ADVENT
HET KERKBLAD VAN HET KERKGENOOTSCHAP DER ZEVENDE-DAGS ADVENTISTEN
/ 1 / 2014
THE ONE PROJECT/JEZUS. ALLES. INTERVIEW/TERUGBLIK HOOFDREDACTEUR
OPTIMISME EEN KERNWAARDE
OPTIMISME/AGENDA NEDERLANDSE UNIE
UITDAGINGEN
APRIL 12 27
Kidzrally Ouderlingendag
MEI 16-18 23-25 25 28-1 juni
Tienerkamp Plantersweekend Diaconiedag Camporee
JUNI 14 21 22 22-27 29-4 juli 27-29 29
Vrouwendistrictsdag Antilliaanse Rally AJV veldvoetbaltoernooi TED evangelisatiekamp voor de jeugd (week 1) (week 2) Gezinnenkamp Open Dag
|
3
Onlangs kregen de voorzitters van de kerk in Europa een leiderschapstraining. We splitsten ons op in groepjes om een antwoord te vinden op de vraag: ‘Wat zie jij als de grootste uitdagingen voor de kerk?’ Binnen de beperkte tijd die we hadden om hierover na te denken, kwam ik met twee antwoorden die ik aan mijn groep heb gegeven en die ik nu ook met u wil delen. De uitdagingen die ik zie, zijn deze: 1. De Adventkerk in Nederland groeit – dat is goed nieuws. De uitdaging is echter om niet alleen te kijken naar de groei, maar juist ook oog te hebben voor situaties waarin geen groei is, of juist een teruggang. Waarom voelen leden zich soms niet meer thuis en waarom verlaten broeders en zusters onze rijen? En wat kunnen wij eraan doen om dit te veranderen? 2. We belijden met de mond dat we als kerk een ‘priesterschap van alle gelovigen’ zijn. Dat betekent dat een ieder een rol heeft. Niet alleen de predikant of de ouderling, maar ieder lid heeft een taak, niemand uitgezonderd. Wat doen we eraan om elk lid voldoende toe te rusten zodat hij of zij daadwerkelijk zijn of haar door God gegeven gaven aanwendt voor de kerk?
april 2014
april 2014
|
2
OPTIMISME/INHOUD
32 OPTIMISTISCH BOEK BRENGT
12
OPTIMISME, KERNWAARDE VAN HET ADVENTISME
BOODSCHAP VAN LICHT
Vanuit het Landelijk Kantoor bouwen we aan de kerk aan de hand van deze vragen. Wilt u dat ook doen in uw gemeente? We hebben nog een weg te gaan, maar samen de uitdagingen aangaan is de basis van mooie resultaten voor onze kerk!
26 THE ONE PROJECT
Wim Altink
COLOFON REDACTIE
REDACTIEADRES
Hoofdredacteur: Tom de Bruin Eindredacteur: Lydia Lijkendijk Redactieraad: Joanne Balk, Reinder Bruinsma, Rudy Dingjan, Henk Koning, Marie Rahajaan, Jeroen Tuinstra, Nelske Verbaas Correctoren: Joanne Balk, Rudy Dingjan, Henk Koning, Megen Molé, Nelske Verbaas Grafisch ontwerp en vormgeving: Mervyn Hall, Marjolein Caljouw Druk: Klomp Reproka Oplage: 3000 exemplaren
Amersfoortseweg 18, 3712 BC Huis ter Heide Telefoon Landelijk Kantoor: 030 – 6939375 E-mail:
[email protected] Website: www.adventist.nl of www.adventist.be
GIFTEN Advent wordt gerealiseerd dankzij uw giften. Giften specifiek voor kerkblad Advent/@vent: NL95RABO0117287253 t.n.v. Kerkblad Advent Overige giften: NL47RABO0117777773 t.n.v. Kerkgenootschap der Zevende-dags Adventisten Voor financiële zaken, inclusief donaties en wilsbeschikkingen, neem contact op met I. Schorea:
[email protected]
20 OP DE BRES VOOR DE THORA
VERDER IN DIT NUMMER 04
HOOFDREDACTEUR BLIKT TERUG
08
OPTIMISME ALS OPDRACHT
16
GROETEN UIT LOMA LINDA
18 OVERLIJDENSBERICHTEN 28
ADVENT NIEUWE STIJL
30
WACHTEN IS STILSTAAN
36 TIENDENOVERZICHT 39
SUMMER SCHOOL
INTERVIEW/HENK KONING
SCHEIDEND HOOFDREDACTEUR HENK KONING:
5
BETROKKEN KUNNEN HOUDEN’
|
D ‘MIJN ZORG IS HOE WE LEZERS
s. Henk Koning (Schiedam, 1949) groeide op in een gezin met twee broers en drie zusters. Hij is een derde generatie-adventist. Het geloof kreeg hij met de paplepel naar binnen. Hij vond het toen hij klein was wel een wat vreemd geloof. ‘Ik vond het heel bijzonder dat wij op sabbat naar de kerk liepen en anderen op zondag. Maar mijn ouders hadden een goed antwoord op mijn vragen daarover. Mijn moeder had een eenvoudig geloofsleven, maar leidde een devoot leven, ze was een bidster. Mijn vader was rationeler, hij was de man met de bijbelkennis. Inmiddels ben ik dat vreemde gevoel over het geloof wel kwijt. De kerk is volwassener geworden en dat geldt ook voor de reactie van de buitenwereld op ons. Jonge mensen worstelen steeds meer met tijdsdruk door de combinatie school en sociale netwerken. De sabbat is in die worsteling een fantastisch gegeven, zelfs als je op sabbat moet preken zoals in mijn geval.’
VERTROUWEN
De gezondheidsboodschap van de Adventkerk levert ook voordelen op waar nietadventisten met een schuin oog naar kijken, constateert Henk Koning, die als 65-jarige nog volop hardloopt. ‘Dat ‘vreemde’ van onze kerk ben ik dus steeds meer gaan waarderen en ik zie dat anderen dat ook doen. In Harderwijk ben ik lid van het pastoresconvent samen met twintig, vooral protestantse, predikanten. In gesprekken doe ik volop mee en er is vertrouwen over en weer. Binnenkort geef ik er, naar aanleiding van het bezoek dat mijn vrouw Jeannette en ik brachten aan onze dochter Daniëlle die zendeling is in Thailand, een inleiding over contextualisatie: het vertalen van het christelijke geloof naar, in dit geval, een Boeddhistische wereld. Daar is veel over te vertellen. De tempels daar zijn schitterend, met veel goud, terwijl wij in ons land van oudsher houden van Calvinistische soberheid. Als je het evangelie daar wilt brengen, moet je dit verschil wel overbruggen.’
ten dat mijn vader stierf. Dat vond ik vreemd. Ik besloot naar Zandbergen te gaan. Niet om er predikant te worden, maar om een theologisch antwoord te krijgen op de vraag waarom mijn vader was overleden. Met als achterliggende vraag: Hoe zit God in elkaar? Ik wilde weten waar God was in het lijden van de mens.’ Op zijn vragen kreeg Koning nooit een sluitend antwoord. ‘Maar ik merkte later dat veel mensen naar aanleiding van mijn vaders dood zijn gaan nadenken en goede keuzes hebben gemaakt. Nog veel later las ik het boek Als ’t kwaad goede mensen treft van rabbijn Kushner. Hij schreef dat het belangrijk is om als mens bij de ander te zijn, want daar is God. Dat ben ik steeds meer gaan zien: de rol van de mens is veel significanter dan vaak wordt gedacht. Dat zie ik in het pastoraat ook. Als mensen lijden of verdriet hebben, is het vele malen belangrijker om bij ze te zijn dan dat je een theologisch antwoord paraat hebt. Als mens kun je het beeld van God op die manier uitdragen.’
/ 'IK TWIJFELDE NOOIT AAN GOD, WEL AAN MEZELF'
Advent loopt als een rode draad door de loopbaan van ds. Henk Koning. Decennialang zat hij in de redactieraad van ons kerkelijk blad waar hij de laatste acht jaar bovendien als hoofdredacteur aan verbonden was. Ook in de nadagen van zijn carrière, waarin hij zich concentreert op de gemeente Harderwijk, blijft hij nog betrokken bij Advent. ‘Ik ben voor de digitalisering van Advent, maar de kunst is mensen binnenboord te houden.’ TEKST | LYDIA LIJKENDIJK
GODS BEELD UITDRAGEN
Op de vraag waarom hij predikant is geworden, heeft Koning een dubbel antwoord. ‘Toen ik een jaar of 8 was, schijn ik in de kindersabbatschool verteld te hebben dat ik later predikant wilde worden. Als tiener kon ik me daar niets meer van herinneren. Maar mijn vader overleed toen ik 17 was en daar begreep ik niets van. Hij was zeer actief in de kerk als ouderling en werkte een tijd als colporteur (boekenevangelist) voor de kerk. Ik begreep niet dat God in zijn wijsheid had toegela-
BETERE KWALITEIT VAN LEVEN Ook al had Henk Koning niet de ambitie om predikant te worden, hij werd het wel. Ondanks dat hij van nature erg verlegen is en niet graag in de belangstelling – of op een kansel – wilde staan. De praktische theologie sprak hem aan, net als de pedagogische kant van het geloof. ‘Ik wilde mensen kunnen begeleiden naar een betere kwaliteit van leven. Ik vind het leuk om met mensen om te gaan en het is mooi om te zien als bij hen dingen heel concreet veranderen in een goede richting. Toen ik predikant was in Groningen, kregen we eens een bezoeker in de kerk. We hadden avondmaal en ik waste zijn voeten. Daarna was het water zwart. Deze man was wekenlang niet in bad geweest. Hij had een gevangenisverleden. Door mijn preek werd hij sterk geraakt omdat ik zonder het te weten zijn levensverhaal vertelde. Het feit dat iemand om hem gaf, maakte deze volwassen man aan het huilen. Per week zag je hem veranderen; hij werd concreet geraakt door het evangelie en zijn leven werd anders. Als je zoiets meemaakt, dan denk je: daar doe ik het voor. Het versterkt je geloof als je de hand van de Geest aan het werk ziet.’
april 2014
april 2014
|
4
INTERVIEW/HENK KONING
INTERVIEW/HENK KONING TWIJFELS EN KANSEN
/ 'HET VERSTERKT JE GELOOF ALS JE DE HAND VAN DE GEEST AAN HET WERK ZIET’ HOOFDREDACTEUR VAN ADVENT Naast zijn werk, in gemeenten of op kantoor, was Henk Koning sinds de tweede helft van de jaren tachtig van de vorige eeuw betrokken bij Advent. Ruim een kwart eeuw diende hij het blad in de redactieraad onder verschillende hoofdredacteuren en werd vervolgens zelf hoofdredacteur. De voortdurende deadlines gingen erin hakken en het was met een zekere opluchting dat hij zijn functie neer kon leggen per 2014. Hij kijkt terug op een plezierige tijd. ‘Het heeft me verheugd dat mijn collega’s mij altijd ruimschoots van kopij voorzagen. Het was elke maand weer een worsteling om
7 |
Maar niet alles in het predikantsvak geeft zoveel voldoening, weet Koning. ‘De conflicten die altijd tussen mensen kunnen ontstaan zijn soms zo basaal en onnodig, terwijl er niet altijd de bereidheid is om ze op te lossen. Om hele kleine dingen kunnen mensen elkaar dwars zitten. Of de koekjes in de kerk groot of klein genoeg zijn is volstrekt irrelevant als je dat afzet tegen de rampen die er in de wereld zijn. Ook de betweterigheid en het dogmatische van sommige gelovigen ondermijnen het belang van goede en liefdevolle relaties.’ Spijt van het predikantschap heeft Koning nooit gehad. ‘Wel twijfels of ik het wel kon’, zegt hij. ‘Vooral toen ik na een lange periode van twintig jaar op kantoor in de gemeente Harderwijk aan de slag ging. Ik twijfelde nooit aan God, wel aan mezelf. Maar leeftijd en ervaring bieden kansen, heb ik gemerkt. De wisselwerking tussen omgaan met mensen in een gemeente en het schrijven van nieuwe preken, stimuleert je geloofsleven. Het is fijn om meer met mijn eigen vak, de theologie, bezig te zijn en er voor mensen handen en voeten aan te kunnen geven, zodat de plek waar zij wonen een mooiere plek wordt. Ik vind het goed om geloof te hebben. In goede tijden, maar ook als het wat minder gaat. Op het moment dat er narigheid is in je leven, is het fijn om God nabij te hebben. Als je dat niet hebt, mis je veel. Stel je voor dat je nare dingen moet ervaren zonder God? Zelf leg ik, als ik vanuit mijn werk te maken heb met de dood, niet alleen de nadruk op dat we onze geliefden later terugzien, maar vooral op dat je mag weten dat er in het hier en nu een God is die naast je staat en je troost en richting geeft. Daarin kunnen ook gelovigen zelf een grote rol vervullen.’
april 2014
april 2014
|
6
INTERVIEW/HENK KONING
DE LOOPBAAN VAN HENK KONING Henk Koning studeerde Theologie op Theologische Academie Oud Zandbergen en Newbold College (Engeland). In 1974-1975 onderbrak hij zijn studie voor een praktijkjaar in Gouda, waarna hij zijn masters haalde aan Andrews University (VS).
GEMEENTEWERK
HENK KONING WAAGT ZICH IN HET HOL VAN DE TIJGER IN THAILAND.
alle stukken kwijt te kunnen op de 32 pagina’s die beschikbaar waren. In het begin vond ik het moeilijk om streng de hand te houden aan deadlines omdat ik heel goed besefte dat predikanten nog meer en soms belangrijker deadlines hadden in hun pastorale werk. Wat mij zelf het meest deugd deed, was te merken dat er zoveel leuke dingen gebeurden in de gemeenten, op het Landelijk Kantoor, in de departementen. Ik had er plezier in te merken dat er zoveel gaande was.’ Ook aan het zelf schrijven van hoofdartikelen, met name over het kerkelijke jaar, beleefde Koning plezier. ‘Vooral over Pasen schreef ik graag, dat is toch het mooiste christelijke feest. Ik vind schrijven fijn, maar ik schrijf niet gemakkelijk. Ik moet altijd met teksten stoeien. Het kost me veel tijd om te schrijven en research te doen.’ Bij het maken van Advent hoort ook veel administratief geregel. Zoals het in kaart brengen van giften van donateurs. ‘Wat mij trof in de giftenstroom was dat juist mensen die aan de rand van de kerk stonden, significante bedragen gaven. Advent heeft blijkbaar ook betekenis voor mensen die randkerkelijk zijn en de binding met ons willen behouden. Dat vond ik waardevol om te ontdekken.’
DIGITALISERING Ook al heeft Henk Koning het hoofdredacteurschap van Advent naast zich neergelegd, hij blijft als lid van de redactieraad toch nauw bij het blad betrokken. Dat er nu andere mensen aan het roer staan, vindt hij prettig. ‘Met pensioen gaan, is loslaten. Maar tegen de nieuwe ontwikkelingen kijk ik ambivalent aan. Het is verstandig om te kiezen voor digitalisering, daar sta ik achter. Tegelijkertijd vind ik het zelf het prettigst om een blad in mijn handen te houden. Dus ik heb er wel zorgen over hoe we lezers betrokken kunnen houden die dat óók het prettigst vinden. Dat gaat niet alleen om mensen van boven de tachtig. Jonge mensen lezen ook eerder een blad als het voor het grijpen ligt.’ De perikelen die samenhangen met digitalisering zijn niet uniek voor Advent. Je kunt niet achterblijven, maar aan meegaan zitten haken en ogen. ‘Alle kranten en bladen worstelen ermee’, zegt Koning. ‘De rol die ik voor mijzelf in de redactieraad weggelegd zie, is meedenken over hoe we mensen in de toekomst binnenboord kunnen houden. Dat is de kunst.’
In februari 1977 begon hij te werken in Twente, in de gemeenten Enschede, Hengelo, Almelo en Hellendoorn. ‘Dat was een huisgemeente’, zegt hij. ‘Nadat ik wegging uit Twente hebben ze die opgeheven. De diensten waren bij oud-colporteur Willem Brinkman thuis. Die had een dermate stemvolume dat de ramen dicht moesten bij de bespreking van de sabbatschool omdat anders de hele buurt kon meegenieten.’ In 1982 vertrok Henk Koning met zijn gezin naar Groningen; hij werd predikant van de gemeenten Groningen, Assen en de huisgemeente Bierum. Hij had geen ambities voor een kantoorfunctie, maar werd in 1987 toch gevraagd voor het landelijk secretariaat van de sabbatschool, in combinatie met rentmeesterschap, waarna het gezin in 1988 verhuisde naar Ede. ‘Ik voelde me wel geroepen om ‘ja’ te zeggen.’
OP KANTOOR
Vijf jaar later, in 1992, werd Koning secretaris van de Adventkerk. In 1995 werd hij benoemd tot voorzitter, dat bleef hij tot 2002. Aansluitend bekleedde hij opnieuw de functie van secretaris, nu gecombineerd met Public Affairs en Religious Liberty, oftewel het onderhouden van contacten met andere kerken. In 2006 werd Henk Koning hoofdredacteur van Advent. ‘Er was behoefte aan meer communicatie en binding. We wilden een blad maken met positieve berichten’, herinnert hij zich. In het voorjaar van 2008 kreeg hij er, hersteld van een burn out, ook de gemeente Harderwijk bij. Daar ‘staat’ hij nog steeds, ook nu hij de pensioengerechtigde leeftijd heeft bereikt. ‘Ik ben statistisch 65, maar zo voel ik me niet. Ik blijf voorlopig in dienst van de kerk om me bezig te blijven houden met de gemeente Harderwijk. Ik voel me daar zeer in mijn element.’ Henk Koning is getrouwd met Jeannette, samen hebben zij drie kinderen en vier kleinkinderen. Op de vraag aan Jeannette Koning of zij nog iets toe te voegen heeft aan het interview met haar man, zegt zij: ‘De kerk is altijd heel goed voor ons geweest.’
april 2014
HET OPTIMISME VAN HET EVANGELIE De telefoon gaat. Een verzoek: schrijf een artikel over Pasen. Nadere toelichting: de redactie verwacht een stuk met optimistische inslag. Het eerste wat te binnen schiet, is de titel van een boek, geschreven door Ralf Bodelier: Tegen de angst: Optimisme als opdracht voor de 21e eeuw. TEKST | GERARD FRENK
V
ervang ‘21e eeuw’ door ‘eerste eeuw' en het zou zo maar het niet bij de tijd passende motto kunnen zijn waaronder de discipelen van Jezus de wijde wereld in trekken. De Romeins-hellenistische wereld waarin ze leven is in geestelijke ademnood. De oude mythen hameren op het onvermogen van de mens. Hij ondergaat wat hem wordt toebedeeld en beweegt als een marionet in handen van de goden. Verzet heeft geen zin. De godin Ananke is de belichaming van dat gevoel. Zij is het onontkoombare Lot en heeft een wurggreep op het bestaan. Van de filosofen heeft men geleerd dat het lichaam een beperking is. Het alledaagse is slechts een zwakke afspiegeling van het ware leven. Het aardse ploeteren onderga je als een beproeving, een voorportaal tot het werkelijke bestaan. Zo wordt de mens een gevangene van zijn lichaam, van de aarde en van de goden.
UITWEG
Hoe raak je die loden last kwijt? In de Oud-Griekse wereld van de discipelen biedt een aantal verlossingsreligies antwoord op die vraag. Ze zijn zeer populair. Bij zijn inwijding ontvangt de gelovige de rituele sleutel die zijn leven verbindt met dat van de god of godin. Daarmee wordt de deur geopend naar nieuwe kennis en ervaring. De leer bevestigt hem in de overtuiging dat het leven van alledag weinig om het lijf heeft. Maar er is een uitweg. Om de hoop daarop levend te houden zijn er regelmatig bijeenkomsten waarbij mystieke ervaringen het gevoel van eenheid met de god of godin versterken. In die eenwording valt de beperkende wereld van je af. Je bent aan het Lot ontkomen. De hoop wordt, hoewel tijdelijk, werkelijkheid.
EEN NIEUWE GODSDIENST
Daar voegt zich in de eerste eeuw van onze jaartelling een nieuwe en optimistische religie bij. Vanuit Jeruzalem reist deze langzaam naar het westen. De dragers ervan vertellen dat er inderdaad een macht is die de wereld in handen
heeft. Maar deze macht is goedaardig, niet onverschillig en vijandig. Wie in de wereld van Ananke leeft, denkt dat de mens niet vrij is om te kiezen, dat alles vastligt door het Lot. Dat is een leugen. Het is een demonisch, een duivels verhaal. Je bent vrij en je bent verantwoordelijk voor wat je met je leven doet. Je kunt Ananke uit het zadel wippen en de teugels in eigen handen nemen.
OPSTANDINGSOPTIMISME
Deze goede macht kent de onmacht van de mens en komt hem daarin te hulp. Het verhaal van Goede Vrijdag en Pasen vertelt hoe deze goede macht de mens de vrijheid hergeeft. Opstandingsoptimisme zullen we het maar noemen. De mens is de moeite waard in de ogen van God. Het leven is geen tredmolen maar een weg. Zo wordt het leven toekomstgericht, het heeft een doel. Onderweg vallen behoort tot de mogelijkheden, maar is geen lotsbestemming. Je wordt geholpen bij het opstaan. Het is een leven van vrijheid omdat je altijd weer opnieuw mag beginnen. Wat vroeger als lotsbestemming werd ervaren, blijkt een incident op weg naar elders. En ook de maatschappij als geheel is nooit onderworpen aan het Lot. Mensen kunnen immers kiezen! De overeenkomst van onze tijd met de pessimistische hellenistische wereld frappeert. Ananke is nog lang niet dood. De westerse mens ervaart het lot weliswaar anders dan de hellenistische mens, maar ervaren doet hij het zeker. Twee voorbeelden: natuur en politiek.
NATUUR
Onze ooit unieke status op aarde en in het universum staat ter discussie. Onze verwevenheid met, maar ook onze afhankelijkheid van wat we de natuur zijn gaan noemen wordt met de dag duidelijker. Het aantal documentaires waarin ons dat wordt uitgelegd is nauwelijks meer te tellen. De filmers spreken over de Natuur (met hoofdletter!) als een onontkoombaar proces, waarbij emotie en ethiek geen rol spelen. De aarde wordt ons getoond als een stofje in een onmetelijk heelal. De inslag van een grote meteoriet zou het einde betekenen van ons bestaan. Wanneer we de telescoop verruilen voor de microscoop komen we terecht in een wereld die ons misschien nog meer verbijstert. Onderzoek naar DNA en genen belooft veel goeds voor de medische wetenschap, maar roept ook vragen op naar de oorsprong van ons uiterlijk en gedrag, naar de bron van onze wil en emoties. Hoe vrij zijn wij uiteindelijk?
/ DE MENS IS DE MOEITE WAARD IN DE OGEN VAN GOD
POLITIEK De socioloog Zygmunt Bauman heeft in zijn boek Liquid Fear (vloeibare angst) gesteld dat de westerse mens zich tegenover allerlei opduikende problemen op wereldschaal onbekwaam voelt. En de vrees dat politici de antwoorden ook niet hebben, wordt gevoed door het uitblijven van oplossingen voor de crisis, milieuproblemen, hardnekkige oorlogen, corruptie, enzovoorts. Hij stelt dat dit een sfeer van voortdurende angst oproept. Zijn oordeel lijkt juist. Het is ontegenzeggelijk dat een gevoel van onvermogen onze samenleving is binnengedrongen. Buiten onze waarneming hebben zich jarenlang ontwrichtende processen ontwikkeld. Ze waren mede het resultaat van politieke beslissingen die het individualisme en de vrije markt sterk benadrukten. Men dacht te sturen, maar gaf het stuur uit handen. De macht verschoof bijna ongezien van parlementen en regeringen naar zichzelf dienende megabedrijven en enkele particulieren. Deze waren in staat de economie van hele landen te manipuleren. Sterker, ze wisten de grootste economie ter wereld aan het wankelen te krijgen. De bevolking en regeringen van Griekenland, Spanje, Portugal en Ierland wisten nauwelijks wat hen overkwam. Het was alsof uit het niets een graaiende klauw verscheen en diep het leven binnendrong.
VERLOSSING
Maar wat verlost ons? Wat geeft ons zekerheid? Hoe raken we het gevoel van onvermogen en angst kwijt? Het antwoord dat de discipelen van Jezus gaven in de eerste eeuw is voor velen geen optie meer. Zeker niet voor de intellectuele en bestuurlijke elite in het westen. Men doet het af als een mooie maar uitgewerkte mythe. En toch. Wie onmacht ervaart en zich bedreigd voelt door nauwelijks te doorgronden machten, zal de vrijheid moeten herontdekken. Tegenover noodlot staat keuze. En dat heeft wel degelijk te maken met het evangelie. Het valt niet mee dat op te schrijven, gezien het trieste spoor van onderdrukking en geweld dat de kerk door onze wereld heeft getrokken. Maar of we willen of niet: de inhoud van ons begrip ‘vrijheid’ is sterk getekend door de joods-christelijke religie. In die traditie is namelijk geen plaats voor lotsbestemming van de mens. Het christelijke Paasverhaal is een krachtig tegengif voor moedeloosheid, want de mens mag opnieuw beginnen. De opstanding zegt dat het leven niet bestaat uit een vastgelegde en doodlopende weg. Integendeel; het is een aaneenrijging van vrije keuzes. We hebben ons ‘lot’ in eigen handen. Daarmee wordt de mens verantwoordelijk voor zijn bestaan.
KIEZEN Het is dus mogelijk de keuze te maken de macht over ons leven terug te halen naar de politiek en dat zijn wij zelf. Het is wel degelijk mogelijk te kiezen voor een ander soort banksysteem. De burger kan de politiek daartoe dwingen met zijn keuzes; we zijn net met z’n allen naar de stembus geweest op 19 maart – zo werkt het! Milieubewust leven kan, als we de keuzes maken en de bedrijven door ons gedrag dwingen. Er is geen noodlot. In een steeds minder christelijk westen kunnen kerkgemeenschappen vanuit een diep besef van de betekenis van Pasen het begin van een verschil maken. Daarbij kunnen ze met iedereen samenwerken op basis van de gedeelde waarde: vrijheid. Tegen de angst, optimisme als opdracht. Het zou zo maar het motto van een kerk kunnen zijn.
9 |
|
8
VERDIEPING/OPTIMISME ALS OPDRACHT
april 2014
VERDIEPING/OPTIMISME ALS OPDRACHT
april 2014
NIEUWS
AANKONDIGING VERGADERING VAN AFGEVAARDIGDEN Het Algemeen Kerkbestuur van het Kerkgenootschap der Zevende-dags Adventisten laat weten dat zij een buitengewone vergadering van afgevaardigden bijeenroept op zondag 21 september 2014 om 10.30 uur.
GA MEE OP REIS! Ook in 2014 organiseren ds. Hans Ponte en Irene Sedney weer een reis in samenwerking met de werkgroep senioren. U bent van harte uitgenodigd deel te nemen aan een bijzondere rondreis naar Cappadocië en Noord-Cyprus, het gebied waar Paulus en Barnabas gewerkt hebben. De reis vindt plaats van 27 april tot 8 mei 2014.
MEER INFORMATIE Nieuwe aanmeldingen kunnen nog mee voor € 1.499 (alles inbegrepen en volledig verzorgd). Er zijn nog enkele plekken beschikbaar: deelname gaat op aanvraag en in overleg met het reisbureau. De reis wordt begeleid door ds. Hans Ponte en Irene Sedney. Vraag uw uitgebreide brochure met een inschrijfformulier aan bij Irene:
[email protected].
De vergadering vindt plaats op het terrein van het Kerkgenootschap der Zevende-dags Adventisten, Amersfoortseweg 18, 3712 BC Huis ter Heide.
ONTDEK Het indrukwekkende Cappadocië (Handelingen 2:9 en 1 Petrus 1:1), het land van tufsteen, puntmutsen en feeënschoorstenen; een waar sprookje. Geniet van de adembenemende natuur en het unieke vulkanische landschap met zijn honderden beschilderde kerken en kloosters. Bekijk ook de grotwoningen en de vele ondergrondse in tufsteen uitgehouwen steden die een schuilplaats boden aan vervolgde christenen. Ga mee naar Tarsus waar Paulus geboren is.
OVERSTEEK NAAR CYPRUS
We steken over naar Cyprus, het eiland van Barnabas. We verkennen een ‘nieuwe’ wereld: het noordelijk gedeelte van het eiland, waar u zich nog in de ongerepte natuur waant door de rijke variatie aan bloemen en planten. Hier vindt u rust, ruimte en historie. Ga mee terug naar het verleden in Kyrenia en Famagusta en ontdek de hoofdstad Nicosia. U staat versteld van de mooie overblijfselen, zoals het kruisvaarderskasteel, het Barnabas klooster en Salamis. Barnabas kwam van Cyprus. Dit staat er over hem geschreven: ‘Een van hen was Jozef, een Leviet uit Cyprus, die van de apostelen de bijnaam Barnabas had gekregen, wat in onze taal ‘zoon van de vertroosting’ betekent’ (Handelingen 4:36). Op sabbat 3 mei bezoeken we de adventkerk in Nicosia.
GEZOCHT: Viltset voor bij het vertellen van kinderverhalen. Heeft u er nog een liggen? Neem contact op met Angélique Hornis,
[email protected].
Met deze aankondiging is voldaan aan de publicatieplicht die het Algemeen Kerkbestuur heeft ten aanzien van de convocatie zoals verwoord in artikel 8 sub 2 van de statuten van het kerkgenootschap.
MISSIE THAILAND: DE VOLGENDE STAP Daniëlle Koning, onze Nederlandse zendeling in Thailand, heeft haar eindbestemming bereikt. Ze verruilde de metropool Bangkok, waar zij een jaar lang de Thaise taal bestudeerde, voor de provinciestad Khon Kaen in het door boeren gedomineerde noordoosten van het land. Er is veel nieuw; Daniëlle werkt nu direct samen met een team van zendelingen in een sterk door Laos beïnvloede regio met zelfs een ander dialect (het Isaans, een mix van Thais en Laotiaans). Zij leeft dicht bij de lokale, boeddhistische bevolking en richt zich op het ontwikkelen van vriendschappen, het vergaren van kennis over de lokale cultuur om effectief te kunnen evangeliseren en de ondersteuning van de kleine en jonge geloofsgemeente in Khon Kaen. De achterkantcolumn is uit Advent verdwenen, maar als u op de hoogte wilt blijven van Daniëlle en het zendingswerk in Thailand, mailt u naar: danielle@ missiethailand.nl om haar e-updates te ontvangen!
11 |
|
10
NIEUWS/UIT DE KERK
april 2014
NIEUWS/UIT DE KERK
april 2014
OPTIMISME EEN KERNWAARDE VAN HET ADVENTISME Optimisme volgens de Bijbel bouwt geen luchtkastelen, maar koppelt hoop aan realiteitszin. Onderzoek laat nu zien dat deze combinatie van hoop en vertrouwen en het volgen van reële regels de meeste kans geeft op de wind in de rug. Kennis over optimisme helpt daarbij enorm! TEKST | WIM ALTINK
T
1 / Zie ook: Reinder Bruinsma Een kwestie van kiezen – Bijbels Dagboek, p. 52.
oen het volk Israël het beloofde land naderde, stelde Mozes een commissie samen om te onderzoeken hoe dit nieuwe land kon worden ingenomen (zie Numeri 14). Er moest gekeken worden naar de bevolkingssamenstelling, de beveiliging van steden en dorpen en naar de natuurlijke omstandigheden van het land. De twaalf commissieleden keerden terug en waren verdeeld in hun verslag. Volgens meerderheidsrapport¹ was het onverstandig aan de klus te beginnen. De verslaggevers rapporteren een grote overmacht en ze hebben zelfs ‘reuzen’ gezien. Maar er waren twee commissieleden, Jozua en Kaleb, die zeiden dat Kanaän een fantastisch land was, overvloeiende van melk en honing. Ze zeiden: ‘We zullen de vijand met gemak vermorzelen.’ De doorslaggevende factor voor deze twee spionnen was God! Het vervolg van het verhaal laat duidelijk zien dat God de minderheid in het gelijk stelde. Ook als kerk hebben we zo onze reuzen. We staan voor de enorme uitdaging hoe we de boodschap van Jezus’ wederkomst aan alle Nederlanders kunnen doorgeven. De moed zou je in de schoenen kunnen zinken bij deze uitdaging. Maar het minderheidsstandpunt is nog steeds van kracht. Met God aan onze kant komt het wel goed. Daarom zijn we optimistisch.
HET GOEDE ZAL OVERWINNEN
Gottfried Leibniz schrijft in 1710 een verhandeling rondom het Latijnse woord ‘optimus’ – het beste. Wat hij schrijft komt erop neer dat de huidige wereld het beste is van alle mogelijke werelden waarin de
Schepper het grootste goed realiseert ten koste van zo min mogelijk kwaad. De Franse filosoof Voltaire is het daar niet mee eens. Met name door zijn reactie in zijn satirische boek Candide, of de optimist (1759) krijgt het begrip ‘optimus’ (waar ons woord ‘optimisme’ vandaan komt) veel aandacht. Tegenover het optimisme van Leibniz stelt Voltaire dat de realiteit grote tegenslagen kent. Hij wijst op de eigen verantwoordelijkheid van de mens. Voltaire zegt letterlijk: ‘We moeten onze eigen tuinen wieden.’ Optimisme wordt al snel een algemeen begrip dat inhoudt dat het goede uiteindelijk zal overwinnen. De Engelse dichter Shelley zegt in 1819 dat optimisme ‘een neiging is om een hoopvolle kijk op de dingen aan te nemen.’ Door Leibniz en Voltaire is optimisme een niet meer weg te denken begrip geworden dat ons wijst op het realiseren van het ‘optimale’. Leibniz en Voltaire laten twee kanten van dezelfde medaille zien: met God krijgen we het optimale binnen, maar tegelijkertijd ontslaat ons dat niet van de taak om onze eigen verantwoordelijkheid te nemen. Verderop in dit artikel laat ik zien dat deze balans van groot belang is als we het over optimisme hebben.
RISICO’S SERIEUS NEMEN In een column in de Wall Street Journal (2010) schrijft Matt Ridley dat er goede redenen zijn om optimistisch te zijn, maar op andere gronden dan Leibniz. Het optimisme van Leibniz gaat er vanuit dat God de best mogelijke wereld heeft geschapen en dat we het daarmee moeten doen. De grote aardbeving in 1755, die grote delen van Lissabon verwoestte, bracht dat wereldbeeld aan het wankelen. Er werd gezegd dat God Lissabon strafte voor haar bandeloze leven. Maar Voltaire en anderen na hem vroegen zich af waarom een stad als Parijs, die qua bandeloosheid niet onderdeed voor Lissabon, ongestraft bleef. Ridley geeft in het krantenartikel aan dat natuurgeweld de wereld genadeloos treft, ongeacht locatie en ongeacht wie er wonen op de plaats des onheils. Toch heeft de ene regio meer geluk dan een andere als het gaat om natuurrampen. Waarom? Daar waar de veiligheidsrisico’s serieus genomen worden (betere fundamenten en bouwstructuren), zijn de gevolgen minder desastreus. De tornadoramp op Haïti (januari 2010) maakte 300.000 slachtoffers, terwijl een maand later een soortgelijke natuurramp in Chili ‘slechts’ vijfhonderd slachtoffers eiste. De overstromingen in 2010 in Pakistan eisten een tol van 1800 levens, terwijl er in hetzelfde jaar bij
vergelijkbare overstromingen in Polen sprake was van minder dan vijftig getroffenen. Wat blijkt? Wanneer een regio rijker is en meer geld beschikbaar stelt voor veiligheidsmaatregelen, gaat daarmee het aantal getroffenen drastisch omlaag! Zo is berekend dat, terwijl de wereld in de afgelopen negentig jaar ongeveer acht keer rijker is geworden, het jaarlijks aantal doden als gevolg van extreme hitte met 93% is gedaald! En dat terwijl de wereldbevolking verviervoudigd is en er een toename was in aantal van dergelijke rampen. Als landen als Haïti hun eerlijke deel van de welvaart zouden krijgen, konden we ervan uitgaan dat ook die landen bijna net zo rampbestendig zouden worden als het rijke westen vandaag de dag, door het toepassen van bouwregels, waarschuwingssystemen, nooddiensten en technologie. Een megavulkaan of een grote asteroïde zou nog steeds het uiterste vragen van welk land dan ook, maar aardbevingen, wind en vuur (die in sommige religieuze tradities nog steeds als de striemende hand van God worden gezien) zouden veel minder pijn veroorzaken.
/ HET OPTIMISME VAN DE BIJBEL IS NIET GEBASEERD OP LUCHTKASTELEN
13 |
|
12
OPTIMISME/KERNWAARDE
april 2014
OPTIMISME/KERNWAARDE
april 2014
|
SELF-FULFILLING PROPHECY
GRENZEN VERLEGGEN ‘In een wereld van crisis, waarin duizenden hun vertrouwen in systemen en in de overheid hebben verloren, biedt God optimisme… We gedragen ons anders omdat we de zekerheid hebben dat we geredde mensen zijn en dat we priesters van het koninkrijk mogen zijn. We geloven dat dingen anders kunnen en dat we in staat zijn om grenzen te verleggen.’ [Uit het beleidsplan 2012-2017 van het Kerkgenootschap der Zevende-dags Adventisten.]
STIP AAN DE HORIZON Ondanks alle menselijke pogingen om rampen zoveel mogelijk te beperken, zal het ons nooit lukken om een perfecte wereld te scheppen. Een wereld zonder oorlog en zonder dood. Dat kan alleen God. En dat zal God ook doen. Optimisme is een levenshouding. Het geloof in een goede God, die het eindelijk in orde maakt met deze wereld, is daarbij een grote inspiratiebron. Het komt goed, ondanks alles. Dat is een stevige basis voor een optimistische opstelling of zoals oud-premier Lubbers het noemde: ‘positieve grondhouding’. Met zo’n houding word je niet heen en weer geslingerd door de waan van de dag. Je hebt een kompas waarmee je vaart en richting houdt. Een stip aan de horizon, terwijl je op weg bent naar de haven. Ongeacht het weer aan boord tijdens de reis. En ongeacht de tegenwind. ‘De geringe last die we tijdelijk te dragen hebben, brengt ons een eeuwige luister, die alles omvat en alles overtreft. Wij richten ons niet op de zichtbare dingen maar op de onzichtbare, want de zichtbare dingen zijn tijdelijk, de onzichtbare eeuwig’ (2 Korinthiërs 4:17,18).
J.C. Bloem zegt in zijn gedicht met de gelijknamige titel dat hij ‘domweg gelukkig is in de Dapperstraat’. Zijn geluk is niet gebaseerd op veel rijkdom en roem, maar op het uitgangspunt ‘alles is veel voor wie niet veel verwacht’. Dit oer-Nederlands motto vertolkt de visie dat we nuchter moeten zijn en dagdromen ver achter ons moeten laten. Neurowetenschapper Tali Sharot geeft drie redenen waarom het juist wél goed is om optimistisch te zijn en om niet alleen maar Bloems motto te hanteren: (1) met een basishouding van goede verwachtingen is het leven aangenamer. Als je bijvoorbeeld zegt dat je het examen niet hebt gehaald, kun je zeggen: ‘Ik ben dom, daarom heb ik het niet gehaald.’ Maar je kunt ook zeggen: ‘De vragen waren dit keer erg moeilijk, de volgende keer lukt het wel.’ Met een optimistische houding is het prettiger leven, zegt Sharot. (2) De anticipatie op iets leuks wat gaat gebeuren, maakt een mens gelukkiger. Zo blijkt uit onderzoek dat men de vrijdag een prettiger dag vindt dan de zondag. Waarom? Vrijdag geeft het vooruitzicht op een vrij weekend, terwijl mensen op zondag vooruit kijken naar een drukke werkweek. Een optimistische anticipatie helpt je om gelukkiger in het leven te staan. (3) Optimisme leidt tot een beter leven. Het is een ‘self fulfilling prophecy’: de verwachting dat de toekomst er zonnig uitziet, zorgt ervoor dat dit ook gaat gebeuren.
ONDERZOEK
Sharot stelt vervolgens de vraag: ‘Hoe gaan we om met optimisme in het licht van harde, ontnuchterende feiten?’ Zij heeft ter beantwoording van deze vraag een interessant onderzoek uitgevoerd waaruit blijkt dat 80% van de mensen een ingebouwde tendens heeft om optimistisch in het leven te staat. In Californië, waar de kans op het krijgen van kanker 30% is, werd de vraag gesteld: ‘Hoe groot denkt u dat de kans is dat u kanker krijgt?’ Als het antwoord was: ‘50%’, dan was het antwoord van de onderzoeker: ‘Goed nieuws! Het is minder, het is 30%.’ Als dezelfde vraag werd herhaald (‘Hoe groot denkt u dat de kans is dat u kanker krijgt?’) dan was de volgende keer het antwoord: ‘35%’.
INGEBOUWD OPTIMISME
Maar we krijgen een ander plaatje als mensen in eerste instantie de kans op het krijgen van kanker lager inschatten. Als het eerste antwoord op de vraag ‘Hoe groot denkt u dat de kans is dat u kanker krijgt?’ bijvoorbeeld ‘10%’ was, dan antwoordde de onderzoeker: ‘Slecht nieuws voor u, want de kans is 30%.’ En nu komt het: als de onderzoeker na deze medede-
ling de vraag herhaalde (‘Hoe groot denkt u dat de kans is dat u kanker krijgt?’), was het antwoord: ‘11%’. Hebben deze mensen niet begrepen dat de kans om kanker te krijgen 30% is? Jawel, dat hebben zij prima begrepen. Alleen blijkt dat het gedeelte in onze hersenen dat goed nieuws hoort eerder geactiveerd wordt dan het gedeelte dat slecht nieuws hoort. Met andere woorden: we hebben een ingebouwd optimisme in ons.
VALKUILEN
Van nature hebben de meeste mensen (80%) een roze bril op. We hebben eerder gezien dat er voordelen zijn aan een optimistische kijk op het leven. Zouden we dat willen wegnemen? Nee, maar we moeten ons wel bewust zijn van de valkuilen. Zoals de valkuil van overschatting. Want overschatting leidt tot ongezonde financiële risico’s. Zo heeft de organisatie van de Olympische Spelen in Londen in 2012 bij voorbaat een extra buffer in de begroting ingebouwd, wetende dat ramingen vaak te optimistisch gemaakt worden. Tali Sharot gebruikt een voorbeeld van een pinguïn die van een rots springt. Dat is de weg die de pinguïn moet gaan in zijn overlevingsreis. Als wij de pinguïn zouden zijn, zouden we op grond van ons ingebouwd optimisme de sprong wagen omdat we ervan uitgaan dat we veilig terecht zullen komen. Wetende dat we een ingebouwd optimisme hebben, zou het goed zijn om daarnaast de veiligheidsrisico’s zoveel mogelijk in te perken. En te springen met een parachute op onze rug! De mens is geen pinguïn en hij doet er op basis van (wetenschappelijke) kennis goed aan om een balans aan te brengen tussen de moed en de hoop dat het goed komt (ingebouwd optimisme) en het actief gebruiken van regels en maatregelen om de gevolgen van ‘overoptimisme’ op te vangen.
/ OPTIMISME LEIDT TOT EEN BETER LEVEN SAMENVATTEND Voor mensen die religieus zijn ingesteld, is er een extra dosis optimisme boven het ingebouwde optimisme! Dat geeft moed en hoop om door te gaan. Tegelijkertijd geeft het onderzoek van Sharot aan dat het van belang is dat gelovigen extra alert zijn op het in acht nemen van de regels en maatregelen. Omdat we nu eenmaal ook zelf de verantwoordelijkheid hebben om ‘onze tuinen te wieden’, om met Voltaire te spreken. Zou dat de reden zijn dat adventisten niet alleen mensen van extra hoop zijn, maar ook mensen die de regels van God, de Tien Geboden, extra serieus nemen? Adventisten geloven in een God die de bron is van alle goeds en vertrouwen erop dat hij alles uiteindelijk goed zal maken. Tegelijkertijd bepleiten adventisten het belang van eigen verantwoordelijkheid, van de verplichting om onze eigen tuin te onderhouden. Als we de veiligheidsregels in acht nemen, kunnen we het geluk een duwtje in de rug geven. Het optimisme van de Bijbel is geen geloof dat gebaseerd is op luchtkastelen, maar een geloof dat optimisme koppelt aan een realistische levenswijze die gebaseerd is op de leefregels van God.
15 |
14
OPTIMISME/KERNWAARDE
april 2014
OPTIMISME/KERNWAARDE
GROETEN UIT AMERIKA/LOMA LINDA
GEDICHT/PASEN MEDISCHE TOP
16
17 | april 2014
april 2014
|
Sinds 1961 heeft Loma Linda de status van universiteit. Het instituut heeft zich tot één van de toonaangevende medische, gezondheidskundige en tandheelkundige opleidingen in het westen van de Verenigde Staten ontwikkeld. Volgens het Amerikaanse tijdschrift US News and World Report behoort Loma Linda tot de medische top in elf specialismen. De academische ziekenhuizen op de Loma Linda-campus hebben ruim duizend bedden.
GASTCOLLEGES
STANDPLAATS LOMA LINDA Zo’n honderd jaar geleden ging het nemen van beslissingen in de Adventkerk heel wat sneller dan tegenwoordig. Rond 1902 rees bij de leiders van de kerk de overtuiging dat er ook ‘gezondheidswerk’ diende te zijn in het westen van de Verenigde Staten, dat zich in die tijd uitbundig begon te ontwikkelen. TEKST | REINDER BRUINSMA
T
erwijl Ellen White in 1905 een vergadering bijwoonde aan de oostkust, ontving zij van één van de leiders in Californië een telegram. Hij liet weten dat hij een gebouw op een flink stuk grond had gevonden, zo’n 100 kilometer ten oosten van Los Angeles, dat heel geschikt was voor een instelling om de adventistische gezondheidsprincipes te praktiseren en onderwijzen. Ellen White liet er geen gras over groeien en telegrafeerde meteen terug dat men ogenblikkelijk stappen moest ondernemen om het betreffende stuk onroerend goed in het kleine woestijnstadje Loma Linda te bemachtigen. Hoe men binnen een mum van tijd de uiteindelijke vraagprijs van $ 40.000 bij elkaar kreeg is één van de spannendste verhalen uit de begintijd van de kerk. Daarover praat ik u bij een andere gelegenheid nog eens bij.
/ OP LOMA LINDA MOGEN WE TROTS ZIJN!
IMPOSANTE GEBOUWEN In 1906 werden de plannen voor het College of Medical Evangelists uitgewerkt en werd besloten een ‘sterke groep docenten’ te werven — vier personen die de gezondheidsvakken konden onderwijzen, plus nog een half dozijn mensen als supportstaf. Vrijwel direct werd ook ingezet op officiële erkenning voor de nieuwe opleiding en al in 1907 mocht de instelling zich met het etiket college tooien. Wie nu de campus van het Loma Linda Medical Center en de Loma Linda Universiteit bezoekt, kan na enig speurwerk nog wel iets vinden wat aan de beginperiode herinnert. Maar de bezoeker wordt nu omgeven door imposante ziekenhuizen en universiteitsgebouwen, waar ruim 14.500 employees werkzaam zijn. Aan gegadigden om hier te werken is trouwens geen gebrek, want jaarlijks proberen ruim 100.000 mannen en vrouwen hier emplooi te vinden.
In totaal bestaat de onderwijzende staf van de universiteit uit zo’n 1.400 personen. Naast de gezondheidsfaculteiten zijn er ook enkele andere studierichtingen, zoals de School of Religion. Tot mijn verrassing (en vreugde) kreeg ik onlangs een uitnodiging om daar van eind maart tot eind juni gastcolleges te geven en tijdelijk één van de circa tweehonderd ‘full professors’ te zijn. Een unieke kans die ik me zeker niet wilde laten ontgaan, ook al wordt het ongetwijfeld hard werken. Mijn werkplek bevindt zich in het splinternieuwe Centennial Complex. De meeste colleges zal ik geven in een als amfitheater gebouwde collegezaal met een kleine honderd zitplaatsen. De studenten zullen mij overdag kunnen vinden in mijn tijdelijke kantoor, op de derde etage, kamer 3229D.
BABY FAE
Mijn kortstondige docentschap in het voorjaar van 2014 zal niet tot de belangrijkste feiten behoren waaraan Loma Linda haar faam ontleent. Als ik drie dingen zou moeten noemen die de naam Loma Linda internationale bekendheid gaven, denk ik in de eerste plaats aan ‘Baby Fae’, die in 1984 tijdens een opzienbarende ingreep van dr. Leonard Bailey en zijn team het hart van een kleine baviaan kreeg ingeplant. En ik denk aan het pionierswerk op het gebied van de proton-beam-therapie, aanvankelijk voor patiënten met prostaatkanker, maar nu ook voor vrouwen met borstkanker. Ten derde krijgt Loma Linda sinds enige tijd veel publiciteit als één van de zogenaamde ‘blauwe zones’ op onze aarde, waar de bevolking gemiddeld jaren langer leeft dan elders. Zelfs Ivo Niehe besteedde daar in zijn tv-show vorig jaar aandacht aan.
DE HELE MENS
Loma Linda University met zijn Medical Center is een van de topinstituten van de Adventkerk, waarop we beslist trots mogen zijn en dat zowel binnen als buiten de kerk nog veel van zich zal laten horen. Maar bij alle medische high tech en al het baanbrekende onderzoek blijft het motto van Loma Linda een echo van de missie van de kerk. Het gaat om de gehele mens. De taak is en blijft: To make man whole!
STILLE ZATERDAG De koningin der dagen ontwaakt Sabbat. Stille zaterdag. Vroeg wakker. Even een wandeling tussen de weilanden nu het dorp nog in diepe rust is.
Eenmaal buiten hoor ik vogels de zon begroeten. Een blatend schaap in de ochtendnevel, een paard dat verrast opkijkt. Het is windstil, de snijdende kou is voorbij. De bomen botten voorzichtig uit. De opkomende zon maakt met haar speelse stralen de licht besneeuwde weilanden sprookjesachtig mooi. Het vage silhouet van schimmige bomen vormt een prachtig vergezicht. Overweldigd door verwondering verzucht ik: ‘ God, wat mooi!’
De begraafplaats ligt er vredig bij. Eeuwenoude beuken houden de wacht. Stille zaterdag. Zonnewarmte op mijn gezicht. Ineens wellen tranen van puur geluk in me op. Het vergezicht, de lieflijke zon, de vredige weilanden, associeer ik als vanzelf met illustraties van de opstandingsmorgen. Een verlaten grot, een weggerolde steen. Serene stilte … Tot een engel spreekt: ‘Hij is opgestaan, hij leeft!’ Gisteren de droeve dag van de kruisiging, vandaag stille zaterdag. Vredige stilte. Ook in mijn hart. Want ik weet wat morgen zal brengen.
GEDICHT | MIRJAM BOOIJ
JUBILEUM/GOUDA
april 2014
JULES KOK Op 10 februari stierf Jules Kok na een korte periode van ziekte, enkele dagen voor zijn 70e verjaardag. Jules was lid van de gemeente Eindhoven.
PS
Op sabbat 15 februari werd Jules naar zijn laatste rustplaats gebracht. Hij zou het fantastisch gevonden hebben dat dit juist op sabbat gebeurde, want dat was zijn dag met God.
JO KLEIN WIL MILORT Op eerste Kerstdag 2013 overleed Wil Milort op 92-jarige leeftijd. Zij was lid van de gemeente Apeldoorn. Haar leven lang deelde ze lief en leed met haar zus Rien. Op de rouwkaart stond heel toepasselijk: ‘Samen zijn wij tot aan de drempel gegaan.’
De afscheidsdienst in Apeldoorn stond in het teken van Psalm 90, de oudejaarspsalm: ‘70 jaar duren onze dagen of 80 als we sterk zijn.’ Maar wat als je de 90 passeert? De conditie van Wil ging steeds verder achteruit en toen ze afgelopen zomer uit haar bed viel, was het duidelijk dat het niet meer verantwoord was om thuis te blijven wonen. Voor het eerst waren de beide zussen in hun woonsituatie van elkaar gescheiden.
ROTSVAST GELOOF
Wij zullen ons Wil blijven herinneren als een vrouw die erg geïnteresseerd was in het wel en wee van de gemeenteleden. Zo lang het mogelijk was, bezocht zij zieken en stuurde zij, meestal zelfgemaakte, kaarten bij allerlei gelegenheden. Moegestreden ging zij heen in een rotsvast geloof dat de Heer haar op de jongste dag uit haar graf zal roepen. Onze gebed is dat haar zus Rien, na zoveel jaren samengeleefd te hebben met Wil, kracht en troost mag vinden.
In een volle kapel op Oud Zandbergen is op dinsdag 4 februari 2014 afscheid genomen van Johanna Josina (Jo) Klein (2 mei 1937 – 29 januari 2014). Opgewekt en vrolijk als zij altijd was, was zij een geliefd lid van de gemeente Huis ter Heide. De kerk betekende veel voor Jo. Zij vond er lieve dochters die haar, samen met haar vrienden, tot het laatst toe liefdevol hebben omringd en verzorgd. Jo was heel dankbaar voor de lieve kaarten, bloemen en attenties die ze kreeg tijdens haar ziekte. Het was voor haar een grote troost.
VERTROUWEN IN GOD
Het adventistische geloof gaf Jo kracht in het dagelijks leven. In haar laatste dagen wilde ze graag voorgelezen worden uit Psalm 91, een psalm die spreekt over vertrouwen in God. Jo is in alle rust en vrede ingeslapen, met het volste vertrouwen in de belofte van de Jezus’ wederkomst.
De afscheidsdienst was op haar verzoek geen droevig moment van afscheid voor altijd, maar slechts een tijdelijk ‘tot ziens’. Tijdens de dienst werd een ingesproken bericht afgespeeld van Jo zelf, met een laatste groet aan haar dierbare gemeente. In haar afscheidsboodschap sprak zij in het bijzonder van haar vaste hoop en overtuiging. Ze eindigde met de woorden: ‘Tot in de eeuwigheid. Amen.’
De gemeente Eindhoven zal Jules erg missen. Hij was een enthousiast en actief lid. Wij wensen zijn vrouw Paula en dochter Katja veel sterkte en vertrouwen er met hen op dat wij Jules opnieuw zullen zien in Gods nieuwe wereld
COOS LOUWERSEVAN KERKVOORT
Op maandag 17 februari overleed Coos Louwerse - Van Kerkvoort op 87-jarige leeftijd. Tijdens de afscheidsdienst, die werd geleid door haar dochter, werden mooie herinneringen opgehaald. Coos’ kleindochters zongen prachtig en Jan Rokus Belder sprak namens de gemeente. Coos was zeer betrokken bij mensen en stond altijd klaar om te helpen wanneer iemand het moeilijk had. Enkelen kunnen zelfs stellen dat zij het behoud van hun geloof en hun band met de kerk aan Coos danken.
BETROKKEN EN HARTELIJK
Sinds 1987 waren zij en haar man Gerard lid van de gemeente Zwolle. Daarvoor zetten zij zich in voor de gemeente Zeeland. Beiden waren betrokken, hartelijke en lieve mensen. We zullen Coos missen en zien uit naar het weerzien bij Jezus' wederkomst.
EEUWFEEST GOUDA Nieuwsgierig naar het ontstaan van onze gemeente, vroegen wij ds. Henk van Rijn, archivaris van de Adventkerk, om duidelijkheid over onze oorsprong. En wat blijkt: in mei van dit jaar kunnen wij ons 100-jarig jubileum vieren! TEKST | ALBERT JURGENS
D
e oudste bron met een bericht over de adventgemeente in Gouda werd gevonden in ‘De Arbeider’ van februari 1907 en maakt melding van de doop van zuster Aartsen en broeder Bloem uit Gouda. Beiden werden gewonnen door het werk van broeder Abel Postema die van deur tot deur ging om het evangelie te verkondigen. Broeder Willem Fetter neemt die taak over en het ledenaantal in Gouda neemt in 1909 toe tot vier in totaal. In 1910 zijn er zes leden en in 1912 is het ledental acht. Dit is het begin van de adventgemeente Gouda, maar het ledental is te laag om echt van een gemeente te kunnen spreken.
GROEI
In de zomer van 1913 komen er drie nieuwe gedoopte leden bij, in 1914 gevolgd door nog vier. Het totale aantal in Gouda staat daarmee op vijftien personen. Wat eerst een ‘groep’ was, wordt op dat moment officieel ‘de adventgemeente Gouda’. Broeder J.T. Knopper is bij een aantal oudere leden nog zeker bekend. Op zesjarige leeftijd, in 1930, stuurt zijn vader de jonge Knopper op pad om bladen te verkopen voor 1 en 2 centen, terwijl vader Knopper boeken verkoopt. Vanwege het kleine aantal leden, rond de 25, blijft Gouda lange tijd zonder predikant, totdat broeder J.T. Knopper rond 1960 in Gouda wordt aangesteld. Vanaf ongeveer die tijd groeit de gemeente Gouda.
OPENBARE LEZINGEN
Broeder Slond houdt in 1959 openbare lezingen. Veel van de belangstellenden kochten decennia daarvoor al boeken van mensen die daarmee langs de deuren gingen. Rond die tijd zetten broeder Tieleman en zijn dochter het evangeli-
satiewerk voort. Broeder Werner Teerenstra sluit de rij van Goudse leden die werkten met boeken en zo hun belangrijke evangeliewerk deden. Rond het najaar van 1975 houdt ds. Henk de Raad lezingen in Gouda, geassisteerd door ds. Henk Koning, ds. Dieter Versteegh en ds. Nico Kooren. Het ledental groeit in deze periode en daarna uit tot ongeveer zestig. De gemeente zoekt naar nieuwe methoden om mensen voor het evangelie te winnen.
CHURCH PLANTS
De gemeente Gouda is momenteel weer heel klein, maar dit betekent geen afname van het ledental. In 2012 werd de church plant X-preszo, voortgekomen uit jonge energieke leden van Gouda, officieel een gemeente. Daarnaast startte de church plant Alphen DC (direction Christ). Maar de moedergemeente zit niet stil. In de aanloop naar de viering van ons 100-jarig jubileum hebben wij een viertal programma's verzorgd, gericht op bewoners van de omgeving van onze kerk in de wijk Goverwelle en op vrienden en bekenden van leden.
JUBILEUMDIENST
Op sabbatmiddag 24 mei vieren wij ons jubileum feestelijk, waarbij voorzitter ds. Wim Altink voorgaat. De voorbereidingen zijn al gestart en wij nodigen alle oud-leden en voormalige predikanten van Gouda van harte uit om deze bijeenkomst bij te wonen. Heeft u een andere band met Gouda of wilt u gewoon delen in de vreugde, noteer dan de datum in uw agenda, want u bent van harte welkom. Met dank aan Henk van Rijn voor zijn speurwerk.
19 |
|
18
april 2014
PS/OVERLIJDENSBERICHTEN
ACHTERGROND/VERDIEPING BIJ DE SABBATSCHOOL
| april 2014
JEZUS, DE TWEEDE MOZES
JEZUS OP DE BRES VOOR
MOZES’ THORA Voor wie Jezus als de allerbelangrijkste persoon van de Bijbel beschouwt, is het een must om zijn houding ten aanzien van Gods wet of Thora te (leren) kennen en zich meteen van enkele hardnekkige misverstanden te ontdoen. ‘Christenen hebben over de Thora veel af te leren en veel opnieuw te leren.' In Mozes’ voetspoor nam Jezus er elke letter van in bescherming. Hij gebruikte haar als een kompas, een programma en een blauwdruk voor het geluk van mensen. TEKST | RUDY VAN MOERE
Na dit succes informeert Matteüs zijn lezers dat Jezus leerlingen om zich heen verzamelt en als leraar of rabbi actief is in de synagogen van Galilea. Massa’s volksgenoten willen hem horen, ook als hij de berg beklimt en er zich in hun gezichtsveld neerzet met zijn leerlingen om zich heen. Frappant is de overeenkomst tussen Mozes en Jezus: de een op de berg Sinaï en de ander op de berg in Galilea. Omringd door hun respectievelijke medewerkers – Israëls oudsten en Galilese leerlingen – spreken beiden gelukwensen of zegeningen uit met een gerichte taak ten gunste van Israël en de volken. Mozes heeft een heilig volk van priesters voor de wereld op het oog (Exodus 19:5,6), Jezus zijn leerlingen als zout voor het land (Israël) en als lampen voor de wereld (Matteüs 5:14-16) met het doel JHWH God te verheerlijken. Matteüs’ voorstelling van de tweede Mozes houdt daar niet op. Tussen zijn rapportage over diens activiteiten en rondreizen in Galilea, Perea, Juda en naar Jeruzalem schuift hij vijf grote tekstblokken naar analogie van Mozes’ vijf boekrollen.
TE LICHT BEVONDEN VOOR GODS RIJK In zijn eerste toespraak op de berg (Matteüs 5: 5:1-7:29) zegt Jezus over Mozes’ wet in niet mis te verstane woorden: ‘... zolang de hemel en de aarde bestaan blijft elke jota, elke tittel in de wet van kracht. Wie dus ook maar een van de kleinste van deze geboden afschaft en aan anderen leert datzelfde te doen, zal als de kleinste worden beschouwd in het koninkrijk van de hemel’ (Matteüs 5:18,19). Dat ‘zeer klein heten’ is een vanuit het Grieks vertaalde Nederlandstalige woordgroep die meestal tot het verkeerde inzicht leidt dat zo iemand desondanks in Gods rijk thuishoort. In het Aramees dat Jezus spreekt horen ‘groot’ en ‘klein’ niet bij geboden maar wel ‘zwaar’
of ‘licht’: geboden die van groot gewicht zijn en bij overtreding ervan grote schade aanbrengen (zoals bij moord en echtbreuk) en lichtwegende geboden die weinig schade veroorzaken (zoals bij wel of niet handen wassen). Jezus stelt dus dat wie deze ‘lichte’ geboden niet respecteert er als ‘de onbelangrijkste’ uitkomt en bijgevolg te licht bevonden voor Gods rijk en er dus niet in thuishoort! Hiermee maakt hij Mozes’ voorschriften onaantastbaar maar onderscheidt hij ook hun draagwijdte.
WET OF THORA?
Wie Jezus correct wil begrijpen moet zich koste wat het kost verplaatsen in diens joodse leefwereld en beseffen dat ‘de wet’ als het centrum fungeerde van de levenspraktijk, het denken, de eredienst en het onderwijs. Sinds de tweede eeuw voor onze tijdrekening werden de Hebreeuwse Schriften voor bijna iedereen toegankelijk omdat zij werden vertaald in het Grieks - de lingua franca van die tijd. Dat vertalingen de eigenlijke betekenis wel eens geweld aandoen, blijkt ook bij deze vertaling (de Septuaginta) die het Hebreeuwse woord Thora met het Griekse woord nomos vertaalt dat letterlijk ‘wet’ betekent. Dit veroorzaakt een verarming en zelfs een heuse accentverplaatsing omdat ‘Thora’ in de eerste plaats ‘onderricht, onderwijs of leer’ aangeeft. ‘Thora’ bezit ook een heel andere gevoelswaarde dan ‘wet’ omdat het geen verplichting maar een uitnodiging veronderstelt. Mozes’ vijf boeken bestaan trouwens voor (maar) 1/5 deel uit wetteksten en voor ongeveer 4/5 deel uit verhalende teksten die laten zien hoe mensen in Thora-opzicht de juiste of verkeerde keuzes maken.
DWANG OF KOMPAS?
Door de eeuwen heen kozen ook christelijke bijbelvertalers steevast voor het woord ‘wet’. Dat leidde telkens tot een groot wijdverbreid misverstand dat nog steeds – als hardnekkig onkruid – niet uit te roeien blijkt. Wie de Thora echter goed kent, weet dat JHWH God haar niet aan Israël gaf om haar via wetten tot slavernij te brengen maar om haar daaronder uit te helpen komen. De heersende ongerechtigheid in Egypte mocht geen model voor Israël zijn. De inhoud en het karakter van de Thora fungeerden immers als een kompas naar het land Kanaän toe om er gelukkig en langdurig te kunnen leven (Deuteronomium 5:33). Dankzij het onderwijs van de Thora-richtlijnen leerde het de weldoende praktijk van recht (mishpat) en gerechtigheid (tsedaqa) die garant staan voor een menswaardig leven en een duurzame shalom. Beide begrippen kennen wel juridische betekenisaspecten maar ze bewijzen bovenal een dimensie van barmhartigheid en liefde: ‘het houden van de gebo-
21 |
D
e evangelist Matteüs had een buitengewone bewondering voor Jezus van Nazaret. In zijn inleiding introduceert hij hem als afstammeling van Israëls koning David én van de voorvader Abraham van alle volken. Met verplaatsing naar en terugkeer uit Egypte (onder de hoede van zijn ouders) accentueert hij Jezus’ bijzondere verbondenheid met Israël en Mozes. Die intensiveert nog omdat God hem als zijn zoon uitroept – en dus Israëls koning (Psalm 2:7) – en hem 40 dagen naar de woestijn stuurt naar analogie met 40 jaar van Israël (in de woestijn) en 40 dagen van Mozes (op de berg). Jezus ervaart eveneens de beproevingen van zelfzucht, van eerzucht en van hebzucht maar trotseert ze vanwege zijn trouw aan Gods richtlijnen (Deuteronomium. 8:2; 6:16 en 6:13).
20
april 2014
ACHTERGROND/VERDIEPING BIJ DE SABBATSCHOOL
ACHTERGROND/VERDIEPING BIJ DE SABBATSCHOOL
THORA: PROGRAMMA MET 613 PUNTEN Een ander wijdverbreid misverstand is dat Mozes’ wet maar twee soorten wetten zou bevatten: ceremoniële en morele wetten (de Tien Geboden). In de 12e eeuw van onze jaartelling maakte Rabbi Maimonides, die net als Jezus leerde dat er nooit van een nieuwe Thora sprake zal zijn, er zijn werk van om in Sefer ha-Mitzwot alle wetten te inventariseren, te rubriceren en te catalogiseren die in de vijf boeken van Mozes voorkomen. Hij kwam uit op 613 voorschriften! Wie ze nauwkeurig bestudeert, komt erachter dat zij allerlei basisaspecten van het leven bestrijken: (a) cultus, (b) religie, (c) politiek en rechtspraak, (d) samenleving, (e) landbouw en natuur en tenslotte (f) gezondheid en hygiëne.
VOORBEELDEN UIT LEVITICUS a. alleen dieren offeren die God aanvaardt (19:5) en eerbied tonen in Gods huis (19:30); b. totaal verbod op kinderoffers (18:21) en op de raadpleging van geesten van doden (19:31); c. oudere mensen respecteren (19:32) en onpartijdig rechtspreken (19:15); d. werknemers op tijd betalen (19:13) en een blinde niet doen struikelen (19:14); e. geen twee soorten gewas zaaien in dezelfde grond (19:19) noch twee soorten dieren doen paren (19:19); f. geen gemeenschap hebben tijdens de menstruatieperiode (18:19) en geen vlees eten met nog bloed erin (19:26).
SHALOM
23
Met één oogopslag ziet men dat de Thora uit meer dan twee soorten wetten bestaat. De genoemde voorschriften (zie kader) maken deel uit van een reservoir van praktische adviezen om het welzijn of de shalom voor iedereen te realiseren. God, de Heer stelt dat zij leven schenken aan wie ze volgt (Leviticus 18:5) en dat zij zijn karakter weerspiegelen (19:2). Was de mens niet bestemd om Gods beelddrager te zijn (Genesis 1:27) en hem te vertegenwoordigen die voor de rechten van weduwen en wezen opkomt, de armen en verdrukten ondersteunt en de vreemdelingen in de samenleving beschermt? Als dat geen gerechtigheid en liefde betekent! Toen de profeten merkten dat de Thora werd overtreden, schreeuwden zij moord en brand en traden op als advocaten van de benadeelde mensen. Zij riepen op tot berouw, bekering en een gedragsverandering. Israëls dichters en de wijzen stimuleerden de logica en gezond verstand om te doen beseffen dat de Thora de uitstraling vormt van een schepper die de vruchtbaarheid, de ontplooiing en het evenwicht van het bestaan op het oog heeft.
|
den is doen wat recht is in de ogen van JHWH, uw God’ (Deuteronomium. 13:18) en uit mededogen en barmhartigheid ten aanzien van de medemens blijkt ‘gerechtigheid in de ogen van JHWH, uw God’ te zijn. (Deuteronomium. 24:10-13). Tussen het evangelisch agapè-begrip en het oudtestamentisch tsedaqa-begrip bestaat dan ook geen enkele tegenstelling ... Het is beslist een eye opener dat het boek Leviticus – helemaal gewijd aan de priesters, de cultus en haar voorschriften – precies in het centrum van de vijf boeken van Mozes staat. Bovendien treft de lezer in het hart van die boekrol het thema van verzoening, teniet doen van zonden en genade (lees Leviticus 16)! Dat betekende het goede nieuws voor elke Israëliet, die zich door berouw en bekering, met God verzoend wist. Verzoening in het hart van de zogenaamde ‘wet’? Een contradictio in terminis? Neen, want verzoening vormt juist het kloppende hart van de Thora of ‘onderwijs’!
april 2014
april 2014
|
22
ACHTERGROND/VERDIEPING BIJ DE SABBATSCHOOL
THORA: BLAUWDRUK VOOR HET LEVEN
Een collega-leraar wil van Jezus weten welk gebod in de Thora het ‘grootst’ is en bedoelt daarmee het zwaarstwegende, belangrijkste of samenvattende gebod. Jezus citeert uit Mozes’ Thora al combinerend het dubbele liefdesgebod voor God en voor de medemens als zichzelf. Het ultieme doel van alle voorschriften, verordeningen, regels en instructies is volgens hem ‘om lief te hebben’ en dan is het logisch dat hij verklaart dat de Thora voor altijd geldt: werkelijke liefde kent immers geen grenzen. Zij vormt dus een blauwdruk voor een gelukkig leven met twee liefdesgeboden als basis en tien woorden als concrete krijtlijnen. Dat het allemaal om liefde draait betekent echter niet dat hij de voorschriften verregaand versoepelt maar integendeel verbreedt en versterkt. Zo roept hij zelfs op om de vijand lief te hebben (Matteüs 5:43-44).
GENADE IS NIET GRATIS
Jezus blijft tot zijn dood trouw aan de Thora en dat erkennen ook verschillende joodse geleerden van na de Tweede Wereldoorlog. Zelf ziet hij zichzelf als iemand die de Thora ‘vervult’ en dat niet in zijn Griekse betekenis (= tot zijn voleinding brengen) maar in zijn Hebreeuwse en farizeese zin, namelijk ‘tot zijn recht brengen’. Zijn leerlingen moeten de Thora strikter toepassen dan de Farizeeën die hij om hun leer prijst, maar ook bekritiseert omdat zij dat niet altijd consequent doen (Matteüs 23:1-3). Zo verzet hij zich tegen de harde lijn van de school
van Sjammai en schaart zich meestal achter de mildere leer van Hillel en zijn school. De christelijke theoloog Dietrich Bonhoeffer onderstreept dat de genade zich niet gratis aanbiedt. Zij kost aan de gelovige de prijs van de ‘gehoorzaamheid’ aan de principes en de ethische richtlijnen van Jezus, de grote verdediger van de Thora.
scheid maakt tussen de rites en de ethiek die hij veel belangrijker vindt. Wie de Thora respecteert, anticipeert op wat de uitvoeringsgevolgen kunnen zijn en beseft dat er een beroep wordt gedaan op zijn of haar creatieve verantwoordelijkheid. De letter ervan intact houden en de geest ervan activeren.
NOODZAAK TOT ACTUALISEREN
Betekent dit nu dat alle 613 voorschriften moeten worden toegepast? Uiteraard moet er verschil worden gemaakt tussen de principes en de regels die er worden geformuleerd. Er moet tevens een onderscheid gemaakt worden tussen de geest en de letter. De principes zijn blijvend: liefhebben! De regels zijn enerzijds afhankelijk van de context waarin men die principes wil toepassen en anderzijds van de (groei)fase van gelovigen. Vandaar de noodzaak tot actualiseren: regels moeten op hun merites en functionaliteit worden beoordeeld. Sommige zullen blijken niet meer van kracht te zijn (de meeste cultusvoorschriften), andere blijven van kracht maar zijn niet meer relevant in onze context (een stuk van de oogst voor de armen laten staan) en moeten in dezelfde geest worden aangepast en weer andere blijven onwrikbaar overeind. De joodse nieuwtestamenticus Pinchas Lapide merkt terecht op dat Jezus een duidelijk onder-
CONCLUSIE Jezus beveelt niet autoritair dat men de Thora blindelings moet gehoorzamen maar doet een beroep op het gezonde verstand zodat de toepassing ervan bijdraagt aan een werkelijke shalom of een maximaal geluk in deze wereld. Zo wil hij de God van de Thora aan Israël en aan de volken doen kennen. Hij doet dit op een schitterende manier. Hoe zou het zijn om Jezus en Mozes daarvoor dankbaar te zijn en hun onderwijs en hun manier van leven na te volgen?
NIEUWS/BIJ DE WERELDKERK
|
EINDELIJK WEER: MARMITE!
april 2014
ADVENTIST WORLD VERSCHIJNT NU IN 24 TALEN
In Australië en Nieuw-Zeeland was Marmite jarenlang een populair broodbeleg in adventistische gezinnen. Marmite is een van oorsprong Brits product, dat gemaakt wordt van gistextract. Het heeft een donkere kleur, een doordringende geur en smaakt ontzettend zout. De slogan ‘Love it or hate it’ laat zien dat niet iedereen die aparte combinatie kan waarderen.
All right reserved, Adventist News Network
In 2005 lanceerde dr. Jan Paulsen, de toenmalige voorzitter van de adventistische wereldkerk, een gedurfd project tijdens het vijfjaarlijkse congres van de kerk. Voortaan zou maandelijks een tijdschrift van 32 bladzijden verschijnen dat wereldwijd gratis aan de Engelssprekende leden zou worden uitgedeeld. Het tijdschrift startte met een oplage van ongeveer vijf miljoen exemplaren. Ook in de meeste Nederlandse adventgemeenten zijn exemplaren beschikbaar voor leden die het Engels beheersen.
VRIJ NA TWEE JAAR Na bijna twee jaar gevangenschap werd ds. Antonio Monteiro, een adventistische predikant in het West-Afrikaanse Togo, eindelijk vrijgelaten. Hij was ervan beschuldigd aandeel te hebben gehad in de moord van meer dan een dozijn vrouwen en de verminking van hun lijken. Monteiro’s arrestatie, en die van vier andere mannen, was hoofdzakelijk het gevolg van wilde beschuldigingen van één man die naderhand door een psychiater werd omschreven als een pathologische leugenaar.
Na enige tijd kwamen er ook edities van het blad in het Duits, Frans, Spaans en Koreaans. Een beknopte uitgave is nu beschikbaar in een reeks van andere (voornamelijk OostEuropese en Aziatische) talen. Op dit moment verschijnt Adventist World op papier in 24 talen, en wordt ook digitaal uitgegeven in het Arabisch, het Vietnamees, het Roemeens en het Chinees.
JASMIJN, HET DOCHTERTJE VAN JORIS EN NATHALIE VAN DER PLOEG, IS IN ELK GEVAL WÉL DOL OP MARMITE!
ADVENTIST KRIJGT SCHADELOOSSTELLING NA ONTSLAG WEGENS SABBAT
In de afgelopen twee jaar zijn vanuit de wereldwijde adventistengemeenschap veel acties gevoerd om Monteiro vrij te krijgen, terwijl zowel de kerk in Afrika als in de Verenigde Staten voor juridische bijstand zorgde. Ook werden op tal van plaatsen gebedsdiensten voor Monteiro gehouden. Hij werd vrijgelaten nadat de jury van de rechtbank in de Togolese hoofdstad Lomé hem had vrijgesproken. Ds. Ted N.C. Wilson, de voorzitter van de wereldkerk, feliciteerde Monteiro telefonisch met zijn vrijlating. Monteiro hoopt op korte termijn met zijn gezin terug te keren naar Kaapverdië, zijn land van herkomst.
Anthony Okon, een voormalig employé van een Chevroletdealer in het noorden van Californië, werd in 2007 ontslagen omdat hij weigerde van tijd tot tijd op zaterdag te werken. Volgens de Amerikaanse wet was de werkgever echter verplicht om bij het vaststellen van Okons werkschema rekening te houden met zijn godsdienstige overtuiging.
Helaas werd een andere beschuldigde, Bruna Amah, eveneens lid van de Adventkerk, niet vrijgelaten. De rechtbank veroordeelde hem op (wat velen beschouwen als) dubieuze gronden tot levenslange gevangenisstraf. De Adventkerk blijft zich langs juridische weg voor hem inzetten.
Okon liet het er niet bij zitten. Een langdurige juridische strijd volgde, waarbij hij alle noodzakelijke bijstand kreeg van de juristen van de Adventkerk.
ZIE VERDER: WWW.ADVENTISTWORLD.ORG
Onlangs werd Okon door de rechtbank in het gelijk gesteld. De Chevroletdealer werd veroordeeld tot betaling van 158.000 Amerikaanse dollar vanwege de godsdienstige discriminatie van een employé.
In 1908 verkreeg de adventistische fabriek voor gezonde voeding in Australië het recht om dit product als enige op de markt te brengen in een groot deel van de wereld. Decennialang fabriceerde een vestiging in Christchurch (Nieuw-Zeeland) pot na pot aan Marmite. De productie van Marmite moest worden stilgelegd als gevolg van de aardbeving van 2012, wat leidde tot een tekort aan het door velen begeerde product. De media doopten het tekort ‘Marmageddon.’ Na een periode van bijna twee jaar is Marmite nu weer volop verkrijgbaar — tot opluchting van grote aantallen adventisten en niet-adventisten die volledig aan dit product verknocht zijn.
25 |
24
april 2014
NIEUWS/BIJ DE WERELDKERK
april 2014
OVER DE ROL VAN JEZUS IN (JO)UW GELOOFSLEVEN
THE ONE PROJECT Waar draait het eigenlijk om in het leven van adventisten? The One Project brengt ons terug bij de kern, bij Jezus. Ds. Tom de Bruin en ds. Hans Ponte lieten zich inspireren in Seattle. Lees de blogs die Tom de Bruin hierover schreef voor de website. En reserveer 24 tot 26 oktober alvast in de agenda. Want dan starten we The One Project in Nederland! TEKST | TOM DE BRUIN
BLOG #1 THE ONE PROJECT Daar zit je dan met 700, ja zevenhonderd, mensen in één grote zaal. Zevenhonderd mensen die hier allemaal op eigen kosten zitten. Zevenhonderd mensen die honderden euro’s uit hun eigen portemonnee hebben betaald om twee dagen in deze zaal te zitten. Behalve Hans Ponte en ik; wij zitten hier op kosten van de Amerikaanse organisatie. Waar zit ik? Ik zit bij The One Project. ‘Wat is dat?’, vraag je. Dat vroeg ik me ook al af. Mensen die ik goed ken zijn het erover eens: het is supergaaf. Dus ik ben blij dat ik het een keer zelf mag meemaken. Ik dacht: weet je wat, ik schrijf wat voor de rest van Nederland, dus bij dezen. The One Project is in het leven geroepen door een aantal predikanten van onze universiteiten. Predikanten die dag in, dag uit pastorale zorg geven aan jongelui. Een aantal predikanten die dichtbij een burn-out waren. Die zich afvroegen: ‘Waarom doen we dit alles? Waarom werken we voor deze kerk? Welk nut hebben we?’ Ze sloten zich op in een hotel om elkaar te counselen. Na twee dagen waren ze eruit: Jezus is alles. Ze hadden een nieuwe reden voor hun leven. Ze hadden hun inspiratie weer ontdekt: Jezus is alles. Zoals het hoort bij evangelisten, wilden ze dit goede nieuws delen. Ze wilden anderen ook inspireren om hun leven opnieuw aan Jezus te wijden. Ze wilden anderen ook opsluiten in een hotel zodat zij weer sterker uit die kamer kwamen, vol van Jezus. En zo werd The One Project geboren.
BLOG #2 IK KAN NIET SLAPEN Het is nu vier uur ’s ochtends. Slapen zit er niet meer in. Ik ben gezegend met een zeer strakke biologische klok en negen uur tijdsverschil is niet niks. Toch ben ik de hele dag wakker gebleven bij The One Project. Dat getuigt van kwaliteit. Niet van mij natuurlijk, maar van het programma. Als je de zaal binnenkomt, zie je kwaliteit. Goed verzorgde techniek, een mooie zaal, en grote ronde tafels met acht stoelen. Geen negen, geen tien, maar acht. Aan elke tafel zit een ‘facilitator’, een soort gespreksleider. Dat is de gids voor de komende dagen. Ik zit aan tafel met Victor, een predikant van één van onze colleges, Janet en Debbie, twee bevriende verpleegsters, David, een student op La Sierra, en een stel uit Ohio van wie ik de namen helaas vergeten bent. Bob of Craig of Dan, iets typisch Amerikaans. En natuurlijk, een of andere jeugdleider uit Nederland: Hêns Pontie (zoals die Amerikanen dat zeggen). Een bijeenkomst van The One Project verloopt volgens een simpel format. Een spreker praat achttien minuten. Achttien minuten over De Ene; over Jezus. Verschillende onderwerpen passeren de revue: tegenwoordige waarheid, Jezus in onze toekomst, het karakter van Jezus, Jezus’ sabbat. Na die achttien minuten begint het echt. Het is allemaal mooi wat die spreker zegt, maar wat kun je ermee? Dat is veel boeiender. Daarom bespreek je gedurende twintig minuten een aantal vragen aan je tafel. Daar leer je mensen kennen, daar leer je van elkaar, daar begint The One Project echt. Deze acht mensen denken allemaal heel anders dan ik, maar gaandeweg groeien we naar elkaar toe. Honderden onderwerpen komen langs, van de gezondheidsboodschap tot homoseksualiteit. Alles is bespreekbaar en niemand veroordeelt een ander We leren met elkaar en van elkaar. En met elkaar groeien we dichter naar Jezus. Het is nu vier uur ’s ochtends. Slapen zit er niet meer in. Ik lig hier wakker en ik kijk uit naar de volgende dag!
BLOG #3 SLEEPLESS IN ALMERE Hans Ponte, mijn reisgenoot naar Seattle, wees me erop dat ik mijn vorige blog ‘Sleepless in Seattle’ had moeten noemen. Dat was een inkoppertje natuurlijk. Bij dezen maak ik het goed met ‘Sleepless in Almere’. De slapeloosheid gaat blijkbaar beide kanten op. Om vier uur was ik wakker en kon absoluut niet meer slapen. Niet zo'n ramp natuurlijk, want ik heb altijd wat te doen. Zoals blogs schrijven. Vanuit Almere mag ik dan een laatste keer reflecteren over The One Project. In de weken voorafgaand aan onze reis spraken Hans en ik meer dan een paar keer over waarom we ‘extra’ werk zoeken. We hebben besloten om The One Project ook in Nederland te organiseren, en daarbij hoorde de reis naar Seattle. Door de drukte gingen we zo kort mogelijk, wat nog extra vermoeiend was. We zeiden tegen elkaar dat we gek waren etcetera, etcetera. In het vliegtuig terug hadden we het er weer over, en we waren het eens: naar The One Project gaan was geweldig. Het was ongelooflijk inspirerend om samen met al die mensen na te denken over het geloof en welke rol Jezus daarin speelt. Het was ook super om kritisch te kijken naar verschillende aspecten van het adventisme (zoals sabbat, toekomst, openbaring) en daarin de rol van Jezus te benadrukken. Ik heb ervan genoten om samen met mijn broeders en zusters na te denken over welke rol het geloof écht speelt, en niet gewoon de standaardzinnen en platitudes van de sabbatschool te herhalen. Ik ben er trots op dat de kerk zulke evenementen organiseert.
/ JEZUS. ALLES.
THE ONE PROJECT IN NEDERLAND Wilt u zich ook laten inspireren door The One Poject? En samen met andere gelovigen stilstaan bij de vraag wat er relevant is in uw (geloofs)leven? Daarvoor hoeft u niet naar Seattle, want The One Project komt hier. In het weekend van 24 tot 26 oktober start dit project in Nederland. En u kunt erbij zijn. Houd voor meer informatie over locatie, tijden en sprekers de website in de gaten. En lees erover in Advent en @vent.
27 |
|
26
THE ONE PROJECT/JEZUS. ALLES.
april 2014
THE ONE PROJECT/JEZUS. ALLES.
ADVENT/NIEUWE STIJL
NIEUWE RICHTING VOOR @VENT EN ADVENT
|
29
PIONIEREN LANGS ONGEBAANDE PADEN
april 2014
april 2014
|
28
ADVENT/NIEUWE STIJL
Het kan u niet ontgaan zijn, Advent is een nieuwe richting ingeslagen. Het duidelijkst blijkt dat uit de komst van @vent, het ‘digitale zusje’ van het kerkblad. Sommige lezers hebben @vent meteen omarmd, anderen moeten nog erg wennen of ervaren zelfs weerstand. Eén ding is zeker: ook voor de redactie is de nieuwe koers echt wennen; het is pionieren langs ongebaande paden. Wat eigenlijk heel goed past bij de traditie van de Adventkerk.
BLIJ MET @VENT HANNEKE TAN-KONING (43), VOORZITTER VAN DE ZENDINGSRAAD VAN DE GEMEENTE MEPPEL:
TEKST | LYDIA LIJKENDIJK
A
dvent is voor velen binnen onze kerk een echt lijfblad. Het wordt traditiegetrouw goed gelezen. Dat wil zeggen: door de iets oudere generaties; jongeren lezen het steeds minder. Zij zijn, door de opkomst van internet en de bijbehorende mogelijkheden, vooral gericht op een snelle beeldcultuur. Voor de makers van Advent is dat een hele uitdaging. En ook een dilemma. Want we hebben niet meer één doelgroep die we met één blad kunnen bereiken. Het zijn er minstens twee als we ons beperken tot het onderscheid digitaal-niet digitaal.
DE THEORIE
Als Adventkerk willen we graag veel met onze leden communiceren, op verschillende manieren om zo veel mogelijk mensen te bereiken. Advent is belangrijk, de website is dat ook en daarnaast hebben we nu ook @vent: een ‘digizine’ dat tegemoet komt aan de vraag naar actuele, snelle communicatie. Geen
breedsprakige verhalen, veel beeld en korte boodschappen. Zoals u begrijpt, vullen al deze manieren van communiceren elkaar aan. Op de website kunt u terecht voor de meest actuele zaken. @vent biedt méér: beeld, ‘verdieping light’, langere berichten en geeft naar zijn digitale aard de mogelijkheid diverse bronnen met elkaar te combineren. Tenslotte zorgt Advent voor de achtergronden, de lange verhalen, de diepgang. Elk nieuwsmedium is waardevol en de combinatie van de drie zorgt voor een compleet beeld.
DE PRAKTIJK
De theorie klopt en veel adventisten zijn helder in hun reacties erop: ‘Dat moeten we beslist zo doen.’ De praktijk is echter weerbarstig. Als kerk hebben we geen ervaring met digitale magazines, evenmin als andere kerkelijke organisaties en maatschappelijke instituten die stappen op het digitale pad gaan zetten. We moeten het wiel uitvinden dat goed
‘Ik vind het heel leuk dat @vent er is. Ik ben gewend om veel digitaal te lezen, op de computer, tablet of telefoon. Dat Advent nog vier keer per jaar uitkomt, vind ik daarnaast genoeg. Het enige wat ik in @vent01 miste, is een doorklikmogelijkheid naar het doopbericht van onze dochter Debora. Dat vind ik een verbeterpunt, dat je ook bij dit soort berichten dieplinks hebt.
aan onze wagen past en daar zijn we niet uniek in. Het heeft tijd nodig om het allemaal precies zo te krijgen als we het hebben willen. Want de techniek staat voor niets, maar stelt ons soms toch voor problemen. Waarom kun je @vent wel goed lezen op een laptop of pc, maar waarom werken de links niet op een iPad of Mac-pc? Het zijn bekende problemen waar iedereen in vergelijkbare situaties tegenaan loopt, maar waar een oplossing op maat voor nodig is.
WENNEN
Dat mensen moeten wennen aan @vent kan ik me voorstellen. Als je graag een blad in je handen hebt en wilt bladeren op de bank, dan is dit toch wat anders. Aan de andere kant: in @vent kun je breaking news sneller verspreiden. Het is van deze tijd, het is toekomstgericht en dat vind ik leuk. Het zou goed zijn om in de gemeentes of bij mensen thuis presentaties te geven over wat mogelijk is met @vent. Daarbij breng je mensen die niet zo digitaal zijn op ideeën. Want ze krijgen veel meer informatie door de dieplinks. Daarnaast denk ik dat @vent het ook moet hebben van de mooie plaatjes. Dat moeten mensen toch gewoon een keer zien. @vent is anders en nieuw. Het downloaden gaat eigenlijk heel erg soepel. Er is niks op tegen om het zo te doen. Ik hoop dat mensen er massaal een abonnement op nemen.’
VERBINDEN
Dit jaar nemen we de ruimte om te werken aan een optimale informatievoorziening aan mensen binnen en buiten de kerk. Via de website, @ vent en Advent. Zo bouwen we aan een kerk die ook in de toekomst mensen verbindt. In woord, beeld én digitaal.
NOG GEEN ABONNEE? Om het downloaden van @vent makkelijker te maken, sturen we de link voortaan automatisch toe aan abonnees van de nieuwsbrief. Nog geen abonnee? Aanmelden kan via www.adventist.nl/inschrijven. Daarnaast is @vent ook gewoon ‘los’ te downloaden vanaf de site.
april 2014
WACHTEN IS STILSTAAN Ergens op wachten is niet gemakkelijk voor ongeduldige mensen in de huidige tijd van Viber en WhatsApp. Lang wachten of kort wachten; het kan allebei aanvoelen als een eeuwigheid. Waar het om gaat is niet hoe lang je wacht, maar wat je doet tijdens het wachten. Waar richt jij je aandacht op als God nog even op zich laat wachten? TEKST | OLIVER YEBOAH
W
ij gaan als gezin wel eens met z’n vieren shoppen of boodschappen doen. Na zo’n uitstapje, dat soms uren duurt, komen we gewoonlijk hongerig thuis. Dan kunnen er drie dingen gebeuren: 1) Mijn vrouw, Genevieve, gaat koken; 2) wij eten brood of 3) we eten restjes die er nog zijn. Aangezien ik niet van brood houd als avondmaaltijd en er vaak geen restjes zijn, moet er in de meeste gevallen gekookt worden. Mijn vrouw en ik kunnen allebei heerlijk koken (alhoewel mijn eten het lekkerst smaakt), maar ik mag op dit soort momenten niet koken ‘want het duurt anders een eeuwigheid voordat het eten klaar is’. Zelf ervaar ik dat niet zo, maar ik kan mij voorstellen dat haar dertig minuten iets korter aanvoelen dan mijn vijfendertig minuten. Maar zeg nou eens eerlijk: wat zijn vijf minuten op een mensenleven?
OP DE PROEF GESTELD
Toch denk ik dat niet die vijf minuten langer of korter het probleem zijn. Het probleem ligt ergens anders. Niet in het wachten, maar in wat we doen tijdens het wachten. Met Kerst had ik bijvoorbeeld de hele dag niet echt gegeten omdat ik wist wat voor lekkers er allemaal op tafel zou komen. Eindelijk was het dan zo ver. Het eten stond mooi
uitgestald en rook verrukkelijk. Toen wij eindelijk aan tafel zaten, hoopte ik op mijn favoriete gebed op dit soort momenten: ‘Here zegen deze spijzen en dranken. Amen.’ Maar helaas, het werd een hele dankdienst. Als ik niet beter wist, had ik gedacht dat dit de Grote Strijd was waar iedereen het over heeft, want ik vond het zo moeilijk om eerbiedig te blijven. Het wachten was gewoon vreselijk! Wachten op een moment waar je naar uitkijkt wordt soms ervaren als tergend maar ook zwaar of zelfs hinderlijk. Alsof je op de proef wordt gesteld. Ja, en al helemaal in deze tijd. Tegenwoordig hebben wij gelukkig Facebook en WhatsApp op onze telefoons, maar ik kan mij nog herinneren dat er vroeger zoiets bestond als een penvriend(in). Als je die iets te vertellen had, schreef je dat op papier. Daarna scheurde je dat papier van het blok, vouwde het op, stopte het in een envelop die je vaak ook nog dicht moest likken om de brief vervolgens op de bus te doen of naar het postkantoor te brengen als je geen postzegels in huis had. Het duurde daarna weken of maanden voordat je eindelijk bericht terugkreeg. Gelukkig gaat dat nu allemaal per e-mail, Viber of andere app’jes op de telefoon. En toch ervaar je die seconden of minuten dat je moet wachten op een bericht soms als een eeuwigheid. Tegenwoordig moet alles snel, hier en nu.
COMMUNICEREN MET GOD Datzelfde heb ik ook een beetje met mijn communicatie met God. Wanneer ik bid, wil ik best wachten op Gods antwoord – maar het moet niet al te lang duren. Ik wil niet lang wachten omdat ook God moet weten dat de tijden zijn veranderd. Ook God moet een manier hebben gevonden om sneller te kunnen communiceren met ons. Een WhatsApp’je zou zeker goed werken voor mij; dan hoef ik niet zo lang in onzekerheid te leven. Gods belofte dat hij naar mij zal luisteren mag dan zo zeker zijn, maar mijn geloof kent ook zijn grenzen. Bijwijlen voel ik mij dan geïrriteerd, geërgerd, wantrouwig. Ik weet niet hoe Abraham tegenover het concept ‘wachten’ stond toen hem op zijn tachtigste werd beloofd dat hij een zoon zou krijgen. Zijn vrouw was niet alleen bejaard maar ze was ook nog eens haar hele leven onvruchtbaar geweest. Alles wees erop dat Gods belofte niet uit zou komen. Met wachten is het soms alsof je van je verstand beroofd bent en misschien ervoer Abraham dat ook zo. Je bidt en je beroept je op Gods belofte, maar in werkelijkheid zie je het tegenovergestelde gebeuren. Je hoort wel eens dat ouders al jaren bidden dat hun kinderen uiteindelijk hun plek in de kerk mogen vinden, maar in werkelijkheid zien ze de kinderen langzamerhand richting de uitgang van de kerk bewegen.
WACHTEN OP GODS ANTWOORD
Afgelopen jaren verloren velen hun banen en hebben God gebeden om nieuw werk. Maar voor elke sollicitatiebrief die ze schreven, kregen ook zij die God om hulp vroegen een afwijzingsbrief. Onlangs vertelde een broeder me dat hij al jaren bidt voor zijn huwelijk, maar hij kreeg die week van zijn vrouw te horen dat ze verliefd was geworden op iemand anders. Zelf kan ik me nog herinneren dat ik een keer heel hard had gestudeerd en voor het tentamen aan God vroeg of hij mij wilde bijstaan. Nou, na mijn gebed was ik alles kwijt. Ik had een black-out en wist helemaal niets meer. Ja, het is niet zo gek dat je je soms afvraagt: hoezo belofte of hoezo zegen? Gods zegen is soms nergens te bekennen. Sterker nog: het voelt zo nu en dan aan alsof wachten op Gods antwoord –of überhaupt bidden – zinloos is. En toch kwam God, in Abrahams geval, regelmatig terug op zijn belofte en verzekerde hem dat het zou gebeuren.
VERTROUWEN EN BIDDEN Tussen Gods belofte en de komst van Isaak zaten zo’n 24 jaren. Een vreselijk lange tijd. Maar Paulus zegt in Romeinen 4:18-21 dat Abraham geen moment twijfelde maar wist dat ‘God bij machte was te doen wat hij had beloofd’. Maar wat doe je in een tijd van wachten als je niet weet wanneer dat wachten eindigt? Vijf minuten wachten op de bus is goed te overzien en zelfs 24 uren vliegen gaat nog. Maar wat doe je als je niet weet wanneer je ziekte, werkloosheid, verdriet of ander leed voorbij mag gaan? Abraham en Sara dachten God een handje te helpen maar moesten uiteindelijk hun eerste zoon wegsturen. Werken voor de dingen waarvoor we bidden moeten we vooral doen, maar God ‘een handje helpen’ om zijn belofte waar te maken, blijkt niet de bedoeling te zijn. Wat God belooft, maakt hij zelf waar; anders had hij het niet beloofd. We moeten maar vertrouwen, lijkt het. Bidden moeten we ook doen. Maar voortdurend bidden om hetzelfde is schijnbaar ook niet heilzaam. God heeft toch de eerste keer dat ik bad ook gehoord wat ik vroeg? Of is hij vergeetachtig en moet hij telkens herinnerd worden aan zijn eigen belofte?
31 |
|
30
OVERDENKING/... WACHTEN
april 2014
OVERDENKING/WERKEN, BIDDEN, VERTROUWEN EN ...
/ WAT GOD BELOOFT, MAAKT HIJ ZELF WAAR
GOD IS ONS NIET VERGETEN
Paulus gaf raad in zijn eerste brief aan de broeders en zusters van Tessalonica. Daarin spoorde hij deze mensen aan te waken in afwachting van de uiteindelijke vervulling van de belofte. Zij moesten erop toezien dat, terwijl zij wachtten, het christelijk leven werd voortgezet. Zij moesten er voor elkaar zijn en elkaar tot voorbeeld zijn. In de ‘wachttijd’ moesten zij vooral stilstaan bij het werk dat door Jezus al was voltooid. Zoals Jezus eens zei: ‘Mijn Vader werkt aan één stuk door en daarom doe ik dat ook.’ God zit niet stil. Hij is ons dus niet vergeten maar zet zich volledig in voor jou en mij. In een tijd van wachten moeten wij daarom te allen tijde blij zijn, contact met God houden en vooral dankbaar zijn onder alle omstandigheden, zegt Paulus. Wachten, of het nu vijf minuten is of 24 jaar, is tenslotte stilstaan bij de dingen waar je aandacht op gericht is. De kerstmaaltijd, de komst van een zoon. Waar richt jij je aandacht op terwijl je wacht?
april 2014
OPTIMISTISCH BOEK VINDT GRETIG AFTREK
ONGELOOFLIJK! BRENGT BOODSCHAP VAN LICHT Adventist zijn is passie hebben voor God, naar wie wij uitzien. Dat is de definitie die ds. Rudy Dingjan geeft aan zijn geloof. Het is een positieve insteek en dat past bij hem want hij heeft het optimisme uitgevonden. Dat blijkt ook uit zijn boek Ongelooflijk!, waarin hij getuigt van een optimistische kijk op God. TEKST | LYDIA LIJKENDIJK
I
n november 2013 verscheen Ongelooflijk!, het fascinerende verhaal van een verrassende God. Begin januari 2014 was er geen exemplaar meer van te krijgen. Uitverkocht. Een droom van elke schrijver. Zo snel als het boek uitverkocht raakte, zo lang deed schrijver Rudy Dingjan er echter over om het boek te voltooien. ‘Ik begon er eigenlijk al mee in 2006’, vertelt hij. ‘Ik leidde toen een week van de church planting field school in Friedensau. Tijdens de reeks wijdingen die ik daar hield, wilde ik uitleggen hoe je de leerstellingen van de kerk op een positieve manier kunt brengen. In plaats van te hameren op dat het einde nadert en dat soort zaken. De reacties van de toehoorders verrasten me. Toen bedacht ik: er moet een boek komen dat het adventisme positief benadert als de gemeenschap die God het innigst liefheeft. En dan vooral gekoppeld aan het getuigenis van Jezus dat God licht is, zonder enige duisternis.’
WALVIS, EZEL, HOND
Na Friedensau nam het gewone, drukke leven weer zijn loop. Maar het boek dat er moest komen, vrat aan Dingjan. Totdat hij op weg naar kantoor een ongeluk kreeg met zijn fiets in 2008. Een onzachte aanvaring met een hond leidde tot een klap op het asfalt. ‘Ik ben daar zo wonderbaarlijk goed vanaf gekomen, dat ik die hond zag als de walvis van Jona of de ezel van Bileam. Ik moest dat boek gaan schrijven.’ En Rudy, optimist, dacht: ‘Dat doe ik even.’ Dat ‘even’ duurde een jaar of vijf. ‘Wat een werk’, zucht Dingjan. ‘Het is zo moeilijk om in het kort te vertellen wat je te zeggen hebt, terwijl het met veel woorden zo gemakkelijk is. Ook omdat ik perfectionistisch ben. Alles moet klop-
pen en goed zijn. Maar ik wilde korte hoofdstukken schrijven van maximaal één pagina omdat mensen geen dikke boeken willen lezen. Die ene pagina heb ik dankzij gesjoemel met de marges wel optimaal benut waardoor ik later toch veel moest schrappen. Het schrijven was intensief, maar het schrappen en op maat maken was minstens net zo intensief. Schrijven is schrappen, dat heb ik geleerd.’
VERTROUWEN IN GODS LIEFDE
Door het uiteindelijke resultaat van zijn harde werk is Dingjan verrast. ‘De boodschap is veel intenser geworden dan ik gedacht had. Hoe dieper ik ging graven in de onderwerpen, hoe mooier het was wat ik tegenkwam. Het schrijven was ook een zoektocht voor mezelf, een louterende ervaring. Het heeft me veel meer vertrouwen gegeven in Gods liefde. Daar sprak ik als predikant natuurlijk altijd wel over, maar nu is het een absolute standvastigheid voor me. Omdat God keer op keer op keer in zijn eigen verhaal zijn karakter laat zien. En dat is ondubbelzinnig.’
/ ‘SCHRIJVEN IS SCHRAPPEN, DAT HEB IK GELEERD’
33 |
|
32
INTERVIEW/RUDY DINGJAN
april 2014
INTERVIEW/RUDY DINGJAN
april 2014
BLIJDSCHAP Door de korte hoofdstukken is Ongelooflijk! een toegankelijk boek geworden. Dingjan: ‘Mijn kapster heb ik het cadeau gedaan. Ze is niet kerkelijk, maar dit boek is net te doen. Zij leest het op de wc, omdat de stukjes daar kort en lichtvoetig genoeg voor zijn en ze er niet gestoord wordt.’ Niet alleen Dingjans kapster is positief over het boek. Van binnen en buiten onze kerk komen veel positieve reacties. ‘Ook van mensen van wie ik dat helemaal niet verwacht had omdat ze wel eens kritisch op me zijn’, zegt Rudy Dingjan. Mensen van alle leeftijden lezen Ongelooflijk! met plezier, weet hij inmiddels, tot in België aan toe. En vertaalplannen voor een Franse editie zijn er ook al. ‘Vorige week belde een zuster van 99 op om een pluim te geven. Zoveel blijdschap om mijn boek, dat had ik nooit gedacht. Ze schrijven of mailen me dat ze het fijn vinden dat God er zo mooi uit komt. Blijkbaar hebben mensen niet allemaal zo’n mooi beeld van God.’
BOODSCHAP VOOR ALLE MENSEN
Als Adventkerk hebben we een boodschap voor alle mensen, stelt Rudy Dingjan. ‘Voor onszelf en onze leden maar ook juist voor mensen uit andere geloofsovertuigingen. Omdat onze adventistische leerstellingen veel punten bevatten die het onjuiste beeld herstellen dat mensen over God hebben. God is anders. Dat vertellen we in onze geloofspunten. Daarmee nemen we de schaduw weg die over God valt in andere religies. Denk aan doemscenario’s
als de eeuwig brandende hel. De manier waarop je denkt over bijvoorbeeld de toestand van de doden, de sabbat en het verlossingsplan, beïnvloedt de manier waarop je over God denkt. Het is mijn overtuiging – en ik wil niet opscheppen – dat er in geen enkele religie een positiever beeld bestaat over God dan in het adventisme. Dat moeten we niet onder stoelen of banken steken, maar uitbuiten. Als mensen vragen: “Waarom ben je adventist?”, moet onze reactie niet zijn: “Omdat ik niet rook en drink”, maar: “Omdat ik dankzij mijn kerk een positieve God heb leren kennen”. Dat is wat wij moeten doen: het licht brengen, geen rampen, pijn en ellende. Dat is wat ik met het schrijven van Ongelooflijk! heb willen doen: ervoor zorgen dat mensen zich kunnen warmen aan de boodschap.’
WEGGEVEN
Omdat Ongelooflijk! over God gaat en niet over de kerk, is het makkelijk weg te geven aan anderen zonder verdacht te worden van evangelisatie-activiteiten. ‘Ik werk voor de kerk en de kerk geeft het boek uit. Dat is de enige verwijzing naar het Kerkgenootschap der Zevende-dags Adventisten. Maar de insteek is wel adventistisch. Omdat het verder niet over de kerk gaat, vindt het boek gemakkelijk aansluiting bij mensen die geïnteresseerd zijn in spiritualiteit.’ Het weggeven aan anderen, binnen en buiten de kerk, dat doen gemeenten dan ook. Met dozen tegelijk. Het boek is op veel verschillende manieren te gebruiken zoals bijbelstudie of catechisatie (zie kader).
GÁBOR VAN HAREN-BREURE HEEFT ONGELOOFLIJK! AL UIT Gábor van Haren-Breure kerkt in De Meern, samen met zijn vrouw Elise en hun kinderen. Hij is lezer van het eerste uur en vindt Ongelooflijk! een aanrader voor de lezers van Advent. ‘Wij kennen Rudy Dingjan goed in onze gemeente. Wij kerken pas sinds begin dit jaar in de Meern, daarvoor waren wij de church plant Uniek waar hij nauw bij betrokken was. Ik heb destijds feedback gegeven op de eerste zestig pagina’s die hij af had, in het laatste stadium heb ik ook meegekeken naar de drukproef. Daardoor heb ik nagenoeg het hele boek al gelezen. Ik ben in een katholieke omgeving opgevoed. Ongelooflijk! is vrij goed te lezen door iemand die niet van huis uit adventist is. Ik lees er nog steeds dingen in waarvan ik denk: “O, dat wist ik nog niet”.
boek te lezen en dat vind ik sterk. Maar het wringt ook wel eens, sommige stukjes zijn toegankelijker dan andere. Zelf vind ik dat het helpt als je de Adventkerk kent om Ongelooflijk! volledig op waarde te kunnen schatten. Hoewel het boek voor alle christenen geschikt is, zijn de hoofdstukken over de sabbat beter te plaatsen als je adventist bent of adventisten kent. Voor lezers van Advent is het sowieso een aanrader. Er staan voldoende unieke gedachten in. Zelf overweeg ik het cadeau te doen aan mijn ouders. Zij zijn geen agnosten en geen atheïsten, maar zweven daar ergens tussenin. Zij kennen de kerk een beetje door ons en ze kennen Rudy ook. Voor hen zou het een heel goed boek zijn.’
‘ECHT RUDY’
Ik vind Ongelooflijk! echt Rudy. God is liefde voor hem en daar focust hij op. Hij maakt korte metten met een straffende God, met hel en verdoemenis. Ik krijg het idee dat hij David een intrigerende persoon vindt. Hij is niet alleen een grote koning geweest, maar een spilfiguur in het boek en Rudy legt nadrukkelijk de link tussen David en Jezus. Ongelooflijk! is gedegen opgezet, vind ik. Het boek is breed in te zetten voor bijvoorbeeld bijbelstudie en gespreksgroepen. Het leidt lezers gestructureerd door de Bijbel heen. Het boek is niet geschreven voor theologen, maar voor een brede doelgroep: mensen die de Bijbel al kennen, maar ook niet-christenen die wel interesse hebben in religie. Je hebt weinig voorkennis nodig om het
WEBSITE
/ 'ALS ADVENTKERK HEBBEN WE EEN BOODSCHAP VOOR ALLE MENSEN'
35 |
|
34
INTERVIEW/RUDY DINGJAN
Van Ongelooflijk! komt geen deel twee. ‘Het eindigt al bij de eeuwigheid’, zegt Dingjan. ‘Maar ik zou wel ooit wat dieper in een boekje in willen zoomen op Abraham. Hij speelt een rol in het christendom, het jodendom en in de islam. Als we dat als gezamenlijk vertrekpunt kunnen nemen, kunnen we een getuigenis geven over Jezus aan Joden en moslims.’ Maar zover is het nog niet; eerst komt er een website rondom Ongelooflijk!. Daar kunnen mensen het boek online gratis lezen en zich abonneren op een dagelijks gratis hoofdstuk. Dat ze kunnen lezen op hun smartphone of tablet op een moment dat schikt, bijvoorbeeld in de trein onderweg naar hun werk. ‘Via het uitdelen van kaartjes met een link erop kunnen we mensen naar de site trekken’, denkt Rudy Dingjan. ‘Mijn droom is ook er een luisterboek
van te maken voor mensen die blind zijn of die niet goed of graag lezen of voor mensen die tijdens het autorijden behoefte hebben aan mooie verhalen.’ Aan een tournee met signeersessie langs alle gemeenten denkt Rudy Dingjan voorlopig niet; hij heeft er geen tijd voor. ‘Maar als gemeenten dat willen, kom ik graag langs’, zegt hij. ‘Als ik op die manier bij kan dragen aan het begrip over en van God en het geloofs- en gebedsleven positief kan beïnvloeden, dan doe ik dat met plezier.’
april 2014
INTERVIEW/RUDY DINGJAN
april 2014
TIENDEN OVERZICHT
Enschede
76.098
101
76.087
101
70.856
93
69.004
94
Gorinchem
47.976
57
43.973
55
37.528
54
40.264
55
Gouda
63.987
59
66.038
59
26.667
51
18.576
48
Groningen
119.414
177
144.904
166
108.404
165
119.165
160
Den Haag
179.150
304
145.899
304
154.615
319
177.489
394
Haarlem
44.339
51
46.768
49
31.237
51
37.000
53
Harderwijk
41.920
47
42.712
49
23.073
51
22.847
51
Heerlen
45.209
61
43.571
59
47.397
64
50.607
62
Hilversum
39.131
56
27.220
59
28.582
58
23.833
61
Hoogeveen
20.300
50
26.826
50
7.579
46
5.950
47
Huis ter Heide
171.615
256
160.744
250
123.536
251
127.422
257
Huizen
47.836
58
52.103
60
29.681
67
32.235
69
Leeuwarden
76.584
92
76.275
87
68.125
85
64.657
83
Leiden
71.558
131
74.893
126
56.733
133
58.663
133
Lelystad
22.097
63
23.545
63
19.770
64
18.547
63
Meppel
61.369
64
61.226
65
43.462
65
33.607
62
8.333
14
Middelpunt*
Eens per jaar vermeldt de Adventkerk in Advent het tiendenoverzicht van de kerk in Nederland. Hiermee geeft de kerk openheid aan haar leden. U kunt zien hoe het staat met de betaling van tienden in uw en andere gemeenten, ook in vergelijking met vorige jaren. TEKST | ISTRAHEL SCHOREA
2010
2011
2012
Tienden
Leden
Tienden
Leden
Tienden
Alkmaar*
35.328
47
29.038
47
Almere-Buiten***
15.054
7
17.500
7
16.990
10
17.587
10
Almelo
37.410
45
44.598
46
20.978
48
24.786
51
Almere
85.406
137
83.040
156
88.256
159
71.318
167
2013 Leden
Tienden
48
Alphen DC***
Leden 40
4.534
Amersfoort
65.373
82
66.078
82
48.728
96
45.097
98
Amsterdam-Zuid
148.792
219
157.296
221
87.517
243
107.628
208
A’dam-Bon Notisia
52.554
125
60.402
160
38.232
148
35.281
148
A’dam-Ghana
89.167
166
104.712
166
100.903
135
75.869
207
A’dam Portugees***
30.519
A’dam Zuidoost
74.889
206
79.982
206
59.392
147
70.891
202
Apeldoorn
159.124
235
154.114
228
112.673
228
115.659
224
Arnhem
41.063
49
43.244
53
46.320
58
37.039
54
Assen
16.175
28
15.568
26
8.350
27
6.450
26
Breda
38.716
52
42.148
57
35.317
59
39.074
60
Delft-Alivio
89.910
137
89.630
130
90.035
136
83.069
176
Deventer*
9.014
35
9.289
35
Doetinchem
12.089
28
13.949
28
10.483
26
8.203
26
Dordrecht
62.604
80
62.518
77
42.029
78
48.446
84
Ede
15.384
38
11.237
35
10.772
34
10.417
32
Eindhoven
100.541
141
102.877
141
101.942
141
94.585
216
Emmen
72.044
57
76.641
70
60.602
71
60.722
80
Enkhuizen
13.151
21
14.169
23
3.884
22
4.512
20
49
50
Nijmegen
43.257
47
38.834
47
28.886
44
23.771
42
R’dam-International
121.803
181
94.754
181
85.634
349
68.054
347
R’dam-Kompas**
12.237
15.073
83
70.807
118
R’dam-Noord
161.358
291
160.079
311
150.145
307
132.732
317
R’dam-Xpreszo**
15.959
20.226
34
19.308
35
19.397
50
R’dam-Zuid
66.792
155
60.820
159
68.492
155
66.402
155
Schiedam
19.749
55
23.042
50
20.827
54
17.366
55
Spijkenisse
38.157
54
31.161
51
30.430
71
48.662
77
Terneuzen
17.247
19
16.617
21
12.553
21
16.093
19
Tilburg
48.307
24
49.354
24
39.872
103
41.596
99
Uniek
8.510
5
8.328
13
10.990
13
10.988
18
Utrecht
120.799
110
105.426
107
112.267
98
103.554
101
Voorburg***
29.125
Winschoten
26.941
47
20.210
47
Zaandam
5.300
7
4.412
7
Zeeland
45.564
79
38.112
79
36.696
95
43.523
97
Zoetermeer
64.638
82
68.960
86
59.269
85
62.570
90
Zutphen
8.313
16
8.472
12
7.953
14
6.453
16
Zwolle
67.942
91
67.823
91
55.248
102
56.316
100
Overigen
134.040
67.878
681.189
15
758.607
21
TOTAAL
3.377.045
4825
3.287.556
4943
3.290.335
5264
3.403.738
5624
11.844
28
9.603
7
31 9
* Door de omschakeling naar een nieuw financieel systeem is het niet meer mogelijk
leden die hun tienden rechtstreeks overmaken naar het Landelijk Kantoor te koppelen aan hun gemeenten. Hierdoor kunnen we niet precies achterhalen wat de gemeenten waartoe deze leden behoren aan tienden hebben bijgedragen.
** Deze gemeenten zijn in 2011-2012 gemeente geworden. Hierdoor missen sommige
gegevens van eerdere jaren
*** Deze church plants zijn nog geen gemeenten. Zij voeren een aparte tiendenadmini-
stratie maar niet altijd een aparte ledenadministratie.
/ GOD HEEFT ONS RENTMEESTERS GEMAAKT OVER DE SCHEPPING
37 |
|
36
INZICHT/TIENDENOVERZICHT
april 2014
INZICHT/TIENDENOVERZICHT
INSCHRIJVING/SUMMER SCHOOL
| april 2014
H
(advertentie)
et totale tiendenoverzicht laat een stijging zien van 3% ten opzichte van 2012. Dat beeld is echter vertekend. Door omstandigheden heeft de kerk in 2013 tienden ontvangen die betrekking hadden op eerdere jaren. Na correctie is de stijging 0,7% ten opzichte van 2012.
Van 11 tot en met 14 augustus 2014 vindt de tweede editie plaats van de Summer School, de zomeracademie van onze kerk. Mensen van alle leeftijden kunnen op Oud Zandbergen terecht om in een ontspannen omgeving een meerdaagse cursus te volgen. Het cursusaanbod is gevarieerd en belangstellenden van binnen en buiten de kerk zijn van harte welkom.
D
We zouden graag willen dat de werkelijkheid, als het gaat om de afdracht van tienden, overeenkomt met onze toekomstplannen en dromen voor de kerk. Helaas zien we dat wens en werkelijkheid niet met elkaar overeenkomen. Het jaar 2013 was een uitdagend jaar voor velen. Een jaar waarin wij duidelijke prioriteiten moesten stellen. Vergeleken met eerdere jaren hebben we, ook als kerk, in moeten leveren. Onze teruglopende inkomsten weerhouden ons van het organiseren van extra activiteiten die we wel graag zouden willen organiseren. Desondanks hebben we nog steeds veel om dankbaar voor te zijn. Wat de opbrengst van de tienden ook is, God spreekt tot ons in liefde, daar is geen twijfel over mogelijk. Het was zijn wil dat wij minder geld uitgaven en meer tijd besteedden aan het luisteren naar zijn zachte stem. Ik wil u daarom hartelijk bedanken voor uw bijdrage aan ons voortdurende succes.
VIJF TRAJECTEN
De cursisten van de Summer School kunnen kiezen uit vijf trajecten: 1 2
Psychologie voor beginners door Jurriën den Hollander Creatief schrijven door Lydia Lijkendijk
3 Daniël met een knipoog naar Openbaring door Rudy Van Moere
WAAROM TIENDEN BETALEN?
God heeft ons rentmeesters gemaakt over de schepping. Als goede rentmeesters zijn wij een levend beeld van God. Wij weerspiegelen zijn liefde, karakter en de bedoelingen die hij heeft met de wereld. Wij zijn discipelen van God en maken deel uit van zijn familie. In Johannes 17:21 zegt Jezus het zo: ‘Laat hen allen één zijn, Vader. Zoals u in mij
SUMMER SCHOOL 2014
e voorbereidingen voor de Summer School 2014 zijn in volle gang. Omdat we een groot aantal deelnemers verwachten, valt er logistiek en organisatorisch veel te regelen. Zoals een aantrekkelijk cursusaanbod!
WENS EN WERKELIJKHEID
/ KIJK OP WWW.ADVENTIST.NL VOOR MEER INFORMATIE
39
INSCHRIJVING GEOPEND!
4 5
Fascinerende structuren in Openbaring door Thijs de Reus Kerk- en Adventgeschiedenis, Piet Sol en Henk van Rijn
PRIJZEN EN INSCHRIJVING
Aanmelden voor de Summer School is mogelijk vanaf 5 maart. De ‘early bird’prijzen van de Summer School bedragen € 225 voor leden, € 275 voor nietleden en € 150 voor studenten. Deze early bird-prijzen gelden tot en met 15 mei. Na 15 mei bedragen de prijzen voor leden € 275, voor niet-leden € 325 en voor studenten € 175. De inschrijving sluit op 1 juli. Wilt u alleen een ‘dagticket’ voor het vierdaagse seminar van Rudy Van Moere, dan betaalt u € 199 voor een vierdagenpas. Overnachtingen en ontbijt zijn dan niet inbegrepen, de overige maaltijden wel.
BIJ DE PRIJS INBEGREPEN
De prijs is all inclusive. Inbegrepen zijn: de cursus van uw keuze, de studiematerialen, overnachting (in het Vormingscentrum op basis van een tweepersoonskamer, of in uw eigen tent/caravan op het terrein), alle consumpties en maaltijden. Wilt u meer comfort dan het Vormingscentrum of een kampeerplek kan bieden, dan kunnen wij een hotelaccommodatie voor u regelen. De toeslag voor een hotelkamer bedraagt € 135
per persoon op basis van een tweepersoonskamer. Vervoer van en naar het hotel en tussen het hotel en Oud Zandbergen verzorgen wij niet voor u, daar moet u zelf in voorzien. Ontbijten doen we gezamenlijk op Oud Zandbergen.
AANMELDEN
Wilt u deelnemen aan de Summer School, dan kunt u zich aanmelden via www.adventist.nl. Uw aanmelding is definitief wanneer uw inschrijvingsformulier binnen is, evenals uw aanbetaling. Deze bedraagt € 150. U kunt het bedrag, tegelijk met de aanmelding, voldoen via iDeal. U ontvangt een aanmeldingsbevestiging per mail. Daarin staat ook hoe u het resterende inschrijfgeld kunt voldoen.
De Summer School heeft een beperkte capaciteit. Wilt u zeker zijn van deelname, meld u dan snel aan. Wilt u vooraf meer informatie? Belt u dan met Joanne Balk via (030) 693 9375. Of stuur haar een e-mail:
[email protected]. We zien uw aanmelding graag tegemoet, u bent van harte welkom!
|
bent en ik in u, laat hen zo ook in ons zijn.’ Rentmeesterschap is geen uitvinding van mensen, het is een uitnodiging van God om een nauwe relatie met hem aan te gaan en Jezus te aanvaarden als Verlosser. Alleen mensen die een relatie met God hebben en zijn soevereiniteit aanvaarden, kunnen rentmeesters zijn. Rentmeesters zijn wij op alle terreinen van ons leven. Het bepaalt hoe we omgaan met ons lichaam, onze vaardigheden en talenten, onze tijd, onze omgeving, ons werk. En ook ons geld; Jezus is ook de Heer van onze financiële middelen. Daarom is het betalen van tienden (10% van ons inkomen) niets anders dan de bezegeling van onze trouw aan God. Tienden is geen gift van ons aan God, het is het teruggeven van wat al van God ís. Dat deel van ons inkomen is heilig, apart gesteld, en behoort God toe. Het geld wordt gebruikt om Gods werk in de wereld te kunnen doen – lokaal en internationaal.
38
april 2014
INZICHT/TIENDENOVERZICHT
PUZZEL BREINBREKER | FRED DE WEGER 1
2
3
4
5
6
7
8
17
18
19
20
21
22
23
24
34
35
36
37
38
39
40
51
52
53
54
55
56
57
68
69
70
71
72
73
74
A
23
19
5
42
27
6
2
C
69
62
30
45
69
11
E
49
72
78
74
34
43
G
29
37
57
76
71
I
53
8
38
73
K
77
22
17
66
M
64
14
9
56
50 67
A
9
10
11
12
25
26
27
41
42
43
44
45
58
59
60
61
75
76
52
76
33
47
15
73
26
36
13
59
68
50
18
21
44
J
48
70
24
7
38
80
13
14 28
B
15
16
29
30
31
46
47
62
63
64
77
78
79
80
60
4
10
20
D
28
61
31
35
63
F
1
46
3
54
5
40
65
25
58
55
13
51
16
67
35
41
48
79
L
75
39
12
17
25
20
5
N
27
73
3
32
57
65
13
H
Wonen hier engelen in Californie?
Vul het onderste diagram in volgens de omschrijvingen. B Een van de symbolen van de heilige Geest. Vul daarna bovenste medisch diagramcentrum. in; gelijke cijfers zijn gelijke letters. C Bekendhet adventistisch D Dit metaal vindt je in leidingen Bij goede invulling leest u een citaat uit een van de artikelen uit Advent. E F G H I J K L M N
32
33
48
49
65
66
Stuur uw oplossing naar de redactie van Advent, Amersfoortseweg 18, 3712 BC Huis ter Heide, of mail naar
[email protected]. De winnaar krijgt een gesigneerd exemplaar van Ongelooflijk!
Georganiseerde opzienbarende gebeurtenis. Onze verlosser. Langer maken door trekken. Hij . . . . . . omdat hij slaap heeft. Aartsvader. niet volgens het laatste gebod. A Dit mag Wonen hier engelen in Californië? H Hij . . . omdat hij slaap heeft. Evangelist. B Een van de symbolen van de heilige Geest. I Aartsvader. Zij werken in ziekenhuizen. C Zij lagen Bekend adventistisch medisch centrum. J Dit mag niet volgens het laatste gebod. bij nachte. D Hier kwam Dit metaal vind je in leidingen. K Evangelist. 'F' vandaan. E Vul deGeorganiseerde opzienbare gebeurtenis.Vul daarna L de andere Zij werken in ziekenhuizen. ene diagram in volgens de omschrijvingen. diagram in; gelijke cijfers Bij goede invulling leest u een citaat uitM een vanZij delagen artikelen uit Advent. F zijn gelijke Onzeletters. Verlosser. bij nachte.
VRAGEN
G
Langer maken door trekken.
AD VENTJE ILLUSTRATIE | AAD BERGER
N
Hier kwam 'F' vandaan.