige verklaring van de betrokkene vóór een gerechtelijke of overheidsinstantie, een notaris of een bevoegde beroepsorganisatie van dat land; 2° een attest overeenkomstig § 1, indien hij personeel tewerkstelt dat onderworpen is aan de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de sociale zekerheid der arbeiders. §.3. De aanbestedende overheid mag via alle middelen waarover zij beschikt en tevens op gelijk welk moment in de loop van de procedure, inlichtingen inwinnen over de betaaltoestand van de sociale zekerheidsbijdragen bij elke inschrijver. b) Uitsluitingscriterium betreffende de verplichtingen van de inschrijver ten aanzien van de directe belastingen. De inschrijver moet in orde zijn met zijn verplichtingen ten aanzien van de directe belastingen. De inschrijver voegt bij zijn offerte een recent attest vanwege de bevoegde overheidsdienst. c) Uitsluitingscriterium betreffende de verplichtingen van de inschrijver ten aanzien van de BTW De inschrijver moet in orde zijn met zijn verplichtingen ten aanzien van de BTW. De inschrijver voegt bij zijn offerte een recent attest vanwege de bevoegde overheidsdienst.
8
9.2. Selectiecriteria inzake de financiële draagkracht van de inschrijver a) Selectiecriterium inzake de financiële slagkracht van de inschrijver. De inschrijver moet tijdens één van de laatste drie boekjaren een totaal omzetcijfer van minstens ………EURO hebben gerealiseerd. Hij voegt bij zijn offerte een verklaring inzake de totale omzet gerealiseerd tijdens de laatste drie boekjaren, tenzij de totale omzet vermeld staat op de goedgekeurde jaarrekeningen die via het elektronisch loket kunnen worden geraadpleegd (dit zijn de jaarrekeningen neergelegd bij de Nationale Bank van België, opgesteld volgens het volledig boekhoudkundig schema, of volgens het verkort boekhoudkundig schema waarop de facultatieve vermelding van de gerealiseerde totale omzet ingevuld werd). De inschrijver moet tijdens één van de drie laatste boekjaren, via activiteiten die rechtstreeks verband houden met de goederen beschreven in dit bestek, een omzetcijfer verwezenlijkt hebben van …………..EURO. Hij voegt bij zijn offerte een verklaring inzake deze omzet gerealiseerd tijdens de laatste drie boekjaren. De inschrijver moet eveneens zijn financiële solvabiliteit aantonen. Deze financiële slagkracht zal worden beoordeeld op basis van de goedgekeurde jaarrekeningen van de laatste drie boekjaren neergelegd bij de Nationale Bank van België. De inschrijvers die de goedgekeurde jaarrekeningen hebben neergelegd bij de Nationale Bank van België hoeven deze niet bij hun offerte te voegen, aangezien de aanbestedende overheid deze jaarrekeningen kan raadplegen via het elektronisch loket van de federale overheid. De inschrijvers die de goedgekeurde jaarrekening van de laatste drie boekjaren niet bij de Nationale Bank van België hebben neergelegd, zijn verplicht om deze bij hun offerte te voegen. Deze verplichting geldt ook voor de jaarrekening die onlangs werd goedgekeurd en die nog niet bij de Nationale Bank van België werd gedeponeerd, omdat de wettelijk voorziene termijn voor het neerleggen ervan nog niet verstreken is. Voor eenmanszaken dient een staat van alle activa en passiva door een accountant IDAC of een bedrijfsrevisor te worden opgesteld. Deze staat dient door een erkend accountant IDAC of door de bedrijfsrevisor, naargelang het geval, voor echt te worden verklaard. Het document moet een recente financiële toestand weerspiegelen (maximum 6 maanden oud te rekenen vanaf de datum van de opening van de offertes). Indien de onderneming nog geen jaarrekening heeft gepubliceerd, volstaat een tussentijdse balans voor echt verklaard door de accountant IDAC of door de bedrijfsrevisor. Voor de buitenlandse ondernemingen dienen tevens de goedkeurende jaarrekeningen van de drie laatste jaren of een staat van alle activa en passiva van de onderneming bij de offerte te worden gevoegd. Indien de onderneming nog geen jaarrekening heeft gepubliceerd, volstaat een tussentijdse balans voor echt verklaard door de accountant of door de bedrijfsrevisor of door de persoon of organisme dat een soortgelijke functie in zijn land uitoefent.
9
b) Selectiecriteria met betrekking tot de technische bekwaamheid van de inschrijver. De inschrijver moet beschikken over het materiaal en de know-how die nodig zijn om de opdracht naar behoren uit te voeren. Hij moet ook beschikken over de logistieke infrastructuur die nodig is om de bestellingen “just-in-time” te kunnen uitvoeren binnen de tijdslimiet vervat in dit bestek. Een gedetailleerd overzicht van het materiaal, de logistieke infrastructuur (met inbegrip van de logistieke middelen waarover hij kan beschikken voor de verdeling van de bestellingen naar de klanten) en voor de uitvoering van de voorwaarden van het onderhoudscontract, moet bij de offerte worden gevoegd. De inschrijvers zullen ertoe gehouden worden hun installaties te laten bezoeken door de afgevaardigden van de Federale Overheidsdienst ……………………………… 9.2 Regelmatigheid der offertes De inschrijvers moeten bij hun offerte hun statuten voegen, alsook elk document dat de bevoegdheid aantoont van de persoon die de offerte heeft ondertekend. De offertes van de geselecteerde inschrijvers zullen worden onderzocht op het vlak van hun regelmatigheid. Onregelmatige offertes zullen worden geweerd. 9.3. Gunningscriteria. Voor de keuze van de meest interessante offerte zal er rekening worden gehouden met een bepaald aantal gunningscriteria, en deze criteria zullen worden gewogen om te komen tot een eindquotering. 9.3.1. Lijst van de gunningscriteria. De punten worden toegekend volgens de volgende criteria en weging: 1) Technische waarde (20 % van het totaal) verdeeld volgens de volgende criteria:
1.1. Maximaal vermogen van de motor (4 %) 1.2. Maximaal motorkoppel op hoogst toerental?(4 %) 1.3. Reservegewicht van het verkeersklare voertuig dat is uitgerust volgens het voorschrift van het bijzonder bestek (4 %) 1.4. Topsnelheid van het gebruiksklare voertuig (4 %) 1.5. Aanwezigheid van achterbrug met keuze tussen minstens twee overbrengingsverhoudingen (4 %). 2) Financiële waarde (50 % van het totaal) verdeeld volgens de volgende crietaria:
2.1. Nettoprijs van het bedrijfsklare en volledig uitgeruste voertuig (25 %) 2.2. Nettoprijs van het onderhoudscontract en reparatie op het chassis van de sanitaire cel (25 %) 10
3) Logistieke waarde (30% van het totaal) verdeeld volgens de volgende criteria:
3.1. Leveringstermijn (10 %) 3.2. Superstructuur naverkoopdienst (10 %)1 3.3. Voorgestelde interventietijd vanaf de oproep op het hele Belgische grondgebied (10%): - werkdagen - weekend, feestagen en verlofperiode van de inschrijver De inschrijver wordt geacht, voor elk van deze criteria, de gegevens te verstrekken die nodig zijn voor de evaluatie. Wat de technische evaluatie betreft moeten alle attesten, afgeleverd door een erkend organisme met betrekking tot de genormeerde vereisten, aan de offerte worden toegevoegd. 9.3.2 Weging van de criteria: Voor elk van de evaluatiecriteria zal het maximum van de punten worden toegekend aan de meest interessante offerte. De punten van de andere offertes worden toegekend aan de hand van de regel van drie. 9.3.3. Eindkwotatie. De punten behaald voor elk criterium worden samengeteld en de offerte die in aanmerking zal worden genomen is de offerte die het meeste punten heeft gekregen op 100. 10.
Borgtocht : Artikels 5 - 6 - 7 - 8 en 9 (K.B. du 26.09.1996)
De borgtocht bedraagt 5 % van het totaal bedrag, excl. BTW, van de opdracht. Het aldus bekomen bedrag wordt afgerond naar het hoger gelegen tiental EURO. Overeenkomstig de wettelijke en reglementaire bepalingen kan de borgtocht hetzij in speciën of publieke fondsen, hetzij onder de vorm van een gezamenlijke borgtochtstelling worden gesteld. De borgtocht kan eveneens worden gesteld via een waarborg toegestaan door een kredietinstelling die voldoet aan de voorschriften van de wet van 22 maart 1993 op het statuut van en het toezicht op de kredietinstellingen of door een verzekeringsonderneming die voldoet aan de voorschriften van de wet van 9 juli 1975 betreffende de controle der verzekeringsondernemingen en die toegelaten is tot tak 15 (borgtocht). De leverancier moet, binnen de dertig kalenderdagen volgend op de dag van de gunning van de opdracht, het bewijs leveren dat hij of een derde de borgtocht op een van de volgende wijzen heeft gesteld: 1° Wanneer de borgtocht in speciën wordt gesteld, door storting van het bedrag op de Postchequerekening van de Deposito- en Consignatiekas of van een openbare instelling die een functie vervult die gelijkaardig is met die van genoemde Kas, hierna genoemd openbare instelling die een gelijkaardige functie vervult;
11
2° Wanneer de borgtocht uit publieke fondsen bestaat, door neerlegging van deze voor rekening van de Deposito- en Consignatiekas in handen van de Rijkskassier op de zetel van de Nationale Bank te Brussel of bij een van haar provinciale agentschappen of van een openbare instelling die een gelijkaardige functie vervult; 3° Wanneer de borgtocht gedekt wordt door een gezamenlijke borgtochtmaatschappij, door neerlegging via een instelling die deze activiteit wettelijk uitoefent, van een akte van solidaire borg bij de Deposito- en Consignatiekas of bij een openbare instelling die een gelijkaardige functie vervult; 4° Wanneer de borgtocht gesteld wordt door middel van een waarborg, door de verbintenisakte van de kredietinstelling of van de verzekeringsonderneming. Dit bewijs wordt geleverd, naargelang van het geval, door overlegging aan de aanbestedende overheid van: 1° Hetzij het ontvangstbewijs van de Deposito- en Consignatiekas of van een openbare instelling die een gelijkaardige functie vervult; 2° Hetzij het debet bericht van de kredietinstelling of van de verzekeringsonderneming; 3° Hetzij het deposito-attest van de Rijkskassier of van een openbare instelling die een gelijkaardige functie vervult; 4° Hetzij de originele akte van solidaire borg, geviseerd door de Deposito- en Consignatiekas of een openbare instelling die een gelijkaardige functie vervult; 5° Hetzij het origineel van de verbintenisakte opgemaakt door de kredietinstelling of de verzekeringsonderneming die een waarborg heeft toegestaan. Deze documenten, ondertekend door de deponent, vermelden waarvoor de borgtocht werd gesteld en de precieze bestemming, bestaande uit de beknopte gegevens betreffende de opdracht en verwijzing naar het bestek, alsmede de naam, voornamen en volledig adres van de dienstverlener en eventueel deze van de derde die voor rekening van de dienstverlener het deposito heeft verricht, met de vermelding “geldschieter” of “gemachtigde”, naargelang het geval. De termijn van dertig kalenderdagen hiervoor vermeld wordt opgeschort tijdens de sluitingsperiode van de onderneming van de leverancier voor de betaalde jaarlijkse vakantiedagen en de inhaalrustdagen die op reglementaire wijze of in een algemeen bindend verklaarde collectieve arbeidsovereenkomst werden bepaald. Het bewijs van borgtochtstelling dient te worden gezonden aan het adres dat zal worden vermeld in de kennisgeving van de gunning van de opdracht. De borgtocht wordt in één keer vrijgegeven na het definitief aanvaarden van de laatste opdracht uitgevoerd op basis van de overeenkomst afgesloten op basis van dit bestek, op uitdrukkelijke vraag van de dienstverlener en op voorwaarde dat de geleverde diensten zijn opgeleverd. Indien de uitvoeringstermijn niet langer is dan dertig kalenderdagen is er geen borgtocht vereist.
12
11.
Opleveringen.
11.1 Termijnen Het voertuig moet in gedeeltelijke voorlopige oplevering worden gesteld.De inschrijvers bepalen zelf in hun offerte(s) de opleveringstermijnen van het voertuig. Deze termijnen worden uitgedrukt in weken. De dienstverlener moet vooraf en schriftelijk de ………………………. verwittigen van de effectieve sluitingsperiode voor jaarlijks verlof van zijn ateliers. 11.2. Gedeeltelijke voorlopige oplevering De dienstverlener dient een schriftelijke aanvraag tot oplevering in met vermelding van de datum vanaf dewelke de oplevering kan gebeuren. Een voorlopige oplevering zal plaatsvinden op verschillende momenten. De voorlopige gedeeltelijke oplevering van het helemaal afgewerkte voertuig zal plaatsvinden bij de leverancier of op een andere nader te bepalen plaats. Vooraf stuurt de dienstverlener aan de dienst van bestemming per post alle inlichtingen en documenten die onontbeerlijk zijn voor de inschrijving, en indien nodig, voor het indienen van een verzekeringsaanvraag. Al deze inlichtingen worden tijdig verzonden, zodat de nummerplaten en de verzekeringsformulieren bij de dienst van bestemming aankomen op het ogenblik dat de oplevering wordt aangevraagd. De dienstverlener zal de definitieve oplevering aanvragen bij aangetekend schrijven, ten laatste 30 kalenderdagen voor het einde van de waarborgperiode. 11.3. Keuringskosten. In principe wordt de oplevering gedaan door twee personeelsleden van…………………….., begeleid door een afgevaardigde van de gebruiker. De keuringskosten, bestaande uit de terbeschikkingstelling van het personeel en de producten door de betrokken dienstverlener, tijdens de periode die is vereist om alle technische kenmerken van de te keuren voertuigen na te gaan, vallen ten laste van de dienstverlener. De reis- en verblijfskosten (enkel voor opleveringen in het buitenland) van de personeelsleden van ………………………………………….belast met de oplevering, en van de afgevaardigde van de gebruiker, vallen eveneens ten laste van de dienstverlener. De praktische organisatie van de oplevering wordt bepaald in overleg met de dienstverlener. 12.
Leveringen
12.1. Plaats van levering Na het akkoord van ………………………………. te hebben gekregen over de gedeeltelijke voorlopige oplevering, wordt het voertuig geleverd of ter beschikking gesteld binnen de twee weken te tellen vanaf de datum van deze aanvaarding. De bestelbon van ……………………………………. vermeldt het leveringsadres.
13
14
12.2 Formaliteiten De verzendnota in 4 exemplaren wordt bijgevoegd op het moment van de levering van het voertuig aan de bestemmeling. De factuur, in drie exemplaren, wordt na volledige uitvoering van de bestelling gestuurd aan de dienst vermeld op de bestelbon onder de rubriek “betalende klant”. De federale overheidsdienst ontvangt vanwege de leverancier een integrale kopie van de factuur , samen met een getekend en gedateerd exemplaar van de verzendnota. De verzendnota vermeldt: - Naam en adres van de geadresseerde dienst. - Het klantnummer van de dienst van bestemming; - Het nummer van de bestelbon van ………………………………….. - de datum van levering; Ze moet ondertekend en gedateerd zijn door de bestemmeling, en voorzien van de stempel van de dienst. 12.3 Actiemiddelen van de administratie Wanneer de dienstverlener de opdracht niet uitvoert volgens de voorwaarden beschreven in dit bestek, wordt hij beschouwd als in gebreke van de uitvoering van de opdracht. In dit geval is de Administratie bij rechte om ambtshalve de maatregelen te nemen die zijn voorzien in artikel 20 van het Algemeen Bestek (bijlage bij K.B. van 26.09.l996): zij kan onder andere het geheel of een deel van de opdracht toevertrouwen aan een andere leverancier, en dit op kosten en op risico van de dienstverlener die in gebreke is.
13.
FACTURERING - BETALING 13.1. Facturering
- De factuur vermeldt, bovenop de inlichtingen vermeld op de verzendnota, de volgende elementen: - De eenheidsprijzen en totalen; - De volgende formules: a) Voor echt en onvergolden verklaard voor de som van …….. € (in letters); b) De verschuldigde som is te storten op het rekeningnummer ................................ geopend op naam van ............................................. c) De handtekening van de leverancier (een stempelafdruk is niet toegelaten). 13.2 Betaling van de leveringen De betaling gebeurt binnen de 50 kalenderdagen vanaf de datum waarop de Administratie in het bezit is van de regelmatig opgestelde factuur, vergezeld van alle vereiste documenten.
15
14. • • • •
BIJLAGEN: Inlichtingenblad Offerteformulier Technische nota Onderhoudscontract
GOEDGEKEURD: …………….(plaats),……………………(datuum) DE MINISTER VAN..................................................
16
BIJLAGE 1 INLICHTINGENBLAD BELANGRIJK : GELIEVE STRIKT DE VOORSCHRIFTEN VAN ARTIKEL 89 (K.B. 08.01.1996) TE VOLGEN : “De inschrijver stelt zijn offerte op en vult de samenvattende opmeting en de inventaris in op het formulier dat eventueel daartoe is voorzien in het bestek. Indien hij deze op andere documenten maakt dan op het voorziene formulier moet de inschrijver op ieder van deze documenten verklaren dat het document conform het bij het bestek behorende model is. De documenten worden door de inschrijver of zijn gemachtigde ondertekend. Doorhalingen, overschrijvingen, aanvullingen of wijzigingen, zowel in de offerte als in de bijlagen, die de essentiële voorwaarden van de opdracht zoals prijzen, termijnen, technische specificaties kunnen beïnvloeden, moeten eveneens door de inschrijver of zijn gemachtigde ondertekend worden.” ZONIET IS DE OFFERTE NIETIG. 1. Aanduidingen op het offerteformulier. (1) • •
•
-Voor een natuurlijke persoon dienen te worden vermeld: naam, voornaam, hoedanigheid of beroep, nationaliteit. -Voor de vennootschappen aanduiden: "De Vennootschap..............., ...............................................,. (firmanaam of benaming, vorm, nationaliteit en zetel) vertegenwoordigd door ondergetekende (naam, voornaam, hoedanigheid)". -Voor de verenigingen zonder rechtspersoonlijkheid aanduiden: "Ondergetekenden........................................... (voor elk van hen : naam, voornamen, hoedanigheid of beroep, nationaliteit en woonplaats, RSZ-inschrijvingsnummer) in tijdelijke vereniging voor de opdracht waarvan hier sprake, verbinden zich solidair op hun roerende en onroerende goederen........................ ..... ......................... ’ ’ .
Bovendien, in de offerte vernoemen, diegene onder hen die ermede belast is de vereniging te vertegenwoordigen tegenover de aanbestedende overheid. (2) Alle bijlagen dragen volgende vermelding : "Om gevoegd te worden bij mijn offerte van ...................... en er integraal deel van uitmakend" (gevolgd door datum en handtekening). • De inschrijvers die geen personeel tewerkstellen dat aan de wetsbepalingen op de sociale zekerheid der werknemers onderworpen is, moeten dit aangeven op een afzonderlijk en behoorlijk ondertekend document. • De buitenlandse inschrijvers voegen een attest toe dat uitgaat van een officieel organisme dat gelijkaardig is aan de RSZ. • Dit attest is niet vereist indien het bedrag van de offerte niet meer bedraagt dan ………….€ exclusief BTW. Indien de offerte slaat op meerdere percelen, dan dient het totale bedrag der percelen in aanmerking te worden genomen.
17
2. Verzending van de offertes Zoals vermeld in het bestek moet de offerte, in vier exemplaren verstuurd worden naar, of afgegeven worden bij ................................................ tegen de vastgestelde dag en uur,en dit onder een eerste gesloten omslag (zonder naam) met de referentie van het bestek, het woord "OFFERTE" en de dag van de opening van de offertes. Een tweede gesloten omslag dient voor de verzending van de eerste en vermeldt de benaming en het adres van .................................................................................... en de melding "OFFERTE".
18
BIJLAGE 2 FIRMA............................................................................. OFFERTE MET BETREKKING TOT DE ALGEMENE OFFERTEOPROEP ……………………………… Ik ondergetekende (1)………………………………………………………………………... ....................................... wonende te ..........................ingeschreven bij de RSZ onder het nr ............., verbind hogergenoemde firma op zijn roerende en onroerende goederen tot de uitvoering conform de clausules en voorwaarden van de algemene offerteoproep nr. …………………. gepubliceerd op ……… van de hieronder nader gedetailleerde levering die het enige perceel van dit document vormt, tegen de forfaitaire prijs/prijzen (exclusief BTW) in letters en in cijfers vermeld in de onderstaande prijslijst. BENAMING : MERK EN TYPE: ................................................................................ CATALOGUSPRIJS EXCLUSIEF BTW VAN HET CABINECHASSIS:……………………€ PRIJS VAN HET ONDERHOUDSCONTRACT EXCLUSIEF BTW : .................……………€ NETTOPRIJS EXCLUSIEF BTW, VAN HET CABINECHASSIS: ….………………………€ NETTOPRIJS EXCLUSIEF BTW VAN HET AFGEWERKTE VOERTUIG……………….€ BTW 21 %: ...................................................................................... € GLOBALE PRIJS INCLUSIEF BTW VAN HET AFGEWERKTE VOERTUIG ………….€ TOTALE PRIJS VAN HET ONDERHOUDSCONTRACT INCLUSIEF BTW ……………€ Termijn voor de gedeeltelijke voorlopige oplevering: ........weken Leveringstermijn na oplevering (maximum 2 weken) : .......... weken
19
Ik voeg bij mijn offerte : Op technisch vlak:
BIJLAGE nr. ……..
a) alle stukken vereist in de technische nota;. b) de technische kenmerken van het voorgetelde voertuig; c) de gedetailleerde beschrijving van de voordelen die het voertuig of sommige van zijn systemen of accessoires vertonen op technisch of praktisch vlak; d) de lijst met de oorspronkelijke bij het voertuig geleverde uitrusting e) kopie van het PVG.
Op administratief vlak
BIJLAGE nr. ……
a) de lijst van de onderaannemers en leveranciers van materiaal. Voor elk van hen, de exacte benaming van het werk of van het materiaal, de naam, het adres en het telefoonnummer; b) de lijst van garages die moeten instaan voor de waarborg en/of het onderhoud van het voertuit en de naverkoopdienst; c) de aard, de draagwijdte van de waarborg en de uitbreiding van deze waarborglooptijd waardoor het voertuig is gedekt (minimum 1 jaar); d) Het RSZ-attest. Dit attest stelt de status inzake sociale zekerheidsbijdragen vast voor de voorlaatste burgerlijke trimester die is verlopen vóór de datum van opening van de offertes voor deze opdracht. Anderzijds geef ik door het indienen van deze offerte, de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid toestemming om rechtstreeks aan de Administratie alle inlichtingen te verstrekken met betrekking tot mijn rekeningstatus inzake bijdragen tegenover deze Rijksdienst; e) het uittreksel uit het Staatsblad met de delegatie van bevoegdheden. f) Een getuigschrift van de directe belastingen. g) B.T.W.-attest h) de laatste goedgekeurde balans. (zie punt 9.1 3.d.) i) het geheel van de documenten die de offerte vormen en die ........ genummerde bladzijden tellen. Deze offerte behelst eveneens de verbintenis om op eenvoudige vraag en binnen de kortst mogelijke termijn, aan de Administratie alle documenten en andere inlichtingen te verstrekken die zij krachtens het bestek zou vereisen. De materialen, goederen, enz... , die uit het buitenland afkomstig zijn en die zullen worden ingezet voor de uitvoering van deze opdracht, maken ten bedrage van............ ............................... € deel uit van de offerte, na aftrek van de douanerechten, overeenkomstig de onderstaande aanwijzingen (enkel wat betreft de landen die geen lidstaat zijn van de Europese Gemeenschap) : l°) benaming van de materialen, goederen 2°) land van herkomst: 3°) bedrag van de douanerechten: In geval van goedkeuring van deze offerte zal de borgtocht onder de voorgeschreven voorwaarden en termijnen worden gesteld, 20
De Administratie zal zich rechtsgeldig kwijten door het bedrag van mijn vorderingen te storten op mijn rekening nr. ……………… bij (financieel organisme) Voor de interpretatie van het contract wordt gekozen voor de tekst in de……. taal van het bestek en het adres voor alle briefwisseling is: .................................... ........ straat, nr. .......... telefoon. …….. Fax ……….. Ik laat de Administratie toe om bij andere organismen of instellingen alle inlichtingen van financiële of morele aard over mij op te vragen. De bijlagen bij mij offerte dragen de volgende vermelding : “om te worden gevoegd bij mijn offerte van ....................en er integraal deel van uitmakend" (gevolgd door datum en handtekening). Gedaan te…………………………….., op……………………………………… DE INSCHRIJVER, Vak bestemd voor de administratie GOEDGEKEURD: …………….(plaats),………………(datuum) DE MINISTER VAN..................................................
21
BIJLAGE 3 Technische nota 1. Algemeenheden 1.1. Referenties Ziekenwagens moeten voldoen aan de eisen van Richtlijn 70/156/EEG. Als de uitrusting van ziekenwagens gebruikt wordt onder normale werkingsvoorwaarden en onderhouden wordt overeenkomstig de voorschriften van de constructeur, mag die geen aanleiding geven tot een gevaar dat redelijkerwijs had kunnen worden voorkomen door risicobeheerprocedures overeenkomstig EN ISO 14971 toe te passen die aangepast zijn aan het beoogde gebruik, onder normale omstandigheden, en bij één enkele storing. Het aangeboden voertuig dient te voldoen aan alle eisen en algemene reglementen voor de bescherming van de arbeid en op de elektrische installaties en van de wegcode die van toepassing zijn op de constructie van dit type voertuig. 1.2 Onderricht aan de gebruiker Het onderricht aan de gebruiker voor wie het materieel bestemd is, maakt integraal deel uit van de opdracht. Dit onderricht, gegeven door een tot de firma behorende bevoegd technicus, omvat theoretische en praktische onderrichtingen opdat het materieel op de juiste manier zou worden gebruikt. Dit onderricht mag zich niet beperken tot technische manipulaties, maar dient te worden uitgebreid tot het dagelijkse onderhoud van het materieel (chassis en bovenbouw). Daartoe wordt aan de aanbestedende overheid een lijst overhandigd die de belangrijkste punten van de uit te voeren controles vermeldt. Ten minste 14 dagen vóór de aanvraag tot gedeeltelijke voorlopige oplevering van het prototype wordt een ontwerp voor een gebruiks- en onderhoudshandleiding in de 3 landstalen (Nederlands / Frans / Duits) ter goedkeuring voorgelegd aan de aanbestedende overheid. Die handleiding zal zodanig opgesteld worden dat de tekst en de eventuele nodige afbeeldingen op dezelfde bladzijde staan. De opleiding zal in 2 fasen gebeuren. Een eerste opleiding van minstens 3 uur zal plaatshebben bij de constructeur van de sanitaire cel (of zijn vertegenwoordiger) en zal worden gegeven aan ten minste 2 en ten hoogste 4 gebruikers per voertuig. Bij die gelegenheid zullen de deelnemers 2 exemplaren van de gebruiks- en onderhoudshandleiding alsook een video van de opleiding in de administratieve ta(a)l(en) van de gebruikers krijgen. Een tweede opleiding van minstens 4 uur zal ten vroegste 14 dagen en ten laatste een maand na de indienststelling van het materieel plaatshebben bij de constructeur van de sanitaire cel (of zijn vertegenwoordiger). De datum voor deze opleiding zal worden vastgelegd na gemeenschappelijk overleg tussen de gebruiker en de opdrachtnemer. 22
De inschrijvers hebben er dus alle belang bij om bij hun offerte een zo volledig mogelijk beschrijvend en verklarend document te voegen van het aangeboden voertuig of ten minste van de essentiële onderdelen, de uitrusting en bijzondere toebehoren waarmee het uitgerust zal zijn. De inschrijvers mogen verbeteringen voorstellen die zij nuttig of nodig achten voor het goede gebruik, de instandhouding of het eventuele herstel van het voertuig alsook voor het onderhoudsgemak. 1.3.Garantie 1.3.1. Buitencontractuele waarborg Buiten de contractuele waarborg van 2 jaar op het geheel van de levering preciseert de inschrijver in zijn offerte de toegestane bijzondere waarborgen, bijvoorbeeld voor de elektrische installatie, de corrosiebescherming enz. 1.3.2. Contractuele waarborg Op ieder verzoek van de gebruiker en dit tijdens de door de contractuele waarborg gedekte periode moeten de herstellingen, het afstellen en het eerste onderhoud van het voertuig door de aannemer (volgens de normen voorgeschreven in het boekje voor onderhoud en herstelling) kosteloos geschieden voor wat de stukken en het arbeidsloon betreft met uitzondering van de verbruiksproducten zoals oliën, vetten, dichtingen of elementen van lucht- en oliefilters. Die verbruiksproducten en de frequentie van de vervanging ervan zijn aangeduid in de handleidingen die op het ogenblik van de levering van het materieel aan de gebruiker ter hand worden gesteld. Hetzelfde geldt voor het « eerste onderhoud » waarvan sprake is onder punt 1.3.3. Een verlenging van de contractuele waarborg kan in de offerte worden voorgesteld, de duur ervan dient te worden gepreciseerd. Een verlenging van de contractuele waarborg kan ook in optie worden voorgesteld. 1.3.3. Inspectie en onderhoud De herstellingen zullen binnen de contractuele waarborgperiode als volgt uitgevoerd worden:. Binnen de 24 uur na oproep door de gebruiker zal de opdrachtnemer zich ter plaatse vergewissen van de panne en ze ter plaatse herstellen. Indien de herstelling ter plaatse niet mogelijk is, zal deze binnen de kortst mogelijke tijd uitgevoerd worden op de plaats aangeduid door de opdrachtnemer. De verplaatsingskosten zijn ten laste van de opdrachtnemer. De opdrachtnemer maakt aan de opdrachtgever een driemaandelijks verslag van de tussenkomsten binnen waarborgperiode over. 1.4. Inschrijving en technische controle De volledige procedure en kosten van inschrijving en technische controle met uitzondering van de verzekeringskosten dienen in de offerte vermeld te worden. De inschrijver verbindt er zich toe het voertuig ter gedeeltelijke voorlopige oplevering aan te bieden binnen een periode die de 30 kalenderdagen na ontvangst van het inschrijvingsformulier niet mag overschrijden.
23
1.5. Conformiteit De leverancier of de opdrachtnemer dient bij de levering de volgende gelijkvormigheidsattesten af te leveren: Een attest waaruit blijkt dat rekening gehouden is met de norm NBN EN 1789 + A1 Medische voertuigen en hun uitrusting – Ambulances voor een voertuig van het type C. 2. Chassis 2.1. Globale maximale afmetingen De globale maximale afmetingen moeten in overeenstemming zijn met: • lengte: de gewijzigde richtlijn 92/21/EEG; • hoogte: 2800 mm (gemeten wanneer het voertuig leeg is, zonder rekening te houden met de flexibele antennes); • breedte: de gewijzigde richtlijn 92/21/EEG. 2.2. Wielkasten De carrosserieconstructeurs moeten rekening houden met de minimale wielkasten zoals die opgegeven zijn door de chassisconstructeur. 2.3. Vermogen 2.3.1. Optrekken-motoriseren De ziekenwagen met maximaal laadvermogen moet in staat zijn om van 0 km/u in hoogstens 35 seconden op te trekken tot 80 km/u. Het gaat om een dieselmotor met een motorvermogen van ten minste 120 kW (161 pk). In optie moet een benzinemotor van minimum 120 kW (161 pk) aangeboden worden. Andere soorten motoren mogen worden voorgesteld. Een systeem van voorverwarming van de motor dient voorzien te worden (te beschrijven in de offerte). De inschrijver zal in zijn offerte de vermogen/koppelcurve alsook de vermogen/snelheidscurve van de motor vermelden. De inhoud van de brandstoftank moet een autonomie van 500 km van het voertuig verzekeren. Een verbruikstest zal worden uitgevoerd bij de oplevering. Het voertuig dient rekening te houden met de zogenaamde EURO-6-norm tegen vervuiling. Het afkoelingssysteem van de motor van het voertuig is zodanig opgevat dat bij een omgevingsluchttemperatuur van 30°C en bij stationair gebruik van de motor op minstens 30% van zijn maximaal regime, een werkingsduur van meer dan 1 uur mogelijk is. 2.3.2. Remmen Het voertuig dient oorspronkelijk uitgerust te zijn met een antiblokkeersysteem op de remmen, een antislipsysteem en een systeem voor tractiecontrole. De hoofdrem bediend door de voet werkt op alle wielen. De remmen moeten krachtig genoeg zijn om aan alle zware belastingen ingevolge snel rijden te weerstaan. Vooraan dient het voertuig 24
verplicht met schijfremmen te zijn uitgerust. Het schema van het remcircuit moet bij de offerte gevoegd worden. Verder is er een mechanische handrem die beide achterwielen afremt. 2.3.3 Veiligheidssysteem Het voertuig moet uitgerust zijn met een systeem voor stabiliteitscontrole en een passief veiligheidssysteem. Het veiligheidssysteem dient in de offerte beschreven te worden. Een elektronische verdeling van remkracht en motorkracht zijn bijvoorbeeld systemen om de stabiliteit te controleren. Een luchtkussen, een verstelbare stuurkolom en een energieabsorberende structuur zijn passieve veiligheidssystemen. Airbags voor bestuurder en de bijrijder zijn verplicht. 2.3.4. Versnellingsbak Het voertuig wordt aangeboden met een automatische sequentiële versnellingsbak. 2.3.5. Wielen en banden De banden zijn vierseizoensbanden van het radiaal-type en moeten bijdragen tot een goede wegligging en tot de van het voertuig vereiste prestaties. De bandendruk moet op de wielkasten aangegeven zijn. Alle wielkasten zijn uitgerust met spatborden. Andere dispositieven bestemd voor het rijden op sneeuw of ijzel mogen eveneens in optie voorgesteld worden (bijvoorbeeld automatische sneeuwkettingen). 2.3.6. Ophanging Het voertuig is uitgerust met een comfortvering. In optie kan een luchtvering aangeboden worden. De technische kenmerken van die luchtvering zijn: - een onafhankelijke aansturing van de luchtbalgen links en rechts, zodat bij een ongelijkmatig verdeelde belading het voertuig in balans blijft en de stabiliteit van het voertuig verbetert. - De remregeling op de achteras wordt aangepast waardoor een perfecte remwerking bij elke willekeurige belading behouden blijft. - Het voertuig heeft tevens een voorasaanpassing om de wegligging van het voertuig te verbeteren (aanpassing te beschrijven in de offerte). - Er moet geen speciaal onderhoud uitgevoerd worden. - Het systeem moet uitgerust zijn met een luchtdroger (om bevriezing in de winter te voorkomen). In geval van een luchtvering die niet origineel is, dient de voertuigconstructeur per voertuig een attest te leveren waaruit blijkt dat de montage de goedkeuring draagt van de constructeur. Een volledige beschrijving van de comfortvering en/of de onafhankelijke luchtvering dient bij de offerte gevoegd te worden, alsook een attest van een onafhankelijk organisme dat de gevraagde technische kenmerken bevestigd.
25
2.3.7. Slepen – depannage Het voertuig is zowel vooraan als achteraan voorzien van één of twee schakels die voldoende sterk zijn om het slepen van het volledig geladen voertuig toe te laten of om in noodgeval een ander voertuig weg te slepen. Bijzondere aandacht zal worden geschonken aan de bereikbaarheid van deze schakels. 2.4. Elektrische vereisten De elektrische installatie moet in overeenstemming zijn met de hoofdstukken van CEI 60364-7708 die van toepassing zijn op ziekenwagens. 2.4.1. Elektromagnetische compatibiliteit (EMC) Teneinde alle risico’s voor de werking van de volledige ziekenwagen en van al het materiaal dat op of in het voertuig gebruikt wordt, die voortkomen uit de effecten van de elektromagnetische invloed veroorzaakt door het voertuig of het materiaal ervan, te beperken, moet elk element voldoen aan de passende regelgeving(en) inzake elektromagnetische compatibiliteit. Het volledige gebruiksklare voertuig moet onderdelen, materiaal of subsystemen bevatten waarvan bevestigd is dat ze in overeenstemming zijn met de reglementeringen inzake elektromagnetische compatibiliteit van de desbetreffende industriële sector. Bovendien moeten EN 60601-1 en EN 60601-2 van toepassing zijn op het systeem voor de voeding van het medisch materiaal. 2.4.2. Elektrisch/elektronisch systeem en onderdelen Het elektrisch/elektronisch systeem, de onderdelen, de subsystemen en al het permanent bevestigd materiaal moeten gemarkeerd zijn met de letter «e» overeenkomstig de gewijzigde richtlijn 72/245/CEE 2.4.3. Batterij en alternator De stuurhut zal aan de zijde van de bestuurder voorzien zijn van een batterijlader 10 A (type druppellader) voor het opladen van 2 gelbatterijen (opgelet voor de verluchting van deze twee batterijen). Eén batterij zorgt voor de voeding van de levensnoodzakelijke stroomkringen (tractiebatterij), de andere voor de voeding van de bijkomende uitrustingen. Ze moeten voldoen aan de volgende normen: type half tractie en onderhoudsvrij en minstens 900 A en 145 minuten BCI hebben. De batterijen moeten zo geplaatst zijn dat nazicht en onderhoud kunnen gebeuren zonder dat ze moeten worden losgemaakt van hun verbinding. De batterij en alle daarmee samenhangende aansluitingen moeten zo gemaakt zijn dat elke mogelijkheid op kortsluiting door onachtzaamheid voorkomen wordt. Het elektrisch systeem moet in staat zijn een voorraad elektrische energie beschikbaar te houden om de motor opnieuw te starten. De kenmerken van de startbatterijen en de alternatoren moeten voldoen aan de vereisten van de norm NBN EN 1789+A1.
26
2.4.4. Elektrische uitrusting De elektrische bedieningsknoppen van de verlichtingsdispositieven en van de ventilatie van de sanitaire cel, alsmede een van de oproepknoppen voor de bestuurder en alle andere vaste apparatuur worden gegroepeerd. Twee oproepknoppen voor de bestuurder bevinden zich vooraan en achteraan in de sanitaire cel. De overeenstemmende smeltzekeringsdoos wordt geïnstalleerd op een plaats in de stuurcabine die gemakkelijk bereikbaar is. Alle elektrische componenten, met inbegrip van deze voor telecommunicatie, moeten werken zonder elkaar wederzijds te storen. Alle elektrische stroomkringen worden beschermd door smeltzekeringen van het juiste kaliber die gemakkelijk bereikbaar zijn. De smeltzekeringen en de magnetothermische beveiligingen die met de oorspronkelijke uitrusting van het voertuig overeenkomen, worden op één zekeringspaneel gegroepeerd. Een tweede paneel groepeert de bescherming van de speciale uitrusting van de sanitaire cel. Een volledig schema van de elektrische stroomkringen wordt bij de offerte gevoegd en wordt tevens hernomen in de gebruiks- en onderhoudshandleiding. In het zekeringspaneel van de sanitaire cel zal de identificatie van alle smeltzekeringen en alle magnetothermische beveiligingen duidelijk aangebracht worden. Er moet een externe meerpolige stekker ingebouwd zijn voor het activeren en/of doen werken van bijvoorbeeld: • een batterij(en)lader; • medische apparatuur indien die geïnstalleerd is; • een verwarmingstoestel van de sanitaire cel indien de uitrusting geïnstalleerd is; • een afzonderlijke voorverwarmer van de motor indien de uitrusting geïnstalleerd is. De stekker voor 220/240 V moet een mannelijke stekker zijn en mag niet interfereren met de elektrische en mechanische veiligheid. Die moet vlak naast de deur van de bestuurder geplaatst worden. Het voertuig mag niet gestart kunnen worden zolang het aangesloten is op een externe energievoorziening van 220/240 V behalve wanneer een automatische mechanische uitschakeling voorzien is. Indien er geen automatische mechanische uitschakeling is, moet de stekker zich aan de kant van de bestuurder bevinden. Een automatische mechanische uitschakeling moet in optie aangeboden worden. Het 220/240 V circuit moet beveiligd zijn met een aardleksysteem met beveiligingsschakelaar vanaf 30 mA, of met de installatie van een aparte transformator. Indien het aardleksysteem met beveiligingsschakelaar de enige beveiliging is, moet er in de buurt van de stekker een etiket aanwezig zijn waarop het volgende staat: Opgepast! ENKEL AANSLUITEN OP EEN TOEGESTAAN STOPCONTACT». De sanitaire cel moet minimum 8 stopcontacten bevatten: Vier van het type 12 volt;. Vier van het type 220/240 volt. De 12 volt en 220/240 volt stopcontacten worden systematisch naast elkaar geplaatst. Die stopcontacten moeten permanent gevoed worden. De definitieve locatie van deze stopcontacten wordt vastgelegd met de opdrachtgever. De stroomkringen in de ziekenwagen moeten gescheiden zijn van de oorspronkelijke stroomkring van het voertuig, en het koetswerk of het chassis mogen niet als aarding dienen voor bijkomende stroomkringen.
27
Alle bijkomende stroomkringen moeten afzonderlijk beschermd worden tegen overspanningen. Alle stroomkringen moeten duidelijk aangeduid zijn en de kabels moeten ter hoogte van de aansluitingen en minstens om de meter duidelijk gemarkeerd zijn. Het systeem moet voldoende stroomkringen hebben en zodanig gebouwd zijn dat men bij een panne van de stroomkring de voeding van de verlichting of van het medisch technisch materiaal kan omschakelen op een andere voedingsbron. De kabelbundel en in voorkomend geval de slangen moeten bestand zijn tegen trillingen. Er mag geen snoer aan de binnenzijde bevestigd zijn of door het compartiment lopen dat voorzien is voor de voorraad medische gassen. De bundel mag niet overbelast worden ten aanzien van de specificaties van de fabrikant van elektrische kabels. De stopcontacten van toestellen die onder verschillende spanningen werken, mogen niet onderling verwisselbaar zijn. In verplichte optie moet een programmeerbaar beheerssysteem van de elektrische installatie aangeboden worden. Dit systeem moet in staat zijn de volgende niet-beperkende lijst functies te vervullen: - Permanente bewaking van de elektrische installatie; - Actieve beveiliging van de stroomkringen met automatische herwapening van de zekeringen; - Bewaking van de veiligheden (startveiligheid, geopende deuren, ...); - Optimalisatie van het verbruik en energiebeheer (verhoogd leeglooptoerental tot maximum 1500 tr/min., (ont)koppeling van de tweede batterij); - Beheer van het gecombineerde ventilatie-, verwarming-airconditioning-systeem; - Taalkeuze. Een gedetailleerde beschrijving van dit systeem met de mogelijke functies moet bij de offerte worden gevoegd. Een volledig schema van de elektrische verbindingen moet bij de offerte worden gevoegd en moet zich tevens in de gebruiks- en onderhoudshandleiding bevinden. 2.4.5. Verlichting Twee mistlampen, witte kleur, voor aan het voertuig. Minstens een achteruitrijlicht voorzien van een lamp van minimum 35 W. Bovendien dient een akoestisch signaal te werken op het ogenblik dat het voertuig in achteruit geschakeld wordt. In de stuurcabine is een afneembaar en verstelbaar zoeklicht met grote lichtsterkte gebouwd op een steun op het dashboard langs de kant van de begeleider. De aansluiting gebeurt door middel van een soepele kabel in spiraal, gevoed met een spanning van 12 V. Boven de achterdeuren links en rechts worden twee schijnwerpers geplaatst die samen met het achteruitrijlicht werken en bij het openen van de achterdeuren. In elke zijwand worden 2 werklichten ingebouwd die een maximale lichtsterkte geven tot op 3 m van de zijkant van het voertuig (lichtsterkte in lux op te geven gemeten op de grond). Deze verlichting moet automatisch aangaan wanneer de portieren van de sanitaire cabine worden geopend. Per zijwand is één aan-uitschakelaar voorzien, die wordt geplaatst in de stuurcabine. In optie moet een oplaadbare schijnwerper van het type Tek-lite met plaatsing in de sanitaire cel voorzien worden.
28
2.4.6. Zwaailichten De zwaailichten moeten in overeenstemming zijn met de norm R65 klasse II en moeten allemaal van het type LED zijn. De flits- en/of zwaailichten (minstens gelijk aan 7,5 joule) zullen door de inschrijver aangeboden worden zodanig dat het voertuig bij interventie uit alle richtingen vanaf voldoende grote afstand duidelijk zichtbaar is. De bediening van die lichten moet geprogrammeerd kunnen worden. De bedieningsknoppen voor de klankhoorn en de knipperlichten van de twee lichtbalken zijn ingebouwd in het dashboard, binnen handbereik van bestuurder en begeleider. Dit houdt in: -
2 blauwe lichten geplaatst in een lichtbalk vooraan op het dak; 2 blauwe lichten geïntegreerd in de spiegels; 2 blauwe lichten geïntegreerd in de radiatorrooster vooraan het voertuig met (volgend) hoogte-interval; Die moeten los van de werking van de andere blauwe lichten uitgeschakeld kunnen worden. 1 blauw flitslicht aan elke zijkant van het voertuig; 2 blauwe flitslichten achteraan het voertuig een programmeerbare directionele lichtbalk met min. 6 oranje flitslampen op het dashboard kan de richting van de verkeerspijl aangegeven worden. Deze lichten automatisch op wanneer de blauwe lichten functioneren en de handrem is opgetrokken. Aan de halte, wanneer de blauwe lichten zijn aangezet en de handrem is opgetrokken, moet de lichtbalk automatisch oplichten.
Optioneel: een lichtbalk kan worden voorgesteld. 2.4.7. Klankhoorn Een speciale klankhoorn (kenmerken op te geven in de offerte) van minimum 105 db wordt voorzien (gemeten op 10m afstand, aan de voorkant van de wagen). De klankhoorn mag in geen geval de 120db overschrijden. Een dag/nacht mogelijkheid moet beschikbaar zijn. De tweeklankhoorn moet bedienbaar zijn aan het stuur, zodanig dat bij één maal drukken er een cyclus gehoord wordt, bij tweemaal drukken blijft de tweeklankhoorn werken en bij een derde maal drukken wordt de tweeklankhoorn afgezet. Speciale aandacht dient besteed te worden aan de akoestische isolatie ten overstaan van de binnenzijde van het voertuig; het geluidsniveau mag niet meer dan 80 db zijn als de speciale klankhoorn ingeschakeld is, en dit bij een snelheid tussen 0 en 120 km/u. Een omschrijving van de sirene en de wijze van isolatie dient bij de offerte gevoegd te worden, alsmede het geluidsniveau in decibel binnen in het voertuig. De twee frequenties van de tweeklankhoorn met hun respectievelijke tijden dienen in de offerte opgegeven te worden. 2.5. Koetswerk Het chassis wordt bekrachtigd door een genummerd proces-verbaal van goedkeuring, afgeleverd door de Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer of door de bevoegde Europese instantie. Dit P.V.G. wordt bij de offerte gevoegd. 29
Indien een aanvraag tot wijziging of vervanging van het bestaande P.V.G. ingediend is bij de bevoegde instanties, wordt een afschrift van deze aanvraag bij de offerte gevoegd. De inschrijvers dienen een offerte in voor een voertuig van het type 4 x 2. De inschrijvers zijn vrij in facultatieve optie een voertuig van het type 4 x 4 voor te stellen. In zoverre de offerte aanvaard wordt, zijn de begunstigden dus vrij al dan niet hun keuze te bepalen op het ogenblik van de bestelling. Het voertuig moet kunnen worden bestuurd door een chauffeur die in het bezit is van een rijbewijs B. Het voorgestelde voertuig moet van het commerciële type zijn (opbouw af fabriek) en moet voldoen aan het ministerieel besluit van 6 juli 1998 houdende vaststelling van de uiterlijke kenmerken van de voertuigen die ingezet worden in de dringende geneeskundige hulpverlening. Het voertuig is standaard uitgerust met dodehoekspiegels. Het onderstel is oorspronkelijk bedekt met een laag antiroestverf. Nochtans zal de inschrijver erover waken dat op het ogenblik van de levering de eventuele bij de constructie opgelopen beschadigingen zorgvuldig worden hersteld en dat de gewijzigde of toegevoegde stukken dezelfde bescherming hebben als de oorspronkelijke stukken. De anticorrosiewaarborg bedraagt minstens 12 jaar. Geen enkele nabehandeling is toegelaten. Het voertuig zal aangeboden worden in de gele kleur RAL 1016 met de door de dienst gevraagde genormaliseerde markeringen zoals bepaald in het ministerieel besluit van 6 juli 1998 houdende vaststelling van de uiterlijke kenmerken van de voertuigen die ingezet worden in de dringende geneeskundige hulpverlening (kleurenstaal bij offerte te voegen met certificaat afgeleverd door een erkend keuringsorganisme). Alle deuren moeten aan de binnenzijde op alle vlakken die zichtbaar worden bij het openen van de deur, voorzien worden van reflecterende stippen in de kleur van de binnenschildering. 2.5.1. Brandveiligheid De verbrandingssnelheid van alle materialen binnenin moet lager zijn dan 100 mm/min wanneer die getest zijn overeenkomstig ISO 3795. 2.5.2. Configuratie van de stoel van de bestuurder Voor alle types ziekenwagens mag de ergonomische ruimte die voorzien is voor de bestuurder en voor de afstelling van de stoel zoals die is goedgekeurd door de fabrikant van de basisvoertuigen, niet worden verkleind. 2.5.3. Aantal plaatsen Het minimumaantal plaatsen moet in overeenstemming zijn met de norm NBN EN 1789+A1. Het voertuig moet kunnen functioneren in de huidige keten van dringende medische hulpverlening. Daartoe moet de ambulance operationeel inzetbaar zijn voor het gelijktijdig en veilig transport van: 1 liggende persoon, minimaal 3 zittende personen in de sanitaire cel en 2 personen in de stuurcabine (in totaal 6 personen, bestuurder inbegrepen). Het voertuig moet op het ogenblik van het indienen van de offerte beantwoorden aan de Europese en Belgische regelgeving ter zake. 2.5.4. Scheidingswand Een volle wand moet de stuurcabine scheiden van de sanitaire cel. 30
De wand moet voorzien zijn van één of twee ramen met een minimale afstand van 100 mm, die vervaardigd zijn in een materiaal overeenkomstig hetgeen voorgeschreven is in de gewijzigde Richtlijn 92/22/EEG. Die ramen moeten rechtstreeks visueel contact met de bestuurder mogelijk maken. Elk raam moet een openingsoppervlakte van hoogstens 0,12 m² hebben. Die ramen mogen niet toevallig opengaan en moeten voorzien zijn van een verstelbaar ondoorschijnend gordijn of elk ander middel dat kan voorkomen dat de bestuurder gehinderd wordt door de verlichting van de sanitaire cel. 2.5.5. Openingen (deuren, ramen, nooduitgangen) De sanitaire cel moet minstens twee openingen bevatten: één achteraan (deur/achterklep) en één aan de rechter zijkant (deur/raam).Deze laatste moet van het glijdende type zijn. Alle openingen moeten hermetisch afgesloten kunnen worden om waterinsijpeling te voorkomen. Alle openingen moeten in overeenstemming zijn met de minimale afmetingen die vermeld zijn in de norm NBN EN 1789+A1. 2.5.6. Deuren Elke buitendeur van de sanitaire cel moet uitgerust zijn met een veiligheidssysteem dat het mogelijk maakt om: a) de deur van binnenuit zonder sleutel te openen en te sluiten; b) de deur van buiten met sleutel te openen en te sluiten; c) de deur van buiten met behulp van een sleutel te ontgrendelen, indien de deur van binnenuit gesloten is. De deuren van de sanitaire cel moeten in open stand gehouden kunnen worden. De achterportieren moeten kunnen worden geopend en geblokkeerd in een hoek van 270 graden. Een geluidssignaal en/of een visueel signaal moet de bestuurder verwittigen als er een deur slecht gesloten is terwijl het voertuig in beweging is. 2.5.7. Ramen In de sanitaire cel dienen minimaal twee buitenramen voorzien te worden. Ze moeten zich aan beide zijden bevinden of één aan de zijkant en één aan de achterkant. De ramen moeten zo geplaatst of afgeschermd zijn dat ze zo nodig de privacy van de patiënt kunnen garanderen. De ramen moeten vervaardigd zijn uit een materiaal overeenkomstig de vereisten van de gewijzigde Richtlijn 92/22/EEG. 2.5.8 Laadzone De afmetingen van de laadzone moeten in overeenstemming zijn met de norm NBN EN 1789+A1. In optie : Indien een platform of een laadlift geïnstalleerd is tussen de grond en de vloer van het voertuig, moet die bekleed zijn met een antisliplaag en in staat zijn een constante last van 350 kg te dragen. Bij een eventuele stroompanne moet het laadsysteem handmatig bediend kunnen worden. 31
2.5.9. Zijdelingse kast, hefmateriaal Een zijdelingse kast met schuifdeur wordt geplaatst aan de linkerkant van het voertuig. Een oordeelkundig gekozen bergruimte dient te worden voorzien voor het plaatsen van: -
1 koevoet groot model (te leveren) 1 koffer met een spreider Holmatro model HDO100 met toebehorende pomp. 2 draagbare blauwe knipperlichten 4 oranje verkeerskegels van 40 cm (te leveren) 1 grote opvouwbare gevarendriehoek met blauwe knipperlichten (te leveren) 1 brandblusser P12 1 lepelberrie “Scoop” type FW010-7957 EXL en riemen (te leveren) 1 plooistoel type FW 071-40G op de rechterachterdeur (te leveren) 1 evacuatiestoel “trappen”(te leveren) 1 transportplank pomp (te leveren) 2 zuurstofflessen van 10 liter (B10) 2 reserveflessen van 2 liter (B2) 1 koord van 30 meter 1 kniptang groot model (te leveren). een spinal board een vacuümschelpmatras; een set vacuümspalken;
Een opening wordt voorzien tussen die kast en de sanitaire cabine teneinde toegang te hebben tot de drukmeters van de zuurstofflessen van tien liter. Het inrichten van die kast en het schikken van het materiaal gebeurt in samenwerking met de aanbestedende overheid. In optie: voor de zuurstofflessen kan een andere plaats voorzien worden. 2.6. Stuurcabine De stuurcabine bevat een regelbare stoel voor de bestuurder en een stoel voor de begeleider met regelbare hoofdsteunen. De twee stoelen zijn uitgerust met veiligheidsgordels, overeenkomstig de Europese normen, met drie punten en automatische oproller. De stoelbekleding dient afwasbaar te zijn en haar mechanische sterkte dient minstens gedurende 6 jaar gewaarborgd te zijn. Tussen de stoelen moet een opbergruimte voor kaarten en documenten voorzien worden. Er moeten bevestigingen voorzien worden voor beschermingshelmen. Bijzondere aandacht wordt gevraagd voor de bescherming tegen corrosie, insonorisatie, onderhoudsgemak en comfort (te beschrijven in de offerte). Voor zover de cabine het toelaat, dient een afgesloten bergingsplaats voorzien te worden achter de stoelen (te beschrijven in de offerte) (gevarendriehoek, gereedschapstas, kabel). Het stuurwiel bevindt zich links in het voertuig. De draaicirkel tussen muren dient in de offerte te worden opgegeven. De stuurinrichting moet bekrachtigd zijn. De buitenspiegels zijn elektrisch bediend en verwarmd.
32
Het dashboard omvat minstens: • een veiligheidsslot voor het contact; • een controlelamp voor het contact; • een ladingsindicator en één of twee voltmeters met gegradueerde schaalverdeling voor de controle van de 12V-stroomkringen; • een brandstofpeilaanduider; • een verwittigingslamp voor de watertemperatuur en/of een thermometer voor de meting ervan; • een verklikkerlamp voor de oliedruk van de motor; • een verklikkerlamp van de parkeerrem; • een snelheidsmeter van het voertuig in km/u; • een elektronische toerenteller; • een kilometerteller en een dagteller; • een verklikkerlamp voor de richtingaanwijzers; • de nodige schakelaars voor de klankhoorn, de lichten en de richtingaanwijzers; • richtingaanwijzers; • een verklikkerlamp voor de werking van de standlichten; • een verklikkerlamp voor de grote lichten; • een schakelaar met verklikkerlamp voor de bediening van de achterste mistlampen; • de bediening van de ruitenwissers en de ruitensproeiers; • een op een flexibele metalen arm gemonteerde leeslamp of andere richtbare leeslamp, gebruikt voor het kaartlezen en geplaatst aan de kant van de begeleider; • een stopcontact 12V van het type sigarenaansteker; • de bedieningsknoppen van de blauwe flitslichten, de blauwe flikkerlichten, de tweeklankhoorn en de binnenverlichting van de cabine; • een urenteller; • verklikkerlampen voor antiblokkeersysteem (en eventueel antislipregeling); • een elektronisch uurwerk; • een verklikkerlamp voor de zijdelingse werklampen; • een verklikkerlamp voor openstaande deuren van de sanitaire cel. Men voorziet eveneens iedere verklikker die noodzakelijk wordt geacht door de inschrijver. Het geheel van de toestellen van het dashboard wordt rationeel opgesteld om de bediening en de controle ervan door de bestuurder te vergemakkelijken. Een toegangsluik op een gemakkelijk te bereiken plaats moet voorzien worden in de binnenbekleding van het dak om de toegang tot de aansluitingen van de flitslichten en van de antenne van de mobiele post te vergemakkelijken. Een haak voor de ophanging van de beschermkledij moet voorzien worden in de nabijheid van iedere stoel. Het voertuig is uitgerust met een centrale deurvergrendeling met afstandsbediening. In alle omstandigheden (ook bij draaiende motor en falen van afstandsbediening) moet het mogelijk zijn alle deuren te sluiten en te openen. Het voertuig is uitgerust met twee verwarmde achteruitkijkspiegels. In de stuurcabine is een waterdichte oplaadbare zaklamp (type Mag-Lite) voorzien. Een veiligheidssysteem met startonderbreker bij draaiende motor met deuren die op slot zijn, moet worden geïnstalleerd. Deze moet beschreven worden in de offerte. 2.6.1. Radiocommunicatieverbinding In de stuurcabine wordt er een plaats voorzien voor een TETRA A.S.T.R.I.D.-radio en een voedingsstekker 12 Volt. De leverancier van het radiomaterieel zal worden bepaald door de inschrijver. 33
De modaliteiten (werkwijze en termijnen) voor het plaatsen van de bedrading, van de antenne en van de mobiele zender-ontvanger (uit te voeren in overleg met de leverancier van het radiomaterieel) zullen in de offerte beschreven worden door de leverancier van het radiomaterieel. Het voertuig mag slechts geleverd worden na montage van de radio-installatie. Er moet plaats voorzien worden voor twee carkitsystemen. Een toegang wordt voorzien aan de voet van de antennes. 2.7. Sanitaire cel De sanitaire cel moet zo ontworpen en gebouwd zijn dat ze geschikt is voor de medische voorzieningen die opgesomd zijn in de tabellen 9 tot 19 van de norm NBN EN 1789+A1. Het plafond, de zijwanden binnenin en de deuren van de sanitaire cel moeten worden bekleed met een waterafstotend materiaal dat bestand is tegen ontsmettingsmiddelen. De randen van die oppervlakken moeten zo ontworpen en/of geïsoleerd zijn dat geen enkele vloeistof kan binnendringen. Voor de vloer moeten één of meerdere draineerslangen met dop voorzien worden voor als de vloeistoffen niet vanzelf afgevoerd kunnen worden. De vrije randen die bij een normaal gebruik in contact kunnen komen met handen, benen, hoofd, … van de inzittende moeten een kromtestraal van minstens 2,5 mm hebben, met uitzondering van delen die minder dan 3,2 mm uitsteken ten opzichte van de wand. In dat geval is het niet nodig om een kromtestraal van 2,5 mm te voorzien op voorwaarde dat de hoogte van het uitspringende deel niet groter is dan de helft van de breedte ervan en dat de randen ervan afgestompt zijn. Alle installaties van de sanitaire cel boven de 700 mm mogen geen uitspringende delen hebben en moeten voorzien zijn van afgeronde randen. Een vrij uitstekend deel wordt gedefinieerd als een uitstekend deel in een stevig materiaal met een kromtestraal kleiner dan 2,5 mm. De uitstekende delen die in contact mogen komen met het onder 5.4 beschreven instrument moeten een kromtestraal van minstens 2,5 mm hebben of mogen niet gemaakt zijn uit een stevig materiaal. Het medisch materiaal en het fixatiemateriaal zijn daarvan uitgesloten (bijvoorbeeld draagberries, platformen, slijmzuiger, …). De laden moeten uitgerust zijn met een systeem dat toevallig openschuiven voorkomt, en in geval van kasten met deuren die naar boven opengaan, moeten die voorzien zijn van een systeem dat ze open houdt. De ziekenwagens moeten uitgerust zijn met een geneesmiddelencompartiment met veiligheidsslot. De vloerbekleding moet zo gekozen zijn dat ze het personeel voldoende beschermt tegen uitglijden, zelfs wanneer de vloer nat is. Deze bekleding zou sterk en gemakkelijk in onderhoud moeten zijn. De ziekenwagens moeten uitgerust zijn met boven de brancard vastgemaakte handvaten die longitudinaal geplaatst zijn. Er worden handgrepen voorzien ter hoogte van de toegangen tot de sanitaire cabine teneinde de toegang ertoe te vergemakkelijken. Indien de sanitaire cel uitgerust moet zijn met een niet-opvouwbare stoelbrancard zoals bepaald is in EN 1865, moet een ruimte voorzien worden van minstens 600 mm breed gemeten ter hoogte van de ellebogen, en de hoogte tussen de bovenkant en de zitting van de stoel moet minstens 920 mm bedragen. Het materiaal voor het onderhoud van het voertuig (bijvoorbeeld het reservewiel, indien dat voorzien is, en het gereedschap) mag niet toegankelijk zijn vanuit de sanitaire cel.
34
2.7.1. Afmetingen van de sanitaire cel De afmetingen van de sanitaire cel moeten overeenstemmen met hetgeen bepaald is in de norm 1789+A1 voor een ziekenwagen van het type C. 2.7.2. Stoel voor patiënt en begeleider Het minimumaantal stoelen voor patiënt en begeleider moet overeenstemmen met hetgeen bepaald is in de norm 1789+A1 voor een ziekenwagen van het type C. De stoelen moeten de minimale afmetingen in acht nemen overeenkomstig hetgeen bepaald is in de norm 1789+A1 voor een ziekenwagen van het type C. Hoofdsteunen moeten worden geïnstalleerd overeenkomstig richtlijn 78/932/EEG. De minimale afmetingen van de rugleuningen moeten 300 mm × 100 mm zijn, met een bekleding van minstens 20 mm dik. De stoelen voor patiënten en begeleiders moeten kunnen draaien en verstelbaar zijn in de rijrichting, met uitzondering van het klapbankje, dat zich tegen de rijrichting in bevindt, met de rug tegen de scheidingswand. De plaats van de stoelen wordt beschreven in de offerte. 2.7.3. Ventilatiesystemen Een ventilatiesysteem moet minstens 20 luchtverversingen per uur scoren wanneer het voertuig in stilstand is. De technische beschrijving van het ventilatiesysteem dient bij de offerte gevoegd te worden. 2.7.4. Verwarming en airconditioningsysteem Naast het verwarmingssysteem van de stuurpost moet er ook een afzonderlijk en regelbaar verwarmingssysteem via buitenluchtmonden voorzien worden. Het verklikkerlampje voor die verwarming bevindt zich ook in de stuurcabine. De thermostaat van de verwarming bevindt zich in de sanitaire cel. Dat systeem voor airconditioning en verwarming moet ongeacht de buitentemperatuur een temperatuur kunnen aanhouden tussen 19 en 22 graden. Na 15 minuten moet in de sanitaire cel een temperatuur van minstens 22°C bereikt zijn. Het meten van de binnentemperatuur moet gebeuren in het midden van de brancard(s) en halverwege de verwarmingsroosters (indien er verschillende roosters zijn). De verwarming moet regelbaar zijn via een thermostaat of een elektronisch controlesysteem voor de luchtbehandeling. De bijkomende verwarming wordt aan- en uitgeschakeld in de bestuurderscabine; in- en uitschakeling wordt ook achteraan voorzien. De temperatuur mag niet meer dan 5°C schommelen ten opzichte van de ingestelde temperatuur. Het verwarmingssysteem moet in staat zijn om te voldoen aan de eisen indien het ventilatiesysteem uitgezet wordt en het verwarmingssysteem afgestemd wordt op de recirculatie van de lucht van de sanitaire cel. Die installatie moet voorkomen dat er uitlaatgassen in de sanitaire cel terechtkomen. 2.7.5. Binnenverlichting Een verlichting waarbij de natuurlijke kleuren niet worden aangetast, moet worden voorzien zoals bepaald is in de norm NBN EN 1789+A1.
35
Een bijkomende lichtbron van minimum 1.650 lx dient eveneens te worden voorzien. Die moet worden gemeten aan het oppervlak van de brancard in zijn laagste stand. De minimale meetafstand moet 750 mm onder de verlichting bedragen, in een zone met een diameter van minimum 200 mm. De voorkeur gaat uit naar LED-verlichting. 2.7.6. Geluidsniveau binnenin Het geluidsniveau binnenin moet overeenstemmen met hetgeen bepaald is in de norm 1789+A1 voor een ziekenwagen van het type C. Het meten zal gebeuren met de speciale klankhoorn ingeschakeld. 2.7.7. Infuushouders Er moet een systeem voorzien worden om twee infusen te dragen waarbij de maximale hoogte die beschikbaar is boven het volledige onderstel van de brancard, zo goed mogelijk benut wordt. Het moet mogelijk zijn om de infusen op eender welk uiteinde van het brancardonderstel te gebruiken. De houder van de infuusrecipiënten moet een minimaal draagvermogen van 5 kg hebben, moet twee aparte vloeistofzakken kunnen dragen en moet zo ontworpen zijn dat schommelingen tot een minimum beperkt worden. 2.7.8. Bevestigingssystemen De vaste stoelen en hun verankeringen, de veiligheidsgordels en hun bevestigingspunten in de sanitaire cel die ontworpen zijn voor gebruik door patiënten en begeleiders wanneer de ziekenwagen in beweging is, moeten voldoen aan de vereisten van de gewijzigde Richtlijn 74/408/EEG. De bevestigingspunten voor de gordels van die stoelen moeten voldoen aan de eisen van de gewijzigde Richtlijn 76/115/EEG. De veiligheidsgordels moeten voldoen aan de eisen van de gewijzigde Richtlijn 77/541/EEG. Alle stoelen moeten uitgerust zijn met driepuntsveiligheidsgordels van het type Ar4m. De hoofdsteunen moeten gemonteerd worden overeenkomstig de vereisten van de Richtlijn 78/932/EEG. Alle personen en alle voorwerpen zoals medische apparatuur, uitrusting en de doorgaans in ziekenwagens vervoerde benodigdheden moeten zo op hun plaats gehouden, bevestigd of opgeborgen worden dat ze niet weggeslingerd worden wanneer ze worden onderworpen aan versnellingen/vertragingen van het voertuig met een kracht van 10 g in elk van de volgende richtingen: naar voren, naar achteren, naar rechts, naar links en verticaal. Bij blootstelling aan die kracht mag de afstand die een persoon of een voorwerp aflegt, de veiligheid van de personen in de ziekenwagen niet in het gedrang brengen. 2.7.9. Ligplaats De brancard moet voldoen aan de norm NBN EN 1865-1 Specificaties voor uitrusting voor het vervoer van patiënten in ambulances – Deel 1: Algemene brancardsystemen en uitrusting voor patiëntenvervoer en NBN EN 1865-2 Deel 2: Elektrisch aangedreven brancards. Een plaats wordt voorzien in het midden van de sanitaire cel om een berrie van het type ferno venius 26 of gelijkwaardig te ontvangen en vast te hechten. Andere berrietypes die in België courant gebruikt worden, mogen worden voorgesteld. Die worden beschreven in de offerte. De berrie moet voorzien zijn van een inschuifbare infuushouder.
36
Een ruimte tussen 60 cm en 70 cm aan het hoofdeinde van de draagberrie om het toezicht of dringende reanimatiebehandeling toe te laten (afstand tussen het hoofdeinde van de berrie en het frontmeubel – zie bijlage l) zal worden voorzien. In het midden van de sanitaire cel is een in hoogte en inclinatie regelbare tafel te voorzien met elektrische bediening. In de basis zal een afgeveerde tafel aangeboden worden die zich automatisch instelt naar gelang van het gewicht van de patiënt zodat er een constante demping verzekerd is. De tafelheeft tevens een vaste stand ingeval hartreanimatie nodig is (TB en ATB met een hellingshoek van minstens 15°). Het systeem mag in geval van defect nooit drukloos vallen. De tafel moet zijdelings (links/rechts) maximaal verplaatst kunnen worden bij voorkeur over een metalen staaf uitgerust met kogellagers (getande schuiflatten worden niet toegestaan). De rugleuning kan geleidelijk geregeld worden. Voorts is de berrie uitgerust met een matras van 8 cm dik, vervaardigd uit eenvoudig te reinigen materiaal. Voor de draagberrie dient minimaal één (1) tweepuntsveiligheidsgordel aanwezig te zijn, alsmede één (1) vierpuntsgordel die toelaat het bekken en de schouders van een liggende patiënt te fixeren. De gordels moeten langs het kader van de draagberrie verplaatst kunnen worden zodat zij aangepast kunnen worden aan alle categorieën liggende of half-zittende patiënten. In optie wordt een vast plateau met een systeem voor overbrenging voorzien. 2.7.10. Meubilair Het hierna beschreven meubilair stelt slechts een minimum voor. De inschrijver zal verschillende voorstellen indienen indien mogelijk (plannen en beschrijving bij de offerte te voegen). Nodige bergruimte voor het materieel bestemd voor hartreanimatie: •
•
•
•
Voorgevormde rekken met scheidingen voor het opbergen van minimum 10 flacons van 500 cc; Voorgevormde schappen met scheidingen voor het opbergen van geneesmiddelen, ampullen en flacons; Meubel met laden van verschillende afmetingen met een veiligheid zowel bij het sluiten als bij de openingseindstand, om de ongewilde opening of het vallen van de laden te beletten; Een draagvlak met opstaande boord en bekleed met antislipmateriaal waarop de meest gebruikte monitor-defibrillatoren geplaatst kunnen worden, dient te worden voorzien; In optie:
•
•
Een vasthechtingssysteem voor monitor-defibrillator dat het gebruik van dit apparaat mogelijk maakt zonder dat het verplaatst moet worden. Dit systeem moet kunnen worden aangepast naar gelang van het merk van toestel dat in gebruik is bij het korps of ziekenhuis (de prijs dient te worden opgegeven).
Bergruimte nodig voor ademhalingsreanimatiemateriaal: • • •
Voorgevormde schappen met opstaande boord (zoveel mogelijk); Een vasthechtingssysteem voor beademingstoestellen, automatische injectiespuitduwer; Een plaats voor het draagbare aspiratiesysteem zodat het tijdens het transport kan worden gebruikt aan het hoofdeinde.
37
Frontmeubel voor het opbergen van allerhande medisch materieel: • •
•
Een zo groot mogelijk waterdicht vlak werkblad; Een vuilnisbakje met deksel en uitneembaar bakje waarin plastic zakjes kunnen worden geplaatst. Een plaats voor de bakjes voor gebruikte naalden wordt voorzien naast het vuilnisbakje.
Noodzakelijke bergplaats voor volgend materieel: •
Een plaats met de volgende afmetingen:
N.B.: Bijzondere aandacht zal worden besteed aan de afwerking en aan de gebruikte materialen voor de opbouw van het meubilair. Scherpe boorden en kanten dienen te worden vermeden, en de gebruikte materialen moeten kunnen worden gereinigd en ontsmet volgens de gebruikelijke methodes. De inrichting zal gebeuren in overleg met de betrokken dienst. Bij de indiening van de offertes zullen stalen van de volgende elementen worden aangeleverd: • Deurscharnier; • Vloerbekleding • Sluiting lade; • Dekplaat zijwanden; • Wand meubilair. 2.7.11. Oxygenotherapie In zoverre de vereisten van de farmaceutische inspectie niet afwijken van de norm NBN EN 1789, moet aan deze vereisten voldaan worden. Een steun voor zuurstofflessen (2x10 liter/200 bar) met per fles twee vasthechtingsdispositieven, moet worden voorzien. Een zuurstofaftakkingen/verdeelblok met 3 punten bevindt zich aan de linkerkant ter hoogte van het hoofdeinde van de brancard. Deze punten zijn respectievelijk: Links van de brancard naast de plaats voorzien voor de respirator: o een genormaliseerde uitgang met 3 pennen, o een uitgang van het DIN type; o een punt met regelbare debietmeter (15 l/minuut). Boven het hoofdeinde van de brancard (die elementen moeten geïntegreerd worden) o een uitgang van het DIN type; o een punt met regelbare debietmeter (15 l/minuut). Rechts tussen de twee passagiersstoelen o een uitgang van het DIN type; In optie kunnen de uitgangen van het DIN type vervangen worden door genormaliseerde uitgangen met 3 pennen. De regeling gebeurt door een draaiknop en zichtbare cijferdebieten. De debietregelaar moet steeds een constant debiet kunnen leveren. Vanaf de debietregelaar dient een leiding te vertrekken die uitmondt boven het hoofdeinde van de brancard. Aan de rechterzijde ter hoogte van het hoofdeinde van de brancard bevindt zich een zuurstofaftakkingen/2-puntsverdeelblok met genormaliseerde uitgang met 3 pennen. 38
In verplichte optie worden twee afleesbare debietregelaars aangeboden. Een respirator moet kunnen worden aangesloten op het verdeelblok. Een plaats voor 2 zuurstofflessen (2,5 l/200 bar) dient te worden voorzien van twee bevestigingsdispositieven. Die plaats zal worden gekozen in overleg met de betrokken dienst. 2.8. Toebehoren De volgende toebehoren maken deel uit van de levering: • Een draagbare brandblusser P12 met poeder (ABC) overeenkomstig de normen NBN EN3. Hij wordt geplaatst in de stuurcabine op een gemakkelijk bereikbare plaats. Er wordt plaats voorzien voor een brandblusser van het type P12. Die plaats zal worden gekozen in overleg met de dienst. • Een gevarendriehoek. Hij is licht maar stabiel, roestvrij en kan in een etui worden opgeborgen. De buitenzijden van de driehoek hebben een lengte van meer dan 50 cm. Zij zijn van het « fluorescerende » type. • Een eerstehulpset « universeel » type. • Een gereedschapstas met gereedschap voor elementaire zaken dat onder meer het verwisselen van een wiel toelaat (in de offerte te beschrijven). • Het gebruiks- en onderhoudsboekje van het voertuig in de administratieve ta(a)l(en) van de gebruiker (Frans, Duits, Nederlands). • De leverancier verbindt zich er bij de levering van de voertuigen toe alle uitrustingen van de oude ziekenwagen over te plaatsen in de nieuwe. 2.9 Diversen: Bij ontvangst van de bestelbon zal de inschrijver contact opnemen met de betrokken dienst.
39