Tentamen Octrooigemachtigden Tentamen Recht Algemeen
20 april 2009 09.45 – 12.45 uur
Korte vragen (8x) Casus (4x)
Korte vragen (8 x)
Vraag 1 Wansink heeft bij de uitvoering van de aan hem door zijn werkgever, Boavista BV, opgedragen werkzaamheden schade veroorzaakt aan het bedrijfspand van Joustra BV. Joustra BV spreekt Boavista BV aan tot vergoeding van de schade die door Wansink is veroorzaakt. Boavista BV wijst aansprakelijkheid van de hand. Zij stelt dat zij niet aansprakelijk is omdat haar geen enkel verwijt treft ter zake van de door haar werknemer Wansink veroorzaakte schade. Boavista BV treft inderdaad geen enkel verwijt. Heeft genoemd verweer van Boavista BV in dat geval kans van slagen?
Vraag 2 Geef gemotiveerd aan of onderstaande stelling juist of onjuist is. Karel heeft Octrooi.CAP B.V. als besloten vennootschap in oprichting (i.o.) ingeschreven bij de Kamer van Koophandel. Deze B.V. i.o. is een rechtspersoon.
Vraag 3 In het bestuursrecht worden beschikkingen onderscheiden in vrije beschikkingen en gebonden beschikkingen. Wat wordt onder een vrije beschikking verstaan? Wat onder een gebonden beschikking?
Vraag 4 Wat is het verschil tussen concrete en abstracte schadevaststelling? Geef van beide een voorbeeld.
Vraag 5 Het Amsterdamse bedrijf Avanti B.V. maakt inbreuk op het Europese octrooi EP1225621B1 van het Parijse bedrijf Bodin S.a.r.l. Het Europese octrooi is geldig in Nederland, Duitsland, België, Frankrijk en Luxemburg. Volgens Bodin S.a.r.l. maakt Avanti BV in al deze landen inbreuk op het Europese octrooi. Geef gemotiveerd aan welk recht de inbreuk beheerst.
Vraag 6 Mogen de lidstaten van de Europese Gemeenschap het 'incorporatiesysteem' hanteren als het gaat om de implementatie van het gemeenschapsrecht in de nationale rechtsorde?
-1-
Vraag 7 Van Dijk BV verkoopt en levert voor € 100.000,- een roltrap ten behoeve van het nieuwe pand van Blokker te Arnhem. In de overeenkomst is bepaald dat de eigendom van de roltrap zal overgaan op het moment dat de koopsom door Blokker volledig is betaald. Kort na de opening van het filiaal gaat Blokker failliet. De koopsom heeft Van Dijk BV niet ontvangen. Kan Van Dijk BV op grond van het eigendomsvoorbehoud afgifte van de roltrap verlangen?
Vraag 8 Wilma, wonende te Arnhem, start een procedure tegen Frederique, wonende in Utrecht. a. Kan al direct worden gezegd welke rechter kennis zal nemen van de procedure: die in Utrecht of die in Arnhem? Wilma meent dat er sprake is van een principiële kwestie en wil de zaak voorleggen aan de Hoge Raad. b. Is dat mogelijk? Wilma wil de procedure zelf voeren. c. Zal de rechter dat toestaan?
-2-
Casus (4 x)
Casus 1
Adam, Amerikaan die in Amsterdam-Zuid woont voor zijn werk, verzamelt antieke horloges. Tijdens een werkbezoek in Brussel ontmoet hij Bernd, een Zwitser woonachtig te Düsseldorf (Duitsland) die eveneens antieke horloges als hobby heeft. Tijdens het gesprek verkoopt Adam aan de hand van een foto een van zijn antieke Franse horloges aan Bernd voor € 3.200,-. Het betreffende horloge ligt ter reparatie bij een juwelier in Maastricht. Bernd vindt dit geen probleem. Adam belt de Maastrichtse juwelier met de mededeling dat Bernd de nieuwe eigenaar is en dat Bernd het horloge op zijn terugreis naar Düsseldorf zal ophalen. a. Heeft hier een geslaagde eigendomsoverdracht plaatsgevonden?
Bij het ophalen wordt Bernd door de juwelier geconfronteerd met de nota van de reparatiekosten: € 1.200,-. Bernd stelt zich op het standpunt dat de overeenkomst betreffende de reparatie tussen Adam en de juwelier tot stand is gekomen en hij daar verder geheel buiten staat. Bernd is nu de nieuwe eigenaar en wil als absoluut rechthebbende het horloge van de juwelier hebben. De juwelier is echter niet van plan om zonder betaling het horloge aan Bernd af te geven. b. Op welk recht beroept de juwelier zich en kan de juwelier dit recht tegen Bernd inroepen?
Mokkend betaalt Bernd de juwelier. Eenmaal thuis in Düsseldorf gaat Bernd zijn nieuwe aanwinst eens goed poetsen. Oeps! Het blijkt geen gouden maar een koperen horloge te zijn, terwijl Adam hem had verzekerd dat het horloge van goud zou zijn. Bernd peinst er niet meer over om de koopprijs te betalen aan Adam. Adam ziet het allemaal anders en wil gewoon de afgesproken koopprijs ontvangen. c. Kan Adam Bernd in Amsterdam voor het gerecht dagen? d. Welk recht zal het gerecht van toepassing verklaren op de koopovereenkomst?
-3-
Casus 2
Oscar Oskamp sluit in maart 2008 een aannemingsovereenkomst met Achterberg Aannemingsbedrijf BV (hierna: ‘Achterberg’). Op grond van deze overeenkomst is Achterberg verplicht om een huis ten behoeve van Oskamp te bouwen op een perceel grond dat eigendom is van Oskamp. Oskamp moet voor de bouw van het huis een prijs van in totaal € 200.000,- (in termijnen) betalen. Het huis dient volgens de aannemingsovereenkomst uiterlijk op 1 april 2009 te worden opgeleverd. Stel: op 1 april 2009 is het huis nog lang niet gereed. Oskamp maakt een kort geding tegen Achterberg aanhangig, waarin hij nakoming vordert (d.w.z. een veroordeling van Achterberg om het huis alsnog per omgaande ‘af’ te bouwen en op korte termijn aan hem op te leveren, zulks op straffe van een dwangsom). Achterberg voert in het kort geding het verweer dat de vordering van Oskamp behoort te worden afgewezen omdat niet eerst een ingebrekestelling aan haar is uitgebracht. a) Heeft dit verweer van Achterberg naar uw mening kans van slagen? Motiveer uw antwoord.
Stel (anders dan hiervoor): op 1 april 2009 is het huis nog lang niet gereed. Oskamp maakt een bodemprocedure tegen Achterberg aanhangig, waarin hij ontbinding van de aannemingsovereenkomst vordert. Achterberg voert in de bodemprocedure het verweer dat de vordering van Oskamp behoort te worden afgewezen omdat niet eerst een ingebrekestelling aan haar is uitgebracht. b) Heeft dit verweer van Achterberg naar uw mening kans van slagen? Motiveer uw antwoord.
Stel: Achterberg voert eveneens het verweer dat de gevorderde ontbinding door de rechtbank moet worden afgewezen omdat haar van de vertraging bij de bouw geen enkel verwijt kan worden gemaakt. De leverancier van de bakstenen is failliet gegaan, waardoor Achterberg naar een andere leverancier op zoek moest. Het heeft haar veel tijd en moeite gekost om een leverancier te vinden die de juiste bakstenen kon leveren. Achterberg kan er daarom in redelijkheid niks aan doen dat de oplevering niet op 1 april 2009 heeft plaatsgevonden. c) Heeft dit verweer van Achterberg naar uw mening kans van slagen? Motiveer uw antwoord.
Stel: de rechtbank ontbindt op vordering van Oskamp de aannemingsovereenkomst. Oskamp had ter zake van de aanneemsom al € 125.000,- aan Achterberg betaald. Het huis is ten tijde van de ontbinding voor ongeveer 65 % gereed. Oskamp stelt dat Achterberg als gevolg van de ontbinding verplicht is om de ontvangen € 125.000,- aan hem terug te betalen. d) Is deze stelling van Oskamp juist en wat kan Achterberg daar eventueel tegen in brengen?
-4-
Casus 3
De Mooy BV is sinds oktober 2008 in onderhandelingen met Wortel BV over de aankoop van een aan Wortel toekomend octrooirecht. De onderhandelingen verlopen traag. Op 3 maart 2009 breekt Wortel BV de onderhandelingen af. De Mooy BV heeft op dat moment in het kader van de onderhandelingen al € 20.000,kosten gemaakt. 1) Kan De Mooy BV deze kosten op Wortel BV verhalen?
Op 12 maart 2009 worden de onderhandelingen tussen partijen hervat en op 24 maart 2009 komen zij alsnog tot overeenstemming. Namens Wortel BV is de overeenkomst getekend door Dr. H.P. van Dijk, algemeen directeur van de vennootschap. Op 30 maart 2009 ontvangt De Mooy BV het bericht dat Wortel BV zich niet gebonden acht aan de overeenkomst omdat Dr. H.P. van Dijk niet bevoegd was de besloten vennootschap te vertegenwoordigen. Dit blijkt inderdaad zo te zijn. 2) Kan De Mooy BV Wortel BV aanspreken tot nakoming van de overeenkomst? 3) Kan De Mooy BV Dr. H.P. van Dijk aanspreken tot nakoming?
Stel dat de uitkomst is dat Wortel BV niet gebonden is aan de overeenkomst en dat daarmee vast staat dat De Mooy BV € 100.000,- schade lijdt. 4) Is Dr. H.P van Dijk jegens De Mooy BV voor deze schade aansprakelijk?
-5-
Casus 4
Begin januari 2009 was Crucell N.V., een vennootschap waarvan de aandelen genoteerd zijn aan de effectenbeurs van Euronext Amsterdam, in gesprek met het Amerikaanse Wyeth over een overname door laatstgenoemde van Crucell N.V. Op 26 januari 2009 publiceerde Crucell N.V. een persbericht op haar website dat deze gesprekken zijn beëindigd (‘Discussions on a Combination of Crucell and Wyeth Discontinue’). 1) Op welke wijze(n) had Wyeth Crucell N.V. kunnen overnemen?
Stel, dat Wyeth vooral geïnteresseerd zou zijn in de ontwikkeling door Crucell N.V. van een bepaald vaccin, MediX, welke ontwikkeling door Crucell N.V. was ondergebracht in de speciaal daarvoor opgerichte besloten vennootschap MediX B.V., waarvan Crucell N.V. alle aandelen houdt. 2) Wat zou het motief van Crucell N.V. kunnen zijn geweest om de ontwikkeling van MediX onder te brengen in een speciaal daartoe opgerichte besloten vennootschap?
3a) Op welke wijze(n) zou Wyeth aandelen kunnen verkrijgen in MediX B.V.?
3b) Welke wijze van Wyeth’s deelname verdient de voorkeur, bezien vanuit MediX B.V.?
Stel, op een bepaald moment houdt Wyeth 51% van de aandelen in MediX B.V. Gelet op de statutaire inrichting kan Wyeth daarmee controle uitoefenen in de algemene vergadering van aandeelhouders van MediX B.V. De directeuren van MediX zijn nog Nederlanders met ‘Crucell-bloed’ in de aderen. Wyeth wil het R&D-beleid van Medix B.V. wijzigen, er moet volgens hen veel meer output worden geleverd, en instrueert via de algemene vergadering van aandeelhouders het bestuur (de directeuren) tot bepaalde wijzigingen over te gaan. De directeuren van MediX B.V. voelen hier niets voor. 4) Zijn de directeuren van Medix B.V. gehouden de instructie van de algemene vergadering op te volgen?
-6-