TOEGEPASTE PSYCHOLOGIE Praktijk 8 Deeltijd
Titel vak:
Praktijk 8
Kwartaal:
4
Voltijd/deeltijd:
Deeltijd
Studiejaar:
2
Datum versie:
April 2013
ECTS:
5
Assessoren:
Caroline Zijlstra, Chris Adriaens, Katarina Temme Pidcock en Japke Ebbinge
Vakcoördinator:
Katarina Temme Pidcock
i
© HvA Toegepaste Psychologie K. L. Temme Pidcock
INHOUDSOPGAVE
1
Studie-informatie ................................................................3
2
Introductie .......................................................................4
3
Competenties ....................................................................4
4
Werkwijze ........................................................................5
5
De opdracht ......................................................................5
6
Studieplanning ...................................................................7
7
Toetsing en beoordeling .........................................................7
8
Bijlagen ...........................................................................8
ii
© HvA Toegepaste Psychologie K. L. Temme Pidcock
1
Studie-informatie ONDERWERP
TOELICHTING
Titel onderdeel
Praktijk 8
Opleidingsfase
Hoofdfase 1
Studiejaar
2
Kwartaal
4
Leerlijn
Praktijk
ECTS
5 ECTS
Contacturen
Geen (buiten het assessment)
Instapvoorwaarden
Geen
Integratie en samenhang
In de vakken van het vierde kwartaal: Leiderschap, Loopbaanbegeleiding, Opvoedingsondersteuning en Coachingsvaardigheden ontwikkelen studenten kennis, inzicht en vaardigheden op het gebied van Coachen en Begeleiden. In Praktijk 8 dienen studenten het binnen deze vakken geleerde toe te passen op hun werkplek/in de praktijk. Praktijk 8 heeft een redelijk losstaande positie in het curriculum, maar heeft juist als doel de verschillende (losse) onderdelen van de centrale competentie van dit kwartaal, Coachen en Begeleiden, te integreren.
Integratie en samenhang binnen de Praktijklijn
In Praktijk 7 was de student zelfstandig in het genereren en verzamelen van ‘bewijs’ voor de competentie Coachen en Begeleiden (niveau 2). Om dit te bewerkstelligen is de student oa een coachtraject in eigen (werk)praktijk gestart. Praktijk 8 bouwt hierop voort. In kwartaal 4 zullen de meeste gesprekken van dit coachtraject plaatsvinden. Onder andere hierdoor is de student in staat is om aan het einde van kwartaal 4 de competentie Coachen en Begeleiden te ontwikkelen tot en met eindniveau (niveau 3).
Leerdoelen Praktijk 8
Het adequaat uitoefenen van beroepstaken behorend bij de competentie Coachen en Begeleiden op niveau 3 binnen eigen (beroeps)praktijk.
Competenties
Coachen en Begeleiden (voor bijbehorende beroepstaken zie punt 3 in deze studiehandleiding)
Toetsen en beoordelen
3
Praktijk 8 wordt getoetst door een beoordeling van een portfolio in combinatie met een assessmentgesprek. In het portfolio maakt de student inzichtelijk hoe hij aan de beroepstaken behorende bij de competentie Coachen en Begeleiden (niveau 3) heeft gewerkt en hoe hij de opgedane kennis uit de verschillende vakken heeft toegepast in de eigen (werk)praktijk, wederom in de vorm van genereren en verzamelen van bewijsstukken. In het assessmentgesprek zullen de assessoren op punten uit het portfolio doorvragen om de beoordelingscriteria te kunnen beoordelen voor het eindniveau van de competentie Coachen en Begeleiden. © HvA Toegepaste Psychologie K. L. Temme Pidcock
ONDERWERP Literatuur en ander lesmateriaal
Didactische werkvormen
2
TOELICHTING Studiehandleiding Al het lesmateriaal dat in de andere vakken van het kwartaal wordt voorgeschreven Studenten doen ervaring op met Coachen en Begeleiden door de opdracht bij punt 5 van deze handleiding uit te voeren in de beroepspraktijk. Ze verzamelen hiervan bewijs in de vorm van beroepsproducten en schrijven daarbij een kritische reflectie op hun eigen handelen. Hiermee stellen ze een portfolio samen dat de basis is voor het assessmentgesprek dat ze ter afronding van praktijk 8 voeren met twee assessoren.
Introductie Toegepaste Psychologie is een beroepsopleiding waarin studenten worden opgeleid in het vak van de toegepast psycholoog. In de deeltijdvariant van de opleiding zijn studenten reeds werkzaam in de praktijk. Dit biedt studenten de mogelijkheid zelf een koppeling te maken tussen theorie en praktijk. Daartoe wordt het vak Praktijk ingezet. In het vak Praktijk 8 gaat het om de toepassing van kennis, inzicht en vaardigheid die in vakken van kwartaal 4 wordt aangereikt. Het doel is dat studenten aan het eind van het kwartaal bekwaam zijn om binnen een beroepscontext de beroepshandelingen behorende bij de competentie Coachen en Begeleiden (niveau 3) uit de oefenen.
3
Competenties Aan het einde van het vierde kwartaal zijn de studenten bekwaam op onderstaande competentie: Coachen en Begeleiden niveau 3 De TP’er kan groepen en individuen ondersteunen bij gedragsverandering, waarbij de nadruk ligt op het vergroten van het zelfsturend vermogen.
4
© HvA Toegepaste Psychologie K. L. Temme Pidcock
4
Werkwijze In Praktijk 8 is de student zelfstandig in het competent worden in Coachen en Begeleiden en genereert hiervoor ‘bewijs’. Net zoals bij Praktijk 7 zijn er geen voorgeschreven opdrachten, waardoor de student de vrijheid heeft invulling te geven aan de competentie binnen de eigen beroepscontext. De student gaat in de praktijk aan de slag om de beroepshandelingen behorende bij de competentie Coachen en Begeleiden (zie opdracht bij punt 5) uit te oefenen. Tijdens Praktijk 7 heeft de student een coachtraject opgestart binnen de eigen (werk)praktijk om ‘ bewijs’ te genereren voor de beroepshandelingen behorende bij niveau 2 van de competentie Coachen en Begeleiden. Dit kwartaal bouwt de student voort op die start en volgt de uitvoering van het coachen en uiteindelijk de evaluatie op het gehele traject. Onder andere dit traject biedt de student de mogelijkheid om ervaring op te doen met de verschillende beroepshandelingen die horen bij niveau 3 (eindniveau) van de competentie Coachen en Begeleiden. De vakken in dit kwartaal zijn input voor deze competentieontwikkeling. Concreet betekent dit dat de student bijvoorbeeld na het oefenen van de vier succesfactoren tijdens coaching (bij Coachingsvaardigheden) ditzelfde zal kunnen toepassen in de gesprekken binnen de eigen (werk)praktijk. Ook de overige vakken bieden aanknopingspunten voor deze gesprekken. Portfolio De student legt het ‘bewijs’ vast in een portfolio (net als bij Praktijk 7). In het portfolio beschrijft de student de ervaring met de beroepshandelingen en vult dit aan met beroepsproducten (voorbeelden zijn uitgewerkt bij punt 5). Het portfolio heeft een vaste structuur (uitgewerkt in bijlage 1) en dient als uitgangspunt bij het assessmentgesprek. Assessmentgesprek Het assessmentgesprek wordt afgenomen door twee assessoren. In dit gesprek licht de student zijn manier van handelen, het resultaat en de onderliggende denk- en beslismodellen toe. Dit gebeurt volgens de STARR-methodiek (zoals in het portfolio). Daarbij maakt de student een duidelijke koppeling tussen zijn ervaringen en de competentie Coachen en Begeleiden. De assessoren zullen de student verdiepende vragen stellen om een helder beeld te krijgen van de competentie van de student. De beoordelingscriteria (zie punt 7 in deze studiehandleiding) zijn hierin leidend. Één assessor heeft reeds het portfolio beoordeeld waardoor de vragen van deze assessor wellicht een ander karakter hebben dan de assessor die ‘blanco’ het assessmentgesprek voert. Om de reikwijdte van zijn competenties te verkennen, is er tevens aandacht voor de transfer naar vergelijkbare of andere beroepssituaties. Elk assessment duurt ongeveer 20 minuten.
5
De opdracht A. Ervaring opdoen met coachen en begeleiden (niveau 3) aan de hand van de volgende beroepshandelingen:
Competentie niveau 2
Competentie niveau 3
5
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9.
Afstemmen doelen begeleiding/coaching met opdrachtgever en/of cliënt Contact leggen met de cliënt door zich onder anderen in te leven in de ander Methodisch verkennen van de coachings- en begeleidingsvraag Coachings- en begeleidingsvraag inzichtelijk maken voor de cliënt Toepassen van doelgerichte gesprekstechnieken Vergroten van de zelfsturing van individuen Motiveren en inspireren van de cliënt in diens ontwikkelproces Feedback geven en ontvangen Reflecteren op de eigen rol als begeleider/coach
© HvA Toegepaste Psychologie K. L. Temme Pidcock
B. Verzamel hiervan bewijs in de vorm van beroepsproducten en/of ervaringsverslagen. Hieronder zal per vak een voorbeeld worden genoemd.
Coachingsvaardigheden Tijdens het vak Coachingsvaardigheden oefent de student met de verschillende succesfactoren van het coachen. In het externe coachtraject binnen de eigen (werk)praktijk past de student de geleerde vaardigheden toe. Een ervaringsverslag van één of meerdere van deze gesprekken kan worden aangedragen als bewijsstuk voor Praktijk 8. Bij de STARR toelichting zal er dan gereflecteerd worden op dit/deze gesprek(ken). Hierin komen de beroepshandelingen behorende bij de competentie Coachen en Begeleiden op niveau 3 naar voren. Loopbaancoaching Tijdens het vak Loopbaancoaching maakt de student een plan van aanpak/construeert een leerarrangement voor een fictieve cliënt. Voor Praktijk 8 kan de student een dergelijk plan van aanpak maken én uitvoeren bij een cliënt binnen de eigen (werk)praktijk. Bij de STARR toelichting zal er dan gereflecteerd worden op deze uitvoer. Hierin komen de beroepshandelingen behorende bij de competentie Coachen en Begeleiden op niveau 3 naar voren. Het plan van aanpak zou dan als beroepsproduct kunnen dienen. Opvoedingsondersteuning Tijdens het vak Opvoedingsondersteuining oefenen studenten het pedagogisch adviseren aan de hand van het SGG-model. Dit is een model waarin opvoedingsvragen van ouders inzichtelijk gemaakt kunnen worden en aan de hand waarvan er samen naar oplossingen gezocht kan worden. Voor Praktijk 8 kan de student met ouders in de praktijk een opvoedvraag onderzoeken en uiteindelijk tot een plan van aanpak komen aan de hand van het SGG-model. Bij de STARR toelichting zal er dan gereflecteerd worden op de gesprekken met de ouders. Hierin komen de beroepshandelingen behorende bij de competentie Coachen en Begeleiden op niveau 3 naar voren. Het plan van aanpak zou dan als beroepsproduct kunnen dienen. Leiderschap Het vak Leiderschap biedt een brede theoretische basis die aansluit bij de competentie Coachen en Begeleiden. Deze theoretische basis kan de student, waar dat relevant is, laten doorklinken in de verschillende bewijsstukken van Praktijk 8. Voor dit vak is er dus niet een specifiek voorbeeld dat leidt tot een beroepsproduct of ervaringsverslag.
De student mag uiteraard ook andere producten in het portfolio opnemen dan bovenstaande voorbeelden, om alle beroepshandelingen aan te tonen. Het is wel van belang dat er 2 bewijsstukken in het portfolio opgenomen worden om deze beroepshandelingen aan te tonen.
6
© HvA Toegepaste Psychologie K. L. Temme Pidcock
C. Voorzie elk bewijsstuk van een reflectie met behulp van het STARR-formulier (zie bijlage 2).
D. Houd bij de uitvoering van de beroepstaak rekening met de beoordelingscriteria (bij zowel portfolio als het assessmentgesprek), namelijk de mate waarin je: -
6
resultaatgericht bent: doelgericht, effectief, oplossingsgericht en efficiënt; methodisch te werk gaat; inzicht hebt in relevante theorieën en modellen op het gebied van coachen en begeleiden en deze adequaat toepast; effectief communiceert, zowel mondeling als schriftelijk: toegankelijk, sensitief en overtuigend; blijk geeft van een empathische, betrokken en positieve houding naar de cliënt; reflecteert op aanpak en resultaat, en je sterke en minder sterke kanten kunt benoemen.
Studieplanning Portfolio De deadline om het portfolio in te leveren is donderdag 13 juni 2013 om 10.00 uur. Je levert het hardcopy in, in het postvakje van jouw Praktijk 8 beoordelaar (zie overzicht op intranet). Assessmentgesprek Op 20 en 27 juni en 4 juli zullen de assessmentgesprekken van Praktijk 8 plaatsvinden. Op intranet staat de indeling van de assessments met de assessoren die het assessmentgesprek zullen voeren. Herkansing Bij een onvoldoende beoordeling krijgt de student één herkansingsmogelijkheid. Deze herkansing zal plaatsvinden in de week van 26 augustus 2013.
7
Toetsing en beoordeling Praktijk 8 wordt getoetst door het beoordelen van het portfolio en het assessmentgesprek. Deze twee onderdelen worden beoordeeld op de volgende beoordelingscriteria, namelijk de mate waarin je in het bewijs: -
resultaatgericht bent: doelgericht, effectief, oplossingsgericht en efficiënt; methodisch te werk gaat; inzicht hebt in relevante theorieën en modellen op het gebied van coachen en Begeleiden en deze adequaat toepast; effectief communiceert, zowel mondeling als schriftelijk: toegankelijk, sensitief en overtuigend; blijk geeft van een empathische, betrokken en positieve houding naar de cliënt; reflecteert op aanpak en resultaat, en uw sterke en minder sterke kanten kan benoemen.
De beoordeling van het portfolio in combinatie met de beoordeling van het assessmentgesprek resulteert in een cijfer. Wordt het totaal met een onvoldoende beoordeeld, dan volgt er één herkansingsmogelijkheid van één of beide onderdelen.
7
© HvA Toegepaste Psychologie K. L. Temme Pidcock
8
Bijlagen
Bijlage 1: Structuur en inhoud portfolio Bijlage 2: Formulier STARR Bijlage 3: Zelfevaluatie
8
© HvA Toegepaste Psychologie K. L. Temme Pidcock
Bijlage 1: Structuur en inhoud portfolio
Het portfolio heeft de volgende structuur: Titelblad met naam, opleiding, email etc. Inhoudsopgave Bewijs in de vorm van beroepsproducten* (2 stuks), met per bewijsstuk: a.
Zelfevaluatie over bewijsstuk (zie bijlage 3)
b.
Titel beroepsproduct, datum vervaardiging, referentie (bovenaan STARR-formulier)
c.
STARR toelichting op bewijs (zie bijlage 2, max. 2 A4) met daarachter
d.
Het betreffende bewijsstuk/ervaringsverslag
*Bewijs in de vorm van beroepsproducten Je gaat nu bewijs verzamelen bij jouw zelfevaluatie over je coachings- en begeleidingvaardigheden. Het bewijs heeft betrekking op voorbeelden uit jouw eigen praktijk. Praktijkvoorbeelden lever je aan in de vorm van beroepsproducten die jij op je werk hebt gemaakt, of waaraan je een belangrijke bijdrage hebt geleverd. Je kunt ook een ervaring aandragen als bewijs. Voorbeelden van beroepsproducten zijn uitgewerkt in punt 5 van deze studiehandleiding. Elk product voorzie je van een STARR-formulier (zie bijlage 2). Kies praktijkvoorbeelden die jij representatief vindt voor je ervaring. Beperk jezelf echter tot maximaal 2 verschillende praktijkvoorbeelden: selecteer dus jouw beste voorbeelden.
9
© HvA Toegepaste Psychologie K. L. Temme Pidcock
Bijlage 2: Formulier STARR
Het bewijs betreft:
0 een beroepsproduct dat ik zelf heb gemaakt, namelijk: ….(titel); 0 een beroepsproduct dat ik samen met anderen heb gemaakt, namelijk: .. (titel); 0 een beschrijving van een concrete ervaring
Het bewijs heeft betrekking op:
……….. (noem hier de nummers van de beroepshandelingen uit de zelfevaluatie - bijlage 3- waarop dit bewijs betrekking heeft)
Datum bewijs: Geef een toelichting op het bewijs door alle onderstaande vragen te beantwoorden. Voeg het ingevulde blad bij het bewijs in je portfolio. Situatie: beschrijf de aanleiding en het doel van de opdracht/taak die aan het bewijs ten grondslag lag. Geef tevens aan wie de opdrachtgever was en wie eventueel andere betrokkenen waren.
S
Taak: beschrijf de exacte taak/opdracht die je had en jouw rol/functie daarin.
T Activiteiten: beschrijf de aanpak die je hebt gehanteerd: welke activiteiten, in welke volgorde, welke voorbereiding was nodig, welke theorieën en modellen heb je gehanteerd? Maak hierin expliciet de koppeling naar de uitgevoerde beroepshandelingen.
A
Resultaat: beschrijf het resultaat van de opdracht en jouw aanpak. Hoe is het resultaat beoordeeld, door wie en waarop? Wat is er vervolgens met dat resultaat gebeurd?
R
10
© HvA Toegepaste Psychologie K. L. Temme Pidcock
R
Reflectie: - geef aan waarom je dit voorbeeld een goed bewijs vindt. - wat zou je een volgende keer bij een vergelijkbare opdracht anders aanpakken en waarom? - benoem hierin ook je sterke en minder sterke kanten bij de uitvoering van de taak.
Referentie Naam: Functie: Telefoonnummer:
11
© HvA Toegepaste Psychologie K. L. Temme Pidcock
Bijlage 3: Zelfevaluatie Competentie Coachen en Begeleiden: De TP’er kan groepen en individuen ondersteunen bij gedragsverandering, waarbij de nadruk ligt op het vergroten van het zelfsturend vermogen.
Vul de onderstaande zelfevaluatie in. N=niet S=soms V=vaak Zelfevaluatie In het bewijsstuk nr…heb ik mij bezig gehouden met de volgende beroepshandelingen: 1.
Afstemmen doelen van begeleiding/coaching met opdrachtgever en/of cliënt
2.
Contact leggen met de cliënt door zich onder andere in te leven in de ander
3.
Methodisch verkennen van de coachings- en begeleidingsvraag
4.
Coachings- en begeleidingsvraag inzichtelijk maken voor de cliënt
5.
Toepassen van doelgerichte gesprekstechnieken
6.
Vergroten van de zelfsturing van individuen
7.
Motiveren en inspireren van de cliënt in diens ontwikkelproces
8.
Feedback geven en ontvangen
9.
Reflecteren op de eigen rol als begeleider/coach
12
© HvA Toegepaste Psychologie K. L. Temme Pidcock
N
S
V