Antwoord van de politieke partijen op het manifest van UNICEF België: verkiezingen 2014 Vraag 3: Vrijwaar kinderen van de impact van de crisis: Hoe zal u investeringen voor kinderen in budgetten zichtbaar maken, behouden en versterken ? (geen antwoord gekregen van
De toekomstige Vlaamse Sociale Bescherming (VSB) zal onderdelen van het huidige welzijns- en gezinsbeleid bevatten, aangevuld met nieuwe onderdelen overgedragen in het kader van de 6de staatshervorming. De VSB is erop gericht mensen te versterken zodat zij zo goed mogelijk kunnen deelnemen aan onze samenleving. De VSB heeft twee luiken: een luik gezin met gezinsondersteunende maatregelen en een luik zorg voor mensen die door omstandigheden tijdens hun leven geconfronteerd worden met een zorgbehoefte.
)
In de enge betekenis van het woord, met name de kinderbijslag, wil Groen de investering in kinderen na de Zesde Staatshervorming op minstens hetzelfde niveau houden. De overdracht van de middelen van het Federale niveau naar de regio’s kan geen reden zijn om deze middelen in te zetten voor andere beleidsdomeinen dan de ondersteuning van kinderen. Dat betekent niet dat Groen opteert om deze middelen op een gelijkaardige manier als voorheen te verdelen. Immers, het Belgische kinderbijslagsysteem is ineffectief en inefficiënt geworden. Het is te sterk afgestemd op het klassieke gezin. Door het toenemend aantal huishoudens dat afwijkt van het ‘ideaal’
•Transversale aanpak (kinder-) armoede: Voor de N-VA dient de aanpak van armoede te gebeuren op een beleidsdomeinoverschrijdende manier: elke minister moet in zijn/haar beleidsdomein concrete acties nemen om de (kinder) armoede te bestrijden. Hiervoor dient de minister de nodige budgetten te visualiseren. •Gezinsbijslagen In het kader van de zesde staatshervorming, gaat de overdracht van de bevoegdheden jammer genoeg niet gepaard met een volledige overdracht van de middelen. Toch wil de NVA wat de gezinsbijslagen betreft, de budgetten hiervoor proberen te behouden zodat gezinnen zo weinig mogelijk het
1
Het is inderdaad van groot belang om de diensten waar kinderen recht op hebben te beschermen en te versterken. Het is evenwel moeilijk om deze diensten en kinderen los te koppelen van hun gezinssituatie. Het is dan ook niet opportuun om de investeringen in de strijd tegen kinderarmoede uit te splitsen in de publieke uitgaven: investeren in kinderen kan immers enkel door ook te investeren in de families waarin ze opgroeien. Het is wel zo, zeker op gebied van armoedebestrijding, dat investeren in kinderen een grotere impact heeft. De jongste kinderjaren zijn van cruciaal belang als je op een proactieve manier armoede wil voorkomen en bestrijden.
Dat kinderen een prioriteit voor ons zijn, maken we zichtbaar door te pleiten voor één ‘minister van het kind’ op Vlaams niveau. De overheveling van de kinderbijslag biedt de kans om op Vlaams niveau een omvattend en doorgedreven kindbeleid te voeren. We verzekeren de continuïteit en deze integrale aanpak door te kiezen voor één minister voor alle bevoegdheden in functie van de opvoeding, ontwikkeling en het welzijn van het kind. Zo moeten de sociale investeringen, expliciet voor kinderen en jongeren meer zichtbaar worden en benadrukken we het belang van investeren in kinderen. sp.a bespaart niet op domeinen die de opvoeding, ontwikkeling en vorming van
Deze opsplitsing zal de inkomsten en uitgaven in het kader van het gezinsbeleid evenals de gevolgen van beleidsbeslissingen transparanter maken. Deze keuze voor een geïntegreerd gezinsbeleid betekent ook dat alle gezinsondersteunende instrumenten (kinderopvang, kinderbijslag, gezinszorg, dienstencheques, studietoelagen, preventieve gezinsondersteuning) beter op elkaar kunnen worden afgestemd. De inkomensgerelateerde bijdrages van ouders in de kinderopvang, de dienstencheques, de studietoelagen en de kinderbijslag worden verzekerd door de VSB. Kinderbijslag is het recht van
kerngezin neemt bij voorbeeld de armoede onder kinderen in België snel toe. De investeringen zullen dus minstens even groot zijn, maar zullen sterker ingezet worden voor kinderen die de steun meer nodig hebben. Een gezinsbeleid is voor Groen veel meer van het uitbetalen van kinderbijslag aan gezinnen. Gezinsbeleid richt zich op het wegnemen van de belemmeringen voor het starten van een gezin. Dit moet betekenen dat alle kinderen gelijke kansen krijgen, en dat het voor ouders mogelijk moet blijven om hun baan op de arbeidsmarkt te behouden. Dit wil zeggen dat we hierbij een beleid voor ogen houden dat (1) zich richt op het welzijn van alle gezinsleden, dat (2) de combinatie van zorg en arbeid faciliteert, (3) gelijke kansen creëert voor kinderen en (4) armoede bestrijdt. In brede betekenis van het woord wil Groen meer investeringen voor kinderen. - Om van onderwijs weer
slachtoffer worden van deze doorgeschoven besparingspolitiek. •Onderwijs: In het onderwijs wil de N-VA de budgetten herbekijken en gaan voor een gelijke financiering over alle netten en scholen. De NVA wil dat de ongelijkheden die er nog bestaan inzake financiering, omkadering of werkingsmiddelen tussen de verschillende scholen worden weggewerkt. De GOK-werkingsmiddelen alsook de financiering van de internaten zal gelijkgeschakeld worden. Door bv. CLB’s netoverschrijdend te laten werken, komen werkingsmiddelen vrij die geïnvesteerd kunnen worden in de begeleiding van de leerlingen. •Kinderopvang: De afgelopen jaren investeerde de Vlaamse regering in het uitbouwen van de kinderopvang wat resulteerde in 15.807 extra plaatsen. Door de groeiende vraag en nood aan flexibele kinderopvang, blijven extra investeringen echter nodig.
2
Het is aangetoond dat de ‘return on investment’ het hoogst is bij beleidsprogramma’s die een interventie doen op de eerste kinderjaren. Bovendien stellen we vast dat de kinderarmoedecijfers hoger zijn dan het Belgische gemiddelde (18,7% kinderarmoede tegenover 15,3% gemiddeld). Er zijn op vlak van kinderarmoede dan ook verschillende investeringen gedaan in de voorbije regeerperiode: - plan Kinderarmoedebestrijding: op initiatief van Maggie De Block is samen met de regio’s een nationaal kinderarmoedebestrijdingsplan uitgewerkt om over de grenzen van Gemeenschappen en Gewesten heen de inspanningen in de strijd tegen kinderarmoede samen te brengen. - fonds voor participatie en sociale activering (voor OCMW's): 4.309.000 € voor het luik kinderarmoede voorzien in 2014. Ondanks
kinderen en jongeren aanbelangen. ‘We kunnen ons niet permitteren om niet te investeren in kinderen’. Investeren in kinderen loont voor iedereen, voor de kinderen én voor de ganse samenleving. De crisis mag dus niet aangewend worden om te snoeien in het grootste kapitaal van onze samenleving: de kinderen. Voor sp.a is de strijd tegen kinderarmoede een absolute prioriteit van de volgende Vlaamse regering die nu alle belangrijke hefbomen in handen heeft. Daarbovenop engageren we ons voor extra budget specifiek voor de strijd tegen de kinderarmoede. We trekken daarvoor minstens 1 procent van het totale Vlaamse budget extra uit. Deze middelen komen dus bovenop de middelen voor onderwijs kinderopvang, kinderbijslag en gezinsondersteuning. Voor kinderbijslag hebben we – n.a.v. de overheveling naar Vlaanderen – een voorstel uitgewerkt met
het kind. Daarom krijgt elk kind dezelfde basisbijslag die enkel kan variëren volgens leeftijd. Deze basiskinderbijslag kan worden aangevuld met een sociale toeslag, rekening houdend met de reële inkomenssituatie van het gezin waarin het kind opgroeit. Voor kinderen met een handicap compenseren we gedeeltelijk de meerkosten die de opvoeding van deze kinderen met zich meebrengt. De kinderbijslag , die gedeeltelijk tussenkomt in de opvoedingskost van kinderen, maakt deel uit van een breed gezinsbeleid met begeleidende maatregelen voor preventieve gezinsondersteuning, inkomensgerelateerde kinderopvang en gezinszorg. Studietoelagen zijn een aanvulling op de kinderbijslag gericht op het financieel toegankelijk maken van alle vormen van onderwijs en zijn dus een belangrijk onderdeel van het
een emancipatiemachine te De N-VA wil zich hier voor maken en om het blijven inzetten. welbevinden van leerlingen op te krikken, willen we vooral meer investeren in de eerste levensjaren van kinderen. Groen ijvert voor een omvattend zorg- en leertraject dat geïntegreerd wordt aangeboden op school. Het secundair onderwijs wordt hervormd om de sociale ongelijkheidskloof in het onderwijs te dichten. (zie vraag 6). - Kinderen en jongeren hebben het recht om de publieke ruimte te gebruiken, net als iedereen. Er blijft een groot tekort aan fysieke ruimte: gebrek aan speelruimte, te weinig fuifplaatsen, tekort aan repetitieruimtes en creatieruimte … Jongeren en kinderen moeten hun ‘ding kunnen doen’. Groen blijft ijveren voor ruimte voor kinderen en jongeren, fysieke, mentale en culturele ruimte. - Jongeren blijven kwetsbaar op de arbeidsmarkt, zeker in tijden van crisis. Het
3
de lineaire besparingen is dit bedrag op peil gebleven. - 2 miljoen euro extra budget voorzien voor het oprichten van kinderarmoedeplatformen met OCMW's, scholen en kinderopvang als centrale partners - specifieke aandacht in verschillende projectoproepen voor het thema kinderarmoede: federale prijs armoedebestrijding, oproepen sociale economie, Nationale Loterij - oproep armoedebestrijding en sociale uitsluiting Met het plan kinderarmoedebestrijding bundelden de regio's en het federale niveau voor het eerst hun inspanningen op dit vlak. We willen deze dynamiek in de volgende regeerperiode behouden en verder uitbouwen. De gelijke opstart van de verschillende regeringen kan een unieke kans bieden om het beleid optimaal op elkaar af te stemmen en transparant te maken binnen het kader van dit plan.
concrete bedragen (terug te vinden op onze website http://www.s-pa.be/media/uploads/kinderbij slag_cijfers.pdf). Ons allereerste uitgangspunt daarbij was: we besparen niet op kinderbijslag! We gaan voor een basisbedrag van 130 euro voor elk kind. Door vereenvoudiging van het systeem en door middelen die vrijkomen door de zesde staatshervorming spenderen we in ons voorstel 101 miljoen euro extra aan de sociale toeslag die we verbreden en versterken voor gezinnen met een ‘bescheiden inkomen’ (2.500 euro belastbaar inkomen, voorheen 2.300 euro). Deze toeslag maken we bovendien progressief tot aan het derde kind, namelijk 50 euro – 70 euro – 90 euro. Zo komen 70.000 kinderen extra in aanmerking voor die versterkte sociale toeslag wat hun aandeel op +- 20% brengt. Om de kinderarmoede in Vlaanderen terug te dringen heeft minister van
gezinsbeleid. We streven naar een gezinsvriendelijke fiscaliteit. We onderzoeken de haalbaarheid van een ‘kindkrediet’: een korf aan uitgaven voor het hele gezin – tot aan een bepaald plafond – die fiscaal in mindering kunnen gebracht worden in de personenbelasting.
Zwartboek Interim leert dat jongeren soms als koopwaar worden behandeld. Groen doet een reeks structurele voorstellen om de jeugdwerkloosheid aan te pakken, waarbij jongeren als volwaardige deelnemers aan de samenleving worden gezien. Zo willen we elk bedrijf opleggen om per 50 werknemers 1 stageplaats te voorzien. Zo werken bedrijven aan hun eigen toekomst, én krijgen jongeren in België het perspectief dat Europa hen wil geven. - De wachtlijsten in de jeugdzorg zijn even lang en zo mogelijk nog schrijnender dan de wachtlijsten in de zorg voor personen met een handicap. Een kind dat hulp en ondersteuning nodig heeft maanden laten wachten op de nodige hulp en ondersteuning heeft immers enorme gevolgen voor zijn of haar kansen. Groen heeft een uitgewerkt plan om de wantoestanden
Armoedebestrijding Ingrid Lieten ervoor gezorgd dat er vanaf 2014 elk jaar extra fondsen van in totaal 4,5 miljoen euro wordt verdeeld over gemeenten in Vlaanderen die kampen met een grote kinderarmoedeproblematiek.
4
in de jeugdzorg aan te pakken. - Jongeren in kwetsbare posities verdienen extra zorg. We voorzien daarvoor een aantal heel gerichte maatregelen. Het straathoekwerk, ankerfiguren en andere ‘vindplaatsgerichte’ werkers maken - zowel in steden als in kleinere gemeenten – het verschil. In plaats van te besparen in deze werkvormen, wil Groen hier juist meer in investeren. Minderjarige asielzoekers die worden uitgewezen, moeten de kans krijgen om hun opleiding af te maken. In overleg met de gemeenschappen werkt de federale overheid een regeling uit onder welke voorwaarden de verblijfsvergunning van jongeren - en de met hen samenwonende ouders of andere opvoeders - tijdelijk kan worden verlengd. Jongeren die hier verankerd zijn, kunnen niet zomaar terug naar landen van herkomst en
5
aangewezen zijn op zichzelf. Groen diende een wetsvoorstel in voor een Kinderpardon. Dit wetsvoorstel wil een welbepaalde groep jongeren beschermen door de regularisatie van hun verblijf (zie hoofdstuk asiel en migratie).
6