ANTONIUS MAGAZINE
EEN UITGAVE VAN HET ST. ANTONIUS ZIEKENHUIS
Topzorg voor topsporter Op de Spoedeisende Hulp
TV-uitzending ‘Operatie Live’ Martin Gerritsen blikt terug
Blijf niet rondlopen met uw vragen over kanker
Bel de KWF Kanker Infolijn: 0800-022 66 22 (gratis) Als u met kanker te maken krijgt, heeft u al genoeg zorgen. Blijf daarom niet rondlopen met vragen of onduidelijkheden over uw ziekte, maar bel ons. Wij helpen u graag verder.
INHOUD
Antonius Magazine 11
Wat doet een nurse practitioner? In het St. Antonius Ziekenhuis werken steeds meer verpleegkundigen met een specialisatie. Twee nurse practitioners leggen uit wat zij doen. “Je voegt een stuk medische deskundigheid toe aan je verpleegkundige werk.”
12|13
Operatie Live Op 24 november 2010 zagen ruim één miljoen mensen hoe Martin Gerritsen live een openhartoperatie onderging in het St. Antonius. Met succes! Samen met chirurg Alaaddin Yilmaz blikt Martin terug. “Ik kan weer de trap op zonder uitgeput boven te komen. Dát is pas rijkdom.”
17
Op de Spoedeisende Hulp Uw kind komt tijdens een val verkeerd terecht en wordt doorverwezen naar de Spoedeisende Hulp. Wat gebeurt er dan?
COLOFON ANTONIUS MAGAZINE
Een uitgave van het St. Antonius Ziekenhuis NR. 05 | 2011 REDACTIE ARNOLD OTTEN | BPC/COMTEXT EINDREDACTIE CORPORATE COMMUNICATIE ST. ANTONIUS ZIEKENHUIS BASISONTWERP MOUNTAIN DESIGN VORMGEVING AAD VOERMANS | AANGENAAM ONTWERP FOTOGRAFIE JARNO VERHOEF BLADCOÖRDINATIE CORPORATE COMMUNICATIE ST. ANTONIUS ZIEKENHUIS
4|5
14|15
23
SportsClinic: topzorg voor snowboardster.
Steun ons St. Antonius Onderzoeksfonds!
Nieuwe spataderbehandeling zo goed als pijnloos.
6|7 Kort nieuws
16 Vraag en antwoord
24|25
8|9
Vragen van patiënten beantwoord.
Douwe Biesma, nieuwe bestuursvoorzitter St. Antonius.
10 Antonius Apotheek houdt medicijn gebruik goed in de gaten.
18|19 Behandeling slaapapneu. “Ik slaap nu als een roosje.”
20|21 Fit Cool-poli pakt obesitas bij kinderen aan.
Behandeling van longkanker in het St. Antonius.
26 De modernste OK van de Benelux.
27 Resultaten onderzoek patiënt tevredenheid.
HEEFT U VRAGEN? Stuur een mail aan de afdeling Corporate Communicatie van het St. Antonius Ziekenhuis:
[email protected] of bel 088-320 84 00
3
Voordelen SportsClinic Jacco Zijl, orthopedisch chirurg SportsClinic: “De meerwaarde van SportsClinic? Dat is nogal wat. Kijk naar de diagnostische mogelijk heden die we hier hebben. Alles is bij de hand. Daarnaast hebben we korte lijnen naar de medisch specialisten. Alles zit onder één dak. Een ander groot voordeel is dat alle artsen en therapeuten affiniteit hebben met topsport; we weten hoe topsporters denken, hoe belangrijk hun lichaam en conditie zijn. Dat vraagt om een speciale benadering. Een topsporter moet zich thuis en begrepen voelen. De sportrecreant maakt gebruik van de kennis die we met topsporters op doen en omgekeerd. Onze specia liteit bestaat uit het behandelen én voorkomen van blessures bij ieder een die sport. Snowboardster Britte van der Pouw
4
SPORTBLESSURE MAN VROUW | SPORTSCLINIC
Snowboardster Britte van der Pouw:
Ruime expertise
‘Ik vind de samenwerking met SportsClinic erg belangrijk’ “Ik had de snelheid verkeerd berekend voor de jump en kwam tekort.” Te weinig ‘impact’, verwoordt Britte van der Pouw (21) het in snowboardjargon. Ze wist meteen hoe laat het was. “Mijn voorste kruisband lag aan flarden.” Een operatie en negen maanden revalidatie lagen in het vooruitzicht. De professioneel snowboardster koos voor een operatie in het St. Antonius. Bij orthopedisch chirurg Jacco Zijl. “Eigenlijk wilde ik graag naar de VS”, vertelt Britte terwijl ze bezig is met haar revalidatieprogramma. “Daar zitten de specialisten op dit gebied. Ruud van Nistelrooy is daar destijds ook geholpen.” Helaas voor Britte zag haar zorgverzekeraar een dergelijke trip niet zitten. Vooral omdat in Nederland dezelfde kennis voorhanden is. “En dat klopt ook. Ik wist dat Jacco Zijl bij datzelfde centrum in de VS had gewerkt. Bovendien had hij me eerder al heel goed geholpen toen ik in 2007 mijn heup uit de kom had.
Hij snapt mijn sport en heeft veel ervaring met sportgerelateerde blessures.”
Donorpees Met belangstelling volgde Britte haar operatie, waarbij een donorpees is geplaatst op de plek van de afgescheurde kruisband. “Het duurde anderhalf uur, maar het was erg interessant.” Intussen telt ze de dagen, op weg naar een volledig herstel. “Ik kom drie keer in de week bij de fysiotherapeut van Medicort. Het is wel een eind, vanaf mijn woonplaats Zoetermeer, maar ik heb het er graag voor over. De samenwerking met SportsClinic vind ik erg belangrijk. En een goede begeleiding bij deze blessure kan ik niet missen. Langzaam opbouwen, twee stapjes vooruit, een stapje achteruit. Ik ben nu vooral bezig met het versterken van de spieren in mijn bovenbeen. Dat moeten echte kanonnen worden. En over negen maanden? Dan sta ik er weer. Zeker weten. Misschien zelfs wel wat eerder.”
Het St. Antonius beschikt al jaren over een ruime expertise op het gebied van (top)sportgerelateerde gezondheidsproblemen. Medicort Sports & Orthopedic Care biedt specialistische kennis en ervaring op het gebied van sportfysiotherapie en orthopedische revalidatie. Sinds begin 2010 bundelen beide organi saties hun krachten in SportsClinic. Het team bestaat uit ervaren sport artsen, -fysiotherapeuten, -psycho logen en -diëtisten en bewegings wetenschappers. Als het nodig is kan een sporter tijdens het spreekuur meteen beoordeeld worden door een medisch specialist, die sport als aandachtsgebied heeft. De lijnen met onder meer de orthopedisch chirurgen, longartsen, cardiologen en neurologen zijn kort. Door ge zamenlijke spreekuren met andere specialismen (zoals orthopedie, longziekten, cardiologie, chirurgie, radiologie, interne geneeskunde en neurologie) is de sporter verzekerd van de beste zorg op elk gebied. SportsClinic biedt: • alle sportmedische topzorg onder één dak • toegang via één loket • sportmedische keuringen • géén verwijzing nodig • inloopspreekuur • korte wachttijden • multidisciplinaire aanpak • indien nodig: snelle interne doorverwijzingen • een prettige omgeving en een vriendelijke sfeer
5
Nieuwe afdeling Ouderengeneeskunde Eenpersoonskamers Op de afdeling werken medewerkers van Zorgspectrum, een organisatie die zich richt op het welbevinden van ouderen in de regio. Het St. Antonius en Zorgspectrum werken op dit gebied nauw samen. Op de nieuwe herstelafdeling, die in december in gebruik wordt genomen, komen 24 eenpersoonskamers. Ook komt er meer ruimte voor een goed activiteitenaanbod. Zo komt er een ‘sportcafé’ en een nagelstudio. Daarnaast is er plaats voor activiteiten als kaarten maken, borrelmiddagen en zingen. En het ligt in de bedoeling om optredens te organiseren.
In het voorjaar is het St. Antonius op de locatie Nieuwegein gestart met de bouw van een nieuwe herstelafdeling Ouderengeneeskunde. Op de herstelafdeling verblijven oudere patiënten die na bijvoorbeeld een operatie of een hersenbloeding, niet thuis kunnen revalideren of voor wie nog geen plek is in een verpleeghuis.
Hoogleraren Vanwege hun grote kennis op een bepaald medisch vakgebied, worden met enige regelmaat medisch specialisten die verbonden zijn aan ons ziekenhuis, benoemd tot hoog leraar aan een universiteit. Zo werd ziekenhuisapotheker Catherijne Knibbe vorig jaar benoemd tot bijzonder hoogleraar aan de Univer siteit Leiden. Longarts Jan Grutters werd in december 2010 benoemd tot hoogleraar aan de Universiteit Utrecht.
6
Nieuwe MDLverpleegafdeling In februari is op de locatie Nieuwegein de nieuwe MDL-verpleegafdeling geopend. De afdeling, waar patiënten met maag-, darm- en leverziekten worden verpleegd, is ruim van opzet, licht en oogt uitermate patiëntvrien delijk. Het grootste deel bestaat uit eenpersoonskamers. Alle bedden hebben een eigen touchscreenmultimediascherm met een radio en tv. In de toekomst wordt het ook mogelijk om via dit systeem films te bekijken en te internetten.
De tevredenheid onder cliënten over de zorg op de afdeling was de laatste jaren erg groot. Afdelingshoofd Jannie Ruitenbeek: “Er heerst bij ons geen ziekenhuissfeer. Er is tijd, aandacht en kwalitatief uitstekende zorg en behandeling. Mede door de goede samenwerking met de professionals uit het St. Antonius.” De nieuwe afdeling komt in de B-vleugel op de derde verdieping.
Met de golfkar naar de poli Ons ziekenhuis is best groot. We realiseren ons dat het voor sommige mensen soms lastig is om vanuit de centrale hal naar de polikliniek te moeten lopen. Op de locatie Nieuwegein hebben we daarom een nieuwe service: naast de rolstoelen die klaar staan, kunt u nu ook met een golfkarretje naar uw bestemming worden gereden. U kunt zich hiervoor melden bij het Servicepunt naast de ingang van de parkeergarage. En uiteraard kunt u ook weer worden opgehaald!
IN HET KORT
Nieuwbouw vordert gestaag Langzaamaan worden de contouren zichtbaar van de nieuwe locatie van het St. Antonius Ziekenhuis in Utrecht. Nu de fundering voor het grootste deel is gelegd, kan er gestapeld worden... met betonplaten welteverstaan. En dan zal het snel gaan.
Op dit moment werken er dagelijks ongeveer 100 vakmensen op de bouwplaats. Over een paar maanden zal dat aantal oplopen naar maar liefst zo’n 600 man per dag! Het is dus niet zo verwonderlijk dat het hoogste punt van de bouw al in juni zal worden bereikt. Dat kan omdat er modulair wordt gebouwd; men gaat per gedeelte van het gebouw omhoog. De verwachting is dat het pand in maart 2013 wordt opgeleverd. Medio 2013 kunnen we u, als het ziekenhuis is ingericht, op deze nieuwe, schitterende locatie verwelkomen.
Brede polikliniek Zodra deze nieuwe locatie in gebruik is genomen, zullen de locaties Utrecht Overvecht en Utrecht Oudenrijn sluiten. Gelukkig is de nieuwe locatie op slechts vijf minuten rijden van de huidige locatie Utrecht Oudenrijn. En in de wijk Overvecht blijven we aanwezig met een zeer brede polikliniek waar ook onderzoeken kunnen plaatsvinden. Deze zal gehuisvest worden in zorgcentrum Tamarinde. Wilt u meer informatie over de nieuwbouw, of de vorderingen op de bouwplaats volgen? Dat kan via de webcam: www.antoniusziekenhuis.nl/overstantonius/ nieuwbouw/bouwplaats_live.
Volg ons ook op twitter! Het St. Antonius Ziekenhuis is ook actief op twitter. Hebt u zelf een twitteraccount en bent u benieuwd naar de laatste nieuwtjes? Log dan in op www.twitter.com en kies onder zoeken ‘people’. We zijn te vinden onder: @antoniuszkh
In het ziekenhuis De afgelopen maanden was op Nederland 1 de 10-delige serie ‘In het ziekenhuis’ te zien. In elke aflevering stond een afdeling van ons ziekenhuis centraal. Wat doen onze artsen en verpleegkundigen precies? Wat voor mensen zijn het? Hoe gaan ze om met hun vak en hun patiënten? Producent Stokvis toonde onze artsen, medisch specialisten en verpleegkundigen in de dagelijkse praktijk. Zo
zagen we de werkzaamheden op de afdelingen Heelkunde (Chirurgie), Longziekten, Gynaecologie, Cardiologie en de IC. Ook kwamen verschillende patiënten en niet-medische afdelingen aan bod. De serie werd goed bekeken; wekelijks keken ruim 900.000 mensen naar ‘In het ziekenhuis’. Hebt u de uitzendingen gemist? U kunt ze terugkijken op: www.uitzendinggemist.nl.
7
‘Een warm topziekenhuis, dat spreekt mij enorm aan’
8
DOUWE BIESMA INTERVIEW | ORGANISATIE
Gesprek met Douwe Biesma, nieuwe bestuursvoorzitter St. Antonius Op 1 november 2010 kreeg de Raad van Bestuur van het St. Antonius Ziekenhuis een nieuwe voorzitter. Douwe Biesma werkte eerder al ruim elf jaar in ons ziekenhuis als internist. Na een uitstapje van drie jaar bij het UMC Utrecht is hij terug in ‘zijn’ ziekenhuis. Een interview met de nieuwe voorzitter.
Terug bij het St. Antonius Ziekenhuis. Was dat altijd al de bedoeling? “Nee, sommige mensen vermoeden van wel, maar het is echt niet zo gegaan. Ik ben niet zo’n planner, zaken komen op je pad of niet. Maar ik heb hier altijd wel met ontzettend veel plezier gewerkt. Ik vind het een geweldig ziekenhuis. Dus toen die kans voorbij kwam, heb ik niet lang getwijfeld.”
Waarom vindt u dit zo’n geweldig ziekenhuis? “Ik heb veel ziekenhuizen (bijvoorbeeld bij visitaties) gezien, maar het St. Antonius is écht uniek. Het ondernemerschap, het vermogen tot innovatie, het opleiden van artsen en verpleegkundigen en het toegepaste onderzoek zijn hier volop aanwezig. Daarnaast is het altijd een gastvrij, vriendelijk en warm ziekenhuis gebleven. Een persoonlijk ziekenhuis, waar je als patiënt niet verdwaalt of je een nummer voelt. De combinatie tussen enerzijds die toppositie en anderzijds dat persoonlijke, dat spreekt me enorm aan.”
Een ‘warm’ ziekenhuis, wat bedoelt u precies? “Deze organisatie is niet kil. Mensen zijn met hart en ziel betrokken bij hun ziekenhuis, bij hun werk. Er is een collectieve trots als we weer eens ergens in uitblinken. Dat gevoel is heel bijzonder.”
Welke rol heeft de Raad van Bestuur eigenlijk? Zijn de artsen en verpleeg kundigen niet het belangrijkste? “Absoluut. Zij zijn het belangrijkste. Ik zie ons als Raad van Bestuur ook meer als de vloerverwarming. Wij zijn er, samen met alle ondersteunende diensten, voor om de randverschijnselen op orde te houden,
zodat de artsen en de verpleegkundigen hun werk, het primaire proces, goed kunnen doen. De Raad van Bestuur zorgt ervoor dat alles goed georganiseerd is, dat de huishoudportemonnee op orde is en dat mensen de ruimte krijgen om hun werk optimaal te doen én om te blijven vernieuwen en verbeteren.”
Als medisch specialist zat u vijftien jaar aan de andere kant van de tafel. Daar hebt u vast ervaren welke rol een Raad van Bestuur kan spelen. “Het belangrijkste is dat een Raad van Bestuur ruimte geeft aan de medisch specialisten en aan de andere medewerkers. Mensen moeten zich kunnen ontplooien, kansen krijgen. Als bestuurder moet je die ruimte bieden en daarnaast oog hebben voor de langere termijn. Niet beslissen naar de waan van de dag, maar vanuit een visie verder kijken. Daar ligt de uitdaging, zeker in een ziekenhuis met de ambities van het St. Antonius.”
Maar dat zal moeilijk worden. De overheid bezuinigt nogal op de kosten van de zorg. “Dat klopt. Dus moeten we groeien om de dreigende tekorten te kunnen opvangen. Daarnaast moeten we nóg effectiever en nóg efficiënter werken.” En dan, want daar komt toch een keer een einde aan? “Daarna is het aan de politiek. Die zou zich eens moeten afvragen hoe erg het eigenlijk is dat de zorgkosten oplopen. Misschien moet daar een knop om.”
Bent u bang dat het St. Antonius op termijn bepaalde behandelingen niet meer kan aanbieden? “Nee. Kleinere ziekenhuizen zullen in eerste instantie merken dat bepaalde
behandelingen geconcentreerd gaan worden in grotere ziekenhuizen. Dat lijkt me ook logisch vanuit het oogpunt van kwaliteit van zorg. Ik denk dan ook dat onze rol in de komende jaren vooral ligt in het aangaan van een nauwere samenwerking met andere, kleinere ziekenhuizen in de regio. Ik denk dat we elkaar daarbij wel kunnen aanvullen. Daarbij is het van belang dat binnen het St. Antonius ruimte blijft voor topreferente diagnostiek en behandeling, dat hebben we nodig om onze bijzondere positie ten opzichte van andere ziekenhuizen waarmee we samenwerken te behouden.”
En die status van topziekenhuis, kan het St. Antonius die behouden? “Daar ben ik zeker van. We hebben straks twee ziekenhuislocaties met een prettige schaalgrootte. Bovenop de reguliere zorg zijn we top op het gebied van de cardiovasculaire aandoeningen (hart, vaten) en op het brede gebied van de oncologische zorg. Dat we landelijk een van de grootste ziekenhuizen zijn op het gebied van kankerbehandeling noem ik weleens ‘het best bewaarde geheim van het St. Antonius’. Dat mag meer voor het voetlicht worden gebracht.”
Tot slot: uw voorganger Maarten Rook was elf jaar bestuursvoorzitter. Hoelang wilt u blijven? “Het St. Antonius heeft een goede traditie wat betreft continuïteit en stabiliteit in de Raad van Bestuur. Ik wil in die traditie mee. Bestuurders moeten niet om de paar jaar wisselen. Dat is niet goed voor de organisatie; veel kennis en ervaring gaan dan verloren. Ik hoop dat ik hier nog een hele tijd mag blijven. Ik vind het een fantastische uitdaging.”
9
MEDICIJNGEBRUIK MAN VROUW | ST. ANTONIUS APOTHEEK
St. Antonius Apotheek bestaat vijf jaar In 2006 werd de St. Antonius Apotheek geopend. Doel was om het medicijngebruik van mensen die in het ziekenhuis komen beter te regisseren om zo ongewenste gevolgen van verkeerd gebruik te voorkomen. Vijf jaar later levert de apotheek een waardevolle bijdrage aan een beter medicijngebruik. Tijd om terug en vooruit te kijken met een van de drie apothekers, Kristie Oostrom. “Binnen het ziekenhuis was behoefte aan een regisseur op het gebied van geneesmiddelen na opname of poliklinisch consult”, zegt Kristie Oostrom, beherend apotheker/ directeur van de St. Antonius Apotheek, over de oprichting van de apotheek. “Aan de ene kant moest er een goed beeld komen van het actuele medicijngebruik van de mensen die werden opgenomen, aan de andere kant moest de overdracht van het ziekenhuis naar de eigen apotheek worden verbeterd.”
Goed in beeld Dat die rol serieus is genomen blijkt niet alleen uit de fraai ingerichte apotheek, waar iedereen, ook bezoekers van buiten het ziekenhuis, terecht kan. “Onze rol ligt ook op de afdelingen”, vervolgt Kristie. “Bij de opname bespreken wij met de patiënt het huidige medicijngebruik. Daarbij hoort ook het gebruik van ‘medicijnen’ van de drogist. We nemen bovendien contact op met de eigen apotheek om het medicijngebruik goed in beeld te krijgen. Elke ochtend is er een overleg over het geneesmiddelengebruik van de patiënten die in het ziekenhuis liggen. Opvallende zaken bespreken we met de behandelend specialist.
Overdracht Ook bij het ontslag van de patiënt, komt de apotheek om de hoek kijken. “Als de patiënt vertrekt draagt de specialist deze, voor wat betreft de medicatie, weer aan ons over. Met de patiënt bespreken we welke medicijnen hij nodig heeft en hoe hij die
10
moet gebruiken. Vervolgens kunnen we de medicijnen meegeven, maar de patiënt kan ze ook bij de eigen apotheek halen. Die apotheek zullen we trouwens, net zoals de huisarts, altijd op de dag van ontslag op de hoogte brengen van de medicatie die is voorgeschreven.”
Moeilijke ziektebeelden “Door de korte lijnen tussen de artsen en de apothekers kan de behandeling met de geneesmiddelen optimaal worden ingesteld. Veel patiënten krijgen vaak verschillende
geneesmiddelen voorgeschreven, waarbij een goede afstemming van groot belang is. Denk maar aan dialyse- en oncologiepatiënten. Vooral in de begeleiding van die patiëntengroepen kunnen we nog verbeteren.” Een goede begeleiding van patiënten blijft de komende jaren centraal staan bij de medewerkers van de apotheek – momenteel gevestigd in Nieuwegein. In de nieuwe locatie Utrecht Leidsche Rijn zal ook een vestiging van de St. Antonius Apotheek komen.”
Bianca van Buren (l) en
NURSE PRACTITIONERS
Eveliena van de Kraats,
OPLEIDING | TOPZORG
beiden nurse practitioner
De ‘nieuwe’ verpleegkundige Dokter, hoofdzuster, zuster en broeder. Heel lang geleden was dat de overzichtelijke bezetting in een ziekenhuis. Tegenwoordig hebben de medisch specialisten hun eigen specialisatie en zijn er verpleegkundig consulenten, gespecialiseerd verpleegkundigen en nurse practitioners. Verpleegkundigen, bijvoorbeeld op het gebied van diabetes, COPD, stomazorg of hartfalen, draaien tegenwoordig hun ‘eigen’ poli. Het vak is in beweging. En dat is goed voor de patiënt. Bianca van Buren en Eveliena van de Kraats zochten beiden naar verdieping in hun verpleegkundig werk. Ze ambieerden geen functie waarbij ze verder van de patiënt kwamen af te staan. Een doorontwikkeling van hun eigen vak zagen ze wel zitten. In het St. Antonius kregen ze de kans om zich te laten opleiden tot nurse practitioner. Maar wat doe je dan? Bianca, specialist op het gebied van de longziekte COPD, legt uit: “Het is een functie waarbij je je specialiseert in een bepaald deel van je vakgebied. Je staat eigenlijk tussen de verpleegkundige en de arts in. Je voegt medische deskundigheid
toe aan je verpleegkundige werk.” Hierdoor voert Bianca inmiddels veel taken uit die ze voorheen niet mocht uitvoeren. “Ik heb bijvoorbeeld een eigen spreekuur voor COPDpatiënten, doe een deel van het lichamelijk onderzoek, vraag zelf onderzoeken aan en verwijs door.”
Vraagbaak Patiënten zijn zeer tevreden over de ‘nieuwe’ verpleegkundigen. “Ook omdat we vaak net iets meer tijd hebben dan de arts”, zegt Eveliena. Zij werkt op de afdeling waar
‘Je voegt medische deskundigheid toe aan je verpleegkundige werk’ patiënten voor een hartoperatie komen. “Het contact tussen patiënt en arts blijft toch vaak vrij beperkt. Ons zien ze elke dag, en dat geeft patiënten vaak een goed gevoel. Bovendien zijn wij toch wat laagdrempeli-
ger te benaderen. Dat geldt ook voor collegaverpleegkundigen; voor hen zijn we vaak een soort vraagbaak.” Eveliena is blij dat ze de kans heeft gekregen om de tweejarige masteropleiding te volgen. “Absoluut. Ik vond het de leukste opleiding van mijn leven. Het was erg intensief, maar ik heb enorm veel geleerd.”
Carrièrestap Met de toename van het aantal verpleegkundige functies krijgen ambitieuze verpleegkundigen de mogelijkheid stappen in hun carrière te maken. Tegelijkertijd wordt de kwaliteit van de zorg verbeterd én krijgen artsen meer tijd voor het werk waar zij weer goed in zijn. “Zo snijdt het mes aan beide kanten”, lachen de twee nurse practitioners. Maar hoe zit het met de patiënten? Nemen zij altijd genoegen met de verpleegkundige of zien ze toch liever de arts? “De patiënt wil iemand die het weet. Wij weten het vaak, maar we kennen ook onze grenzen. Uiteindelijk gaat het erom dat we als een team voor de patiënt werken. De arts, de verpleegkundigen en wij, samen zorgen we voor een optimale zorg.”
11
Live openhartoperatie Terugblik op tv-uitzending
Martin Gerritsen met zijn echtgenote Corrie
12
OPERATIE LIVE MAN VROUW | CARDIOLOGIE
‘Ik was even een BN’er’ Op 24 november 2010 beleefde Nederland een primeur: voor het eerst werd een openhartoperatie rechtstreeks op de televisie uitgezonden. Hoofdrolspelers waren chirurg Alaaddin Yilmaz van het St. Antonius Ziekenhuis en patiënt Martin Gerritsen.
Ruim 1,2 miljoen mensen keken naar ‘Operatie Live’, zoals Omroep MAX de uitzending had genoemd. Een avontuur? “Niet voor ons”, zegt cardio-thoracale chirurg Alaaddin Yilmaz vier maanden later. Ook Martin Gerritsen vond het achteraf gezien geen avontuur. “Ik ben goed geholpen”, zegt hij. “Maar zet er ook maar bij dat ik er niet rijk van geworden ben. Dat denken veel mensen.” Mensen een kijkje geven achter de schermen van een dergelijke ingreep en tegelijkertijd de gelegenheid aangrijpen om aandacht te besteden aan het ontstaan van hart- en vaatziekten. Dat waren voor het St. Antonius de belangrijkste redenen om mee te werken aan de uitzending. Voorwaarde was wel dat er met respect zou worden gehandeld en dat de kwaliteit van de medische ingreep voorop zou staan. Voorwaarden die door Omroep MAX en productiemaatschappij Palm Plus volledig werden waargemaakt.
Goed gevoel In zijn huiskamer in een rustige Arnhemse woonwijk zit Martin Gerritsen er een aantal maanden later tevreden bij. De operatie aan de verkalkte hartklep was hard nodig, dat was in zijn eigen ziekenhuis in Arnhem al geconstateerd. “Toen dokter Yilmaz me
belde en vroeg of ik aan de uitzending wilde meedoen, vond ik het best. Het overviel me wel een beetje.” Samen met zoon Marcel en echtgenote Corrie kreeg Martin eerst een gesprek in het ziekenhuis. “Alles werd uitgelegd en we hadden er allemaal een goed gevoel bij.”
Spannend Op 24 november was het zover. Lampen, camera’s, een tribune; een ziekenhuisgang veranderde in een tv-studio. “Ik heb er allemaal niet zoveel van meegekregen”, blikt Martin terug. “Ik werd ‘s avonds opgehaald om naar de OK te gaan, kreeg de narcose en was weg. Toen ik de volgende ochtend wakker werd, dacht ik dat ze nog moesten beginnen.” Corrie en Marcel beleefden de uitzending heel anders. “We zaten in een apart kamertje”, vertelt Corrie. “Met iemand van de productiemaatschappij erbij. We wilden niet in de uitzending.” “‘s Middags zei ik nog dat ik niet wilde kijken, maar uiteindelijk heb ik alles gezien. Wel met een pilletje tegen de spanning. Mooi? Nou, ik weet niet of dat het goede woord is. Ik vond het heel spannend. Vooral toen Martins hart weer op gang moest komen.” Na de geslaagde uitzending en de geslaagde operatie was er nog een bijeen-
V.l.n.r.: CTC-chirurg Robin Heijmen, presentator Charles Groenhuijsen en CTC-chirurg Alaaddin Yilmaz
komst in de tijdelijke tv-studio. “Met hapjes en drankjes. Ja, dat was heel gezellig. Toen was de spanning er wel af.”
Bloemen en kaartjes Martin zag de binnenkant van zijn borstkas pas op tv toen hij zeven dagen later thuiskwam. “Ik was even een BN’er”, lacht hij. “Maar ik ben er niet rijk van geworden. Natuurlijk niet. Een flinke bos bloemen, veel kaartjes, ook van mensen die we al heel lang niet hadden gezien én een sterk verbeterde gezondheid. Dát heb ik ervoor gekregen. Ik kan weer de trap op zonder uitgeput boven te komen, ik kan weer naar buiten. Dát is pas rijkdom.”
13
ONDERZOEKSFONDS MAN VROUW | R&D
Onderzoek is van levensbelang. Word nu donateur!
St. Antonius Onderzoeksfonds Onderzoek en innovatie behoren al jaren tot de pijlers van het St. Antonius Ziekenhuis. Zo vond in ons ziekenhuis de eerste openhartoperatie (1959), de eerste dotterbehandeling (1980) en de eerste longtransplantatie (1989) plaats. Zulke behandelingen kunnen alleen plaatsvinden als medisch specialisten de kans krijgen om baanbrekend wetenschappelijk onderzoek te doen.
14
Het St. Antonius ontvangt geen overheidsgeld voor onderzoek. Om de benodigde gelden hiervoor beschikbaar te krijgen, is eind vorig jaar het St. Antonius Onderzoeksfonds opgericht.
donateur worden van ons Onderzoeksfonds. Voor € 0,14 per dag draagt u al bij aan grensverleggend medisch onderzoek!
Via de antwoordkaart die aan deze pagina’s is vastgehecht kunt ook u
Meer informatie over het Onderzoeksfonds: www.antoniusziekenhuis.nl.
Eerste dubbele longtransplantatie door chirurgen St. Antonius Robert Stoelenga: nieuw leven met ‘nieuwe’ longen In 1972 werd bij de toen zesjarige Robert Stoelenga cystic fibrosis (taaislijmziekte) vastgesteld. De ziekte was toen nog vrij onbekend in ons land. In het St. Antonius Ziekenhuis onderging Robert in november 1990 als eerste patiënt in Nederland een dubbele longtransplantatie. Een leven begon opnieuw. Vanaf 1988 ging de ziekte het leven van rechtenstudent Robert Stoelenga steeds meer domineren. De ‘zuurstofbommetjes’ die hij met zich moest meeslepen werden steeds zwaarder, het leven met de sterk aangetaste longen moeilijker. Toen Robert aan het eind van 1989 te lang wachtte met een noodzakelijk ziekenhuisbezoek, was het bijna afgelopen. “Ik heb geluk gehad”, zegt de nu 44-jarige ambtenaar. “Op dat moment werd duidelijk dat een dubbele longtransplantatie onvermijdelijk was.” Robert ging naar Engeland voor een screening en werd op de wachtlijst geplaatst. Een lange wachtlijst. In Nederland was een dergelijke ingreep nooit eerder uitgevoerd. Wat Robert niet wist, was dat er in het St. Antonius al jaren onderzoek werd gedaan en dat er plannen waren om een dergelijke transplantatie ook in ons land uit te voeren. “Dat hoorde ik pas toen dokter Jules van den Bosch (†), longarts van het St. Antonius, aan mijn bed stond. Ja, natuurlijk wilde ik in Nederland geopereerd worden.” Die operatie kwam snel. Een paar maanden na het bezoek van de arts kwam er midden in de nacht een telefoontje uit Nieuwegein. Een dag en een flinke operatie door chirurgen van het St. Antonius later had Robert twee ‘nieuwe’ longen. “Mijn lichaam had er wel even moeite mee”, kijkt hij terug. “Mijn ribben waren niet meer gewend aan de druk van gezonde longen. Het leek wel alsof er een steen op mijn borst lag.” Voor Robert begon in Nieuwegein een nieuw leven. Dat leven en het leven van voor de transplantatie, beschrijft hij op zijn eigen website: www.stoelenga.nl. Robert Stoelenga
15
VEELGESTELDE VRAGEN
Vraag en antwoord Dagelijks komen er vragen binnen bij het St. Antonius Ziekenhuis. Vragen van patiënten en hun familieleden. Vragen over ziektebeelden, medicijnen en behandelingen. Op deze pagina vindt u een greep uit de vragen die wij de afgelopen tijd via onze mailbox binnenkregen. Specialisten en andere medewerkers zorgen voor de antwoorden.
Ik ben altijd zo bang dat er iets mis gaat als ik word opgenomen Je hoort weleens dat de patiënt veiligheid in ziekenhuizen te wensen overlaat. Hoe gaat het St. Antonius daarmee om? Patiëntveiligheid is een heel belangrijk thema in ons ziekenhuis. In alle geledingen werken mensen hard om de veiligheid van patiënten te waarborgen. Een voorbeeld: om fouten te voorkomen is het belangrijk dat verpleegkundigen ongestoord en geconcentreerd medicijnen kunnen uitdelen. Daarom dragen zij op sommige afdelingen tijdens de medicatieronde een veiligheidshesje met de tekst: ‘Niet storen, ik deel medicijnen uit.’ We merken dat patiënten dit initiatief waarderen en meehelpen te voorkomen dat de verpleegkundige gestoord wordt. Ook voeren we regelmatig veiligh eidsrondes uit op de verpleeg- en functieafdelingen, waarbij gelet wordt op onveilige situaties, zoals het versperren van de nooduitgang. Els Punt, kwaliteitscoördinator
16
Hoe weet ik zeker dat ik de juiste medicatie krijg in het ziekenhuis? Een heel belangrijke vraag, vinden we ook in het St. Antonius. Daarom hebben we diverse maatregelen genomen om er zeker van te zijn dat elke patiënt exact de juiste medicijnen in de juiste hoeveelheden krijgt. Een belangrijke rol is daarbij weggelegd voor de artsen, de verpleegkundigen, de apotheek en voor u als patiënt. Bij uw opname is het van groot belang dat we precies weten welke medicijnen u thuis gebruikt. Dat geldt ook voor de ‘medicijnen’ uit de drogisterij. Neem daarom bij opname uw medicijnen mee. Bij twijfel zal het ziekenhuis overigens altijd contact zoeken met de thuisapotheek en bij u aan bed komen om te vragen welke medicatie u precies gebruikt. Uit onderzoek blijkt namelijk dat er bij één op de vijf patiënten een verschil is tussen wat de thuisapotheek zegt dat de patiënt gebruikt en wat de patiënt zelf zegt. Soms heeft uw tablet in het ziekenhuis een andere kleur of vorm dan de tablet
van thuis. Dit is dan van een ander merk, maar met dezelfde werking. De apotheek heeft hierover met de artsen afspraken gemaakt. Bij nieuwe medicatie controleren we altijd of deze wel samen kan met de medicatie die u al heeft. Tot slot zijn we vorig jaar begonnen met een elektronisch voorschrijfsysteem. Met dit systeem krijgen specialisten en verpleegkundigen op alle afdelingen waar de patiënt komt een helder beeld van diens medicijngebruik. Ed Wiltink, ziekenhuisapotheker
BOTBREUK MAN VROUW | SPOEDEISENDE HULP
Lelijk gevallen, en dan? Knak. Dat zat fout. Eigenlijk wist Dinesh ’t zelf al; zijn pols maakte wel een heel rare beweging toen hij uit de ringen viel en op zijn handen terechtkwam. De gymleraar belde de vader van Dinesh, hij belde op zijn beurt de huisarts en die verwees direct door naar de Spoedeisende Hulp, de SEH. Daar staat Dinesh nu aan de balie. 1.
2.
3.
4.
5.
6.
1. Gelukkig heeft Dinesh’ vader alle gegevens meegenomen. Zelfs zijn burgerservice nummer. Zo gaat alles lekker snel, zegt de secretaresse. Dinesh mag direct doorlopen naar een kamertje. Zijn vader gaat mee.
die ‘rood’ krijgen moeten onmiddellijk worden geholpen, oranje betekent dat je binnen tien minuten aan de beurt bent, en met groen en blauw kan het zijn dat je wat langer moet wachten. Er is dan minder spoed.
2. Een SEH-verpleegkundige bekijkt de pols, vraagt wat er is gebeurd en doet wat testjes. “Dat lijkt me gebroken”, zegt ze al snel. Dinesh krijgt een mitella om en een pijnstiller. Dan moet hij even in de wachtkamer gaan zitten.
3. Nadat de radiolaborant is gearriveerd, mag Dinesh mee naar een kamer waar een foto van zijn pols wordt gemaakt.
Intussen kan de verpleegkundige een laborant bellen om een röntgenfoto te maken. Dinesh heeft kleurcode ‘groen’ gekregen. Patiënten
4. De SEH-arts, die gespecialiseerd is in zaken
5. Weer een andere kamer. Dit keer de gipskamer. De polsfractuur wordt vastgezet in het gips. De arts komt ook nog even kijken. De secretaresse werkt intussen aan het invullen van alle gegevens en het inplannen van een vervolgafspraak.
6. De mitella hangt weer om de nek en de vervolgafspraak is gemaakt. Tot volgende week op de gipskamer Dinesh!
die spoed vereisen, heeft de foto beoordeeld en vertelt Dinesh en zijn vader dat het inderdaad om een breuk gaat.
17
Compleet beeld Patiënten met een verdenking op OSAS komen terecht bij de OSASverpleegkundige. Via een vragenlijst en een medisch onderzoek wordt vervolgens een slaaponderzoek ge pland. Dit onderzoek vindt meestal thuis plaats. De apparatuur wordt bij de patiënten thuisbezorgd en uitge legd. De gegevens, die worden opge slagen in het apparaatje, worden in het ziekenhuis uitgelezen. Twee weken na de eerste afspraak in het ziekenhuis komt de patiënt terug. De longarts heeft dan een compleet beeld van de problematiek en de behandeling wordt ingezet. Tegelijkertijd wordt ook de huis arts op de hoogte gebracht, zodat, bijvoorbeeld door de praktijkon dersteuner van de huisarts, direct gewerkt kan worden aan een verbe tering van de leefstijl. Via de e-mail houdt de OSAS-verpleegkundige, samen met de longarts, het verloop van de klachten bij. Deze werkwijze wordt in 2011 met vijftig patiënten gevolgd. De resulta ten worden nauwkeurig geëvalueerd. Het ligt in de bedoeling om deze ge ïntegreerde benadering vervolgens voort te zetten.
18
SNURKEN MAN VROUW | LONGZIEKTEN
Aanpak slaapapneu uitgebreid
‘Ik slaap nu als een roosje’ Ben Goeman (51) heeft OSAS, ofwel slaapapneu. ’s Nachts stokt zijn adem af en toe. Dat komt door een vernauwing van de bovenste luchtweg die soms wel dertig seconden duurt. “Ik werd moe wakker. En van mijn omgeving kreeg ik te horen dat ik steeds chagrijniger werd. Ik had een hoge bloeddruk en ‘s avonds na het eten viel ik vaak in slaap waardoor ik overdag weer moe was. Maar ja, aan slaapapneu had ik nooit gedacht.” Longarts Hans van der Zeijden en OSAS-verpleegkundige Tamara Visser constateerden al snel dat er wel degelijk sprake was van deze veelvoorkomende slaapstoornis. Ben kreeg een CPAP voorgeschreven, een apparaatje met een masker dat hij elke nacht op moet. De CPAP zorgt ervoor dat de vernauwing wordt opgeheven door een beetje lucht in neus en keel te blazen, waardoor de ademstilstanden verdwijnen. “Toen ik het apparaatje ging halen, zei die mevrouw dat ik al snel niet meer zonder zou willen.
Ik kon het me niet goed voorstellen, maar ze kreeg gelijk. Nadat de instelling een paar keer is veranderd, slaap ik nu als een roosje. En dat merk ik ook overdag. Net als mijn collega’s”, lacht Ben.
Uitgebreid De behandeling van OSAS-patiënten in het St. Antonius Ziekenhuis wordt uitgebreid, vertelt longarts Hans van der Zeijden. “Uit onderzoek is namelijk gebleken dat alleen de aanpak van OSAS niet voldoende is. OSAS heeft vaak een relatie met andere gezondheidsproblemen. Zo zijn er duidelijke verbanden met overgewicht, diabetes, hart- en vaatziektes, hoge bloeddruk en libidoproblemen.” Volgens de artsen van het St. Antonius zijn OSAS-patiënten daarom het meeste gebaat bij een aanpak die verder gaat dan alleen de prominente OSAS-klachten. Van der Zeijden: “Een terugkoppeling naar de huisarts is daarbij erg
belangrijk. Van daaruit kan worden bekeken welke klachten de patiënt nog meer heeft en hoe hij daar zelf, eventueel samen met bijvoorbeeld een diëtiste of fysiotherapeut aan kan werken.” Ben Goeman is daar al mee bezig. “En dat gaat uitstekend”, zegt hij. “Ik bestrijd de klachten door het CPAPmasker, en werk ook aan het verbeteren van de omstandigheden door onder begeleiding mijn leefgewoonten aan te passen.”
Ben Goeman
19
OVERGEWICHT KINDEREN | FIT COOL-POLI
Steeds meer kinderen hebben last van (ernstig) overgewicht. De tijd van lacherig doen over een te hoog gewicht is voorbij nu we weten welke consequenties eraan kleven. Kinderen met licht tot matig overgewicht worden tegenwoordig begeleid door de huisarts of jeugdgezondheidsdienst. Voor kinderen met obesitas is er in het St. Antonius Ziekenhuis sinds 2006 de Fit Cool-poli. “Te veel eten, te weinig verbruik. Tja, eigenlijk is het zo simpel.” Kinderartsen Marja van der Vorst (foto) en Gera HoorwegNijman verzorgen wekelijks het spreekuur op de Fit Cool-poli. Door kinderen én ouders die op de poli komen te begeleiden bij het afvallen, kunnen goede resultaten worden geboekt. “Tenminste, als ouders en kinderen er écht voor willen gaan.” Van een kind dat naar de Fit Cool-poli is doorverwezen, wordt de ziektegeschiedenis uitgebreid bekeken. Ook wordt er gevraagd naar ziekten in de familie, vooral naar suikerziekte en hart- en vaatziekte.
20
Fit Cool-poli helpt kinderen met obesitas
Tips van de kinderarts Marja van der Vorst: “Ik hoor ouders vaak zeggen: ‘Mijn kind eet niet zoveel.’ Ik begrijp het wel, maar veel ouders hebben niet goed in de gaten wat er allemaal tussendoor glipt. De ‘verborgen’ calorieën in dat flesje drinken mee naar school, dat kleine zakje chips, de cola bij thuiskomst… Ik heb één simpele tip: start met een goed ontbijt. Yoghurt met muesli, maar ook een boterham is goed. Door een goed ontbijt wordt de hang naar ‘iets lekkers tussendoor’ beperkt. Verder is regel maat in de maaltijden belangrijk. En, maar ook dat weten we allemaal: beweeg! Ga op de fiets naar school. Zoek een sport die uw kind leuk vindt, stimuleer en begeleid. Én geef zelf het juiste voorbeeld wat betreft eten…” Overgewicht en/of obesitas Volgens de Jeugdmonitor 2009 heeft 14% van de jeugd overgewicht, 3% heeft obesitas. Weinig? Absoluut niet. Het aantal kinderen met overgewicht is de laatste twintig jaar meer dan verdubbeld. Eén op de zes kinderen is te zwaar en loopt daarmee een verhoogd risico op het krijgen van gezondheidsproblemen als harten vaatziekten, bepaalde types kanker, gewrichtsaandoeningen en diabetes. Met behulp van de BMI (body mass index) kan bepaald worden of mensen overge wicht hebben. Bij groeiende kinderen is dat lastiger. Wereldwijd is er intussen een standaard afgesproken op basis waarvan de huisarts kan bepalen of een kind lijdt aan overgewicht of dat sprake is van obesitas.
Vervolgens wordt aan de hand van de bijgehouden dieetlijst, die voorafgaand aan het polibezoek is ingevuld, gesproken over het voedingspatroon. Aansluitend komt het verbruik, het beweegpatroon aan de orde, en tot slot volgt een lichamelijk onderzoek. Daarna wordt het kind opgenomen voor een dagopname. Tijdens die opname wordt er een suiker belastingtest en uitgebreid bloedonderzoek gedaan. Met behulp van de suiker belastingtest kijkt men of er aanwijzingen zijn voor suikerziekte (diabetes mellitus type 2). Met het bloedonderzoek worden onder meer de functies van de lever, de nieren en de schildklier gecontroleerd. Na de dagopname komt het kind weer naar de poli en worden de resultaten besproken. Vooral wordt dan ingegaan op de vraag of er een verband is gevonden tussen het lichaamsgewicht en een eventuele ziekte. Afhankelijk van de uitkomst van de onderzoeken wordt een vervolgbehandeling afgesproken. Bij aanwijzingen voor een
onderliggende ziekte wordt het kind doorverwezen naar de poli van Gera HoorwegNijman. Zijn er beginnende tekenen van suikerziekte, dan gaat het kind naar de poli van Marja van der Vorst. Als suikerziekte is vastgesteld, wordt het kind verder begeleid door het kinderdiabetesteam van het St. Antonius.
Disbalans Bij het merendeel van de kinderen is er geen andere medische oorzaak en wordt de obesitas veroorzaakt door een disbalans tussen voedselinname en verbruik. Van der Vorst: “Daar zit dus bijna altijd een bewegingsprogramma aan vast. We verwijzen naar een bewegingscentrum dicht bij huis, waar de kinderen onder begeleiding van een fysiotherapeut, diëtist en psycholoog gedurende een aantal maanden een uitgebreid programma doorlopen.” Hierna keren de kinderen terug op de poli. “Dan kijken we naar het resultaat en vervolgstappen. Of het altijd succesvol is? Helaas niet. Was dat maar zo. Het gaat om een stevige
verandering van een leefpatroon, die meestal voor het hele gezin geldt. Dat vraagt om een bepaalde instelling, om discipline. Die zien we helaas niet bij iedereen.”
Kindergeneeskunde Het St. Antonius Ziekenhuis heeft een grote vakgroep Kindergeneeskunde met verschillende specialisaties: neo natologie met een eigen afdeling met een post intensive care en high care unit, kinderendocrinologie, kinder longziekten en erfelijke en aangeboren aandoeningen. Er zijn multidisciplinaire spreekuren: onder meer voor kinderen met diabetes mellitus, astma, eczeem, incontinentieproblematiek, syndroom van Down, en ontwikkelingsproble men. De vakgroep beschikt ook over de afdeling Kinder- en Jeugdpsychologie met diverse specialisaties.
Geen paniek!
Heeft u een hoge bloeddruk? Dat kan uw nieren onherstelbaar beschadigen. 1 op de 5 mensen met een hoge bloeddruk heeft zelfs chronische nierschade. Dat is nog geen reden tot paniek. Maar wel een reden om één keer per jaar uw nieren te laten controleren. Want als u er tijdig bij bent, is nierschade vaak te beperken. Door gezonder te leven en door behandeling met medicijnen. Meer weten? Ga naar nierstichting.nl of bespreek het met uw huisarts.
21
Beneluxlaan 922 3526 KJ Utrecht tel: 030 - 282 22 00
[email protected] www.axioncontinu.nl
Zorg die zich 24 uur per dag aan u aanpast Zo lang mogelijk veilig en zelfstandig wonen en leven dat wil toch iedereen! Met een beetje hulp van Rivas lukt dat. Ook als er meer nodig is, helpen we u snel en goed op een moment dat het u uitkomt. Van enkele uren huishoudelijke hulp per week tot intensieve zorg de klok rond, er is veel mogelijk. U hoeft niet te wachten, we gaan meteen aan de slag. Het enige wat u hoeft te doen, is ons vertellen hoe u het hebben wilt.
Wij zijn AxionContinu, een zorgorganisatie voor ouderen met diverse woon- en zorgcentra in Utrecht, Lopik en IJsselstein. AxionContinu biedt gevarieerde woonvormen, hoogwaardige zorg en begeleiding en een breed pakket aan individuele diensten aan ouderen. Zowel op onze locaties als bij u thuis. Bel ons servicebureau voor informatie en advies over onze zorg en dienstverlening 030–282 22 77
[email protected]
Thuis voor iedereen
Rivas Zorglijn 0900-8440 (lokaal tarief) www.rivas.nl
������������������������������� ������������������������������������������������������������������ �������������������������������������������������������������������� ������������������������������������������������������������������ ����������������������������������������������������������������� ������� ���������������������� ���������������������������������������������������������������������� ������������������������������������������������������������� ������������������������������������������ ���������������������������������������
�������������������
������������������
���������������������������������������������������������������������������������������������� ������������������������������������������������������������������������������������������� �������������������������������������������������������������������
22
SPATADEREN
Clarivein: nieuwe, veelbelovende spataderbehandeling De specialisten van het St. Antonius Flebologie Centrum werken sinds kort met een nieuwe behandelmethode van spataderen: de ClariVein-methode. Het grote voordeel: de methode is vergeleken met de huidige technieken, zo goed als pijnloos en veel patiëntvriendelijker.
verdovingsprikjes, zoals bij een laserbehandeling, blijven achterwege.” Ook in de eerste weken na de behandeling hebben patiënten nauwelijks tot geen pijn. Patiënten die in het St. Antonius met deze nieuwe techniek worden behandeld, worden in het eerste jaar regelmatig gecontroleerd. Dit gebeurt omdat de techniek nieuw is en resultaten zowel op korte als op lange termijn goed moeten worden bijgehouden. Is met deze methode het ei van Columbus gevonden? De Vries: “Daarvoor is het nog te vroeg, maar de eerste resultaten zijn veelbelovend en het comfort voor de patiënt is hoog. Over een jaar weten we of ook het technische succes vergelijkbaar is met de huidige technieken.”
Vaatchirurg Jean-Paul de Vries (midden) voert de ClariVein-methode uit
In de VS is de ClariVein-methode tot volle tevredenheid gebruikt bij een groep patiënten. Sinds september 2010 worden in twee ziekenhuizen in Nederland, waaronder het St. Antonius, patiënten met deze methode behandeld. Vaatchirurg Jean-Paul de Vries: “De behandeling is veel korter dan de andere behandelmethodes en inderdaad comfortabel voor de patiënt.” Net als bij een infuus wordt bij de ingreep een katheter in de grote spatader ingebracht. Het uiteinde van de katheter heeft een ronddraaiende metaaldraad die de binnenwand van de ader beschadigt. Tegelijkertijd wordt een stof in de katheter gespoten, die ervoor zorgt dat de binnenwanden van de spatader verkleven.
MAN VROUW | FLEBOLOGIE CENTRUM
FABEL OF FEIT? Spataderen zijn erfelijk. Feit. Vaak is sprake van een erfelijke aanleg. Dat heeft te maken met een aan geboren zwakte van de aderwand. Als je zwanger bent, krijg je eerder spataderen. Feit. Door de veranderde hormoonhuis houding tijdens de zwangerschap kunnen de vaatwanden slapper worden. Staan en spataderen hebben niets met elkaar te maken. Fabel. Het heeft wel degelijk met elkaar te maken. Mensen die vaak staan, hebben een verhoogd risico.
Makkelijke keuze Omdat Nelianne van Eeten voor haar werk veel moet staan, wilde ze snel van haar spataderen af. “Ik moest er echt iets aan laten doen. Ik had enorm veel last van een heel zwaar, kloppend been. De keuze voor de ClariVein-behandeling was niet zo moeilijk. Het team legde uitvoerig uit wat de behandeling inhield en ook dat de langetermijnresultaten nog niet bekend zijn. Ik was meteen onder de indruk van de deskundigheid en de betrokkenheid van die mensen. De ingreep zelf stelde echt niets voor – de verdoving bij de tandarts is vervelender. Het zware gevoel was meteen verdwenen en ik heb helemaal geen last gehad. Ook nu, drie maanden later, ziet het er goed uit. Ik zou het zo weer doen.”
Minder belastend De ClariVein-methode is minder belastend voor de patiënt in vergelijking met bijvoorbeeld een laserbehandeling. “Dat komt doordat er geen gebruik wordt gemaakt van hitte, waardoor geen weefsel onbedoeld kan worden beschadigd. Bij de andere methodes zie je dat af en toe gebeuren. Extra
Nelianne van Eeten
23
LONGKANKER MAN VROUW | ONCOLOGIECENTRUM
Binnen het St. Antonius Oncologiecentrum is er veel kennis en ervaring op het gebied van diverse kankersoorten. Het is het grootste kankercentrum van de regio Midden-Nederland, landelijk is het een van de grootste centra. Jaarlijks worden zo’n 3.000 nieuwe kankerpatiënten (incl. huidkanker) behandeld in het Oncologiecentrum - één op de drie nieuwe patiënten in deze regio komt naar het centrum. Vooral op het gebied van borst-, prostaat-, darm- en longkanker zijn we een groot en gerenommeerd centrum. In dit nummer belichten we longkanker. Longkanker. Wat is het, waar komt het vandaan en wat gebeurt er als iemand met de verdenking op deze ziekte in het St. Antonius terechtkomt? Als longkanker in een vroeg stadium wordt ontdekt, is genezing mogelijk. De praktijk
24
leert inderdaad dat bij ongeveer de helft van de patiënten longkanker op tijd wordt ontdekt. Echter, in 2009 werd van de 305 patiënten die met een verdenking op longkanker naar het St. Antonius kwamen, helaas bij bijna de helft de ziekte in een ongeneeslijke vorm geconstateerd. Longarts Judith Herder over de reden daarvan: “Longkanker geeft op zich weinig klachten. De long heeft geen pijnreceptoren, dus voel je niets. Bloed ophoesten, pijnklachten elders, kortademigheid en gewichtsverlies zijn vaak de redenen om naar de huisarts te gaan. Als vervolgens blijkt dat de diagnose longkanker is, is het helaas meestal te laat om nog te kunnen genezen.”
Snelle diagnose Wie van de huisarts een verwijzing krijgt naar een specialist kan in het St. Antonius rekenen op een behandeling waarin de
patiënt écht centraal staat. Dat begint al bij het vaststellen van de diagnose. “We begrijpen dat mensen in onzekerheid zitten en willen dus snel de juiste diagnose en de uitgebreidheid van de ziekte vaststellen.” “Wat er precies in dat eerste traject gebeurt, is afhankelijk van de patiënt”, vervolgt ze. “Na een gesprek zal de longarts eerst lichamelijk onderzoek verrichten. Vervolgens worden diverse onderzoeken uitgevoerd. Er worden foto’s en scans gemaakt en er wordt met een bronchoscoop in de luchtwegen gekeken. Ook wordt er weefsel weggehaald voor onderzoek door de patholoog. In ons ziekenhuis hebben we de modernste apparatuur om alles goed in beeld te krijgen.” Het totale traject voor diagnose, de bepaling van de uitgebreidheid van de ziekte en het behandelplan duurt over het algemeen enkele weken. “Soms wat langer, omdat we
Longarts Judith Herder:
‘We zorgen goed voor de mensen’
St. Antonius Oncologiecentrum
écht goed en gericht willen behandelen. We willen niet over-, maar ook niet onderbehandelen.” Het Oncologiecentrum heeft de beschik king over twee longartsen die zich ge specialiseerd hebben op het gebied van longkanker; zij zijn er dagelijks mee bezig. Daarnaast zijn er gespecialiseerde verpleegkundigen die patiënten tijdens het hele traject persoonlijk en intensief begeleiden. “We zijn laagdrempelig en altijd bereikbaar.” Als de diagnose is gesteld, wordt met de patiënt besproken wat er precies is geconstateerd en wat de mogelijkheden en eventuele onmogelijkheden zijn. “We gaan in elk geval goed voor de mensen zorgen”, benadrukt de longarts. “De mens staat centraal. Wat heb je nog te doen in het leven en kunnen wij daarbij helpen? Dát zijn de
belangrijkste vragen als genezing niet meer tot de mogelijkheden behoort.”
Onderbouwde diagnose en behandeling De zorg in het St. Antonius staat of valt met een goede samenwerking in een team. Zo is er wekelijks een multidisciplinair overleg met alle longartsen, alle arts-assistenten die in opleiding zijn tot longarts, thoraxchirurgen en verpleegkundig specialisten. Ook aanwezig zijn een radiotherapeut, een nucleair geneeskundige, een radioloog en een patholoog. Tijdens dit overleg bespreekt men alle nieuwe patiënten met (verdenking op) longkanker. Judith Herder: “We willen een goed onderbouwde diagnose en behandeling voor stellen, die we vervolgens ook goed met de patiënt bespreken.”
Het Oncologiecentrum biedt een totaalpakket op het gebied van oncologische behandelingen: top specialisten werken er met de modernste apparatuur en passen de meest verantwoorde behandel technieken op het gebied van kanker toe. De specialisten bespreken ieder oncologische patiënt in een multi disciplinair team. Ze zorgen er boven dien voor dat ze hun kennis op toe komstig specialisten overdragen, die in eigen huis worden opgeleid. Patiënten kunnen vaak snel terecht bij het Oncologiecentrum voor een eerste afspraak - bijvoorbeeld bij borstkanker altijd binnen drie dagen. Een ander voordeel voor patiënten is dat een casemanager of gespeciali seerd verpleegkundige hen persoonlijk begeleidt tijdens het gehele behandel proces.
25
HYBRIDE OK MAN VROUW | TOPZORG
Modernste OK van de Benelux Het beste van twee werelden, samengebracht in één OK, de hybride vaat OK. Afgelopen maand is in het St. Antonius Ziekenhuis de eerste operatiekamer van de toekomst geopend, waarin de wereld van de röntgenkamer en de steriele operatie kamer bijeen zijn gebracht. Europa kent slechts enkele van dergelijke OK’s, in de Benelux was er nog geen. Goed nieuws dus voor de artsen die een paar jaar hard gewerkt hebben aan de voorbereiding van deze OK. Maar het is vooral goed nieuws voor de patiënten, zegt Eric van de Pavoordt, een van de vaatchirurgen van het St. Antonius.
verhelpen waren door het plaatsen van een stent in een bloedvat, dan gebeurde dat in de röntgenkamer. Dat is een precies werkje, waarbij je via een prikgaatje in de lies met een katheter je instrumenten naar het aangetaste bloedvat brengt. Door de krachtige röntgendoorlichting kun je heel precies werken.”
De hybride OK, zoals deze officieel heet, is een samenvoeging van twee kamers. Van de Pavoordt legt uit: “Mensen met hartvaatproblemen werden tot nu toe op twee verschillende manieren behandeld: of op de röntgenkamer of op een operatiekamer. Als de CT-scan uitwees dat de problemen te
Noodzaak
26
Vaatchirug Eric van de Pavoordt in de nieuwe OK
26
Voor grotere operaties werd uitgeweken naar de steriele operatiekamers. Met het toenemen van de medisch-technologische mogelijkheden kwam vanuit de artsen steeds vaker de vraag om beide behandeltypes in een en dezelfde ruimte te kunnen uitvoeren.
“Omdat de röntgenkamer een niet-steriele ruimte is, kun je daar alleen kleine ingrepen doen. Maar als tijdens de behandeling blijkt dat een operatieve ingreep toch noodzakelijk is, heb je een probleem en moet je van kamer veranderen. Bovendien zijn de mogelijkheden om grotere stents (buisjes in een bloedvat, red.) te plaatsen fors toegenomen. De inbrenghuls is groot zodat je ook een steriele wond moet maken, veelal in de lies. Maar dat kan alleen in een steriele ruimte, waar je dan weer die krachtige röntgenapparatuur mist.”
Hightech De nieuwe OK biedt een ideale combinatie. De sterke röntgenapparatuur die een zeer hoge beeldkwaliteit garandeert, is op zo’n manier geplaatst dat deze vrij rond de operatietafel kan bewegen. De plaatsing van onder meer de chirurgieverlichting, navigatieapparatuur, afzuiging en opbergsystemen, is volledig op elkaar afgestemd. Door de integratie van alle technische voorzieningen in de wanden en het plafond ziet de OK er opgeruimd uit, hebben chirurg en staf veel bewegingsruimte en kunnen complexe procedures beter, sneller en efficiënter worden uitgevoerd. De eerste operaties in de nieuwe OK zijn inmiddels achter de rug. Tot volle tevredenheid van artsen én patiënten. Van de Pavoordt: “Dit geeft een enorme kwaliteitsimpuls. We kunnen nu zonder van kamer te wisselen beide behandelopties in één ruimte uitvoeren en ook combineren, waardoor de ingreep als geheel kleiner en minder belastend wordt. Een groot voordeel voor de patiënt.”
TEVREDENHEIDSONDERZOEK MAN VROUW | PATIËNTEN
Patiënten meer tevreden dan het voorgaande jaar!
Vorig najaar hebben 7.500 patiënten van het St. Antonius Ziekenhuis deel genomen aan het patiënttevredenheids onderzoek (PTO). Uit dit onderzoek blijkt dat onze patiënten over het algemeen erg tevreden zijn. We scoren met een gemiddelde van 7.6 een mooi resultaat op de patiënttevredenheid.
In het onderzoek hebben we ook gevraagd in hoeverre patiënten het St. Antonius Ziekenhuis bij familie en vrienden zullen aanbevelen. Gebleken is dat dit zeer hoog is in vergelijking met andere ziekenhuizen. De gegevens uit het PTO, een onderzoek dat we sinds 2004 elk jaar houden, levert ons ziekenhuis een schat aan informatie op. Informatie waarmee we hard aan de slag gaan, want het kan altijd beter.
Resultaten Het onderzoek is gehouden onder een grote, representatieve groep patiënten van 108 verschillende afdelingen; ouderen, jongeren, patiënten die op een verpleegafdeling hebben gelegen of een dagbehandeling hebben
ondergaan, en polikliniekbezoekers. 47.500 patiënten werden uitgenodigd om anoniem aan het online-onderzoek deel te nemen. Belangrijke conclusie uit het onderzoek is dat de tevredenheid onder patiënten is gestegen. Zo blijkt dat patiënten meer tevreden zijn over met name de behandeling door de polimedewerker en over de patiëntveiligheid.
Aandachtspunten Naast de goede scores zijn er ook aandachtspunten. Patiënten geven bijvoorbeeld aan dat ze niet altijd tevreden zijn over de wachttijd in de wachtruimte en de informatieverstrekking over de uitloop van de wachttijd. Ook de schoonmaak op de verpleegafdelin-
gen en de informatieverstrekking bij vertrek- en nazorg kunnen worden verbeterd. Naar aanleiding van de onderzoeksresultaten zijn inmiddels diverse verbeterprojecten gestart, zoals het project ‘Wachttijd in de wachtruimte’ en ‘Informatie bij vertrek en nazorg’. Ook wordt de schoonmaak op de verpleegafdelingen opgepakt.
Onderzoek 2011 In 2011 zullen we de kwaliteit vanuit het gezichtspunt van onze patiënten opnieuw meten. Ook van die resultaten houden we u uiteraard op de hoogte.
27
Topmedische zorg om de hoek Het ziekenhuis komt naar u toe! Vanuit zes locaties bieden de specialisten van het St. Antonius Ziekenhuis medische topzorg in de regio Utrecht. Er is dus altijd wel een ziekenhuis of polikliniek bij u in de buurt.
Onze specialisten werken op meerdere locaties. Labora torium-, röntgen- of echografisch onderzoek kunnen op nagenoeg alle plaatsen gedaan worden. Onze wachttijden zijn kort. Met name op de kleinere poliklinieken in Houten, Vleuten en De Meern kunt u snel terecht. Doel van het werken in deze poliklinieken is dat we de zorg graag zo dichtbij mogelijk willen leveren. Bovendien is de sfeer op een kleinschalige polikliniek prettig. Ook dat vinden we belangrijk.
Locatie Nieuwegein
Polikliniek Houten
Locatie Utrecht Oudenrijn
Locatie Utrecht Overvecht
Toekomst In 2013, als het nieuwe ziekenhuis in Utrecht (Leidsche Rijn) klaar is, gaan de ziekenhuizen in Utrecht Oudenrijn en Overvecht dicht. Onze ziekenhuislocatie in Nieuwegein sluit niet als het nieuwbouwziekenhuis klaar is. Deze locatie blijft bestaan, evenals andere poliklinieken. Voor alle duidelijkheid: tot de opening van het nieuwbouwziekenhuis in 2013 zijn onze ziekenhuislocaties in Utrecht Oudenrijn en Utrecht Overvecht gewoon in bedrijf. Daar zullen wij tot en met de laatste dag topzorg leveren.
Polikliniek Vleuterweide
Kaakchirurgie Utrecht-De Meern
Nieuwbouw Utrecht
Locaties St. Antonius Ziekenhuis
MAARSSEN Zuilense
N230
Ri
BILTHOVEN
ng
DEN DOLDER
GROENEKAN
C.
E35 VLEUTEN
HARMELEN
E30 A12
DE BILT
A2
UTRECHT
DE MEERN
D. Leidsche Rijn
E30 A28
B.
ZEIST
C. Utrecht Overvecht Paranadreef 2
BUNNIK
E30
ODIJK
E311 HOUTEN
A.
F.
E25
D. Kaakchirurgie Utrecht-De Meern Van Lawick van Pabstlaan 12
E35 A12
A12
NIEUWEGEIN
IJSSELSTEIN
B. U trecht Oudenrijn Van Heuven Goedhartlaan 1
A27
E.
A27
A2 VIANEN
HAGESTEIN
A. Nieuwegein Koekoekslaan 1
DRIEBERGENRIJSENBURG
E. Polikliniek Vleuterweide (Vleuten) Utrechtse Heuvelrug 130-132 F. Polikliniek Houten Hollandsspoor 5
Bezoek- en spreekuren Voor bezoekuren en (avond) spreekuren, kijk op: www.antoniusziekenhuis.nl Contact St. Antonius Ziekenhuis Postbus 2500 3430 EM Nieuwegein Telefoon 088-320 30 00 www.antoniusziekenhuis.nl