TIPS VOOR BEGINNENDE BEELDENDE KUNSTENAARS
O M K A D E R I N G VA N D E K U N S T P R A K T I J K
BAM, Instituut voor beeldende, audiovisuele en mediakunst
I N H O U D S TA F E L WOORD VOORAF
13
INLEIDING
15
1
17
H oe organiseer je je z elf als kunstenaar ? ( inkomsten en so c iale bes c herming ) 1 J E B E N T PA S A F G E S T U D E E R D : W AT N U ?
19
1.1 VDAB (inschrijven als werkzoekende)
19
1.2 Werkloosheidsuitkering/wachtuitkering
19
1.3 Combinatie werkloosheidsuitkering met inkomsten uit artistieke
21
activiteiten
1.4 Lastenvrije ‘Kleine vergoedingsregeling’
22
1.5 Vrijwilligerswerk
23
2 JE KUNT AAN DE SLAG ALS KUNSTENAAR: J E M A A K T G E B R U I K VA N H E T S O C I A A L S TAT U U T
24
2.1 Inleiding
24
2.2 Een nieuw Sociaal Statuut voor de Kunstenaars
24
2 . 2 . 1 I nleiding
24
2.2.2 WERKNEMER
25
2.2.3 WERKNEMER VIA EEN SBK
26
2 . 2 . 4 Z E L F S TA N D I G E
28
3 RECHTSPERSONEN
31
3.1 INLEIDING
31
3.2 VZW (VERENIGING ZONDER WINSTOOGMERK)
2.3 REGIONALE SUBSIDIES: PROVINCIES
56
2.4 Integratie van kunstwerken in openbare gebouwen
57
2.5 private sponsoring
59
2.6 Fondsen/ Stichtingen
60
32
2.7 Prijzen buitenland
62
3.3 VOF (VENNOOTSCHAP ONDER FIRMA)
35
2.8 Prijzen binnenland
62
3.4 BVBA (besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid)
35
3.5 NV (Naamloze Vennootschap)
36
3 CO-PRODUCTIE
64
4 BELASTINGEN EN FISCALITEIT
37
4 EIGEN INKOMEN
65
4.1 Belastingen op je inkomSTen
37
4.2 Belasting op de Toegevoegde Waarde (BTW)
39
4.1 VERKOOP
65
4.2 inkomsten uit tentoonstellingen of verhuur
65
5 PRODUCTIE
66
6 DOSSIER EN BEGROTING
67
2
43
F I N A N C I E R E N VA N J E W E R K 1 INLEIDING
45
2 EXTERNE GELDBRONNEN
46
2.1 Vlaamse Gemeenschap
47
2.1.1 ONDERSTEUNING BEELDENDE KUNSTEN
47
2.1.2 ONDERSTEUNING AUDIOVISUELE KUNSTEN
49
2.2 VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE
3
75
JE WERK ONTWIKKELEN
54
1 INLEIDING
77
2 OPLEIDINGEN
79
2.1 Voortgezette opleiding binnenland
79
2.2 Voortgezette opleidingen buitenland, met steunmaatregelen voor
83
7 ALGEMENE INFO
4
104
105
JE WERK TONEN
Vlaamse kunstenaars van de Vlaamse Gemeenschap
3 W E R K P L A AT S E N
85
1 INLEIDING
107
3.1 Werkplaatsen in België
85 89
2 TENTOONSTELLING
108
3.2 Buitenlandse werkverblijven voor beeldendE kunstenaars 3.3 Europese Unie, uitwisselingsprogramma voor jonge kunstenaars
94
3.4 Andere werkplaatsen in het buitenland zonder steunmaatregelen
95
2.1 Vertoningscondities: technische fiche
109
voor Vlaamse kunstenaars van de Vlaamse Gemeenschap
3.5 Werkplaatsen in het buitenland voor beeldendE kunstenaars die
2.2 Techniek: materiaallijst en technisch personeel dat de vertoner 96
werken met nieuwe media
4 KUNSTENAARSVERBLIJVEN
98
111
voorziet
2.3 Inhoudelijke context: pers, promotie, educatieve werking
112
2.4 FINANCIËN
113
2.5 Vertonen in het buitenland
115
100
3 U I T G E V E N VA N J E W E R K
119
5 AT E L I E R V O O R Z I E N I N G
101
4 T O N E N E N P U B L I E K M A K E N VA N J E W E R K V I A I N T E R N E T
120
6 K O R T L O P E N D E O P L E I D I N G S I N I T I AT I E V E N : WORKSHOPS EN MASTERCLASSES
123
6.1 Aanbod cursussen en workshops voor professionele kunstenaars
101
5 AUTEURSRECHTEN: V O O R W A A R D E N VA N B E S C H E R M I N G
6.2 Experimentele mediakunst
101
5
127
J E W E R K V E R K O P E N / P R O M O T E N 1 INLEIDING
129
2 WERKEN MET EEN GALERIE
130
3 W E R K E N M E T E E N C U R AT O R
133
4 WERKEN MET EEN AGENTSCHAP 5 W E R K E N M E T E E N A LT E R N AT I E F M A N A G E M E N T B U R E A U
134
136
6
137
7
141
H O E K A N I K M I J N W E R K VA L O R I S E R E N ?
DE KUNSTENAAR, OOK EEN ONDERNEMER 1 INLEIDING
143
2 HET ONDERNEMINGSPLAN
144
2.1 Projectplan
144
2.2 Marketingplan
145
2.3 Financieel plan
148
3 B O E K H O U D I N G E N A D M I N I S T R AT I E
151
8
153
COLOFON
162
N U T T I G E L I N K S / A D R E S S E N / N I E U W S B R I E V E N
13
WOORD VOORAF Het boekje dat u in uw handen houdt, is de tweede en geactualiseerde versie van Tips voor beginnende beeldende kunstenaars, uitgegeven door BAM, Instituut voor beeldende, audiovisuele en mediakunst. De eerste versie van Tips werd uitgegeven in 2005 naar aanleiding van de studie ‘De instroom van jonge beeldende kunstenaars op de kunstmarkt’ (A. Campens, UA, Cultuurmanagement, 2003-2004). Het beleid van minister van Cultuur, Jeugd, Sport en Brussel Bert Anciaux zet zich in om de beeldende kunstensector te professionaliseren. De positie van de kunstenaar wordt alsmaar belangrijker in zijn beleid. Om tot een meer professionele beeldende kunstensector te komen, is het noodzakelijk de jonge kunstenaar te helpen en wegwijs te maken in het boeiende, maar soms complexe landschap van de kunsten. Hoewel in het huidige Hoger Onderwijs steeds meer aandacht wordt gegeven aan de stappen naar een leven als professionele beeldende kunstenaar (productie, het opbouwen van een curriculum, enz.), blijft er nog een zekere leemte bestaan. Kunstenaars werken dikwijls alleen en het is niet altijd even eenvoudig om alle administratieve, juridische en financiële aspecten van het maken en tonen meteen onder de knie te krijgen. Een leidraad op zakelijk, juridisch en organisatorisch vlak is hierbij een welkom hulpmiddel. BAM achtte het daarom noodzakelijk om een vernieuwde versie van Tips uit te geven met geactualiseerde informatie. Het Kunstenloket heeft bijgedragen om op juridisch vlak de puntjes op de i te zetten. Het actualiseren van een handleiding is een continue taak. Het spreekt voor zich dat de mogelijke toekomstige wijzigingen op welk vlak dan ook voortdurend worden aangepast op de websites van BAM (www.bamart.be) of van het Kunstenloket (www.kunstenloket.be). Voor vragen, twijfels, of bijkomende informatie of documentatie kan je ons vrijblijvend contacteren.
15
INLEIDING Je studeert af en je wilt op een professionele manier kunst maken. Of je bent al een tijdje werkzaam als kunstenaar en je wilt niet meer in halfslachtige statuten of schemerzones werken. ‘Professioneel’ betekent niet alleen dat je je in hoofdzaak bezighoudt met het maken van kunst. Het betekent ook dat je kunst tracht te creëren binnen het sociale systeem van arbeid, belastingen, verzekering, en sociale bescherming; binnen legale overeenkomsten met partners zoals coproducenten, tentoonstellingsorganisatoren, kopers of schrijvers; en binnen het systeem van ondersteuning dat de verschillende overheden je kunnen bieden. Het is dus niet alleen belangrijk om aandacht te hebben voor de ontwikkeling van een artistiek concept, voor het realiseren van werk en voor de ontwikkeling van een persoonlijke kunstpraktijk. Het is eveneens belangrijk om op de hoogte te zijn van de zakelijke, administratieve en praktische kanten van het kunstenaarsberoep. BAM, Instituut voor beeldende, audiovisuele en mediakunst biedt je daarom deze brochure met praktische tips en adressen aan onder het motto: ik studeer af als beeldende kunstenaar of ik ben een beginnende beeldende kunstenaar en ik wil mijn werk maken, mijn werk verder ontwikkelen, mijn werk tonen, mijn werk verkopen, mijn werk valoriseren; en dit binnen een administratief en juridisch kader.
1
Tip HOE ORGANISEER JE JEZELF ALS KUNSTENAAR? (INKOMSTEN EN SOCIALE BESCHERMING)
p15-40
GANISEER ELF ALS ENAAR?
(INKOMSTEN EN SOCIALE BESCHERMING)
(INKOMSTEN EN SOCIALE BESCHERMING)
Tip
Tip
Tip
HOE ORGANISEER JE JEZELF ALS KUNSTENAAR?
(INKOMSTEN EN SOCIALE BESCHERMING)
HOE ORGANISEER JE JEZELF ALS KUNSTENAAR?
ip
GANISEER ELF ALS ENAAR?
1
Tip
(INKOMSTEN EN SOCIALE BESCHERMING)
HOE ORGANISEER JE JEZELF ALS KUNSTENAAR?
(INKOMSTEN EN SOCIALE BESCHERMING)
Tip
HOE ORGANISEER JE JEZELF ALS KUNSTENAAR?
(INKOMSTEN EN SOCIALE BESCHERMING)
HOE ORGANISEER JE JEZELF ALS KUNSTENAAR?
19
J E B E N T PA S A F G E S T U D E E R D : W AT N U ?
Tip Tip
GANISEER ELF ALS ENAAR?
H F D S T 1 : H oe organiseer je je z elf als kunstenaar ?
Tip Tip
ip
Tip
Tip
Tip
(INKOMSTEN EN SOCIALE BESCHERMING)
HOE ORGANISEER JE JEZELF ALS KUNSTENAAR?
(INKOMSTEN EN SOCIALE BESCHERMING)
1.1 VDAB (inschrijven als werkzoekende)
De allereerste stap die je moet ondernemen wanneer je bent afgestudeerd, is je opgeven als werkzoekende. In Vlaanderen dien je je meteen in te schrijven bij de Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling (VDAB) om recht te hebben op een wachtuitkering. Je kunt je inschrijven via de website www.vdab.be, op het nummer 0800/30 700 (elke werkdag van 8 tot 20 uur) of in het plaatselijke VDABkantoor. Je krijgt hier dan achteraf een bewijs van inschrijving (A23). In het Brussels Hoofdstedelijk Gewest schrijf je je in bij de Brusselse Gewestelijke Dienst voor Arbeidsbemiddeling (BGDA).
M E E R I N F O R M AT I E ? www.vdab.be www.bgda.be
Tip
Tip
Tip
HOE ORGANISEER JE JEZELF ALS KUNSTENAAR?
(INKOMSTEN EN SOCIALE BESCHERMING)
HOE ORGANISEER JE JEZELF ALS KUNSTENAAR?
ip
GANISEER ELF ALS ENAAR?
ip
HOE ORGANISEER JE JEZELF ALS KUNSTENAAR?
1.2 Werkloosheidsuitkering/WACHTUITKERING
Wachttijd, studentenjob, vakantiewerk
Tip
Tip
Tip
(INKOMSTEN EN SOCIALE BESCHERMING)
HOE ORGANISEER JE JEZELF ALS KUNSTENAAR?
(INKOMSTEN EN SOCIALE BESCHERMING)
Tip
Tip
Tip
HOE ORGANISEER JE JEZELF ALS KUNSTENAAR?
(INKOMSTEN EN SOCIALE BESCHERMING)
HOE ORGANISEER JE JEZELF ALS KUNSTENAAR?
Tip
Tip
Tip
Om recht te hebben op een wachtuitkering moet je eerst een wachttijd doorlopen hebben. De wachttijd wordt uitgedrukt in werkdagen, zaterdagen meegerekend. Tijdens je wachttijd heb je geen uitkering, het is de tijd die je moet doorlopen voor je een wachtuitkering kan krijgen. In deze periode moet je beschikbaar zijn voor de arbeidsmarkt. De duur van de wachttijd wordt bepaald door de leeftijd op het moment waarop je een uitkering aanvraagt (min. 155 en max. 310 werkdagen). Indien je al voor het begin van je wachttijd hebt gewerkt, worden die dagen van je wachttijd afgetrokken.
H F D S T 1 : H oe organiseer je je z elf als kunstenaar ?
20
21
Als je bent ingeschreven bij de VDAB, kan je ook nog aan de slag als jobstudent of vakantiewerk uitoefenen na je studies. Hou er wel rekening mee dat je wachttijd dan wordt verlengd met de duur van je vakantiewerk als je niet meer dan 23 dagen hebt gewerkt. (Dit komt omdat je tijdens deze periode geen sociale zekerheidsbijdragen betaalt als jobstudent.) De einddatum van de wachttijd wordt bepaald door de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening (RVA). Surf naar www.rva.be en klik op ‘Wachttijd schoolverlaters’ om zelf je wachttijd te berekenen. Sociale rechten
Tijdens je wachttijd (als je niet werkt) krijgen je ouders als je jonger bent dan 25 jaar nog steeds kinderbijslag en via hen blijf je verzekerd tegen ziekterisico’s (d.w.z. dat door hun ziekenfonds de ziektekosten worden terugbetaald). De VDAB bezorgt het attest van inschrijving rechtstreeks aan het kinderbijslagfonds of stuurt het op naar jouw thuis. Heb je werk gevonden of is de wachttijd voorbij, dan moet je je persoonlijk aansluiten bij een ziekenfonds.
LEEFTIJD
A A N TA L D A G E N
REFERTEPERIODE
Je arbeidsprestaties als werknemer komen in aanmerking, ongeacht of je als werknemer een artistieke activiteit of een niet-artistieke activiteit hebt verricht. Arbeidsprestaties verricht als zelfstandige komen niet in aanmerking om tot de werkloosheid te worden toegelaten.
M E E R I N F O R M AT I E ? www.rva.be www.vdab.be
1.3 Combinatie wachtuitkering / werkloosheidsuitkering met inkomsten
Na de wachttijd (wachtuitkering)
Heb je na je wachttijd geen werk, dan kan je een wachtuitkering aanvragen. Hiervoor moet je het formulier C109/art.36 door je school én de VDAB laten invullen. Werkloosheidsuitkering
Om recht te hebben op een werkloosheidsuitkering moet je een bepaald aantal dagen loondienst hebben verricht. Het aantal vereiste arbeidsdagen of gelijkgestelde dagen om toegang te krijgen tot de werkloosheid verschilt naargelang je leeftijd:
uit artistieke activiteiten
Kunstenaars (schilders, beeldhouwers, dansers, muzikanten, schrijvers, …) die uitkeringsgerechtigd zijn kunnen hun inkomsten (let op: dit zijn de netto-belastbare inkomsten, anders dan loon) van max. 3.722,16 euro per jaar combineren met een uitkering. De twee belangrijkste voorwaarden om een werkloosheidsuitkering te kunnen combineren met een inkomen als kunstenaar zijn: 1 De RVA (Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening) inlichten. Je dient aangifte te doen van je artistieke activiteit via het formulier C1 Artiest. 2 Het bedrag niet overschrijden, anders wordt de uitkering evenredig verminderd.
H F D S T 1 : H oe organiseer je je z elf als kunstenaar ?
22
23
OPGELET! Als kunstenaar moet je wel beschikbaar blijven voor de arbeidsmarkt en bijgevolg passende jobaanbiedingen aanvaarden. Tenzij je tijdens de voorgaande 18 maanden ten minste 156 arbeidsdagen artistieke arbeidsprestaties kunt aantonen (als loontrekkende). Enkel in dit geval kun je een aangeboden dienstbetrekking in een niet-artistiek beroep weigeren.
OPGELET! De RVA inlichten is niet voldoende. Je mag niet vergeten om na te gaan of je op je inkomsten uit je artistieke activiteit belastingen en sociale bijdragen moet betalen.
M E E R I N F O R M AT I E ? www.rva.be
artistieke werken’ wordt verstaan ‘de creatie en/of uitvoering of interpretatie van artistieke oeuvres in de audiovisuele en de beeldende kunsten, in de muziek, de literatuur, het spektakel, het theater en de choreografie’. Met andere woorden, zowel de scheppende activiteiten (bv. componeren van muziek) als de uitvoerende artistieke activiteiten (bv. het geven van een optreden) vallen onder deze regeling. Per jaar mag het vrijgestelde bedrag niet hoger zijn dan 2.138,70 euro. Het aantal dagen waarop achtereenvolgens bij dezelfde opdrachtgever een beroep wordt gedaan op de kleine vergoedingsregeling mag niet hoger dan 7 dagen zijn. Zolang de kunstenaarskaart nog niet beschikbaar is, moet je voorlopig werken met een verklaring op eer (zie www.kunstenloket.be, klik ‘Documenten en tools’). De ‘kleine vergoedingen’ worden voortaan beschouwd als een vergoeding voor kosten die niet moeten worden bewezen.
Download op www.rva.be formulier C1 Artiest ‘Documentatie’ > ‘Formulieren’ > ‘Per nummer’> ‘C1 Artiest’
M E E R I N F O R M AT I E ? www.kunstenloket.be
Infoblad ‘U bent kunstenaar?’ op: www.rva.be/D_opdracht_W/Werknemers/T074_2/infonl.pdf 1.5 Vrijwilligerswerk 1.4 Lastenvrije ‘Kleine vergoedingsregeling’
(Deze dagen moeten worden aangeduid op de controlekaart, tenzij er toestemming van de RVA is verkregen. Voor deze dagen krijg je geen uitkering.) Kunstenaars (schilders, beeldhouwers, dansers, muzikanten, schrijvers, …) kunnen per jaar 30 dagen een beroep doen op de ‘kleine vergoedingsregeling’. Deze regeling voorziet dat vergoedingen voor artistieke prestaties van maximum 106,94 euro per dag niet worden onderworpen aan sociale bijdragen en belastingen. Onder ‘het leveren van artistieke prestaties en/of het produceren van
(combineerbaar met een werkloosheidsuitkering, mits toestemming van de RVA) Vrijwilligerswerk is slechts toegelaten indien het gratis is. Dit betekent dat je er geen enkele vergoeding of materieel voordeel voor krijgt. Een vergoeding voor je kosten is mogelijk mits het bedrag de kosten, gemaakt voor de uitvoering van de activiteit, dekt. Forfaitaire kostenvergoedingen worden aanvaard op voorwaarde dat ze door de fiscus als een niet-belastbaar voordeel worden gekwalificeerd. Het wettelijke forfait van 29,05 euro per dag of 1.161,82 euro per jaar wordt door de RVA aanvaard.
H F D S T 1 : H oe organiseer je je z elf als kunstenaar ?
2
25
JE KUNT AAN DE SLAG ALS KUNSTENAAR: J E M A A K T G E B R U I K VA N H E T S O C I A A L S TAT U U T
2.1 Inleiding
Hoe organiseer je jezelf als kunstenaar zodat je op een legale manier inkomsten kan verwerven (uit verkoop van een werk, verhuur van een werk, subsidies) en uitgaven kan doen voor kosten die te maken hebben met je artistieke activiteiten (materiaalkosten, reiskosten, documentatie, enz.)? Er zijn verschillende opties: je kunt werken als werknemer of als zelfstandige of kiezen voor een combinatie. 2.2 Een nieuw Sociaal Statuut voor de Kunstenaars
2 . 2 . 1 I nleiding
Het nieuw sociaal statuut voor kunstenaars is op 1 juli 2003 in werking getreden. Een aantal specifieke regels in de sociale zekerheidswetgeving moeten het de kunstenaar gemakkelijker maken om een sociale zekerheid op te bouwen (bv. kinderbijslag, pensioen, werkloosheidsuitkering, vakantiegeld, enz.). Het basisprincipe is dat elke kunstenaar die ‘een artistieke prestatie levert en/of artistieke werken produceert, in opdracht van een natuurlijk persoon of rechtspersoon en tegen betaling van een loon’ het statuut van werknemer heeft. De kunstenaar kan echter zelf kiezen voor het statuut van zelfstandige indien dit beter bij zijn/haar persoonlijke situatie past. Om artiesten te helpen bij de keuze tussen het statuut van werknemer of zelfstandige, werd de Commissie Kunstenaars opgericht (zie p. 27: meer informatie).
Voor kunstenaars die korte opdrachten vervullen voor verschillende opdrachtgevers (bv. een acteur die bij meerdere theatergezelschappen een rol speelt) werden ‘sociale bureaus voor kunstenaars’ (SBK’s) erkend, die optreden als interimkantoor voor artiesten. Een tijdje later is de kleine vergoedingsregeling in werking getreden. Met deze regeling kan de kunstenaar een kleine vergoeding ontvangen, die vrijgesteld is van sociale bijdragen (sinds 1 juli 2004) en fiscale heffingen (sinds 1 januari 2007) (zie H O O F D S T U K 1 , 1 . 4 L A S T E N V R I J E ‘ K L E I N E V E R G O E D I N G S R E G E L I N G ’ , p. 20).
2 . 2 . 2 W erknemer
Het kunstenaarsstatuut is van toepassing op iedereen die ‘een artistieke prestatie levert en/of artistieke werken produceert’. In de wet wordt een artistieke prestatie en/of een artistiek werk gedefinieerd als ‘de creatie en/of uitvoering of interpretatie van artistieke oeuvres in de audiovisuele en de beeldende kunsten, in de muziek, de literatuur, het spektakel, het theater en de choreografie’. Deze ruime definitie maakt geen onderscheid meer tussen scheppende activiteiten (bv. beeldhouwen) en uitvoerende/ vertolkende activiteiten (bv. acteren, dansen). De definitie maakt eveneens geen onderscheid tussen amateur/professioneel en regelmatig/occasioneel. Indien je toch nog twijfelt of je creatie al dan niet wordt beschouwd als een ‘artistieke prestatie’ of een ‘artistiek werk’, kan je contact opnemen met de Commissie Kunstenaars. Als werknemer gebeuren de artistieke prestaties ‘in opdracht’ (bv. een bedrijf vraagt een kunstenaar om een schilderij te maken voor de inkomhal) en tegen
H F D S T 1 : H oe organiseer je je z elf als kunstenaar ?
26
27
‘betaling van een loon’. Elke vergoeding die wordt toegekend als een vorm van tegenprestatie voor het leveren van een artistieke prestatie en/of artistiek werk, wordt beschouwd als loon. Onkostenvergoedingen worden niet beschouwd als loon.
Verlaging van de loonlast
Als werknemer ben je beschermd tegen een aantal sociale risico’s. Zo heb je bijvoorbeeld recht op gezinsbijslag, pensioen, uitkering bij werkloosheid en arbeidsongeschiktheid, vakantiegeld, ziekteverzekering, enz. Tegenover deze rechten staan uiteraard ook plichten. De plichten bestaan uit het betalen van sociale bijdragen. Deze worden gedeeltelijk betaald door de werknemer (13,07% van het brutoloon) en gedeeltelijk door de werkgever (min. 32,44% van het brutoloon). Om de tewerkstelling van kunstenaars in het werknemersregime te bevorderen, besliste de overheid om een deel van het loon vrij te stellen van werkgeversbijdragen. Dit is 55,67 euro van het bruto dagloon (op voorwaarde dat het minimum brutoloon 60,44 euro/ dag bedraagt) of 7,33 euro van het bruto uurloon (op voorwaarde dat het minimum bruto uurloon 7,95 euro/ uur bedraagt). Deze vrijstelling gebeurt bij elke tewerkstelling. Werkt de kunstenaar op dezelfde dag voor verschillende werkgevers, dan heeft iedere opdrachtgever recht op de vrijstelling.
Deze interimkantoren nemen de rol van werkgever over. Zij zorgen dat de werkgeversverplichtingen worden vervuld en dat de kunstenaar wordt uitbetaald. Niet elke werkgever die een kunstenaar tewerkstelt kan een beroep doen op een SBK. Hij/zij kan dit slechts doen in vier gevallen: 1
2
3
4
Voor de vervanging van een vaste werknemer (bv. een actrice van een theatergezelschap heeft zwangerschapsverlof). Bij tijdelijke vermeerdering van werk (bv. bij de opening van het nieuwe theaterseizoen organiseert een theatergezelschap een happening waarvoor tijdelijk een beroep wordt gedaan op een aantal kunstenaars). Voor de uitvoering van uitzonderlijk werk (bv. een bedrijf organiseert een tentoonstelling om het tienjarig bestaan te vieren).
Of als de levering van een artistieke prestatie en/of de productie van een artistiek werk gebeurt voor een occasionele gebruiker. De ‘occasionele gebruiker’ heeft geen hoofdactiviteit in de artistieke sector en/of stelt geen ander personeel tewerk.
Praktische werking SBK
De kunstenaar en de opdrachtgever bepalen vrij voor welke activiteiten een beroep wordt gedaan op een SBK en voor welke niet. Ze maken afspraken m.b.t. de aard van de opdracht, de duur van de opdracht en de vergoeding.
2 . 2 . 3 W erknemer via een S B K
Wanneer een kunstenaar werkt met verscheidene opdrachtgevers voor telkens korte opdrachten (bv. een muzikant die in één week optreedt in verschillende jeugdhuizen), kan hij/zij een beroep doen op een sociaal bureau voor kunstenaars.
De opdracht moet vooraf (!) worden aangegeven bij het SBK. Het SBK voert dan de patronale verplichtingen uit; de opdrachtgever stort het loon aan het SBK en het SBK betaalt de kunstenaar uit.
H F D S T 1 : H oe organiseer je je z elf als kunstenaar ?
28
29
O pgelet ! Een SBK zorgt niet voor boekingen.
Kostprijs SBK
Bij interimkantoren wordt als werkingskost steeds een bepaald procent bovenop het loon aangerekend. Dit percentage varieert van kantoor tot kantoor. Het is dus raadzaam om vooraf bij de verschillende kantoren te informeren. Op het totaalbedrag (loonkost + administratiekosten) wordt meestal 6% btw aangerekend. Ook bij de SBK’s is de vermindering van de werkgeversbijdragen van toepassing (zie H O O F D S T U K 1 , 2 . 2 . 2 W E R K N E M E R , V erlaging van de loonlast, p. 24).
Erkende SBK’s
van een aantal feitelijke indicatoren zoals een financieel plan, relevante opleiding en /of ervaring, investeringen, personeel in dienst, inkomsten uit een andere beroepsbezigheid, enz. Wanneer de kunstenaar zich vestigt als zelfstandige, moet hij/zij zich aansluiten bij een sociaal verzekeringsfonds en een btw-nummer aanvragen (indien btwplichtig).
Zelfstandigheidsverklaring
De keuze tussen het statuut van werknemer en zelfstandige is niet altijd vanzelfsprekend. Kunstenaars die willen voorkomen dat hun zelfstandigenstatuut achteraf in twijfel wordt getrokken, kunnen bij de Commissie Kunstenaars een zelfstandigheidsverklaring aanvragen. Een dergelijke verklaring is geen verplichting, maar wie ze kan voorleggen zal ontegensprekelijk worden beschouwd als ‘zelfstandige’ tijdens de geldingsduur (= 2 jaar en op eenvoudige aanvraag verlengbaar) en voor de activiteiten waarop de verklaring slaat.
De meeste grote interimkantoren zijn ondertussen erkend als SBK (bv. Randstad, t-interim, Adecco, Payroll, Start People, Vedior, …)
M E E R I N F O R M AT I E ?
Een lijst met erkende SBK’s is terug te vinden op:
COMMISSIE KUNSTENAARS
www.kunstenloket.be
Waterloolaan 77
‘Links’ > ‘Gespecialiseerde dienstverleners’
1000 Brussel 02/509 34 26 (info werknemers)
2 . 2 . 4 Z E L F S TA N D I G E
02/546 40 50 (info zelfstandigen)
[email protected]
Als een kunstenaar ervoor kiest om zelfstandige te worden, moet hij/zij aantonen dat hij/zij ‘socio-economisch onafhankelijk’ is. Dit wordt beoordeeld aan de hand
H F D S T 1 : H oe organiseer je je z elf als kunstenaar ?
30
31
F ederale O verheidsdienst S o c iale Zekerheid
Daoust Interim
www.daoust.be
Eurostation II
Flexpoint
www.flexpoint.be
Victor Hortaplein 40, bus 20
Interpass
www.interpass.be
1060 Brussel
Manpower
www.manpower.be
02/528 60 11 of
Merveille Plus
www.merveille.be www.payroll.be
02/528 60 31
Payroll Services Belgium
[email protected]
Randstad Belgium
www.randstad.be
www.socialsecurity.fgov.be
Ritmo interim
www.ritmo.be
T-Groep
www.t-interim.be
Vedior Interim
www.vedior.be
K unstenloket
Juridische en zakelijke eerstelijnshulp Sainctelettesquare 19, 7de verdieping 1000 Brussel
3
02/204 08 00
[email protected]
RECHTSPERSONEN
www.kunstenloket.be
3 . 1 I nleiding
N I CC
Designcenter Lange Winkelhaak Lange Winkelhaakstraat 26 2060 Antwerpen 03/216 07 71
[email protected] www.nicc.be
De op dit ogenblik erkende S B K ’ s zijn: Actief Interim
www.actief.be
Adecco Personnel Services
www.adecco.be
Asap Interim
www.asap.be
Start People
www.startpeople.be
Er bestaat ook de mogelijkheid om je activiteiten, hetzij als zelfstandige, hetzij als werknemer, onder te brengen in een rechtspersoon. Zo’n rechtspersoon is niet noodzakelijk maar een bijkomende optie. Het is de rechtspersoon die je activiteiten beheert en als tussenpersoon fungeert tussen jezelf als kunstenaar en derden (opdrachtgevers, kopers, tentoonstellingsorganisatoren, coproducenten, subsidiënten, …). Binnen een rechtspersoon heb je de keuze tussen de vereniging zonder winstoogmerk en de handelsvennootschappen.
H F D S T 1 : H oe organiseer je je z elf als kunstenaar ?
32
3 . 2 V Z W ( V E R E N I G I N G Z O N D E R W I N S T O O G M E R K )
Als kunstenaar kan je de zakelijke kant van je artistieke activiteiten onderbrengen in een rechtspersoon. De meest bekende en de meest toegepaste vorm in de culturele sector is de vereniging zonder winstoogmerk, afgekort de vzw. Het is een vereniging van natuurlijke personen of rechtspersonen die een belangeloos doel nastreven. Kerngedachte is dat de vereniging haar leden geen stoffelijk voordeel mag verschaffen. De vzw beschikt over eigen rechtspersoonlijkheid met een vermogen dat losstaat van dat van haar leden. Rechtspersoonlijkheid betekent dat de vzw rechten en plichten heeft. Elk lid van de vzw beschikt over een beperkte aansprakelijkheid, maar moet in principe niets van zijn of haar eigen vermogen investeren om de werking van de vzw mogelijk te maken. Zonder winstoogmerk betekent niet dat er geen inkomsten mogen zijn en dat die inkomsten niet gebruikt zouden mogen worden om kosten te vergoeden en lonen uit te betalen. Als er meer inkomsten zijn dan uitgaven moeten die extra inkomsten aangewend worden voor de doelstellingen waarrond de vzw is opgericht: het maatschappelijke doel. Extra inkomsten kunnen dus niet verdeeld worden onder de leden, of geïnvesteerd worden in zaken die niets met de doelstellingen van de vzw te maken hebben. Je kunt een vereniging oprichten waarin de activiteiten van één kunstenaar worden ondergebracht, maar je kan ook zo’n rechtspersoon oprichten die de artistieke activiteiten van verschillende kunstenaars beheert. Het belangrijkste verschil met het werken als zelfstandige of in loondienst is dat je niet als individu subsidies aanvraagt en kunstprojecten produceert en verkoopt, maar dat het de rechtspersoon is die subsidies aanvraagt en contracten aangaat met vertoners of verkopers van jouw werk, en dat de rechtspersoon die je hebt opgericht op zijn beurt je onkosten vergoedt en je loon uitbetaalt. Op die manier
33
creëer je afstand tussen jezelf en de vereniging, die een welbepaald aantal zaken zal beheren. Zo’n rechtspersoon sluit niet uit dat je zelf ook een statuut hebt: hetzij als vrijwilliger, hetzij als werknemer (bij de vzw), hetzij als zelfstandige. Een rechtspersoon hoeft ook niet alle activiteiten van de kunstenaar te beheren en je kan gerust combineren: een groot project kan je produceren binnen de vzw, maar je kan daarnaast ook een werk verkopen en daarvoor een sociaal bureau voor kunstenaars inschakelen. Zo’n rechtspersoon kan ook niet alles beheren: zo zal de Vlaamse Gemeenschap kunstenaarsbeurzen uitkeren aan de kunstenaar zelf en niet aan een rechtspersoon, omdat die beurzen bedoeld zijn om de kunstactiviteit te continueren of gedurende een langere periode intensief als kunstenaar actief te zijn. Een vereniging zonder winstoogmerk kan worden opgericht door ten minste drie stichtende leden. Een vzw moet uit de Algemene Vergadering (de som van alle leden) een Raad van Bestuur kiezen die verantwoordelijk is voor het beleid van de vereniging. Er is geen startkapitaal nodig. De minimale kost voor de oprichting van een vzw is de kost van publicatie in het Belgisch Staatsblad (in 2007 bedraagt dit 139,03 Euro). De vereniging is pas opgericht na het opstellen van de statuten (een soort grondwet van de vzw met daarin het maatschappelijke doel en de maatschappelijke zetel), na neerlegging op de griffie van de rechtbank van koophandel van de ondertekende statuten door de stichtende leden voor publicatie in het Belgisch Staatsblad, na het verkiezen van bestuurders en het deponeren van de ledenlijst en akten betreffende de benoeming van de bestuurders op de griffie van de rechtbank van koophandel waar de zetel is gevestigd. Met de nieuwe wet voor vzw’s van 2003 wil de overheid de transparantie van de werking ten aanzien van leden én derden verhogen, de openbaarmaking verbeteren, het aanleggen van een dossier voor iedere vzw op de griffie van de rechtbank van koophandel van de plaats van de zetel verplicht maken en een boekhoudkundig kader bieden (zoals een verplicht minimaal boekhoudmodel, het indienen van de jaarrekeningen en het indienen van de ledenlijst).
H F D S T 1 : H oe organiseer je je z elf als kunstenaar ?
34
35
Een andere soort vereniging is de feitelijke vereniging: binnen deze structuur verenigen twee of meer personen zich om een gemeenschappelijk doel te verwezenlijken. Dit kan interessant zijn om samen met andere kunstenaars een éénmalig project of tentoonstelling te organiseren. Het interessante is dat je dit elk moment kan oprichten zonder dat je hier statuten moet voor invullen en dat je de vereniging kan opheffen wanneer je dat wilt. Het fundamentele onderscheid tussen een feitelijke vereniging en een vzw ligt in het feit dat de feitelijke vereniging niet over rechtspersoonlijkheid beschikt. Het recht erkent haar dus niet als drager van rechten en plichten. Zij kan dus geen rechten verwerven op roerende of onroerende goederen en kan geen overeenkomsten afsluiten. Het gebrek aan rechtspersoonlijkheid heeft ook tot gevolg dat de leden met persoonlijk vermogen aansprakelijk zijn voor de schulden van de vereniging. Van zodra de vereniging belangrijke financiële beslissingen neemt, onroerende goederen wil kopen, subsidies wil aanvragen, schenkingen of legaten wil ontvangen of eigen personeel wil aanwerven is het aangeraden een vzw op te richten.
OPGELET! De Vlaamse Gemeenschap geeft structurele subsidies aan een rechtspersoonlijkheid met nietcommercieel karakter, projectsubsidies aan een rechtspersoonlijkheid en kunstenaarsbeurzen zowel aan rechtspersoonlijkheid of aan een natuurlijk persoon.
3 . 3 V O F ( V ennoots c hap onder firma )
De vennootschap onder firma is de eenvoudigste vennootschapsvorm. Het is een zuivere personenvennootschap. De oprichting van een vof kan via een onderhandse akte. Er is een minimum aan formele regels en je hoeft geen notaris in te schakelen. De aandelen zijn niet overdraagbaar aan derden zodat het familiaal karakter gewaarborgd blijft. De boekhoudkundige verplichtingen zijn eenvoudiger dan bij een bvba of een nv. Alle vennoten zijn echter hoofdelijk en onbeperkt aansprakelijk voor de schulden van de vof. Het faillissement van de vof brengt eventueel het faillissement van de vennoten met zich mee. 3 . 4 B V B A ( B esloten V ennoots c hap met B eperkte A ansprakelijkheid )
De bvba is geschikt voor kunstenaars die hun werk beginnen te verkopen. Een bvba heeft, in tegenstelling tot de vzw, als doel winst te maken en het verrijken van de leden of vennoten. De oprichting van de bvba gebeurt bij authentieke akte. De oprichters dienen voorafgaand aan de notaris een financieel plan te overhandigen waarin het kapitaal van de op te richten vennootschap wordt verantwoord. Blijkt nadien dat het kapitaal onvoldoende was voor de voorgenomen activiteiten, dan kunnen de oprichters hiervoor aansprakelijk worden gesteld. Bij de oprichting dient het maatschappelijk kapitaal volledig te zijn geplaatst en het kapitaal van minimum 6.200 euro moet volstort zijn (via inbreng in geld of in natura). De inbrengen in natura dienen steeds volledig volstort te zijn.
M E E R I N F O R M AT I E ? Een zeer praktische brochure over de vzw binnen het kader van deze nieuwe wet werd uitgegeven
V oordelen :
door het Federaal Ministerie van Justitie. Op verzoek te verkrijgen bij
•
•
Belgisch Staatsblad Leuvenseweg 40-42
1000 Brussel of
www.just.fgov.be/img_justice/publications/pdf/64.pdf
Een bvba kan opgericht worden door 1 vennoot. Het vereiste minimumkapitaal is lager dan in een nv.
H F D S T 1 : H oe organiseer je je z elf als kunstenaar ?
4
36
37
BELASTINGEN EN FISCALITEIT 3 . 5 N V ( N aamlo z e V ennoots c hap )
Zoals iedereen moet ook de kunstenaar belastingen betalen. De nv kan handig zijn voor kunstenaars die al een heel goede verkoop hebben. Ook de nv heeft als doel winst te maken en het verrijken van de leden of vennoten. Hoewel de wetgever de vennootschapsvorm van de nv had uitgedacht als ondernemingsvorm voor grotere kapitaalkrachtige ondernemingen, kan de nv ook dienen voor kleine of middelgrote (familiale) bedrijven. Voor het oprichten van een nv is een minimumkapitaal van 61.500 euro nodig: dit bedrag moet op een aparte rekening worden gestort, voor de oprichting van de vennootschap. In geval van inbreng van natura moeten de oprichters een bedrijfsrevisor aanduiden. De bedrijfsrevisor maakt een verslag op waarin hij de toegepaste waarderingsmethode beschrijft alsook een beschrijving weergeeft in natura. Dit wil zeggen dat een kunstenaar zijn werk kan inbrengen in de vennootschap, maar het moet dan wel een waarde van 61.500 euro hebben (dit kan onder andere gecontroleerd worden aan de hand van de verkoopswaarde van het werk).
M E E R I N F O R M AT I E ?
Federale Overheidsdienst Economie, KMO, Middenstand en Energie: mineco.fgov.be
Bij het Vlaams Studie- en Documentatiecentrum (VSDC) vind je uitleg over oprichting,
4 . 1 B elastingen op je inkomsten
De inkomsten die belastbaar zijn kunnen we opsplitsen in drie categorieën: 1 Inkomsten belastbaar in de personenbelasting 2 Inkomsten belastbaar in de vennootschapsbelasting 3 Inkomsten belastbaar in de rechtspersonenbelasting Enkel de personenbelasting wordt hier behandeld. Voor meer info over de andere belastingen kan je de website van het kunstenloket raadplegen: www.kunstenloket.be
In de personenbelasting zijn belastbaar: 1 Inkomsten uit onroerende goederen 2 Inkomsten uit roerende goederen en kapitalen 3 Beroepsinkomsten 4 Diverse inkomsten Kunstenaars worden voornamelijk met de twee laatste soorten belastingen geconfronteerd.
Belastingen op het beroepsinkomen
boekhouding, enz.: www.vsdc.be
Wanneer je een inkomen hebt, dan moet je er rekening mee houden dat je daarop belastingen zal moeten betalen.
www.kunstenloket.be
Onder het inkomen vallen onder andere alle inkomsten uit de beroepswerkzaamheid.
H F D S T 1 : H oe organiseer je je z elf als kunstenaar ?
38
39
Het betreft: M E E R I N F O R M AT I E ? •
• • •
Alle bezoldigingen van arbeiders, bedienden en bedrijfsleiders (wedden, lonen, vakantiegeld, uitkeringen voor tijdelijke loonderving zoals bv. de werkloosheidsuitkering) De winsten gerealiseerd door de zelfstandigen De baten gerealiseerd door de vrije beroepers De pensioenen
Voor gedetailleerde informatie over welke kosten aftrekbaar zijn, occasionele inkomsten, welke prijzen en subsidies niet belastbaar zijn, …:
www.kunstenloket.be mineco.fgov.be/enterprises/vademecum/home_nl.htm
Belastingen op diverse inkomsten 4 . 2 B elasting op de T oegevoegde W aarde ( B T W )
Als beginnend kunstenaar heb je vaak geen werkgever en verkoop je maar sporadisch een werk. Dit is dan echter nog geen echt beroepsinkomen, maar ressorteert onder diverse inkomsten. Dit zijn alle overige inkomsten die niet tot een vorige categorie behoren, maar door de wetgever toch belastbaar worden gesteld. Het betreft een tiental soorten inkomsten waarvan de belangrijkste zijn: •
•
Alle inkomsten van toevallige aard, die niet gerealiseerd werden binnen het uitoefenen van een beroepsactiviteit en niet behoren tot het normale beheer van een privé-vermogen (bv. de vergoeding voor het eenmalig geven van een voordracht, de inkomsten uit de occasionele verkoop van een kunstwerk) Prijzen en subsidies aan geleerden, schrijvers en kunstenaars, tenzij ze bij wet worden vrijgesteld
Btw kan als een soort consumptiebelasting worden omschreven: telkens een goed wordt verkocht of een dienst wordt gepresteerd tegen vergoeding, wordt daarop een belasting geheven. De bedoeling is dat de eindverbruiker van het goed of de dienst uiteindelijk de btw zal betalen. Dit resultaat wordt bereikt door één van de meest kenmerkende aspecten van het btw-stelsel: het recht op aftrek (de tussenpersonen kunnen de btw recupereren).
Wie is nu btw-plichtig?
Een btw-belastingplichtige is éénieder die in de uitoefening van zijn economische activiteit, geregeld en zelfstandig, met of zonder winstoogmerk, hoofdzakelijk of aanvullend, leveringen van goederen doet of diensten verricht. Om uit te maken of je als kunstenaar btw-plichtig bent, moeten dezelfde criteria als voor iedere andere beroepscategorie worden onderzocht. Dit betekent dat je als kunstenaar btw-plichtig bent zodra je voldoet aan volgende cumulatieve voorwaarden:
H F D S T 1 : H oe organiseer je je z elf als kunstenaar ?
40
41
•
•
•
•
De kunstbeoefening kadert in een economische activiteit: zodra je een zekere economische organisatie ontwikkelt en een vergoeding vraagt voor je artistieke prestaties, zal de kunstbeoefening als een economische activiteit worden beschouwd. Zoals reeds blijkt uit de definitie van btw-plichtige, is het van geen belang of de prestaties al dan niet met winstoogmerk worden geleverd. De prestaties moeten wel ten bezwarende titel gebeuren hetgeen betekent dat er steeds een vergoeding vereist is. Gratis leveringen of diensten maken geen btw verschuldigd. De kunstbeoefening gebeurt geregeld, dit wil zeggen met een zekere regelmaat. Met deze voorwaarde wil men vermijden dat eerder toevallige handelingen aan btw onderworpen zouden zijn. Teneinde btw-plichtige te zijn is het vereist dat je de kunstbeoefening op zelfstandige basis doet.
De prestaties die je als werknemer verricht voor een werkgever zullen in principe niet aan btw zijn onderworpen.
Btw voor een kunstenaar en galerie
Een kunstgalerij kan in twee hoedanigheden optreden: als wederverkoper of als tussenpersoon. Een wederverkoper koopt kunstwerken van de kunstenaar en verkoopt deze opnieuw aan de uiteindelijke klant. Wanneer de kunstgalerij als tussenpersoon optreedt, koopt de uiteindelijke koper rechtstreeks van de kunstenaar en factureert de kunstgalerij een commissie aan de kunstenaar. Het onderscheid is van belang: het verlaagd btw-tarief van 6% is enkel van toepassing op leveringen van kunstwerken door de kunstenaar zelf of diens rechthebbenden. Leveringen van kunstwerken door de kunstgalerij zijn evenwel onderworpen aan het normale tarief van 21%.
V oorbeeld :
Een kunstenaar heeft een schilderij gemaakt waarvoor hij 1.000 euro exclusief btw wenst te ontvangen. De kunstgalerij wenst op dat schilderij een winst te maken van 200 euro, exclusief btw. De uiteindelijke koper is een particulier die de btw niet kan aftrekken. Wanneer de kunstgalerij als doorverkoper optreedt, heeft men volgende facturaties: • Een factuur van de kunstenaar aan de galerij van 1.000 euro + 60 euro btw (volledig aftrekbaar) • Een factuur van de galerij aan de uiteindelijke koper van 1.200 euro + 252 euro btw De uiteindelijke koper betaalt 1.452 euro, waarvan 252 euro niet-aftrekbare btw vervat zit. Wanneer de kunstgalerij optreedt als tussenpersoon, heeft men volgende facturaties: • Een factuur van de galerij aan de kunstenaar van 200 euro + 42 btw (volledig aftrekbaar) • Een factuur van de kunstenaar aan de uiteindelijke koper van 1.200 euro + 72 btw De uiteindelijke koper betaalt in dit geval slechts 1.272 euro, waarvan 72 euro niet-aftrekbare btw vervat zit. Opmerking: Wanneer de uiteindelijke koper btw-plichtige is en het kunstwerk voor zijn beroepsdoeleinden aankoopt, zal de btw uiteraard aftrekbaar zijn.
42
M E E R I N F O R M AT I E ? Voor gedetailleerde informatie over de btw: www.kunstenloket.be
2
Tip FINANCIEREN VA N J E W E R K
p41-72
CIEREN E WERK
FINANCIEREN VA N J E W E R K
FINANCIEREN VA N J E W E R K
Tip
Tip
Tip
FINANCIEREN VA N J E W E R K
FINANCIEREN VA N J E W E R K
FINANCIEREN VA N J E W E R K
H F D S T 2 : F I N A N C I E R E N VA N J E W E R K
1
45
INLEIDING
ip
CIEREN E WERK
Tip
Tip
Tip
FINANCIEREN VA N J E W E R K
FINANCIEREN VA N J E W E R K
FINANCIEREN VA N J E W E R K
Tip
Tip
Tip
FINANCIEREN VA N J E W E R K
FINANCIEREN VA N J E W E R K
FINANCIEREN VA N J E W E R K
ip
CIEREN E WERK
Tip
Tip
Tip
FINANCIEREN VA N J E W E R K
FINANCIEREN VA N J E W E R K
FINANCIEREN VA N J E W E R K
Werk maken kost tijd en geld. Ten eerste steek je veel tijd in onderzoek, ontwikkeling en uitvoering van je werk. Daarnaast kan je kosten hebben zoals de huur van je atelier, de investeringen in materiaal, specifieke materiaalkosten en andere kosten zoals vervoer en documentatie om werk te maken. Ten slotte is er een onderscheid tussen de productiekosten om een werk te maken, en alle kosten voor het tentoonstellen. In dit hoofdstuk behandelen we enkel de financiering van het maken van kunst. (Het tentoonstellen wordt besproken in hoofdstu k 4 , p. 103-124.) •
•
•
Tip
Tip
Tip
FINANCIEREN VA N J E W E R K
FINANCIEREN VA N J E W E R K
FINANCIEREN VA N J E W E R K
ip
CIEREN E WERK
ip
FINANCIEREN VA N J E W E R K
•
•
Tip
Tip
Tip
FINANCIEREN VA N J E W E R K
FINANCIEREN VA N J E W E R K
FINANCIEREN VA N J E W E R K
Tip
Tip
Tip
FINANCIEREN VA N J E W E R K
FINANCIEREN VA N J E W E R K
FINANCIEREN VA N J E W E R K
Tip
Tip
Tip
•
Je kunt die kosten zelf dragen, en dan investeer je zelf in je eigen werk. Die kosten kan je later eventueel recupereren door verkoop of verhuur. Je kunt er subsidies voor vragen, die de kosten geheel of gedeeltelijk zullen dekken. Je kunt werk maken voor een opdrachtgever die een bepaald budget ter beschikking stelt om er een creatie mee te maken. Er bestaan ook andere bronnen zoals prijzen, sponsoring of private beurzen die je kunt investeren in het maken van werk. Er zijn culturele instellingen die nieuw werk produceren of coproduceren door een productiebudget ter beschikking te stellen, gekoppeld aan de vertoning van dat nieuwe werk in dat instituut. Ten slotte wordt er meestal een combinatie gemaakt van verschillende bronnen van financiering: een subsidie dekt meestal niet alle kosten, zodat kunstenaars hun werk ook zullen proberen te verkopen of te verhuren, of ermee deelnemen aan wedstrijden.
H F D S T 2 : F I N A N C I E R E N VA N J E W E R K
2
47
EXTERNE GELDBRONNEN Er zijn verschillende externe geldbronnen waarvan je gebruik kan maken voor het ondersteunen van beeldende en audiovisuele kunsten. Een belangrijke financiële ondersteuning zijn de subsidies binnen het Kunstendecreet. Het Kunstendecreet van 2 april 2004 (in werking sinds 1 januari 2006) biedt een open en samenhangend kader voor alle kunstvormen: podiumkunsten, muziek, beeldende en audiovisuele kunst, letteren, architectuur, vormgeving, nieuwe media, en alle mengvormen daarvan. Het wil een aantal tijdelijke sectorale reglementen vervangen door één globale benadering van alle kunsten, met het oog op meer transparantie en objectiviteit. Naast de administratieve vereenvoudiging van de regelgeving, biedt het decreet ook rechtszekerheid voor sectoren die vroeger ad hoc of via experimentele reglementen werden ondersteund. De reorganisatie van het gehele kunstenlandschap wil zo ook bijdragen tot gelijkberechtiging van de verschillende artistieke disciplines. Over alle disciplines heen wordt een uniforme subsidieregeling voorzien, gebaseerd op kwaliteitsbeoordeling (die gebeurt door een Beoordelingscommissie per discipline). Organisaties kunnen kiezen voor een projectmatige subsidiëring of een subsidie voor het geheel van hun werking in de vorm van twee- of vierjarige financieringsbudgetten. Verder wordt ook de ondersteuning van internationale initiatieven, kunsteducatieve of sociaal-artistieke projecten, publicaties en steunpunten voor alle sectoren op dezelfde leest geschoeid. Sinds het Kunstendecreet in werking is, kunnen niet alleen professionele organisaties, maar ook individuele artiesten gesubsidieerd worden (voorheen was ondersteuning van kunstenaars ook mogelijk, maar enkel bij Beeldende Kunst; nu geldt dit voor alle sectoren). Kunstenaars zijn dus niet meer verplicht om eerst een organisatiestructuur rond hun artistieke werking te creëren om voor subsidiëring in aanmerking te kunnen komen.
M E E R I N F O R M AT I E ? www.cjsm.vlaanderen.be/cultuur/kunsten/kunstendecreet
Voor ondersteuning van audiovisuele kunsten kan je, behalve bij het Kunstendecreet, ook terecht bij het Vlaams Audiovisueel Fonds, opgericht door de Vlaamse Gemeenschap. 2 .1 V L A A M S E G E M E E N S C H A P
2.1.1 ONDERSTEUNING BEELDENDE KUNSTEN
Het subsidiebeleid beeldende kunst van de minister van Cultuur is uitdrukkelijk gericht op de ondersteuning van de hedendaagse beeldende kunst. De meer academisch gerichte beeldende kunst en de amateuristische kunstbeoefening vallen buiten het toepassingsgebied van deze regeling. De subsidieregeling heeft als doel het ondersteunen van de kunstactiviteit van de in Vlaanderen werkzame beeldende kunstenaars. Deze regeling staat er voor in dat een kunstenaar een bepaald project kan realiseren, zijn kunstactiviteit kan continueren of gedurende een langere periode intensief als kunstenaar actief kan zijn. In de beoordeling van beurzen staat de notie ‘kwaliteit’ centraal. De Beoordelingscommissie Beeldende Kunst benadrukt in haar adviezen aspecten als beeldende kracht, gedrevenheid, authenticiteit, relevantie en actueel karakter (ook op internationaal niveau). Tevens wordt rekening gehouden met de groeimogelijkheden of de consistentie van een bepaald werk/oeuvre. De tentoonstellingsactiviteit speelt hierbij een niet onbelangrijke rol. Voor grotere beurzen speelt ook het internationale potentieel van het oeuvre een rol.
H F D S T 2 : F I N A N C I E R E N VA N J E W E R K
48
49
Binnen het Kunstendecreet bestaan drie verschillende vormen van ondersteuning voor kunstenaars. Ontwikkelingsgerichte beurzen en projectbeurzen worden rechtstreeks aan de kunstenaars toegekend. Daarnaast is het ook mogelijk om als opdrachtgever een subsidie aan te vragen voor het maken en publiek tonen van een nieuwe creatie. Deze vormen van ondersteuning gelden zowel voor beeldende kunst (Commissie Beeldende Kunst) als voor (non-single) screenbased experimentele media (Commissie Audiovisuele Kunst). (zie verder: 2 . 1 . 2 O ndersteuning audiovisuele kunsten , p.48-49) O ver z i c ht 1 Ontwikkelingsgerichte beurzen
Deze worden toegekend aan kunstenaars met een oeuvre van bijzondere kwaliteit of dat bijzondere mogelijkheden toegeschreven wordt. De toekenning en de grootte van het subsidiebedrag is afhankelijk van de volgende criteria: • Het belang en de kwaliteit van het oeuvre van de kunstenaar binnen het hedendaagse kunstenlandschap en/ of binnen de internationale context • Het belang en de kwaliteit van het al door de kunstenaar afgelegde parcours • De groeimogelijkheden en de consistentie van het oeuvre
3 Creatieopdrachten
Subsidies voor creatieopdrachten worden toegekend aan de opdrachtgever ter ondersteuning van de creatie en presentatie van nieuwe werken binnen het veld van de beeldende kunst, de muziek en de podiumkunsten. De opdrachtgever, en niet de kunstenaar, ontvangt de subsidie, aangezien het de opdrachtgever is die de kosten betaalt voor de creatie van het nieuwe werk. De opdrachtgever is tevens verplicht om een honorarium voor de scheppende kunstenaar te voorzien. Daarnaast moet de opdrachtgever minstens één publiek toonmoment van het werk voorzien. Musea die creatieopdrachten geven, verwerven meestal het nieuwe werk voor de collectie. Er worden ook opdrachten gegeven om werk in situ te creëren, waarbij het werk permanent deel gaat uitmaken van een ruimte/ de publieke ruimte.
M E E R I N F O R M AT I E ? Voor meer informatie over de praktische voorwaarden (deadlines, samenstelling dossier, manier van indiening, enz.) kun je contact opnemen met:
A G E N T S C H A P K unsten en E rfgoed
Afdeling Kunsten Robert Michel
2 Projectbeurzen
Projectbeurzen worden toegekend aan kunstenaars ter ondersteuning van de realisatie van een specifiek project. Naast de inhoudelijke criteria die ook bij de beoordeling van de ontwikkelingsgerichte beurzen worden gehanteerd, gelden voor projectbeurzen volgende bijkomende criteria: • het belang van het project in de oeuvre-ontwikkeling van de kunstenaar • de financiële haalbaarheid van het project • de kwaliteit van de eventuele partners
Arenbergstraat 9 1000 Brussel 02/553 68 21
[email protected] www.cjsm.vlaanderen.be/beeldendekunst
H F D S T 2 : F I N A N C I E R E N VA N J E W E R K
50
51
Voor vragen over de categorie experimentele mediakunst kan je terecht bij de secretaris van de
2.1.2 ONDERSTEUNING AUDIOVISUELE KUNSTEN
beoordelingscommissie audiovisuele kunsten:
Beeldende kunstenaars werken meer en meer met audiovisuele middelen en met nieuwe media. Dat betekent echter niet dat men als beeldend kunstenaar wordt doorverwezen naar audiovisuele kunsten indien men gebruik maakt van video, internet of software in een werk. De Commissie Beeldende Kunst behandelt projecten van beeldende kunstenaars die in hoofdzaak als beeldende kunst kunnen worden beschouwd, ook al maakt de kunstenaar ook gebruik van audiovisuele middelen of nieuwe media. De Commissie Audiovisuele Kunst behandelt (sinds 17 september 2007) projecten van experimentele mediakunst, wanneer de klemtoon niet op het filmische ligt en de projecten dus in hoofdzaak niet ‘(single-)screenbased’ zijn. Voor werken die zich afspelen op meerdere schermen en/of in een ruimtelijke context moeten aanvragers zich dus richten tot het Kunstendecreet (Commissie Audiovisuele Kunsten, mediakunstprojecten). Daarnaast kunnen beeldende kunstenaars terecht bij het Vlaams Audiovisueel Fonds (VAF) voor audiovisuele creaties van filmische aard die zich onderscheiden door hun innovatief en/of atypisch karakter. Het VAF heeft daarvoor een speciale categorie opgericht: het Filmlab. Het Filmlab staat open voor projecten uit alle door het VAF ondersteunde categorieën (animatie, documentaire en fictie). Ook projecten uit de experimentele mediakunst komen in aanmerking, voor zover het gaat over ‘filmisch’ werk dat bestemd is voor vertoning op single screenplatformen (dus vertoonbaar op één scherm zoals een filmscherm (bioscoop), televisiescherm maar ook op computer, gsm, pda, …). Alle lengtes zijn toegelaten, en ook interactief werk behoort tot de mogelijkheden.
OPGELET! Houd er in je planning rekening mee dat de indiendata van het Kunstendecreet en het VAF verschillen.
Carlos Boerjan
02/553 69 53
[email protected]
Eventuele toekomstige wijzigingen in het Kunstendecreet worden gecommuniceerd op: www.cjsm.vlaanderen.be/cultuur/kunsten/kunstendecreet
Voor vragen over het Filmlab kan je terecht bij het VAF:
Brecht Van Elslande
02/226 06 30
[email protected]
Het gebeurt meer en meer dat beeldende kunstenaars ook projecten opzetten die tot de audiovisuele kunsten kunnen worden gerekend (en niet specifiek binnen de categorie Filmlab). Ze maken documentaires, een fictiefilm of een animatiefilm. Deze kunstenaars kunnen voor deze projecten ook terecht bij het VAF. Ze kunnen aanvraag doen voor productiesteun, scenariosteun, ontwikkelingssteun en promotiesteun van een creatie.
Productiesteun
Ten eerste is er de productiesteun die onderverdeeld wordt in de categorieën fictie, documentaire, animatie en Filmlab. Kortfilm is geen categorie op zich, maar binnen fictie en animatie wordt een onderscheid gemaakt tussen kort, middellang en lang. Voor de andere categorieën is er geen minimum- of maximumduur vastgelegd en wordt er geen onderscheid gemaakt tussen kort, middellang en lang.
H F D S T 2 : F I N A N C I E R E N VA N J E W E R K
52
Deze steun wordt opgevat als een cofinanciering, wat betekent dat het VAF slechts voor maximum 50% van het Vlaamse aandeel binnen het totale budget van de audiovisuele creatie tussenkomt. Voor bepaalde categorieën worden uitzonderingen toegestaan, waarbij, afhankelijk van de categorie, de steun tot 75% of 85% van het Vlaamse aandeel kan bedragen. Deze beperkingen worden opgelegd door de Europese Commissie. Onder deze productiesteun vallen zowel de preproductie, de productie, de postproductie en de promotie van een creatie (dus niet de distributie). Per categorie zijn er andere criteria en maximum subsidiebedragen. Het VAF steunt in principe enkel individuele projecten en verleent geen steun op structurele basis aan makers of producenten zoals dat wel het geval is in de muziek, beeldende kunst of podiumkunsten. In de categorie Filmlab is het wel mogelijk om verschillende projecten te bundelen in een projectpakket, en als geheel ter ondersteuning aan te bieden, met een welbepaald plafond in het subsidiebedrag. Het is belangrijk om te weten dat een subsidieaanvraag zowel door een natuurlijk persoon als door een rechtspersoon kan worden ingediend. Bovendien staan de categorieën los van de dragers. In elke categorie zijn projecten op de drager film, video/dvd, installatie, internet ontvankelijk, of een combinatie van dragers. Indien de creatie een fictiefilm, documentaire, animatiefilm of mediakunst (Filmlab) betreft die als installatie wordt vertoond, dan zullen de productiekosten voor het installatiegedeelte integraal onderdeel uitmaken van de creatie, en als één geheel ingediend worden bij het VAF. Het is met andere woorden niet de bedoeling om de audiovisuele aspecten van een creatie te scheiden van de beeldende kunstaspecten. De maker moet beslissen of de creatie in hoofdzaak audiovisueel of beeldend is, en daarna het integrale project indienen bij audiovisuele kunsten of beeldende kunsten.
53
De presentatiekosten daarentegen, zoals vertoningsapparatuur en ruimtelijke aanpassingen, worden niet opgenomen in het productiebudget omdat ze voor rekening zijn van de vertoner. Een belangrijk criterium voor ontvankelijkheid bij het VAF is dat het een project betreft dat niet onlosmakelijk verbonden is aan een specifieke vertoningsplaats.
Andere vormen van steun aan een creatie
Daarnaast kan er ook steun gevraagd worden voor het schrijven van een scenario en voor de ontwikkeling. Er kan ook steun gevraagd worden voor promotie.
Steun aan vorming
Het Vlaams Audiovisueel Fonds biedt nog andere vormen van steun aan makers zoals beurzen voor het volgen van buitenlandse vormingen/opleidingen en stages. Ook opleidingsinitiatieven kunnen worden ondersteund. Daarnaast bestaan er ook ateliers voor creatiegericht onderzoek. (Zie H O O F D S T U K 3 , 2 O pleidingen , p. 77-82; 3 W erkplaatsen , p. 83-95; 4 K unstenaarsverblijven , p. 96-97; 5 Ateliervoor z iening , p. 98)
Algemene promotie: Flanders Image
Binnen de structuur van het VAF staat Flanders Image in voor de (internationale) promotie van, in eerste instantie, door het VAF ondersteunde producties: fictie, documentaire, animatie en Filmlab. Voor specifieke criteria, maximumbijdragen, indieningsmodaliteiten en -data, behandelingswijzen van aanvragen, uitbetalingsmodaliteiten, financiële verantwoording en bestedingsverplichtingen: V laams A udiovisueel F onds FLANDERS IMAGE
H F D S T 2 : F I N A N C I E R E N VA N J E W E R K
54
55
Handelskaai 18/3 1000 Brussel 02/226 06 30
ontwikkelingsbeurzen bij de Vlaamse Gemeenschap, hebben deze trajectsubsidies eveneens tot doel de ontwikkeling of groei van het oeuvre van de kunstenaar binnen een ruimer tijdsbestek te stimuleren.
02/219 19 36 (fax)
[email protected] /
[email protected] www.vaf.be / www.flandersimage.be
2 . 2 V laamse G emeens c haps c ommissie
Subsidies kunstprojecten
Kunstenaars die gedomicilieerd zijn in het Brussels hoofdstedelijk gewest kunnen bij de Vlaamse Gemeenschapscommissie subsidies aanvragen voor kunstprojecten. Alle kunstdisciplines komen in aanmerking voor een projectsubsidie. Het project moet minstens één keer vertoond worden in het Brussels hoofdstedelijk gewest of moet deel uitmaken van een uitwisselingsproject waarbij het Vlaams-Brusselse artistieke leven gepromoot wordt. Op de website van de Vlaamse Gemeenschapscommissie (www.vgc.be) kan je het standaardformulier voor kunstprojecten downloaden. Per jaar zijn er vier deadlines voor het indienen van de aanvraag, afhankelijk van de periode waarvoor het project gepland is. De aanvraag wordt beoordeeld door de administratie, de werkgroep Kunsten en het College van de Vlaamse Gemeenschapscommissie. Deze laatste neemt de uiteindelijke beslissing over de subsidiëring.
Met de trajectsubsidie krijgt de kunstenaar de mogelijkheid om gedurende twee jaar nieuwe ideeën te ontwikkelen, zonder gebonden te zijn aan de realisatie van één volledig op voorhand uitgewerkt project. De kunstenaar moet bij de aanvraag duidelijk aangeven welke evolutie hij of zij voor ogen ziet. De trajectsubsidie dient in functie te staan van een sprong voorwaarts en is dus niet gericht op het louter voortzetten van het bestaande parcours. Bovendien is een link vereist tussen het traject van de kunstenaar en het Brusselse netwerk. Eventuele samenwerkingsverbanden met andere kunstenaars, werkplaatsen of organisaties worden positief onthaald. De aanvraag kan één keer per jaar worden ingediend, aan de hand van een aanvraagformulier dat je kunt downloaden van de website van de VGC.
meer informatie Voor verdere informatie over de trajectsubsidie kan je steeds contact opnemen met
Pascal Vandelanoitte
02/208 02 47
[email protected]
Indienen projecten of meer informatie:
Trajectsubsidies
Naast de subsidies voor kunstprojecten voorziet het kunstenbeleid van de Vlaamse Gemeenschapscommissie ook trajectsubsidies. Vergelijkbaar met de
Vlaamse Gemeenschapscommissie
Directie Cultuur - Kunsten
Sainctelettesquare 17
1000 Brussel
H F D S T 2 : F I N A N C I E R E N VA N J E W E R K
56
57
02/208 02 47
I nli c htingen beeldende kunst & ar c hite c tuur
02/208 02 89 (fax)
P rovin c iale D ire c tie Cultuur - D ienst A lgemeen Cultuurbeleid
www.vgc.be/Cultuur
Koningin Elisabethlei 22 2018 Antwerpen 03/240 64 30
2 . 3 R egionale subsidies : provin c ies
[email protected] www.provant.be/vrije_tijd/cultuur
Naast de Vlaamse Gemeenschap hebben ook de provincies een cultuurbeleid. Zij kennen geen subsidies toe in de vorm van beurzen, maar steunen de kunstenaars via wedstrijden en prijzen of via het aankopen van kunstwerken om het kunstpatrimonium in hun kantoren, hun musea of in publieke ruimtes die eigendom zijn van de provincie uit te breiden.
P rovin c ie L imburg , D ire c tie Cultuur
Universiteitslaan 1 3500 Hasselt 011/23 75 12
[email protected] www.limburg.be
meer informatie P rovin c ie O ost- V laanderen
V laams - B rabant
D ienst K unst en Cultuur
Egide Rabau
PAC Het Zuid
016/26 76 70
Woodrow Wilsonplein 2
Dienst cultuur
9000 Gent
016/26 76 48
09/267 72 75
[email protected]
[email protected]
www.vlaamsbrabant.be
www.oost-vlaanderen.be
D ienst Cultuur , P rovin c iehuis B oeverbos
2 . 4 I ntegratie van kunstwerken in openbare gebouwen
Koning Leopold III-laan 41 8200 Sint-Andries (Brugge) 050/40 34 02 of 050/40 35 49
[email protected] www.west-vlaanderen.be
Met kunstintegratie worden kunstwerken bedoeld die geconcipieerd zijn in dialoog met de specifieke eigenschappen van het gebouw (ruimte, licht, gebruik, bewoners en gebruikers). De opdrachtgevers formuleren het kader van deze specifieke omgeving waarmee een kunstwerk in dialoog moet treden.
H F D S T 2 : F I N A N C I E R E N VA N J E W E R K
58
59
‘Iedere publieke rechtspersoon die geheel of gedeeltelijk ten laste van de begroting van de Vlaamse Gemeenschap een gebouw opricht of verbouwt, iedere private rechtspersoon die met ten minste 30% subsidie ten laste van de begroting van de Vlaamse Gemeenschap een gebouw opricht of verbouwt, alsmede iedere private of publieke rechtspersoon waarmee de Vlaamse Gemeenschap een huurkoopcontract, leasingcontract of huurcontract voor 25 jaar of langer afsluit, moet volgens de hiernavolgende schaal een bepaald percentage van de bouwkosten besteden aan in het gebouw geïntegreerde kunstwerken: • • • •
2% voor de eerste schijf, lager of gelijk aan 250.000 euro 1,5% voor de tweede schijf, hoger dan 250.000 euro en lager dan 1.250.000 euro 1% voor de derde schijf, hoger dan 1.250.000 euro en lager dan 2.500.000 euro 0,5% voor de schijf hoger dan 2.500.000 euro.’
Dit is verschenen in het Belgisch Staatsblad van 12 mei 1998: ‘Decreet houdende wijziging van het decreet van 23 september 1986 houdende integratie van kunstwerken in gebouwen van openbare diensten en daarmee gelijkgestelde diensten en van door de overheid gesubsidieerde inrichtingen, verenigingen en instellingen die tot de Vlaamse Gewest behoren’.
2 . 5 private sponsoring
Sponsoring is iets anders dan een opdracht. Het betekent dat de kunstenaar een werk wil maken of zijn oeuvre wil ontwikkelen via een reeks werken, en daarvoor gesteund wordt door een private persoon of een bedrijf, ofwel in de vorm van geld of in natura. Mogelijkheden voor sponsoring: • Materiaalsponsor • Cashsponsor van een werk • Sponsor van een kunstenaar Sponsoring betekent steeds return, anders is er sprake van mecenaat. Deze return hangt enerzijds af van de sponsoraanvraag die de kunstenaar heeft opgesteld en de returnvoorstellen die men heeft geformuleerd. Anderzijds heeft de sponsor ook zelf ideeën en wensen omtrent de invulling van die return. Steun voor een werk of een reeks werken (werken van één tentoonstelling) in ruil voor naamsvermelding (al dan niet met logo) op het identificatiekaartje bij het werk (moet steeds vermeld worden), op de uitnodiging of affiche van de tentoonstelling, of door het verkrijgen van specifieke privileges bij de tentoonstelling (een private rondleiding, een speciale drink enz.). • Steun aan de kunstenaar (cash, diensten of materiaal) in ruil voor naams of logovermelding gedurende een bepaalde periode, of voor de toestem ming om bepaalde werken af te beelden in de communicatie van de sponsor, of door het verwerven van bijvoorbeeld één werk. Bij de onderhandeling over return is het belangrijk dat de kunstenaar deze in overeenstemming kan brengen met de inhoud van het werk en van het oeuvre (bv. logo’s op het identificatiekaartje van het kunstwerk). Goede en heldere afspraken zijn hierbij belangrijk en ze kunnen best geformaliseerd worden in een schriftelijke overeenkomst of contract. •
Deze selectie gaat vaak gepaard met een wedstrijd die uitgeschreven wordt door de bouwheer. Deze wedstrijd kan zich richten tot alle geïnteresseerde kunstenaars of een beperkt aantal kunstenaars die rechtstreeks uitgenodigd worden om aan de wedstrijd deel te nemen.
meer informatie
[email protected] www.vlaams-bouwmeester.be
H F D S T 2 : F I N A N C I E R E N VA N J E W E R K
60
61
2 . 6 F ondsen / S ti c htingen
•
De S ti c hting S pes , opgericht in 1987, is een Belgische vereniging die vanuit mecenaat culturele projecten steunt. Jaarlijks worden hiertoe beurzen voor verschillende artistieke disciplines uitgereikt. Bosduivenlaan 10
1950 Kraainem
•
www.spes.be
De B elgis c he S ti c hting R oeping wil jongeren ongeacht hun geslacht, hun sociale achtergrond of hun intellectuele vorming aanmoedigen om hun roeping te realiseren, als die een sociale, culturele of artistieke ontwikkeling ten goede komt. De stichting kent jaarlijks een vijftiental beurzen van 10.000 euro toe aan jongeren tussen 18 en 30 jaar die blijk geven van een ware roeping en die door financiële moeilijkheden verhinderd worden om hun roeping voort te zetten. Albertinaplein 2
•
Cultuur I nvest is een nieuw investeringsfonds dat exclusief ondernemingen en projecten in de sector van de cultuurindustrieën wil financieren. Concreet behoren ondernemingen binnen volgende sectoren typisch tot de doelsector: nieuwe media en computergames, de audiovisuele sector en digitale vormgeving, de muziekindustrie en het concertwezen, design en designermode, de gedrukte media en grafische vormgeving, de uitgeverijen en de boekhandel, de musical en podiumkunsten en de distributie binnen de beeldende kunsten.
02/229 52 30
[email protected]
www.pmvlaanderen.be
(klik ‘PMV kmo’ > ‘CultuurInvest’)
•
De K oning B oudewijnsti c hting steunt projecten en burgers die zich engageren voor een betere samenleving. Ze wil op een duurzame manier bijdragen tot meer rechtvaardigheid, democratie en respect voor diversiteit. De Koning Boudewijnstichting is onafhankelijk en pluralistisch.
1000 Brussel
02/511 18 40
02/213 14 90
www.kbs-frb.be
[email protected]
www.stichtingroeping.be
•
Cera c vba kent verschillende geldbeurzen toe aan projecten. De keuze valt op maatschappelijke projecten die voldoen aan reële behoeften en die duurzame effecten bereiken, voor de samenleving in haar geheel en voor de vennoten in het bijzonder. Bovendien moeten ze de coöperatieve waarden van Cera: samenwerking, solidariteit, inspraak en het respect voor het individu, weerspiegelen.
070/69 52 40
www.cera.be
•
Het V laams A udiovisueel F onds v z w , kortweg VAF, is de opvolger van het Fonds Film in Vlaanderen. Het is bij decreet opgericht door de Vlaamse regering en in september 2002 concreet van start gegaan. Het Fonds valt onder de bevoegdheid en verantwoordelijkheid van de Vlaamse minister van Cultuur.
02/226 06 30
[email protected]
www.vaf.be
H F D S T 2 : F I N A N C I E R E N VA N J E W E R K
62
63
2 . 7 P rij z en buitenland
Een overzicht van prijzen in: Art et Concours Le guide international 2006. Dit boek geeft een zeer goed internationaal overzicht.
055/23 27 94
[email protected]
www.ronse.be/prijsplastischekunsten.htm
•
G averprijs ( 2 - jaarlijks )
Organisatie: Cultuurcentrum De Schakel, Cultuurraad en Stadsbestuur Waregem
Cultuurcentrum De Schakel
www.artetconcours.be
Schakelstraat 8
www.artheals.org/artist_support/grants.php
8790 Waregem
056/62 13 40
[email protected]
www.ccdeschakel.be
meer informatie
2 . 8 P rij z en binnenland
•
P rijs J onge B elgis c he S c hilderkunst
•
P rix art / terre ( 2 - jaarlijks ) , Comines - W arneton
Paleis voor Schone Kunsten (Nicole Buggenhout)
Centre Culturel van Comines-Warneton
Koningstraat 10
Rue des Arts 2
1000 Brussel
7780 Comines-Warneton
02/507 84 66
056/56 15 15
of
[email protected]
Departement Tentoonstellingen
www.art-terre.be
Ravensteinstraat 23
1000 Brussel
•
P rix artisti q ue de la V ille de T ournai / K unstprijs van de S tad D oornik
02/507 84 74
- Internationale Prijs
www.bozar.be
- Prix Maison de la Culture
- Prix du Hainaut occidental
•
P rijs P lastis c he K unsten van de S tad R onse
Stadsbestuur Ronse, Dienst Cultuur
Administration Communale de Tournai Service des Affaires Culturelles
De Biesestraat 2
Enclos Saint-Martin 52
9600 Ronse
7500 Tournai
069/22 20 45
H F D S T 2 : F I N A N C I E R E N VA N J E W E R K
3
65
CO-PRODUCTIE Naast de subsidiërende overheden zijn er meer en meer culturele organisaties die een actieve rol spelen in de ondersteuning van creaties van kunstenaars. Dat doen ze door een financiële bijdrage te leveren of door materiaal ter beschikking te stellen dat gevaloriseerd wordt in het budget. Culturele organisaties doen dit omdat het steunen van creaties één van hun hoofddoelstellingen is, zoals bijvoorbeeld kunstencentra, organisaties voor beeldende kunst met een productieopdracht of musea voor hedendaagse kunst. Ofwel doen ze het om op die manier mee aan de oorsprong te staan van een nieuw werk dat men zo ook in première kan tonen. Dat geldt vooral voor occasionele tentoonstellingen, voor festivals en stadsfestivals met een luik beeldende kunst, voor biënnales, culturele hoofdsteden, enz. Meestal zijn de budgetten die deze culturele organisaties ter beschikking stellen onvoldoende om een nieuw werk te maken, zodat de kunstenaar zelf andere financiële bronnen zoekt. Hetzij door eigen investeringen (eventueel te recupereren door verkoop), hetzij door het vragen van een projectsubsidie bij de publieke overheden, hetzij door het vinden van een andere tentoonstellingsorganisator die mee in de productiekosten van het werk wil participeren, en het werk ook later wil tonen. Het betrekken van bepaalde organisaties als coproducent bij een productie sluit soms andere organisaties uit, omdat ze fysiek te dicht bij elkaar liggen of omdat ze zich tegenover elkaar willen profileren. Het vraagt daarom enige voorbereiding tot welke organisaties de kunstenaar zich richt om op te treden als coproducent. Op basis van zo’n coproductiebudget kan de coproducerende instantie het werk niet verwerven. De kunstenaar kan de producent wel bijvoorbeeld de première garanderen en de naamsvermelding als coproducent op de credits bij alle latere vertoningen. Het spreekt vanzelf dat zo’n coproductieafspraken best geformaliseerd worden in een schriftelijke overeenkomst.
Een gecoproduceerd werk kan daarna door de kunstenaar verkocht worden en de kunstenaar kan daarover afspraken maken met de coproducent in een contract. In sommige gevallen zullen die coproducenten, die zich dicht bij de creatie en de kunstenaar betrokken voelen, ook een rol kunnen spelen in de verdere verspreiding van dat werk, hoewel dit niet noodzakelijk zo is.
4
EIGEN INKOMEN
4 . 1 verkoop
Hoe bereken je de prijs van een werk? Gebaseerd op de optelsom van alle kosten, maar ook op de prijs op de kunstmarkt: wat een koper eraan wil geven, gebaseerd op de artistieke waarde, is op zijn beurt afhankelijk van individuele waardering, maar ook van de waardering binnen de sector (tentoonstellingen, artikels, catalogi, verdedigers van het werk en hun respectieve autoriteit). 4 . 2 inkomsten uit tentoonstellingen of verhuur
Naast de kosten die verbonden zijn aan het tentoonstellen zelf (vervoerskosten en loon om opstellen te coördineren) kan een kunstenaar een vergoeding vragen voor ‘het tentoonstellen van zijn werk’, los van de kosten en werkuren die verbonden zijn aan de opbouw van een tentoonstelling (te vergelijken met de inkomsten uit de auteursrechten bij het opvoeren van een muziek-, dans- of theaterstuk of het vertonen van een audiovisuele creatie, los van de kosten voor de uitvoering of bekomen van de kopie).
H F D S T 2 : F I N A N C I E R E N VA N J E W E R K
5
6
PRODUCTIE
DOSSIER EN BEGROTING
In de beeldende kunst is het niet gebruikelijk dat de kunstenaar een producent inschakelt, tenzij het gaat om een productieopdracht. In dat laatste geval is de opdrachtgever de producent, en dus verantwoordelijk voor de financiering en het administratieve en juridische van de productie van het werk. Bovendien worden subsidies voor beeldende kunst slechts uitgekeerd aan de natuurlijke persoon: de kunstenaar, en niet aan een rechtspersoon. Indien de kunstenaar een audiovisuele creatie maakt met een groter budget (meer dan 200.000 euro), kan men het werken met een producent die de zakelijke en financiële omkadering van de productie uitvoert in overweging nemen. Het is dan de producent die het project ter subsidie zal voorleggen en de nodige coproducenten zal zoeken en daarvoor betaald wordt op basis van een percentage van het totale budget (meestal 7%). Het spreekt voor zich dat een goede verstandhouding en een degelijke inhoudelijke basis essentieel is tussen kunstenaar en producent.
Als je op zoek bent naar middelen om je werk te maken, hetzij om een bepaalde periode te kunnen werken, hetzij voor één bepaald project, heb je telkens een dossier nodig. Met zo’n dossier probeer je de mogelijke financiers die jou en je werk misschien niet kennen in de eerste plaats te informeren over jezelf en over het werk dat je wil maken. Ten tweede probeer je hen via zo’n dossier te overtuigen van de kwaliteit ervan, van het potentieel van de kunstenaar en van de noodzaak opdat het werk gemaakt zou kunnen worden. Die financiers kunnen zowel de overheid zijn, de sponsors of mogelijke coproducenten. Je kunt soms meerdere dossiers verzenden rond één project.
Zie ook H oofdstuk
p.132 en 5 werken met een p.134 voor meer informatie over het werken met een agentschap of een alternatief managementbureau. Deze twee instanties leveren onder meer productionele ondersteuning. 5 , 4 W E R K E N M E T E E N A G E N T S C H A P,
alternatief managementbureau ,
67
Het heeft geen zin om voor eenzelfde project steeds een ander dossier te schrijven, naargelang tot wie je het richt. De inhoudelijke omschrijving van het project of de projecten, en van het oeuvre van de kunstenaar is hetzelfde. In de aanspreekbrief waarin je het dossier kort toelicht kan je gaan personaliseren. Daarnaast kan je ook enkele garanties formuleren waarin je tegemoetkomt aan de specifieke criteria van de financier aan wie het dossier is gericht: mogelijke vertoningsplaatsen voor de subsidiënten, mogelijke return voor de sponsors, garanties voor de coproducent. Elke kunstenaar zal een dossier op een heel persoonlijke manier opstellen. Toch kunnen we een basisstructuur en bestanddelen aanstippen die essentieel zijn. Een dossier bestaat uit 4 hoofdstukken: 1 Een inhoudelijke beschrijving 2 Een zakelijke omschrijving 3 Een planning 4 Bijlagen
H F D S T 2 : F I N A N C I E R E N VA N J E W E R K
68
69
H et inhoudelijke gedeelte bestaat uit:
•
•
•
Het concept van een werk of van een reeks werken die men wil maken (beschrijving van het inhoudelijke concept, thema’s, eventueel referenties) Een beschrijving van het werk zelf (materiaal en bestanddelen, ruimtelijke opstelling, relatie tot de toeschouwer, eventueel tekening of maquette) Een motivatie (hoe verhoudt het werk zich tot het vorige werk van de kunstenaar, waarom wil men dit werk maken, wat is de relevantie ervan, wat is de plaats ervan in de kunst van vandaag, …)
D e bijlagen bestaan onder andere uit:
•
• •
•
H et z akelijke gedeelte bestaat uit:
•
• •
• • •
•
Gegevens van de maker (adres) of producent (statuut, productiestructuur) Een gedetailleerde uitgavenlijst vanaf de preproductie, productie tot postproductie en eerste vertoning Een financieel plan voor het gehele productiebudget Eventuele toelichtingen bij begroting en financieel plan Eventuele toelichting omtrent de rechten indien beschermd materiaal wordt gebruikt Eventuele toelichting omtrent wie de rechten heeft op het werk
D e planning B E S TA AT U I T:
• • •
•
•
Etappes in het productieproces Tijdschema Team (artistiek team, technisch team indien men met andere mensen werkt) Vertoningsconcept en een zo concreet mogelijk vertoningsschema (plaatsen en planning) Pers- en promotiestrategie en pers- en promotiemiddelen
•
•
•
Een cv of bio van de maker + een lijst van gerealiseerde werken (titel + datum) + tentoonstellingslijst (groepstentoonstellingen + solotentoonstellingen) + teksten over de kunstenaars (teksten, catalogi) Indien binnen een vzw: statuten van de vzw Documenten omtrent het inhoudelijke parcours van de kunstenaar zoals persknipsels Documenten die het werk van de kunstenaar illustreren zoals dia’s, foto’s, videofragmenten, website, … Eventueel schriftelijke overeenkomsten tussen artistieke partners Eventueel schriftelijke overeenkomsten met financiers die reeds hebben toegezegd, of intentieverklaringen Eventueel schriftelijke overeenkomsten met vertoners of distributeurs die reeds hebben toegezegd, of intentieverklaringen Andere
Deze 4 hoofdstukken zijn slechts een leidraad. Elke subsidiënt, coproducent of partner stelt telkens andere vragen en heeft specifieke informatie nodig. Lees de subsidie- of productiecriteria steeds aandachtig en zorg ervoor dat je antwoorden geeft op alle vragen en alle criteria. Voeg desnoods paragrafen toe of wijzig de basisstructuur. Hou van elk dossier dat je opstuurt zelf een kopie, zodat je kan nagaan wat je precies geschreven en beloofd hebt. Een dossier hoeft geen thesis te zijn, maar moet bondig en leesbaar zijn voor lezers die meestal heel druk bezet zijn (commissieleden en mogelijke sponsors en
H F D S T 2 : F I N A N C I E R E N VA N J E W E R K
70
71
coproducenten hebben niet veel tijd en lezen zeer veel dossiers). Een dossier dat te lang is wordt niet steeds integraal gelezen. Een heldere lay-out bevordert de leesbaarheid. Een dossier moet een duidelijk beeld scheppen van de maker en het werk, voor lezers die niet noodzakelijk vertrouwd zijn met de kunstenaar en het werk dat hij/zij voordien gemaakt heeft. Een dossier is geen oefening in overredingskracht, maar geeft in eerste plaats informatie over de kunstenaar, het oeuvre van een kunstenaar en het werk dat men wil maken. Teveel retoriek schept argwaan. Wacht niet met het schrijven van een dossier tot een dag voor de deadline. Je schrijft het dossier niet alleen om partners te zoeken. Het schrijven van een dossier is een goede test om te weten of je alle aspecten van je project wel goed hebt overdacht, zowel conceptueel als in de uitvoering en planning. Enige tijdsreserve geeft je de mogelijkheid om bepaalde aspecten nog beter uit te werken of details aan te vullen. Dossierteksten kunnen later ook dienen voor het opmaken van een persbericht als het nieuwe werk klaar is. A anspreekbrief
Ook hier slechts een basisstructuur, die je best zelf persoonlijk invult. Maximum 1 pagina. • • • •
•
Datum Adres en telefoon waar de kunstenaar bereikbaar is Gericht aan: naam en adres Betreffende: vermeld steeds de naam van het project, de kunstenaar en het subsidieprogramma of het soort steun waarvoor je een aanvraag doet Beschrijf in enkele zinnen het project waarvoor je steun zoekt
•
• • •
Verduidelijk welk soort steun je zoekt: hoeveel geld, welk soort materiaal of diensten Verwijs naar het dossier in bijlage Geef aan dat je steeds bereid bent om bijkomende inlichtingen te geven Datum van ondertekening en handtekening
B egroting
Enkele opmerkingen over de begroting:
Bij de opmaak van een begroting moet je op voorhand nadenken welke uitgaven je zal tegenkomen bij de realisatie van een project, om vervolgens te kijken of en hoe deze kosten zullen gefinancierd worden. Of omgekeerd, je vertrekt van een inkomst en gaat vervolgens na welke kosten hiermee zullen betaald worden. Dit gebeurt bij voorkeur op een gestructureerde manier, zodat geen enkele uitgave over het hoofd gezien wordt, of totaal verkeerd ingeschat wordt. Een begroting (het woord zegt het zelf) is een zo realistisch mogelijke inschatting van uitgaven en inkomsten, je kunt onmogelijk alles weten, maar het is een raming: hoeveel denk je uit te geven en waar denk je geld te vinden? Eigen aan de begroting is zijn beperktheid in de tijd. Voor een organisatie zal een begroting per kalenderjaar opgemaakt moeten worden; de individuele kunstenaar zal in een projectbegroting aangeven over hoeveel tijd het project zich zal spreiden. Een begroting is voor vzw’s en sommige vennootschappen een wettelijke verplichting. Bovendien is het een nuttig beleidsinstrument. Het voorkomt dat ad hoc-beslissingen een zware hypotheek zouden leggen op de toekomst. Je beschikt immers over een leidraad die aangeeft of zulke beslissingen geoorloofd zijn.
H F D S T 2 : F I N A N C I E R E N VA N J E W E R K
72
73
Een begroting kan je best zo gedetailleerd mogelijk opstellen: maak onderverdelingen in uitgaven zoals preproductie of voorbereiding, productie, promotie. Daarbinnen kan je posten maken zoals: bv. Preproductie:
bv. Productie:
bv. Promotie:
Documentatie Vervoer Andere
Materiaalaankopen Diensten Personeelskosten Vervoerskosten Productiekosten Andere
Pers Drukwerk en vormgeving Verzendingen Andere
Een budget is een realistische inschatting van uitgaven en inkomsten. Het heeft geen zin om het budget kunstmatig te verhogen, vanuit de veronderstelling dat men steeds minder steun geeft dan men vraagt. Een opgeblazen budget valt snel door de mand waardoor de credibiliteit van het dossier, van de begroting en van de maker in gevaar komt. Een budget dat onderdeel is van een dossier is een engagement: als je steun krijgt moet je het ook ongeveer besteden zoals voorzien en moet je alle uitgaven ook kunnen verantwoorden; daarom is het noodzakelijk om zo realistisch mogelijk te begroten, en van alle uitgavenposten de juiste prijzen op te vragen.
investeringsgoederen kan ingebracht worden en 1/3 wat computerhardware betreft (bij projectbeurzen). Aan inkomstenzijde moet je aangeven welk inkomsten reeds toegekend zijn (voeg schriftelijke bevestiging toe in bijlage) en welke inkomsten je aangevraagd hebt, en wanneer je daarover antwoord verwacht. Indien er na het indienen van het dossier zich belangrijke wijzigingen voordoen in het budget moet je alle partners steeds op de hoogte brengen. S tappenplan bij het opstellen van een begroting
Aan de hand van antwoorden op de volgende vragen en suggesties, kan een budget stapsgewijs opgemaakt en opgevolgd worden: 1
Voor wie of wat moet de begroting dienen?
2
Wordt de structuur van de begroting uitgetekend aan de hand van de activiteitenkalender, het jaarplan, het inhoudelijk stappenplan, de structuur van de organisatie, een opgelegd model, …?
3
Begroot eerst de uitgaven en dan de inkomsten voor de aanvraag van een subsidie. Begroot eerst de inkomsten, daarna de uitgaven voor werkbegroting.
Subsidies dienen om het verlies te dekken. Dit betekent dat als je meer winst realiseert dan begroot, een deel van de subsidie moet worden terugbetaald. 4
Je mag geen materiaalinvesteringen maken op een projectbudget zoals computer, camera en andere materialen die je daarna nog kan gebruiken. Je kunt slechts huur van deze materialen inschrijven. Wel kan je in de vorm van afschrijvingen toch een deel inbrengen, meer bepaald 1/5 van de totale kostprijs van gewone
5
Vertrek van zo goed als zekere inkomsten (en onderschat ze lichtelijk), en rond de uitgaven eventueel iets naar boven af (voorzichtigheidsprincipe). Maak de begroting zo simpel mogelijk: neem geen informatie op die niet van belang is of waarmee je geen meerwaarde en bijkomende inzichten creëert.
74
6
7
8
75
Maak de begroting volledig: neem enerzijds alle uitgaven op en anderzijds alle inkomsten (presenteer niet het resultaat van de twee waardoor een kritische toetsing moeilijker wordt). Maak een schatting van uitgaven en inkomsten op basis van toetsbare informatie.
Maak eventueel een toelichting bij het budget zodat later teruggevonden kan worden waar bepaalde cijfers vandaan komen of waar ze op gebaseerd zijn.
9
Toets de begroting regelmatig en stuur ze bij.
10
Hou eventueel een historiek bij die aangeeft op welk moment een budget herzien werd, op wiens vraag, over welke posten, waarom, …
Voor begrotingen binnen een organisatie (vzw of vennootschap): 11
Koppel de begroting aan het boekhoudmodel; dit bespaart een tijdrovende ‘vertaling’ van de ene manier van cijfers lezen en begrijpen naar de andere.
12
Respecteer het algemene rekeningstelsel (indien van toepassing).
13
Schaf eventueel een budgetmodule aan bij het boekhoudprogramma, of extra software die een koppeling met Excel-rekenbladen maakt, om aldus op een eenvoudige manier de uitgaven naast de begroting op te volgen.
3
Tip JE WERK ONTWIKKELEN
p73-102
WERK KKELEN
JE WERK ONTWIKKELEN
Tip
Tip
Tip
JE WERK ONTWIKKELEN
JE WERK ONTWIKKELEN
JE WERK ONTWIKKELEN
HFDST 3: JE WERK ONTWIKKELEN
1
77
INLEIDING
ip
WERK KKELEN
Tip
Tip
Tip
JE WERK ONTWIKKELEN
JE WERK ONTWIKKELEN
JE WERK ONTWIKKELEN
Tip
Tip
Tip
JE WERK ONTWIKKELEN
JE WERK ONTWIKKELEN
JE WERK ONTWIKKELEN
ip
WERK KKELEN
Tip
Tip
JE WERK ONTWIKKELEN
JE WERK ONTWIKKELEN
JE WERK ONTWIKKELEN
Tip
Tip
JE WERK ONTWIKKELEN
JE WERK ONTWIKKELEN
JE WERK ONTWIKKELEN
WERK KKELEN
Tip
Tip
Tip
JE WERK ONTWIKKELEN
JE WERK ONTWIKKELEN
JE WERK ONTWIKKELEN
Tip
Tip
Tip
JE WERK ONTWIKKELEN
JE WERK ONTWIKKELEN
JE WERK ONTWIKKELEN
Tip
Tip
De subsidievorm ‘ontwikkelingsbeurs’ is, in tegenstelling tot de projectbeurs, juist bedoeld om het ontwikkelen van je werk te ondersteunen. Kunstenaars ontwikkelen voortdurend hun kunstpraktijk. Je kunt de ontwikkeling van je werk zelf organiseren door een ontwikkelingsbeurs aan te vragen ofwel kan je ingaan op het bestaande aanbod aan bijkomende opleidingen, workshops, werkplaatsen en residenties. Uiteraard kan je ook steeds zelf een atelier zoeken waar je je werk alleen op eigen tempo kan ontwikkelen.
Tip Tip
ip
ip
JE WERK ONTWIKKELEN
JE WERK ONTWIKKELEN
Tip
De notie onderzoek en ontwikkeling worden dikwijls heel verschillend ingevuld. Sommige initiatieven bieden ruimte en/of materiaal aan en gaan ervan uit dat kunstenaars zelf hun onderzoek kunnen organiseren en zelf de nodige contacten leggen. Andere initiatieven stellen de uitwisseling en kritische dialoog als motor van onderzoek en ontwikkeling centraal. Dit wordt actief gestimuleerd in de vorm van een programma van inhoudelijke feedback door externen en van dialoog en uitwisseling tussen deelnemers onderling. Sommige initiatieven gaan over onderzoek en ontwikkeling rond een welbepaald thema of een welbepaalde techniek, terwijl andere initiatieven het onderzoek en de ontwikkeling van de kunstenaarspraktijk als zodanig beogen. Sommige initiatieven zijn nadrukkelijk beperkt in de tijd (een maand, een jaar, twee jaar) terwijl andere initiatieven niet beperkt zijn in de tijd. Sommige initiatieven zijn een onderdeel van de onderwijsprogramma’s in een land en organiseren een beoordeling van het werk en geven een diploma, terwijl andere initiatieven zich in een culturele sfeer situeren en ten hoogste een getuigschrift afleveren. Dit onderscheid zegt niets over de kwaliteit van het aanbod maar wel over het statuut. Ook de kunstenaars zelf zijn op verschillende tijdstippen in hun carrière op zoek naar andere contexten om hun werk te ontwikkelen. Daar zit zeker geen vast stramien in.
HFDST 3: JE WERK ONTWIKKELEN
78
2
79
OPLEIDINGEN Aanmelding dossier: De vraag voor deze opleidingen, werkplaatsen, ateliers of residenties is steeds veel groter dan het aantal beschikbare plaatsen zodat er meestal selecties plaatsvinden. Met die selectie wil men niet alleen kiezen voor goede en beloftevolle kunstenaars maar ook voor die kunstenaars die het best op hun plaats zijn volgens het profiel en programma van de instelling. Om zich kandidaat te stellen is er een dossier nodig dat steeds bestaat uit een biografie, cv en voorstelling van het werk, en uit een motivatie. Elke instelling stelt andere vragen en criteria zodat het noodzakelijk is om de aanmeldingsprocedure grondig te lezen. Ook het beschikken over een eigen atelier of werkruimte is een essentiële component om je werk te ontwikkelen. Er bestaan organisaties en initiatieven die zich inzetten om atelierruimtes te zoeken of een atelierruimte aan te bieden.
2 . 1 V oortge z ette opleiding E N binnenland
Cultuur - en kunstmanagement
De doelstelling van de opleiding bestaat erin om kennisgehelen aan te bieden die rechtstreeks praktisch toepasbaar zijn. De opleiding bestaat uit zes modules die elk 12 tot 18 uur in beslag nemen. De zes modules bestaan uit afgeronde kennisgehelen en kunnen ook afzonderlijk gevolgd worden. Deelnemers die de volledige opleiding volgen, kunnen een project indienen. Het project wordt beoordeeld door een professionele jury. Wie geslaagd is, ontvangt een getuigschrift. Hogeschool Gent Departement Handelswetenschappen en Bestuurskunde Voskenslaan 270 9000 Gent 09/242 42 07
[email protected] habe.hogent.be/ckm
H oger I nstituut voor S c hone K unsten ( H I S K )
Het HISK is een onafhankelijk instituut dat zich richt tot de jonge kunstenaars in binnen- en buitenland. De nadruk ligt op de individuele praktijk. Iedere kunstenaar beschikt over een eigen atelier waar het werk zelfstandig ontwikkeld kan worden. Kunstenaars, critici en theoretici uit binnen- en buitenland komen op geregelde tijdstippen naar het HISK en leggen vervolgens individuele atelierbezoeken af. Via projecten wordt er door de deelnemers samengewerkt aan de realisatie van interdisciplinaire of multidisciplinaire projecten en installaties. Wie
HFDST 3: JE WERK ONTWIKKELEN
80
81
aanvaard wordt, krijgt de kans om gedurende twee jaar in het HISK te verblijven. Na een opleiding van twee jaar, solliciteert een kandidaat naar de titel van laureaat. HISK Charles de Kerchovelaan 187a 9000 Gent 09/269 67 60
[email protected]
M aster F ilmstudies en V isuele Cultuur
Vanaf het academiejaar 2007-2008 werd de aanvullende opleiding Filmstudies en Beeldcultuur van het departement Communicatiewetenschappen (Universiteit Antwerpen) omgevormd tot een basisopleiding Master Filmstudies en Visuele Cultuur. De Master blijft het enige programma in Vlaanderen dat volledig is toegespitst op de grondige wetenschappelijke studie van film en visuele cultuur. Centraal in het curriculum staat de theorie, de geschiedenis en de analyse van het medium film als multicultureel fenomeen.
www.hisk.edu Universiteit Antwerpen
Sint-Jacobstraat 2
M aster Culturele studies
2000 Antwerpen
De Master Culturele Studies bestudeert de relatie tussen kunst, maatschappij en het geheel van media en technieken die vandaag zowel kunst als maatschappij vorm geven. Het is om die reden een interdisciplinaire benadering, waarbij cultuurwetenschappers met diverse achtergronden inzicht willen verwerven in de relaties tussen maatschappij en media. De Master Culturele Studies heeft geen specifiek afgebakend object, maar concentreert zich op zowel hedendaagse als historische culturele fenomenen en bestudeert die vanuit een praktijkgericht standpunt. K.U.Leuven - Faculteit Letteren Instituut voor Culturele Studies Erasmushuis (LETT)
03/220 41 11 www.ua.ac.be/filmenbeeld
M aster in Cultuurmanagement
De GAS-opleiding Master in het Cultuurmanagement richt zich tot mensen die in overheidsdiensten, non-profitinstellingen en bedrijven een functie vervullen of willen uitoefenen waarin het zakelijk beleid van culturele activiteiten centraal staat. De opleiding richt zich op een breed veld van sectoren: musea, galeries, theaters, orkesten, culturele centra, cultuurdiensten, bedrijfsverzamelingen, erfgoed, evenementen, theaterbureaus, enz.
Blijde-Inkomststraat 21/03, bus 3311
Universiteit Antwerpen
3000 Leuven
Prinsstraat 13
016/32 48 46
2000 Antwerpen
[email protected]
03/275 50 73
www2.arts.kuleuven.be/cs
www.ua.ac.be/mcm
HFDST 3: JE WERK ONTWIKKELEN
82
83
Sint-Lukas Hogeschool Brussel
T entoonstelling en beheer van a c tuele kunst
Paleizenstraat 70
Deze navorming is een initiatief van de Hogeschool Gent, S.M.A.K. en de Universiteit Gent. De opleiding bevat twee opties: ‘Beheer Actuele Kunst’ enerzijds, en ‘Tentoonstelling’ anderzijds. De eerste optie is in de eerste plaats gericht op het beheer van actuele kunst, zij het dat die ook als speerpuntfunctie kan worden gedacht voor een hedendaags beheer van culturele artefacten in het algemeen. De tweede optie heeft dan weer vooral een actuele, zelfreflectieve tentoonstellingspraktijk voor ogen. Men vertrekt daarbij van de actuele kunst, maar ook in dit geval is het zo dat de aangeleerde kennis en methodiek kan overgeplaatst worden naar andere domeinen, m.n. de erfgoedsector in haar totaliteit.
1030 Brussel 02/250 11 00
[email protected] www.sintlukas.be
2 . 2 voortge z ette opleidingen buitenland , met steunmaat
regelen voor V laamse kunstenaars van de V laamse
G emeens c hap
F rankrijk
Hogeschool Gent Koninklijke Academie voor Schone Kunsten Secretariaat inschrijvingen BMW/PCA
Le Fresnoy is een centrum voor hedendaagse kunst dat zich vooral richt op studenten die hun kennis in audiovisuele kunsten willen ontwikkelen.
Jozef Kluyskensstraat 2 9000 Gent
Studio national des arts contemporains
09/266 08 84
22 rue Fresnoy, BP 80179
[email protected]
59202 Tourcoing cedex
www.kask.be
France 0033 (0)3/20 28 38 00
0033 (0)3/20 28 38 99 (fax)
T ransmedia
[email protected]
Transmedia is een postgraduaat in kunst + media + design. Het is een twee jaar durende opleiding die tot het diploma van Postgraduaat in Transmedia-studies leidt. Het eerste jaar wordt een inputprogramma gegeven door gastdocenten en in het tweede jaar wordt een input gegeven op basis van het project dat de deelnemers realiseren.
lefresnoy.net
V erenigd K oninkrijk
Central Saint Martins London College of Arts and Design
HFDST 3: JE WERK ONTWIKKELEN
3
84
85
W E R K P L A AT S E N Southhampton Row London WC1B 4AP United Kingdom 0044 (0) 20/ 75 14 70 22
Werkplaatsen verschillen van opleidingen omdat ze geen diploma geven. Het aanbod bestaat uit een wisselende mix van studioruimte, materiaal, productiemiddelen en inhoudelijke context en feedback.
[email protected] www.csm.arts.ac.uk
3 . 1 W erkplaatsen in B elgi ë
Duncan of Jordanstone College of Art & Design
A I R A ntwerpen
University of Dundee 13 Perth Road Dundee DD1 4HT Scotland United Kingdom 0044 (0) 13/82 38 52 13
[email protected] www.dundee.ac.uk/facdjcad
AIR Antwerpen vzw is een internationaal residentieproject voor kunstenaars, gevestigd in de voormalige sasmeesterswoning op het Eilandje, op de grens tussen de oude en de nieuwe haven, nabij het stadscentrum. AIR Antwerpen is méér dan een receptieve werkplek voor buitenlandse kunstenaars. De organisatie wil zich profileren als een broedplaats voor hedendaagse kunst, een plek waar kunst ontwikkeld wordt en waar aan artistieke research wordt gedaan. www.airantwerpen.be
D uitsland
Kunst Hohschule Medien (KHM) Köln
B ains : : Conne c tive
Academy of Media Arts Peter-Welter-Platz 2 50676 Köln Deutschland 0049 (0) 221/20 18 90 www.khm.de
Bains::Connective is en blijft in de eerste plaats een huis waar artiesten d.m.v. residenties een fase van onderzoek en ontwikkeling kunnen doormaken. Zo kunnen ze hun werk tot stand brengen en een weg vinden naar een publiek. Het huis sluit daarbij a priori niemand uit. Alle professionele artiesten komen in aanmerking voor een residentie, ongeacht hun ervaring, leeftijd, discipline, cultuur of ras. B::C is een organisatie die aan de noden van hedendaagse kunstenaars tegemoet komt, kwaliteit opspoort en zo veel mogelijk wegen open houdt. www.bains.be
HFDST 3: JE WERK ONTWIKKELEN
86
87
F L A CC
FLACC nodigt jaarlijks kunstenaars (uit binnen- of buitenland) in residentie uit die kunnen beschikken over een studio en materiaal, en een tentoonstelling krijgen. Het doel van de werkplaats is het realiseren van artistieke projecten met jonge en ervaren kunstenaars uit binnen- en buitenland. De werkplaats bestaat enerzijds uit een fysiek instrumentarium: ateliers voor metaal en hout, een digitale studio, een ovenatelier (keramiek, brons, glas) en een graveeratelier. FLACC nodigt per jaar zelf een aantal kunstenaars uit die rond een bepaald thema/ project werken. Kunstenaars kunnen echter ook zelf een projectaanvraag indienen. Zij kunnen dan beschikken over alle middelen (werkplaatsen, verblijf, presentatieruimte, …).
bieden, wil men het experimenteren bevorderen en dit aanvullend op de filmscholen (deze ateliers hebben dus geen onderwijsstatuut, er wordt geen diploma gegeven). Voor meer informatie kan je de nieuwsbrief en website van het Vlaams Audiovisueel Fonds raadplegen. www.vaf.be
Cargo
Stichting voor creatie en ontwikkeling met media. www.cargoweb.org
www.flacc.info Constant
K unsten c entrum B U D A
Kunstencentrum BUDA is het hele jaar gastheer voor lokale, regionale en internationale artiesten die korte of langere tijd in Kortrijk komen werken. Op jaarbasis komen zo’n 40 artiesten of collectieven bij Kunstencentrum BUDA langs om een stuk te creëren, af te werken of te onderzoeken. www.budakortrijk.be
W erkplaatsen mediakunst, georganiseerd door het VA F
Het Vlaams Audiovisueel Fonds organiseert jaarlijks ateliers mediakunst die samengesteld worden door derden, telkens rond een ander thema en met een andere duur (maximum verspreid over één jaar). Met deze ateliers wil men nieuw talent begeleiden, vormen en doorgroeikansen
Constant is een Brusselse vereniging voor Kunst en Media die in 1997 opgericht werd. Constant functioneert als laboratorische werkplaats voor een groep kunstenaars, ontwerpers en onderzoekers. De vzw genereert reflectie door de creatie van netwerken, kennisuitwisseling en inhoudelijke samenwerkingen. Netwerken en verbanden tussen culturele producenten stellen de condities van werk in een nieuw daglicht, en maken het analyseren van digitale informatieoverdracht noodzakelijk. Constants werking is gericht op: open source, vrije software, cyber-feminisme, sociale interactie en participatie, copyleft en open licenties, de condities van cultureel werk. www.constantvzw.com
HFDST 3: JE WERK ONTWIKKELEN
88
89
X = 1 0 c ( v z w E xistentie )
X=10c is een platform en ontmoetingsplaats voor jonge professionele kunstenaars, kunstcritici, curatoren en tentoonstellingsbouwers. X=10c wil op die manier de brug slaan tussen opleiding en de professionele kunstensector. Het samenbrengen van mensen uit diverse opleidingen in een gemeenschappelijke denktank is uniek voor het Vlaamse artistieke landschap. X=10c geeft elke geselecteerde kandidaat de kans om deel te nemen aan een labo. Tijdens zo’n labo wordt er gereflecteerd over een aantal fundamentele aspecten van de kunstpraktijk: inhoudelijke (kunst en de wereld, het kunstwerk in tijd en ruimte, het kunstwerk en haar tentoonstelling, het kunstwerk en haar kritiek, …), technische (vormgeving, interdisciplinariteit,…) en communicatieve elementen (management, netwerkvorming, …). www.existentie.be
F rans M asereel c entrum
Het Frans Masereelcentrum is een werkplaats voor de grafische kunsten. Kunstenaars kunnen hier voor een periode van drie weken per jaar verblijven. www.fransmasereelcentrum.be
nadine
Nadine is een transdisciplinair laboratorium voor hedendaagse kunstenaars. Nadine wil op continue wijze vernieuwende en dus ook vaak experimentele en risicovolle projecten, die een degelijke omkadering nodig hebben, ondersteunen. Door de ontwikkeling van een eigen methodologie voor artistiek onderzoek, en de uitdrukkelijke aandacht voor het artistieke proces, wil nadine de hedendaagse
productiepraktijk van de artistieke sector in vraag stellen, en samen met de kunstenaars zoeken naar een open en flexibele structuur, die de interne vraagstelling koppelt aan een ruime externe communicatie. www.nadine.be
3 . 2 B uitenlandse werkverblijven voor beeldende kunstenaars
Werkplaatsen in Nederland
In Nederland bestaan er enkele internationaal functionerende landelijke instituten zoals de Rijksakademie te Amsterdam, de Jan van Eyck Academie in Maastricht, de Ateliers ‘63 in Amsterdam en het Piet Zwart Instituut te Rotterdam, waar je als kunstenaar de kans krijgt om je werk verder uit te diepen. Deze bieden aan de door hen geselecteerde kunstenaars een individuele werkruimte, een eigen werkbudget, technische en kunsttheoretische ondersteuning, contacten met tentoonstellingsmakers, critici, kunstenaars en medestudenten.
R ijksakademie voor beeldende kunsten
De Rijksakademie is een internationale ontmoetingsplek, productie- en onderzoeksplatform voor jonge kunstenaars. Kunstenaars uit de hele wereld werken aan onderzoek en productie, in een eigen atelier, met een bescheiden werkbudget. Er wordt gewerkt in alle voor de beeldende kunst relevante disciplines en technieken: schilderen, tekenen, grafiek, beeldhouwen, video, film, geluid en computerkunst. Ook de relatie met architectuur en openbare ruimte, theater, nieuwe media, muziek, dans, literatuur en film komen aan bod. Sarphatistraat 470 1018 GW Amsterdam Nederland
HFDST 3: JE WERK ONTWIKKELEN
90
91
0031 (0) 20/527 03 00
[email protected]
0031 (0) 20/527 03 01 (fax)
www.de-ateliers.nl
[email protected] www.rijksakademie.nl
J an van E y c k A c ademie
De Jan van Eyck Academie is een postacademisch instituut voor onderzoek en productie in beeldende kunst, design en theorie. Jan van Eyck stelt studioruimte, materiaal en techniek, en een inhoudelijk programma ter beschikking.
P iet Zwart I nstituut
Het Piet Zwart instituut omvat masteropleidingen op het gebied van interieurarchitectuur, beeldende kunst, mediadesign evenals een onderzoeksprogramma op het vlak van mediadesign. De opleidingen beeldende kunst en mediadesign duren twee jaar. Piet Zwart stelt materiaal, studio’s en een programma ter beschikking.
Academieplein 1
Mauritsstraat 36
6211 KM Maastricht
3012 CJ Rotterdam
Nederland
Nederland
0031 (0) 43/350 37 37
0031 (0)10/794 74 05
0031 (0) 43/350 37 99 (fax)
0031 (0)10/794 74 06 (fax)
[email protected]
[email protected]
www.janvaneyck.nl
pzwart.wdka.hro.nl/rdma/rdned
D e Ateliers ‘ 6 3
De Ateliers ‘63 is een onafhankelijk kunstenaarsinstituut dat geleid wordt door beeldende kunstenaars. Het richt zich op de artistieke vorming van jonge, getalenteerde kunstenaars uit binnen- en buitenland. Hoewel vergelijkbaar met een postacademische onderwijsvoorziening, behoort De Ateliers ‘63 niet tot de educatieve instellingen.
W illem de K ooning A c ademie
PO Box 1272 3000 BG Rotterdam studio’s: Karel Doormanhof 45 3012 GC Rotterdam 0031 (0)10/241 46 31
Stadhouderskade 86
0031 (0)10/241 47 66 (fax)
1073 AT Amsterdam
[email protected]
Nederland
wdka.hro.nl
0031 (0) 20/673 93 59 0031 (0) 20/675 50 39 (fax)
HFDST 3: JE WERK ONTWIKKELEN
92
93
De Vlaamse Gemeenschap ondersteunt Vlaamse kunstenaars die in de Rijksakademie te Amsterdam, de Jan van Eyck Academie in Maastricht en de ateliers ‘63 in Amsterdam geselecteerd worden. De tussenkomst hangt af van het type verblijf.
K ü nstlerhaus B ethanien ( B erlijn )
Het Künstlerhaus beschikt over 25 ateliers. Jaarlijks wordt één kunstenaar uit Vlaanderen hiervoor uitgenodigd voor de periode van één jaar (van 15 maart tot 28 februari).
M E E R I N F O R M AT I E ?
www.bethanien.de
Danny Deweerdt 02/553 69 18
Cit é I nternationale D es A rts ( Parijs )
[email protected]
Werkplaatsen in andere landen, met steunmaatregelen voor Vlaamse
kunstenaars van de Vlaamse Gemeenschap
Cité Internationale Des Arts beschikt over twee studio’s waar kunstenaars kunnen werken en verblijven. Als kunstenaar kan je hier voor een periode van 3 à 4 maanden verblijven. www.citedesartsparis.net
Ook in andere landen worden er werkplaatsen ingericht. Slechts in een beperkt aantal werkplaatsen komt de Vlaamse Gemeenschap tussen door het betalen van het atelier of het toekennen van een beurs voor kunstenaars die er geselecteerd worden.
M E E R I N F O R M AT I E ? Danny Deweerdt
I S C P ( N ew York )
Recent tekende het Agentschap Kunsten en Erfgoed een contract met het in Manhattan gevestigde International Studio and Curatorial Program (ISCP), een afdeling van The Elizabeth Foundation for the Arts. Dit contract bepaalt dat er jaarlijks één kunstenaar uit Vlaanderen uitgenodigd zal worden voor een werkverblijf van één jaar (van 1 januari tot 31 december) aan het ISCP.
02/553 69 18
[email protected]
www.iscp-nyc.org
www.cjsm.vlaanderen.be/beeldendekunst
P latform G aranti ( I stanbul )
Jaarlijks nodigt Platform Garanti één kunstenaar uit Vlaanderen uit voor een werkverblijf van een viertal maanden. Platform Garanti stelt de kunstenaar een
HFDST 3: JE WERK ONTWIKKELEN
94
95
studio met natuurlijk licht ter beschikking (40 à 60 m²), een pc met internetaansluiting en een aantal gemeenschappelijke voorzieningen (keuken, bibliotheek, kantoormateriaal).
0033(1) 39/17 11 00
[email protected] www.art4eu.net
www.platform.garanti.com.tr 3 . 4 A ndere werkplaatsen in het buitenland z onder steunmaat regelen voor V laamse kunstenaars van de V laamse G emeens c hap 3 . 3 E uropese U nie , uitwisselingsprogramma voor jonge kunste naars
P epini è res europ é ennes pour jeunes artistes
Het uitwisselingsprogramma ‘Pepinières européennes pour jeunes artistes’ loopt in 20 landen in de EU en Oost-Europa en zowat alle disciplines komen er aan bod. Jonge kunstenaars worden aangespoord om zich te mobiliseren en om op andere plekken binnen Europa hun werk te doen groeien en nieuwe uitdrukkingsvormen te leren. Na een open sollicitatieronde worden de kandidaten voor een werkverblijf in één van de 130 locaties binnen de Europese internationale kunstscène gescreend op de kwaliteit van hun werk en het vernieuwende karakter ervan. Ook wordt nagegaan of het projectvoorstel in overeenstemming is met het profiel van de werkplek waarvoor gesolliciteerd wordt. Een internationale jury van experts en plaatselijke medewerkers van het project kiezen de uiteindelijke deelnemers. Gedurende het verblijf, gaande van 3 tot 9 maanden, moet de jonge kunstenaar dan – weliswaar onder begeleiding – een project ontwikkelen dat gericht is op de tijdelijke woon- en werkomgeving. Meestal mondt dit project uit in een (solo-) tentoonstelling. Patrice Bonnaffé of Pierre Keryvin BP 13, 9/11 rue Paul Leplat 78164 Marly le Roi Cedex France
Een greep uit de belangrijkste: •
Schloss Solitude Stuttgart
www.akademie-solitude.de
•
Hangar Barcelona
www.hangar.org
•
Cittadellarte, Fondazione Pistoletto Biella
www.cittadellarte.it
Op de volgende website vind je informatie over internationale residenties voor kunstenaars, gaststudio’s, workshops, symposia, internationale culturele netwerken, financiële middelen, … www.transartists.nl
HFDST 3: JE WERK ONTWIKKELEN
96
97
3 . 5 W erkplaatsen in het buitenland voor beeldend E kunstenaars die werken met nieuwe media
•
Medialab Europe, Dublin
medialabeurope.org
•
Ars Electronica Center, Linz
www.aec.at
•
ZKM, Karlsruhe
Uiteenlopende types werkplaatsen: 1
Sommige opleidingsinitiatieven nodigen ook kunstenaars in residentie uit, zodat die kunstenaars er eerder een werkplaatsstatuut hebben: (van kortere duur en autonoom van het opleidingsprogramma)
www.zkm.de
De Rijksacademie nodigt bijvoorbeeld jaarlijks 2 kunstenaars uit die werken rond nieuwe media
•
C3, Budapest
www.rijksakademie.nl
www.c3.hu
•
Duncan of Jordanstone College of Art & Design
•
Hull Time Based Arts
www.dundee.ac.uk/facdjcad
www.hulltimebasedart.co.uk
•
Le Fresnoy
lefresnoy.net
•
KHM (Kunst Hohschule Medien, Köln)
www.khm.de
•
EMARE network (European Media Artists in Residence Exchange)
www.werkleitz.de/projekte/emare/index_e.html
•
2
Medialabs die ook werkplaats- en residentieprogramma’s hebben: •
V2_, Rotterdam
www.v2.nl
HFDST 3: JE WERK ONTWIKKELEN
4
99
KUNSTENAARSVERBLIJVEN
Dit zijn initiatieven waarbij de kunstenaars enkel een atelier of studio wordt aangeboden. Verder is er geen programma voor uitwisseling en kritische dialoog voorzien, noch worden er tentoonstellingmogelijkheden geboden aan het einde.
F rans M asereel c entrum
Het Frans Masereelcentrum is een werkplaats voor de grafische kunsten. Kunstenaars kunnen hier voor een periode van drie weken per jaar verblijven. Zaardendijk 20
K ü nstlerhaus W orpswede ( D uitsland )
2460 Kasterlee
Künstlerhaus Worpswede (Duitsland) is een internationale ontmoetingsplaats met 11 studio’s waar o.a. beeldende kunstenaars, schrijvers en componisten kunnen leven en werken gedurende 3, 6, 9 of 12 maanden.
014/85 22 50 of 014/85 22 52
[email protected] www.fransmasereelcentrum.be
Künstlerhauser Worpswede Bergstrasse 1
V erbeke F oundation
22726 Worpswede Deutschland
Westakker
0049 (0)47/92 13 80
9190 Kemzeke (Stekene)
[email protected]
03/789 22 07
www.kuenstlerhaeuser-worpswede.de
[email protected] www.verbekefoundation.com
A I R A ntwerpen
AIR Antwerpen is een internationaal residentieproject voor kunstenaars. De organisatie biedt een verblijf aan vijf kunstenaars voor een periode van 1 tot en met 6 maanden. Sasmeesterswoning Royerssluis Oosterweelsteenweg 3 2030 Antwerpen 03/475 17 57 (tel en fax)
[email protected] www.airantwerpen
HFDST 3: JE WERK ONTWIKKELEN
5
6
AT E L I E R V O O R Z I E N I N G
K O R T L O P E N D E O P L E I D I N G S I N I T I AT I E V E N : WORKSHOPS EN MASTERCLASSES
Er zijn organisaties die je helpen zoeken naar een ruimte en die zelf ateliers beheren.
N u c leo v z w
Lange Violettestraat 237/239
101
Dit zijn opleidingen die beperkt zijn in tijd en een welbepaald thema of en specifieke techniek behandelen. De kunstenaarspraktijk als zodanig komt hier minder aan bod. Het is aan de kunstenaar zelf hoe een techniek of thema wordt geïntegreerd in de kunstenaarspraktijk.
9000 Gent 09/329 50 52
6 . 1 A anbod c ursussen en workshops voor professionele
[email protected]
kunstenaars
www.nucleo.be
Theoretische en praktische workshops in verband met nieuwe media: N I CC
Designcenter Lange Winkelhaak
• OKNO
Lange Winkelhaakstraat 26
www.okno.be
2060 Antwerpen
• F L A CC
03/216 07 71
www.flacc.info
[email protected]
• V ooruit
www.nicc.be
www.vooruit.be • Constant
www.constantvzw.be
6 . 2 E xperimentele mediakunst
B innenland
• workshops gesteund door het VA F :
www.vaf.be
telkens andere initiatieven
HFDST 3: JE WERK ONTWIKKELEN
102
103
• i M A L ( intera c tive M edia A rt L aborator y ) , B russel
iMAL organiseert gedurende een jaar een aantal workshops /masterclasses rond artistieke thema’s en nieuwe media /technologie en ondersteunt projecten van individuele artiesten door hen kennis en /of materiaal aan te bieden.
van de vijf pijlers van dit programma (naast de steun aan ontwikkeling, promotie, distributie en pilootprojecten) MEDIADESK België Handelskaai 18, bus 3 1000 Brussel
www.imal.org
02/226 06 55
[email protected]
• nadine , B russel
Nadine organiseert masterclasses en workshops in computerprogramma’s voor kunstenaars in Brussel. www.nadine.be
• V idiots , G ent
Vidiots is een educatief productie- en ontmoetingsplatform onder de gemeenschappelijke noemer ‘De expeditie’. Vidiots wil basiskennis rond hedendaagse beeld- en geluidstechnieken stimuleren via educatieve workshops in software die niet aan bod komen in het klassieke audiovisuele onderwijs. www.vidiots.be
B uitenland
•
Raadpleeg de website van B A M ,
I nstituut voor beeldende , audiovisuele
en mediakunst
www.bamart.be
Media training programs supported by M E D I A P L U S P R O G R A M M E / E U M E D I A P L U S is een stimuleringsprogramma en verleent steun aan de Europese audiovisuele industrie en professionelen. De steun aan een opleiding is één •
www.mediadesk-vlaanderen.be
7
105
ALGEMENE INFO
7. 1 B innenland
Voor recente info: raadpleeg de website van BAM www.bamart.be
7. 2 B uitenland
T rans A rtists
Bieden informatie over residenties voor kunstenaars, uitwisselingsprogramma’s, gaststudio’s, workshops, symposia, internationale culturele netwerken, financiële middelen, … Arie Biemondstraat 105 1054 PD Amsterdam Nederland 0031 (0) 20/612 74 00
[email protected] www.transartists.nl
4
Tip JE WERK TONEN
p103-124
WERK NEN
JE WERK TONEN
JE WERK TONEN
JE WERK TONEN
Tip
Tip
Tip
JE WERK TONEN
JE WERK TONEN
JE WERK TONEN
HFDST 4: JE WERK TONEN
1
INLEIDING
ip
Tip
Tip
Tip
WERK NEN
JE WERK TONEN
JE WERK TONEN
JE WERK TONEN
Tip
Tip
Tip
JE WERK TONEN
JE WERK TONEN
JE WERK TONEN
ip
Tip
Tip
Tip
WERK NEN
JE WERK TONEN
JE WERK TONEN
JE WERK TONEN
Tip
Tip
Tip
JE WERK TONEN
JE WERK TONEN
JE WERK TONEN
ip
Tip
Tip
Tip
WERK NEN
JE WERK TONEN
JE WERK TONEN
JE WERK TONEN
ip
107
Tip
Tip
Tip
JE WERK TONEN
JE WERK TONEN
JE WERK TONEN
Tip
Tip
Tip
Werk tonen betekent het publiek maken van je werk. Publiek is een abstract begrip, want het bestaat uit verschillende geledingen: de individuele bezoekers, de kunst- en cultuurliefhebbers, het grotere publiek, de kunstkopers, de kunstcritici, de professionelen uit de sector zoals curatoren en theoretici, enz. Vertoners bemiddelen over het publiek maken van je werk. In de beeldende kunst zijn de meest voor de hand liggende bemiddelaars de kunstgaleries, de centra voor beeldende kunst, de musea voor hedendaagse kunst, organisatoren die tijdelijke tentoonstellingen samenstellen in tentoonstellingsruimtes of in openlucht. Beeldende kunst wordt vandaag ook vertoond op andere culturele plekken. Denken we maar aan de culturele centra of kunstencentra die dat doen op permanente basis in daarvoor geschikte ruimtes, of uitsluitend in het kader van thematische programma’s. Het tonen van beeldende kunst gebeurt echter niet enkel in louter culturele omgevingen. Interventies in de publieke ruimte, publieke gebouwen of leegstaande panden zijn andere contexten waarin beeldende kunst gepresenteerd kan worden. Kunstenaars nemen overigens meer en meer zelf initiatief om te vertonen, hetzij als organisatie die gerund wordt door kunstenaars (denken we maar aan Free Space van NICC of Etablissements d’en face), hetzij als groep kunstenaars die punctueel initiatief nemen om hun werk alleen of in groep tentoon te stellen. Ten slotte is het mogelijk om beeldende kunst ook anders en elders publiek te maken dan de tentoonstelling. Denken we maar aan de uitgave van werk in boekvorm, op video of dvd, het creëren van werk dat specifiek gemaakt is voor het internet, of het maken van werk dat het resultaat is van een collectief maakproces met bewoners, en waarbij de vertoning zowel het proces als eindresultaat betreft. Maken en tonen komen hier heel dicht bij elkaar te liggen.
HFDST 4: JE WERK TONEN
108
Tonen moet steeds gebeuren in de beste omstandigheden die de kunstenaar in samenspraak met de tentoonstellingsmaker en zijn/ haar equipe uittekent, zodat het publiek maximaal toegang kan krijgen tot de complexiteit van het werk.
2
TENTOONSTELLING
De kennis voor het vertonen van hedendaagse kunst beperkt zich al lang niet meer tot het inkaderen, muren bouwen, sokkels plaatsen en uitlichten van kaders aan de muur. De complexiteit van het werk dat kunstenaars vandaag maken en de diversiteit in het gebruikte materiaal enerzijds, en de vermenigvuldiging van de vertoningsplekken en vertoningsmogelijkheden die niet steeds over alle kennis en techniek beschikken anderzijds, maakt het vertonen er niet makkelijker op. Daarom is het belangrijk om alle aspecten die bij het tentoonstellen komen kijken grondig door te praten met de tentoonstellingsmaker vooraleer je een uitnodiging aanvaardt. Ben je er zeker van dat de ruimte geschikt is of geschikt gemaakt kan worden? Weet je zeker dat de technische uitrusting en technische kennis van het team volstaat om je werk in de juiste condities te tonen? Sta je achter het tentoonstellingsconcept, het tentoonstellingsthema of de samenstelling van de groepstentoonstelling? Zal de tentoonstellingsmaker voldoende aandacht besteden aan publiciteit en wat is de promotiestrategie? Kent de tentoonstellingsmaker je werk voldoende? Indien niet, dan kan een uitnodiging in het atelier of het versturen van een portfolio helpen. Deze vragen en voorwerpen van dialoog tussen kunstenaar en tentoonstellingsmaker kunnen daarna best geformaliseerd worden in een schriftelijke overeenkomst. Laten we eerst die diverse vragen ontrafelen om te zien hoe dat in een contract geformaliseerd kan worden.
109
2 . 1 V ertonings c ondities : te c hnis c he fi c he
De technische fiche bestaat uit: • Een lijst met de bestanddelen van elk werk • Gedetailleerde materiaallijst die de vertoner moet voorzien om het werk op te stellen • Een minimale omvang van de ruimte • Een gedetailleerd plan voor de opstelling Sommige kunstenaars leggen de vertoningcondities vast in een technische fiche en ruimtelijk plan dat het technische team precies moet uitvoeren. Andere kunstenaars maken ook een gedetailleerde lijst en plan, maar beschouwen het vertonen als een ‘hercreatie’: telkens opnieuw het werk maximaal laten spreken in dialoog met de ruimte en eventueel met de andere kunstenaars in die ruimte of in de omgeving. Het is steeds wenselijk dat de kunstenaar de ruimte vooraf bezoekt zodat de gestandaardiseerde technische fiche aangepast kan worden aan de ruimte. Ook bij de opstelling kan de aanwezigheid van de kunstenaar aangewezen zijn om ter plekke beslissingen te nemen of bepaalde aspecten te wijzigen. Als de kunstenaar een vertoning als een ‘hercreatie’ beschouwt is het logisch dat de kunstenaar alle stappen van de opbouw volgt en zelf de opstelling leidt. Bij een groepstentoonstelling moet de ruimte verdeeld worden onder verschillende kunstenaars. Soms doet de tentoonstellingsmaker dit zelf op basis van individuele gesprekken met elke kunstenaar die deelneemt, soms is het een gemeenschappelijk proces waar alle kunstenaars bij betrokken worden. Het is daarom belangrijk dat de tentoonstellingmaker beschikt over de exacte vertoningscondities voor elk werk, zodat iedereen aan zijn/ haar trekken komt.
HFDST 4: JE WERK TONEN
110
Het is ook belangrijk dat er afspraken worden gemaakt zodat de kunstenaar steeds van alle beslissingen en wijzigingen op de hoogte wordt gebracht, en mee kan onderhandelen over aanpassingen of alternatieven. Wanneer nieuw werk gecreëerd wordt voor een bepaalde tentoonstelling, dan speelt de toegewezen ruimte en de kennis van alle aspecten van die ruimte (volume, licht, geluidsdichtheid, …) een belangrijke rol. De data van opstelling, afbraak en vervoer worden meestal in detail afgesproken zodat de kunstenaar de garantie heeft dat er voldoende tijd is om op te bouwen en af te breken, en dat het vervoer tijdig geregeld is zodat de kunstwerken niet te laat aankomen voor de opbouw. De opbouw, afbraak en het vervoer zijn voor rekening van de organisator maar de kunstenaar kan vragen om met een specifieke vervoersmaatschappij te werken of het vervoer helemaal zelf te regelen. Het is daarbij belangrijk om in alle stappen van de tentoonstelling, gaande van vervoer, opbouw, tentoonstelling, afbouw en vervoer terug, precieze verantwoordelijkheden af te spreken, inclusief het afsluiten van een verzekering, in geval van schade. Werd de schade toegebracht door de vervoersmaatschappij, door het personeel bij de opbouw of door een toeschouwer tijdens de tentoonstelling? Aangezien de organisator verantwoordelijk is voor het werk tijdens de bruikleenperiode, inclusief het vervoer van en naar de tentoonstellingsplek, zal deze zich laten verzekeren voor schade, diefstal en/of verlies. Aangezien er steeds onherstelbare schade, diefstal of verlies mogelijk is bepalen beide partijen de waarde van het werk dat in dat geval terugbetaald zal worden. Veiligheid heeft niet alleen te maken met de bescherming van het kunstwerk tegen beschadiging en diefstal. De organisator laat zich ook verzekeren voor de bezoekers en voor het personeel dat ingezet wordt bij de opstelling en afbraak. De ruimte moet ook voldoen aan de veiligheidsnormen en eventueel aan klimatologische eisen.
111
Het tentoonstellen in openbare ruimte (op straat of in publiek toegankelijke gebouwen) gebeurt meer en meer. Naast de inhoudelijke, historische, fysieke en sociale kenmerken van een plek waarop de kunstenaar wil inspelen, zal de kunstenaar ook met heel wat praktische regels geconfronteerd worden: beperkingen die te maken hebben met de fysieke ingrepen op die plek en met de veiligheidsregels voor de bezoekers en passanten. Deze regels worden best vooraf besproken met de eigenaars of beheerders van die plekken en hun technisch team, die vaak zelf zelden ervaring hebben met kunst. Bovenal is er echter toestemming nodig van die eigenaars en/of beheerders en daar spelen niet alleen technische en praktische argumenten een rol, maar ook de wil en de zin om tijdelijke artistieke interventies in openbare ruimte al dan niet toe te laten en mogelijk te maken. Daarnaast hanteren verzekeringsmaatschappijen specifieke eisen opdat een werk in de openbare ruimte verzekerd kan worden. 2 . 2 T e c hniek : materiaallijst en te c hnis c h personeel dat de
vertoner voor z iet
Het is belangrijk om zo gedetailleerd mogelijk te zijn in de omschrijving van het nodige materiaal dat de organisator moet voorzien om het werk op te stellen zoals bijvoorbeeld: afmetingen van sokkels en extra muren, type projectoren voor dia, film of video (minimum lichtsterkte bijvoorbeeld), type geluidsmateriaal zoals versterker en speakers, type computer (snelheid) en internetconnectie (welk soort snelheid, gaat ze via de firewall van het museum of is het een dedicated line?), welk soort spots, enz.. Naast het materiaal is er technische kennis vereist bij de opstelling. Is deze specifieke kennis wel beschikbaar in het technische team van de organisator? Indien niet, dan kan de kunstenaar eisen dat gespecialiseerd personeel wordt voorzien, of personeel wordt gebruikt dat door de kunstenaar wordt aangebracht.
HFDST 4: JE WERK TONEN
112
Verschillende kunstenaars werken met een assistent of een technisch team die elke tentoonstelling uitvoeren en coördineren, in samenwerking met het team van de organisator. Denken we maar aan de kunstenaars Bill Viola, James Coleman, Isaac Julien, … Zo’n team is steeds duur en het is de vraag of de organisator zoiets kan betalen.
113
De kunstenaar beschikt daarom steeds over een pakket materiaal dat de tentoonstellingsorganisator kan gebruiken voor promotiedoeleinden: • •
2 . 3 I nhoudelijke c ontext : pers , promotie , edu c atieve werking
Tonen heeft niet alleen te maken met het zichtbaar en ervaarbaar maken van een werk, maar ook met de vermelding van de credits van het werk en met de juiste inhoudelijke begeleiding. Het creëren van die inhoudelijke context en educatie is een taak van de vertoner (publiekswerking) maar als kunstenaar kan je best zoveel mogelijk kwalitatief hoogstaand materiaal aanreiken zodat er juiste dingen worden gezegd in persberichten en in artikels, juiste afbeeldingen worden verspreid in de pers, en juiste dingen worden gezegd over je werk door de educatieve dienst van de vertoner. Bovendien kan de kunstenaar het recht vragen om alle teksten en proefdrukken die de vertoner maakt vooraf te controleren. Het is de kunstenaar die toestemming geeft of, en op welke drager (druk, audiovisuele dragers, omroep, internet), en voor welke landen, het tentoongestelde werk gereproduceerd en publiek gemaakt mag worden voor promotiedoeleinden. Omgekeerd garandeert de kunstenaar dat dit promotiemateriaal zelf rechtenvrij is en zonder claims door derden publiek gemaakt kan worden. Indien er een catalogus gemaakt wordt, gebeurt dat meestal in nauw overleg met de kunstenaar. Ook hier kan de kunstenaar ideeën aanreiken over schrijvers, keuze van beelden en vormgeving en de voorlopige versie controleren voor de druk. Voor de vernissage stellen kunstenaar en tentoonstellingsmaker samen een lijst op van genodigden.
•
•
• •
Een cv en bio van de kunstenaar Een lijst van alle kunstwerken, tentoonstellingen en teksten die geschreven werden over de kunstenaar, over werken of over tentoonstellingen De credits van het tentoongestelde werk (kunstenaar, titel, jaartal, eigenaar van het werk, eventueel sponsor of subsidiënt indien dit werd overeenge- komen) Tekst over het werk: concept, motivatie, omschrijving (teksten die men schreef voor het dossier kunnen bruikbaar zijn) Andere teksten en essays van andere schrijvers Beeldmateriaal van degelijke kwaliteit voor promotiedoeleinden (specifieer telkens welke credits er onder welk beeld vermeld moeten worden, zoals de fotograaf, de naam van de kunstenaar, de titel van het werk en jaartal, …)
2 . 4 F I N A N C I Ë N
Vertonen werd vroeger beschouwd als een eer die een positief effect zou hebben op de verkoop, waardoor de kunstenaar volledig gratis meewerkte aan een tentoonstelling. Vertonen staat echter niet steeds in relatie tot verkoop en bovendien heeft de kunstenaar veel kosten bij het mogelijk maken van een vertoning. Het is daarom vandaag gebruikelijk om daarover financiële afspraken te maken. Alles hangt af van de financiële mogelijkheden van de vertoner en de eisen van de kunstenaar, en zal dus in onderling overleg bepaald moeten worden. Volgende aspecten kunnen voorwerp van onderhandeling zijn: • De vergoeding voor de kunstenaar, om het werk dat hij/zij gemaakt heeft tentoon te mogen stellen (recht op mededelingen aan het publiek)
HFDST 4: JE WERK TONEN
114
•
•
115
De kosten van de kunstenaar bij de voorbereiding, bij de opstelling en bij het redigeren van tekstmateriaal (vervoerskosten, telefoonkosten, materiaalkosten, gepresteerde uren) De auteursrechten van de kunstenaar op het reproduceren van beelden/of geluidsmateriaal voor promotiedoeleinden
Ook al heeft de vertoning of tentoonstelling geen verkoopintentie, toch kunnen kunstenaar en tentoonstellingsorganisator afspraken maken wanneer een koper zich spontaan aanbiedt. De tentoonstellingsorganisator kan de koper gewoon doorsturen naar de kunstenaar en de kunstenaar kan beslissen om in dat geval een percentage van de verkoopsopbrengst toe te kennen aan de organisator van de tentoonstelling.
Het infodossier ‘Draaiboek voor tentoonstellers’ biedt een goed overzicht van de zaken waarmee rekening moet gehouden worden bij tentoonstellen en welke procedures van toepassing zijn. Het kan gedownload worden via
www.kunstwerkt.be
of
kan besteld worden bij BAM:
[email protected]
Op de website van NICC staan een aantal voorbeeldcontracten (tentoonstellings-, bruikleenen koopovereenkomst):
www.nicc.be
2 . 5 V ertonen in het buitenland
De tentoonstelling met de bedoeling om werk te verkopen wordt besproken in H oofdstuk 5 , p. 125-134.
Contracten - Overeenkomsten
Al deze inhoudelijke, ruimtelijke, technische, legale en financiële afspraken kunnen best geformaliseerd worden in een overeenkomst. Soms is de tentoonstellingsmaker werknemer van de organisatie, soms is hij/zij freelance. Het contract moet in elk geval afgesloten worden tussen de kunstenaar en diegene die de ruimtelijke, materiële en promotionele diensten levert.
M E E R I N F O R M AT I E ? Een voorbeeld van een tentoonstellingscontract vind je op de website van het kunstenloket:
www.kunstenloket.be
Voor je gaat werken in het buitenland neem je best eerst contact op met het belastingskantoor in je buurt. Het belastingskantoor legt je uit wat je voor je vertrek moet regelen om aan de fiscale verplichtingen te voldoen. Het kantoor zal je ook uitleggen in welk land je belast zal worden. Inkomensbelasting bij arbeid in het buitenland: •
Principe bij inkomstenbelasting is dat de staat je op je wereldwijd inkomen belast als jouw woonplaats op hun grondgebied ligt (woonplaatsbeginsel). Om te vermijden dat je dubbele belastingen moet betalen heeft België eenzijdige maatregelen opgelegd en dubbele belastingverdragen gesloten.
Op de volgende website kun je nakijken of België een verdrag met een land heeft gesloten of niet: www.belgium.be ‘Huisvesting’ > ‘Verhuizen’ > ‘Naar het buitenland’ > ‘Fiscale aspecten’
HFDST 4: JE WERK TONEN
116
117
• In de meeste dubbelbelastingverdragen wordt de 183-dagenregel toegepast. Dus je bent belastbaar in België als je: – minder dan 183 dagen werkt in het buitenland – betaald wordt door of namens een werkgever die inwoner is buiten de werkstaat – beloningen mogen niet ten laste komen van vaste inrichtingen of een vaste basis die de werkgever in de werkstaat heeft. Gevolg: de woonstaat is heffingsbevoegd.
Grensarbeid
Wanneer je in een buurland werkt en minstens éénmaal per week terugkeert naar het land waar je woont, dan werk je als grensarbeider en hiervoor bestaat een aparte regeling. Je beroepsinkomen wordt dan belast in het land waar je woont.
M E E R I N F O R M AT I E ? europa.eu.int/citizensrights www.belgium.be
De sociale zekerheid bij arbeid in het buitenland
Normaal gezien val je onder het socialezekerheidsstelsel van het land waar je werkt (werklandprincipe). Jij bent dan, op basis van je premiebijdragen in het land dat je werkt, verzekerd in je werkland en in je woonland volgens de bepalingen van het werkland en woonland. Gezinsleden ten laste zijn verzekerd in het woonland. De Europese regelgeving geldt voor: uitkeringen bij ziekte en moederschap, arbeidsongevallen en beroepsziekten, overlijden, werkloosheid, invaliditeits-, ouderdoms- en overlevingsuitkeringen en tenslotte ook kinderbijslag. De Europese voorschriften zeggen evenwel niets over sociale bijstand, bedrijfspensioenen en brugpensioenen. Je rechten en plichten in termen van sociale zekerheid, en ook deze van uw verwanten kunnen, naar gelang van de situatie, volledig veranderen: • Indien je binnen of buiten de Europese Economische Ruimte (Duitsland, Oostenrijk, België, Denemarken, Spanje, Finland, Frankrijk, Griekenland, Ierland, IJsland, Italië, Liechtenstein, Luxemburg, Noorwegen, Nederland, Portugal, het Verenigd Koninkrijk, Zweden) werkt • Indien het land waarin je werkt al dan niet een overeenkomst heeft gesloten met België • Naargelang je werknemer of je zelfstandige, grensarbeider of gedetacheerd bent www.belgium.be
Buiten de EER (Europese Economische Ruimte)
Hiervoor neem je best contact op met het belastingskantoor in je buurt. Het belastingskantoor zegt je wat je precies moet doen om aan de fiscale verplichtingen te voldoen.
‘Huisvesting’ > ‘Verhuizen’ > ‘Naar het buitenland’ > ‘Sociale zekerheid’
HFDST 4: JE WERK TONEN
3
118
119
U I T G E V E N VA N J E W E R K M E E R I N F O R M AT I E ?
Als je buiten de EER werkt, kan je een verzekering nemen bij de dienst voor Overzeese Sociale Zekerheid. Bij deze verzekering is er een regeling mogelijk voor pensioen, ziekte, geneeskundige zorgen, invaliditeit, overlijden en aanvullende verzekeringen. Je kunt zelf kiezen welke rechten je verzekert. Overleg met de RVA hoe lang je in het buitenland kan verblijven zonder deze verzekering en toch bij terugkomst je werkloosheidsuitkering kan heropnemen.
Dienst voor Overzeese Sociale Zekerheid
Louizalaan 194
1050 Brussel
02/642 05 11
www.ossom.fgov.be
Rijksdienst voor de Sociale Zekerheid
02/509 31 11
www.onssrszlss.fgov.be
De brochure ‘Uw Sociale Zekerheid wanneer u zich verplaatst in de Europese Unie’ is te verkrijgen bij de Europese Commissie.
Sociale Zekerheid voor migrerende werknemers
Wetstraat 200
Je kunt je werk tonen en publiek maken in de vorm van een uitgave die te koop wordt aangeboden. Je kunt uitgeven in boekvorm, audiovisuele werken kunnen uitgegeven worden op video of dvd en geluidskunst kan uitgegeven worden op een cd. Soms is een combinatie mogelijk van boek, video of cd. Het is aan de kunstenaar om te beslissen of een installatie in een reproduceerbare vorm op de markt kan worden gebracht. De kunstenaar kan zoiets in eigen beheer doen. Ook de distributie kan men zelf doen of overlaten aan een gespecialiseerde distributeur in kunstboeken, kunstvideo’s/dvd’s of kunstcd’s. Met een dergelijke distributeur wordt een contract gesloten over het aantal exemplaren, de verkoopprijs, en de vergoeding van die distributeur. Het is de kunstenaar die de distributeur contractueel de toestemming moet geven om het werk te verspreiden, op bepaalde drager(s) en voor een bepaald territorium en voor een bepaalde duur (licentie). Wanneer de kunstenaar een dergelijke uitgave niet in eigen beheer maakt, zal men op zoek gaan naar een uitgever die er zelf zal voor zorgen dat deze uitgave verspreid wordt, ofwel door de eigen distributiediensten, ofwel in onderaanneming door het engageren van een distributeur. In dit geval zal de kunstenaar de uitgever het recht geven om het werk te reproduceren én publiek te verspreiden voor een bepaalde prijs, op een welbepaalde drager, voor een welbepaald territorium en voor een welbepaalde duur. De uitgever zal dan met deze afspraken rekening houden indien hij het werk distribueert via een distributeur in onderaanneming.
1049 Brussel
ec.europa.eu
(Ga naar ‘Nieuws per onderwerp’ en scroll naar ‘Werkgelegenheid en sociale zaken’)
Specifiek voor jouw land van bestemming?
ec.europa.eu/youngeurope/nav/nl/citizens/index.html
Selecteer ‘Werken in Europa’ > ‘Sociale zekerheid’ en kies vervolgens een land. Zo krijg je
handige informatie over werken in dat specifieke EER-land rond de thema’s ‘Sociale
zekerheid’ en ‘Sociale zekerheidsvoordelen’.
Contract
De overeenkomst tussen kunstenaar en uitgever en/of distributeur heeft de vorm van een licentie: de uitgever/distributeur kan, op basis van de EU-richtlijn op het auteursrecht, geen rechten definitief afkopen van de maker, maar de maker kan wel een licentie geven tot reproductie en distributie voor bepaalde dragers, territoria en andere criteria.
HFDST 4: JE WERK TONEN
120
V oorbeel D
121
van een licentie:
www.beroepkunstenaar.nl/content/Licentiecontract-29.pdf
4
T O N E N E N P U B L I E K M A K E N VA N J E W E R K VIA HET INTERNET Ook hier is het enkel de maker die toestemming kan geven of een werk gereproduceerd en publiek gemaakt wordt via het net. In sommige gevallen kan het werk zelf ook verspreid worden via het internet. Dat geldt vooral voor audiovisuele werken. De kunstenaar kan beslissen om dat te doen mits betaling (pay-per-view) maar deze technologie gekoppeld aan incassering is nog niet ruim verspreid voor kunstwerken en men moet zich daarvoor richten tot internetplatforms die dergelijke diensten aanbieden (inclusief Digital Rights Managment), en die hun diensten formaliseren in de vorm van een distributielicentie van het werk voor internet. In de meeste gevallen gaan de kunstenaars er echter van uit dat hun werk onlosmakelijk verbonden is met een fysieke ruimte (de video als installatie, de geluidskunst als installatie, het schilderij of beeldhouwwerk in de ruimte, ...), zodat distributie ervan via het net, als fragment of integraal, eerder als een document (documentaire representatie) van het werk beschouwd zal worden dan het werk zelf. Sommige kunstenaars zullen distributie van hun werk in die vorm ook toestaan, mits de kwaliteit van de reproductie voldoende is voor informatieve, educatieve of onderzoeksdoelstellingen, maar onvoldoende voor reproductie en vertoning. Op die manier beschermt men zich tegen illegaal downloaden,
kopiëren en publiek maken op andere dragers die de commerciële belangen van de maker kunnen schaden. Maar men kan het vrij publiceren van werk ook reguleren door een welbepaalde licentie digitaal aan het digitale document te verbinden, waarbij de user (gebruiker) er zich toe verbindt het digitale document enkel onder welbepaalde voorwaarden te zullen gebruiken, en bijvoorbeeld niet zal exploiteren voor commerciële doeleinden via het net of voor andere dragers. De Creative Commons-licenties zijn daar een goed voorbeeld van. Op die manier kan men documenten van het werk vrij laten circuleren, zonder dat de exploitatie van de reproductierechten voor commerciële doeleinden (reproducties in kunstboeken, in boekvorm of audiovisuele producties) ermee in het gedrang komt. Steeds meer kunstenaars begrijpen dat het belangrijk is om documenten van hun werk via het internet vrij publiek te maken en dat het de belangstelling voor de fysieke ervaring met het werk alleen maar kan vergroten. Kunstenaars plaatsen dergelijke documenten van hun werk op een eigen website, op de website van de galerie of geven toestemming aan musea of aan databanken van publieke aard rond kunst en hedendaagse kunst om documenten over het werk digitaal te reproduceren en publiek te maken. Tenslotte zijn er kunstenaars die werk specifiek concipiëren voor het internet en dan ziet men het net meestal als een publiek toegankelijke ruimte (de website is toegankelijk zonder betaling) en als ruimte met een speciale dynamiek omdat gebruikers niet alleen toegang hebben, maar ook in veel gevallen zelf content kunnen aanleveren en uploaden). De kunstenaar is dan zelf verantwoordelijk voor claims van derden op de content die men op die website plaatst (zeker met participatieprojecten kan dat moeilijk worden, men heeft er immers geen zicht op of de participanten wel rechtenvrij materiaal gebruiken, daarom zullen de initiatiefnemers van dergelijke internetplatforms de gebruikers zelf verantwoordelijk stellen voor de content die zij aanleveren). Men kan ook op het internet alleen materiaal gebruiken waarvan de rechten vrij zijn of ‘gecleard’ zijn.
HFDST 4: JE WERK TONEN
122
Ook al beslist de kunstenaar zelf om webkunst via het internet vrij publiek te maken en ook al is het materiaal ‘gecleard’, dan nog kan een provider de website van het net halen op basis van vage klachten. Providers zijn alsmaar op hun hoede voor schadeclaims en beslissen tot sluiten zonder enige vorm van onderzoek of de claim rechtmatig is. In die zin kunnen autonome, cultureel gedreven providers die wel claims vooraf onderzoeken een belangrijke rol spelen voor kunstprojecten op het net.
5
123
AUTEURSRECHTEN: V O O R W A A R D E N VA N B E S C H E R M I N G
1
Het auteursrecht beschermt de originele creaties van de geest, zoals bv. beeldhouwwerken, literaire en wetenschappelijke teksten, scenario’s, schilderijen, foto’s, filmwerken, voordrachten, choreografieën, enz. Het werk moet een vorm gekregen hebben alvorens het beschermd kan worden. Ideeën, concepten en methodes worden echter niet door auteursrecht beschermd.
Op de website van BAM staan heel wat links naar websites van kunstenaars. www.bamart.be 2 Twee voorwaarden waaraan het werk moet voldoen om bescherming te verkrij-
gen van het auteursrecht: • Het moet gaan over een originele creatie, dit wil zeggen intellectuele creatie eigen aan de maker ervan. • Het auteursrecht ontstaat automatisch door de creatie zelf van een origineel werk. Hiervoor zijn geen administratieve formaliteiten nodig om auteursrecht te verkrijgen. Aangezien het auteursrecht een vormvrije bescherming is, bestaat er bijgevolg geen registratieverplichting. • Toch zullen een groot aantal auteurs overgaan tot het deponeren van hun werk bij een notaris of een auteursvereniging. Het depot beschermt een nog niet-geproduceerd werk door het onder verzegeld omslag te bewaren en er een datum aan toe te kennen. Het depot kan daardoor van doorslag gevend belang zijn bij een proces wegens plagiaat. • De exclusieve rechten waarover de auteur beschikt, zijn onder te verdelen in twee hoofdcategorieën: – De vermogensrechten – De morele rechten
HFDST 4: JE WERK TONEN
124
125
1 V ermogensre c hten
Aangezien de auteur toestemming moet geven voor het kopiëren of tentoonstellen van zijn werk, kan hij daar ook een vergoeding voor vragen. De vermogensrechten geven bijgevolg aan de auteur de mogelijkheid om zijn werk te exploiteren of te laten exploiteren. Door de exploitatie van het werk kan de auteur inkomsten verwerven. Alleen de auteur zelf kan de toestemming geven voor het gebruik van zijn werk. Deze vermogensrechten zijn exclusieve rechten en voor elke reproductie en/of mededeling die men van het werk wil doen, zal in principe de toestemming gevraagd moeten worden aan de auteur. De vermogensrechten worden opgedeeld in twee hoofdcategorieën en elke categorie kan dan weer opgesplitst worden in deelrechten of subcategorieën: •
Het reproductierecht
Het reproductierecht geeft de kunstenaar het recht om iedere reproductie van zijn werk toe te laten of te verbieden. Hierbij kan bijvoorbeeld worden gedacht aan het fotokopiëren van een werk, het op pellicule vastleggen van een film, een afbeelding van een beeldhouwwerk of schilderij in een catalogus of op een postkaart, affiche, het downloaden van een werk van het internet, het opnemen op video van een televisieprogramma, enz. •
Het publiek mededelingsrecht
Daar waar het reproductierecht betrekking heeft op tastbare exemplaren, heeft het publiek mededelingsrecht of het recht van mededeling aan het publiek betrekking op de niet-tastbare (efemere) op- of uitvoering van het werk ‘ongeacht welk procédé’. Voor mededelingen in private context, in de auteurswet omschreven als ‘kosteloze privé-mededeling in familiekring’, is geen voorafgaandelijke toestemming vereist van de auteur of de rechthebbende.
2 M orele R e c hten
De tweede categorie zijn de morele rechten. Deze hangen samen met de persoonlijke bescherming van de persoon en de integriteit van de auteur. De morele rechten zijn in principe onvervreemdbaar en bevatten drie soorten rechten: • •
•
Het divulgatierecht: het recht om het werk bekend te maken Het paterniteitsrecht: recht van vaderschap; werk wordt gekoppeld aan de naam van de auteur Het integriteitsrecht: het recht op eerbied voor het werk Het volgrecht
De auteurswet kent onvervreemdbaar recht toe aan de auteurs van plastische werken bij publieke verkoop. Het volgrecht bedraagt 4% van de verkoopprijs met een minimum van 1.250 euro.
126
M E E R I N F O R M AT I E ?
www.kunstenloket.be
SABAM De Belgische verenigingen voor auteurs componisten en uitgevers. Vooral actief in ‘kleine rechten’: muziekrechten voor componisten en muziekuitgevers.
www.sabam.be
SCAM/SACD: zijn internationale vennootschappen gespecialiseerd in rechtenbeheer van audiovisuele werken, podiumkunsten, geschriften – vaak omschreven als grote rechten.
www.scam.be
SOFAM De beheersmaatschappij gespecialiseerd in visuele kunsten.
www.sofam.be
5
Tip JE WERK VERKOPEN/ PROMOTEN
p125-134
WERK OPEN/ OTEN
JE WERK VERKOPEN/ PROMOTEN
JE WERK VERKOPEN/ PROMOTEN
JE WERK VERKOPEN/ PROMOTEN
Tip
Tip
Tip
JE WERK VERKOPEN/ PROMOTEN
JE WERK VERKOPEN/ PROMOTEN
JE WERK VERKOPEN/ PROMOTEN
HFDST 5: JE WERK VERKOPEN/ PROMOTEN
1
INLEIDING
ip
Tip
Tip
Tip
WERK OPEN/ OTEN
JE WERK VERKOPEN/ PROMOTEN
JE WERK VERKOPEN/ PROMOTEN
JE WERK VERKOPEN/ PROMOTEN
Tip
Tip
Tip
JE WERK VERKOPEN/ PROMOTEN
JE WERK VERKOPEN/ PROMOTEN
JE WERK VERKOPEN/ PROMOTEN
Tip
Tip
Tip
WERK OPEN/ OTEN
JE WERK VERKOPEN/ PROMOTEN
JE WERK VERKOPEN/ PROMOTEN
JE WERK VERKOPEN/ PROMOTEN
Tip
Tip
JE WERK VERKOPEN/ PROMOTEN
JE WERK VERKOPEN/ PROMOTEN
JE WERK VERKOPEN/ PROMOTEN
Tip
Tip
Tip
WERK OPEN/ OTEN
JE WERK VERKOPEN/ PROMOTEN
JE WERK VERKOPEN/ PROMOTEN
JE WERK VERKOPEN/ PROMOTEN
ip
Tip
Tip
JE WERK VERKOPEN/ PROMOTEN
JE WERK VERKOPEN/ PROMOTEN
JE WERK VERKOPEN/ PROMOTEN
Tip
Tip
Werk verkopen is een vorm van waardering voor het werk. Naast de economische betekenis kan de kunstenaar met de verkoop ook een andere doelstelling nastreven: je werk in belangrijke collecties inbrengen (collectiestrategie en de werken die erin zitten). Het is belangrijk om ervoor te zorgen dat je werk regelmatig wordt tentoongesteld wanneer het deel uitmaakt van de collectie van een museum. Publieke collecties kopen meestal werk aan voor de ‘eeuwigheid’, terwijl private collectioneurs steeds – ondanks bepaalde mondelinge afspraken – werk kunnen doorverkopen.
ip Tip
Verkopen is niet noodzakelijk, want je kunt ook werk maken met subsidies, coproductie of eigen investering, dat getoond wordt, maar eigendom blijft van de kunstenaar. Soms wordt een werk als onverkoopbaar beschouwd omdat het geen objectwaarde heeft, éénmalig is of evoluerend. Toch wijst de geschiedenis van de hedendaagse kunst uit dat elk werk verkocht kan worden, ofwel als het werk zelf ofwel als document van het concept of het proces.
ip Tip
129
Tip
Door verkoop kan je ook de garantie krijgen dat je werk degelijk gearchiveerd en geconserveerd wordt (zowel private als publieke collecties kunnen garant staan voor dergelijke conservering en archivering, maar in publieke instellingen is de kans groter dat dit degelijk en op lange termijn gebeurt). Naast private collecties van individuen zijn er meer en meer bedrijven die collecties opbouwen en onderbrengen in een stichting, waarbij de aankoop dikwijls gebeurt met advies van specialisten uit de publieke kunstsfeer (curatoren, museumdirecteurs, kunsthistorici): je kunt als kunstenaar rechtstreeks werk aanbieden, maar meestal wordt een mogelijke aankoop van je werk voorgedragen door adviseurs of bemiddelaars.
HFDST 5: JE WERK VERKOPEN/ PROMOTEN
2
131
WERKEN MET EEN GALERIE Galeries spelen een niet onbelangrijke rol bij het presenteren en het naar buiten brengen van je werk, waar dan vaak ook verkoop uit ontstaat. Als kunstenaar kom je zo in contact met het publiek en de verzamelaars van de galerie, wat publiciteit en inkomsten oplevert. Het contact leggen met een galerie moet je een zekere tijd gunnen. Ze geven er doorgaans de voorkeur aan om door eigen onderzoek in contact te komen met kunstenaars. Galeriehouders gaan vaak op prospectie naar eindejaarstentoonstellingen, beurzen, of komen in contact met kunstenaars via kunstenaarsinitiatieven, curatoren, … Aangezien galeries vaak veel documentatie toegezonden krijgen, zien ze de beoordeling van dit materiaal eerder als een belasting. Je staat dus sterker in je schoenen als een galerie jou benadert. Voordat je hiermee toestemt, moet je daarbij goed voor je zelf uitmaken welke galerie geschikt is om je werk tentoon te stellen. Uitstraling, ligging en ruimte spelen een rol, maar ook de vraag of de programmering wel aansluit bij je werk is belangrijk. De werking van galeries is heel verscheiden. Er is geen algemene werking vooropgesteld. Ze werken voornamelijk zonder contracten, alles is dus gebaseerd op een vertrouwensrelatie. Het is dus van belang dat er vooraf goede afspraken worden gemaakt. Hou er wel rekening mee dat het toch beter is om de afspraken vast te leggen op papier om zo eventuele problemen te voorkomen. Je kunt dan immers aantonen wat is afgesproken. Denk maar aan onderwerpen als kosten op gebied van transport, verzekering, PR/ publiciteit en inlijsten van je werk. Het percentage dat een galerie vraagt is afhankelijk van galerie tot galerie. Een groot aantal galeries zal de productiekosten van de verkoopprijs aftrekken en de helft van de resterende som aan de kunstenaars geven. Deze galeries zullen dan vaak de volledige promotie op zich nemen, zoals drukken van uitnodigingen en eventuele catalogi.
Alle verkopen worden dan ook geregeld door de galerie, onafhankelijk van een expositie, het hele jaar door en ongeacht de plaats van verkoop (galerie, museum, atelier of andere plaatsen). De gebruikelijke commissiepercentages worden met een afzonderlijke factuur naar de galeries gezonden. De galerie zal op regelmatige basis (12, 18, 24, 36 of 48 maanden) exposities organiseren, afhankelijk van de productie van werken en exposities elders. De expositie zelf zal gemiddeld 4 à 6 weken duren. Om verwarring die er bij het grote publiek, kunstenaars, instellingen en zelfs kunstverzamelaars heerst uit de weg te ruimen deelt men de galeries best in in drie soorten: • De ingehuurde galerie • De promotiegalerie • De handelaar De ingehuurde galerie organiseert tentoonstellingen met kunstenaars die in de lijn liggen van de aard van de galerie. Sommigen stellen regelmatig dezelfde kunstenaar tentoon, waardoor continuïteit ontstaat voor publiek en kunstenaar. De ingehuurde galerie bouwt evenwel geen structurele galeriewerking uit. De promotiegalerie verzorgt de promotie van de kunstenaar door middel van allerlei activiteiten zoals: • Vertegenwoordiging op binnenlandse en buitenlandse beurzen • Uitgave van publicaties, waaronder catalogi, monografieën, e.d. • Opstelling en verzorging van dossiers • Tentoonstellingen, lezingen De promotiegalerie is een op winst gerichte onderneming, die zich engageert om het werk van kunstenaars te promoten. De promotiegalerie kan een werk aankopen en later een zekere winst op de verkoop nemen, ofwel kan de galerie een percentage op de onmiddellijke verkoop nemen (of een combinatie van beide).
HFDST 5: JE WERK VERKOPEN/ PROMOTEN
132
3
133
W E R K E N M E T E E N C U R AT O R Bij de verkoop van werken dient steeds rekening gehouden te worden met de deontologische code van de sector. De promotiegalerie treedt op als intermediair in het kunstenveld, waardoor ze een bijdrage levert aan de densiteit van het artistieke en culturele weefsel in een regio. De handelaar koopt en verkoopt kunstwerken na een zorgvuldige selectie. Hij volgt meestal een bepaalde stijlperiode, een genre of trend. Een kunsthandel verhandelt kunst, maar heeft in principe geen contact met de kunstenaar.
Curatoren spelen een niet onbelangrijke rol in het naar buiten brengen van je werk. Ze nodigen kunstenaars uit voor tentoonstellingen en zorgen op die manier voor een platform. Daarenboven doen galeries en privé-verzamelaars vaak een beroep op de kennis van curatoren. Het is dan ook aangeraden om ze op de hoogte te stellen van je werk. Je kunt dit doen aan de hand van een persoonlijke uitnodiging voor een expositie, waarbij je kort je werk toelicht. Ook kun je vrijblijvend enkele jpg-beelden via e-mail versturen met daarbij een korte toelichting van je werk. Zo leren curatoren op een informele manier je werk kennen en kunnen zij zelf stappen ondernemen wanneer ze geïnteresseerd zijn in je werk. Het heeft dus weinig zin om een uitgebreid dossier over je werk ongevraagd naar curatoren, organisatoren of critici op te sturen. Eventueel kan je hen tijdens een ontmoeting of samen met een tentoonstellingsuitnodiging wel – indien er interesse is – aanbieden om een meer uitgewerkte portfolio op te sturen. Zorg dat je zo’n korte overzichtelijke portfolio bij de hand hebt, zodat je deze onmiddellijk op vraag kunt opsturen. In deze portfolio groepeer je best een aantal duidelijke afbeeldingen van je werk, een biografie met een overzicht van gerealiseerde projecten, een heldere tekst die je werk duidt en artikels die eventueel over je werk verschenen zijn. Maak ook zoveel mogelijk gebruik van je netwerk om jezelf te promoten. Zorg ervoor dat je netwerk op de hoogte is van waar je mee bezig bent, door erover te vertellen, door een mailinglijst aan te leggen die je kunt benutten als je bijvoorbeeld een expositie hebt of deelneemt aan een beurs. Lijst met curatoren is te raadplegen op de website van BAM. www.bamart.be
HFDST 5: JE WERK VERKOPEN/ PROMOTEN
4
135
WERKEN MET EEN AGENTSCHAP Een kunstenaarsagentschap is een ondersteunende organisatie die advies en begeleiding geeft voor kunstenaars of kunstorganisaties. Het agentschap verzorgt zakelijke ondersteuning op managementniveau: projectmanagement, financiën en administratie, marketing en communicatie, fiscaliteit, strategiebepaling, behoefteonderzoek, distributie, logistiek, … Onder projectmanagement wordt verstaan: het coördineren van de productie, promotie en distributie per project. Agentschappen en galeries kunnen complementair werken.
Creative Communi c ation
M E R . Paper K unsthalle v z w
communicatiebureau
Geldmunt 36
Tolstraat 16 bus 4
9000 Gent
2000 Antwerpen
09/329 31 22
03/248 73 62
[email protected]
[email protected]
www.merpaperkunsthalle.org
art c onsult
D e N ieuwe O pdra c htgevers
International PR, Press
Gheudestraat 49
Louizalaan 399, bus 32
and Consultancy Agency
1070 Brussel
1050 Brussel
Bredabaan 260
02/539 22 63
02/648 93 70
2170 Merksem
www.art-consult.be
www.denieuweopdrachtgevers.be
03/237 33 82
arte c onom y
ed . proje c ts - edith doove
Verbinding tussen kunst en economie
international art agency
Kuipebosstraat 6
Van Meyelstraat 22, bus 12
8880 Sint-Eloois-Winkel
1080 Brussel
Collectief/agentschap
0476/20 67 70
0473/56 17 00
Carnotstraat 137, bus 8
[email protected]
[email protected]
2060 Antwerpen
www.arteconomy.be
www.edprojects.be
0485/49 32 04
www.creativecommunication M int R ed
[email protected] www.mintred.be
O utlandish P hotograph y
[email protected] B astart Inhoudelijke en zakelijke ondersteuning Centrum Zuid 1111 3530 Houthalen-Helchteren 011/72 77 77 www.bastart.be
www.outlandish-photo.be
5
W E R K E N M E T E E N A LT E R N AT I E F MANAGEMENTBUREAU In tegenstelling tot sommige agentschappen zijn alternatieve managementbureaus niet commercieel ingesteld. Alternatieve managementbureaus hebben echter wel gelijkaardige taken. Het zijn dienstverlenende organisaties die kunstenaars op het zakelijke vlak bijstaan. Kunstenaars kunnen bij hen terecht voor het financiële beheer, de distributie en de promotie van hun werk. Naast het verlenen van advies verrichten ze ook administratieve en productieondersteunende taken en ondersteunen ze de spreiding. Alternatieve managementbureaus werken vaker voor kunstenaars met weinig ervaring die vaak nog geen eigen structuur hebben uitgebouwd. Het artistieke werk van deze kunstenaars is moeilijk binnen de geijkte structuren onder te brengen.
M argarita P rodu c tion
Hoewel Margarita Production eerder geënt is op podiumkunsten, vinden hier ook (audio)visuele kunstenaars ondersteuning. De taken van Margarita Production gaan van advies bij het schrijven van subsidiedossiers over het beheer van de budgetten tot spreiding en tourmanagement. Slachthuislaan 29 1000 Brussel 02/410 63 33
[email protected] www.margaritaproduction.be
6
Tip HOE KAN IK MIJN WERK VA L O R I S E R E N ?
p135-138
AN IK WERK SEREN?
HOE KAN IK MIJN WERK VA L O R I S E R E N ?
HOE KAN IK MIJN WERK VA L O R I S E R E N ?
Tip
Tip
Tip
HOE KAN IK MIJN WERK VA L O R I S E R E N ?
HOE KAN IK MIJN WERK VA L O R I S E R E N ?
HOE KAN IK MIJN WERK VA L O R I S E R E N ?
ip
AN IK WERK SEREN?
Tip
HOE KAN IK MIJN WERK VA L O R I S E R E N ?
HOE KAN IK MIJN WERK VA L O R I S E R E N ?
HOE KAN IK MIJN WERK VA L O R I S E R E N ?
Tip
HOE KAN IK MIJN WERK VA L O R I S E R E N ?
HOE KAN IK MIJN WERK VA L O R I S E R E N ?
HOE KAN IK MIJN WERK VA L O R I S E R E N ?
Tip
Tip
Tip
HOE KAN IK MIJN WERK VA L O R I S E R E N ?
HOE KAN IK MIJN WERK VA L O R I S E R E N ?
HOE KAN IK MIJN WERK VA L O R I S E R E N ?
Tip
Tip
Tip
HOE KAN IK MIJN WERK VA L O R I S E R E N ?
HOE KAN IK MIJN WERK VA L O R I S E R E N ?
HOE KAN IK MIJN WERK VA L O R I S E R E N ?
ip
AN IK WERK SEREN?
139
Tip Tip
AN IK WERK SEREN?
H F D S T 6 : H O E K A N I K M I J N W E R K VA L O R I S E R E N ?
Tip Tip
ip
ip
HOE KAN IK MIJN WERK VA L O R I S E R E N ?
Tip
Tip
Tip
HOE KAN IK MIJN WERK VA L O R I S E R E N ?
HOE KAN IK MIJN WERK VA L O R I S E R E N ?
HOE KAN IK MIJN WERK VA L O R I S E R E N ?
Tip
Tip
Tip
HOE KAN IK MIJN WERK VA L O R I S E R E N ?
HOE KAN IK MIJN WERK VA L O R I S E R E N ?
HOE KAN IK MIJN WERK VA L O R I S E R E N ?
Tip
Tip
Tip
In de publieke arena wordt het kunstwerk ervaren, gewaardeerd en gevaloriseerd en dat kan uitgedrukt worden in woorden, maar ook in cijfers (verkoop). De publieke arena bestaat uit verschillende spelers, met telkens verschillende dynamieken en complexe interrelaties. Een tentoonstelling in een belangrijk museum kan de prijs van het werk op de kunstmarkt opdrijven. Een positief artikel in de pers kan de publieke belangstelling vergroten. Een degelijk artikel in een catalogus kan de aandacht van curatoren wekken. Het tonen van werk in relatie met het werk van andere kunstenaars kan onverwachte en nieuwe betekenissen in het werk genereren die dan weer opgemerkt kunnen worden door een criticus, enz. Een aantal zaken organiseer je daarbij zelf, maar de publieke arena heb je niet in de hand. Zorg er daarom voor dat je steeds je werk en documentatie over je werk degelijk archiveert: • Een gemotiveerde cv (studies, diploma’s, bijkomende opleidingen, werkervaring) • Een biografie van de kunstenaar • Een lijst van alle kunstwerken (titel, jaar, materiaal, eigen tekst, materiaal erover, waar dat werd tentoongesteld, wie het gekocht heeft, teksten van derden over elk werk) • Een lijst van tentoonstellingen waar de kunstenaar heeft aan deelgenomen en met welk werk (jaar, maand, stad, culturele instelling, naam tentoonstel ling, type tentoonstelling) • Catalogi • Alle teksten die verschenen zijn over een werk, een tentoonstelling of over de kunstenaar zelf (auteur, titel, datum, plaats van publicatie) • Documentatie over de kunstwerken en tentoonstellingen (foto’s, dia’s, videotapes, cd-rom, vermelding van fotograaf, …)
140
Als hulpmiddel voor de documentering en archivering kan je de databank van BAM als voorbeeld gebruiken.
www.bamart.be
7
Tip DE KUNSTENAAR, OOK EEN ONDERNEMER
p139-150
STENAAR, EEN NEMER
DE KUNSTENAAR, OOK EEN ONDERNEMER
DE KUNSTENAAR, OOK EEN ONDERNEMER
Tip
Tip
Tip
DE KUNSTENAAR, OOK EEN ONDERNEMER
DE KUNSTENAAR, OOK EEN ONDERNEMER
DE KUNSTENAAR, OOK EEN ONDERNEMER
ip
STENAAR, EEN NEMER
DE KUNSTENAAR, OOK EEN ONDERNEMER
DE KUNSTENAAR, OOK EEN ONDERNEMER
DE KUNSTENAAR, OOK EEN ONDERNEMER
DE KUNSTENAAR, OOK EEN ONDERNEMER
DE KUNSTENAAR, OOK EEN ONDERNEMER
DE KUNSTENAAR, OOK EEN ONDERNEMER
Tip
Tip
Tip
DE KUNSTENAAR, OOK EEN ONDERNEMER
DE KUNSTENAAR, OOK EEN ONDERNEMER
DE KUNSTENAAR, OOK EEN ONDERNEMER
Tip
Tip
Tip
DE KUNSTENAAR, OOK EEN ONDERNEMER
DE KUNSTENAAR, OOK EEN ONDERNEMER
DE KUNSTENAAR, OOK EEN ONDERNEMER
STENAAR, EEN NEMER
Tip
Tip
Tip
DE KUNSTENAAR, OOK EEN ONDERNEMER
DE KUNSTENAAR, OOK EEN ONDERNEMER
DE KUNSTENAAR, OOK EEN ONDERNEMER
Tip
Tip
Tip
DE KUNSTENAAR, OOK EEN ONDERNEMER
DE KUNSTENAAR, OOK EEN ONDERNEMER
DE KUNSTENAAR, OOK EEN ONDERNEMER
Tip
Tip
143
INLEIDING
Tip Tip
ip
1
Tip Tip
STENAAR, EEN NEMER
HFDST 7: DE KUNSTENAAR, OOK EEN ONDERNEMER
Tip Tip
ip
ip
DE KUNSTENAAR, OOK EEN ONDERNEMER
Je moet geen ondernemer zijn, maar ondernemend zijn helpt wel degelijk. Kunstenaars werken aan de inhoudelijke ontwikkeling van hun werk en hun kunstenaarspraktijk en geven persoonlijk invulling aan het kunstenaar zijn. Toch sluit dit persoonlijke en onderzoeksmatige traject geen vormen van planning uit. Zoals de sector van de beeldende kunst zich vandaag meer en meer professionaliseert, zo zal de kunstenaar zich bekwamen in de zakelijke regels van het spel, en zo zal ook de kunstenaar zijn/ haar werk proberen te plannen op korte en lange termijn. Een aantal belangrijke vragen dringen zich daarbij op: Volg je een bijkomende opleiding of niet? Ga je op zoek naar een atelier of zoek je naar een collectieve oplossing? Hoeveel tijd plan je om een eerste body van je werk te maken? Werk je naar een tentoonstelling toe, waar en wanneer? Mik je op een galerie of vertegenwoordig je je werk zelf ? Blijf je in België of heb je zin om een tijd in het buitenland te verblijven? Werk je aan internationale contacten (curators, critici, andere kunstenaars) en hoe en waarom? Wanneer bouw je tijd en ruimte in om je werk verder te onderzoeken en ontwikkelen? Hoe spelen de tentoonstellingen die je krijgt op elkaar in (lokaal/ landelijk/ internationaal, première en herneming van werk, kleine ruimtes versus grote tentoonstellingsplekken, solotentoonstelling en groepstentoonstelling)? Hoe bouw je een sterke groep mensen uit die je werk steunen (inhoudelijk, financieel, administratief)? Kortom: je moet je steeds positioneren in het artistieke veld om zo het draagvlak voor je werk te vergroten.
Tip
HFDST 7: DE KUNSTENAAR, OOK EEN ONDERNEMER
2
145
HET ONDERNEMINGSPLAN 2 . 2 M arketingplan
Om als kunstenaar zelfstandig te functioneren is het interessant om gebruik te maken van een ondernemingsplan. Dit plan is trouwens ook een handig middel bij het opstellen van subsidie- of fondsendossiers. Zowel de beginnende als de ervaren kunstenaar heeft hier baat bij. Dit plan kan zorgen voor meer inzicht in de beroepspraktijk van een kunstenaar. Bovendien is het ondernemingsplan een goed hulpmiddel om alle stappen te overzien die nodig zijn om het werk te organiseren en een publiek te bereiken. Een ondernemingsplan bestaat uit een inleiding met persoonlijke gegevens, een projectplan, een marketingplan en een financieel plan. Een plan is een beleidsinstrument en is eigenlijk nooit af. Je moet voortdurend de situatie analyseren, middelen kiezen, een strategie uitwerken en evalueren. 2 . 1 P roje c tplan
Een projectplan beschrijft wat je wilt bereiken op korte (1 jaar) en lange termijn (5 jaar). Daarbij is het interessant om even stil te staan bij de kansen en hindernissen waar je onderweg mee te maken kan krijgen. Het projectplan kan bestaan uit: • Productie • Inkomsten • Presentatie • Samenwerking Wanneer je merkt dat je in het vooropgestelde plan niet zal slagen, moet je maatregelen treffen en het projectplan aanpassen.
Marketing – het op de markt brengen van een product – speelt een belangrijke rol bij exposeren of verkopen. De kunstenaar kan hier zelf voor instaan of die taak overlaten aan een galerie. Galeriehouders nemen doorgaans zelf het initiatief en benaderen kunstenaars via eindejaarstentoonstellingen en atelierbezoeken. Let erop dat je als kunstenaar op voorhand goede afspraken maakt met een galerie over de expositie, opening, publiciteit en de financiën. Voor de bemiddeling vraagt een galeriehouder doorgaans 40% of meer per verkocht werk. Of je nu zelfstandig werkt of met een galerie, het is in beide situaties belangrijk dat je als kunstenaar op de hoogte bent van de verkoopstechnieken en de presentatie. Daarom stel je best een marketingplan op. In een marketingplan omschrijf je je positie in de markt waarin je je begeeft. Een handige leidraad hierbij zijn de zogenaamde ‘vijf P’s van het marketingplan’: plaats, product, prijs, promotie en personeel. Deze vijf marketinginstrumenten moeten een goede ‘mix’ vormen, waarbij alles logisch bij elkaar aansluit. Geef een antwoord op volgende vragen om een analyse te maken van je troeven:
Missie
Wat zijn je artistieke drijfveren? Wat zijn je niet-artistieke doelen van je werk? (educatief, sociaal, politiek, …) Waarom is je aanpak vernieuwend? (innovatie)
HFDST 7: DE KUNSTENAAR, OOK EEN ONDERNEMER
146
147
Positionering
Waar sta ik in het veld van de beeldende kunsten? Welke galerie past bij mijn werk? Zoek naar troeven vanuit het standpunt van je doelgroep: wie, wat, waar, waarom, hoe? Wat maakt je kunst uniek?
Product
Welk product ga je precies leveren? Wat is de toegevoegde waarde voor de koper? Gebruik kwalitatieve argumenten. De inhoud is de boodschap.
Prijs
Voor welke prijs ga je je product aanbieden? Hoe kom je tot die prijs? In welk segment van de kunstmarkt zit je met deze prijs? Wanneer je begint met werk te verkopen is het interessant om de prijs van je werk te vergelijken met andere kunstenaars. Reken je gebruikte materialen (de kosten) en je werkuren.
Plaats
Een goede locatiekeuze is cruciaal. Waar ga je je product aanbieden? Waarom daar en niet ergens anders? Sommige locaties verhogen erkenning (musea, festival, uitgever, …). Plaats is niet enkel geografisch. Ook distributiekanalen (de media) zijn plaatsen en natuurlijk kan een plaats ook virtueel zijn (online community).
Promotie
Kunsteconomie is een aandachtseconomie. Hoe wil je je werk presenteren en wie moet dat weten? Wie wil je bereiken? Er zijn vier belangrijke marktsegmenten: 1 Overheid en kunstinstellingen 2 Galeries, bedrijven en particulieren 3 Buitenlandse kunstinstellingen 4 Buitenlandse galeries, bedrijven en particulieren Sommige kunstenaars zullen op deze vier marktsegmenten actief zijn, terwijl anderen enkel regionaal zullen blijven. Het positioneren zal uit een constante wisselwerking tussen de kunstenaar en zijn omgeving bestaan. Op welke manier wil je je doelgroepen informeren? Er zijn veel promotiemiddelen zoals affiches en flyers, adverteren, mond-aanmondreclame, free publicity in de media, deelname aan beurzen, enz. In de culturele sector wordt veelal gebruik gemaakt van drukwerk. Digitaal kopiëren kan als alternatief gebruikt worden voor het meestal duurdere drukwerk. Daarnaast blijft de persoonlijke benadering ook belangrijk. Free pub is van zeer groot belang. Het is niet alleen kostenbesparend, maar het geeft je ook een vorm van erkenning (bv. een persrecensie). Wanneer anderen over je werk spreken, heeft dit doorgaans meer geloofwaardigheid. Bemiddelaars kunnen hier een belangrijke rol spelen. Koude promotietechnieken werken doorgaans niet in de kunstwereld. Maak je promotie persoonlijk en motiveer waarom je iemand aanspreekt.
HFDST 7: DE KUNSTENAAR, OOK EEN ONDERNEMER
148
149
Personeel
Wie werkt in jouw onderneming?
De exploitatiebegroting geeft aan hoeveel je op jaarbasis zal verdienen (de omzet) en hoeveel beroepskosten daarvoor gemaakt moeten worden. Je schat kosten en opbrengsten en probeert op een realistische manier te voorspellen of je wel of geen winst zal maken. Op de winst zal er een inkomensbelasting betaald moeten worden. Als er sprake is van verlies dan is het aangeraden om andere inkomsten bij te hebben, zoals subsidies, een bijbaan of een uitkering. Het is noodzakelijk om een kostendekkende exploitatie na te streven.
Tijdens de startfase probeer je als kunstenaar van alles uit. Je probeert exposities te krijgen, vraagt subsidies aan en probeert werk te verkopen. Na een aantal jaren zal je pas kunnen evalueren en bepalen waar je de meeste reacties krijgt. 2 . 3 F inan c ieel plan
Een ondernemingsplan bestaat niet alleen uit een project- en marketingplan, er hoort ook een financiële planning bij. Zo’n financieel plan bestaat uit een investeringsbegroting, een financieringsplan en een exploitatiebegroting.
Investeringsbegroting
De investeringsbegroting vormt een opsomming van de noodzakelijke uitgaven die je moet doen om als kunstenaar te kunnen functioneren. Dit hangt af van de discipline en de werkwijze. Voorbeelden zijn: foto-, film- of computerapparatuur, schilderlinnen en verf, inrichting van een atelier, … Voor de grote investeringen kan je eventueel een lening afsluiten (enkel wanneer je je in staat acht om dit met je inkomsten terug te betalen).
Exploitatiebegroting
Zie H O O F D S T U K 2 , 6 D O S S I E R opmaken van een begroting.
EN BEGROTING,
p. 65-72 voor meer info over het
M E E R I N F O R M AT I E ?
Meer informatie over het behalen van een attest ‘basiskennis bedrijfsbeheer’ vind je op de website van Syntra, het Vlaams Agentschap voor Ondernemersvorming.
www.syntra.be
Er zijn enkele standaardondernemingsplannen in omloop, bijvoorbeeld bij de Unie van Zelfstandige Ondernemers (UNIZO). De website van UNIZO is direct gericht naar ondernemers en staat vol tips, advies en nuttige adressen.
Financieringsplan
Het financieringsplan moet aangeven hoe de investeringen gefinancierd zullen worden. Dit kan met spaargeld, subsidies of eventueel met een lening. Een goede financiering is de basis voor de start van de onderneming. Hierbij zijn marktoriëntering, creativiteit en ondernemingsengagement vereist. Als kunstenaar moet je ook kunnen aantonen of je over genoeg liquide middelen beschikt. Je moet met andere woorden aantonen in hoeverre de inkomende geldstroom de uitgaande kan financieren.
www.unizo.be
Ook de Vlaamse Overheid heeft zo’n model voor een ondernemingsplan.
www.ondernemen.vlaanderen.be
Deze plannen zijn in de eerste plaats bedoeld voor de bedrijfswereld, maar toch vormen ze een handig voorbeeld voor je eigen ondernemingsplan.
HFDST 7: DE KUNSTENAAR, OOK EEN ONDERNEMER
3
150
151
B O E K H O U D I N G E N A D M I N I S T R AT I E
Voor info over pers en media, download de brochure: ‘Communiceren met pers en
media’, Reinhilde Weyns, december 2003
www.cultuurnet.be
bestel via:
of
CultuurNet Vlaanderen
Sint-Gisleinstraat 62
1000 Brussel
Moet je als kunstenaar een boekhouding bijhouden?
•
Als werknemer (in het kunstenaarsstatuut)
Een loontrekkende werknemer valt niet onder de definitie van het begrip ‘onderneming’ en kent geen verplichting om een boekhouding bij te houden. Wel is het aangewezen om alle inkomsten en uitgaven (bonnetjes, facturen, …) bij te houden voor je belastingsaangifte.
02/551 18 70
02/551 18 99 (fax)
[email protected]
•
Als zelfstandige
www.cultuurnet.be
De zelfstandige wordt beschouwd als een natuurlijke persoon die koopman is. Deze persoon valt wel degelijk onder de boekhoudwetgeving.
Moet onze organisatie een boekhouding bijhouden?
•
•
•
Feitelijke vereniging
De feitelijke vereniging wordt niet aanzien als een onderneming zoals gedefinieerd in de wet van 1975 en is dus vrijgesteld van boekhoudverplichtingen. Vzw
Het Koninklijk Besluit van 19 december 2003 regelt de boekhoudverplichtingen van de vzw. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen kleine, grote en zeer grote vzw’s. Vennootschappen
De handelsvennootschappen en de vennootschappen die de rechtsvorm van een handelsvennootschap hebben aangenomen vallen uiteraard onder de boekhoudwetgeving.
152
Een eenvoudige boekhouding bestaat uit een lijst inkomsten en uitgaven van de bank en kasverrichtingen. U moet ook een inventarisboek bijhouden. Een eenvoudige boekhouding kan je gemakkelijk zelf bijhouden. In een volledige boekhouding bestaan er hulpdagboeken – aankoop, verkoop, bank en kas, een centralisatiedagboek en een inventarisdagboek. Voor de vennootschappen komt hier nog een aandeelhoudersregister bij. Voor een volledige boekhouding is het goed dat je iemand extern aanspreekt om dit voor jou te doen. Wel is het goed dat je steeds je inkomsten en uitgaven zelf goed bijhoudt. Dit maakt het ook eenvoudiger voor de boekhouder om je boekhouding te doen.
M E E R I N F O R M AT I E ? www.kunstenloket.be
8
Tip NUTTIGE LINKS/ ADRESSEN/ NIEUWSBRIEVEN
p151-156
LINKS/ SSEN/ BRIEVEN
NUTTIGE LINKS/ ADRESSEN/ NIEUWSBRIEVEN
NUTTIGE LINKS/ ADRESSEN/ NIEUWSBRIEVEN
Tip
Tip
Tip
NUTTIGE LINKS/ ADRESSEN/ NIEUWSBRIEVEN
NUTTIGE LINKS/ ADRESSEN/ NIEUWSBRIEVEN
NUTTIGE LINKS/ ADRESSEN/ NIEUWSBRIEVEN
ip
LINKS/ SSEN/ BRIEVEN
Tip
Tip
NUTTIGE LINKS/ ADRESSEN/ NIEUWSBRIEVEN
NUTTIGE LINKS/ ADRESSEN/ NIEUWSBRIEVEN
NUTTIGE LINKS/ ADRESSEN/ NIEUWSBRIEVEN
Tip
Tip
NUTTIGE LINKS/ ADRESSEN/ NIEUWSBRIEVEN
NUTTIGE LINKS/ ADRESSEN/ NIEUWSBRIEVEN
NUTTIGE LINKS/ ADRESSEN/ NIEUWSBRIEVEN
LINKS/ SSEN/ BRIEVEN
Tip
Tip
NUTTIGE LINKS/ ADRESSEN/ NIEUWSBRIEVEN
NUTTIGE LINKS/ ADRESSEN/ NIEUWSBRIEVEN
NUTTIGE LINKS/ ADRESSEN/ NIEUWSBRIEVEN
Tip
Tip
NUTTIGE LINKS/ ADRESSEN/ NIEUWSBRIEVEN
NUTTIGE LINKS/ ADRESSEN/ NIEUWSBRIEVEN
NUTTIGE LINKS/ ADRESSEN/ NIEUWSBRIEVEN
B A M , I nstituut voor beeldende ,
N I CC / B elangenverdediging
audiovisuele en mediakunst
Het NICC heeft als doelstelling het
BAM is het Vlaamse steunpunt voor
verdedigen van de belangen van de
beeldende, audiovisuele en mediakunst.
beeldende kunstenaars en het verbeteren
BAM is een onafhankelijke en intermedi-
van de positie (in de ruimste zin van het
aire structuur die zich situeert tussen sector
woord) van de beeldende kunstenaars in
en beleid. Vanuit een grondige kennis van
de maatschappij. Het NICC werkt via
sector en beleid verstrekt het informatie,
twee luiken, de Artistieke en de Sociale
bevordert het ontwikkeling, samenwer-
Commissies.
king en netwerking – zowel binnen het
Tip Tip
155
NUTTIGE ADRESSEN
Tip Tip
ip
veld als grensoverschrijdend naar andere
Designcenter Lange Winkelhaak
disciplines en sectoren toe – en treedt het
Lange Winkelhaakstraat 26
in dialoog met diverse overheden.
2060 Antwerpen 03/216 07 71
Bijlokekaai 7d
[email protected]
9000 Gent 09/267 90 40
[email protected] www.bamart.be
_
www.nicc.be
_ K unstenloket v z w
Adviesstructuur met betrekking tot juridische, sociale en fiscale aspecten van de
M inisterie van de V laamse
kunstensector.
G emeens c hap
Sainctelettesquare 19 (7e verdieping)
Administratie Cultuur
ip
LINKS/ SSEN/ BRIEVEN
ip
NUTTIGE LINKS/ ADRESSEN/ NIEUWSBRIEVEN
Tip
Tip
Tip
NUTTIGE LINKS/ ADRESSEN/ NIEUWSBRIEVEN
NUTTIGE LINKS/ ADRESSEN/ NIEUWSBRIEVEN
NUTTIGE LINKS/ ADRESSEN/ NIEUWSBRIEVEN
Tip
Tip
NUTTIGE LINKS/ ADRESSEN/ NIEUWSBRIEVEN
NUTTIGE LINKS/ ADRESSEN/ NIEUWSBRIEVEN
NUTTIGE LINKS/ ADRESSEN/ NIEUWSBRIEVEN
Tip
Tip
[email protected]
Arenbergstraat 9 1000 Brussel
_
Tip
02/204 08 00
Afdeling Kunsten
02/553 68 42
Tip
1000 Brussel
Agentschap Kunsten en Erfgoed
www.cjsm.vlaanderen.be/beeldendekunst
www.kunstenloket.be
_
156
157
NUTTIGE LINKS
VOBK verenigde organisaties beeldkunst
Handelskaai 18, bus 3
Het VOBK is een actiegerichte belangen-
1000 Brussel
behartiger en het overlegplatform van
02/226 06 30
professionele organisaties in het domein
02/219 19 36 (fax)
van de beeldende, audiovisuele en media-
[email protected]
kunst en de professionele musea. Bijlokekaai 7h
_
www.vaf.be
Cultuur N et V laanderen
De algemene opdracht van CultuurNet
09/267 90 48
Vlaanderen bestaat erin een bijdrage te
[email protected]
leveren aan de verbreding en verdieping
_
B uitenland
W eblinks i . v. m . c ultuur
D atabank kunst
_
www.cultuurweb.be
D atabase van kunstbibliotheken
9000 Gent
www.vobk.be
V laanderen
van de cultuurparticipatie en aan een betere maatschappelijke positionering
KUNSTWERK[t] vzw
van kunst en cultuur. Deze opdracht past
KUNSTWERK[t] wil de mogelijkheden
in de ambitie van de Vlaamse over-
voor beeldende amateurkunstenaars
heid om de drempels tussen aanbod en
verbreden en verdiepen. Organisatie voor
publiek maximaal te slechten. CultuurNet
beeldende kunsten in Vlaanderen.
Vlaanderen focust hierbij op de complexe
_
www.okbv.be
V T i , V laams T heater I nstituut
_
www.vti.be
VA i , V laams A r c hite c tuurinstituut
_
www.vai.be
www.muziekcentrum.be
M useumgids en tentoonstellings -
Bijlokekaai 7c
bepaald op cultuurcommunicatie en
agenda van V laanderen en B russel
9000 Gent
publieksbemiddeling.
09/233 07 09 (fax)
Sint-Gisleinstraat 62
[email protected]
1000 Brussel
www.kunstwerkt.be
02/551 18 70
_
02/551 18 99 (fax)
[email protected]
VA F, V laams A udiovisueel F onds
Het Vlaams Audiovisueel Fonds staat in voor ondersteuning van nieuwe audiovisuele creaties in binnen- en buitenland en voor internationale coproducties met Vlaanderen.
www.cultuurnet.be
_
S ti c hting V laams Cultuurhuis de B rakke G rond
_
www.debrakkegrond.nl
Zoekprogramma buitenlandse studiebeur z en
_
www.beursopener.nl
O nafhankelijke leidraad
_
www.kunstwereld.nl
P ortaalsite voor E uropese musea
relatie tussen aanbod en publiek en meer
09/235 22 70
www.galeries.nl
voor beeldende kunst
M u z iek c entrum V laanderen
_
_
www.tento.be
www.euromuse.net
158
NOTITIES
N ieuwsbrieven
_
..........................................................................................................................................................
Nieuwsbrief Beeldende en Mediakunst Nieuwsbrief Audiovisuele Kunst
..........................................................................................................................................................
Internationale Nieuwsbrief www.bamart.be/newsletters
..........................................................................................................................................................
_
Internationale nieuwsbrief over kunsten in
..........................................................................................................................................................
Vlaanderen www.artsflanders.be
..........................................................................................................................................................
_
Archief van de Nieuwsbrieven Beeldende Kunst
..........................................................................................................................................................
en Architectuur, driemaandelijks tijdschrift www.wvc.vlaanderen.be/beeldendekunst/
..........................................................................................................................................................
NIEUWSBRIEF.htm
_
..........................................................................................................................................................
Nieuwsbrief Kunsten (in geprinte versie en digitaal)
..........................................................................................................................................................
www.cjsm.vlaanderen.be/cultuur/kunsten/ nieuwsbrieven
..........................................................................................................................................................
_
Internationale nieuwsbrief
..........................................................................................................................................................
www.e-flux.com ..........................................................................................................................................................
..........................................................................................................................................................
..........................................................................................................................................................
..........................................................................................................................................................
..........................................................................................................................................................
NOTITIES
_
..........................................................................................................................................................
..........................................................................................................................................................
..........................................................................................................................................................
..........................................................................................................................................................
..........................................................................................................................................................
..........................................................................................................................................................
..........................................................................................................................................................
..........................................................................................................................................................
..........................................................................................................................................................
..........................................................................................................................................................
..........................................................................................................................................................
..........................................................................................................................................................
..........................................................................................................................................................
..........................................................................................................................................................
..........................................................................................................................................................
..........................................................................................................................................................
..........................................................................................................................................................
..........................................................................................................................................................
..........................................................................................................................................................
..........................................................................................................................................................
..........................................................................................................................................................
..........................................................................................................................................................
..........................................................................................................................................................
..........................................................................................................................................................
..........................................................................................................................................................
..........................................................................................................................................................
..........................................................................................................................................................
..........................................................................................................................................................
..........................................................................................................................................................
..........................................................................................................................................................
..........................................................................................................................................................
..........................................................................................................................................................
163
COLOFON PUBLICATIE
Angelique Campens, Dirk De Wit en Kunstenloket vzw Elke Aerts Redactie: Sam Eggermont, Eva Peeters, An Seurinck Vormgeving: Aline De Nys Druk: Sintjoris, Merendree Teksten:
Eindredactie:
© BAM, Instituut voor beeldende, audiovisuele en mediakunst
Bijlokekaai 7d 9000 Gent 09/267 90 40
[email protected] www.bamart.be
MET DANK AAN
Kunstenloket vzw PUBLICATIEDATUM:
juni 2008
VERANTWOORDELIJKE UITGEVER:
D / 2008 / Dirk De Wit, uitgever
Dirk De Wit
164