Topsportlicentie Handbal - Semiproflicentie Binnen het nieuwe topsportproject 16-20 is de rol van de clubs in de topsportpiramide beduidend groter dan voordien. Met het op termijn sluiten van de topsportschool zullen de clubs de talentvorming, in iets mindere mate identificatie en selectie, grotendeels zelf moeten doen. Bovendien was het sluiten van de school een duidelijk signaal dat er een nieuwe wending moet komen binnen het topsportbeleid van de federatie. Met het project 16-20 is eind 2011 een analyse gemaakt bij de geïdentificeerde ‘top’- spelers (potentieel voor nationale ploeg anno 2016-2020) waaruit is gebleken dat de spelers wel degelijk bereid zijn inspanningen te doen om professioneler te werken. Er moet echter een groeiend evenwicht zijn tussen het aantal spelers dat meer wil trainen en het aantal clubs dat een verhoogd trainingsregime aanbiedt. Het engagement van de clubs in het nieuwe project willen we gieten in een topsportlicentiesysteem. Clubs kunnen een topsportlicentie krijgen als ze aan een aantal voorwaarden voldoen. Deze licenties zullen voor de clubs een aantal voordelen opleveren. Wij zijn ervan overtuigd dat professionalisering de volgende stap is voor de topclubs in België. Het uitbouwen en beter omkaderen van de topclubs biedt op relatief korte termijn een mogelijkheid voor Belgische spelers om op clubniveau beter te werken. Dit zal niet alleen ten goede komen aan de nationale ploegen, maar eveneens aan het niveau van de club(s). Sommige clubs staan al verder dan andere, maar iedere club met topsportambitie zou zo snel mogelijk de weg naar een volwaardige topsportlicentie moeten afleggen. Wij geloven dat een club die op termijn nog mee wil spelen op het hoogste niveau in België of Benelux geen andere keuze heeft dan deze weg naar professionalisering af te leggen.
Semiproflicentie De eerste licentie die momenteel in de praktijk wordt gebracht is de Semiproflicentie. De bedoeling van deze eerste licentie is dat de club een aantal sportieve en vormelijke voorwaarden invult die ervoor zorgen dat selectiespelers op een semiprofessionele basis in België kunnen trainen. Deze licentie willen we ondersteunen vanuit de federatie met het subsidiëren van een gekwalificeerde trainer en het belonen door voorrang te geven op clubs zonder licentie op deelname aan de BENELUXLIGA. De trainer is dan minstens deeltijds officieel in dienst van de club en kan op de juiste momenten de juiste omkadering voorzien voor de spelers om te trainen. Bovendien moet het een stimulans zijn voor de clubs dat ze op die manier getalenteerde en gemotiveerde jonge spelers naar de club kunnen halen.
Reglement semiproflicentie
pagina 1 van 5
Om in aanmerking te komen voor de Semiproflicentie moeten volgende instapvoorwaarden voldaan zijn: De eerste voorwaarde is het vinden van voldoende relevante spelers om in een semiprofessioneel trainingsregime in te stappen. Daarmee wordt bedoeld dat er minstens 8 spelers participeren aan het semiprofessionele regime, waarvan minstens 5 spelers van de nationale ploeg anno 2016-2020 (geïdentificeerd in kader van project 16-20, lijst te raadplegen bij de VHV) of spelers van een van de nationale selecties die spelen in de eigen club of daarbuiten, de overige spelers kunnen enkel basisspelers (90% van wedstrijden op het blad staan) zijn van de eerste ploeg van de club. De selectiespelers zijn bijgevolg ook akkoord met het Spelerscharter uit het project 16-20 waardoor ze zich engageren om niet fulltime te werken of hun hogere studie te spreiden. Het eerste jaar dat de clubs instappen in het topsportlicentiesysteem is het voldoende om 7 (waarvan 4 van de nat. Ploeg anno 2016-2020) te hebben. Het jaar daarna moet de club wel aan hoger vermelde voorwaarden voldoen. De tweede voorwaarde is het opvoeren van het trainingsregime zodat er minimaal 13 uren training zijn per week. Bovendien moeten minimaal 4 uren overdag gegeven worden (tussen 7en 17u). En in het regime moet een duidelijk accent gelegd worden op de fysieke ontwikkeling van de spelers. De derde en laatste voorwaarde is het officieel in dienst nemen van een gekwalificeerde trainer om de dag-trainingen te geven. Op de trainingen moet een Atrainer met A-licentie of een trainer met evenwaardige kwalificatie of competentie (aan te tonen via EVC-EVK procedure) aanwezig zijn die officieel in dienst is van de club.
Als aan deze voorwaarden voldaan is, kan een club een Semiproflicentie aanvragen via de daarvoor aangeboden formulieren op www.handbal.be/topsport. De club moet de namenlijst van de spelers doorgeven die aan de dag-trainingen zullen deelnemen. De federatie maakt aan de hand van de spelerslijst een register dat de spelers elke week invullen en dat ter inzage altijd aanwezig moet zijn op de trainingen. Een speler wordt geacht altijd aanwezig te zijn. Bvb. Een blessure is geen geldige rede om afwezig te zijn. De trainer moet voor deze speler een alternatief programma kunnen aanbieden. Uitzonderingen op deze regel kunnen aangevraagd worden per individuele speler en zullen beoordeeld worden door de Topsportcoördinator. Deze beslist of een afwezigheid verantwoord is. In de praktijk zal om de 3 maanden een gemiddelde genomen worden van de aanwezigheden (ook verantwoorde afwezigheden tellen mee) van de spelers vanaf aanvang van de licentie tot datum van de controle. Daarbij wordt enkel rekening gehouden met de 8 spelers met de beste gemiddelde aanwezigheid. Een club moet een gemiddelde halen van 95% aanwezig of verantwoord afwezig. Geef je bvb. als club 12 spelers opgeeft en er zijn 4 spelers die een slecht gemiddelde halen, heeft dit geen gevolgen.
Reglement semiproflicentie
pagina 2 van 5
De club is verplicht om de trainingslocatie, -dagen en -uren door te geven. En heeft bovendien meldingsplicht (via mail naar de Topsportcoördinator) indien een training verplaatst wordt of niet zal doorgaan. De club bezorgt de ondertekende formulieren terug aan het secretariaat van de VHV samen met een betalingsbewijs van de waarborg.
Wanneer de aanvraag van de club binnen is bij de VHV wordt het dossier onderzocht en voorbereid om voor te dragen aan BLOSO in het kader van de subsidiëring voor de trainer. In overleg met BLOSO wordt onderzocht vanaf wanneer en in welke grootorde de subsidie kan worden toegekend. Dit is afhankelijk van het aantal uren training overdag dat de club aanbiedt en van het aantal clubs dat op dat moment in het systeem zit. Deze berekening gebeurd als volgt. De maximale subsidie per uur is 30 EUR. 52 weken per jaar - 1 week kerst - 8 weken tussenseizoen = 43 weken
6u per week overdag = subsidie voor 9,6u per week => max. van 12500 per jaar
5u per week overdag = subsidie voor 8u per week => max. van 10450 per jaar
4u per week overdag = subsidie voor 6,4u per week => max. van 8400 per jaar
Uiteraard moet, om de volledige subsidie te krijgen, de trainer ook voor deze extra uren in dienst zijn, buiten de uren die hij overdag geeft. De berekening kan enkel gemaakt worden op basis van de officiële uren die voor de trainer worden ingediend. De subsidie wordt toegekend per kalenderjaar (vanaf datum aanvang tot einde kalenderjaar en niet per seizoen). En er kan enkel voor het lopende kalenderjaar een subsidie gegarandeerd worden en clubs die in het topsportlicentiesysteem zitten hebben dus geen garantie op een doorlopende subsidie na 2012. Elk jaar opnieuw zal BLOSO hierover beslissen en zal het afhangen van deze beslissing of en in welke grootorde een subsidie kan worden toegekend. De subsidie moet verantwoord worden volgens de normen van BLOSO. Voor meer details kan hiervoor contact opgenomen worden met de topsportcoördinator. Bloso moet bovendien zelf op de hoogte zijn van de uren/locatie van de trainingen om eigen controles uit te voeren. Via de federatie zal Bloso ook controle uitvoeren op de inhoud van de trainingen en wordt er een evaluatie verwacht van de spelers van de nationale ploegen aan de hand van het individuele ontwikkelingsplan (evaluatie 3x per jaar). Spelers ontvangen van de fysieke trainer van de nationale selecties een krachtprogramma en de speler moet in overleg met de clubtrainer de kans krijgen om dit in de club te volgen of een degelijk onderbouwd en geïndividualiseerd alternatief aangeboden krijgen.
Reglement semiproflicentie
pagina 3 van 5
Een club die aan de voorwaarden voldoet en een Semiproflicentie verkrijgt, zal vanaf het seizoen volgende op de datum van toekenning van de licentie voorrang krijgen op deelname aan de BENELUXLIGA. Toch is deze voorrang niet onbeperkt en moet een club aan volgende voorwaarden voldoen. De semiproflicentie moet toegekend worden voor 1 juni om het volgende seizoen van de voorrangsregel te kunnen genieten. De ploeg die zou deelnemen aan de BENELUXLIGA moet het seizoen voorafgaande aan de deelname spelen in de hoogste afdeling op nationaal niveau. Bovendien moet de ploeg minstens een top 6 plaats behalen in de eindrangschikking van dat competitiejaar voorafgaande aan deelname. De voorrang op deelname is enkel van toepassing op de huidige vorm van BENELUXLIGA (seizoen 2011-2012 en 2012-2013). Op het ogenblik dat de organisatiestructuur van de BENELUXLIGA verandert zal ook deze voorrangsregel herzien worden. Clubs die kunnen deelnemen, moeten ook deelnemen aan de BENELUXLIGA. Deze internationale ervaring op clubniveau zijn uiterst belangrijk voor de ontwikkeling van de spelers. En met een jaar vertraging is de club ook verplicht om deel te nemen aan de Europese competities (dus niet het eerste seizoen na instap, maar het 2de) Uiteindelijk zullen deze extra troeven ook een stimulans zijn voor spelers om al dan niet voor een bepaalde club te kiezen.
Naast de instapvoorwaarden zijn er uiteraard nog andere condities die de club moet naleven. We verwachten dat een club die een Semiproflicentie krijgt in alle nieuwe spelerscontracten of contractverlengingen van Belgische spelers laat opnemen dat deelname aan de nationale selecties verplicht is. Een andere belangrijke peiler is de jeugdopleiding. De Semiprof-clubs moeten toonaangevend zijn wat betreft een kwalitatieve opleiding en zijn verplicht om minsten 2,5 sterren te behalen voor het JeugdSportFonds. De club verbindt er zich verder ook toe om ten laatste 2 seizoen na instap in het Semiproflicentie systeem, minstens 4 Belgische spelers op semiprofessionele basis officieel in dienst te hebben. Clubs moeten ook weten en erkennen dat deze professionalisering enkel mogelijk is als spelers naast dit handbalregime niet meer fulltime werken. Spelers moeten voldoende rust krijgen om dit op lange termijn vol te houden. Clubs die instappen doen dat ook tot en met seizoen 2015-2016. Het is niet de bedoeling om voor korte termijn voordelen toe te kennen aan enkele clubs. Het systeem is gecreëerd in functie van het project 16-20 en clubs die wensen in te stappen engageren zich bijgevolg ook voor de volledige periode tot juni 2016.
Reglement semiproflicentie
pagina 4 van 5
De Topsportcommissie zal controleurs aanduiden die onverwachte controles kunnen en zullen uitvoeren op het juist invullen en uitvoeren van bovenstaande voorwaarden. Volgende geldboetes worden aangerekend bij niet naleven van de afspraken:
Onverantwoorde afwezigheid trainer per training de
3
overtreding
Verlies Semiproflicentie*
Onverantwoord verplaatsen/afgelasten training per training de
3
overtreding
3
€ 200 Verlies Semiproflicentie
Geen 95% behalen voor de aanwezigheidscontrole de
€ 200
overtreding
€ 200 Verlies Semiproflicentie
Weigeren deelname BENELUX
Verlies Semiproflicentie
Niet behalen van 2,5 sterren voor JeugdSportFonds
€ 500 / halve ster tekort
Niet of niet tijdig officieel in dienst hebben van 4 Belgische spelers
Verlies Semiproflicentie
Speler met een clausule op deelname nationale ploeg die een
Clubschorsing van speler voor 3
selectie weigert
eerstvolgende competitiematchen of verlies Semiproflicentie
•
*Verlies semiproflicentie wil zeggen dat de club geen subsidie meer krijgt toegekend voor de maand waarin de club de licentie verliest. Bvb. Verlies licentie op 13/04 => subsidie enkel voor maart, niet meer voor april.
De boetes worden niet werkelijk geïnd, maar afgehouden van de toegekende subsidie. Op 31 december zullen deze sommen evenredig verdeeld en toegevoegd aan de maximale subsidie van de andere clubs die in het systeem zitten. Op deze manier gaan de subsidies niet verloren, maar worden ze toegekend aan de clubs die de reglementering naleven mits zij in voldoende mate verantwoordingsstukken kunnen voorleggen.
DATUM
…………./……………/…………………
PLAATS
VOOR AKKOORD Voorzitter
Secretaris
Reglement semiproflicentie
Penningmeester
pagina 5 van 5