Thuisbegeleiding heeft de toekomst Terugblikken en vooruitzien
Thuisbegeleiding heeft de toekomst
1
Van project naar transitie en transformatie Wat in 2008 als kleinschalig project bij ActiZ begon, is onderdeel geworden van een veel ingrijpender proces van transitie en transformatie van de zorg. ActiZ startte het project Profilering, Positionering en Professionalisering van de Thuisbegeleiding, om de achterstand in informatie en beschrijving van het vak van Thuisbegeleiding in te lopen. Eén van de eerste acties van het project was om uniformiteit te brengen in de naam. Gespecialiseerde Gezinsverzorging was weliswaar een begrip, maar dekte de lading van het beroep niet. Thuisbegeleiding is gericht op meer dan alleen gezinnen, is bedoeld voor alle kwetsbare burgers in de samenleving. Het is geen verzorging maar begeleiding, zorgt niet ‘voor’, maar zorgt ‘dat’. De thuisbegeleider is geen specialist maar juist een generalist, iemand die niet zoekt naar problemen maar naar oplossingen, een begeleider die kijkt naar alle levensdomeinen en aandacht heeft voor de gehele leefeenheid en het netwerk er omheen. Vooral ‘thuis’, daar waar de problemen zich in het dagelijks leven voordoen en waar de oplossing gevonden moet worden. Vier jaar verder constateert ActiZ dat dit project onderdeel is van een ingrijpend veranderingsproces in de totale zorg. Mede dankzij de financiële middelen van de Centrale Raad voor Gezinsverzorging kon de informatieachterstand worden ingelopen. In de programma’s en projecten van ActiZ over eigen regie, maatschappelijk ondernemerschap, jeugdgezondheidszorg , preventie en lokale belangenbehartiging worden de ervaringen met het project Thuisbegeleiding meegenomen en wordt de aandacht van ActiZ voor Thuisbegeleiding vervolgd. Inmiddels is voorzien in bruikbaar materiaal dat ontwikkeld is op basis van wetenschappelijk onderzoek en onderzoek uit de praktijk, gebaseerd op wat cliënten belangrijk vinden. Leden van ActiZ, die Thuisbegeleiding bieden, zijn enthousiast over deze landelijke aandacht. De bruikbare producten die dit project heeft opgeleverd kunnen zorgorganisaties gebruiken om zich goed te presenteren bij gemeenten en stakeholders. De huidige ontwikkelingen in nieuwe wet- en regelgeving maken een goede profilering noodzakelijk. De projectresultaten en de aanbevelingen voor de toekomst van de Thuisbegeleiding zijn uiteraard onderdeel van deze brochure. ActiZ gaf de aanzet, nu is het aan de zorgorganisaties om de transitie en transformatie te laten plaatsvinden.
Gusta Kragting, projectleider Thuisbegeleiding
Thuisbegeleiding heeft de toekomst
1
Inhoudsopgave Inleiding
1
Inhoudsopgave
1 2
1
3
3
2 3
Thuisbegeleiding: de wal keert het schip
1.1 Veranderde wetgeving: van AWBZ naar Wmo 1.2 Thuisbegeleiding verbindt Wmo, Jeugdwet en participatiewet 1.3 Thuisbegeleiding maakt de zorg goedkoper 1.4 Thuisbegeleiding en vrijwilligers
2
4 4 5 5
Thuisbegeleiding: het paradepaardje van de thuiszorg
2.1 Uitdagingen en Kansen 2.2 Financiering 2.3 Profilering bij gemeenten 2.4 Omvang personeel 2.5 Meer administratie en verantwoording 2.6 Veranderde taak voor managers 2.7 Verdere professionalisering 2.8 Thuisbegeleiding en de arbeidsmarkt 2.9 Positie en samenwerking
Conclusies en aanbevelingen
3.1 Contacten maken nog geen contracten 3.2 Thuisbegeleiding tussen drie decentralisaties 3.3 Lokale, regionale en landelijke aandacht 3.4 Investeren blijft nodig 3.5 Oormerken van middelen voor begeleiding 3.6 Generalisten op twee niveaus 3.7 Samenwerking van generalisten en specialisten 3.8 Thuisbegeleiding niet opsplitsen 3.9 Benut de kennis van Thuisbegeleiding 3.10 Ontwikkeling blijft noodzakelijk 3.11 Klanten zijn er en blijven er 3.12 Minder administratieve lasten, meer vertrouwen
Producten van het project Nawoord
6 6 7 7 8 8 8 9 9 9
10 10 10 11 11 11 11 12 12 12 12 13 13
14 14
Thuisbegeleiding heeft de toekomst
2
1
Thuisbegeleiding: de wal keert het schip
De afgelopen jaren is Thuisbegeleiding, de oude ‘Gespecialiseerde Gezinsverzorging’, in de knel gekomen door wijzigingen in indicatiestelling en regelgeving. De omvang van het product op macroniveau is in uren nog steeds beperkt maar Thuisbegeleiding wordt door de meeste zorgorganisaties en verwijzers als een relevant product gezien. Met Thuisbegeleiding kunnen zij zich goed profileren, zowel in de zorg voor Jeugd & Gezin en het Maatschappelijk Werk als in de sector Verpleging en Verzorging.
Anno 2013 blijft het een opgave om te voorkomen dat dit product tussen wal en schip terecht komt, niet vanwege de waarde van dit product, maar door voortschrijdende krimp in middelen en de toenemende concurrentie. Het huidige regeerakkoord spreekt over een bezuiniging van 25% op begeleiding waar Thuisbegeleiding onderdeel van uitmaakt. Hoe gemeenten in 2015 de middelen voor individuele begeleiding en gezinsbegeleiding gaan verdelen is vooralsnog niet bekend. Gemeenten en zorgorganisaties zijn volop in voorbereiding om de komende transities en transformaties vorm te geven. Het is duidelijk dat het anders moet. Van een AWBZ ‘recht op zorg’ is binnen de Wmo geen sprake meer. Gemeenten compenseren kosten om mensen weer te laten participeren in de samenleving.
Kracht van Thuisbegeleiding: praktische mensen die niet alleen met je praten over, maar vooral met je doen, voordoen en laten doen, en leren structureren. En ook: snel beschikbaar, flexibel inzetbaar op momenten die voor de cliënt belangrijk zijn, oog voor de cliënt, een echte ‘ja’cultuur en een outreachende werkwijze.
Thuisbegeleiding heeft de toekomst | Thuisbegeleiding: de wal keert het schip
3
1.1 Veranderde wetgeving: van AWBZ naar Wmo Het huidige overheidsbeleid streeft ernaar om de AWBZ terug te brengen naar haar oorspronkelijke doelstelling om zo te kunnen blijven voorzien in het bekostigen van onverzekerbare zorg. Na de huishoudelijke zorg was Thuisbegeleiding de volgende werksoort die met veranderde wetgeving en indicatiestelling te maken kreeg. In 2008 werd de aanspraak op activerende en ondersteunende begeleiding voor cliënten met psychosociale problematiek geschrapt door de zogenaamde ‘pakketmaatregelen’. Inmiddels staan nieuwe wettelijke ingrepen op stapel. Alle begeleiding wordt uit de AWBZ geschrapt. Naar verwachting wordt hier uitvoering aan gegeven per 1 januari 2015. Het overheidsbeleid is er op gericht mensen zo lang mogelijk thuis te laten wonen en zoveel mogelijk verantwoordelijkheid bij hen te laten om met het eigen netwerk voor zichzelf te zorgen. Voor een groot deel van de bevolking zal dit lukken. Voor een veel kleiner deel van de bevolking zal dit niet zonder professionele hulp kunnen. Het oplossen van problemen is niet voor iedereen vanzelfsprekend. Schrijnende situaties doen zich voor. Thuisbegeleiding blijkt een goed antwoord voor kwetsbare mensen met complexe problemen. Een streng indicatiebeleid heeft ertoe geleid dat het de Thuisbegeleiding soms zeer veel moeite kost om de hulpverlening financieel rond te krijgen, terwijl het er om gaat in schrijnende situaties professionele hulp te kunnen bieden. De voorgenomen decentralisatie van zowel de jeugdzorg als de begeleiding beoogt de kosten te beperken door meer eigen regie en betere samenwerking. De overheid wil ‘ontzorgen’ en ‘normaliseren’. Thuisbegeleiding voert dit overheidsbeleid al enige jaren uit. Zij gaat uit van de opvatting dat iedereen in een situatie kan raken waarbij men de regie op het dagelijks leven (tijdelijk) kwijt is. Dat is eigen aan het leven. Soms hebben mensen hulp nodig om het dagelijks leven weer op de rails te krijgen. Dat kost geld. De ervaring van Thuisbegeleiding is dat hoe eerder je daar bij bent hoe effectiever je kunt zijn. ActiZ heeft laten onderzoeken hoe gemeenten met Thuisbegeleiding kosten kunnen besparen. De resultaten hiervan staan in het rapport ‘Thuisbegeleiding, Maatschappelijke kosten en baten analyse’. Het is aan de zorgorganisaties om aan gemeenten te laten zien hoe de Thuisbegeleiding dat doet en waarom dit werkt. ActiZ heeft in de afgelopen jaren met diverse hulpmiddelen zorgorganisaties ondersteund om dit verhaal toe te lichten. Maar of gemeenten Thuisbegeleiding structureel gaan financieren zal moeten blijken.
1.2 Thuisbegeleiding verbindt Wmo, Jeugdwet en participatiewet Thuisbegeleiding past uitstekend in het voorgenomen overheidsbeleid. Zij hanteert de principes die binnen de Wmo, de nieuwe wet op Jeugd en de participatiewet worden gehanteerd. Iedereen moet kunnen deelnemen aan de samenleving. Alleenstaande volwassenen, jongeren en gezinnen die dat niet zelfstandig kunnen, moeten worden geholpen en gestimuleerd om weer te participeren. Thuisbegeleiding verbindt de Wmo, de Jeugdwet en de participatiewet. Thuisbegeleiding is er om mensen die de regie op het dagelijks leven kwijt zijn weer deel te laten nemen aan de samenleving. Stapsgewijs lossen zij samen met de cliënt problemen op of maken situaties leefbaar. Vaak kan dat met tijdelijke trajecten, soms is langduriger ondersteuning nodig. Alle zorgorganisaties die Thuisbegeleiding aanbieden hebben inmiddels contacten met gemeenten en zetten zich in om dit product overeind te houden, juist omdat het zo goed past in het voorgenomen beleid van gemeenten. Veel gemeenten zoeken naar oplossingen voor hun kwetsbare burgers. De roep om tijdige en laagdrempelige hulp zonder indicatie neemt toe. Het besef dat preventie helpt groeit.
Wij moeten vooral blijven zoeken naar kansen. Thuisbegeleiding kan je overal inzetten: bij dementerenden, bij licht verstandelijk beperkte mensen, bij psychiatrische patiënten, bij jeugdigen en in gezinnen. Dat is mooi en soms lastig.
Thuisbegeleiding heeft de toekomst | Thuisbegeleiding: de wal keert het schip
4
1.3 Thuisbegeleiding maakt de zorg goedkoper Zorgorganisaties beseffen dat de zorg goedkoper en anders moet, dat de zorg anders georganiseerd moet worden en dat er andere zorgvormen moeten gaan ontstaan. Thuisbegeleiding is gedurende de jaren waarin de zorg opgedeeld is in functies en handelingen gevrijwaard gebleven van die opdeling. Zij biedt nog altijd een integraal pakket. Juist vanwege het integrale pakket zijn zij goed voorbereid op de wensen vanuit de nieuwe wetgeving. De beperkte omvang van hun diensten en de onbekendheid met deze dienstverlening levert de Thuisbegeleiding de grootste problemen op. Onderzoek wijst uit dat Thuisbegeleiding goedkoper is dan gespecialiseerde zorg. In de brochure ‘Thuisbegeleiding, minder kosten, meer geluk’ wordt duidelijk gemaakt dat met de interventies van Thuisbegeleiding voorkomen kan worden dat kinderen uit huis worden geplaatst. Dat levert per jaar een besparing van €45.000 per kind op. Vergelijkbare besparingen kunnen worden gedaan als Thuisbegeleiding kan voorkomen dat psychiatrische patiënten worden opgenomen in een psychiatrische inrichting. Thuisbegeleiding werkt preventief en is goedkoper dan de specialistische hulp. Steeds meer organisaties in de GGZ en de Jeugdzorg beseffen dat preventief ingrijpen veel ellende kan voorkomen. Een deel van die organisaties werkt daarbij samen met de Thuisbegeleiding. Andere gespecialiseerde organisaties gaan zelf een preventief programma ontwikkelen. Thuisbegeleiding richt zich vooral op de samenwerking en zoekt andere sectoren in hulp- en dienstverlening op om een gezamenlijk arrangement te bieden. Zij beschouwt zichzelf als één van de nieuwe ‘generalisten’, die samen met andere generalisten gebruik maakt van de kennis en kunde van de specialisten.
1.4 Thuisbegeleiding en vrijwilligers Gemeenten willen graag zo veel mogelijk werken met vrijwilligers en gebruik maken van het sociale netwerk. Natuurlijk kan er meer beroep gedaan worden op de omgeving van de cliënt. Deze omgeving moet echter vaak in stelling gebracht worden. Thuisbegeleiding biedt een gefaseerde eigen kracht conferentie. Op een heel organische manier helpen zij gezinnen om de omgeving in stelling te brengen. Eerst moet er orde geschept worden. Soms kan dit letterlijk door te helpen de boel op te ruimen. Soms figuurlijk in het hoofd van mensen. Vervolgens wordt in beeld te gebracht, wat er allemaal speelt en wordt een plan gemaakt. Stapsgewijze worden, samen met het gezin, de problemen aangepakt en het netwerk ingeschakeld of vrijwilligers erbij betrokken. Zo maakt de thuisbegeleider zichzelf overbodig en vinden vrijwilligers en mensen uit het netwerk hun plek in en om het gezin.
Na het zien van de film over Thuisbegeleiding deed een van de medewerkers van VWS de volgende uitspraak: “Die mevrouw is toch prima in staat om voor zichzelf op te komen en te zorgen”, waarop de begeleider zei: “Ja, dat klopt! Nu zij een half jaar lang Thuisbegeleiding heeft gehad is zij weer goed in staat om zelfstandig haar leven te leiden. Dat was heel anders dan toen wij bij haar kwamen.”
Thuisbegeleiding heeft de toekomst | Thuisbegeleiding: de wal keert het schip
5
2
Thuisbegeleiding: het paradepaardje van de thuiszorg
Bij de start van het project maakten ActiZ en haar leden zich zorgen over het voortbestaan van dit product. De pakketmaatregelen hadden een grote impact op deze dienstverlening. Toch is de omvang van Thuisbegeleiding over de gehele linie gelijk gebleven. Tussen 1998 en 2005 is de sector gestadig gegroeid tot 2400 thuisbegeleiders, merendeels parttimers, met ongeveer 50.000 cliënten op jaarbasis Dat is nu nog zo.
Naar verhouding gaat het om ongeveer 50.000 cliënten ten opzichte van de 820.000 thuiszorg cliënten . Dat betekent dat de aandacht van bestuurders bijna automatisch meer naar verpleging en verzorging gaat. Nu op de totale omzet voor begeleiding in de AWBZ € 1.5 miljard bezuinigd wordt en er sprake van is dat ‘verzorging’ ook door de gemeenten gefinancierd zal gaan worden, is er steeds meer aandacht van zorgbestuurders voor het effect van al deze de voorgenomen maatregelen en dus ook voor het effect op de Thuisbegeleiding.
2.1 Uitdagingen en Kansen Het blijft een grote opgave om Thuisbegeleiding de aandacht te geven die het nodig heeft om weer te groeien. Hoe geringer de omvang van het product hoe moeilijker het is om die aandacht te behouden en de Thuisbegeleiding goed te positioneren. Thuisbegeleiding past in de veranderende visie op zorg van eigen regie en zelfredzaamheid. Maar hoe kun je de Thuisbegeleiding vervolgens het beste organiseren? Sommige organisaties maken het zichzelf makkelijker door zich te profileren op zorg door ‘generalisten’ die basiszorg bieden, die zich onderscheidt van specialisten die aanvullende specialistische zorg bieden. Generalistische zorg die lokaal te organiseren is en dichtbij burgers te vinden is in buurten en wijken én specialistische zorg die bovenlokaal georganiseerd wordt. Gelijkwaardig aan elkaar en elkaar versterkend.
Thuisbegeleiding heeft de toekomst | Thuisbegeleiding: het paradepaardje van de thuiszorg
6
“Wij hebben 800 thuisbegeleiders in dienst” antwoordde een van de ondervraagde thuiszorgorganisaties in een interview. Op basis van het beroepscompetentieprofiel van de thuisbegeleider is in deze thuiszorgorganisatie een scholingsplan gemaakt om alle extramurale medewerkers in zorg en welzijn om te scholen naar sociale teams in de wijk.
2.2 Financiering Het vinden van nieuwe financiering is een belangrijke opgave voor zorgorganisaties. Dat vraagt niet alleen om ondernemerschap en acquisitievaardigheden, maar ook om ‘transformatie’; een heel andere houding van organisaties. Het vereist een blik over de grenzen van de eigen organisatie heen en een openstellen voor samenwerking. Dat vraagt om visie, keuzes en maatschappelijk ondernemerschap. Het veranderingsproces is, door alle decentralisaties, ingrijpender dan ooit. De verwachting is dat de bezuinigingen leiden tot noodzakelijke vernieuwingen met andersoortige organisaties en andersoortige hulpverlening. ActiZ steunt de ontwikkeling naar andere organisatievormen, ander denken, nieuwe arrangementen en andere financiering en levert daar een actieve en kritische bijdrage aan. ActiZ heeft daarbij oog voor de grote groep van betrokken ouderen die veel van de veranderingen gaan merken. Zij heeft daarnaast ook aandacht voor kwetsbare gezinnen met jonge kinderen, jeugdigen die zelfstandig moeten leren leven, chronisch zieken met hun mantelzorgers en voor kwetsbare burgers die zorg en hulp lijken te mijden.
Ik ben er van overtuigd dat samenwerking in slimme combinaties de enige manier is om te bezuinigen.
2.3 Profilering bij gemeenten Eén van de doelstellingen van het project was Thuisbegeleiding onder de aandacht van gemeenten te brengen. Als financier zijn en worden gemeenten steeds belangrijker. Gemeenten werden met de pakketmaatregelen voor een deel gecompenseerd. Weinig gemeenten hebben deze compensatiemiddelen ook direct aan de Thuisbegeleiding besteed. Enerzijds omdat de middelen niet geoormerkt waren, anderzijds omdat de meeste gemeenten deze werksoort niet kenden. In 2011 werd onderkend dat individuele begeleiding wettelijk voorzien moet worden. In de fase van de pakketmaatregelen hebben diverse organisaties goed ingespeeld op dit gebrek aan kennis over Thuisbegeleiding. Zij nodigden wethouders en beleidsambtenaren uit voor werkbezoeken. Deze lobby werkte goed en levert verrassende reacties op. Uitspraken als: “Ik wist niet dat jullie in dergelijke gezinnen en huishoudens werkzaam waren”, horen thuisbegeleiders regelmatig. De waardering voor Thuisbegeleiding neemt door werkbezoeken nadrukkelijk toe. Gemeenten benaderen zelf inmiddels zorgorganisaties over hun toekomstplannen. De kunst is om te zorgen dat Thuisbegeleiding daarbij goed vertegenwoordigd is. Niet met de intentie om Thuisbegeleiding overeind te houden, maar vanuit de overtuiging dat deze vorm van praktische hulp vaak is wat mensen nodig hebben. En past bij wat gemeenten voor ogen hebben met de kanteling in zorg en welzijn.
Ik zie meer kansen dan bedreigingen, maar je moet wel heel hard werken om die kansen te benutten.
Thuisbegeleiding heeft de toekomst | Thuisbegeleiding: het paradepaardje van de thuiszorg
7
2.4 Omvang personeel De omvang van het aantal cliënten Thuisbegeleiding en het daarmee samenhangend personeelsverloop is in de afgelopen periode over de gehele linie ongeveer gelijk gebleven. Sommige organisaties zijn in de afgelopen jaren gegroeid, anderen hebben het aantal cliënten terug zien lopen. Een enkele organisatie moest ingrijpen en heeft personeel moeten ontslaan. De meerderheid heeft het hoofd boven water kunnen houden. Van de 25 organisaties die hierover een uitspraak hebben gedaan zijn er 11 gelijk gebleven, 10 gegroeid en hebben 4 leden minder thuisbegeleiders in dienst.
2.5 Meer administratie en verantwoording Iedere organisatie met Thuisbegeleiding heeft zich zeer veel inspanningen moeten getroosten om zich te profileren om andere financiering te vinden. Met incidentele middelen binnen de WMO, extra subsidies op projectbasis en tijdelijke middelen voor pilots heeft de Thuisbegeleiding zich tot nu toe gered. Het zal echter nog tot minstens 2015 duren voordat structurele financiering gevonden kan worden. Dit is begrijpelijk omdat de middelen nog gedecentraliseerd moeten worden. Enkele organisaties is het gelukt met een gemeente financiering voor een langere periode overeen te komen. Op casusniveau lukt het over het algemeen wel om cliënten te helpen binnen de Wmo. Dat betekent echter wel ‘uurtje factuurtje’ en daarmee is de administratieve rompslomp voor de Thuisbegeleiding explosief toegenomen. Van de 29 organisaties die hier een uitspraak over hebben gedaan hebben 26 organisaties financiering uit WMO gelden, deels op individuele basis, deels met gemeentelijke subsidie en op basis van geleverde uren.
2.6 Veranderde taak voor managers Deze overgangsfase heeft de taak voor managers Thuisbegeleiding sterk veranderd. Waar in de ‘AWBZ tijd’ het accent lag op de aansturing van medewerkers en de inhoudelijke begeleiding, wordt nu van managers gevraagd dat zij zelfstandig ondernemers zijn met een grote taak op het gebied van accountmanagement en relatiebeheer. Bestuurders zijn in de afgelopen periode wisselend actief geweest voor Thuisbegeleiding. Waar bestuurders expliciet gekozen hebben voor het behoud van Thuisbegeleiding is dat terug te vinden in het aantal cliënten en de formatie. Waar bestuurders hebben afgewacht wat gemeenten doen en nog steeds afwachten, zijn operationeel managers en thuisbegeleiders zelf actief geweest, maar is de kans op overleving geringer. Vanwege de beperkte omvang van het aantal cliënten staan managers vaak alleen voor hun taak. Zij hebben daarom behoefte aan kennisdeling op landelijk en regionaal niveau. Het landelijk netwerk en het daaruit voortkomende kernteam Thuisbegeleiding voorziet in een behoefte, maar vraagt ook onderhoud en blijvend contact met ActiZ.
Sinds ik ook manager Thuisbegeleiding ben zie ik beter wat er binnen het maatschappelijk werk zou moeten veranderen. Zij kunnen veel van de Thuisbegeleiding leren. Andersom overigens ook.
Thuisbegeleiding heeft de toekomst | Thuisbegeleiding: het paradepaardje van de thuiszorg
8
2.7 Verdere professionalisering Thuisbegeleiding is weliswaar goed voorbereid op de toekomst als het gaat om de inhoud van het vak, maar ook thuisbegeleiders moeten zich verder professionaliseren. Het komt nog steeds voor dat thuisbegeleiders ‘zorgen voor’ in plaats van `zorgen dat’ de cliënt zelfstandig verder kan. Daarnaast moeten sommigen hun opvattingen over vrijwilligers bijstellen en moet Thuisbegeleiding hen meer betrekken bij de zorg. Ook de doelgerichtheid en het planmatig werken behoeven verbetering. Naarmate meer zelfsturing wordt gevraagd is ontwikkeling van acquisitievaardigheden van medewerkers nodig. Diverse organisaties zetten hier deskundigheidsbevordering op in. Andere organisaties durven nog niet te investeren, wachten de politieke ontwikkelingen af en zetten weinig middelen in om de deskundigheid op peil te houden.
2.8 Thuisbegeleiding en de arbeidsmarkt Op het gebied van opleiden heeft ActiZ onderzoek laten doen naar de arbeidsmarkt voor Thuisbegeleiding. Eén van de conclusies van het onderzoek is dat er toekomst is voor het vak van Thuisbegeleider. Het competentieprofiel voor dit vak is klaar, het Ministerie van Onderwijs erkent dit vak binnen de MZ opleiding op niveau 4. De tijd is rijp voor zorgorganisaties om weer te gaan opleiden en hun opleidingsvraag te stellen bij de ROC’s. De beroepsgroep Thuisbegeleiding is aan het vergrijzen. Er is behoefte aan jongeren in het vak, die met nieuwe inzichten en nieuwe media het vak verder kunnen ontwikkelen. Zij kunnen veel leren van de ouderen en andersom.
Ik maak mij zorgen over de toekomst want ik heb veel oudere werknemers. Ik zou graag een mooie mix hebben van ouderen en jongeren.
2.9 Positie en samenwerking Positionering van de Thuisbegeleiding is gedurende het hele project een belangrijk issue geweest. De kracht van Thuisbegeleiding is dat zij ingezet kan worden voor een brede doelgroep kwetsbare mensen van 0 tot 100 jaar. Dat is een kracht maar ook een valkuil, omdat met veel partners moet worden samengewerkt: de Jeugdzorg, de jeugdgezondheidszorg, de GGZ, de Jeugd GGZ, LVB et cetera. De positionering van de Thuisbegeleiding is ingewikkeld door de breedte van de doelgroep en daarmee het brede netwerk. De vraag doet zich steeds voor wie de beste partners zijn om mee op te trekken. In sommige organisaties werkt de combinatie met het algemeen maatschappelijk werk en de jeugdgezondheidszorg goed. Bij andere organisaties groeit nu de opvatting dat de combinatie met verpleging en verzorging de plek is waar ook Thuisbegeleiding zou moeten aanschuiven. Past Thuisbegeleiding meer in het sociale domein of in het zorgdomein? In nieuwe zorgconcepten en nieuwe arrangementen, in sociale teams in de wijk zou de plek voor Thuisbegeleiding gegarandeerd moeten worden. Het is nu de tijd om positie te bepalen. Mogelijk maakt het niet veel uit wáár het georganiseerd wordt, áls het maar georganiseerd wordt. Bij voorkeur op een zodanige wijze, dat de thuisbegeleider haar werk goed kan uitvoeren, dichtbij andere professionals en vrijwilligers in de wijk.
Thuisbegeleiding heeft de toekomst | Thuisbegeleiding: het paradepaardje van de thuiszorg
9
3
Conclusies en aanbevelingen
De op handen zijnde decentralisaties zijn gericht op hulp en zorg dichtbij kwetsbare mensen. Thuisbegeleiding is er klaar voor, maar investeren in en aandacht voor Thuisbegeleiding blijft nodig.
3.1 Contacten maken nog geen contracten De aanleiding voor het project Thuisbegeleiding was deze werksoort overeind te houden opdat cliënten niet tussen wal en schip zouden vallen door het overheidsbeleid. In 2008 had de Thuisbegeleiding direct te maken met de gevolgen van de pakketmaatregelen. Anno 2013 is in het regeerakkoord definitief afgesproken dat verdere bezuinigingen doorgevoerd worden. Dat betekent dat de gehele begeleiding onder zware financiële druk komt te staan. Velen die met Thuisbegeleiding te maken hebben gehad, zijn overtuigd dat Thuisbegeleiding voorziet in een behoefte en dat Thuisbegeleiding past binnen in de doelstelling van de Wmo, de wet op de Jeugd en de Participatiewet. Contacten met gemeenten zijn er volop en inhoudelijk is het vak goed te verkopen. Contacten maken echter nog geen contracten. Specifieke aandacht voor Thuisbegeleiding blijft noodzakelijk.
3.2 Thuisbegeleiding tussen drie decentralisaties Thuisbegeleiding heeft inmiddels te maken met drie decentralisaties. Alle decentralisaties zijn gericht op hulp en zorg die dichterbij georganiseerd moet worden. Daar waar de problemen zich voordoen moeten snel mensen achter de voordeur inzetbaar zijn om kwetsbare mensen zo effectief mogelijk te helpen. Thuisbegeleiding voorziet in de mogelijkheid mensen snel en adequaat te helpen, juist om hen weer deel te laten nemen aan de samenleving. Als gevolg van de bezuinigingen worden steeds meer cliënten verwacht die tussen wal en schip dreigen te vallen. Praktische hulp achter de voordeur voor iedereen die het spoor bijster is werkt effectief en dient daarom mogelijk te blijven.
Thuisbegeleiding heeft de toekomst | Conclusies en aanbevelingen
10
3.3 Lokale, regionale en landelijke aandacht Zorgorganisaties moeten aandacht vragen bij gemeenten en samenwerkingsverbanden zoeken op lokaal en regionaal niveau. Van ActiZ wordt verwacht dat zij deze aandacht landelijk borgt. Het is aan de centrale overheid om te bewaken dat in de komende periode kwetsbare mensen niet nog meer de dupe worden. Gemeenten beschikken nog niet over de middelen en de bezuinigingen gaan door. Praktische basiszorg is essentieel en voorkomt dure specialistische zorg
3.4 Investeren blijft nodig De investering van de Centrale Raad en ActiZ in Thuisbegeleiding wordt door de leden van ActiZ zeer gewaardeerd. Zonder deze landelijke belangstelling hadden leden Thuisbegeleiding minder goed voor het voetlicht kunnen brengen. ActiZ en zorgorganisaties doen er alles aan om bredere bekendheid te geven en kwetsbare burgers te blijven helpen met de speciale expertise van Thuisbegeleiding. Investeren in aandacht blijft nodig.
3.5 Oormerken van middelen voor begeleiding Met de pakketmaatregelen werden de middelen die overgingen naar de gemeenten niet geoormerkt. De Thuisbegeleiding ondervindt daar nog steeds de gevolgen van. ActiZ beveelt bij de voorgenomen decentralisatie van begeleiding het oormerken van de middelen opnieuw aan bij de overheid. Voor Thuisbegeleiding is dat een belangrijke zaak.
Breek de Thuisbegeleiding niet af door goedkoop aan te besteden. Dat is korte termijn denken en verlies van kwaliteit.
3.6 Generalisten op twee niveaus Thuisbegeleiders zijn generalisten, merendeels op niveau 4 (MBO+) opgeleid. In het RMO rapport ‘Ontzorgen en Normaliseren’ wordt de overheid geadviseerd nieuwe eerstelijns generalisten aan te stellen op HBO niveau voor integrale hulp. In dit rapport wordt de Thuisbegeleiding genoemd als waardevolle aanvulling op de HBO generalist. HBO-ers en MBO-ers hebben eigen kwaliteiten en talenten die elkaar kunnen versterken. Samen met andere ‘eerstelijns’ generalisten zoals jeugdverpleegkundigen, maatschappelijk werkers, wijkverpleegkundigen, gezinscoaches en anderen, kunnen thuisbegeleiders in buurten en wijken een belangrijke speler zijn binnen sociale wijkteams. De tijd is rijp dat deze concepten verder worden beproefd en uitgewerkt. Zet de HBO generalisten in voor de vraagverheldering achter de voordeur, voor de coördinatie gekoppeld aan de rol als voorzitter van de overleggen met het gezinssysteem en andere hulpverleners. Betrek de thuisbegeleider zo snel mogelijk als duidelijk is dat vooral begeleiding nodig is. De dominante hulpvraag van de cliënt zou leidend moeten zijn voor de rol van de eerstelijns HBO generalist. Bij dominante somatische problematiek de wijkverpleegkundige, bij psychosociale problemen de maatschappelijk werker, bij opvoeding en ontwikkelingsproblemen de jeugdverpleegkundige et cetera. Zodra er sprake is van meer praktische begeleidingsvraagstukken kan de thuisbegeleider ingezet worden. Dat is goedkoper en effectiever. Ontschotting is noodzakelijk en hulpverleners moeten elkaar snel kunnen bereiken.
Thuisbegeleiding heeft de toekomst | Conclusies en aanbevelingen
11
Ook binnen Thuisbegeleiding is sprake van groeiende zelfsturing. Thuisbegeleiders zullen hun vaardigheden om hun vak te presenteren moeten vergroten. Dat begint bij het waarderen van zichzelf en het serieus nemen van hun eigen vak. Zij zijn een bron van informatie.
Thuisbegeleiders moeten steeds meer ambassadeur worden van hun eigen vak, vooral door nog beter te vertellen wat zij allemaal doen.
3.7 Samenwerking van generalisten en specialisten Van oudsher is Thuisbegeleiding gewend om samen te werken. Zowel met andere generalisten als met specialisten. Zij hebben hun werk bijna altijd samen gedaan. Nu de GGZ en de jeugdzorg deels naar de gemeente gaat is het van belang elkaar te blijven benutten als gelijkwaardige partners in de hulp aan kwetsbare mensen en de organisatiebelangen ondergeschikt te maken aan het belang van burgers.
3.8 Thuisbegeleiding niet opsplitsen In de afgelopen jaren is er telkens de vraag geweest of Thuisbegeleiding zich zou moeten opsplitsen in zorg voor jeugd en zorg voor volwassenen. Die discussie werd voornamelijk gevoerd vanwege de verschillende ketens van organisaties. Dat is ‘organisatie denken’ en geen ‘klant denken’. Thuisbegeleiding is er voor klanten van 0 tot 100 jaar. De omvang van het product is te klein om te splitsen. Het wordt steeds belangrijker om niet te denken in functies en functionarissen maar in termen van wat deze klant nodig heeft. Wel kunnen concepten uitgedacht worden van tijdelijke, korter durende trajecten en de zgn. ‘waakvlambegeleiding’. Thuisbegeleiding heeft dat reeds gedaan. ReSet is daar een voorbeeld van. Dat gedachtegoed zou meer benut moeten worden ook voor volwassenen. Nog eerder erbij zijn, dus Thuisbegeleiding vroeg inzetten, kan kosten besparen.
3.9 Benut de kennis van Thuisbegeleiding Thuisbegeleiding sluit volledig aan bij de principes van de Wmo en werkt volgens de Wmo principes. Deze expertise kan binnen zorgorganisaties gebruikt worden voor de transformatie binnen verpleging en verzorging. Benut die kennis en ervaring. Thuisbegeleiding is altijd integrale hulp geweest en gebleven. De interventies en benaderingswijze van Thuisbegeleiding sluiten naadloos aan bij wat gemeenten voor hun burgers willen.
3.10 Ontwikkeling blijft noodzakelijk Er is langere tijd weinig aandacht geweest voor opleiding en deskundigheidsbevordering. Sommige organisaties moeten weer gaan investeren in deze werksoort, anderen zijn zeer goed op weg. Reflectie op het handelen blijft daarin een belangrijke voorwaarde om kennis op peil te houden en thuisbegeleiders verder te ontwikkelen. Ruimte voor intervisie en deskundigheidsbevordering is daarvoor noodzakelijk.
Thuisbegeleiding heeft de toekomst | Conclusies en aanbevelingen
12
3.11 Klanten zijn er en blijven er Verwacht wordt dat het aantal kwetsbare mensen toeneemt. Voor de opvang en begeleiding van kwetsbare mensen blijft Thuisbegeleiding van belang. Het is in de eerste plaats aan gemeenten om dat mogelijk te maken. Zorgorganisaties zouden zich meer moeten richten op vormen van tijdelijke ondersteuning door Thuisbegeleiding. Zij moeten de eigen regie helpen terugbrengen en het sociale netwerk daarbij optimaal benutten. Als het probleemoplossend vermogen van de cliënt is toegenomen kan de Thuisbegeleiding zich terugtrekken. Het is wenselijk om daarbij de mogelijkheid open te houden nog incidenteel gebruik te kunnen maken van de Thuisbegeleiding. De zogenaamde ‘waakvlambegeleiding’. Voor gezinnen die niet leerbaar zijn en uitbehandelde cliënten zou een vorm van langdurige Thuisbegeleiding mogelijk moeten blijven. Het betreft cliënten waar vrijwilligers en mantelzorgers op stuk lopen. Voor deze cliënten zou Thuisbegeleiding mogelijk moeten blijven om te voorkomen dat deze cliënten opgenomen moeten worden, dat kinderen uit huis geplaatst moeten worden of dat de kinderen vervallen in hetzelfde patroon als hun ouders.
3.12 Minder administratieve lasten, meer vertrouwen De afgelopen jaren zijn de administratieve lasten enorm toegenomen. De lopende decentralisatie werkt dit in de hand. Sommige gemeenten willen tot in detail weten waar de middelen aan besteed worden, anderen treffen allerlei maatwerkregelingen met daarbij horende verantwoordingseisen. Enkele gemeenten geven het vertrouwen aan de organisatie en vragen verantwoording achteraf. ActiZ beveelt aan om meer uit te gaan van vertrouwen in organisaties en in deskundigheid van medewerkers. Tegelijkertijd is zij bezig systemen in te voeren die gericht zijn op effectmeting. De verantwoording van de interventie van Thuisbegeleiding op effecten wordt in 2013 nader uitgewerkt met de introductie van de ‘effectenster’.
Thuisbegeleiding heeft de toekomst | Conclusies en aanbevelingen
13
Producten van het project De producten van het project worden in de webshop van ActiZ aangeboden aan de leden en zijn daar veelvuldig nabesteld (zie aantallen tussen haakjes). • Transparant aanbod Thuisbegeleiding (350) • Thuisbegeleiding in beeld (2040) • Thuisbegeleiding; minder kosten, meer geluk. Maatschappelijke Kosten en Baten Analyse (1050) • Van hot naar… Thuisbegeleiding (4300) • Beroepscompetentieprofiel: Thuisbegeleider • Onderzoek behoefte aan medewerkers Thuisbegeleiding • ReSet; effectieve interventie voor gezinnen • Thuisbegeleiding: effectieve interventie voor psychiatrische patiënten (700) • Thuisbegeleiding in de praktijk • Thuisbegeleiding: een strategische keuze.
Nawoord ActiZ dankt in de eerste plaats de Centrale Raad voor Gezinsverzorging die dit project mede mogelijk maakte. Daarnaast dankt zij het kernteam Thuisbegeleiding, het landelijk netwerk Thuisbegeleiding , alle thuiszorgorganisaties en onderzoeksorganisaties voor hun bijdrage aan dit project. Hun betrokkenheid en enthousiasme voor het welslagen van dit project was groot. Zonder de middelen en medewerking was het niet mogelijk geweest om dit project tot een succes te maken. Dit jaar zal ActiZ samen met verschillende zorgorganisaties nog een paar stappen zetten, zoals de bijeenkomst over ‘Thuisbegeleider: de generalist’ en de pilot voor invoering van de ‘effectenster‘. Op 12 december 2013 wordt het project afgerond met een congres. Op die dag zal de Thuisbegeleiding nog eens expliciet in de spotlight worden gezet. Wij hopen op hetzelfde enthousiasme en een grote deelname van organisaties, van bestuurders, betrokken managers en medewerkers, maar vooral ook van gemeenten. Want het project stopt, maar de aandacht van ActiZ en haar leden niet. Tot slot denken wij dat dit project heeft bijgedragen aan het transitie- en transformatieproces waar zorg en welzijn nu volop mee te maken heeft. ActiZ gaat op veel bredere schaal door met de ondersteuning van zorgorganisaties aan dit proces. De kennis die opgedaan is in het project voor de Thuisbegeleiding wordt daarin meegenomen.
Thuisbegeleiding heeft de toekomst
14
ActiZ, organisatie van zorgondernemers Oudlaan 4 3515 GA Utrecht Postbus 8258 3503 RG Utrecht Telefoon (030) 273 93 93 Fax (030) 273 97 87
[email protected] www.actiz.nl
Colofon Overname van informatie uit deze publicatie is toegestaan met bronvermelding. © ActiZ april 2013 Publicatienummer 13.002 Ontwerp: Cascade - visuele communicatie, Amsterdam Druk: Drukkerij Libertas, Bunnik