Kerstdienst op 25 december 2014 in de Vloedschuur
De cantorij komt zingend binnen met ‘Gaudete’, oud Engels Kerstlied Refrein Verheugt U, verheugt U, want Christus is geboren uit de maagd Maria, verheugt u, verheugt U . Couplet Nu is het de tijd van de genade, waar we zo naar verlangen Heft aan een lied van blijdschap terwijl we hier lopen Refrein Dit is onze ontmoeting, psalmzingend op lichte wijze Prijs de Heer, gegroet o Koning Welkomstwoorden We zingen allen Lied 478 : 1 Komt, verwondert u hier, mensen; ziet, hoe dat u God bemint Ziet vervuld der zielen mensen, ziet dit nieuw geboren kind Ziet, die ’t woord is zonder spreken, ziet die vorst is zonder pracht Ziet die ’t al is in gebreken, ziet die ’t licht is in de nacht Ziet, die ’t goed is, dat zo zoet is, wordt verstoten, wordt veracht Bemoediging en Groet De cantorij zingt een lied om in de Kersttijd te zingen van Marijke de Bruine. (zie apart vel) In de harten van de mensen leeft een eeuwenoud gerucht van een wereld die volmaakt was, waarvan God zag dat ze goed was lichtend beeld dat van ons vlucht. 2
Echo die in ons blijft klinken, vonk van God, geef ons de durf ’t met dit sprankje hoop te wagen tot het gloeiend wordt voldragen; ons van binnenuit vervult. Als een kind zo klein en kwetsbaar, teer maar toch vol zachte kracht, wordt dan Christus steeds herboren, wat in ’t donker leek verloren wordt weer aan het licht gebracht. Dunne draad van licht en leven, Geest van God die ons geleidt voer door eeuwen en door de dagen ons naar heelheid die de aarde van gebrokenheid bevrijdt. Gebed Lezing uit Jesaja 11 : 1 – 15 We zingen allen Lied 473 : 1 door Cantorij en 2 door allen Er is een roos ontloken uit barre wintergrond Zoals er was gesproken door der profetenmond en Davids oud geslacht is weer opnieuw gaan bloeien in ’t midden van de nacht Die roos van ons verlangen, dat uitverkoren zaad is door een maagd ontvangen uit Gods verborgen raad Maria was bereid toen Gabriel haar groette in ’t midden van de tijd . We lezen Lucas 2 : 1 tot 8 , de Cantorij zingt lied 476 : 1 Nu zijt wellekome Jesu lieve Heer, 3
Gij komt van alzo hoge, van alzo veer Nu zijt wellekome van de hoge hemel neer Hier al op dit aardrijk, zijt gij gezien nooit meer Kyrieleis We lezen Lucas 2 : 8 tot 13
We zingen lied 469 : 1 door voorganger, 2 en 3 door voorganger en Cantorij, 4, 5 en 6 door allen. V Ik ben een engel van de Heer, daal uit de hemel tot je neer en breng een nieuw en mooi verhaal dat ik vertel in mensentaal ‘t Is van een moeder die vannacht een kindje kreeg en daarbij lacht ’t Is van een kindje, lief en klein, dat wil altijd je redder zijn. Let goed op wat ik je vertel dan vind je vast dat kindje wel ’t ligt in een kribbe, in een stal , toch is Hij koning van ’t heelal A Laat ons nu blij en welgezind gaan zoeken naar dat hemels kind en met de herders binnengaan, zie, zie wat God hier heeft gedaan. Al zou de wijde wereld Heer, tien keer zo groot of honderd keer van goud of diamanten zijn nog was ze als wieg voor u te klein Ere zij God Hij zendt zijn zoon, de engelen zingen wonderschoon 4
Zo wensen zij ons allen saam een goede nieuwjaar in Jezus’ naam. We lezen Lucas 2 : 14 We zingen allen lied 481 : 1 en 2 Hoor de engelen zingen d’ eer van de nieuwgeboren Heer Vrede op aard het is vervuld, God verzoent der mensen schuld Voeg u mensen in het koor dat weerklinkt de hemel door Zingt met uitgelaten stem voor het kind van Bethlehem Hoor de engelen zingen d’ eer van de nieuwgeboren Heer Hij, die heerst op ’s hemels troon, Jezus Christus, Vaders Zoon wordt geboren uit een maagd op de tijd die God behaagt. Zonne der gerechtigheid, woord dat vlees geworden zijt, tussen alle mensen in, in het menselijk gezin Hoor de engelen zingen d’ eer van de nieuwgeboren Heer . We lezen Lucas 2 : 15 en 16 We zingen Lied 471 : 1 door Cantorij en 2 door allen In dulci jubilo, onze vreugd’ is groot, Hartenwens geboren, ligt stralend in het stro, ligt als de zon te gloren, bij moeder op haar schoot Canta Domino, canta Domino . Hoor heel de engelenschaar, jubelt gloria, in excelcis Deo, o, wij waren ook daar , De aarde en de hemel, ze zingen met elkaar nova cantica, nova cantica . We lezen Lucas 2 : 18 tot 21 We zingen lied 470 : 1 door Cantorij, 4 en 5 door allen 5
U Jezus Christus loven wij, die een mens zijt, ons nabij. die uit een maagd geboren zijt, de hemel is om U verblijd Kyrieleis Het eeuwig licht staat aan ’t begin, neemt de hele wereld in Al is de nacht ook nog zo dicht, het maakt ons kinderen van ’t licht. Kyrieleis Hij God uit God van eeuwigheid, die een mens wordt in de tijd. Hij voert ons uit de duisternis, naar waar de hemel open is. Kyrieleis. Afronding project de Verderkijkers Verhaal Overweging Gebeden en collecten De cantorij zingt First Noël Refr. Noël, Noël, Noël, geboren is de koning van Israël. Op de eerste Kerstdag sprak de engel tegen een paar povere schaapherders die toen in een de koude winter bij hun schapen lagen te slapen, Refr, Ze keken op en zagen een ster in het oosten, die zo fel scheen dat het leek alsof en nacht maar ook dag was Refr. En bij dat licht zagen ze drie wijze mannen van een ver land. 6
Zij zochten een koning, en volgden daarom de ster . Refr. Die ster leidde hen van oost naar west en hield stil waar Jezus lag Refr. Daar knielden zij en offerden goud, wierook en mirre. Zegenbede We zingen Ere zij God .
7