Tijd voor het Licht Kerstmorgen 25 december 2015 om 10:00 in de Vloedschuur te Heteren
16
Voorganger: ds. Irene Builtjes-Faber M.m.v de Cantorij olv de heer B. Burghout Orgelspel 2
15
Mededelingen De Voorbereiding Stilte Staande: Intochtslied 477: 1 en 2
2. De hemelse engelen riepen eens de herders weg van de kudde naar ’t schamel dak. Spoeden ook wij ons met eerbiedige schreden! Komt, laten wij aanbidden, komt, laten wij aanbidden, komt, laten wij aanbidden die koning. Groet (in beurtspraak) 14
vg:
Wij begroeten elkaar in Gods Naam
3
allen: IN DE NAAM VAN DE VADER, VAN DE ZOON EN DE HEILIGE GEEST vg: Ons feest vieren we ter ere van een kind allen: VANUIT HET LICHT VAN DE EEUWIGHEID DEELT HIJ ONZE DONKERE TIJD vg: Hij is het die hemel en aarde verbindt Allen:ONZE TIJD EN ONS LEVEN vg: en wij verwachten alles van Hem allen: GLORIA IN EXCESIS DEO !
hoe heerlijk zijn uw stralen. Uitzending en zegen Orgelspel
5. Zingt aarde en hemel, zingt nu engelenkoren, zingt alle scharen rondom de troon: Glorie aan God en vrede voor de mensen! Komt, laten wij aanbidden, komt, laten wij aanbidden, komt, laten wij aanbidden die koning. Toelichting op het thema: Tijd voor het Licht Kyrie en Gloria Smeekgebed De cantorij zingt lied 457: Hoe ver is de nacht Gloriatekst
Glorialied psalm 113
4
13
2. Ver boven aller volken trots blinkt hemelhoog de glorie Gods. Wie is als Hij, de HEER der heren? Hij onze God, die troont zo hoog, slaat op het diepste diep zijn oog. Hemel en aarde moet Hem eren. 2. Voor ik als kind ter wereld kwam, zijt Gij voor mij geboren. Eer ik een woord van U vernam, hebt Gij mij uitverkoren. Voordat uw hand mij heeft gemaakt, werd Gij een kindje, arm en naakt, hebt Gij U mij gegeven. 3. Temidden van de nacht des doods zijt Gij, mijn zon, verrezen. O zonlicht, mild en mateloos, uw gloed heeft mij genezen. O zon die door het donker breekt en ’t ware licht in mij ontsteekt, 12
3. Wie onderligt in stof en slijk, maakt God aan edelen gelijk. Hij geeft een vrouw haar diepst verlangen. Hij zegent die onvruchtbaar scheen, met bloei van kindren om haar heen. Prijst Hem, den HEER, met lofgezangen. Het Woord Gebed 5
Terugblik met de kinderen en de leiding op het project: Hoe laat is het? 1e advent – tijd om te verwachten We zingen van het projectlied het 1e couplet 2e advent – tijd om te luisteren We zingen van het projectlied het 2e couplet 3e advent – tijd om op weg te gaan We zingen van het projectlied het 3e couplet 4e advent – tijd om te zingen We zingen van het projectlied het 4e couplet Kerst–Tijd voor het licht, alles kan weg, Gods licht is er nu We zingen van het projectlied het 5e couplet We lezen Jesaja 52: 7–10 Hoe welkom is de vreugdebode die over de bergen komt aangesneld, die vrede aankondigt en goed nieuws brengt, die redding aankondigt en tegen Sion zegt: ‘Je God is koning!’ Hoor! Je wachters verheffen hun stem, samen barsten ze uit in gejuich, want ze zien het met eigen ogen: de Eeuwige keert terug naar Sion. Breek uit in gejubel, ruïnes van Jeruzalem, want de Eeuwige troost zijn volk, hij koopt Jeruzalem vrij. De Eeuwige ontbloot zijn heilige arm ten overstaan van alle volken, en de einden der aarde zien hoe onze God redding brengt. 6
Maak alles nieuw. Wees de hemel, wees de aarde. Maak alles nieuw. Geef het brood in onze dagen. Maak alles nieuw. En vergeef ons onze schulden. Maak alles nieuw. Laat ook ons elkaar vergeven. Maak alles nieuw. God verlos van het kwade. Maak alles nieuw. Collecte (waarbij de cantorij zingt) Cradle song. Flemish traditional Carol In Bethlehem, jawel, in een stal, ligt een pasgeboren, teder Kind. Aan Zijn zijde een maagdelijke moeder die over het heilige kind waakt. Jezus, liggend in de kribbe, komt tot ons, een vreemdeling op aard; Slaap Kindje, o kleintje, slaap, Engelen rondom Jou zullen de wacht houden. Sint Jozef staat naast de wieg, vol verwondering, ontzag en liefde. Kijk, de kinderkoning ligt te slapen, door God van boven uit de hemel gezonden. Os en ezel knielen voor Hem, Maria's liefde heelt zijn onrust; Slaap Kindje, o kleintje, slaap, Engelen rondom Jou zullen de wacht houden. Slotlied: lied 475
11
Zingen lied 453: 1, 2 en 3
2. God heeft het eerste woord. Voor wij ter wereld kwamen, riep Hij ons reeds bij name, zijn roep wordt nog gehoord. 3. God heeft het laatste woord. Wat Hij van oudsher zeide, wordt aan het eind der tijden in heel zijn rijk gehoord. 4. God staat aan het begin en Hij komt aan het einde. Zijn woord is van het zijnde oorsprong en doel en zin. Dienst van het antwoord Dankgebed, voorbeden, stil gebed en gezongen "Onze Vader" (maak alles nieuw) Onze Vader in de hemel. Maak alles nieuw. Geef Uw naam aan deze wereld. Maak alles nieuw. Breng Uw koninkrijk tot leven. 10
2. Groet de dageraad, heden zal de zon u vinden die genezing voor de blinden in haar wieken draagt, nachten, zing, God is licht! 3. Met gerechtigheid zal Hij ’t huis van David stutten heeft Hij zijn verblijf geslagen om uw zonden weg te dragen, en Hij zal zijn schouders bukken onder wet en tijd, onze loot, wijn en brood. We lezen: Johannes 1: 1 – 5 en 14 In het begin was het Woord, het Woord was bij God en het Woord was God. Het was in het begin bij God. Alles is erdoor ontstaan en zonder dit is niets ontstaan van wat bestaat. In het Woord was leven en het leven was 7
het licht voor de mensen. Het licht schijnt in de duisternis en de duisternis heeft het niet in haar macht gekregen. Het Woord is mens geworden en heeft bij ons gewoond, vol van goedheid en waarheid, en wij hebben zijn grootheid gezien, de grootheid van de enige Zoon van de Vader. Zingen: 469: (melodie: Ik ben een engel van de Heer –> Dit is de dag) 1. Cantorij – 2. Cantorij – 3. Allen – 4. Allen – 5. Cantorij 6, 7 en 8 Allen
met ons, de engelen, wonen mag. 5. Let goed op wat ik je vertel, dan vind je vast dat kindje wel: ’t ligt in een kribbe in een stal. Toch is Hij koning van ’t heelal.’ 6. Laat ons nu blij en welgezind gaan zoeken naar dat hemels kind en met de herders binnengaan. Zie, zie wat God hier heeft gedaan. 7. Maar kijk niet enkel met het oog dat al zo vaak een mens bedroog. Alleen wie luistert telkens weer die ziet Gods zoon, de lieve Heer. 8. Wees welkom, edele gast, zo groot, die arme zondaars niet verstoot. Gij zoekt mij op in donkere nacht. Hoe wordt U ooit mijn dank gebracht. Overdenking
2. ’t Is van een moeder die vannacht een kindje kreeg en dankbaar lacht. ’t Is van een kindje, lief en klein, dat wil altijd je vriendje zijn.
Zingen: lied 513
3. De Here Jezus is dat kind die ieder helpt die Hem bemint, de Heiland die je droefheid kent en alles waar je bang voor bent. 4. Hij die je van je schuld bevrijdt 8 geeft je geluk en zaligheid, dat je in de hemel dag aan dag
9