TUIN VAN NOORD
BEHEERPLAN 2009-2024
INHOUDSOPGAVE 1.
INLEIDING
5
2.
ONTWERPVISIE
7
3.
RUIMTELIJKE EENHEDEN 3.1 Van Voorthuysendriehoek 3.2 Waterspeelebied 3.3 Speel / wandelbos 3.4 Sportvelden 3.5 Joop Vervoornpad 3.6 Volkstuinen 3.7 Slaaghstrook 3.8 Schooltuinen
10 11 12 13 14 15 16 17
4.
BEHEEREENHEDEN 4.1 Algemeen beheer 4.1.1 Natuur 4.1.2 Schade en zwerfvuil 4.1.3 Evaluatie 4.2 Bomen 4.2.1 Algemeen 4.2.2 Algemene beheermaatregelen 4.2.3 Beheermaatregelen korte termijn 4.2.4 Groepen 4.2.5 Verzameling Individuen 4.2.6 Puntbomen 4.2.7 Bomenrijen 4.3 Bosplantsoen en zoombeplanting 4.4 Grasland 4.4.1 Gazon 4.4.2 Bloemrijk grasland 4.5 Heesters 4.6 Hagen Stinzenbeplanting en kruidlaag onder bomen 4.7 4.8 Water 4.8.1 Oevers 4.8.2 Open water 4.8.3 Waterhuishouding
19 19 19 20 21 21 23 25 27 29 31
4.9 4.10 4.11
Paden 4.9.1 Asfalt 4.9.2 Asfaltgranulaat 4.9.3 Elementverharding 4.9.4 Houtsnippers 4.9.5 Honingraatmatten Gebruiksmeubilair 4.10.1 Speelelementen 4.10.2 Zitmeubilair 4.10.3 Afvalbakken 4.10.4 Barbecue 4.10.5 Informatieborden Algemeen meubilair 4.11.1 Bruggen 4.11.2 Hekken
51 51 51 51 51
53 55 55 55 55
57 57
BIJLAGEN
Bijlage 1: Bijlage 2: Bijlage 3: Bijlage 4:
Lijst van materialen/beplanting Lijst van materialen/meubilair RAW hoofdcodes Adressen beheereenheden
59 60 61 62
35 37 39 41 43 45 47 49
Beheer door gemeente Beheer door Volkstuinvereniging Beheer door Vereniging Leidse Schooltuinen Beheer door Sportbedrijf
1. INLEIDING
Beheerplan
Algemeen
Dit beheerplan heeft als doel: • De recreatieve waarden en natuurlijke waarden in stand houden. • De hoofdlijnen van het ontwerp bewaren. • Het beheermatig bereiken van eindbeelden van het ontwerp. • Duidelijk en consequent beheer voor nu en in de toekomst.
De Tuin van Noord vormt een groene overgangszone tussen de Merenwijk en Leiden Noord. Het park is ontworpen vanuit de volksparkgedachte, een park waarin niet alleen aandacht is voor de schoonheid van de ‘natuur’, maar waarin ook gebruiksfuncties een belangrijke plaats innemen. Die gedachte is ook in deze tijd nog actueel. De Tuin van Noord heeft een gevarieerde invulling: sportvelden, wandpaden, speelruimte, schooltuinen en volkstuinen. In het westelijk deel vormt het gebied de achtertuin voor een Moskee en het Stedelijk gymnasium. Door de vele functies heeft het park ook veel verschillende gebruikers en beheerders. Dit beheerplan brengt alle losse elementen samen tot een samenhangend geheel, zodat het gebruikt kan worden als handvat bij het beheer door alle verschillende groepen. Historie Het park stamt uit de jaren ‘50 van de vorige eeuw. Het maakte deel uit van het uitbreidingsplan Leiden Noord. Dit plan omvatte woningbouw en de aanleg van sportvelden. Samen met de Leidse bond van Volkstuindersverenigingen, die in het gebied al volkstuinen had liggen, werd het ‘Recreatieplan Noord’ opgesteld. De volkstuinen namen met een permanente plek tussen de Gooimeerlaan en de Zijl langs de Slaaghsloot de helft in van de oppervlakte. In het zuidelijk gedeelte vormde de U-vormige woonblokken, met een deels op het park gerichte buitenruimte de grens van het park. Tot in de jaren ‘70 vormde een spoorbaan een barrière tussen de woningen en het park. In de zone tussen de woningen en de volkstuinen waren schooltuinen, drie voetbalvelden, een speelweide met plasvijver, een rolschaatsbaan, een verkeerstuin en wandelwegen met bosschages bedacht. De gebruikte beplanting was grotendeels inheems. Dit gedeelte kreeg de naam ‘Noorderpark’. De heer D.J. Boerema, de gemeentelijk tuinarchitect, maakte de plannen. Het plan voor de verkeerstuin en de rolschaatsbaan veranderden in een plek voor natuur- en milieueducatie. Uiteindelijk werd dit een parkeerplaats t.b.v. de sportvelden en nu is het verzorgingstehuis ‘Overrhijn’ er gebouwd. In de jaren ’80 werden de schooltuinen en de speelweide omgedraaid en werd een waterspeelplaats aangelegd.
WIST U DAT... De Tuin van Noord bijna een verkeerstuin heeft gehad, maar dat het bestuur van Leiden Natuur en MilieuEducatie toch belangrijker vond?
Beheerniveaus De gemeente Leiden streeft naar een beheermethode die gebaseerd is op beelden. De CROW heeft hiervoor een methode ontwikkeld, waarin per onderdeel in 5 stappen kwaliteitsniveaus zijn weergegeven d.m.v. beelden met een korte beschrijving. Hierbij wordt uitgegaan van een koppeling met schade/achterstalligheid (zie tabel). In dit beheerplan wordt niet één op één gebruik gemaakt van de CROW methode. De codes zijn vertaald in vier beeldkenmerken, weergegeven met gekleurde gieters: komt overeen met code A+
komt overeen met code A
komt overeen met code B
komt overeen met code C
Bij vergelijking van de geschetste beelden uit de CROW methode met de wensbeelden van de Tuin van Noord, blijkt dat de optimale situatie niet in alle gevallen overeenkomt met een code A. De reden hiervoor is dat niet alle beheerelementen zijn opgenomen in het systeem. Bijvoorbeeld: Gras met daarin kruiden zoals madeliefjes en draadereprijs is op een aantal plekken het gewenste eindbeeld. In de CROW wordt dit gezien als onkruid en scoort dus op C of D. Code A+ geeft een zo perfecte situatie weer, dat deze in de praktijk zelden te bereiken is. Daarom wordt deze waardering slecht in een zeer incidenteel geval gebruikt. Code D geeft een zo rommelig en verwaarloosd beeld dat dit in alle gevallen ongewenst is. Samen met de aangegeven beheermaatregelen kan worden aangesloten bij het bestaande officiële systeem.
Code Waardering Omschrijving
Relatie met publicatie 147 wegbeheer
A+
zeer goed
Nagenoeg ongeschonden
Geen schade
A
goed
Mooi en comfortabel
Enige schade
B
voldoende
Functioneel
Waarschuwingsgrens overschreden
C
matig
Onrustig beeld, discomfort of enige Richtlijn overschreden hinder
D
te slecht
Kapitaalvernietiging, uitlokking Achterstallig onderhoud van vernieling, functieverlies, juridische aansprakelijkheid of sociale onveiligheid
verklaring codering uit de CROW
2. ONTWERPVISIE ligging en verbindingen
De Tuin van Noord vormt een groenzone tussen Leiden Noord en de Merenwijk. Aan de zuidkant vormt de Willem de Zwijgerlaan een barrière tussen de stad en het park. Twee overkluizingen, één bij Nieuw Leyden en één bij het Kooiplein zorgen voor een aantrekkelijke recreatieve verbinding. De noordrand van het park is ingericht met volkstuinen. Een openbaar pad door de volkstuinen maakt de Merenwijk bereikbaar voor langzaam verkeer. In groter verband opent dit de weg naar het maken van een langere recreatieve route, van het centrum van Leiden richting het plassengebied ten noorden van de stad.
massa - ruimte Elke ruimte heeft een eigen sfeer. Ruimtes hebben afwisselend een open en een meer gesloten karakter. Er is een onderscheidt tussen een open ruimte, een open ruimte met een gesloten omlijsting, een gesloten ruimte en een transparante ruimte. Elke ruimtelijke sfeer heeft zijn eigen functie.
open ruimte half-open ruimte gesloten ruimte transparante rand
functies De Tuin van Noord is een afwisselend gebied, waarin veel verschillende functies samen komen. In de zuidwest rand ligt het openbare gedeelte, met ruimte voor spel, wandelen, rust en ontmoeting. In het noordoosten liggen de volkstuinen, schooltuinen en sportvelden. Deze gebieden hebben een meer privé karakter. De aanleg van nieuwe toegan-
gen, doorsteken, vergroten van de zichtbaarheid en het verruimen van openingstijden maken deze gebieden meer toegankelijk en bruikbaar. Het Joop Vervoornpad vormt de ruggengraat van het park en verbindt de verschillende onderdelen intern met elkaar.
Joop Vervoornpad
3. RUIMTELIJKE EENHEDEN 3.1 VAN VOORTHUYSENDRIEHOEK Dit is het toegangsgebied van de Tuin van Noord, via de groene overkluizing over de Willem de Zwijgerlaan vanuit Nieuw Leyden. Het is een open gebied met als belangrijkste landschappelijk element een grote vijver omgeven door gazons. Westelijk wordt het gebied begrensd door de nieuwbouw langs de Gooimeerlaan. De moskee en het Stedelijk Gymnasium liggen in het park aan weerszijden van de vijver. Een laan met bomen verbindt de twee. Moskee De moskee is gebouwd in de helling van de groene overkluizing. Het hoogteverschil wordt opgevangen in de verharding door lange flauw aflopende traptreden. Voor de moskee ligt een verhard plein met daarin een blokvormig straatpatroon. Een aantal blokken worden gevormd door speltafels. De bestrating is een verwijzing naar de mozaïeken die in de islam als versiering worden aangebracht. Stedelijk Gymnasium De toegang ligt aan de Gooimeerlaan. Het voorterrein is gedeeltelijk ingericht als parkeerterrein. Een haag vormt de grens tussen de rijbaan en het voetgangersgebied langs de school. Bij de ingang ligt een brede verblijfszone met een in de lengterichting in reliëf aangelegde verharding van betonnen balken. Daarnaast is een grasveld aangelegd dat bij speciale gelegenheden, bijvoorbeeld een ouderavond in de school, een sportevenement of een bijeenkomst in de moskee, gebruikt kan worden als parkeerplaats.
ontwerp Moskeeplein
ontwerp Stedelijk Gymnasium
10
3.2 WATERSPEELGEBIED De nadruk ligt op spelen in de natuur, om en met water. Het is nadrukkelijk geen zwemgebied. Het bestaat uit verschillende eilanden, waar verschillende dingen beleefd kunnen worden. Speeleilanden Op een eiland in de waterpartij naast de tijdelijke parkeerplaats is een boomhut geplaatst. Een ander eiland is omgevormd tot een scheepswrak. Struineilanden Dit is een gedeelte met een twaalftal kleine eilandjes en schiereilandjes, met daarop verschillende speelelementen. De eilanden zijn met elkaar verbonden door stapstenen en boomstammen. De speelelementen zijn geplaatst in zand (veilige valondergrond). Verder zijn de eilanden begroeid met hoge ruigtekruiden.
ontwerp struineilanden
11
3.3 SPEEL- EN WANDELBOS Het speel- en wandelpark is gericht op informele recreatie. Het bestaat uit een aantal gedeeltes met ieder een eigen karakter. De verschillende gebieden zijn met elkaar verbonden door een doorlopend wandelpad. Trapveld Het meest westelijke gedeelte is ingericht als trapveld. Het is omrand met enkele groepen bomen. Hangplek Op de overgang van de open ruimte (trapveld) naar de gesloten ruimte (wandelbos) bevindt zich een zitplek voor jongeren en een pick-nick plek met barbecue. Wandelbos Meer oostelijk heeft het gebied een meer bosachtige uitstraling. Een grote groep bomen vormt het plafond van de ruimte. Daaronder is de ruimte aangekleed door grote vakken heesters afgewisseld met stukken gazon.
ontwerp Speel- en Wandelbos
Bloemeneiland Het stuk park dat naast het wandelbos ligt, heeft weer een open karakter. Het is ingericht met een bloemrijk grasland, waarin enkele losse groepen bomen staan. Hier is ruimte om rustig van de zon te genieten. Vanuit het bestaande bomensortiment wordt zoveel mogelijk toegewerkt naar een fruitbomensortiment. Randzone Aan de noordkant van het bloemeneiland en het wandelbos bevindt zich langs de rand van de watergang een zone met een open karakter waar op verschillende plekken speelelementen zijn geplaatst.
sfeerbeeld fruitboomgaard ontwerp Bloemeneiland
Waterzebra Dit is een laag gedeelte in het park. Het fungeert als waterbuffer. In extreem natte tijden kan water vanuit de Hoven dit gebied binnen stromen.
ontwerp Waterzebra 12
3.4 SPORTVELDEN De sportvelden zijn in beheer van twee verenigingen ‘Roodenburg’ en ‘Pernix’. Naast de officieel georganiseerde sportactiviteiten, kunnen buurtbewoners gebruik maken van de kunstgrasvelden en de jeu de boulesbaan. Ze hebben een semi-openbaar karakter. De hoofdingang van Roodenburg ligt aan de Pieter Bothstraat, de hoofdingang van Pernix aan het Joop Vervoornpad. Roodenburg De zuidkant grenst aan het openbare gedeelte van het park. De grens wordt gevormd door een watergang. Vanuit het park kan het sportterrein worden bekeken door een transparante bomengroep, die geplant is in een kiezelverharding. Deze zone dient tevens als verblijfsgebied voor de sportveld bezoekers. De zone is verbonden met de rest van het park door een vlonderbrug, die afsluitbaar is d.m.v. een eenvoudig houten hekwerk. Aan de noordkant bij het Joop Vervoornpad vormt zo’n zelfde brug de toegang naar zo’n verblijfsgebiedje. Dit keer ingericht met een aantal speelelementen. De sportvelden zijn afgezet met een rand bomen en heesters, waarin op een aantal plekken zichtopeningen zijn aangebracht. Pernix Het wandelpark en het Joop Vervoornpad zijn met elkaar verbonden door een pad dat langs het sportveld en het clubgebouw loopt.
13
3.5 JOOP VERVOORNPAD Het Joop Vervoornpad is het verbindende element tussen de verschillende parkonderdelen. Vanaf de ingang van de volkstuinen is het pad gesloten voor autoverkeer. Daar is het ingericht als voet-fiets-skeelerroute. Noordkant: Het pad ligt ingesloten tussen twee sloten met daarlangs een steile berm met daarin een rij bomen. Het pad zelf is smal. Een aan weerszijden aangebrachte band, maakt het mogelijk om in speciale gevallen met een breder voortuig over het pad te rijden. Zuidkant: Hier loopt het pad door het openbare park. Een bomenrij aan één kant van het pad benadrukt de doorgaande lijn. Het gedeelte dat in noordelijke richting loopt tussen Roodenburg en het oostelijk deel van de volkstuinen, heeft aan de kant van de sportvelden een brede groenstrook. Deze is ingericht met een dichte boomgroep, met daaronder een kruidachtige bosbeplanting (stinzen).
Joop Vervoornpad noordrand, 2008
Boomgroep met stinzen 14
3.6 VOLKSTUINEN Vormen een wereld op zich. Een openbare doorgangszone, aansluitend op het Joop Vervoornpad, vormt de recreatieve verbinding door het volkstuingebied naar de Merenwijk. De doorsteek wordt begrensd door een sloot aan weerszijden van het fietspad. Vanaf de Gooimeerlaan zijn de volkstuinen bereikbaar via een wandelpad door de Slaaghstrook. Het beheer van de volkstuinen wordt geregeld door de volkstuinders zelf.
ontwerp doorsteek
Volkstuinen 2008 15
3.7 SLAAGHSTROOK Deze groene strook begrenst het park in het noorden aan de kant van de Slaaghsloot. Langs deze strook lopen ook hoogspanningsmasten. Via een wandelpad kan de verbinding tussen de Gooimeerlaan en de IJsselmeerlaan worden gelegd. De strook heeft een natuurlijk, bosachtig karakter, afgewisseld met een ruige zoombeplanting met brandnetel, ridderzuring, grote klis, braam en Hollandse berenklauw. Een ideaal gebied voor veel vogels en insecten om te nestelen, schuilen en foerageren. Er moet rekening mee worden gehouden dat er geen boomkruinen in de buurt van de hoogspanningsleidingen komen.
WIST U DAT... Rupsen vaak maar één soort plant op hun menu hebben staan? Brandnetel staat bovenaan op de verlanglijst. Een garantie voor veel mooie vlinders in het park is dus een lekkere ruige plek.
16
3.8 SCHOOLTUINEN Tussen het waterspeelgebied en de sportvelden is het schooltuincomplex ‘de Distelvlinder’ te vinden. Het beheer van dit complex wordt georganiseerd door de Leidse Vereniging Schooltuinen. Ze zijn zichtbaar vanaf het Joop Vervoornpad en vanuit de open speelrand langs het wandelbos. Op momenten dat er wordt getuinierd, zijn de schooltuinen toegankelijk voor publiek. Meer informatie over schooltuinen is te vinden op www.leidseschooltuinen.nl .
Schooltuinen 2008
17
bruinrode heidelibelle
bruine waterjuffer
bruin zandoogje
atalanta
waterhoen
putter
fauna in het ‘Noorderpark’ 18
4. BEHEEREENHEDEN 4.1 ALGEMEEN BEHEER 4.1.1 NATUUR In 2004 zijn de grote Leidse parken, waaronder het Noorderpark, onderzocht op natuurrijkdom. Hieruit kwam naar voren dat het niet het meest soortenrijke park is. Omdat alleen het gedeelte Noorderpark is bekeken en niet de omgeving, zoals het volkstuinengebied, is de verwachting dat de werkelijke waardering een stuk hoger ligt. De belangrijkste functie van het gebied is recreatie, maar door de afwisselende inrichting met bosjes, bomen, wilde bermen, natuurlijke oevers en tuinen heeft het park ook voor wilde fauna en flora veel te bieden.
4.1.3. EVALUATIE Jaarlijks worden de ontwikkelingen geëvalueerd. Hierbij worden alle partijen die betrokken zijn bij het park uitgenodigd: ontwerp, beheerders van gemeente, sportbedrijf, volkstuinen, schooltuinen, buurtvereniging, gymnasium, moskee. Voorafgaand aan de evaluatie wordt een lijst opgesteld met de te bespreken onderwerpen. Zo nodig worden beheermaatregelen aangepast.
beheermaatregelen: • Snoeien en maaien oevers zoveel mogelijk gefaseerd • Alleen snoei in het broedseizoen als de situatie gevaar vormt • Rekening houden met rust-, schuil- en foerageerplekken • Waar mogelijk snoeihout laten liggen (aangegeven bij beheergroepen) 4.1.2 SCHADE EN ZWERFVUIL beeld
weinig en schade zwerfafval
beheermaatregelen: • Zwerfafval ruimen • Schade door vandalisme zo snel mogelijk herstellen
19
4.2 BOMEN 4.2.1 ALGEMEEN De bomen hebben verschillende functies. Ze bepalen de ruimtelijke sferen in het park. Ze zijn ingedeeld in meerdere categorieën. Verzameling individuen Een groep bomen met een losse structuur, die lichte ruimtes vormen. De groeiwijze van de bomen en de beleving van de ruimte hieromheen is belangrijker dan het aantal bomen en de precieze lokatie hiervan. Groepen Bomen die samen een dichte structuur vormen. Belangrijk is de massa en de kroonprojectie, niet het aantal bomen en de precieze lokatie hiervan. Bomenrij Bomen die in een lijnvorm zijn aangeplant. Twee evenwijdige bomenrijen vormen een laan. De structuur als rij moet behouden blijven. Puntbomen Bomen op een belangrijke plek, bijvoorbeeld als eindpunt van een zichtlijn. Bij uitval moeten deze bomen één op één vervangen worden op dezelfde plek. Solitaire bomen Een enkele boom met weinig of geen samenhang met de overige boombeplanting. Door de plaats in de ruimte kunnen ze onbelemmerd hun natuurlijke habitus ontwikkelen. De uitstraling van een solitaire boom wordt grotendeels bepaald door de vorm en grootte van de boom. De precieze lokatie is minder van belang. Weergave bomen De bomen worden per categorie beschreven. Iconen geven de mogelijke vorm en grootte weer. Bij een groep wordt ook het percentage de voorkomende boomtypes weergegeven. Het icoon ‘boom met bijzonder kenmerk’ betreft bloemen, bessen, stam met sierwaarde, bladkleur of herfstkleur. Als er een boom vervangen moet worden, moet de nieuwe soort voldoen aan de weergegeven kenmerken.
Groep
Verzameling individuen
1e grootte, groter dan 12 meter 2e grootte, tussen 6 en 12 meter 3e grootte, kleiner dan 6 meter
dichte kroon half open kroon open kroon
brede piramide
breed rond treurvorm smal
boom met bijzonder kenmerk
Er hoeft dus niet vervangen te worden door dezelfde soort. De symbolen en percentages geven de gewenste situatie weer. In een aantal gevallen moet hier nog beheermatig naar toe worden gewerkt. 20
4.2.2 ALGEMENE BEHEERMAATREGELEN LOSSE BOMEN
beeld
Bomen gezond, weinig beschadigingen, boombanden verkeren in voldoende staat, weinig wortel- en stamopschot
Jonge bomen: • Begeleidingssnoei, 1x per jaar • Inboet van niet aangeslagen bomen • Boomband verruimen/ vervangen of zo nodig verwijderen • Water geven wanneer nodig • In gazon boomvoet schoffelen bij bomen tot 20 cm stamdoorsnede, ter voorkoming van maaischade
4.2.3 BEHEERMAATREGELEN OP DE KORTE TERMIJN Jonge tot halfwas bomen in rijen één op één inboeten met dezelfde soort. Maat van de aan te planten boom aanpassen aan het formaat van de bestaande bomen. Bomen met een slechte tot matige conditie ploffen en bemesten. Bomen in Leiden worden om de drie jaar VTA gekeurd. Bomen met een slechte tot matige conditie opnemen in een lijst. Deze bomen elk jaar extra beoordelen. N.a.v. de beoordeling beslissen of vervanging noodzakelijk is. Zo nodig bomen toevoegen aan de lijst. Als wordt verwacht dat een boom binnen een aantal jaren moet worden vervangen, moet worden bekeken of vooraf alvast een nieuwe boom kan worden aangeplant in de nabije omgeving. Dit afhankelijk van licht, ruimte en lokatie.
Halfwas en volwassen bomen: • Begeleidingssnoei/onderhoudssnoei, 1x per 4 jaar, tenzij inspectie anders uit- wijst • VTA • Wanneer nodig groeiplaatsverbetering: mesten, ploffen Alle bomen: • Jaarlijks controle op conditie • Dood hout snoeien • Waterlot jaarlijks verwijderen • Eventuele stormschade opruimen • Opkronen alleen langs wandelpaden; tot 2 m hoog • Veiligheidsbeheer waar nodig: zuigers/plakoksels e.d. verwijderen Paardenkastanjes: • Schouwen op kastanje- / bloedingsziekte • Indien besmet nader onderzoek en ziektebeeld afwachten, aan de hand daar van verdere maatregelen (n.a.v. wetenschappelijk onderzoek) Meidoorns: • Schouwen op bacterievuur • Bij aanwezigheid bacterievuur de boom verwijderen 21
Zone met laagvertakte bomen
22
4.2.4 GROEPEN Groepen vormen donkere ruimtes in het park. Dit kan door dicht op elkaar staande smalle bomen, of met minder bomen met een brede kroon. Bij uitval van een boom moet bekeken worden of de donkere plek zonder aanplant van een nieuwe boom gehandhaafd blijft. Bijvoorbeeld omdat een andere boom kans krijgt uit te groeien. Nieuwe aanplant moet gebeuren aan de hand van de aangegeven iconen. De bedekkingsgraad van groepen ligt tussen de 70 en 100 %. Groep A Deze groep vormt een donkere plek tussen het trapveld en het bloemeneiland. Het bestaat uit een gemengd sortiment met: veldesdoorn, es, zomereik, ruwe berk, witte Himalayaberk, okkernoot, beverboom, sierkers, veelbloemige kornoelje, zwarte berk, iep wilg en Hongaarse eik. Een gedeelte van de bomen, die in heestervakken zijn aangeplant, zijn laag vertakt.
100 %
20 %
80 %
100 %
20 %
Groep B Een groep aan het Joop Vervoornpad, in het toegangsgebied naar de volkstuinen. Onder deze bomengroep staat een stinzenbeplanting. De bedekkingsgraad van de kronen is maximaal 70 - 80 %, om voldoende lichttoetreding te garanderen. Het sortiment bestaat uit zomereik, els, gewone esdoorn, populier en hemelboom. Tussen deze soorten door is de katsuraboom gemixt. Deze soort markeert de ruggengraat van het park. In groep B moet de soort die deze functie heeft altijd aanwezig blijven.
70 %
30 %
35 %
65 %
35 %
65 %
30%
23
24
4.2.5 VERZAMELING INDIVIDUEN Verzamelde individuen vormen lichte ruimtes. De bedekkingsgraad ligt tussen de 30 en 60 %. Bij uitval wordt bekeken of nog aan het gewenste percentage wordt voldaan en of het beeld voldoende aantrekkelijk blijft. Verzameling individuen A Deze groep bepaalt de sfeer in de bloemenweide. Het oorspronkelijke sortiment is afwisselend en bestaat uit wilg, berk, es en tamme kastanje. Eén van de wilgen heeft een matige gezondheid. In de stam zitten een aantal spechtengaten. Met het juiste snoeibeleid kan deze voorlopig nog mee. Bij uitval van bestaande bomen moet zoveel mogelijk worden vervangen door hoogstam fruitbomen. Als aanzet hiervoor is een aantal appelbomen aangeplant.
20 %
80 %
10%
90 %
100 %
80 %
Wilgenstam met spechtengaten
Verzameling individuen B Een groep bomen in het waterbergingsgedeelte. De bomen vormen nu nog een dichte groep. Het eindbeeld is een boomgroep met een open structuur. De huidige boomsoorten zijn veldesdoorn, zwarte berk, es, populier, els en een noot. De toekomstsoorten zijn soorten die goed tegen natte voeten kunnen. Als aanzet hiervoor is een aantal moerascipressen aangeplant. Bij de brug naar Pernix staan twee grote populieren. Als deze in de toekomst vervallen, hoeft op deze plek geen boom terug te komen.
90 %
10%
10%
90 %
90 %
10 %
90 %
Waterzebra voor dunning
Waterzebra na dunning 25
Solitaire boom, per kleur een andere boomsoort Puntboom, per kleur een andere boomsoort
26
Verzameling individuen C Vormt een ontvangstruimte bij de sportvelden van Pernix. De bomen vormen een zuilenrij met witte stammen en een transparante kroon. De bedekkingsgraad is ca. 60%.
100 % 100 %
100 %
60 %
100 %
Verzameling individuen D Bomen op de avontuurlijke speeleilanden. Huidig sortiment: es, haagbeuk en populier.
80 %
20 %
20 %
80 %
100 %
Verzamelde individuen E Deze bomen staan op het tijdelijk te gebruiken parkeerveld. De huidige boomsoort is zilveresdoorn.
100 % 100 %
100 %
100 %
100 %
Verzameling individuen G Een aantal berkenstoven langs de waterpartij bij het water speelgebied.
100 % 100 %
100 %
40 %
100 %
20 %
80 %
100 %
20 %
30 %
4.2.6 PUNTBOMEN EN SOLITAIRE BOMEN Deze bomen staan op een belangrijk punt in het park. Puntboom In het waterspeelgebied is op een eiland een boomspeelhuis geplaatst. Dit speelelement is opgebouwd rondom een grote boom. De huidige boomsoort is een plataan. Als deze boom in gezondheid achteruit gaat, moet worden gecheckt wat dit betekent voor de veiligheid van de speelomgeving, in combinatie met de toestand van het speeltoestel. Als het speeltoestel nog in goede staat is en de boom levert geen gevaar op, kan de boom gewoon blijven staan. Vervanging vindt dan pas plaats op het moment dat ook het speeltoestel moet worden vervangen.
100 % 100 %
Verzameling individuen F Deze bomen vormen het dak boven het plein bij de moskee. Het zijn vormbomen (dakplatanen), wat het bijzondere karakter van de ruimte benadrukt.
100 % 100 %
Verzameling individuen H Een aantal losse groepjes in de doorsteek door de volkstuinen.
100 %
Puntboom Deze bomen staan op hoekpunten van het park. Ze markeren belangrijke toegangen.
100 % 100 %
100 %
100 %
Solitaire boom Dit zijn twee bomen, die vrij uitgroeien in de open ruimte.
100 % 100 %
100 %
50 % 27
28
4.2.7 BOMENRIJEN Bomenrijen begeleiden een route, of vormen een afscheiding tussen twee gebieden. De samenhang in de rij moet worden behouden. De bomen in een rij moeten van dezelfde soort zijn. Bij inboet van losse exemplaren geldt daarom niet het kiezen van een soort op basis van habitus. De samenhang kan ook verstoord worden door een groot verschil in grootte. Bijvoorbeeld bij vervanging met een boom in een rij met volwassen bomen. Een kleine boom in een rij met grote bomen valt meer op als gat, dan wanneer hier geen boom was aangeplant, maar gaten mogen ook niet te groot worden. Het is dus steeds zoeken naar de juiste balans.
Boomrij zonder en met inboet bij uitval van één boom
Rij A Bomenrij van Perzische slaapboom achter de parkeerplaats bij de Nieuwe Marnixstraat, achter de moskee.
Rij B Bomenrij langs de Nieuwe Marnixstraat vanaf de moskee tot aan de ingang bij het Stedelijk Gymnasium. De boomsoort is een kleine variant van de tulpenboom.
Rij C Rij bomen langs de parkeerplaats bij het Stedelijk Gymnasium. De rij staat naast een watergang. De boomsoort bestaat uit gewone elzen.
Rij D Verbindende rij door de verschillende ruimtes in het wandelgebied. De boomsoort bestaat uit katsuraboom.
Rij E Dubbele rij bomen langs het Joop Vervoornpad. Ook hier zijn katsurabomen aangeplant. Rij D en E moeten altijd uit dezelfde boomsoort bestaan. 1e rij: Uitval regelmatig: bomenrij is evenwichtig 2e rij: Uitval in blokken: structuur raakt verstoord 3e rij: Inboet, maar beeld is nog onevenwichtig 4e rij: Inboet, gewenst beeld. Een enkele mooie grote boom is gehandhaafd
29
Zoom A Bosplantsoenstrook B Bosplantsoenstrook C Doorzicht
30
4.3 BOSPLANTSOEN / ZOOMBEPLANTING
Bosplantsoen is een evenwichtig opgebouwd beplantingstype, opgebouwd uit een kruidlaag, struiklaag en een boomlaag. Aan de rand van een bosplantsoen ligt vaak een overgangszone, een zgn. zoom. Een zoom bestaat uit een ruige begroeiing met hier en daar een struik. Bij voldoende breedte gaat een zoom over in bloemrijk grasland of gazon. In de Tuin van Noord is zo’n volledig profiel niet te vinden. Wel zijn er een aantal plekken met een beplantingstype dat er qua karakter op lijkt.
bosschage
1-4 m
zoom
gazon Standaard profiel zomen
Doorsnede bosplantsoen: kruidlaag, struiklaag en boomlaag
ZOOM A Dit is een smalle strook langs de Noordrand van het gebied. beeld
Natuurlijk ruig beeld. Schoon van zwerfvuil
beheermaatregelen • Onderhoudssnoei • Wandelpad toegankelijk houden, kruiden en bramen langs randen zo nodig maaien • Overhangende takken niet recht afsnoeien, maar randbeplanting vrijzetten. • Kruidenzoom jaarlijks maaien (september/oktober)
0,6 m
minimale snipperbreedte
1,5 m
minimale doorgangs ruimte
Doorsnede zoom A
31
Doorsnede zoom B uitgangspositie 2009
Doorsnede zoom B eindbeeld
10 - 15 m
32
BOSPLANTSOENSTROOK B Dit is een smalle singel, die de begrenzing vormt tussen de sportvelden. Om zichtlokaties te creëren, is op een aantal plekken de afstand tussen bomen en groter en moeten hoge struiken worden verwijderd. De bomen mogen de kwaliteit van het sportveld niet aantasten. beeld Gesloten beplanting met hier en daar een doorkijk
beheermaatregelen • 1/5 e deel van de boomvormers jaarlijks dunnen tot 30% • Elke 2 jaar 1/5 e deel van de struikvormers terugzetten • Op zichtlokaties struikvormers verwijderen • Een keer per jaar kruiden maaien • Overhangende takken verwijderen • Bomen met storende wortelgroei in de grasmat verwijderen Bosplantsoenstrook C gezien vanuit het waterzebra gebied
BOSPLANTSOENSTROOK C Een smalle strook tussen de ‘waterzebra’ en de sloot langs de Hoven. Boomvormers zijn berken en veldesdoorns. De kronen van de boomlaag laten voldoende licht door voor de ontwikkeling van een kruidlaag en struiklaag. beeld
Boomlaag gesloten tot 75% Kruidlaag gesloten (90%) Bedekking heesters ca. 40%. Doorzicht naar overkant mogelijk
beheermaatregelen • Om de 4 jaar beoordelen of dunnen nodig is • Dunnen 25% per keer • Overhangende takken niet recht afsnoeien, maar randbeplanting vrijzetten • Kruidenzoom jaarlijks maaien (september/oktober) • Snoeihout grotendeels afvoeren, enkele stammen mogen blijven liggen
Snoei van een bosplantsoenrand: vóór de snoei, fout gesnoeid, goed gesnoeid
33
Parkeerzone in gazon Trapveld Gazon Natte zone (biezenveld)
34
4. 4 GRASLAND
In de Tuin van Noord liggen verschillende typen grasland. Uiterlijk en beheer hangen samen met de functie.
Overige gazons beeld
4.4.1. GAZON Trapveld beeld
Egaal, geen gaten. Maaihoogte voor het maaien 6-10 cm. Maaihoogte na het maaien, 3-5 cm. Toegestaan hoogteverschil 1,5 cm.
beheermaatregelen: • 15 x per jaar maaien. Zoveel als nodig om beschreven beeld in stand te houden • Jaarlijks bijzaaien en inharken • Gaten aanvullen en bijzaaien • Prikken wanneer nodig • Bladruimen wanneer nodig
beheermaatregelen: • 24/26 x per jaar maaien. Zoveel als nodig om beschreven beeld in stand te houden • Om de 2 jaar vertidraineren en bezanden • Om de 2 jaar bemesten met kunstmest • Jaarlijks bijzaaien en inharken • Gaten aanvullen en bijzaaien • Bladruimen wanneer nodig • 1x per jaar drain doorspuiten
Verstevigd gazon Bij het Stedelijk Gymnasium is een grasveld ondergronds verstevigd methoningraatmatten. Dit veld kan bij evenementen op bijvoorbeeld de sportvelden, school of moskee, gebruikt worden als extra parkeerruimte. Het veld ziet eruit als een gewoon gazon (zie ‘trapveld’) beheermaatregelen: • 24/26 x per jaar maaien. Zoveel als nodig om beschreven beeld in stand te houden. • Jaarlijks kale plekken op rittermatten aanvullen en bijzaaien • Bemesten wanneer nodig • Prikken wanneer nodig
Hier en daar oneffenheden toegestaan. Gras afgewisseld met tredplanten. Maaihoogte voor het maaien 10-15 cm. Maaihoogte na het maaien 5-8 cm. Toegestaan hoogteverschil 1,5 cm.
Gazon met tredplanten (ereprijs)
Biezenveld Tussen de Hoven en de sportvelden ligt een laag gebied met bomen, dat dient voor de berging van water. Dit stuk grasland staat het grootste deel van het jaar onder water. Er zal zich een vegetatie ontwikkelen die van vocht houdt met bijvoorbeeld pitrus en riet. beeld
Hier en daar oneffenheden toegestaan. Gras- en andere kruidensoorten mogen uitgroeien, maar het gebied moet overzichtelijk blijven. Riet tolereren tot ca. 30% van de oppervlakte.
beheermaatregelen: • 2 x per jaar maaien en afvoeren Zoveel als nodig om beschreven beeld in stand te houden • Riet zo nodig extra maaien • Jaarlijks controleren of waterbergend vermogen nog voldoende is 35
Waterspeelgebied Bloemeneiland Wilde berm
36
4.4.2 BLOEMRIJK GRASLAND Bloemeneiland Een weide met eenjarige kruiden vormt een fleurig gedeelte in het park. beeld
Hier en daar oneffenheden, weinig zodenvormende grassen, veel verschillende soorten kruiden, waarvan een groot percentage akkeronkruiden (60-80%).
beheermaatregelen: • Maaien na de bloei en in het najaar • Grote gaten aanvullen, niet inzaaien • Kruidenrijkdom monitoren en zo nodig frezen om pioniersoorten te behou- den • Wanneer frezen niet voldoende resultaat oplevert opnieuw akkeronkruiden inzaaien
Wilde bermen In deze bermen krijgen kruiden de kans om uit te groeien en te bloeien. De soortenrijkdom wordt bevorderd door het beïnvloeden van de concurrentie tussen de kruiden. Ruige snelgroeiende kruiden worden als het ware een beetje geplaagd. Dit gebeurt door de begroeiing een paar keer per jaar te maaien en af te voeren. beeld
WIST U DAT... Er twee soorten berenklauwen zijn, de reuzenberenklauw en de gewone berenklauw. De reuzenberenklauw komt uit zuidwest Azië en is hier ingevoerd als tuinplant. Hij kan wel 4 meter hoog worden. Deze plant is gevreesd om de uitslag die het plantensap kan veroorzaken bij mensen na blootstelling aan licht. De gewone berenklauw lijkt als twee druppels water op z’n broertje, maar blijft veel kleiner. Hij hoort gewoon thuis in Nederland en is vaak te vinden op voedselrijke vochtige plekken. Gelukkig hebben mensen weinig last van deze plant. Insecten zijn er zelfs dol op. Ze gebruiken hem als voedsel (nectar) en als schuilplaats (holle stengels). Schapen verorberen ook graag een stengeltje berenklauw.
Waterspeelgebied beeld
Ruig, oneffenheden, hier en daar open plekken, hoge kruiden. Soortensamenstelling van ondergeschikt belang.
Hier en daar oneffenheden, weinig zodenvormende grassen, veel verschillende soorten kruiden.
beheermaatregelen: • Maaien en afvoeren half juni/juli en eind september/half oktober • Grote gaten aanvullen, niet inzaaien • Kruidenrijkdom monitoren en zo nodig maaitijdstip aanpassen
beheermaatregelen: • Maaien en afvoeren 1x per jaar • Reuzenberenklauw uitsnijden in een vroeg stadium, in ieder geval vóór de bloei
37
Bamboe, 3-5 m hoog Bodembedekkende heesters, tot ca. 0,30 m hoog Heesters, ca. 1 m hoog Grens heesters en gazon
Gunnera
38
4.5 PLANTVAKKEN MET HEESTERS OF GROVE VASTE PLANTEN
Deze vakken maken samen met bomen de gesloten ruimtes in het park. Het beschreven beeld is dat van een gesloten beplanting. De lage en middelhoge heestervakken vormen een ondergrond voor laagvertakte bomen. Een bamboevak bij het trapveld dient als natuurlijke ballenvanger.
Heestervakken, laag beeld
Niet meer dan 20% onkruid van 10 cm hoog.
Bamboe beeld Beginperiode: niet meer dan 20% onkruid van 10 cm hoog. Na dichtgroei met bamboe: Tot 40% onkruid van 30 cm hoog. beheermaatregelen: • Zoveel wieden als nodig om beschreven beeld in stand te houden • Na de winter dode scheuten verwijderen • Inboeten met soorten van dezelfde vorm en grootte Gunnera Gunnera tinctoria is een decoratieve vaste plant met grote bladeren. De Gunnera op deze plek vormt een accent bij de overgang van de Hoven naar het park. Gunnera houdt van beschutting en vocht. Als blijkt dat deze soort niet aanslaat op deze plek, dan deze soort vervangen door een heester of vaste plant met dezelfde uitstraling.
beeld
Gesloten beplanting. Tot sluiting niet meer dan 20% onkruid van 10 cm hoog. Daarna zorgt schaduwwerking van het blad dat onkruid niet of nauwelijks groeit.
beheermaatregelen: • Plant in de winter afdekken. Dit kan door het eigen blad in deze periode aan de plant te laten zitten • Zoveel wieden als nodig om beschreven beeld in stand te houden • Afhankelijk van het weer, water geven
beheermaatregelen: • Eens in de 4 jaar snoeien. Snoeiafval verwijderen • Zoveel wieden als nodig om beschreven beeld in stand te houden • Voorjaars- en najaarsschoonmaak • Inboeten met soorten van dezelfde vorm en grootte • Zaailingen van niet ingeplante soorten verwijderen Heestervakken, middelhoog beeld Rand: niet meer dan 20% onkruid van 10 cm hoog. Midden: Tot 40% onkruid van 30 cm hoog. Natuurlijke overgang gras: heesterrand hangt over de grasrand heen. Er is geen duidelijke grens te onderscheiden. beheermaatregelen: • Snoeien: algemeen: snoei in de winter bloeiende heesters: voorjaarsbloeiers: snoeien direct na de bloei zomerbloeiers: snoeien in de winter zomerbloeiers op oud hout: snoeien direct na de bloei • Snoeiafval verwijderen • Zoveel schoffelen als nodig om beschreven beeld in stand te houden • Voorjaars- en najaarsschoonmaak • Inboeten met soorten van dezelfde vorm en grootte • Overhangende takken langs paden verwijderen • Zaailingen van niet ingeplante soorten verwijderen 39
40
4.6 HAGEN
Hagen benadrukken de grens tussen twee ruimtes. Bij het Stedelijk Gymnasium vormt een beukenhaag de grens tussen het verkeersgebied en voetgangersgebied bij de ingang van de school.
beeld
de haag is goed gesloten. Verharding en haag sluiten goed op elkaar aan. Er zijn weinig lange uitlopers uit de haag. Tussen de haag groeit weinig onkruid.
beheermaatregelen: • Snoeien in mei/juni en in september/oktober • Indien nodig inboeten • Onkruid onder de haag schoffelen
41
Stinzenbeplanting
42
4.7 STINZENBEPLANTING EN KRUIDLAAG ONDER BOMEN
Op boomrijke plekken, waaronder geen gras of heesters groeien, kan zich een kruidlaag ontwikkelen. Voorwaarde voor groei en bloei is voldoende licht. Bekende aantrekkelijke beplanting onder bomen zijn stinzenplanten. Zij vragen een luchtige voedselrijke grond. Stinzenplanten gedijen het best in een bos met een samenstelling van es, iep, zomereik en gewone esdoorn. De belangrijkste groei- en bloeiperiode is in het voorjaar, als het blad nog niet aan de boom is en er nog veel licht is in het bos. In het bosje naast het eerste gedeelte van het Joop Vervoornpad zijn stinzenplanten aangeplant.
boshyacinth
beeld Voorjaar: gesloten kruidlaag met bloeiende stinzen (90%) Zomer: pleksgewijs andere bloeiende kruiden (40%), geen ruige kruiden, zoals brandnetels, zevenblad.
beheermaatregelen beginperiode: • Selectief wieden • Concurrerende ruigte tijdens de bloei van de stinzen wegmaaien beheermaatregelen later: • Ontwikkeling monitoren • Bij onvoldoende groei/bloei met mate bomen dunnen/snoeien (te weinig licht) • Snoeihout afvoeren • Bij een te grote ontwikkeling van ruigtekruiden, bomen bijplanten (te veel licht) • Bij vervanging bomen met een open kroon gebruiken • Ruigtekruiden uitmaaien zo vaak als nodig om het beschreven beeld in stand te houden
paarse dovenetel
43
Watergang Struineilanden Natuurlijke (flauwe) oever Gazon met geleidelijke overgang naar het water Doorzicht naar het water
44
4.8 WATER
Het park kent verschillende soorten watergangen. Een aantal oevers, bijvoorbeeld de sloten in het volkstuingebied zijn beschoeid. Andere oevers hebben een geleidelijke overgang naar het water, eventueel met onder water een plasberm. Dit is gunstig voor de groei van oever- en waterplanten; deze zorgen op hun beurt voor schoner water en een rijkere fauna. 4.8.1 OEVERS Oeverbeplanting is gunstig voor de waterkwaliteit. De beleving van het water moet wel gewaarborgd blijven. Op een aantal plekken moet de oever vrij worden gehouden van oeverbegroeiing. Watergangen met natuurlijke oevers beeld
Een gevarieerde begroeiing met water- en moerasplanten. Hier en daar een open plek naar het water toe.
beheermaatregelen: • Riet maaien in fasen. Jaarlijks de helft van de begroeiing maaien boven water en afvoeren, tussen half november en half maart • Het teveel aan riet in het najaar onder water maaien en afvoeren (zichtplek ken) • Zo nodig riet en oeverbegroeiing tussentijds maaien (zichtplekken) • Houtopslag op de oever verwijderen
Oevers struineilanden beeld
Oever flauw overgaand in het water. Pleksgewijs afkalving. Zowel begroeiing als kale plekken. Speelfunctie is belangrijker dan ecologische functie.
beheermaatregelen: • Eilandjes: oevers in mei en augustus herprofileren • Oever langs fietspad en schooltuinen maaien en sloten conform overige sloten Vijver beeld
Oever flauw overgaand in het water. Aansluiten met gazon. Slechts hier en daar een plukje oeverplanten (10%). Wateroppervlak vrijwel zonder drijvende waterplanten (10%)
beheermaatregelen: • Jaarlijks riet maaien • Oeverrand beheren als gazon, geen baarden laten staan Watergangen met beschoeiing beeld Weinig begroeiing in het natte profiel. Beschoeiing in redelijke staat.
Watergang met oeverbegroeiing en een zichtpunt
beheermaatregelen: • Riet maaien in fasen. Jaarlijks de helft van de begroeiing maaien boven water en afvoeren, tussen half november en half maart • Het teveel aan riet in het najaar onder water maaien en afvoeren (zichtplek- ken) • Zo nodig riet en oeverbegroeiing tussentijds maaien (zichtplekken) • Houtopslag op de oever verwijderen 45
Hier leven landplanten Op plekken waar weinig gemaaid wordt groeien ruige planten zoals koninginnenkruid, harig wilgenroosje, valeriaan en haagwinde. Wordt er vaker gemaaid, dan kun je hier ook fijnere soorten vinden, zoals ratelaar en pinksterbloem. Op het droogste (hoogste) gedeelte zie je boterbloemen, vogelwikke, fluitenkruid of duizendblad. Landplanten trekken veel bloemzoekende insecten aan, maar ook vogels en zoogdieren.
Hier leven moerasplanten Ze hebben hun wortels stevig in de bodem en groeien in drassige grond of ondiep water. Er zijn veel soorten moerasplanten, die elk in een eigen waterdiepte groeien. Het grootste deel van de plant steekt boven het water uit. Moerasplanten trekken veel verschillende dieren aan: vissen, amfibieën, insecten, vogels en zoogdieren. Bekende moerasplanten zijn: lisdodde, riet, gele lis, egelskop en kattenstaart. Ruik je pepermunt? Dan heb je vast en zeker over watermunt gelopen.
Hier leven waterplanten Zij drijven in het water, of houden zich losjes vast in de bodem. Daarom houden ze niet van sterke stroming. Sommige planten hebben drijvend blad. Daarmee kunnen ze veel licht opvangen. Veel waterplanten steken hun bloemen boven het water uit. Waterdieren gebruiken waterplanten als voedsel, als schuilplek en om eieren op af te zetten. Bekende waterplanten zijn: waterpest, kikkerbeet, gele plomp en kroos.
46
4.8.2 OPEN WATER Watergangen moeten zorgen voor een goede doorstroming. Er moet worden gezorgd voor voldoende diepgang. Verlanding moet worden tegengegaan.
beeld
In het middengedeelte weinig ondergedoken waterplanten. Waterplanten met drijfbladeren hebben weinig remmende werking op waterstroming. Door de schaduwwerking beperken ze de groei van ondergedoken waterplanten, wat gunstig is voor de waterstroming. Een massief dek, zoals bij kroos, moet worden voorkomen.
beheermaatregelen: • Baggeren zoveel als nodig. Gemiddeld om de 8 jaar • Maximaal één keer per jaar schonen • Jaarlijks bladvissen
WIST U DAT... Muggenlarven aan het wateroppervlak hangen om te kunnen ademen? Veel stengels die door het wateroppervlak steken, zoals bij een natuurlijke oever, vinden ze daarom erg onprettig. Bovendien zijn ze voor andere waterdieren een lekker maaltje.
WIST U DAT... Voor het zuiveren van water speciale systemen met waterplanten worden aangelegd, zogenaamde helofytenfilters? Verschillende plantensoorten hebben ieder een eigen werking. Riet werkt als een soort zeef. Zwevende delen in het water worden gefilterd. Lisdodde is een hele sterke groeier en neemt veel voedingsstoffen op uit het water. Met maaien en afvoeren zorgen we ervoor dat het teveel aan voedingstoffen uit het water wordt verwijderd. Onderwaterplanten zorgen voor bacteriële zuivering. Voor zo’n filter is veel ruimte nodig. Gelukkig helpen sloten met veel natuurlijke water- en oeverbeplanting ook al goed om de kwaliteit van het water te verbeteren. Watergangen struineilanden beeld
Open water, zonder vervuiling, waterdiepte ca. 40 cm.
beheermaatregelen: • 2 à 3x per jaar sloten • Aansluitend slootkanten maaien
47
Water Onderwater beschoeiing (vuren) Beschoeiing (hardhout of kunststof ) Beschoeiing (wilgetenen) Geen beschoeiing Stuw Infiltratie buis
48
4.8.3. WATERHUISHOUDING Het watersysteem is erop gericht om het water in het park zo schoon mogelijk te houden. Het water uit de drie hoofdbestanddelen van het park; de volkstuinen, de sportvelden en het algemene park, vormen drie gescheiden stromen, die uiteindelijk op één punt worden uitgelaten. De scheiding tussen volkstuinen en de rest van het park is de
belangrijkste winst voor de waterkwaliteit. De aparte ring voor de sportvelden, heeft te maken met een afwijkend waterpeil t.o.v. de rest van het gebied. Water vanuit de Hoven stroomt langzaam richting naar dit gebied, via het moerasgebied in de ‘Waterzebra’ .
Gemaal Slaaghmolen ± 600 m3 /u 29 mm/etmaal Nieuwe verharding Gooimeerlaan (0,5 ha)
Inlaat Slaaghsloot ± 50 m3 /u
Water uit volkstuinen
Nieuwe verharding Van Voorthuijsen lokatie (2,5 ha) Water in vijvers peil NAP: -1,70 m
Waterring sportvelden peil NAP: -1,90 m
Water uit volkstuinen Water uit volkstuinen ten oosten van de tussen de Zijl en IJssportvelden selmeerlaan
Infiltratiezone water uit de Hoven
Inlaat Julianakade ± 30 m3 /u
Afgekoppeldregenwater uit de Hoven. Willem de Zwijgerlaan deelgebied 2 (0.94 ha)
Afgekoppeld van noordelijk deel Kooiplein (1,4 ha) en van Willem de Zwijgerlaan deelgebied 1 (1 ha)
49
Asfaltgranulaat Asfalt Houtsnippers Elementverharding (tegels, klinkers)
50
4.9 PADEN 4.9.1 ASFALT De hoofdroute, die alle parkelementen met elkaar verbindt, heeft een asfaltverharding.
4.9.3 ELEMENTVERHARDING Het voorplein bij de moskee is verhard met een tegelverharding. Bij het Stedelijk Gymnasium ligt een reliëf van betonelementen. beeld
beeld
Glad wegdek met weinig beschadigingen. Groenranden sluiten strak aan.
beheermaatregelen: • Maandelijkse controle op scheuren en zo nodig repareren • Losliggende steenslag of vuil vegen • Paden zorgvuldig vrijhouden van blad (bladblazen) • breedte pad handhaven: begroeiing/gras verwijderen indien nodig • Overhangende takken verwijderen
beheermaatregelen: • Onkruid verwijderen zoveel als nodig om beschreven beeld te bereiken • Jaarlijks controle op oneffenheden • Bladblazen • Vuil vegen 4.9.4 HOUTSNIPPERS Het hondenlosloopgebied is een ruige zone, waar een natuurlijk pad doorheen loopt. De uitstraling mag natuurlijk zijn, maar de begaanbaarheid moet gewaarborgd blijven. beeld
4.9.2 ASFALTGRANULAAT Alle overige wandelpaden zijn gemaakt van asfaltgranulaat, een recycling product van voormalige asfaltpaden.
beeld
Egaal vlak, geen onkruid, geen afval
Wegdek met weinig oneffenheden. Groenranden sluiten strak aan. In de randen een klein percentage onkruid tolereren (10%) tot 2,5 cm lang. Geen pollen.
beheermaatregelen: • Jaarlijks onkruidvrij maken • Jaarlijks kuilen opvullen • Jaarlijks pad controleren op breedte, zo nodig terugbrengen naar oor spron- kelijke breedte • Paden vrijmaken van blad (bladblazen) • Overhangende takken verwijderen
Informeel pad in natuurlijke strook. Vergrassing toestaan tot 30%, mits kort gemaaid (max. 10 cm lang). Pad mag versmallen tot een minmum van 60 cm.
beheermaatregelen: • Houtsnippers verversen om de 3 jaar • In groeiseizoen randen en gedeeltes met veel gras regelmatig maaien • Breedte van het pad met het verversen van de houtsnippers herstellen • Overhangende takken verwijderen 4.9.5 HONINGRAATMATTEN Deze matten verstevigen het gazon op plekken waar af en toe geparkeerd wordt. De matten zijn ondergronds aangebracht in een gazonstrook. Zij zijn dus onzichtbaar. beheermaatregelen: • Jaarlijks controleren of de matten nog goed overgroeid zijn • Kapotte delen zo nodig vervangen 51
Landschapselementen (boomstammen, keien) Klein en groot voetbaldoel Trimtoestellen Speltafels Speelelement
1 duikelrek 2 banden swinger 3 klimrots 4 twinfly 5 glijbaan 6 dubbele schommel 7 hangbrug 8 wiebelbalk 9 waterpomp 10 boomhuis 11 speelboot 12 evenwichtskabel 13 archimedesspiraal 14 springfontein 15 vlot
52
4. 10 GEBRUIKSMEUBILAIR
Het park kent verschillende soorten meubilair. Het uiterlijk van het meubilair bepaalt in belangrijke mate de uitstraling van een plek. Kapotte en vuile elementen geven een omgeving al snel een verwaarloosd beeld. Bovendien moeten de meubels met plezier gebruikt kunnen worden. Meubilair moet er dan ook spic en span uitzien. beeld schoon en heel.
4.10.1 SPEELELEMENTEN In de Tuin van Noord zijn verschillende typen speelelementen geplaatst. Speelelementen zijn een hulpmiddel bij het spel van kinderen. Ze prikkelen tot bewegen, maar ook fantasiespel is een belangrijk onderdeel. Het is van belang dat er afwisseling is in het aanbod. De speelelementen hebben een natuurlijke uitstraling en zijn grotendeels gemaakt van hout en/of metaal. De kleuren zijn neutraal. Bij eventuele vervanging moet het nieuwe toestel worden getoetst aan de speelwaarde en het uiterlijk ten opzichte van het oude toestel. Het speellandschap is naast speeltoestellen ook ingericht met landschapselementen, zoals grote keien en boomstammen. beheermaatregelen officiële speelelementen: • Controle volgens de algemene normen voor speelwerktuigen • Reparaties snel uitvoeren • Valondergronden op tijd bijvullen (zand en schors)
Speelelementen op struineilanden
Speelelementen langs fiets/wandelpad
beheermaatregelen landschapselementen • Controle op veiligheid (boomstammen) zo nodig vervangen
Trimtoestellen op sportterrein Speltafel op het voorplein bij de moskee
Boomhuis 53
Pick-nick bank Bank Informele zitplek met afdak en betonnen zitelementen Afvalbak Barbecue
54
4.10.2. ZITMEUBILAIR Het zitmeubilair bestaat uit houten banken met leuning, pick-nick banken en een informele zitplek onder afdakjes (paraplu’s) met betonnen zitelementen. beheermaatregelen: • Maandelijkse controle • Mankementen zo snel mogelijk herstellen • Zo nodig schoonmaken • Houten banken jaarlijks oliën 4.10.3 AFVALBAKKEN Afvalbakken mogen niet overvol zijn. Als de standaard beheermaatregel niet voldoende is, moet deze (tijdelijk) worden aangepast.
Standaard houten parkbank
Afsluitbare barbecue
Combi hondenpoepbak en prullenbak
beheermaatregelen • Prullenbak 1x per week legen • Hondenpoepbak 2x per week legen • Regelmatige controle op schade en vuil • Zo nodig snel herstellen of schoonmaken
Zitplek onder paraplu’s
Principe afstand tussen bank en prullenbak
4.10.4. BARBECUE beheermaatregelen zomer: • Controle 2x per week • Omgeving extra controleren op vuil en zo nodig schoonmaken • Gebreken snel herstellen • Maandelijks functionele controle beheermaatregelen winter: • Maandelijks visuele controle • Schade herstellen, in ieder geval vlak voor het zomerseizoen
4.10.5 INFORMATIEBORDEN
beeld
schoon en heel, perfecte leesbaarheid.
beheermaatregelen: • Regelmatige controle • Zo nodig schoonmaken of repareren 55
Standaard brug met leuningen Vlonderbrug Vlonderbrug met afsluitbaar hek Brug, omgevormd tot steiger
56
4.11 ALGEMEEN MEUBILAIR 4.11.1. BRUGGEN Vlonderbruggen In het park zijn verschillende typen bruggen aangelegd. Bruggen vanuit de Hoven naar het park zijn houten bruggen met leuningen. De sportvelden kunnen vanuit de ‘waterzebra’ worden bereikt via een eenvoudige vlonderbrug, die buiten openingstijden is af te sluiten met een hek. Vanaf het Joop Vervoornpad kan het sportveld via zo’n zelfde vlonderbrug worden bereikt. beeld schoon en heel.
Sfeerbeeld vlonderbrug met hek van wandelpark naar sportveld
beheermaatregelen: • Jaarlijks inspectie • Gebreken zo spoedig mogelijk herstellen • Afschrijving in 30 jaar. Dekdelen 15 jaar • Aansluiting op paden jaarlijks controleren
Schanskorven Langs het wandelpad zijn op twee plekken schanskorven aangebracht. Hier loopt de sloot d.m.v. een duiker onder het pad door. beeld
Informeel pad in natuurlijke strook. Vergrassing toestaan tot 30%, mits kort gemaaid (max. 10 cm lang). Pad mag versmallen tot een minimum van 60 cm.
beheermaatregelen: • Jaarlijks inspectie • Uitstekende draadeinden naar binnen draaien • Zo nodig stenen aanvullen
Schanskorven
4.11.2. HEKKEN Hekwerken zijn te vinden rond de sportvelden en bij de ingang naar de volkstuinen. Op twee bruggen van het sportveld naar het park is een afsluitbaar hekje geplaatst. In de doorsteek door de volkstuinen, staan op verbindingspaadjes van het ene gedeelte van de volkstuinen naar het andere gedeelte afsluitbare hekjes. Het onderhoud van deze hekwerken wordt verricht door het Sportbedrijf en de Volkstuinen. beheermaatregelen: • Regelmatige controle, schade herstellen • Vervanging wanneer nodig • Houten hekwerken schilderen wanneer nodig.
57
58
BIJLAGE 1
Heesters:
LIJST VAN MATERIALEN/BEPLANTING
Bodembedekkers: Hydrangea petiolaris
BEPLANTING Beplanting wordt vervangen aan de hand van aanwijzingen over hoogtes, kleur en vorm. Vlak na aanplant kan een deel van de beplanting niet aanslaan. In dat geval moet de soort worden vervangen door dezelfde soort als de soort van aanplant. Deze maatregel geldt voor een periode van drie jaar. In deze lijst zijn de nieuw aangeplante soorten aangegeven. Bomen: Juglans regia Platanus acerifolia (verplant) Quercus robur Ailanthus altissima
Lage heesters (ca. 1m hoog) Hydrangea quercifolia ‘Sike’s Dwarf Buddleja davidii ‘Nanho Blue’ Philadelphus ‘Snow Dwarf’ Vaste planten Gunnera tinctoria Bamboe Phyllostachys aureosulcata ‘Spectabilis’
Pterocarya fraxinifolia Paulownia tomentosa Pinus sylvestris Betula pubescens (stoof ) Cercidiphyllum japonicum Prunus avium Magnolia soulangiana Liriodendron tulipiferum Malus domestica ‘Present van England’ en ‘Glorie van Holland’ Cornus florida Taxodium distichum Betula utilis Alnus glutinosa Albizia julibrissin 59
BIJLAGE 2 LIJST VAN MATERIALEN/MEUBILAIR SPEELELEMENTEN Speelelementen op de struineilanden: glijbaan Spereco 365600 wiebelbalk Spereco 605000 schommel Spereco C50411 hangbrug Spereco 661000 waterpomp Speelelementen langs het fietspad: dinozwaai Kompan SPME 40400 duikelrek Kompan SPME 30600 klimrots Hags Spider’s Web draaitoestel Proludic Twinfly J3504 Speelelement op het speeleiland boomhuis Goede Baumhaus Arnstadt Speelelement op trapveld voetbaldoel groot voetbaldoel klein
Meta-plus Meta-plus
Trimtoestellen bij de sportvelden Twister Nijha 720507-86 Airwalker Nijha 720509-86 Cross Nijha 720501-86 Back Nijha 720510-86 Chest Nijha 720512-86 Bar Nijha 720508-86 Sit-up Nijha 720503-86 Strech Nijha 72056-8 Bijzonder meubilair Barbecue Replay
M-670
60
BIJLAGE 3 RAW CODES De beheermaatregelen uit dit beheerplan zijn afgeleid van de volgende posten uit de CROWkwaliteitscatalogus Openbare ruimte. Groen- gras- bladafval Groen- gras- dichtheid Groen- gras- ecologische waarde Groen- gras- gazon- graslengte Groen- gras- gazon- kale plekken Groen- gras- gazon- onkruid Groen- gras- vlakheid- ondergrond Groen- gras/beplanting/boomspiegel- zwerfafval fijn Groen- gras/beplanting/boomspiegel- zwerfafval grof Groen- beplanting- bosplantsoen- overgroei randen gras Groen-beplanting- heesters- snoeibeeld en vitaliteit Groen- beplanting- onkruid Groen-beplanting- beschadiging Groen- boom- beschadiging Groen- boomspiegel- onkruid Groen- boom- vitaliteit en ziekte Groen- boom- wegtype voet en fietspad- opkroonhoogte Groen- boom-staat boompalen en -banden Groen-beplanting- haag- kale plekken in haag Groen- beplanting- haag- snoeibeeld geschoren haag
Verharding- zetting Verharding- open verharding- elementen verharding- oneffenheden Verharding- berm- hoogteligging Verharding- open verharding- ongebonden verharding- dwarsonvlakheid Verharding- open verharding- ongebonden verharding- oneffenheden Meubilair- afvalbak- beplakking en graffiti Meubilair- afvalbak- besmeuring Meubilair- afvalbak- deuken en gaten Meubilair- afvalbak- scheefstand Meubilair- afvalbak- vullingsgraad Meubilair- borden- beplakking en graffiti Meubilair- borden- dekking van de coating en krassen Meubilair- borden- deuken en gaten Meubilair- borden- natuurlijke aanslag Meubilair- recreatieve voorziening- banken en tafels- beplakking en graffiti Meubilair- recreatieve voorziening- banken en tafels- besmeuring Meubilair- recreatieve voorziening- banken en tafel- deuken en gaten Meubilair- recreatieve voorziening- banken en tafels- natuurlijke aanslag Meubilair-recreatieve voorziening- banken en tafels- scheefstand Meubilair- recreatieve voorziening- banken en tafels- volledig Meubilair- recreatieve voorziening- speelvoorzieningen- beplakking en graffiti Meubilair- recreatieve voorziening- speelvoorzieningen- besmeurd Meubilair- recreatieve voorziening- speelvoorzieningen- deuken en gaten Meubilair- recreatieve voorziening- speelvoorzieningen- natuurlijke aanslag Meubilair- recreatieve voorziening- speelvoorzieningen- scheefstand Meubilair- recreatieve voorziening- speelvoorzieningen- volledig
Water- oevers- drijfvuil Water-oevers- ecologische waarde Water- oevers- profiel oever Water- oevers- vegetatie in nat profiel Water- oevers- zinkvuil Water- oevers- zwerfafval- grof Verharding- bladafval Verharding- zwerfafval- fijn Verharding- zwerfafval- grof 61
BIJLAGE 4
VOLKSTUINEN
ADRESSEN BEHEEREENHEDEN
Leidse Bond van Amateurtuinders Volkstuincomplex ‘Ons Buiten’
SCHOOLTUINEN Vereniging Leidse Schooltuinen Tuincomplex ‘De Distelvlinder’ Centrale coördinator: Marian Kathmann Informatie: www.leidseschooltuinen.nl
tel.: 06 4045961
tel. : 5163809
tel.: 071 5803350
SPORTVELDEN Sportbedrijf Gemeente Leiden Realisatie en Beheer Afdeling Instellingen Team Sportbedrijf Rik Wagner
OPENBARE RUIMTE Werkvoorbereiding Openbare Ruimte Gemeente Leiden Realisatie en Beheer Afdeling Werkvoorbereiding Openbare Ruimte Team Beheer & Plantoetsing Paul Wolvers
tel.: 5167633
Stedelijk beheer Gemeente Leiden Realisatie en Beheer Afdeling Stedelijk Beheer Team Groen Paul Verhoog
tel.: 5167862
Stadsontwerp Gemeente Leiden Realisatie en Beheer Afdeling Realisatie Team Stadsontwerp Frank Kalshoven
tel.: 5167620
62
Colofon: Gemeente Leiden Realisatie en Beheer Afdeling Realisatie Team Stadsruimte in samenwerking met: Team Stadsontwerp, Team Groen en Team Beheer en Plantoetsing Tekst: Karen Jansen Foto’s, illustraties, informatie en goede raad: Karen Jansen, Mieke v.d. Ven, Frank Kalshoven, Gerpieter Wilbrink, Amanda Stavinga, Karin Bosma, Caroline Gerritsma. oktober 2009
63