Tertiaalrapportage 2009 – T3 Planstudie Maatregelen Ruimte voor de Rivier
Cortenoever Tichelbeeksewaard Voorsterklei
Rapportage nr. Verslagperiode Datum rapportage Redactie Eindredactie
: : : : :
2009-T3 September t/m December 2009 25-01-„10 Thomas Walder Johan van den Boomgaard
1
Inhoudsopgave
Inhoudsopgave
2
1 1.1 1.2 1.3 1.4
Inleiding en samenvatting Projectidentificatie Doelstelling Samenvatting Bespreekpunten
3 3 3 3 4
2 2.1 2.2 2.3
Dashboard RvdR Dashboard Toelichting oranje/rood Toelichting groen
5 5 7 10
3
Exogene risico’s
14
4 4.1 4.2
Financiën Uitgaven project Budgetconfrontatie
15 15 15
5
Planning
17
6
Samenvattende actielijst
18
Bijlagen bij de Model kwartaalrapportage Gedetailleerde planning Geactualiseerd risicoregister Geactualiseerd dashboard in Excel Verslag vorig Trimester-gesprek Tabel met een contactoverzicht voor zowel Cortenoever als Voorsterklei Grondverwervingskaart van Cortenoever Grondverwervingskaart van Voorsterklei
19
A. B. C. D. E. F. G.
2
1
Inleiding en samenvatting
1.1
Projectidentificatie
Naam project: Projectfase: Volgend beslismoment: Rapportageperiode Rapportage nummer Uitvoerder van het project Contactpersoon PDR
Blauwe enveloppe IJsselsprong Alles in 1 Keer Maatregelen Cortenoever / Tichelbeekse Waard / Voorsterklei Planstudie SNIP 2A - Roadmap SNIP 3-besluit September t/m December 2009 2009-T3 Waterschap Veluwe Astrid Stokman/Josan Tielen
Projectleider Manager projectbeheersing Technisch manager Contract manager Omgevingsmanager Communicatiemanager Kwartiermaker
Johan van den Boomgaard Hung Lu René Tank Lisa Monchen Rudy de Groote Esther Pastoors Martin Tilders
1.2
Doelstelling
De „blauwe enveloppe van het Alles-in-1-Keer project IJsselsprong‟ heeft als doel het uitvoeren van de PKB-maatregelen dijkverleggingen Cortenoever en Voorsterklei met daaraan toegevoegd de maatregel in de Tichelbeeksewaard.
1.3
Samenvatting
In overleg met, en in opdracht van de PDR is de PKB maatregel dijkverleggingen Cortenoever en Voorsterklei eind 2008 uitgebreid met de Tichelbeekse Waard. Dat laatste is onderdeel van het regionale initiatief IGSV IJsselsprong. Op 2 juni 2009 is het voorstel „Alles in 1 Keer‟ met het advies SNIP 2A en bijbehorende documenten bij de PDR ingediend. Het voorstel heeft goedkeuring van IJsselsprong-partijen verkregen. Een groot deel van T2 en vrijwel geheel T3 stonden in het teken van wachten op een beslissing van de Staatssecretaris. Dit belemmerde de voortgang van het project aangezien veel activiteiten in T2 en T3 tot nader order uitgesteld waren, wachtende op een projectbesluit. Hierdoor heeft het project ongeveer een half jaar vertraging opgelopen. Op 23 december 2009 ontving het Waterschap Veluwe een instemmingsbrief van de STAS op het SNIP 2a-voorstel. In T3 is ook een doorbraak bereikt op het gebied van de financiering van de IJsselsprong. De ministerraad heeft op 27 november de beslissing gemaakt 29,5 miljoen euro beschikbaar t e stellen voor de IJsselsprong. 20 Miljoen euro is beschikbaar gesteld door het ministerie van VROM (Nota Ruimte-gelden), 9,5 miljoen euro is afkomstig van het ministerie van Verkeer en Waterstaat.
3
Ter overbrugging van SNIP 2A naar start fase SNIP 3 is in overleg met de PDR besloten een aantal noodzakelijke voorbereidingswerkzaamheden in de Roadmap periode juni t/m december 2009 voortvarend op te pakken. Dit zou de druk op de kritische planning moeten helpen verlichten. Door vertraagde besluitvorming in het kader van SNIP 2A is de opdrachtverlening door de PDR van de Roadmap ook in het geding gekomen. In overleg met de PDR is besloten om de voorbereidingen door te laten gaan zolang deze geen werkzaamheden in het veld in het kader van de maatregelen in de Tichelbeekse Waard betreft. Omdat gewacht moet worden op het besluit van de Staatssecretaris lag een aantal werkzaamheden al sinds het begin van de zomer stil (risico 61). Sommige interne processen kunnen nog doorgaan, maar een aantal externe processen kan niet tijdig worden gestart. Uitstel werkt door in de vertraging van de totale projectplanning. De streefplanning 2015 staat onder andere daarom onder grote druk. Uit PPI sessies is naar voren gekomen dat de streefplanning 2015 vrijwel nihil trefkans he eft.
1.4
Bespreekpunten Communicatie – samenwerking met andere partijen Planning – versnellingsopties Markt en aanbestedingen Opstellen ROK / Plan van Aanpak Mutaties in het projectteam
4
2
Dashboard RvdR
2.1
Dashboard
Project Cortenoever BW Zutphen Voorsterklei Fase:
T2 '09
T3 '09
§ met
risicoregister
SNIP 2A
SNIP 2A
toelichting
nummer(s)
groen
2.3.1
Roadmap Algemene eisen Projectbesluit
nvt
MER
groen
groen
Algemeen
oranje
oranje
Waterstandsdaling
groen
groen
Dijkontwerp
groen
groen
groen
groen
Inpassing in regionaal beleid en rijksbeleid
oranje
groen
Kwaliteit ontwerp- en besluitvormingsproces
groen
groen
Communicatie
oranje
oranje
2.2.2
Bestuurlijk en maatschappelijk draagvlak
oranje
oranje
2.2.3
Juridische zaken en vergunningen
oranje
groen
2.3.3
54, 78
Natuurwet- en regelgeving
groen
oranje
2.2.4
57
Archeologie
groen
groen
Beheer en onderhoud
groen
groen
Geohydrologie
groen
groen
Grond
groen
groen
Kabels- en leidingen
groen
groen
Morfologie
groen
groen
Niet Gesprongen Explosieven
groen
groen
Technisch ontwerp
groen
groen
2.2.1
Waarborgen veiligheid
Verbeteren ruimtelijke kwaliteit Ruimtelijke kwaliteit Voldoende draagvlak 2.3.2
Goed besluit
Goede uitvoerbaarheid
Goede projectbeheersing Archief
groen
Geo-informatie
groen
groen
Grondverwerving en vastgoed
groen
groen
2.3.4
Kosten
rood
groen
2.3.5
Markt & Aanbesteding
groen
groen
2.2.5
Planning
rood
rood
Risicomanagement
groen
groen
Projectorganisatie
groen
oranje
36, 88
2.2.6 2.2.7
5
Opmerking: De indicator Kosten is voor T2 2009 met terugwerkende kracht rood gemaakt vanwege het gat tussen de in de T2-rapportage genoemde 112,4 M€ en de 85,8 M€ uit de raming.
Groen: Op basis van de huidige situatie en informatie is de verwachting dat het product conform de te beheersen aspecten (tijd, geld, scope, kwaliteit, omgeving, informatie, risico’s ) kan worden gerealiseerd. Oranje: Op basis van de huidige situatie en informatie is de verwachting dat het product op termijn conform de te beheersen aspecten kan worden gerealiseerd. Op het moment van rapporteren zijn er beperkingen ten opzichte van de gewenste situatie. Rood: Op basis van de huidige situatie en informatie is de verwachting dat het product niet conform de te beheersen aspecten kan worden gerealiseerd. Op het moment van rapporteren is overleg hieromtrent met de PDR van belang.
6
2.2
Toelichting oranje/rood
In deze paragraaf wordt een toelichting gegeven op de oranje en rode onderwerpen uit het dashboard. Naast de stand van zaken worden de relevante risico‟s omschreven, met een vooruitblik van beheersmaatregelen. Eventuele facilitering die vanuit PDR nodig is , wordt benoemd.
2.2.1
Algemeen (T2: oranje –>T3: oranje)
De voortgang van het project heeft in verslagperiode een behoorlijke deuk op gelopen als gevolg van de vertraging in de besluitvorming, namelijk het SNIP 2a-besluit van de Staatssecretaris. De integrale visie op de ontwikkeling in de regio werd sterk beïnvloed door discussie over het al dan niet houden van een referendum met betrekking tot de woningbouwopgave in het project IJsselsprong in Zutphen. Het “Alles in 1 keer”-concept is in de verslagperiode ook op andere wijzen ter discussie gesteld. De invloed van discussie over noodzaak en bekostiging in combinatie met de besluitvorming over een bijdrage op basis van de nota Ruimte namen meer tijd dan kon worden voorzien. Voor de voortgang van de PKB aspecten leidde één en ander tot temporisering van de werkzaamheden vooral omdat gebiedsprocessen niet gestart konden worden. Uiteindelijk is, na een substantiële vertraging van het project, op 21 december 2009 het besluit van de Staatssecretaris ontvangen en kon formeel gestart worden met de volgende projectfase.
2.2.2
Communicatie (T2: oranje –> T3: oranje)
Er is in tertiaal 3 een overkoepelende communicatieopzet gemaakt waarin beschreven is hoe de partijen apart, maar toch in afstemming met elkaar kunnen samenwerken /communiceren. Deze opzet is gemaakt nav interviews met projectleiders van de diverse opgaven, en met de communicatieadviseurs van de deelnemende partijen. Bij de totstandkoming van de BSOK blijkt echter geen budget beschikbaar te zijn voor een communicatiefunctie op het programmabureau IJsselsprong (eerder was hiervoor 32 uur beschikbaar). Zonder bemensing op het programmabureau is afstemming tussen de partijen nog ingewikkelder dan het al was en is de geschreven communicatieopzet zeker niet haalbaar. Rece nte voorbeelden: een nieuwsbrief waarmee een start was gemaakt maar die werd uitgesteld, het persbericht van december dat inhoudelijk niet goed was afgestemd met de partijen. Zie paragraag 2.2.3 voor de inhoudelijke component van communicatie.
2.2.3
Bestuurlijk en maatschappelijk draagvlak (T2: oranje -> T3: oranje)
Bestuurlijk draagvlak Zoals in paragraaf 2.3.1 beschreven staat, is het besluit van de staatssecretaris over SNIP 2a in goede aarde gevallen en is het bestuurlijk draagvlak hiermee toegenomen. Ook is de BSOK door de dagelijkse besturen vastgesteld. Op basis hiervan is voor de blauwe opgave bestuurlijk gezien draagvlak voor de uitvoering van de maatregelen. Hierbij wordt uiteraard wel op de in de gemeenteraad van Zutphen aanwezige oppositie geduid, die tegen de inzet van de Tichelbeeksewaard is, indien dit ten koste gaat van de reservering.
7
Maatschappelijk draagvlak In tegenstelling tot tertiaal 2, zijn we in tertiaal 3 juist veel met betrokkenen in contact geweest. Op sommige fronten zijn positieve resultaten geboekt, maar het is zeker te vroeg om het dashboard aan te passen van oranje naar groen. In september zijn we begonnen met het gebiedsproces om tot SNIP3 te komen. We hebben dit in meerdere sessies gedaan, waarbij we onderscheid hebben gem aakt tussen bewoners/gebruikers, eigenaren en belangengroepen. Sessie 0: proces en plan van aanpak (informerende sessie), september 2009. Tijdens deze sessie hebben we met de mensen gedeeld hoe wij naar een SNIP3 ontwerp komen en dat wij hierbij de input van de aanwezigen vragen. Sessie 1: wensensessie (interactieve sessie) oktober 2009. Bezoekers konden wensen laten intekenen op de plankaart en vragen werden genoteerd. Ook schriftelijke reacties zijn verzameld. Om efficiënt aan het werk te kunnen, ontving men voorafgaand aan de wensensessie een documentatieset waarin de te bespreken onderwerpen met voorbeelden waren opgenomen. Gebiedsproces Tijdens sessie 0 waren de bezoekers voornamelijk cynisch over de gekozen aanpak van het waterschap. Men heeft het idee dat we niets gaan doen met de input. Bovendien heeft men al eerder input gegeven en nu vragen we opnieuw of men mee wil denken. Bij sessie 1 bleek echter, dat de bezoekers goed hadden nagedacht over de inrichting van het gebied. De vooraf toegestuurde documentatiesets waren bestudeerd en men gaf meestal goede, bruikbare reacties. De grote tegenstanders van de dijkverleggingen hebben –geheel tegen de verwachting inook meegetekend en hun ideeën zeer gedetailleerd duidelijk gemaakt. De genoteerde vragen van sessie 0 zijn beantwoord en teruggekoppeld. De vragen uit sessie 1 zijn verzameld en uitgezet bij deskundigen om te worden beantwoord. De schets -tekeningen zijn door ontwerpers meegenomen en worden vertaald in enkele ontwerpvarianten. In januari g aan we verder met de terugkoppeling.
2.2.4
Natuurwet- en regelgeving (T2: groen –> T3: oranje)
Dit onderdeel blijft een onzekere factor in het proces. Overleg met LNV en provincie geven richtlijnen en procestappen om te komen tot een vergunbare situatie. Wel is en blijft duidelijk, dat dit onderdeel voor wat betreft Natura2000 en Flora en Fauna een risico is voor het project. Dit risico zit „m voornamelijk in vertraging van de projectbeslissing (risico 57). Dat dit onderdeel in T2 nog op groen stond heeft meer te maken met een andere inschatting van dit onderdeel (onderschatting orde van grootte risico´s), dan dat de omstandigheden gewijzigd zijn. Vandaar dus de wijziging van groen naar oranje.
2.2.5
Planning (T2: rood –> T3: rood)
In T2 is gerapporteerd dat de bij het SNIP 2A-advies ingediende deterministische projectplanning probabilistisch gezien geen reële planning is. Uitkomsten uit de PPI-sessies wezen uit dat de streefplanning 2015 nagenoeg (met trefkans 0%-5%) niet haalbaar is. Bij een trefkans van ca 85% is een streefdatum in maart 2018 reëel. Uitkomsten van PPI sessies voor maatregelen in planstudiefase,
8
met zeer rudimentair opgestelde uitvoeringsplanning, moeten echter ook met de nodige voorzichtigheid worden geïnterpreteerd. In het T2 gesprek is tevens afgesproken dat risico‟s die met een aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid in de planning worden opgenomen. De projectplanning is naar aanleiding van onder andere de aanbesteding van adviesdiensten geactualiseerd. De verwachte doorlooptijd voor beroepsprocedures van 6 maanden is in de projectplanning opgenomen. In deze planning wordt nog steeds gebruik gemaakt van een aantal kritische aannames ten aanzien van gedeeltelijk parallelle trajecten. Deze betreffen richtlijnen MER/start ontwerptraject, administratieve grondonteigeningsprocedures/start uitvoering en afstemming met PDR/DGW over marktbenaderingstrategie/gunning uitvoeringscontract. De komende raadsverkiezingen zullen naar verwachting ook de deze kritische planning belasten. Deze haalbaarheid van deze planning zal, bij een gelijkblijvende trefkans, naar verwachting niet beter scoren dan de laatste planning van T2. Dit heeft te maken met de genoemde kritische aannames en het niet wezenlijk veranderde risicoprofiel. NB. Concrete mutaties van planning respectievelijk risico‟s op tijd worden bij betreffende onderwerpen gerapporteerd.
2.2.6
Projectorganisatie (T2: groen –> T3: oranje)
Eind oktober 2009 maakte DLG bekend zich per 01 januari 2010 terug te trekken uit het projectteam Cortenoever – Tichelbeeksewaard – Voorsterklei. Naast de directe inbreng van de Technisch manager in het projectteam zal ook de ambtelijke ondersteuning uit de organisatie van DLG beëindigd worden. Voor de invulling van ca 17 personen die in het tweede tertiaal ruim 1.600 uur besteedden aan dit project moet een andere oplossing gezocht worden. Dit geplaatst naast de druk op het projectbureau om de externe inhuur te vervangen door een interne invulling van uit het waterschap Veluwe is aanleiding de opbouw van de projectorganisat ie welk juist goede vorm kreeg een negatief oordeel mee te geven. Omdat deze aanpassing van de projectorganisatie gelijk valt met de overgang naar een nieuwe projectfase zien wij kansen een en ander gedeeltelijk op te vangen na de nieuwe opdrachtverlening in het kader van de lopende aanbesteding adviesdiensten.
2.2.7
Archief (T2: groen –> T3: leeg)
Het archief heeft geen kleur gekregen in het dashboard omdat alle drie de kleuren mogelijk zijn, afhankelijk van de gestelde eisen aan een archief. Zien wij het archief als het dynamische geheel aan documenten waarmee het projectbureau werkt, dan is groen de gepaste kleur. Alle documenten worden centraal opgeslagen, op een geüniformeerde manier, toegankelijk voor de leden van het projectbureau (en niet daar buiten). Als de archiefwet als uitgangspunt wordt genomen, scoort dit onderdeel rood. De reden hiervoor is dat het huidige archief niet voldoet aan de eisen van de archiefwet. Zo hanteren wij een actueel digitaal archief en in mindere mate een papieren archief. Ook aan eisen conform de opslag van het archief (geen nietjes, brandwerende kast) voldoet ons huidige papieren archief niet. Telefoongesprekken worden niet of nauwelijks genotuleerd. Ons voorstel is dat het projectbureau blijft werken op een pragmatische ma nier waarbij het huidige prima functionerende digitale archief het leidende werkarchief wordt. Hierin vindt onder andere ook
9
versiebeheer plaats, en worden officiële documenten voorzien van een registratienummer. Na afronding van het project zal er éénmalig bij afsluiting een papieren archief worden samengesteld.
10
2.3
Toelichting GROEN
In deze paragraaf wordt een toelichting gegeven op de groene onderwerpen uit het dashboard, mits van toepassing. Dit zijn in ieder geval de onderwerpen die in T2 2009 nog niet groen waren, maar ook de onderwerpen die wel groen zijn maar extra toelichting behoeven. Naast de stand van zaken wordt het verschil met de vorige periode aangegeven relevante risico‟s omschreven, met een vooruitblik van beheersmaatregelen. Eventuele facilitering die vanuit PDR nodig is wordt benoemd.
2.3.1
Projectbesluit
Na de verzending van het SNIP 2a voorstel in juni 2009 heeft het nemen van een besluit over deze producten ruime vertraging opgelopen als gevolg van de integrale project benadering in h et kader van de IJsselsprong. Immers discussie met betrekking tot het al of niet rechtmatig aanbieden van het regionale voorstel “Alles in 1 keer” is in verslagperiode op diversen wijzen ter discussie gesteld. Het bekendste voorbeeld hiervan is de discussie met betrekking tot het al of niet houden van een referendum in de gemeente Zutphen. De reactie op de bevindingen notitie van de PDR is in deze periode reeds gewerkt aan het optimaliseren van de SNIP 2a producten en het anticiperen op de nadere uitwerking hiervan in de volgende fase. Uiteindelijk is op 21 december 2009 het besluit van de Staatssecretaris ontvangen en kon formeel gestart worden met de volgende projectfase. Naast het reactie op het SNIP 2a voorstel gaf het besluit van de staatsecretaris ook richting aan de discussie over robuustheid en mogelijke optimalisatie buiten het projectgebied ( Marswaard)
2.3.2
Inpassing in regionaal beleid en rijksbeleid (T2: oranje –> T3: groen)
In december 2009 hebben de publieke partners in de stuurgroep IJsselspro ng ingestemd met de Bestuursovereenkomst IJsselsprong (in vervolg BSOK). In de BSOK zijn onder andere afspraken gemaakt over de door de verschillende bevoegde gezagen te leveren maximale inspanningsverplichting om zo spoedig mogelijk de benodigde besluiten voor het plan IJsselsprong te nemen. Als eerste planonderdeel zal de zogenaamde blauwe opgave starten (Cortenoever, Voorsterklei en Tichelbeeksewaard (Breed Water Zutphen). Begin 2010 hebben dagelijkse besturen van de gemeenten, provincie en waterschap ingestemd met de BSOK. Eind januari/begin februari 2010 zullen de gemeenteraden, provinciale staten en het algemeen bestuur van het waterschap de BSOK vaststellen. Het besluit van het kabinet (27 november 2009) om € 20 miljoen aan Breed Water te Zutphen (Tichelbeeksewaard; korte smalle geul) te oormerken vanuit de nota Ruimte -gelden is in de stuurgroep en bij de publieke partners van het project IJsselsprong in goede aarde gevallen. Ditzelfde geldt voor het besluit van de staatssecretaris van 22 december 2009 over het ingediende Voorstel IJsselsprong en de SNIP2a-producten. Ondanks het niet overnemen van het verzoek om de Marswaard in te zetten om een optimalisatie in de Voorsterklei te verkrijgen is door het dagelijks bestuur van de gemeente Voorst positief gereageerd om wel andere optimalisaties in de Voorsterklei te onderzoeken. Op 16 december 2009 hebben provinciale staten ingestemd met de Wro -coördinatieregeling voor de blauwe opgave van het project IJsselsprong. Door deze coördinatieregeling ontstaat vo or de vijf hoofdvergunningen en het bestemmingsplan een rechtstreeks beroep bij de Afdeling
11
bestuursrechtspraak, waardoor een half jaar tijdswinst wordt geboekt (in de planning), ten opzichte van de situatie waarin wel rekening wordt gehouden met lange procedures.
2.3.3
Juridische zaken en vergunningen (T2: oranje –> T3: groen)
Met verwijzing naar paragraaf 2.3.2 is duidelijk, dat door middel van de BSOK en het besluit van provinciale staten, men zich bestuurlijk wil inspannen om de benodigde besluiten gecoördineerd voor de blauwe opgave te nemen. De colleges van burgemeester en wethouders hebben vooraf met het besluit van provinciale staten ingestemd. Een van de grootste risico‟s voor de planning in dit project is als er een bezwaar/beroepsprocedure komt tegen besluiten en vergunningen in de planvormingsfase, tot aan de Raad van State (risico 54). Ook houden we ernstig rekening met bezwaar tegen uitvoeringsvergunningen zoals de kapvergunning (risico 78). De vertragingen hierdoor kunnen enorm oplopen, maar tegelijk kan door middel van goed risicomanagement, waaronder de vergunningscoördinatie bij de provincie, gepoogd worden de vertraging te beperken.
2.3.4
Grondverwerving en vastgoed (T2: groen –> T3: groen)
Er is een overleg met de gemeente Zutphen geweest om te bepalen of het gerucht dat de gemeente Zutphen de gronden niet omniet ter beschikking stelt aan het project, op waarheid gebaseerd is ( risico 36). In het gesprek is dit in primo bevestigd en is een vervolgafspraak gemaakt. Algemeen: Met de beslissing van de Stas over het VKA op 21 december 2009 is een formele stap ontstaan om gerechtigden in het gebied actief te benaderen. Tot deze datum is reactief actie ondernomen op vragen uit de PKB-gebieden. Onderscheid wordt gemaakt tussen bebouwde en onbebouwde percel en. Omdat de ingreep bij bebouwde percelen (verondersteld) een grotere en zwaardere impact heeft op het normale leven krijgen deze een hogere aankoopprioriteit. De duur om vervangende huisvesting te zoeken en bijbehorende aankoopprocessen bezitten eveneens een langere doorloopperiode. Verder is van belang dat bij onbebouwde percelen de nauwkeurigheid van het kaartmateriaal een rol speelt. Kleine verschuivingen van het dijklichaam en profielkeuze bepalen de uiteindelijk benodigde oppervlakte. Tendens: De gesprekken die momenteel worden gevoerd kennen een positieve grondhouding. Hierbij dient wel in ogenschouw te worden genomen dat dit veelal gesprekken zijn die nog op verzoek van de wederpartij zijn/worden gevoerd. De verwachting is dat partijen die binnenk ort voor het eerst worden benaderd zich neerleggen bij de ingreep en hopen op een goede schadeafwikkeling.
2.3.5
Markt en aanbesteding (T2: groen –> T3: groen)
Voor de wijze waarop contractering met het Ingenieursbureau plaatsvindt, hebben in 2009 enkele gesprekken met PDR plaatsgevonden. Mede op suggestie van de PDR en om kansen vanuit de markt, in uitvoeringstechnisch opzicht zoveel mogelijk te benutten, is daarbij geanticipeerd op innovatieve contractering met de aannemer. Ook in het concept contract met het ingenieursbureau is daarvoor ruimte opengehouden door het concept contract in de vorm van een raamovereenkomst met 5 deelopdrachten in te kleden. Deelopdracht 5 binnen deze deelopdracht strekt zich uit tot
12
advieswerkzaamheden gedurende de uitvoeringsfase van het werk en is gebaseerd op Systeemgerichte contractbeheersing, waarbij het ingenieursbureau risicogestuurd zal toetsen. Deze deelopdracht kan, maar hoeft niet onder de raamovereenkomst te worden opgedragen. Aangezien de contractering van het ingenieursbureau zijdelings van invloed is op de marktbenaderingsstrategie, is de tijd thans rijp om hierop de komende tijd tot aan het einde van dit jaar 2010 aandacht aan te besteden. Willen we oplevering in 2015 halen dan is daarbij van groot belang dat de aannemer zo snel mogelijk wordt betrokken, opdat ook nog uitvoeringskennis of overige optimalisaties waar mogelijk kunnen worden ingebracht. Tijdige betrokkenheid en medewerking van PDR is hierin van belang. Eind 2010 is reeds overleg gevoerd met de PDR om de planning tegen de achtergrond van aanbesteding van de uitvoerende partij te bespreken. Het krappe tijdsschema noodzaakt om de PDR te voeden en betrokken te houden teneinde een succesvolle aanbesteding van de uitvoerende partij in het najaar van 2010 te realiseren. Op dit moment zijn de aanbiedingen van adviesbureaus beschikbaar en een adviesbureau zal naar verwachting binnen afzienbare tijd worden gecontracteerd. Vanuit die hoek is eveneens reeds kenbaar gemaakt dat het belang van tijdige besluitvorming door en betrokkenheid van PDR van groot belang is teneinde het behalen van het beoogde tijdsschema, met een uiteindelijke oplevering voor of uiterlijk december 2015, succesvol te laten zijn. Het Waterschap hoopt voor de komende tijd dan ook met PDR effectief overleg te hebben omtrent de invulling van de contracteringswijze met de aannemer. Een risicosessie met PDR is hiertoe reeds gepland. Voorts is het wenselijk om de betrokkenheid van PDR te agenderen voor het komende half jaar, teneinde: - de tussentijdse resultaten/tussenproducten met PDR terug te koppelen; - medio 2010 de concept SNIP3-producten ter toetsing aan PDR voor te leggen; - de aanbesteding van een uitvoerende partij, mede tegen het licht van 2 bovengenoemde punten, voortvarend te kunnen laten plaatsvinden, opdat: - deze aannemer begin november 2010 aan boord is, en; - de SNIP3-producten zo snel mogelijk nadien definitief kunnen worden gemaakt. Het projectbureau is voornemens om de PDR en DGW beter te gaan betrekken bij de strategie.
2.3.6
Kosten (T2: rood –> T3: groen)
In het kader van SNIP 2A-advies zijn variantenramingen opgesteld. In het SNIP 2A besluit is opdracht gegeven voor het uitwerken van variant 2, zijnde de maatregelen dijkverleggingen in combinatie met een smalle, korte geul in het Tichelbeeksewaard. De bijbehorende (probabilistische) kostenraming voor deze variant bedraagt in totaal 147,2 M€ (+/- 25%, prijspeil 2009, inclusief BTW). De geraamde kosten voor de smalle en korte geul bedragen 29,5 M€ en maken deel uit van de totale r aming. Het laatste bedrag betreft een taakstellend budgetbedrag. Voor de verdere planstudiefase SNIP3 vormen de genoemde variabelen de vigerende referentie. De ramingen voor verwervingskosten zijn aansluitend op indiening advies SNIP 2A in T3 geactualiseerd. Hogere verwervingskosten worden verwacht. In overleg met de PDR worden vigerende kostenramingen binnenkort vastgesteld. NB. Concrete mutaties van kostenramingen respectievelijk risico‟s op kosten worden bij betreffende onderwerpen gerapporteerd.
13
14
3
Exogene risico’s
In deze paragraaf worden de nieuwe/ of nog niet geagendeerde exogene risico beschreven Omschrijving + Risiconr
Oorzaak
Gevolg
54 Onvoldoende planningsruimte voor bezwaarprocedures
Richtlijn PDR ten aanzien van bezwaarprocedure (Exogeen betreft deel richtlijnen PDR)
Onrealistische projectplanning
65 Onvoldoende continuïteit in capaciteit en kwaliteit van de personen in de projectorganisatie
Druk van de PDR om minder inhuur in het projectbureau te hebben Wegvloeiende kennis en ervaring, bijv. DLG
Niet optimale projectvoering, wekprocessen vertragen/suboptimale kwaliteit
78 Er wordt geprocedeerd tegen verlening van enkele uitvoeringsvergunningen waaronder de kapvergunning, waar dit het dijktracé zelf betreft
Door gebrek aan draagvlak bij de omgeving wordt elke gelegenheid aangegrepen te procederen tot aan de RvS. (Exogeen betreft deel richtlijnen PDR)
Uitvoeringswerkzaamheden kunnen later starten; stilleggen werk
88 Onteigeningsprocedure kan niet gestart worden
Uitgangspunt VROM is dat pas gestart kan worden met onteigening nadat het bestemmingsplan onherroepelijk is. Tot nu toe is in de planning uitgegaan van twee parallelle procedures
Gronden zijn niet op tijd beschikbaar - vertraging in principe 18 maanden inclusief Raad van Stateprocedure. Restrisico (excl. RvS, die staat in de planning) is 6 maanden.
96 Bij oplevering SNIP 3 heeft de Tichelbeeksewaard geen status. Het uiteindelijke plan kan hiermee juridisch niet de eindstreep halen.
Tichelbeeksewaard valt niet onder de Pkb.
Imagoschade
Risico‟s 54 en 78 betreffende richtlijnen van PDR ten aanzien van RvS procedures zijn reeds eerder besproken. PDR moet nog uitsluitsel hierover terugkoppelen. In de vigerende planning zijn voor deze procedures doorlooptijden van 6 maanden gehanteerd. Risico 88 was niet eerder gerapporteerd, was echter wel in T2-gesprek besproken.
15
4
Financiën
4.1
Uitgaven project
Uitgavenprognose - Stand van zaken 31/12/2009 (bedragen incl BTW) t/m 2008 Intern personeel Externe inhuur Communicatie Overige uitgaven Meerkosten Breedwater Bijdrage aan plan IJsselsprong Subtotaal SNIP 2A
€ € € € € € €
181.000 657.000 12.000 850.000
2009-T1 € € € € € € €
30.535 226.295 1.531 237.500 495.861
Intern personeel Externe inhuur Communicatie Overige uitgaven Subtotaal Roadmap Totaal Uitgaven
€
Overzicht urenbesteding
850.000
€
t/m 2008
Uren WSV (t/m mei 2009) Uren DLG (t/m mei 2009)
495.861
2009-T2
Totaal
30.535 226.295 1.531 237.500 495.861
€ € € € € € €
134.276 548 300.000 434.824
€ € € € € € €
8.881 50.000 58.881
€ € € € € € €
242.070 1.252.747 15.611 475.000 350.000 2.335.428
€ € € € €
30.039 54.440 84.479
€ € € € €
51.150 142.971 3.596 197.716
€ € € € €
412.482 412.482
€ € € € €
81.189 609.892 3.596 694.677
€
580.340
€
632.540
€
471.363
€
3.030.105
2009-T2
442 744
2009-T3
2010 e.v.
Totaal
67 163
Uren WSV (vanaf juni 2009) Uren DLG (vanaf juni 2009)
NB
2010 e.v.
€ € € € € € €
2009-T1
1.509 2.651
2009-T3
2.018 3.558
323 488
550 1.085
873 1.573
Uren DLG worden NIET meegenomen in kostenoverzicht (worden betaald door PDR)
4.2
Budgetconfrontatie Budgetconfrontatie - Stand van zaken 31/12/2009 (bedragen incl BTW)
Budget/PvA
t/m 2008
2009 T2
T1 CoVo SNIP 2A Scopeuitbreiding Breedwater Verrekening IJsselsprong Subtotaal SNIP 2A Roadmap Reservering SNIP 3 = PM
€
Totaal Budget
€
€
Prognose
2010
Totaal
T3
1.630.000
1.630.000
1.630.000
€
250.000
€
225.000
€
250.000
€ €
225.000 289.286
€
250.000
€
t/m 2008
514.286
€ € €
€
2009 T2
T1
350.000 350.000 385.714
735.714
€
816.000
€ € € € € €
€
816.000
€
€
-
2010
1.630.000 475.000 350.000 2.455.000 675.000 816.000 3.946.000 Totaal
T3
SNIP 2A Roadmap Reservering SNIP 3 = PM
€
850.000
€
495.861
€ €
495.861 84.479
€ €
434.824 197.716
€ € €
58.881 412.482 816.000
€ € €
2.335.428 694.677 816.000
Totaal Prognose
€
850.000
€
495.861
€
580.340
€
632.540
€
1.287.363
€
3.846.105
Verschillen Budget -/- Prognose
€
780.000
€
245.861- €
66.054- €
103.174
€
471.363- €
99.895
NB Budget Roadmap gedeeltelijk akkoord EXCL. Breedwater Roadmap wordt in overleg met PDR met T1 2010 verlengd Reservering SNIP 3 betreft PM, PvA wordt in T1 2010 opgesteld
16
In september 2009 is de PDR gedeeltelijk akkoord gegaan met het plan van aanpak Roadmap voor 675 k€. De ingediende begroting voor de Roadmap bedroeg totaal 1,038 M€. Het verschil tussen de ingediende begroting en de deelgoedkeuring betreft onder andere de tarievendiscussie voor de inzet van interne medewerkers bij het WSV, het voorlopig aanhouden van werkzaamheden met betrekking tot Breedwater en een lager bedrag onvoorzien. Met besluit van de Stas op 21/12/2009 over het doorgaan met de planstudie maatregel Tichelbeeksewaard kan in principe het betreffende budgetonderdeel alsnog worden goedgekeurd. In overleg met de PDR zal in de komende maanden in 2010 het plan van aanpak voor de verdere planstudie en uitvoering voor Cortenoever en Voorsterklei inclusief Tichelbeeksewaard worden opgesteld. Voor de overbrugging van de komende maanden (T1 2010) zal de Roadmap worden verlengd. Binnenkort zal de planning en begroting van de Roadmap inclusief de verlenging worden geactualiseerd. In de verslagperiode is het SNIP 2A advies vastgesteld. De kosten die gemaakt zijn om dit vastgestelde advies voor te bereiden (t/m mei 2009) zijn gemaakt en kunnen thans worden vastgesteld en met opdrachtgever PDR worden afgerekend. In overleg met PDR wordt een afsluitingsprocedure opgesteld, eventueel met een (interne) accountantsverklaring.
17
5
Planning
Mijlpaal SNIP 2A SNIP 3 SNIP 4 SNIP 5 SNIP 6 Oplevering
PvA/Roadmap Q2 2009 Q1 2011 Q4 2011 Q2 2013 Q4 2015 Q2 2016
T3 Q2 2009 Q1 2011 Q4 2011 Q2 2013 Q4 2015 Q2 2016
Onderbouwing mutatie
Legenda Geen afwijking t.o.v. SNIP 2A Afwijking t.o.v. SNIP 2A 1 - 3 maanden Afwijking t.o.v. SNIP 2A > 3 maanden
Bij bovenstaande planning moet worden aangemerkt dat de deterministische planning naar verwachting in grote mate afwijkt van de probabilistische planning. Het verschil hiertussen wordt veroorzaakt door de mogelijke effecten van relatief ingrijpende projectrisico‟s. Gezien de status van de planstudiefase van het project en de rudimentair uitgewerkte uitvoeringsplanning moeten de uitkomsten van de probabilistische planning met de nodige voorzichtigheid worden geïnterpreteerd. Zie voor de uitgangspunten van de planning ook par. 2.2.5. Opgeleverde producten Producten opgeleverd in T3 2009
Producten op te leveren in T1 2010
Gebiedsproces Cortenoever en Voorsterklei Aanbesteding/gunning onderzoeken Roadmap Aanbesteding/gunning Startnotitie MER Voorbereiding aanbesteding adviesdiensten Concept geactualiseerd ASP
Planning/begroting verlenging Roadmap Aanbesteding/gunning adviesdiensten Marktbenaderingstrategie uitvoeringsbestek Gebiedsproces Tichelbeeksewaard Onderzoeken Roadmap Startnotitie MER (Bijdragen) totstandkoming SOK/ROK/PvA
Naast de opgeleverde producten zijn de volgende wijzigingen aangebracht aan bestaande documenten: - reparatie inconsistentie t.a.v. aanwezige en toekomstige vegetatie, woningen en vergravingen in de rivierkundige modellen en ruimtelijke ontwerpen. - gevoeligheidsanalyse Voorsterklei: waterstanddaling en beheerbaarheid - onderzoeksopzet chemisch en fysisch onderzoek - nieuwe hydraulische som Voorsterklei: woningen verwijderd uit Baseline De volgende onderdelen zijn niet uitgevoerd. Hierover betrekken we graag de PDR bij onze keuze/aanpak. - geen alternatieven uitgewerkt in het binnendijkse, noch be-m.e.r.-d voor de geul bij Zutphen - niet indienen en actualiseren van plan MER IJsselsprong.
18
6
Samenvattende actielijst
Onderstaande acties zijn afkomstig uit de concept notulen van het T 2-tertiaalgesprek tussen het projectteam en de PDR.
Risico/ actiepunt nav trimester-gesprek
Actie gedaan
Inhoudelijk doorspreken over marktbenadering tussen projectbureau en PDR
Ja
Inplannen maandelijks informeel contact tussen PDR en projectbureau
Ja
Definitieve verslag T1-gesprek versturen door Marjolijne Herbergs Maken van een nieuwe en realistischere deterministische planning waarin grote risico‟s zijn opgenomen Oplossing vinden (door PDR en projectbureau) voor het wegvallen van DLG en het overdragen van taken van DLG aan de opvolging
Komende acties
Nee Ja
Lopende
19
Bijlagen bij T-rapportage
A.
Gedetailleerde planning (MS Project) (versie dd. 25 januari 2010)
B.
Geactualiseerd risicoregister (versie dd. 25 januari 2010)
C.
Geactualiseerd dashboard in Excel
D.
Verslag vorig Trimester-gesprek
E.
Tabel met een contactoverzicht voor zowel Cortenoever als Voorsterklei
F.
Grondverwervingskaart van Cortenoever
G.
Grondverwervingskaart van Voorsterklei
20